Tractor Rapid-kit inbouw instructies. Handleiding voor het inbouwen en aansluiten van: Rapid KT-LPT-07. Tuning-kit voor Tractoren

Vergelijkbare documenten
Handleiding voor het inbouwen en aansluiten van: Rapid KT-LPT-09. Tuning-kit voor Tractoren

Tractor Rapid-kit inbouw instructies. Handleiding voor het inbouwen en aansluiten van: Rapid KT-LPT-01. Tuning-kit voor Tractoren

Tractor Rapid-kit inbouw instructies. Handleiding voor het inbouwen en aansluiten van: Rapid KT-LPT-08. Tuning-kit voor Tractoren

Tractor Rapid-kit inbouw instructies. Handleiding voor het inbouwen en aansluiten van: Rapid KT-V4T-01. Tuning-kit voor Tractoren

Tractor Rapid-kit inbouw instructies. Handleiding voor het inbouwen en aansluiten van: Rapid KT-V4T-00. Tuning-kit voor Tractoren

Tractor Rapid-kit inbouw instructies. Handleiding voor het inbouwen en aansluiten van: Rapid KT-HVD. Tuning-kit voor Tractoren

Tractor Rapid-kit inbouw instructies. Handleiding voor het inbouwen en aansluiten van: Rapid KT-DSI-00. Tuning-kit voor Tractoren

Tractor Rapid-kit inbouw instructies. Handleiding voor het inbouwen en aansluiten van: Rapid KT-VPD-02. Tuning-kit voor Tractoren

Kit code: KT XTI Configuratie: Kit inhoud: Geschikt voor: T7.170_185_200_210_220_235_250_260_270 Tier 4A

Kit code: KT XTI Configuratie: Kit inhoud: Geschikt voor:

Kit code: KT XTI Configuratie: Kit inhoud: Geschikt voor:

Kit code: KT XTI Configuratie: Kit inhoud: Geschikt voor:

Motor Scooter Alarm Systeem. Installatie handleiding

Handleiding Otter POD motor

ASA espeed B25.14 en B45.14 Vanaf firmware versie D29

K-Steel deuropenermodule 1156/10 met numeriek toetsenbord

Inbouwen van de Speedohealer

ASA espeed B25.14 en B45.14 Tot en met firmware versie D28

MILTON KLOKTHERMOSTAAT

Handleiding Motronic diagnose apparaat MDD

INTELLISTART 4 INSTALLATIE

Installatie handleiding Centrale Deurvergrendeling De Basis unit. Schema type 1

Henks Reparatie Werkplaats - Van IJsendijkstraat LC - Purmerend - Bedienings display

Deze powerbox is alleen toepasbaar op motoren met een VP37 verdelerpomp van het merk Bosch. En is dus niet geschikt voor PD motoren.

INBOUW HANDLEIDING GT806 (GT804+GT844)

DUMAN US-Module V1.5 2 ste druk Inbouw handleiding. Bedankt voor de aanschaf van de DUMAN US-Light Module V1.5

INSTALLATIE HANDLEIDING MKR 41

2010 Handleiding MS12s

Inbouwhandleiding Coming Home / Leaving Home module voor Citroën C1, Toyota Aygo en Peugeot 107.

Cobra Bridge CAN 8800

N301/R01( ) Digitale thermostaat TH132-AF

Hartelijk gefeliciteerd met de aanschaf van een COBRA alarmsysteem type 889.

BELANGRIJK: Bij de eerste keer dient u de inleerprocedure te doorlopen voordat u de set kan gebruiken! Handleiding MS16

Scherm. Knoppen. Drieknops elektronische besturing. Aan/uit. Batterij. Snelheid. Modus. Level. Unit. Wandel Tijd. Afstand Unit

1 Elektriciteit Oriëntatie 1.1 Elektrische begrippen Elektrische stroomkring

Instellen van de dag en de tijd. De dag en de uurtijd worden met behulp van de knopen DAY, HOUR en MIN ingesteld.

Clifford Electronics Benelux bv. Tel Fax

1. Installatie van de e-thermostaat Installatie van de hub 8

Sinthesi Deuropenermodule

Voorwoord: Cool 150/250 Basis set. Cool 150/250 DeLuxe set. Lees eerst de hele handleiding door alvorens met de installatie te beginnen.

