ELEKTRISCHE INSTALLATIE BI-VAN CAN COM2000

Transcriptie

1 INFOTEC AP/TAVG/MMXP/MUX BEVESTIGING DIAGNOSE BSI ELEKTRISCHE INSTALLATIE BI-VAN CAN COM2000 G12 CONTROLEPROCEDURE VAN DE FUNCTIE AIRCONDITIONING Toepassing bij PEUGEOT 206 (vanaf DAM-nr. 9076) (vanaf DAM-nr. 9001) Partner (van DAM-nr tot 9478 indien met COM2000) Partner (alle uitvoeringen vanaf DAM-nr. 9479) 807 Behandelde klachten van de klant De airconditioning produceert geen koude lucht. Overige klachten

2 Overzicht van wijzigingen van het document Datum Versie Beschrijving van de wijzigingen 11/06/2004 v1.0 Eerste uitgave van het document 22/06/2004 v1.1 Correctie van het procedurenummer onder aan de bladzijden. Het controleschema van het noodprogramma is vervangen door een waarschuwing met betrekking tot de controles vooraf. G12 Diagnoseprocedure van de functie Airconditioning 2

3 INHOUD 1 ONDERWERP VERGOEDING IN GEVAL VAN GARANTIE WERKING EN OVERZICHT VAN DE FUNCTIE OVERZICHT WERKING TELECODEREN WAARSCHUWINGEN - CONTROLES VOORAF [G12][S01] OP HET DISPLAY VAN HET BEDIENINGSPANEEL VAN DE AIRCONDITIONING WORDT GEEN ENKEL PICTOGRAM GETOOND [G12][S02] DE AIRCONDITIONING PRODUCEERT GEEN KOUDE LUCHT....8 G12 Diagnoseprocedure van de functie Airconditioning 3

4 1 ONDERWERP Dit document is een diagnoseprocedure voor de functie Airconditioning. Deze procedure moet altijd worden uitgevoerd voordat wordt overgegaan tot het vervangen van de BSI in verband met deze functie. 2 VERGOEDING IN GEVAL VAN GARANTIE LET OP: VOOR HET ONDER GARANTIE VERVANGEN VAN DE BSI IS EEN "VOORAFGAAND AKKOORD" NOODZAKELIJK. HET IS VERPLICHT DEZE PROCEDURE UIT TE VOEREN VOORDAT DE BSI WORDT VERVANGEN. Het vervangen van de BSI valt onder garantie als de laatste stap van de gebruikte test als volgt op de claim wordt ingevuld: Procedurenr. Versie van het Testnr. Laatste stap document G01 v1.1 S03 E3.1 Procedurenr.: Versie van het document Testnr:. Dit is te vinden onder aan elke bladzijde. De versie van het document wordt aangegeven in het overzicht van wijzigingen van het document. Dit is te vinden in de titel van de paragraaf van de procedure. Voorbeeld: [G01][S03] De bagageruimteverlichting werkt niet. LET OP: ALLE ONDERDELEN MOETEN WORDEN BEWAARD VOLGENS DE BEKENDE PROCEDURE. DE ONDERDELEN WORDEN STEEKPROEFSGEWIJS GECONTROLEERD. ALS DE STORING NIET KAN WORDEN HERLEID, WORDT DE VERGOEDING GEANNULEERD. G12 Diagnoseprocedure van de functie Airconditioning 4

5 3 WERKING EN OVERZICHT VAN DE FUNCTIE Deze functie dient om een constante temperatuur aan te houden in het interieur van de auto. Temperatuurregeling: Sensor binnentemperatuur Temperatuursensor zonlicht Airconditioning Regelorganen (aanjager, ventilateurs, enz.) Temperatuursensor verdamper Sensor buitentemperatuur Of bij 807 bij 206 / 406 VAN COMF Koudemiddeldruk Motortemperatuur EDP VAN CAR 1 BSI CAN HS CMM Draad BSM Compressor Handbediende airconditioning: Bij een handbediende airconditioning beschikt de auto niet over een elektronisch eenheid voor de airconditioning, maar slechts over een bedieningspaneel voor de airconditioning. Temperatuursensor verdamper Koudemiddeldruk Motortemperatuur Bedieningspaneel airco BSI CAN HS CMM VAN COMF Instrumentenpaneel Toets on/off airco bij 307 BSM Compressor G12 Diagnoseprocedure van de functie Airconditioning 5

6 3.1 Overzicht werking De functie Airconditioning wordt aangestuurd door verschillende elektronische eenheden in de auto. LET OP: Met deze procedure kan alleen het deel van de airconditioning dat door de BSI wordt aangestuurd, worden gecontroleerd. De totale werking wordt niet gecontroleerd. De koppeling van de compressor van de airconditioning wordt rechtstreeks door de BSI gevoed. 3.2 Telecoderen Deze functie kan worden getelecodeerd vanuit Peugeot Planet 2000 of DIAG De configuratie van de airconditioning is toegankelijk via het menu : BSI Configuratie Optie klant De configuratie wordt uitgevoerd aan de hand van de volgende variabelen: PTC-weerstand De parameters die betrekking hebben op de airconditioning zijn toegankelijk via het menu: BSI Meting gegevens Het betreft de volgende parameters: Bediening compressor airconditioning Bediening motorventilateurgroep gemiddelde snelheid Temperatuursensor verdamper Bediening aanjager Opmerking: Tijdens de diagnose kunnen afhankelijk van het type auto enkele verschillen voorkomen. G12 Diagnoseprocedure van de functie Airconditioning 6

7 4 WAARSCHUWINGEN - CONTROLES VOORAF LET OP: Voordat u werkzaamheden uitvoert aan de auto, dient u het volgende te controleren: - DE ACCUSPANNING - DE ZEKERINGEN - PROCEDURE G00: "CONTROLE VAN HET NOODPROGRAMMA" - VERVOLGENS KUNT U DE HUIDIGE PROCEDURE UITVOEREN. G12 Diagnoseprocedure van de functie Airconditioning 7

8 5 [G12][S01] OP HET DISPLAY VAN HET BEDIENINGSPANEEL VAN DE AIRCONDITIONING WORDT GEEN ENKEL PICTOGRAM GETOOND. In het geval dat er geen enkel pictogram op het display van het bedieningspaneel van de airconditioning verschijnt, ongeacht of de bediening van de airconditioning wordt uitgevoerd: Sluit het diagnosegereedschap aan en voer het type en het DAM-nummer van de auto in. Selecteer het menu: / / Storingscodes uitlezen Als er geen storingen aanwezig zijn, IS HET NIET TOEGESTAAN DE BSI TE VERVANGEN. Neem contact op met de diagnosehelpdesk. 6 [G12][S02] DE AIRCONDITIONING PRODUCEERT GEEN KOUDE LUCHT. Uit te voeren handelingen: Sluit het diagnosegereedschap aan en voer het type en het DAM-nummer van de auto in. Selecteer het menu: BSI Testen van regelorganen Voer de test "Bediening compressor airconditioning" uit. Als de koppeling van de compressor wordt ingeschakeld LIGT DE OORZAAK NIET IN DE BSI. HET VERVANGEN VAN DE BSI IS NIET TOEGESTAAN. (controleer de beveiliging van de airconditioning). Selecteer het menu: BSI Meting gegevens Als de verdampertemperatuur niet correct is, zorgt de BSI ervoor dat de airconditioning niet kan worden ingeschakeld. DE OORZAAK LIGT NIET IN DE BSI, EN HET IS NIET TOEGESTAAN DE BSI TE VERVANGEN. G12 Diagnoseprocedure van de functie Airconditioning 8