INFO DIAG DIAGNOSE- APPARATUUR

Vergelijkbare documenten
INFO DIAG DIAGNOSE- APPARATUUR

INFO DIAG DIAGNOSE- APPARATUUR

INFO DIAG DIAGNOSE- APPARATUUR

INFO DIAG DIAGNOSE- APPARATUUR. Citroën Distributeur Nieuwe Auto's. - Afleveringstechnicus - Coördinator terugroepacties. Citroën Erkend Reparateur

INFO DIAG DIAGNOSE- APPARATUUR

INFO DIAG DIAGNOSE- APPARATUUR

INFO DIAG DIAGNOSE- APPARATUUR. Citroën Distributeur Nieuwe Auto's. - Afleveringstechnicus - Coördinator terugroepacties. Citroën Erkend Reparateur

INFO DIAG DIAGNOSE- APPARATUUR. Citroën Distributeur Nieuwe Auto's. - Afleveringstechnicus - Coördinator terugroepacties. Citroën Erkend Reparateur

INFO DIAG DIAGNOSE- APPARATUUR

INFO DIAG DIAGNOSE- APPARATUUR

INFO DIAG DIAGNOSE- APPARATUUR. Citroën Distributeur Nieuwe Auto's. - Afleveringstechnicus - Coördinator terugroepacties. Citroën Erkend Reparateur

INFO DIAG DIAGNOSE- APPARATUUR. Citroën Distributeur Nieuwe Auto's. - Afleveringstechnicus - Coördinator terugroepacties. Citroën Erkend Reparateur

INFO DIAG DIAGNOSE- APPARATUUR. Citroën Distributeur Nieuwe Auto's. - Afleveringstechnicus - Coördinator terugroepacties. Citroën Erkend Reparateur

INFO DIAG DIAGNOSE- APPARATUUR

INFO DIAG DIAGNOSE- APPARATUUR

INFO DIAG DIAGNOSE- APPARATUUR. Citroën Distributeur Nieuwe Auto's. - Afleveringstechnicus - Coördinator terugroepacties. Citroën Erkend Reparateur

INFO DIAG DIAGNOSE- APPARATUUR

INFO DIAG DIAGNOSE- APPARATUUR

INFO DIAG DIAGNOSE- APPARATUUR. Citroën Distributeur Nieuwe Auto's. - Servicemanager - Technisch Specialist / Onderhoudstechnicus

INFO DIAG DIAGNOSE- APPARATUUR

INFO DIAG DIAGNOSE- APPARATUUR

INFO DIAG DIAGNOSE- GEREEDSCHAP

ELEKTRISCHE INSTALLATIE BI-VAN CAN COM2000

ELEKTRISCHE INSTALLATIE BI-VAN CAN COM2000

INFO DIAG DIAGNOSE- APPARATUUR

INFO DIAG DIAGNOSE- GEREEDSCHAP. FILIALEN Afdeling Training DEALERS ERKEND REPARATEURS

INFO DIAG DIAGNOSE- APPARATUUR

INFO DIAG DIAGNOSE- APPARATUUR. Citroën Distributeur Nieuwe Auto's. - Afleveringstechnicus - Coördinator terugroepacties. Citroën Erkend Reparateur

ELEKTRISCHE INSTALLATIE BI-VAN CAN COM2000

ELEKTRISCHE INSTALLATIE BI-VAN CAN COM2000

Prakticum Veiligheid

ELEKTRISCHE INSTALLATIE BI-VAN CAN COM2000

ELEKTRISCHE INSTALLATIE BI-VAN CAN COM2000

Elektrische installatie

F I A T B R A V O NL S N E L G I D S

Parameters Zichtbaarheid. Inleiding

F I A T NL S N E L G I D S

Kort overzicht BEDIENINGSKNOPPEN

De voorkant. De zijkant. De banden

GE Security. FEP/FER700-serie brandmeldpanelen en herhaalpanelen Gebruikershandleiding

INITIALISATIEPROCEDURE ACCUTOESTAND (i-stop-instelling) [SKYACTIV-G 2.0, SKYACTIV-G 2.5]

EM Universele Laptoplader

Televariator 0-10 V

Elektrische installatie

De voorkant. De zijkant. De banden

RF658RGY. Gebruiksaanwijzing

IN EEN OOGOPSLAG. Panoramadak. Parkeerhulp achter

Elektrische installatie

DUMAN US-Module V1.5 2 ste druk Inbouw handleiding. Bedankt voor de aanschaf van de DUMAN US-Light Module V1.5

Veel gestelde vragen:

X Veiligheidsgordel 3 Verklikkerlicht brandt (met waarschuwingstoon) bij ingeschakelde ontsteking: Gordel omdoen, zie pagina 33.

