FACULTEIT GODGELEERDHEID PERMANENTE ONDERWIJSCOMMISSIE SINT-MICHIELSSTRAAT 4 BE-3000 LEUVEN KATHOLIEKE UNIVERSITEIT LEUVEN LEUVEN 9 mei 2011 VERSLAG 29 april 2011 13-15u Romerozaal, Cove Leden Aanwezig: L. Beernaert, D. Bosschaert, B. Broeckaert E. Claes, B. Canniere, J. Cockx, Y. De Maeseneer C. De Wilde, A. Dillen (verslaggever), W. Francois, S. Goyvaerts, M. Grouwels, J. Haers, J. Heiremans, D. Kennes, B. Maertens, A. Patyn, D. Pollefeyt, B. Spriet, G. Van Belle, N. Vancayzeele, S. Van den Branden, G. Vanderschaeghe, P. Van Hecke (programmadirecteur). Afwezig m.k.: J. Corveleyn, M. Lamberigts, B. Lemmelijn, A. Liégeois, G. Miseur, J. Verheyden. Verslag Goedkeuring verslag Het verslag van de vorige vergadering wordt goedgekeurd. 1. Mededelingen Bachelor en masterhervormingen Het positief advies van de vorige POC werd doorgegeven aan het Bestuur en de Faculteitsraad. Na de POC kwam er een extra vraag om Godsdienstige ontwikkelingspsychologie te verplaatsen naar het tweede semester om het eerste semester (eerste fase) te ontlasten. Deze is positief aanvaard. Godsdienstige ontwikkelingspsychologie zal in het tweede semester in één blok van drie uur gegeven worden (dinsdagvoormiddag). De datum voor invoering van de masterhervorming is momenteel 2015-2016. Studenten die volgend jaar beginnen in eerste fase zullen kunnen afstuderen in vier jaar. Hoe het concreet zal uitgewerkt worden, wordt later bekeken. Momenteel veranderen de decretale kaders nog te vaak. Op dit moment moeten alleen capaciteitsplannen ingediend worden. Er is de vraag van de studenten of de regel over het wisselen van promotor tussen tweede en derde fase dit volgend jaar nog soepel kan worden toegepast. De vraag is of er duidelijke communicatie kan zijn naar de studenten in de tweede fase omtrent het wisselen van promotor en onderzoekseenheid in
de derde fase. Tegelijk wordt gevraagd om studenten uit de derde fase vrij te laten volgend jaar in het kiezen van een promotor, en pas het jaar daarop strenger af te dwingen dat er in de derde fase een andere promotor/andere onderzoekseenheid gekozen wordt. De programmadirecteur deelt mee dat er flexibiliteit zal zijn bij de toepassing volgend academiejaar. Dit wordt gecommuniceerd in de mailing van juni (professoren) en juli (studenten) omtrent de keuze van scriptieonderwerpen. Ontmoetingen bisschoppen Vier bisdommen zijn bezocht. Ze waren zelf zeer positief. De studenten vonden deze ontmoetingen zeer positief. In Brugge mocht het iets langer geduurd hebben. Het voordeel van herhaaldelijk gaan maakt dat er meer ruimte is voor vragen stellen. Studenten hopen dat dit vrijwillig blijft en een aanbod is. De sfeer was telkens heel fijn. De faculteit zou ook de andere bisdommen kunnen suggereren om dit elk jaar te organiseren. Er is ook het voordeel dat ook werkstudenten mee kunnen gaan en zo andere studenten kunnen ontmoeten. 2. Infodagen en PR De opkomst was beperkt op de infodagen. De datum leek niet ideaal te zijn en zou best vervroegd worden in de mate van het mogelijke. In heel wat scholen zijn er nog paasexamens. Volgend jaar zal het op 26 maart 2012 zijn. Het zou goed zijn dat studenten via hun kanalen ook aan de universitaire overheden duidelijk te maken dat paasexamens mogelijk wel nog een rol spelen. Het filmpje werd zeer positief ervaren. De website www.godsdienstwetenschappenstuderen.be kan misschien verder up to date gemaakt worden. Dit wordt op de volgende PR-cel geagendeerd. Sid-ins worden als zeer belangrijk ervaren. Het is goed dat iemand praktische informatie kan geven over de bacheloropleiding. Bij ons zijn het vooral BAP-ers die aanwezig zijn. Godsdienstleerkrachten zijn zich niet altijd bewust van de evolutie die de opleiding ondertussen heeft doorgemaakt. Ze zouden mogelijk nog