GT-912/GT-913/GT-914 Gebruikers handleiding

Setnummer: Montage voorschrift. GC90c CAN-bus

Handleiding: instellen en werking LCD display t.b.v. ombouwset 004 en prolithium Velvet. Gefeliciteerd met de aankoop van een R A T - Holland product!

Wij danken u hartelijk voor de aankoop van uw LivingLight Color Player 4 en/of Color Player 4 receiver.

Handleiding GSM kiezer TKGSM-431 versie 13V1.2. Afmeting breedte circa 20,4 cm hoogte circa 14 cm.

Float Control Installatie handleiding

G. Schottert Handleiding Freekie 1. Nederlandse handleiding. Freekie DMX ADRES INSTELLINGEN 1

Handleiding Alma Rally & Alma Rally Off-road

GT-912/GT-913/GT-914 Inbouwhandleiding

VDH doc Versie: v1.0 Datum: Software: ALFA75-MTT File: Do WPD Bereik: 0,0/+80,0 C per 0,1 C

Digimax 210. Compatible met Maxi Controller. Gebruiksaanwijzing

CA2010 Handleiding Digitale Alcoholmeter

De-/montage handleiding VAG DSG6 02E Mechatronic

Draadloze zoneregelaar HCE80. Handleiding bij het inleren

Innovative Growing Solutions. Datalogger DL-1. software-versie: 1.xx. Uitgifte datum: HANDLEIDING

Gebruikershandleiding OTTER flens motoren

Rev.0 MBCarParts 1 van 7

Setnummer: Montage voorschrift GC90. Versienummer: 17.06F

CCE-200, 201, 202, 203, 204 & 206 NL Elektronisch bedieningspaneel Installatie-, Montage- en Gebruikshandleiding Voor de Installateur

Gebruikershandleiding

HANDLEIDING PROGRAMMAREGELAAR 40/16 SE

Landi LSI Drooggas slave injectie systeem. Inbouw instructie cil.

Digitale multimeter 700b

Gebruikershandleiding

Cruisecontrol GC90 montagevoorschrift

Licht en donker. We willen onze verlichting langzaam laten aan en uit gaan. Daartoe hebben we een langzaam aan / langzaam uit - dimmer nodig.

LCD scherm ve LCD scherm

HANDLEIDING CIFERO XT CODEKLAVIER

Programmeerbare elektronische tijdschakelklok

TC 60/8. Handleiding

Bedienerhandleiding. Digital Compressor Controller.

Installatie & Snel Start Gids Aqua PC Serie AquaPro Versie

Snel aan de slag Installatiegids (versie 1.0)

GPS repeater. Inleiding

2 Draads videofoon systeem. Drukknop: Gebruikshandleiding

LCD scherm va LCD scherm

GfS Day Alarm. Algemene omschrijving...p. 2. Montage handleiding en functies...p. 3. Instellingen van magneet contacten...p. 4

ACHTERUITVERSNELLING MET RTG 2012 SENSOREN (Plate Sensor 2012)

Gebruiksaanwijzing PX Combi 800

INBOUW HANDLEIDING GT403, 404

Elektrische Doorstroomverwarmer cv t.b.v. Ecolution All Electric systeem

Gebruikersinstructie Roth Touchline thermostaat

Elektrische Doorstroomverwarmer

Wij danken u hartelijk voor de aankoop van uw LivingLight Color Player Touch en/of Color Player Touch receiver.

Wind, Sun & Rain Sensor Instructions

Inhoudsopgave. Technische gegevens. Bestnr in.pro. Check Temp

Nederlandstalige handleiding Autoalarm AS5

Gebruikshandleiding E515

Handleiding. 24Vdc -50/+50 C

De ET31F (die alleen de vloertemperatuur meet) kan in een andere ruimte geplaatst worden.