Afstelbare parameters - Signalering en zichtbaarheidssystemen

Controleer achtereenvolgens: of er geen storingen in het CODE-systeem aanwezig zijn of de traagheidsschakelaar in de 'onderbroken' stand staat

Handleiding Motronic diagnose apparaat MDD

Algemeen. Diagnose aansluitingen. Tekstlezer "VCC NL " Copyright 2004 Volvo Car Corporation. Alle rechten voorbehouden.

RUITENWISSERS/-SPROEIERS

Belangrijke informatie: Het monteren van elektrische uitrustingen of accessoires die niet onder een artikelnummer in het assortiment van Automobiles

EM6552 e-domotica Schakelaar met meetfunctie

GEBRUIKSAANWIJZING v. 1.1 AC-1000 STEKKERDOOSSCHAKELAAR

Bedieningen Dutch - 1

1. Veiligheidsmaatregelen en waarschuwingen

FP400-serie. Klassieke microprocessorgestuurde brandmeld- en detectiepanelen. Gebruikershandleiding

AIRBAGS EN GORDELSPANNERS

BEDIENINGSINSTRUCTIE BLUSCENTRALE TYPE 8010

NL ESP-Systeem

Verkeerslichten. De Verkeerslichten & de PLC in het TIBBLTO / VICTO lokaal. Werkplek 1. Leer & werkboek.

GEBRUIKSAANWIJZING v. 1.0 AGDR-3500 TUIN STEKKERDOOS SCHAKELAAR ZWAAR

Werkplaatsonderzoek. Stem onderzoek Een onderzoek naar de voorkomende werkzaamheden in de autobedrijven bedrijven

MotorControl gebruiksaanwijzing V3 vanaf softwareversie 2.0e

Afstandbedienbaar stopcontact

Gebruikershandleiding

Inhoudsopgave. Handleiding: MC v2.0a. Pagina - 1 -

CD 36. Van de redactie LET OP. diagnoseapparaat van Citroën P.2 P.5. ZOOMING Telecodering via Internet Schermafdrukken Test per functie P.

INSTALLATIEHANDLEIDING VOOR "MultiDiag for DiagBox"

Verkorte gebruikershandleiding. CCV Smart (VX VX 820)

CD 36. Van de redactie LET OP. Informatiemagazine over het Citroën diagnoseapparaat P.2 NIEUW C4 PICASSO C2

Accu en oplader instructies: Eigen bedrijfsgegevens

Handleiding: Verreiker roterend max. hefvermogen 20,6 mtr. incl. machinist

Toonaangevend in veiligheid. Detect De juiste mensen op de juiste plek

Stel de Trevler module niet bloot aan water of andere vloeibare substanties om gevaar voor u en schade aan het apparaat te voorkomen.

Het online-instructieboekje

Binnenontvanger verlichting RTS - opbouw. Installatiehandleiding

EM8676 Binnen sirene met flitslamp

Elektrische functie printen DIMLICHT

LightMate II gebruikershandleiding

EM e-domotica dimmer

Het online-instructieboekje

RF105G. Gebruiksaanwijzing

Integratie van Net2 met een inbraakalarmsysteem

Lampen en waarschuwingslampjes

EM8676 Binnen sirene met flitslamp. Downloaded from

Draadloze Installatie Handleiding

GEBRUIKSAANWIJZING v. 1.1 AC-300 STEKKERDOOS DIMMER/SCHAKELAAR

Brandmeldpaneel FP800 Gebruikershandleiding

Verwarming en ventilatie

Handleiding. Trenergy E-relax fietscomputer. Pagina: 1

CD 38 VAN DE REDACTIE LET OP. Informatiemagazine over het Citroën diagnoseapparaat. NIEUW De C-Crosser Citroën C4 Sedan Flex Fuel P.2 P.4 P.

