Standaardingrepen (2) Bijgebouwen en overkappingen

Vergelijkbare documenten
Standaardingrepen (1) Aan- en uitbouwen en erkers

Standaardingrepen (4) Dakkapellen

Welstandsnota, gebiedsbrochure (16) Poldergebied

criteria 5 bijbehorende bouwwerken Vereniging tot bevordering, ondersteuning en instandhouding van landschappelijk en stedelijk schoon

LOKETCRITERIA VOOR LICHTVERGUNNINGPLICHTIGE BOUWWERKEN

2 Loketcriteria. Welstandsnota gemeente Amersfoort maart 2008 H2 Loketcriteria

GRONINGEN, EEN PRONKJUWEEL MET WELSTAND

Welstandsnota, gebiedsbrochure (8) Oude Dorp/Bovenkerk-Dorp

Welstandsnota, gebiedsbrochure (17) Amsterdamse Bos

GEMEENTE ZUNDERT WELSTANDSNOTA Deel III: Ambtelijke toetsingscriteria

4 Loketcriteria. Welstandsnota gemeente Woudenberg Deel B Hoofdstuk 4 Loketcriteria 17

DE SNELTOETS- CRITERIA

DE SNELTOETS- CRITERIA 9. ERF- EN PERCEEL- AFSCHEIDINGEN

DE SNELTOETS- CRITERIA 2. DAKOPBOUWEN EN AFSCHEIDIN- GEN ROND DAKTERRASSEN

Verslag ambtelijke welstandstoets van d.d. 20 mei 2015

DE SNELTOETS- CRITERIA

Actualisatie Welstandsnota (Digitale versie = verkorte versie ten opzichte van analoge versie)

welstand in 5 A9 17 2

Welstand. of welstandsvrij in de gemeente Gorinchem?

Wanneer een bouwplan niet aan de loketcriteria voldoet of wanneer er sprake is van een bijzondere situatie, waarbij twijfel bestaat aan de

DAKKAPELLEN. Beschrijving en uitgangspunten welstandsbeleid

5 WELSTANDSCRITERIA. 5.1 Loketcriteria (sneltoetscriteria) Zoals in deel A van deze nota is uiteengezet, verplicht het nieuwe artikel 12a

Bijlage bij Welstandsnota Diemen 2012, GR , besluit nr CONSEQUENTIES

DE SNELTOETS- CRITERIA

DE SNELTOETS- CRITERIA

DE SNELTOETS- CRITERIA 3. DAGLICHT- VOORZIENINGEN IN EEN DAK

Voorbeeld sneltoetscriteria

WELSTANDSNOTA NOORDENVELD 2008 Bijlage Loketcriteria ideeën- en voorbeeldenboek

2.4 CRITERIA VOOR VEEL VOORKOMENDE KLEINE BOUWPLANNEN

Als aan deze criteria wordt voldaan, behoeft het bouwplan niet meer te worden voorgelegd aan de welstandscommissie.

criteria 2 dakkapellen Vereniging tot bevordering, ondersteuning en instandhouding van landschappelijk en stedelijk schoon

Kozijn- of gevelwijziging

criteria 3 erfafscheidingen Vereniging tot bevordering, ondersteuning en instandhouding van landschappelijk en stedelijk schoon

criteria 7 schotel-, spriet- en staafantennes Vereniging tot bevordering, ondersteuning en instandhouding van landschappelijk en stedelijk schoon

DE SNELTOETS- CRITERIA

Dakkapellen. (op alle bestaande gebouwen)

Bij een zijerf grenzend aan de weg of openbaar groen overlapt de achterkant de voorkant. Bij twijfel of overlapping is de term voorkant bepalend.

ovenkerk en Legmeer welstand in A9 17 2

2 KLEINE BOUWPLANNEN CRITERIA

Omschrijving en uitgangspunten

3. Stuwwallandschap van het land van Vollenhove

7 Objectgerichte criteria

Sneltoetscriteria 2008

Hoofdstuk 6 Sneltoetscriteria

criteria 1 kozijn- en gevelwijzigingen Vereniging tot bevordering, ondersteuning en instandhouding van landschappelijk en stedelijk schoon