Handleiding ingebruikstellen

ACHTERUITVERSNELLING MET PLUG 2011 SENSOREN (External Sensor Plug 2011)

Handleiding ALFA(NET) 71 0/+100 C

TREVLER AIR Model GV300 - Inbouw

1 Veiligheidsinstructies. 2 Bedoeld gebruik. 3 Bediening. Systeem DALI-Power-besturingseenheid inbouwbasiselement

Installatievoorschrift GeoChaser SCM TV01

MONTAGEHANDLEIDING TIJDKLOK CHRONIS IB

Transcriptie:

Tractor Rapid-kit inbouw instructies Handleiding voor het inbouwen en aansluiten van: Rapid KT-LPT-07 Tuning-kit voor Tractoren DezehandleidingvindtuinKLEURop: WWW.TERLOUWTUNING.NL Rechtsstaat.Ditkuntuaanklikkenenop devolgendepaginavindtu: Download hier de inbouwinstructies (.pdf) 1

RapidLPT 07 Geschikt voor motoren met Boschcommonrailinjectie systeem. Geschikt voor o.a. de modellen: CASE MAXXUM 250, 280 MX 310 NEW HOLLAND T8020, T8030, T8040, T8050 Standaard instelling van de parameters van de RAPID LPT module: SET: 040 TH1: 115 TH2: 200 TH3: 106 2

Installatie Benodigdeinstallatieaansluitingen: Raildruk sensor signaal. Turbodruk sensor signaal 12V contact geschakeld. Massa. Aansluitschema: 3

Aansluiten van het raildruk signaal: Lokaliseer de raildruk sensor aan de linkerzijde van de motor. (zie pict. 1 en 2) Pict.1 Pict.2 Neem de stekker van de raildruk sensor los. Sluit de stekkers van de Rapid draadboom aan op de raildruksensor en de originele stekker hiervan. Pict.3 4

Aansluiten van het turbodruk signaal: Voor het benodigde turbodruk signaal is het noodzakelijk dat u de meegeleverde grijze draad in de afgedopte pin van de 6-polige stekker van de Rapid draadboom aansluit. Lokaliseer de turbodruk sensor, gemonteerd op het inlaatspruitstuk. (zie pict. 1 ) Pict.1 Aansluiten van de grijze draad aan de turbodruk sensor: - Om de Rapid LPT-07 te laten functioneren is er een motorbelastings-signaal nodig. U dient hiervoor een turbodruk signaal voor te gebruiken. De grijze draad uit de Rapid draadboom moet hier op worden aangesloten. 5

- Identificeer de turbodruk sensor van de tractor. - De turbodruk sensor zal normaalgesproken zijn aangesloten met 4 draden, een massa, een 5 Volt +, een signaaldraad voor de inlaatlucht temperatuur en een signaaldraad voor het turbodruk signaal. - Bij sensoren met 4 draden is het van belang dat de juiste van de twee signaaldraden wordt gebruikt voor het aansturen van de Rapid. Op de volgende manier kunt u de 2 signaaldraden van elkaar onderscheiden: - Het turbodruk signaal heeft een grotere spanningsvariatie dan het temperatuur signaal. - Start de motor en laat deze stationair draaien. - Meet de spanning van beide signaaldraden met een Voltmeter (DC) - Laat nu de motor volgas draaien en meet de signaaldraden opnieuw. - De spanning van het turbodruk signaal moet nu 1 tot 2 Volt hoger zijn dan stationair, terwijl het temperatuur signaal maar 0,3 tot 0,5 volt zal toenemen. Voorbeeld: Stationair: Signaaldraad 1 1,1 Volt Signaaldraad 2 1,1 Volt Volgas: Signaaldraad 1 1,6 Volt temperatuur signaal Signaaldraad 2 2,2 Volt turbodruk signaal Let op: genoemde voltages kunnen afwijken van de werkelijk gemeten waarden, daarom is het belangrijk het spanningsverschil te meten, dit is namelijk altijd aanzienlijk groter bij het turbodruk signaal! - Soldeer nu de grijze draad uit de Rapid draadboom bij de signaaldraad van de turbodruk sensor. Aansluiten van de spanningsvoorziening: - Sluit de zwarte draad uit de Rapid draadboom aan op een goed massa punt. - Sluit de rode draad uit de Rapid draadboom aan op een contact geschakelde 12 Volt aansluiting. 6

Totslot: Controleer de gemaakte soldeer verbindingen met een multimeter. Monteer de Rapid module op een droge plaats, op voldoende afstand van hittebronnen Sluit de Rapid programmeermodule aan op de 2-polige stekker uit de Rapid draadboom om de parameter instellingen te controleren en/of te wijzigen. De volgende parameters kunnen worden gewijzigd: SET, TH1, TH2 en TH3. Als het contact van het voertuig wordt ingeschakeld zullen de opgeslagen parameters in het display verschijnen. Het is van groot belang dat u deze waarden controleert en zo nodig wijzigt in de opgegeven waarden voor het juiste type voertuig. De juiste waarden voor deze parameters kunt u terugvinden in de tabellen op pag. 2-3 van deze handleiding. Met de SEL knop kunt u de parameters selecteren en met de + en knop wijzigen. Na het manken van de juiste instelling de SEL knop 5 sec. vasthouden om instellingen op te slaan! 7