Onderhoudsinstructie. Vx520

Bari_11_nl.qxd 27/05/03 08:34 Page 1. Bari 11 GEBRUIKERSHANDLEIDING

ROAM Special Cycles B.V. Haarstraat 19b 5324 AM Ammerzoden Tel.nr

Transcriptie:

CITROËN AFTER SALES SERVICE INFO DIAG DIAGNOSE- APPARATUUR CITROËN DISTRIBUTEUR NIEUWE AUTO'S - Afleveringstechnicus - Coördinator terugroepacties CITROËN ERKEND REPARATEURS - Servicemanager - Technisch specialist / Onderhoudstechnicus LEXIA PROXIA CD 31 Nr. 212 15/03/05 DEZE MEDEDELING MOET WORDEN VERSPREID ONDER ALLE MEDEWERKERS DIE RECHTSTREEKS OF INDIRECT TE MAKEN HEBBEN MET DE DIAGNOSEAPPARATUUR VAN LEXIA / PROXIA ONDERWERP: Hulp bij de diagnose van de BSI: instrumentenpaneel. BETREFT: De auto's CITROËN C4 en vernieuwd model C5. Idnl212 1/15

Hulp bij de diagnose van de BSI (G06) Instrumentenpaneel Geldig voor de volgende CITROËN-modellen: C4 Vernieuwd model C5 Behandelde symptomen die door de klant zijn gemeld - Controlelampje van de airbag brandt zonder dat andere controlelampjes branden - Onjuiste weergave kilometerstand - De wijzers werken niet goed - Controlelampjes op het instrumentenpaneel branden niet Idnl212 2/15

Inhoudsopgave 1 Benodigd gereedschap 5 2 Garantie 5 3 Contact met de Technische Dienst 5 3.1 INLEIDING 5 3.2 VOORBEELD VAN TE VERSTREKKEN INFORMATIE 5 4 Aanbevolen voorzorgsmaatregelen 5 5 Herinnering aan de werkwijze 6 5.1 REGELING VAN DE VERLICHTING VAN HET INSTRUMENTENPANEEL: 6 5.2 TESTEN CONTROLELAMPJES BIJ HET AANZETTEN VAN HET CONTACT: 6 6 [G06][S00] Voorafgaande controle van de BSI 7 7 [G06][S01] Controlelampje van de airbag brandt zonder dat andere controlelampjes branden. 11 8 [G06][S04] Ongebruikelijk branden van één enkel controlelampje 11 8.1 CONTROLELAMPJE HANDREM - WAARSCHUWINGSLAMPJE VEILIGHEIDSGORDEL NIET VAST: 11 8.2 ALLE CONTROLELAMPJES MET UITZONDERING VAN HET CONTROLELAMPJE VAN DE HANDREM EN HET WAARSCHUWINGSLAMPJE VEILIGHEIDSGORDEL NIET VAST 11 9 [G06][S05] Het instrumentenpaneel licht in het geheel niet op 12 10 [G06][S06] Oplichten van alle controlelampen onder het rijden 13 11 [G06][S07] Oplichten van de controlelamp ABS/ESP 13 12 [G06][S08] Kilometerstand 13 12.1 KILOMETERSTAND WORDT NIET WEERGEGEVEN 13 12.2 TEN ONRECHTE VERSPRINGEN VAN DE KILOMETERSTAND : 13 12.3 DE KILOMETERSTAND BLIJFT STAAN OP EEN VAS TE WAARDE: 13 Idnl212 3/15

13 [G06][S09] Snelheidsmeter werkt niet goed. 14 13.1 WIJZERS GEBLOKKEERD (VERNIEUWD MODEL CITROËN C5) 14 13.2 SLECHTE WEERGAVE VAN DE SNELHEID: 14 13.3 WEERGAVE VAN DE "STREEPJES" OP DE KILOMETERTELLER EN/OF DE SNELHEIDSMETER (CITROËN C4) 14 14 [G06][S10] Het testen van de waarschuwingslampjes tijdens het aanzetten van het contact verloopt niet correct. 15 Idnl212 4/15

