Nummer 2011009341 Onderwerp: Verordening Participatiefonds gemeente Leek 2012 Programmanummer 1 Portefeuillehouder Behandeling in de raadscommissie: Voorstel aan de gemeenteraad: Bijlage(n): wethouder H.J. Morssink ja ja 1 Concept raadsvoorstel en -besluit 2 Aangepaste tekst folder en aanvraagformulier 3 Concept advertentie B en W-beslissing: Aantekening: Conform met aantekening Het college wil in de Kadernota 2013-2016 de mogelijkheden nagaan om de Leekster sociale lat te kunnen handhaven afgezet tegen landelijke bezuinigingen in het sociale domein. Ter voorbereiding daarop wil het college daarover geadviseerd worden. Inleiding/Aanleiding Dinsdag 20 december 2011 heeft de Eerste Kamer de herziene Bijstandswet (WWB) aangenomen. De wijzigingen gaan per 1 januari 2012 in. Ook worden per 1 januari 2012 de peuterspeelzalen binnen de gemeente Leek gecombineerd met de kinderopvang van de SKSG. Door deze wijzigingen is een aanpassing van de Verordening Participatiefonds nodig. De Wet werk en Bijstand (WWB) is gewijzigd en de Wet investeren in jongeren (WIJ) is met genoemde wet samengevoegd. De voor de Verordening Participatiefonds meest ingrijpende verandering is de inkomensgrens. De inkomensgrens van gemeentelijk minimabeleid is in de WWB genormeerd op maximaal 110% van de bijstandsnorm. De verordening van de gemeente Leek ging uit van een inkomensgrens van 120%. Dit wordt nu aangepast naar de wettelijke 110%. In het coalitieakkoord 2010-2014 is afgesproken dat de sociale lat onaangetast blijft. Door deze wettelijk verplichte aanpassing komen minder mensen in aanmerking voor een tegemoetkoming vanuit het Participatiefonds. Om het niveau van sociale voorzieningen in onze gemeente in stand te houden is in de verordening opgenomen dat bij de beoordeling van het recht op bijzondere bijstand rekening wordt gehouden met de eigen bijdrage voor kinderopvang. Door de eigen bijdrage van het inkomen af te trekken komen gezinnen net boven de norm wellicht toch nog in aanmerking voor een bijdrage uit het participatiefonds. Voor de berekening van de kosten van kinderopvang moet rekening gehouden worden met de maximale uurprijs uit het besluit kinderopvangtoeslag en tegemoetkomingen in kosten kinderopvang. Per 1 januari 2012 is het peuterspeelzaalwerk geharmoniseerd met de kinderopvang binnen de gemeente Leek. Ook is per 1 januari de Subsidieverordening peuteropvang gemeente Leek 2011 in werking getreden. De Verordening Participatiefonds is hieraan aangepast. Het gaat hierbij vooral om een aanpassing van de begripsomschrijvingen en het maximaal aantal uren waarvoor een tegemoetkoming kan worden gekregen. Communicatie: Op grond van de Gemeentewet (artikel 139) moet de verordening bekend gemaakt worden. Hiertoe wordt een publicatie in de Midweek verzorgd. Tevens zal de folder worden aangepast en worden verspreid onder de instanties waar vermoedelijk veel potentiële klanten komen. Voorgesteld besluit - 1 -
1. Instemmen met de voorgestelde wijzigingen van de Verordening Participatiefonds. 2. De gewijzigde Verordening Participatiefonds voor advies aanbieden aan de raadscommissie. 3. De gewijzigde Verordening Participatiefonds ter vaststelling aanbieden aan de gemeenteraad. - 2 -