meer kunnen aangeschreven worden. Studenten zijn bereid om naar de scholen zelf te gaan. Misschien moeten we alle scholen nog meer informeren over het feit dat er studenten bij ons bereid zijn om op vele plaatsen over hun richting te gaan spreken. Het aanschrijven van hogescholen is ook zeer belangrijk. De volgende infodag is de algemene bachelorbeurs op 7 mei. Er werd een poster gemaakt om omhoog te hangen die als eyecatcher kan dienen. Deze wordt besproken. Wijsheid moet met een kleine letter. Verder wordt gesuggereerd om ook andere tekstvormen naast boeken, bijvoorbeeld screenshots van God-tube, een shot van A. Struyf op bezoek bij de zusters, of iets als Cover Flow van itunes. Belangrijk is dat de leesbaareid goed is. Mogelijk kunnen andere godsdiensten nog iets uitdrukkelijker naar voren komen. Dit zal waarschijnlijk pas in een nieuwe versie tegen september kunnen gebeuren, omdat de tijd nu zeer kort is. Er wordt verder gesuggereerd om de TV uit de bibliotheek op een dergelijke beurs te zetten, maar of dit mogelijk is, is niet zo duidelijk. Er werd een folder gemaakt over godsdienst geven in de derde graad van het secundair onderwijs, met het oog op studenten die reeds een lerarenopleiding volgden. Het ontwerp voor deze folder wordt positief geëvalueerd. Verder moet religiestudie niet bij de theologische opleidingsonderdelen vermeld worden. Op 24 augustus is er een infosessie voor werkstudenten. 3. Spiritualiteit (uitgenodigd: R. Vos) R. Vos (renilde.vos@upar.kuleuven.be) is verbonden aan de universitaire parochie, en werkt het aanbod rond spiritualiteit daar verder uit. Er wordt ook een aanbod aan de faculteit gedaan. Er wordt een sterke academische vorming aangeboden, voornamelijk cognitief, wel met aandacht voor integratie en met een aanbod rond spiritualiteit (bv. ook MEET). De context maakt dat er duidelijk nood is aan ook spirituele competenties. Cognitieve competenties zijn zeer belangrijk, maar daarnaast zijn ook affectieve competenties belangrijk en is het goed om via spirituele vorming te komen tot een verhouding met traditie waarin je staat en die verinnerlijkt om zo aan de slag te kunnen gaan met 29 APRIL 2011, 13-15 UUR 2/6
anderen. Vorming gebeurt vaak informeel via gemeenschap of liturgie, maar kan ook formeel, heel bewust, gebeuren. Het aanbod van UP ligt op dat vlak. Er is een groepsgericht en een individueel aanbod. Het groepsgericht aanbod omvat experimenteren met mediteren (acht sessies, kennismaken met meditatie, ervaren en ook enigszins theoretisch, ook cognitieve doelstellingen rond meditatievormen uit christendom en boeddhisme). Het individueel aanbod bestaat uit een traject van meditatieve geestelijke oefeningen en gesprek met geestelijk begeleider. Het doel is het ontstollen van fundamentele ervaringselementen van het christendom. Fundamentele ervaringselementen bespreekbaar maken met anderen in onderwijs of pastoraal kan je pas als je dit ook zelf op een of andere manier beleeft. Het traject bestaat in klassieke vorm: Geestelijke oefeningen van Ignatius van Loyola. Dit is een traject van acht maanden met oefeningen om je eigen levensweg op het spoor te komen en stil te staan bij de vraag wat God, Jezus Christus, hiermee te maken hebben. Binnenste buiten: een spirituele zoektocht, is een gelijkaardig traject in een andere vorm. Het bestaat uit meditatieve oefeningen en is korter (tien gesprekken, op maat, volgens een afgesproken ritme). Ook hier zit de dynamiek van de geestelijke oefeningen in. Je wordt geïnitieerd in mediteren, eventueel bidden. Je krijgt tekstmateriaal aangereikt waarmee je aan de slag kan. Dit aanbod kan extracurriculair of binnen het curriculum een plek krijgen, afhankelijk van beslissingen binnen de Faculteit. De inhoud is eveneens open voor