SET: bepaalt de brandstof opbrengst. Door de SET te verhogen kan men de hoeveelheid geïnjecteerde brandstof verhogen. Als de SET waarde op 000 wordt ingesteld, zal het voertuig met de originele opbrengst draaien en dus standaard vermogen leveren. TH1: bepaalt het inschakelmoment van de Rapid module, afhankelijk van de gemeten motorbelasting. Dit betekent dat de Rapid module niet geactiveerd is totdat er een bepaalde motorbelasting vastgesteld wordt. Het is belangrijk dit inschakel-moment nauwkeurig te controleren. Bij een te hoog inschakelpunt zal er te laat of geen gewenste vermogenstoename zijn, en bij een te laag inschakelpunt kan de vermogenstoename als hinderlijk (schok) voelbaar zijn. Het is dan ook goed mogelijk dat u voor de TH1 waarde moet afwijken van de fabrieksopgave, omdat de gebruiksomstandigheden van tractoren erg divers zijn. Het verhogen van de de TH1 waarde verlaat het inschakelen van de Rapid, verlagen betekent een eerdere inschakeling. Het inschakelen van de Rapid module wordt zichtbaar gemaakt door een stip tussen de cijfers op het display van de programmeer module. TH2: bepaalt de de-activering van de Rapid module als er een bepaalde turbodruk bereikt is. Als de turbodruk boven de ingestelde waarde uit dreigt te komen wordt de extra brandstof toename gereduceerd om een te hoge turbodruk en evt. hierdoor ontstane schade te voorkomen. Normaal hoeft u de TH2 waarde niet anders in te stellen dan de opgegeven waarde. TH3: staat voor een kalibratie waarde die is bepaalt om de Rapid module goed te laten functioneren met het brandstof inspuit systeem van het voertuig. Het is dan ook belangrijk voor een goede werking dat u de opgegeven TH3 waarde gebruikt en deze NIET wijzigt. Het is mogelijk om tijdens rijden of belasten de SET of TH1 waarde te veranderen om het gewenste resultaat te krijgen. Let er wel op dat u na een wijziging de nieuwe instellingen opslaat door de SEL knop op de programmeer module 5 seconden vast te houden. Indien de programmeer module is losgekoppeld zal de motor altijd met het aangepaste vermogen (via Rapid) draaien. Programmeer module WijbevelenuaanomnahetaansluiteneninstellenvandeRapidhet(toegenomen) vermogentemetenmetbehulpvaneenwaterrem.hetkanzijndatdebasisinstellingen voorteveelofteweinigvermogenstoenamezorgt.indatgevalkuntuhetvermogen verhogenofverlagendoordesetwaardemetenkelepuntentewijzigen. 8

Waarschuwing:eentegrotevermogenstoenamekanschadeveroorzakenaande motor,aandrijflijnofinspuitsysteem! Tijdens het testen kunnen mogelijk een aantal foutcodes in het display verschijnen. De foutcodes E01, E02 en E03 kunnen tijdens het testen optreden, maar hebben verder geen betrekking op het functioneren van de Rapid. Als foutcode E06 verschijnt betekent dit dat de voedingsspanning van de Rapid (rode draad) te laag is. Als deze fout tijdens het starten verschijnt is dit geen probleem. Blijft code E06 echter ook na het starten zichtbaar dien u de voedingsspanning en massa van de Rapid te controleren. Als u een schakelaar wilt gebruiken om de Rapid door de gebruiker aan en uit te laten schakelen neem dan contact op met Terlouw Diesel Center over de mogelijkheden. Verzeker u ervan dat het voertuig naar behoren werkt en presteert voor dat u een Rapid module monteert. De Rapid module is niet bedoeld om een vermogens tekort veroorzaakt door technische mankementen op te lossen! Start de motor pas als alle aansluitingen aangesloten zijn, om foutmeldingen te voorkomen. De Rapid module is ontworpen voor 12 tot 30 Volt systemen. Voor technische assistentie : Terlouw Diesel Center 0186-571044 9