Circulatieproeven en de levensduur van f 100-bankbiljetten

Vergelijkbare documenten
VOELTEKENS VOOR BLINDEN

TECHNIEK EN VORMGEVING VAN DE NEDERLANDSE BANKBILJETTEN

Van vier naar twintig echtheidskenmerken

DE TECHNISCHE BEVEILIGING VAN WAARDEPAPIEREN

Marktonderzoek en ontwer

BANKBILJETTENSORTEERMACHINES

Het eerste bankbiljet van een nieuwe serie, de f25 / model 1989

TECHNIEK EN VORMGEVING VAN DE NIEUWSTE NEDERLANDSE BANKBILJETTEN

Waardering en kennis van Nederlandse bankbiljetten

Russische papiergeld in WW-I ( ) Door John Laureijsen

Papiergeld van Duits Oost Afrika

Examen VWO. wiskunde A1 (nieuwe stijl)

Gelet op artikel 6, vierde lid, 9, vierde lid, 13, zesde lid, 18, tweede lid en 19, tweede lid, van de Wet verplichte beroepspensioenregeling;

Politiezone Vlas Kortrijk-Kuurne-Lendelede

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

BOUWVERGUNNINGEN VERNIETIGBAAR OP TERMIJN (VOT)

Nummer Toegang: t/m 33

- Alle nuttige economielinks bij elkaar!

Los de volgende vergelijkingen op. Rond eventueel af op 2 decimalen.

Statistiek is zo saai nog niet! Een integratie van theorie en praktijk Manfred te Grotenhuis

Eindexamen wiskunde A1 vwo 2004-II

Correctiemodel. Vergelijkingen oplossen. x = 12 1punt. x = 0,86 1punt. x = 25 = 5 1punt. x = 144 = 12 1punt

VAARDIGHEDEN EXCEL. MEETWAARDEN INVULLEN In de figuur hieronder zie je twee keer de ingevoerde meetwaarden, eerst ruw en daarna netjes opgemaakt.

NOM op weg naar het bereik van totale mediamerken

Examen VWO. wiskunde A1,2 Compex. Vragen 1 tot en met 12. In dit deel van het examen staan de vragen waarbij de computer niet wordt gebruikt.

Examen HAVO en VHBO. Wiskunde B

Examen VWO. Wiskunde A1 (nieuwe stijl)

OPENBAAR EIND RAPPORT

Bataviastad. Parkeeronderzoek Parkeerdrukmeting en inzittenden telling

Dossier Opdracht 2. Statistiek - Didactiek

Lagers: stop de test?

(iii) Enkel deze bundel afgeven; geen bladen toevoegen, deze worden toch niet gelezen!

Opdracht 1 Het oude Nederlandse geld had allemaal bijnamen. Welke combinaties zijn goed (verbind ze met een streep)? gulden

Examen HAVO. Wiskunde B1 (nieuwe stijl)

Examen VWO. Wiskunde B1 (nieuwe stijl)

2019 no. 26 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA

2. METHODOLOGISCHE AANPASSINGEN

Dat akelige rekenen. Mario M. Montessori. Een herdruk uit AMI Communications AMI 1960 Gepubliceerd met toestemming; als eerbetoon aan Kit Steenberghe

Examen HAVO. Wiskunde B1

Voorbeeld bij het Excel-werkboek Analyse klantkenmerken

UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 2

Tentamen Planning 2de semester Wetenschappelijk verslag Lenzen en Hydrodynamica. 17 februari 2006 Meten en experimenteren 1

Algemene voorwaarden bij uw levensverzekering

Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 1 Dinsdag 1 juni uur

Examen VWO - Compex. wiskunde A1,2

Examen VWO. Wiskunde B1,2 (nieuwe stijl)

Meting stoppers-met-roken juni 2008

1 Binaire plaatjes en Japanse puzzels

Wijziging van de Regeling nadere vooropleidingseisen hoger onderwijs 2007 in verband met vervanging van de bijlagen

vergadering der commissie op 27 Januari te goedkeuring door de ledenvergadering, op afgedrukt. In de samenstelling der commissie kwam verandering,

Wijzigingen: AB 1995 no. 81 (inwtr ); AB 1997 no. 34; AB 2005 no. 10; AB 2013 no. 28; AB 2014 no. 11 (inwtr. AB 2014 no. 12); AB 2014 no.

Het gebruik van het blancheerrendement als indicator voor het verwerkingsrendement.

Examen HAVO. wiskunde B1

Examen VWO. wiskunde A1,2 Compex. Vragen 1 tot en met 9. In dit deel van het examen staan de vragen waarbij de computer niet wordt gebruikt.