gesprek. R. Vos is betrokken bij UP, niet bij de faculteit zelf en vertrouwensrelatie is gegarandeerd omwille van de deontologie verbonden aan dit soort begeleiding. Bij de studenten leeft er zeer zeker een vraag rond spiritualiteit. Ze zijn blij met dit aanbod, ook omdat het vanuit UP vorm krijgt. Daarnaast merken de studenten op dat ze nood hebben aan een ruimte voor allerlei vormen van spiritualiteitsbeleving. Het is niet evident om de kapel van het pauscollege te mogen gebruiken. Vanuit de vergadering wordt opgemerkt dat er ook mogelijkheden zijn om dergelijke begeleiding in weekendvorm (individueel) te volgen. In Drongen kan je vragen om een week lang individueel begeleid te worden bijvoorbeeld. Dit aanbod zal ook op de infosessie in het begin van het jaar bekend gemaakt worden. 4. Indiareis De Indiareis vond voor de vijfde keer plaats in 2009. Er was zeer veel vraag vanuit de studenten om de reis opnieuw te organiseren. Het is niet meer mogelijk om naar Ladakh te gaan omwille van de overstromingen en klimaatswijzigingen en het gevaar dat daarmee samen hangt. Er werd een nieuwe formule ontwikkeld, in kortere versie (drie weken) of in langere versie (vier weken). Bij het concept dat nu voorligt voor 2012 (februari), kunnen studenten uit de tweede en derde fase van de bachelor, en uit de master godgeleerdheid/godsdienstwetenschappen en uit de master wereldgodsdiensten, religiestudie en interreligieuze dialoog mee komen. De reis is voorzien voor minimum 15, maximum 20 studenten. In het concept wordt voorgesteld de reis te laten doorgaan in februari, omdat dit qua klimaat het meest aangename is. In het voorstel dat voorligt is de voorziene vertrekdatum 29 januari 2012. In de versie van 24 dagen zouden Delhi, Agra en Amritsar wegvallen en zou het 200 euro goedkoper zijn. Het geheel kost ongeveer 2100 euro. De studenten verkiezen de formule van 30 dagen. Ook vanuit de ABAP-geleding wordt gesteld dat Amritsar een zeer belangrijk deel is van de reis en dat het jammer zou zijn dat dit zou wegvallen. De POC kan met de lange versie akkoord gaan, maar er moet een oplossing gezocht worden voor het missen van de lessen en voor de examenplanning. Er wordt voorgesteld om de professoren die hiertoe bereid zijn, te vragen om de mogelijkheid te voorzien om een examen te plannen tijdens de week voorzien voor blok in januari. Ook andere studenten zouden dan bij dit moment kunnen aansluiten maar voor hen is er mogelijk ook een ander moment, omdat bij mondelinge examens er steeds meer dan één moment voorzien moet worden. Een schriftelijk examen voor een deel van de studenten is niet toegestaan. Studenten kunnen wel bijzonder oog hebben voor de situatie van de Indiareis wanneer ze de examenplanning kunnen inkijken. Er wordt geargumenteerd dat voor het missen van enkele lessen oplossingen kunnen gevonden worden. Deze studenten zouden het vak in zelfstudie kunnen studeren op basis van een officiële zelfstudie-aanvraag zoals ook bij andere vakken gebeurt. Maar dit is tegelijk niet optimaal, omdat ze 29 APRIL 2011, 13-15 UUR 3/6
feitelijk maar 2 weken missen in het huidige voorstel); professoren zouden kunnen hun lessen later laten beginnen. Hiertegen wordt geargumenteerd dat dit niet afgedwongen kan worden: sommigen kunnen dit doen en zijn hiertoe allicht bereid, maar twee weken is te lang om dit van iedereen te verwachten. De studenten volgen bovendien zeer verschillende opleidingsonderdelen. Het voorstel om studenten te laten studeren op basis van notities van anderen (zoals wanneer ze om andere toevallige redenen een les niet kunnen bijwonen), biedt geen structurele en juridisch aanvaardbare oplossing. Professoren zouden kunnen vervangopdrachten voorzien voor studenten die lessen missen of voor alle studenten omwille van het mogelijk niet lesgeven tijdens de eerste twee weken van het semester, maar ook dit biedt geen echte oplossing, zo blijkt. Het belang van de studenten die niet meegaan moet eveneens voor ogen worden gehouden. Uit het gesprek kan geconcludeerd worden dat de Indiareis als zeer belangrijk wordt beschouwd, en dat er mogelijk veel goodwill is om ad-hoc oplossingen te zoeken, maar dat er vooralsnog geen structurele oplossing voor de examenplanning en het missen van lessen uit de bus is gekomen. 