WELSTANDSNOTA GEMEENTEN HELDEN EN MEIJEL SNELTOETSCRITERIA

BIJGEBOUW OF OVERKAPPING OP ZIJ OF ACHTER ERF

Welstandsnota gemeente Zwartewaterland, versie2016

Rapport. rijwoning. voorbeeld-document bouwmogelijkheden

Criteria van gevallen waarbij wordt afgezien van preventief welstandstoezicht. Bijlage bij de Welstandsnota 2013

Gebiedsbrochure (15) Buitengebied-Zuid

Aan- en uitbouwen Wanneer bouwvergunningsvrij, wanneer een bouwvergunning nodig?

Hoofdstuk 9 Sneltoetscriteria Voor veel voorkomende kleine bouwplannen

deel C Welstandsnota Baarle-Nassau sneltoetscriteria februari

4. Zeekleilandschap Zeekleilandschap. Gebiedsbeschrijving

Rapport. 2^1 kapwoning. voorbeeld-document bouwmogelijkheden

Poldergebied p o l d e r g e b i e d 16

Welstandsnota gemeente Cromstrijen

beeldkwaliteitsplan locatie ons belang Staphorst 21 september 2012

estwijk welstand in A9 17 2

Welstandsnota gemeente Zwartewaterland, versie Deelgebied Naoorlogse woonwijken

WELSTANDSBEOORDELINGEN STADSBOUWMEESTER A M E R S F O O R T. Verslag d.d

Deelgebied 4, Vorchten. 1. Beschrijving bestaande situatie

Bijlage bij evaluatie van de Welstandsnota Hoogeveen Aanpassingen gebiedskenmerken deelgebieden - aangepaste deelgebieden 7, 9, 11, 22, 35

BKP Tubbergen, Manderveen, uitbreidingslokatie Beeldkwalteitsplan Manderveen, de Bessentuin

Nota uitgangspunten welstand

Beeldkwaliteitsplan herziening Prikwei West Herziening oktober 2013

criteria 6 rolluiken, hekken en luiken Vereniging tot bevordering, ondersteuning en instandhouding van landschappelijk en stedelijk schoon

LORENTZ III HARDERWIJK

ude Dorp/Bovenkerk-Dorp

7 Welstandscriteria voor veel voorkomende kleine bouwwerken

Beeldkwaliteitsplan. Denekamp 't Pierik fase 2

Plan Muggenborch Kavelpaspoort A: Richtershof - Kapel Avezaath. gemeente T i e l

1. Stuwwallandschap tussen Oldemarkt en De Eese

3 Woningwet en Welstand

Welstandscriteria woningen Oirschotseweg 94

WELSTANDSZORG NOORD-BRABANT

WELSTANDSNOTA RIJSSEN-HOLTEN - 1 RIJSSEN WONEN 31

DEEL 5 SNELTOETSCRITERIA. Inhoud: 5.0 Inleiding Lichtvergunningplichtig bouwen Sneltoetscriteria 8 V - 1

Gebied 14 Hemmen. het gebied is roodgekleurd op de kaart. Welstandsnota Overbetuwe 2010, gebied 14 Hemmen 141

Beeldkwaliteitplan Emmen, Noorderplein en omstreken. behorende bij de Welstandsnota Koers op kwaliteit (2 e wijziging)

Beleidsregels buitenplanse afwijkingen opbouwen Oud-Beijerland

beeldkwaliteitsplan locatie ons belang Staphorst 08 april 2013

B E E L D K WA L I T E I T P L A N H A R I N X M A L A N D S N E E K N O O R D E L I J K VA N FA F S E 1 E

Welstandsnota gemeente Zwartewaterland, versie Deelgebied Oude kern Genemuiden

LTS - park in Musselkanaal

Welstandscriteria projecten, relatie beeldkwaliteitplannen en welstandscriteria bestemmingsplannen

GEMEENTE HEERENVEEN SNEL- TOETSCRITERIA. voor veel voorkomende kleine bouwplannen