Registratienummer: 2012000215 Raad: Agendapunt: Voorstelnr.: Portefeuillehouder: Onderwerp: Wethouder H.J. Morssink Vaststellen Verordening Participatiefonds gemeente Leek Leek, 9 januari 2012 Dinsdag 20 december 2011 heeft de Eerste Kamer de herziene Bijstandswet (WWB) aangenomen. De wijzigingen gaan per 1 januari 2012 in. Ook worden per 1 januari 2012 de peuterspeelzalen binnen de gemeente Leek gecombineerd met de kinderopvang van de SKSG. Door deze wijzigingen is een aanpassing van de Verordening Participatiefonds nodig. De Wet werk en Bijstand (WWB) is gewijzigd en de Wet investeren in jongeren (WIJ) is met genoemde wet samengevoegd. De voor de Verordening Participatiefonds meest ingrijpende verandering is de inkomensgrens. De inkomensgrens van gemeentelijk minimabeleid is in de WWB genormeerd op maximaal 110% van de bijstandsnorm. De verordening van de gemeente Leek ging uit van een inkomensgrens van 120%. Dit wordt nu aangepast naar de wettelijke 110%. In het coalitieakkoord 2010-2014 is afgesproken dat de sociale lat onaangetast blijft. Door deze wettelijk verplichte aanpassing komen minder mensen in aanmerking voor een tegemoetkoming vanuit het Participatiefonds. Om het niveau van sociale voorzieningen in onze gemeente in stand te houden is in de verordening opgenomen dat bij de beoordeling van het recht op bijzondere bijstand rekening wordt gehouden met de eigen bijdrage voor kinderopvang. Voor de berekening van de kosten van kinderopvang moet rekening gehouden worden met de maximale uurprijs uit het besluit kinderopvangtoeslag en tegemoetkomingen in kosten kinderopvang. Per 1 januari 2012 is het peuterspeelzaalwerk geharmoniseerd met de kinderopvang binnen de gemeente Leek. Ook is per 1 januari 2012 de Subsidieverordening peuteropvang gemeente Leek 2011 in werking getreden. De Verordening Participatiefonds is hieraan aangepast. Het gaat hierbij vooral om een aanpassing van de begripsomschrijvingen en het maximaal aantal uren waarvoor een tegemoetkoming kan worden gekregen. Communicatie: Op grond van de Gemeentewet (artikel 139) moet de verordening bekend gemaakt worden. Hiertoe wordt een publicatie in de Midweek verzorgd. Tevens zal de folder worden aangepast en worden verspreid onder de instanties waar vermoedelijk veel potentiële klanten komen. Voorstel Wij stellen u voor om de Verordening Participatiefonds gemeente Leek 2012 met terugwerkende kracht per 1 januari 2012 vast te stellen. Dit voorstel is behandeld in de raadscommissie op [datum vergadering]. De commissie adviseert u met het voorstel in te stemmen[indien van toepassing, anders wijzigen].of [In de agendacommissie op [datum vergadering] is afgesproken dat dit voorstel zonder advies van de raadscommissie aan u voorgelegd wordt.] De op dit voorstel betrekking hebbende stukken liggen op de gebruikelijke wijze ter inzage. Burgemeester en wethouders van Leek, - 3 -
B.C. Hoekstra, burgemeester H.K. Hofman, secretaris - 4 -
De raad van de gemeente Leek; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van...., voorstelnummer.... ; gelet op de relevante artikelen van de Gemeentewet en de Algemene wet bestuursrecht B E S L U I T : met terugwerkende kracht per 1 januari 2012 vast te stellen de Verordening Participatiefonds gemeente Leek 2012 Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1.1. Begripsomschrijving In deze verordening wordt verstaan onder: a. doelgroep: 1. inwoners van de gemeente Leek van 18 jaar en ouder, die ten minste een jaar zijn ingeschreven als inwoner; 2. met een inkomen uit of in verband met: - arbeid; - arbeidsongeschiktheid; - AOW of pensioenvoorziening; - Wet werk en bijstand; - IOAW