Het eredoctoraat van Dr Drace Hans Daalder In november 1948 verleende de Economische Hogeschool in Rotterdam Paul Rijkens (topman van Unilever) en Drees (actief in alle geledingen van de socialistische beweging) een eredoctoraat, zo men wil symbolisch voor Kapitaal en Arbeid. Drees had geen universitaire opleiding genoten, maar wel al vroeg een brede opleiding verworven op de befaamde Openbare Handelsschool aan het Raamplein in Amsterdam en door zijn werk als stenograaf in tal van maatschappelijke sectoren. Hij liet Dr. W. Drees in stevige letters op de deur van Beeklaan 502 schilderen. Onder die naam ging hij verder zijn nog lange leven in. Tijdens zijn eerste en enige bezoek aan de Verenigde Staten, in januari 1952, kreeg hij ook een tweede eredoctoraat, van de University of Maryland. Het initiatief Drees uit te nodigen voor een bezoek aan de VS werd genomen door de Amerikaanse ambassadeur in Nederland, Seldon Chapin, die wist dat Drees een dergelijke mogelijkheid op prijs zou stellen. Het voorstel viel bij het State Department in goede aarde. Eerder waren zowel de Noorse minister-president als de Belgische premier Pholien op bezoek geweest, vertegenwoordigers van kleine Nato-landen. Daarbij speelde aan Amerikaanse kant de wens van versterking van de Europese defensie een belangrijke rol. Met name Pholien had een programma voorgeschoteld gekregen met bezoeken aan tal van militaire instellingen en demonstraties van militaire hardware, die een grote indruk op hem maakten. Drees terughoudendheid inzake een verhoging van militaire uitgaven was internationaal bekend. Al spoedig werd in de kringen van het State Department duidelijk dat een programma naar het voorbeeld van Pholien maar beter achterwege kon blijven. Er werd (mede in overleg met de Nederlandse ambassadeur bij de VS Van Roijen) een uitgebreid programma uitgewerkt voor een bezoek tussen 12 en 24 januari 1952. Het gold met nadruk een 52
unofficial visit. Een ontvangst door president Truman werd pas tegen het einde van zijn verblijf voorzien. Daarvoor zou hij een aantal dagen in New York en in Detroit verblijven. Drees zou een rede houden voor enkele prestigieuze organisaties. De nadruk werd in het ontworpen programma echter gelegd op kennismaking met het leven van gewone Amerikanen, gesprekken met vakverenigingsleiders, bezoek aan industrieën en dergelijke. Een concert werd geschrapt omdat Drees tone deaf was, van een door Drees wel graag gewild bezoek aan een komedie of musical kwam het niet, wel werden musea in het programma opgenomen. Aan één speciaal persoonlijke wens werd voldaan: een tocht naar de Niagara Falls. Pas op 20 januari reisde Drees naar Washington, waar hij logeerde bij de Nederlandse ambassadeur. Een bezoek aan president Truman vond plaats op 22 januari om 12.00 uur. In de korte tijd die voor het onderhoud was uitgetrokken, kwam, onverwacht voor Drees, tegelijk met hem een horde persmensen en fotografen binnen. (Terug in Nederland kreeg Drees door Truman een stevig fotoalbum toegezonden, opgedragen door Truman aan his dear Friend Willem Drees, in te zien in de fotocollectie van het IISG in Amsterdam.) Direct na het gesprek op het Witte Huis bood de president Drees een officiële lunch aan in Blair House, die werd bijgewoond door de vicepresident, de voorzitter van het House of Representatives, de belangrijkste ministers en andere hoge politici. Na afloop was een gesprek van ten hoogste drie kwartier voorzien met Secretary of State Dean Acheson. Het werd gevolgd door een kort bezoek aan een instituut voor militaire trainingen en een rondrit door Washington. 53
Drees wist niet dat het State Department de mogelijkheid onderzocht van de toekenning van een eredoctoraat. Princeton zag daartoe op korte termijn geen kans. De ambassade in Den Haag verwees naar andere prestigieuse universiteiten, Penn [de University of Pennsylvania], Harvard, Yale, Chicago of Michigan. Ik trof geen stukken aan waaruit blijkt of een of meer van deze universiteiten benaderd werden. Wel is duidelijk dat een eredoctoraat nog niet geregeld was vóór Drees aankomst in de VS. Daartoe besloot de president van de University of Mary- 54
land H.C. Byrd op eigen verantwoordelijkheid, in overleg met de president van de Board van de Universiteit, Judge William P. Cole, die als erepromotor zou fungeren. Andere leden van de Board werd dat schriftelijk meegedeeld. Tijd voor een reactie was er nauwelijks, negatieve reacties ontbraken. Het bezoek werd sterk opgetuigd. De president liet op 17 januari de deans van faculteiten en directeuren van andere onderdelen van de universiteit weten dat op 23 januari alle colleges om 11.00 uur dienden te worden afgelast. Alle betrokkenen zouden vervolgens samenkomen in een plechtige Convocation, waarin de erepromotor een laudatio uitsprak en waarop Drees een rede hield. In de teksten van de president en de erepromotor werd bij Drees naam steeds het fonetische Drace geschreven om te ervoor te zorgen dat zij die goed zouden uitspreken. Vervolgens was er een lunch met de deans en andere vooraanstaande leden van de universitaire gemeenschap. Niet duidelijk is wanneer Drees op de hoogte werd gebracht dat hem op de voorlaatste dag van zijn verblijf dit eredoctoraat werd verleend. Niettemin hield hij een grondige toespraak in het Engels, naar het lijkt in overleg opgesteld door de deskundige Egbert de Vries, een ervaren hoge internationaal ambtenaar die in Nederland eerder sterk betrokken was bij de instelling van het Directoraat Technische Hulp bij Buitenlandse Zaken. In zijn toespraak The Need for Technical Asssistance to Underdeveloped Countries richtte Drees zich direct tot de jongeren van de universiteit met een exposé van de bijdragen die een klein land als Nederland daaraan zou gaan leveren. Het was een feestelijke afsluiting van Drees bezoek. Hij wist niet dat de ambtenaar van het State Department die hem tijdens diens bezoek vergezelde een bericht aan zijn superieuren zond, dat hij altijd had begrepen dat eredoctoraten uitsluitend verleend werden op basis van wetenschappelijke criteria. Maar ja 55
Pronounced as Drace, is in de spreektekst van Cole geschreven Ruim vier jaar eerder bezocht de bekende Canadese premier Mackenzie King Nederland. De toenmalige minister van Buitenlandse zaken C.G.W.H. baron Van Boetzelaer opperde de mogelijkheid dat aan deze een eredoctoraat zou worden ver- 56
leend. De Leidse Senaat verwierp het voorstel daartoe (anders dan in 1946 en 1948, toen eredoctoraten werden verleend aan respectievelijk Winston Churchill en J.C. Smuts). In plaats daarvan benaderde minister van Onderwijs J.J. Gielen de Universiteit van Amsterdam, die wel bereid was in 1947 een eredoctoraat aan Mackenzie King te verlenen. Van politieke eredoctoraten was, en is, zowel in Nederland als in de Verenigde Staten nog altijd sprake. 1 1 Het bovenstaande is gebaseerd op stukken van het State Department in de National Archives van de VS (waaronder uitgebreide correspondentie met de Amerikaanse ambassade in Den Haag) geraadpleegd in 1996, alsmede tal van stukken over de toekenning van het eredoctoraat aan Drees, toegezonden door de University Archivist van de University of Maryland in 2001. 57