5. Excursie Er wordt een positief advies gegeven in verband met de excursie georganiseerd door prof. Broeckaert op 7 mei. In het kader van het vak Nieuwe Religieuze Bewegingen wordt een dagexcursie naar de Hare Krishna-gemeenschap in Durbuy gepland. 6. Beleidsplan Maurits Sabbebliotheek V. Verspeurt en L. Kenis geven toelichting bij het nieuwe beleidsplan van de Maurits Sabbebibliotheek, wat betreft elementen die onderwijs aanbelangen. Deze thematiek zal ook uitvoerig besproken worden op de open faculteitsraad van 5 mei (16 uur). De studenten vinden het belangrijk dat er lokalen voor groepswerk in de bibliotheek komen, zoals gepland. Enkel lokalen in het studielandschap humane wetenschappen volstaan niet. De vergadering benadrukt ook het belang van het plan om magazijnaanvragen elektronisch te kunnen indienen en het idee om een speciaal boekenvolgsysteem op te zetten, zodat minder boeken verloren gaan. De vergadering stelt dat het goed inrichten van de pedagogisch-didactische bibliotheek belangrijker is dan de AA-opstelling. Er zou meer ruimte mogen voorzien zijn in de zogenaamde didactische carré, maar het ruimteprobleem kan eventueel ook opgelost worden door (groeps)werklokalen in de bibliotheek elders ter beschikking te stellen. Ook algemeen pastoraal en catechetisch materiaal zou een plaats moeten krijgen in de bibliotheek, omdat dit ook in onderwijs en onderzoek gebruikt wordt. Verdere communicatie en overleg hieromtrent is allicht wenselijk. Er wordt gepland dat minstens één keer per jaar over de bibliotheek zal overlegd worden op de POC-vergaderingen. 7. Masterproef praktische theologie De masterproef praktische theologie bestaat uit twee onderwijsleeractiviteiten (OLA s), namelijk praktisch theologische stage (16 pt) en onderzoeksscriptie (10 pt). Naar analogie met de splitsing van de stage en de scriptie in de master widr wordt voorgesteld om ook hier in plaats van twee OLA s twee opleidingsonderdelen (OPO s) te voorzien. Inhoudelijk verandert er niets (scriptie en stage blijven op elkaar betrokken qua thematiek) maar het opsplitsen in twee OPO s heeft volgende voordelen: - Heel wat studenten spreiden de stage en de scriptie over twee jaar. Op die manier zouden ze formeel reeds een punt kunnen behalen wanneer de stage is afgelegd. Er zullen meer studenten zijn die een credit behalen, omdat het in de feiten soms voorkomt dat de scriptie niet meer geschreven wordt. In dat geval is het zowel voor de student als voor de faculteit nadeling moest er geen credit voor de stage afzonderlijk behaald zijn (hoewel deze toch met succes afgelegd werd). - Studenten die lange stage lopen in het kader van het programma Permanente vorming Praktische Theologie kunnen op deze manier ook een formele credit hiervoor verwerven. - Administratieve vereenvoudiging: de punten moeten niet meer manueel bij elkaar opgeteld worden. 29 APRIL 2011, 13-15 UUR 4/6