1 Benodigd gereedschap Een diagnoseapparaat. 2 Garantie LET OP: voor de aanvaarding van de kosten van het vervangen van een BSI moet eerst toestemming worden gevraagd aan de Technische Dienst. 3 Contact met de Technische Dienst 3.1 Inleiding Wij verzoeken u de volgende gegevens bij de fax aan de Technische Dienst te voegen: het nummer of de nummers van het (de) uitgevoerde diagnoseschema('s) (G01 t/m G11), de gevolgde diagnosesessie (S0x), tot welke teststap u gekomen bent (optioneel, afhankelijk van de toegepaste testreeks). 3.2 Voorbeeld van te verstrekken informatie U hebt het diagnoseschema G10 (Ruitenwissers) uitgevoerd, de sessie S06 betreffende de "Controle van de werking van de ruitenwissers achter en u bent gekomen tot stap 1.1 van het overzicht. U dient dan een kopie van het diagnoseschema, met daarop aangegeven tot welke stap u gekomen bent, mee te faxen. 4 Aanbevolen voorzorgsmaatregelen Vóór iedere andere handeling dient u het volgende te controleren: de accuspanning, de zekeringen, de juiste plaatsing van de shunt op de BSI. (De shunt moet zich bevinden in de positie "klant"), of de BSI niet in noodloopfunctie werkt (zie onderstaand punt: Voorafgaande controle van de BSI). Idnl212 5/15

5 Herinnering aan de werkwijze 5.1 Regeling van de verlichting van het instrumentenpaneel: Het regelen van de verlichting van het instrumentenpaneel dient te geschieden met ingeschakelde dimlichten. 5.2 Testen controlelampjes bij het aanzetten van het contact: Bij normaal gebruik triggert het aanzetten van het contact dat de waarschuwingslampjes op het instrumentenpaneel 3 seconden gaan branden en daarna doven, ter controle dat ze werken. Idnl212 6/15

6 [G06][S00] Voorafgaande controle van de BSI Stap 1 Identificatie van een BSI in noodloopfunctie: - Eerste geval: wanneer het contact wordt ingeschakeld en de verlichtingsschakelaar zich in de stand 0 bevindt, gaan de parkeerlichten van de auto branden (achter of voor of allebei). - Tweede geval: de motor loopt, de dimlichten vóór branden en de ruitenwisser vóór wist met intervallen of met lage snelheid. Stap 2 De BSI Vertoont deze de symptomen van de noodloopfunctie? Stap 4 Controleer de zekeringen en de voeding van de BSI repareer ze indien nodig. Stap 3 Einde van het diagnoseschema Stap 5 Sluit een diagnoseapparaat aan op de BSI, selecteer het menu "IDENTIFICATIE". Kunt u de softwareversie van de BSI lezen? Is deze coherent met de gebruikelijke softwareversies? (Softwareversie moet beslist hoger zijn dan 01.00). De BSI reageert niet op het diagnoseapparaat. Ga naar stap 6 Stap 5.1 Einde van het diagnoseschema Controleer de verbinding tussen het diagnoseapparaat en de diagnosestekker, de toestand van de diverse verbindingen en of de communicatie-interface van het diagnose apparaat functioneert. Als alles in goede staat verkeert, mag de BSI worden vervangen. Ga naar stap 10 Idnl212 7/15

Stap 6 Is de BSI nieuw? (afkomstig van de Afdeling Onderdelen) Stap 8 Is de BSI eerder geüpdatet? Stap 7 Einde van het diagnoseschema Vervanging van de BSI is toegestaan. Stap 9 Herhaal het updaten van de BSI ten minste driemaal. Ga naar stap 10 Bij de derde poging is vervanging van de BSI toegestaan. Idnl212 8/15