Gebied 12 Elst Centrum

Toelichting bij de beleidsnotitie voor bijbehorende bouwwerken Gemeente Pekela

WELSTANDSNOTA NIEUWEGEIN 2010

DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies. gegeven door mr. F.M.Visser, verder te noemen de rijdende rechter.

roenelaan welstand in A9 17 2

7. Bijlagen. Loketcriteria gemeente Stein (versie ) Visie Welstandbeleid rayon Beek-Meerssen-Stein-Schinnen

4.0 Kleine bouwwerken

SNELTOETSCRITERIA. voor veel voorkomende kleine bouwplannen. Versie juni 2007

Oplegnotitie nieuw Welstandsbeleid voor de Gemeente Oss

14 Op de grond staand bouwwerk van beperkte omvang 24

BIJBEHORENDE BOUWWERKEN

Transcriptie:

Standaardingrepen (2) Bijgebouwen en overkappingen ALGEMENE INFORMATIE Woningwet, bestemmingsplan en welstandsnota De Woningwet maakt een onderscheid tussen zogenaamde vergunningsvrije en vergunningplichtige bouwwerken. Voor vergunningsvrije bouwwerken hoeft geen omgevingsvergunning te worden aangevraagd bij de gemeente en geldt geen welstandstoets. Voor vergunningplichtige bouwwerken moet wel een omgevingsvergunning worden aangevraagd. In de bestemmingsplannen zijn de bebouwingsmogelijkheden qua contour en volume vastgelegd. Bijgebouwen en overkappingen zijn vergunningsvrij als ze aan een aantal specifieke criteria voldoen. Op www.omgevingsloket.nl en bij de balie Bouwen en Vergunningen in de hal van het raadhuis kunt u vaststellen of uw bouwplan vergunningsvrij is, of dat u een omgevingsvergunning moet aanvragen. De eisen aan die worden gesteld aan het uiterlijk van vergunningplichtige bouwwerken zijn vastgelegd in de Welstandsnota Amstelveen. In de algemene brochure Welstandsnota Amstelveen of op www.amstelveen.nl staat meer informatie over het welstandsbeleid van de gemeente Amstelveen. Welstandsluw en welstandsvrij bouwen De gemeente Amstelveen gunt de burger de ruimte om zijn eigen woonwensen te realiseren. Bij het toetsen van welstand hoeft de lat niet overal even hoog te liggen. De mate waarin een bouwwerk de ruimtelijke kwaliteit en aantrekkelijkheid van de omgeving beïnvloedt, geldt als maatstaf. Een aantal gebieden in Amstelveen is aangewezen als welstandsluw. Dit betekent dat er geen welstandstoets meer plaatsvindt bij het vergunningstraject. Hier is alleen een excessenregeling van toepassing. In reguliere welstandsgebieden is bouwen aan de achterzijde welstandsvrij. Het gemeentebestuur toetst bouwwerken aan achterkanten (achtererven, achtergevel en achterdakvlak) alleen nog waar deze zichtbaar zijn vanuit de openbare ruimte en gelegen zijn in een gebied met een bijzonder welstandsregime. Of dit ook voor uw bouwwerk geldt, is te vinden in de gebiedsbrochures en met behulp van de in de welstandsnota opgenomen overzichtskaart met de verschillende deelgebieden en welstandsregimes. Loketcriteria Bij veel vergunningplichtige bouwwerken is sprake van standaardingrepen: aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen, kozijn- en gevelwijzigingen, dakkapellen, dakramen, erfen perceelafscheidingen, (schotel-) antennes, zonnecollectoren en panelen, en rolhekken, luiken en rolluiken. Als deze standaardingrepen aan specifieke eisen voldoen, worden deze getoetst aan de zogenaamde loketcriteria. Of uw bouwwerk voldoet aan deze specifieke eisen Standaardingrepen (2) Bijgebouwen en overkappingen 1