en IOAZ; - Algemene nabestaandenwet; - Wet op de studiefinanciering 3. van maximaal 110% van de van toepassing zijnde bijstandsnorm ingevolge de Wet werk en bijstand en de Toeslagenverordening van de gemeente Leek; b. gezinsleden: tot de doelgroep worden mede gerekend de thuisinwonende partner en de ten laste komende thuiswonende kinderen waarvoor kinderbijslag wordt ontvangen; c. inkomen: bij de berekening van het inkomen kan rekening gehouden worden met: - woonkosten, inclusief servicekosten, voor zover deze boven de huursubsidiegrens vallen; - de eigen bijdrage voor kinderopvang, rekening houdende met de maximale uurprijs uit het Besluit kinderopvangtoeslag en tegemoetkomingen in kosten kinderopvang; d. vermogen: uitgesloten voor een vergoeding ingevolge het Participatiefonds zijn de inwoners van de gemeente Leek als bedoeld onder a met een vermogen van meer dan de in artikel 34 van de Wet werk en bijstand genoemde vermogensgrens. Voor de vaststelling van het vermogen zijn de bepalingen van de Wet werk en bijstand en de daarop gebaseerde verordeningen van de gemeente Leek van toepassing, met uitzondering van de daarin opgenomen bepalingen aangaande de door de aanvrager bewoonde eigen woning, woonwagen of woonschip; e. eigen woning: bij de vaststelling van het vermogen wordt er geen rekening gehouden met het vermogen in de vorm van de door de aanvrager bewoonde eigen woning, woonwagen of woonschip; f. begrafenis- of crematiekosten: met uitzondering van degenen die een eigen woning bezitten, wordt bij personen van 65 jaar en ouder de van toepassing zijnde vermogensgrens verhoogd met een doelver- - 5 -
mogen voor de (aanvullende) kosten van de eigen begrafenis of crematie. Dit doelvermogen bedraagt 2268,90 per persoon, minus de waarde van de per persoon afgesloten verzekeringen voor de eigen uitvaart. Als het berekende doelvermogen negatief is, wordt het buiten beschouwing gelaten; g. belanghebbende: degene behorend tot de doelgroep wiens belang rechtstreeks bij een besluit is betrokken; h. kalenderjaar: de tegemoetkoming in de kosten wordt toegekend voor het kalenderjaar waarin de aanvraag is ingediend; uiterlijk tot en met januari van het volgende kalenderjaar kunnen nog kosten over het voorgaande kalenderjaar worden gedeclareerd. i. woonkosten: 1. indien een huurwoning wordt bewoond, de op de aanvangsdatum van het lopende huurtoeslagvak per maand geldende huurprijs; 2. indien een eigen woning wordt bewoond, de tot een bedrag per maand omgerekende som van de ten behoeve van de financiering van de woning verschuldigde hypotheekrente en de in verband met het in eigendom hebben van de woning te betalen zakelijke lasten, waarbij onder zakelijke lasten wordt verstaan: de brandverzekering, de opstalverzekering en het eigenaarsdeel van de waterschapslasten; j. doelgroepkinderen: kinderen met een (taal)achterstand, zoals aangewezen door de Jeugdgezondheidszorg (JGZ). Artikel 1.2. Doelstelling De Verordening Participatiefonds gemeente Leek 2012 heeft tot doel om personen die tot de doelgroep behoren tegemoet te komen in de kosten van sociaal, culturele en sportieve activiteiten. Op deze wijze wordt voorkomen dat om redenen van financiële aard niet wordt deelgenomen aan deze activiteiten Hoofdstuk 2 Categorieën tegemoetkomingen Artikel 2.1. Vergoeding is per kalender jaar mogelijk als bijdrage in onder andere de volgende kosten voor sociale, culturele en sportieve activiteiten: a. abonnementen zwembad, schouwburg, musea en bibliotheek; b. abonnement internet maximaal 20,00 per maand; c. abonnement op een krant; d. contributie sport- en jeugd- en jongerenverenigingen; e. individuele sportactiviteiten; f. contributie ouderenverenigingen; g. contributie kindervakantiewerk en buurtverenigingen; h. contributie voor amateuristische kunstbeoefening; i. cursusgeld van instellingen voor hobby, educatie of onderwijs; j. eigen bijdrage muziekonderwijs; k. eigen bijdrage peuteropvang/speelleeruren maximaal twee dagdelen van in totaal 6 uren per week met uitzondering van doelgroepkinderen; l. excursies en schoolreizen; m. 80% van de zwemlessen ABC. Hoofdstuk 3 Hoogte tegemoetkoming Artikel 3.1. Tegemoetkoming Aan personen genoemd in artikel 1.1. onder a. en b. kan een tegemoetkoming uit het Participatiefonds worden verstrekt. De tegemoetkoming bedraagt per kalenderjaar maximaal 200,00 per persoon, te verhogen met maximaal 200,00 per ten laste komend kind. Artikel 3.2. Tegemoetkoming deelname peuteropvang/speelleeruren Het bedrag genoemd in artikel 3.1. wordt verhoogd met een bedrag ter hoogte van de verschuldigde ouderbijdrage aan een geregistreerde kinderopvang met peuteropvang/speelleeruren maximaal twee dagdelen van in totaal zes uren per week met uitzondering van doelgroepkinderen in de gemeente Leek per ten laste komend kind. - 6 -
Artikel 3.3. Tegemoetkoming onderwijs a. Het bedrag genoemd in artikel 3.1. wordt verhoogd met een bedrag van 67,00 per jaar per kind dat basisonderwijs of speciaal onderwijs geniet. De tegemoetkoming is uitsluitend voor de kosten van schoolreisjes, schoolkampen, tassen, fietsen, regenkleding, agenda, kaftpapier en schriften. b. Het bedrag genoemd in artikel 3.1. wordt verhoogd met een bedrag van 134,00 per jaar per kind dat speciaal/voortgezet onderwijs geniet. De tegemoetkoming is uitsluitend voor de kosten van schoolreisjes, schoolkampen, tassen, fietsen, regenkleding, agenda, kaftpapier en schriften. c. De kosten van deelname aan het onderwijs tot maximaal het bedrag van 220,00 per kind per schooljaar dat voor het eerst deelneemt aan het speciaal/voortgezet volledig dagonderwijs. De kosten bestaan uit maximaal de volgende bedragen: 25,00 voor een rekenmachine; 150,00 voor een fiets; 30,00 voor een schooltas; 15,00 voor een etui en pennen. Artikel 3.4. Tegemoetkoming kosten vrijwilligerswerk 1. Burgemeester en wethouders kunnen een tegemoetkoming toekennen in de daadwerkelijk gemaakte kosten voor het verrichten van vrijwilligerswerk, indien: a. de vrijwilligerswerkzaamheden worden verricht bij organisaties zonder winstoogmerk; b. de vrijwilligerswerkzaamheden ten minste zeven uur per week worden verricht; c. geen of niet langer recht bestaat op de voorzieningen ingevolge de door de gemeente Leek vastgestelde Reïntegratieverordening WWB, IOAW en IOAZ; d. de vrijwilliger niet in aanmerking komt voor een sociaal activeringstraject. 2. De reeds door de organisatie aan de vrijwilliger verleende onkostenvergoedingen worden op de in het eerste lid bedoelde tegemoetkoming in mindering gebracht. Dit geldt niet voor vergoedingen die verstrekt zijn voor daadwerkelijk gemaakte kosten, bijvoorbeeld reiskosten. 