Stap 10 1) Sluit een diagnoseapparaat aan op de BSI. Kies het menu "PROGRAMMEREN" en vervolgens "Klantoptie", programmeer de parameter "Typen appèllichten" op "Geen appèllichten". 2) Schakel de appèllichten en de automatische ontsteking van de koplampen uit met behulp van het gebruikersvoorkeurenmenu (de toets MENU op het stuurwiel of op de autoradio). 3) Schakel het contact in (+ APC). Controleer de werking van de parkeerlichten vóór en achter alsmede de werking van de ruitenwisser vóór. De parkeerlichten vóór en achter branden en de ruitenwisser vóór werkt in de stand langzaam of in de stand langzaam interval. Aan een van de twee volgende voorwaarden wordt niet voldaan: de parkeerlichten vóór en achter branden; de ruitenwisser vóór functioneert in de stand langzaam of in de stand interval. Ga naar stap 14 Stap 11 Bedien de drukknop voor het ontsteken van de alarmlichten. Gaat de LED van de drukknop branden als u de drukknop bedient? Stap 13 Sluit een diagnoseapparaat aan op de airbagcomputer. Selecteer het menu "Identificatie". Stap 12 De BSI is de oorzaak Vervanging van de BSI is toegestaan. Bent u in staat de onderdelen van het identificatiescherm van de airbagcomputer te lezen? Stap 13.2 Richt het storingzoeken op de schakelmodule op de stuurkolom (of het vaste middengedeelte van het stuur) en op het CAN-multiplexnetwerk Carrosserie. Als het CAN-netwerk Carrosserie in goede staat verkeert, mag de BSI worden vervangen. Stap 13.1 Indien de verbinding tussen de schakelmodule op de stuurkolom en de BSI in goede staat verkeert, vervangt u de schakelmodule op de stuurkolom of het vaste middengedeelte van het stuur (bedieningsblok op de stuurkolom). Het ligt niet aan de BSI, vervanging is niet toegestaan. Idnl212 9/15

Stap 14 Schakel het contact in. Controleer de werking van de parkeerlichten vóór en achter alsmede de werking van de ruitenwisser vóór. Aan een van de twee onderstaande voorwaarden wordt niet voldaan: de parkeerlichten vóór en achter branden niet; de ruitenwisser vóór functioneert in de stand langzaam of in de stand interval. De parkeerlichten vóór en achter branden niet en de ruitenwisser vóór werkt in de stand langzaam of in de stand langzaam interval. Stap 14.1 De BSM is de oorzaak. Richt het onderzoek op de computer. LET OP: programmeer de parameter "Typen appèllichten" in de BSI zoals deze oorspronkelijk was. Stap 16 Schakel het contact in. Branden de parkeerlichten vóór wel en de parkeerlichten achter niet? Stap 17.2 Vervanging van de BSI is toegestaan. Stap 15.2 Richt uw onderzoek op de verbinding tussen de schakelmodule op de stuurkolom (of het vaste middengedeelte van het stuur) en de BSM, en op de BSM. LET OP: programmeer de parameter "Typen appèllichten" in de BSI zoals deze oorspronkelijk was. Idnl212 10/15

7 [G06][S01] Controlelampje van de airbag brandt zonder dat andere controlelampjes branden. LET OP: Het ligt niet aan de BSI, vervanging is niet toegestaan. Te controleren punten: mogelijke aanwezigheid van een defect in de airbag-computer, de stekkers en bedradingen onder de stoelen, afwezigheid kortsluitingen in de ontstekers van de airbags. 8 [G06][S04] Ongebruikelijk branden van één enkel controlelampje 8.1 Controlelampje handrem - Waarschuwingslampje veiligheidsgordel niet vast: Het controlelampje handrem en het waarschuwingslampje veiligheidsgordel niet vast, zijn rechtstreeks op de BSI aangesloten. In geval het controlelampje van de handrem brandt, controleer: of de handremschakelaar werkt, de elektrische bedrading. Indien de schakelaar en de bedrading in goede staat verkeren kan vervangen van de BSI het probleem oplossen. In geval het waarschuwingslampje veiligheidsgordel niet vast, brandt, controleer: de schakelaars waarschuwing veiligheidsgordel geïntegreerd in de gesp van de veiligheidsgordel, of de detectie-unit aanwezigheid passagier voor werkt (alleen bij vernieuwd model Citroën C5), de elektrische bedrading van het defecte waarschuwingslampje. 8.2 Alle controlelampjes met uitzondering van het controlelampje van de handrem en het waarschuwingslampje veiligheidsgordel niet vast LET OP: Voor alle andere controlelampjes ligt het niet aan de BSI. Vervanging is niet toegestaan. Idnl212 11/15