- De reflectie over de stage en de theologische kadering is verzekerd doordat de stage bestaat uit 180 uur begeleiding-supervisie/reflectie/verslagen/ en doordat studenten aangemoedigd worden om de stage op te nemen samen met het werkcollege praktische theologie. 8. FOER Art 122 Bij artikel 122 werd vastgesteld dat er enige onduidelijkheid bestond omtrent de verhouding tussen het reglement en de bestaande praktijken. Er wordt beslist om het reglement deels aan te passen aan de praktijk (studenten met examenspreiding mogen examens uit het eerste semester herkansen gedurende het tweede semester) en om de praktijk deels aan te passen aan het reglement (examens van opo s uit het tweede semester mogen pas na de juni-zittijd opnieuw afgelegd worden). Dit vergt een herprogrammering van het systeem theo.kuleuven.be/werkstudent. Er wordt tevens beslist dat studenten met examenspreiding altijd vrij snel na het afleggen van het examen inzage hebben in hun punten. Voor de andere studenten geldt dit niet, ook omdat het kennen van een resultaat een weerslag zou kunnen hebben op andere examens in dezelfde zittijd. Aan professoren zal gevraagd worden om ook maandmomenten op te geven voor de maand juli. Het aangepast reglement zou er dan als volgt uitzien. Wat betreft de bekendmaking van de resultaten voorziet de examenregeling dat de student het resultaat via zijn of haar studentendossier kan zien vanaf het ogenblik dat de officiële examenzittijd waarin dit examen geprogrammeerd staat voor reguliere studenten, is afgesloten en de resultaten ook voor de andere studenten opengesteld worden. Studenten met examenspreiding ontvangen dus in februari een overzicht van de resultaten voor de examens afgelegd in januari, en in juli een overzicht van de resultaten van de examens over opleidingsonderdelen van het tweede semester die afgelegd werden tussen januari en juni. Via het online platform http://theo.kuleuven.be/werkstudent kunnen studenten met examenspreiding hun resultaten reeds eerder bekijken, zodat ze hiermee in hun verdere planning rekening kunnen houden. Een student kan het resultaat ook na enkele dagen opvragen bij het studentensecretariaat. Examens voor opleidingsonderdelen van het eerste semester kunnen, indien het resultaat een onvoldoende was, reeds in de periode tussen januari en juni voor een tweede keer worden afgelegd tijdens de voorziene maandmomenten. Dit geldt niet voor opleidingsonderdelen van het tweede semester. De vergadering merkt op dat de bepalingen in verband met de bachelorproef moeten worden aangepast aan de recente veranderingen hieromtrent. Er worden tevens enkele taalfouten opgemerkt. In artikel 122 wordt gesproken over studentenvertegenwoordigers en het verplaatsen van examens: dit gaat over het verplaatsen van examens binnen de reeks. Dit komt de facto zelden voor. In art 90 wordt over communicatie via het universitaire studentenadres gesproken, in art 106 over communicatie via toledo. Bedoeld is dat de faculteit geen gebruik maakt van persoonlijke emailadressen. 10. Opvolging ontmoeting docenten De programmadirecteur en secretaris hebben een gesprek gehad met de docenten van de OPO s uit de eerste fase van de bachelor wiens OPO van 6 naar 5 studiepunten gaat. Al deze docenten zijn zich bewust van de wijzigingen die dit met zich mee brengt en zullen hiermee rekening houden. 11. Studentenaangelegenheden en varia De studenten evalueerden het toneel heel positief en danken de decaan en prof. Steen, die kwamen kijken. 29 APRIL 2011, 13-15 UUR 5/6
Doris Kennes en Karen Bücheler zijn als praeses verkozen. Het galabal vindt plaats in samenwerking met de internationale studenten van filosofie en theologie. De fotoboeken zullen worden rondgebracht. J. Haers laat weten dat op maandag 2 mei de logos-studiedag plaatsvindt. J. Cockx merkt op dat studenten die hun verkorte bachelor bijna afgerond hebben en enkel nog de scriptie planden voor volgend jaar, allicht een extra opo zullen moeten opnemen omdat het aantal studiepunten gewijzigd werd. Dit zal aan deze studenten gecommuniceerd worden. Annemie Dillen Secretaris Pierre Van Hecke programmadirecteur 29 APRIL 2011, 13-15 UUR 6/6