kunt u vaststellen aan de hand van onderstaande voorwaarden. Loketcriteria zijn zoveel mogelijk in duidelijke objectieve termen geformuleerd. Zo kan de aanvrager goed inschatten of het bouwplan voldoet aan de welstandseisen. Deze brochure bevat de loketcriteria voor bijgebouwen en overkappingen. Monumenten Voor werkzaamheden aan monumenten is altijd een omgevingsvergunning vereist. Bouwplannen voor monumenten worden door de Erfgoedcommissie getoetst aan specifieke eisen en criteria. De criteria voor monumenten staan in de Erfgoednota Amstelveen, deze is te raadplegen op www.amstelveen.nl. BIJGEBOUWEN EN OVERKAPPINGEN Definitie Bijgebouwen zijn bouwwerken die geen directe verbinding hebben met het woonhuis en alleen bereikbaar zijn via een aparte toegangsdeur. Een overkapping is een open constructie. Bijgebouwen en overkappingen kunnen zowel vrijstaand als tegen het woonhuis zijn aangebouwd. De richtlijnen voor de afmeting, positionering en eventuele dakvorm van bijgebouwen en overkappingen zijn geregeld in de bestemmingsplannen. Loketcriteria bijgebouwen en overkappingen Als sprake is van een bijgebouw of overkapping voor een vergelijkbare woning in een vergelijkbare situatie waarvoor eerder een bouwvergunning is afgegeven op grond van de Welstandsnota die in 2004 is vastgesteld (voorbeeldplan), voldoet deze aan redelijke eisen van welstand als: Plaatsing, vorm, maatvoering, materiaal en kleurgebruik overeenkomen met een bijgebouw of overkapping waarvoor eerder een vergunning is afgegeven. Als er geen sprake is van een voorbeeldplan voldoet een bijgebouw of overkapping aan redelijke eisen van welstand als: Plaatsing op een voorerf (aan de straatgevel) geen afbreuk doet aan de samenhang in en geleding van het bouwblok en/of het aanwezige straatbeeld. Vormgeving van het bijgebouw verwant is aan die van het hoofdgebouw en een goede verhouding ontstaat tussen het hoofdgebouw en de (ondergeschikte) toevoeging. Het bijgebouw of overkapping bij aanbouwing aan een hoofdgebouw plat of met een hellend vlak wordt afgedekt. Detailleringen overeenkomen met en/of zijn afgestemd op die van het hoofdgebouw. Materiaal- en kleurtoepassing overeenkomen met die van het hoofdgebouw. Als uw plan niet voldoet aan de loketcriteria U hoeft niet per se voor een standaardoplossing te kiezen. U kunt altijd een afwijkend bouwplan maken, dat niet voldoet aan de loketcriteria die voor uw bouwplan gelden. Dan toetst de Stadsarchitect of uw afwijkende bouwplan voldoet aan redelijke eisen van welstand. Voor- Standaardingrepen (2) Bijgebouwen en overkappingen 2