9 [G06][S05] Het instrumentenpaneel licht in het geheel niet op STAP 1 Controleer de toestand van de zekeringen van het instrumentenpaneel. Controleer de staat van de stekkers van het instrumentenpaneel. STAP 2 Schakel het contact in. Controleer de voeding en de aarding van het instrumentenpaneel. Verkeren deze in goede staat? 2.1 Einde van het diagnoseschema Het ligt niet aan de BSI, vervanging is niet toegestaan. Indien de voeding +CAN op de uitgang van de BSI +12 V bedraagt, controleer dan de toestand van de bedrading. STAP 3 Schakel het contact in. Sluit een diagnoseapparaat aan op het instrumentenpaneel en test de "controlelampjes van het instrumentenpaneel". Gaan de controlelampjes branden? 3.2 Het ligt niet aan de BSI, vervanging is niet toegestaan. Controleer de staat van de voedingsbedrading. Einde van het diagnoseschema 3.1 Einde van het diagnoseschema Het ligt niet aan de BSI, vervanging is niet toegestaan. Koppel de accu los, sluit hem weer aan en programmeer de BSI. Idnl212 12/15

10 [G06][S06] Oplichten van alle controlelampen onder het rijden Indien het instrumentenpaneel gedurende enkele seconden dooft waarna alle controlelampjes gaan branden, wijst dit erop dat de BSI is gereset. LET OP: Vervangen van de BSI is niet toegestaan. m contact op met de Technische Dienst. 11 [G06][S07] Oplichten van de controlelamp ABS/ESP Indien er geen andere symptomen zijn, ligt het ligt niet aan de BSI. Verhelp in dat geval de storingen in de computer van de ABS. Het ligt niet aan de BSI, vervanging is niet toegestaan. Indien andere symptomen optreden waarop deze diagnoseprocedures betrekking hebben die niet leiden tot het vervangen van de BSI, moet eerst naar deze andere symptomen worden gekeken om na te gaan of het aan de BSI ligt. 12 [G06][S08] Kilometerstand 12.1 Kilometerstand wordt niet weergegeven Sluit een diagnoseapparaat aan op het instrumentenpaneel, selecteer het menu "Testen bedieningsorganen" en controleer het instrumentenpaneel door de "kilometerteller". LET OP: Het ligt niet aan de BSI, vervanging is niet toegestaan, 12.2 Ten onrechte verspringen van de kilometerstand: m contact op met de Technische Dienst. 12.3 De kilometerstand blijft staan op een vaste waarde: Het probleem komt voort uit een van de onderstaande onderdelen/situaties: de computer van de ABS, de BSI, een communicatieprobleem tussen de motormanagementcomputer en de BSI. Idnl212 13/15

13 [G06][S09] Snelheidsmeter werkt niet goed. 13.1 Wijzers geblokkeerd (vernieuwd model Citroën C5) Het is een storing die te maken heeft met het instrumentenpaneel. LET OP: Het ligt niet aan de BSI, vervanging is niet toegestaan. 13.2 Slechte weergave van de snelheid: Sluit een diagnoseapparaat aan op de ABS of de ESP, controleer de programmering van de parameter "Bandentype". Indien de geprogrammeerde parameters correct zijn, neem dan contact op met de Technische Dienst. 13.3 Weergave van de "streepjes" op de kilometerteller en/of de snelheidsmeter (Citroën C4) Er zijn twee gevallen mogelijk: Alle controlelampjes op het instrumentenpaneel branden: Controleer de toestand van de bedrading tussen het instrumentenpaneel en de BSI alsmede de toestand van de stekkers. Het ligt mogelijk aan de BSI, vervanging is toegestaan. Niet alle lampjes van het instrumentenpaneel branden: LET OP: Het ligt niet aan de BSI, vervanging is niet toegestaan. Controleer de toestand van de bedrading tussen het instrumentenpaneel en de BSI alsmede de toestand van de stekkers. Indien ze in orde zijn, is het instrumentenpaneel defect. Idnl212 14/15

14 [G06][S10] Het testen van de waarschuwingslampjes tijdens het aanzetten van het contact verloopt niet correct. Opmerkingen: Opdat het testen van de waarschuwingslampjes tijdens het aanzetten van het contact correct verloopt, moet de BSI zich van te voren in de sluimerstand bevinden. Na loskoppelen/aankoppelen van de accu, worden bij de eerste keer aanzetten van het contact de controlelampjes niet getest. Indien geen enkele van bovenstaande opmerkingen op de auto van toepassing is, controleer dan de toestand van de zekeringen en van de bedrading. Indien de zekeringen en de bedrading in orde zijn, is vervanging van de BSI toegestaan. Idnl212 15/15