3. De hoogte van de tegemoetkoming bedraagt maximaal de bedragen zoals vastgesteld in artikel 31, tweede lid onderdeel k van de WWB. Artikel 3.5. Uitsluiting van aanspraak Bewoners van een asielzoekerscentrum komen niet in aanmerking voor een tegemoetkoming uit het Participatiefonds. Hoofdstuk 4 De procedure Artikel 4.1. Aanvraagprocedure voor mensen met een WWB-uitkering 1. Een tegemoetkoming wordt op individuele aanvraag toegekend nadat de kosten zijn gemaakt. 2. Een aanvraag tot het verkrijgen van een vergoeding van de kosten voor sociale, culturele en sportieve activiteiten wordt bij burgemeester en wethouders ingediend door middel van een daarvoor geëigend aanvraagformulier, inclusief nodige bewijsstukken omtrent inkomen en vermogen. 3. Op het aanvraagformulier wordt vermeld op welk gezinslid de aanvraag betrekking heeft. 4. Van de kosten worden bij de aanvraag betalingsbewijzen ingeleverd. Hieruit blijkt voor wie de kosten zijn, wanneer de kosten gemaakt zijn, waar de kosten betrekking op hebben en wat de hoogte is. 5. De aanvragen worden met een beschikking afgehandeld. 6. Bij het aanvraagformulier dienen de betreffende betalingsbewijzen van de gemaakte kosten te worden gevoegd. Zonder deze bewijzen kan niet tot uitbetaling overgegaan worden. 7. Genoemde procedure volstaat eenmaal per jaar. Na vaststelling van het recht op een tegemoetkoming kan bij ongewijzigde omstandigheden worden volstaan met het inleveren van bonnetjes, waarna, na verificatie bij de ISD op het recht op een WWB-uitkering, tot uitbetaling overgegaan kan worden. Artikel 4.2. Aanvraagprocedure voor mensen zonder WWB-uitkering 1. Een tegemoetkoming wordt op individuele aanvraag toegekend nadat de kosten zijn gemaakt. 2. Een aanvraag tot het verkrijgen van een vergoeding van de kosten voor sociale, culturele en sportieve activiteiten wordt bij burgemeester en wethouders ingediend door middel van een daarvoor geëigend aanvraagformulier, inclusief nodige bewijsstukken omtrent inkomen en vermogen. 3. Op het aanvraagformulier wordt vermeld op welk gezinslid de aanvraag betrekking heeft. 4. Van de kosten worden bij de aanvraag betalingsbewijzen ingeleverd. Hieruit blijkt voor wie de kosten zijn, wanneer de kosten gemaakt zijn, waar de kosten betrekking op hebben en wat de hoogte is. 5. De aanvragen worden met een beschikking afgehandeld. - 7 -
6. Bij het aanvraagformulier dienen de betreffende betalingsbewijzen van de gemaakte kosten te worden gevoegd. Zonder deze bewijzen kan niet tot uitbetaling overgegaan worden. Artikel 4.3. Tijdstip van aanvraag Aanvragen en bonnetjes kunnen op ieder moment in het lopende kalenderjaar worden ingediend, mits de kosten hoger zijn dan 25,00 of tot het moment dat in het kalenderjaar geen rekeningen meer te verwachten zijn. Uiterlijk tot en met januari van het volgende kalenderjaar kunnen nog kosten over het afgelopen kalenderjaar worden gedeclareerd. Artikel 4.4. Uitbetaling Uitbetaling vindt plaats na toekenning. Hoofdstuk 5 Slotbepalingen Artikel 5.1. Hardheidsclausule In gevallen waarin deze verordening niet voorziet, beslist het college van burgemeester en wethouders. Artikel 5.2. Citeertitel Deze verordening kan worden aangehaald als Verordening Participatiefonds gemeente Leek 2012. Artikel 5.3. Inwerkingtreding 1. Deze verordening treedt in werking per 1 januari 2012. 2. Gelijktijdig met het inwerkingtreden van deze verordening vervalt de Verordening Participatiefonds gemeente Leek, die op 6 januari 2010 door de gemeenteraad is vastgesteld. Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad der gemeente Leek, d.d. datum raad. B.C. Hoekstra, voorzitter W. Loonstra, griffier - 8 -