overleg is in dat geval aan te bevelen. Ook kan het voorkomen dat uw bouwplan (onbedoeld) niet voldoet aan de loketcriteria. Uw bouwplan wordt dan alsnog door de Stadsarchitect getoetst aan de algemene en gebiedsgerichte welstandscriteria. Voor een (fietsen-of container-)berging in uw voortuin gelden andere regels. Deze regels staan in de Beleidsregels planologische afwijkingen. U kunt deze regels inzien bij de balie Bouwen en Vergunningen in de hal van het raadhuis. Algemene overwegingen en uitgangspunten voor welstandsbeoordeling Relatie met hoofdgebouw In het kader van de welstandsnota is een bijgebouw of een overkapping een ondergeschikte toevoeging aan of bij een woonhuis. Een bijgebouw of overkapping staat vrij op het erf of is aangebouwd aan het hoofdgebouw. Indien bij aanbouwen geen sprake (meer) is van onderschikking dient het toegevoegde object gezien en beoordeeld te worden als een vergroting/wijziging van de hoofdvorm, die op zich weer evenwichtig dient te zijn. bijgebouw: een vrij op het bijbehorende erf geplaatste bijruimte of aangebouwd aan, maar niet direct toegankelijk vanuit het hoofdgebouw. overkapping :een constructie met meerdere open en/of halfopen wanden en een kap. Bij een welstandsbeoordeling zal de verschijningsvorm van de toevoeging (m.n. preciseren van de omvang, karakter en materialisering) vervolgens niet alleen op zichzelf, maar vooral in relatie met het gegeven hoofdgebouw en de kwaliteitsdoelstellingen voor de inrichting van de woonomgeving, getoetst worden. Belangrijke aspecten daarbij zijn tevens consistentie, herhaalbaarheid en het voorkomen van een negatieve precedentwerking (tegen de achtergrond van de noodzaak tot het bieden van rechtszekerheid en rechtsgelijkheid voor alle planindieners). Typologie Er kan bij bijgebouwen onderscheid gemaakt worden in: a. objecten met een 'meubilaire omvang; b. objecten met een substantiële omvang. a: b.v. tuinkasten, hokken, kasjes en kleine prieeltjes (< 4 m2). Hierbij kan een grote mate van vrijheid bestaan bij de keuze van vormgeving en materiaaltoepassing, maar een bescheiden kleurkeuze is op z'n plaats evenals het toepassen van geen of lage kap. b: meestal vallen deze qua begrenzingen onder de erfgebouwenregeling van het betreffende bestemmingsplan. Standaardingrepen (2) Bijgebouwen en overkappingen 3

Voorkomende type objecten zijn in dit verband b.v. een berging, garage, hobby-kasje, prieel, dierenverblijf of carport. Vanuit welstandsoogpunt is het gewenst voor deze bijgebouwen niet al te autonome vormen te kiezen, respectievelijk niet een vorm- en/of karakterconflict met het hoofdgebouw aan te gaan. Het verdient aanbeveling om daar waar reeds bijgebouwen zijn gerealiseerd overeenkomstig de bij het oorspronkelijke bouwplan meegeleverde optie, voor nieuwe bijgebouwen qua vormgeving (m.n. ook de kapvorm), materiaalgebruik en kleurstelling eenzelfde typologie te kiezen. Bij bijgebouwen op de erfgrens integratie met de erfscheiding bevorderen. Ongewenst materiaalgebruik: In de woonomgeving worden voor bijgebouwen en/of overkappingen een aantal materiaaltoepassingen als ongewenst, respectievelijk minder gewenst aangemerkt: - metalen golfplaten voor wanden en daken; - vlakke (volkern-)platen als hoofdmateriaal; - beton-systeemconstructies; - grove houten delen; - shingles als dakbedekking; - oneigenlijke restmaterialen zoals b.v afgekeurde deuren. Standaardbergingen/bouwsystemen (met name verkrijgbaar bij hobby-markten en tuincentra) a. houtbouwsystemen; b. golfplaten bergingen, gegalvaniseerd of geschilderd; c. beton-systeembergingen, schuren (en erfscheidingen); d. standaard-overkappingen. a: Hierbij dient onderscheid gemaakt te worden tussen de eenvoudig vormgegeven producten met ambachtelijke/traditionele kenmerken en de typisch uitheems vormgegeven blokhutten. Bijgebouwen van het eerste type zijn over het algemeen, soms met aanwijzingen ten aanzien van plaatsing en afwerking, eenvoudig in een woonomgeving in te passen. De laatste - zeer populaire - producten hebben vaak - qua constructie en vormgeving - een karakter, dat niet harmonieert met het hoofdgebouw waarbij het geplaatst wordt, en een omvang die 'knelt' in de overwegend beperkte achtertuinen in de gemiddelde verkavelingen. Het blijft in het algemeen gewenst de aanvragers op deze aspecten te wijzen, maar ook om te voorkomen, dat dit type berging wordt toegepast in een woonomgeving, die onderdeel is van een stedenbouwkundige samenhang, waarbij bijzondere ontwerp-aandacht is besteed aan bebouwing en omgevingsinrichting. b: Over het algemeen betreft het hierbij bescheiden bouwwerken. Het karakter heeft geen affiniteit met het hoofdgebouw en/of de gewenste sfeer in de woonomgeving. Standaardingrepen (2) Bijgebouwen en overkappingen 4

Op afgeschermde erven bij geringe omvang niet onaanvaardbaar, maar het blijft raadzaam te wijzen op het afwijkende karakter en de kwetsbaarheid voor verloedering. c: Deze systemen hebben een weinig aantrekkelijke vormgeving en materiaaluitdrukking; bijzonder storend zijn in dit verband de oneigenlijke pogingen in de verschijningsvorm te verwijzen naar een opbouw met rabatdelen of metselwerk. De kwaliteit van de verschijningsvorm van dit type bouwwerken is in strijd met de kwaliteitsdoelstellingen voor een woonomgeving. Derhalve dienen deze typen bouwwerken in een woonomgeving of in een andere - als gevoelig te beschouwen samenhang - geweerd te worden. d: Kant en klare, in de handel verkrijgbare overkappingen hebben veelal een uitgesproken vormgeving, materiaal- en kleurtoepassing en zullen derhalve gemakkelijk bij een bestaand gebouw of in een bestaande omgeving kunnen detoneren. De situering op het erf Bijgebouw of overkapping op het voorerf: Toevoegingen op het voorerf mogen slechts een geringe invloed hebben op het aanwezige straatbeeld, resp. dienen gericht te zijn op rust en eenduidigheid in het samenhangende straatbeeld. Eenduidigheid en rust in straatbeeld leidt tot de wenselijkheid van herhaalbaarheid en uniformiteit ( per blok, per type woning of per straatwand). Bij een straatbeeld, waarin reeds aangebouwde of vrijstaande bijgebouwen en/of overkappingen in de oorspronkelijke opzet aanwezig zijn, kan worden 'doorgebouwd' op deze karakteristiek. Bij de keuze voor de dakvorm en/of -afwerking is de aanwezige karakteristiek bepalend en wordt de bestaande gevelindeling gerespecteerd. Bijgebouw of overkapping aan de achterzijde: Het verdient de voorkeur, dat een eenmaal gekozen dakvorm voor een bijgebouw of overkapping bij een blok gelijke woningen als standaard of trendsetter wordt aangehouden. Bijgebouw of overkapping op het zijerf: Dit betreft altijd vrijstaande of dubbele woonhuizen en eindwoningen bij reeksen aaneen. Wanneer het betreffende tuingedeelte grenst aan een openbaar verkeersgebied, dan is m.b.t. de toelaatbaarheid van bijgebouwen een terughoudende benadering gewenst, gerelateerd aan de betekenis van de zijkant van het woonhuis voor het straatbeeld. Wanneer het betreffende tuingedeelte grenst aan een belendende tuin, respectievelijk aan een achterpad of anderszins ondergeschikte doorgang, dan kan de benadering overeenkomstig die voor de achtertuin zijn. Standaardingrepen (2) Bijgebouwen en overkappingen 5

In beide gevallen is het van belang om de positie van het hoofdgebouw in het straatbeeld te respecteren, b.v. door zowel bij aangebouwde als vrijstaande bijgebouwen een bepaalde afstand achter de voorgevel-rooilijn aan te houden.. Meer informatie Meer informatie over welstandsbeleid en toetsing in Amstelveen kunt u vinden in de algemene brochure, die verkrijgbaar is bij de balie Bouwen en Vergunningen in de hal van het raadhuis en via www.amstelveen.nl. Hier kunt u ook terecht voor eventuele vragen en het maken van een afspraak met de Stadsbouwmeester en/of de Stadsarchitect. Gemeente Amstelveen Laan Nieuwer Amstel 1 1182 JR Amstelveen T (020) 540 49 11 (algemene nummer) E ruimtelijkekwaliteit@amstelveen.nl Colofon Redactie Gemeente Amstelveen afdeling Stedelijke Ontwikkeling Deze brochure maakt deel uit van een reeks brochures over welstand in Amstelveen. Standaardingrepen (2) Bijgebouwen en overkappingen 6