TITEL LOREM IPSUM DOLOR SIT AMET CONSECTETUR. Subtitel ut enim ad minim veniamquis nostrud

Aanvraag garantiestelling. Garantiestelling

KTO Het Nieuwe Inzamelen Overvecht

Steeds betere benadering voor het getal π

Wijzigingen: AB 1995 no. 81 (inwtr ); AB 1997 no. 34; AB 2005 no. 10; AB 2013 no. 28. Artikel 1

Examen HAVO. tijdvak 2 dinsdagdinsdag uur

wiskunde A havo 2017-II

Help plastic afval de zeeën uit

NOM bereidt zich voor op de toekomst en gaat totaal lezen van mediamerken meten

2 9 JAN.2015 Bestuurlijke reactie op conceptrapport 'Zicht op bezuinigingen, bezuiniging op cultuur'

Eindexamen wiskunde A1 vwo 2004-I

1. Soorten wetenschappelijke informatiebronnen

Titel/kopjes/plaatje: Ik denk aan: Dit weet ik er al over:

Migrerende euromunten

Examen VBO-MAVO-C. Wiskunde

Achter het correctievoorschrift is een aanvulling op het correctievoorschrift opgenomen.

Transorma lettercombinatie op brief

In dit werkboek vindt je vragen en opdrachten die over papier gaan. Daarnaast is het boek en werkboek een naslagwerk voor je functie als vormgever.

Eindexamen wiskunde A1 vwo 2003-II

Computerlessen voor Senioren. Themacursus. Basis Excel. Uitgave Samenstelling: Lucien Delchambre Paul Derycke. Werken met mappen 1

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD. over de denominaties en technische specificaties van voor circulatie bestemde euromuntstukken

Nico bleef altijd rustig, legde dingen goed en duidelijk uit en nam de tijd, net zolang tot je het begreep.

BESPARING IN BESCHERMGAS BIJ HET GASBOOGLASSEN. Theo Luijendijk, Luijendijk Advisering Jurriaan van Slingerland, TU Delft

Wat staat er in deze Nieuwsflits. Nieuws uit groep 1/2 Nieuws uit groep 3/4 Nieuws uit de bovenbouw Wist-je-datjes. Wijzer in een flits

Uw uitvaartverzekering van ABN AMRO

WISKUNDE D HAVO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.7.0

MACHINALE EN VISUELE DETECTIE VAN ECHTE EN NAGEMAAKTE NEDERLANDSE BANKBILJETTEN Het verschil tussen meten en patroonherkenning

Warmwaterbehandeling Crocus Grote Gele

J. Bienefelt Aan: Projectgroep RWS Bramen Datum: 6 maart 2017 Cc: Efectis-M000409[Rev.1]/BTJ/TNL

Eindexamen wiskunde A1-2 compex vwo I

Per slot van rekening bieden wij meer dan alleen schone was

Samenvatting. Het gebruik van ultrafiltratie (UF) membranen als oppervlakte water zuiveringstechnologie

Het gen van de ziekte van Huntington, twintig jaar verder.

Vervuilingsonderzoek glas in opdracht van Nedvang

dossier Brink s, logistiek met meerwaarde European Platform for Financial Professionals

Algemene escalatieberekening

Inleiding tot de natuurkunde

Examen VWO. wiskunde A1,2 (nieuwe stijl)

wiskunde A vwo 2019-II

J. Bienefelt Aan: Projectgroep RWS Bramen Datum: 6 maart 2017 Cc: -

Scholing voor oudere werknemers: literatuuroverzicht en kosten-baten analyse

Steven Werbrouck Practicum 2: Schakelen van weerstanden

Studie met betrekking tot de controle van jaarrekeningen door commissarissen-revisoren.

Eindexamen wiskunde B1 havo 2001-II

Tekst lezen en vragen stellen

Examen VWO wiskunde C. tijdvak 2 woensdag 17 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Transcriptie:

De orijn, december 1980, pag. 4 5 Gedigitaliseerd november 2006 Circulatieproeven en de levensduur van f 100-bankbiljetten dr ir P. Koeze 1 Nummerlezen Sinds begin 1975 worden de bankbiljetten, die bij de Nederlandsche Bank terugkomen uit de circulatie, machinaal gesorteerd. Voor die tijd werden de biljetten met de hand gesorteerd. In De orijn van maart 1979 [1] heb ik verteld dat de sorteermachines tijdens het sorteren nagemaakte bankbiljetten kunnen herkennen en dat één van de middelen daartoe het lezen van de nummers is. De nummers van alle gesorteerde biljetten worden gelezen, gecontroleerd en vastgelegd met behulp van moderne elektronica. Behalve voor het herkennen van nagemaakte biljetten kunnen we de nummers ook gebruiken om de levensduur van de biljetten te meten. Dit blijkt een zeer interessante zaak te zijn, zowel vanuit technisch als vanuit bedrijfseconomisch gezichtspunt. We gaan als volgt te werk. 2 Circulatieproef en levensduur In een bepaalde week wordt een aantal proefseries van nieuwe bankbiljetten uitgegeven. Deze nieuwe biljetten gaan circuleren, vervuilen en komen na verloop van kortere of langere tijd weer terug bij de Bank tussen de biljetten uit andere series. Alle biljetten worden dan op de sorteermachines gesorteerd in schone en vuile biljetten, waarbij hun nummers worden gelezen. De biljetten uit de proefseries zijn te herkennen aan hun nummers en per week wordt geteld hoeveel er zijn teruggekomen. De vuile biljetten worden vernietigd en de schone weer uitgegeven. Zo gaat dat door tot uiteindelijk, na lange tijd, alle biljetten uit de proefseries zijn vernietigd omdat zij vuil zijn geworden. Met de per week getelde aantallen uit de proefseries kunnen we de gemiddelde levensduur berekenen. 3 Experimentele soorten bankbiljetten Het is niet nodig zo n circulatieproef te beperken tot één soort biljetten. Als meerdere soorten biljetten tegelijkertijd worden uitgegeven, kunnen we 1

de gemiddelde levensduur van de soorten onderling vergelijken. Dit opent natuurlijk interessante mogelijkheden om experimentele soorten biljetten te beproeven en te trachten de gemiddelde levensduur door allerlei technische ingrepen te verlengen. Omdat er zo veel biljetten in omloop zijn (momenteel circa 300 miljoen stuks) leidt een kleine verlenging van de gemiddelde levensduur al gauw tot grote besparingen in de papier- en drukkosten. 4 Uniek in de wereld Wij zijn de enige bank ter wereld, die de biljetnummers leest. Daarom zijn wij ook de enige bank die dit soort proeven kan uitvoeren. Alle andere centrale banken kunnen wel een globale berekening van de gemiddelde levensduur per coupure maken, maar zij kunnen niet meerdere soorten biljetten vergelijken. Enkele banken, en ook wij vroeger, hebben wel geprobeerd met behulp van steekproeven dergelijke resultaten te krijgen, maar erg nauwkeurig en betrouwbaar waren de resultaten niet. Nu hebben wij een veel betrouwbaarder methode, die vele centrale banken ons benijden. 5 Vlashoudend en vlasloos papier Nadat de sorteermachine operationeel werden, in februari 1975, zijn wij al snel in juli 1975 met de eerste circulatieproef begonnen. De resultaten van deze proef zijn ruim een jaar geleden gepubliceerd in een vaktijdschrift [2]. Wij hoefden indertijd niet te zoeken naar een onderwerp voor de eerste proef, want de noodzaak om het oppervlaktewater schoon te houden dwong onze papierfabriek Van Houtum & Palm te Ugchelen de papiersamenstelling te veranderen. In De orijn van september 1979 [3] en oktober 1979 [4] heeft dipl.-ing. Jac. van Houtum verteld over de papierfabricage en de papiersamenstelling. In 1975 bestond het papier nog uit circa 85% katoen en circa 15% vlas. Het vlas verontreinigde het oppervlaktewater te sterk met kleine vlasvezeltjes. Daarom moest het verdwijnen uit het papier of het afvalwater moest worden ge lterd. De eerste mogelijkheid leek uit het oogpunt van kosten het meest aantrekkelijk. Het vlas weglaten uit het papier ging echter niet zo maar, want het zat erin om het papier sterker te maken tegen inscheuren. Het werkte ongeveer als de bewapening van beton. 6 Proefpartij zonder vlas Om het vlas weg te kunnen laten moest eerst een sterkere papiersoort worden ontwikkeld in het laboratorium van Van Houtum & Palm. In 1975 dacht het laboratorium dat zij waren geslaagd. In een laboratorium is het echter niet goed mogelijk het gedrag van papier in de circulatie te voorspellen. De enige betrouwbare methode is het papier werkelijk in circulatie brengen. 2

Figuur 1: Aantal ingetrokken biljetten uitgezet tegen de circulatietijd; verticaal: (aantal ingetrokken biljetten)/(aantal uitgegeven biljetten); horizontaal: circulatietijd in weken. Dus maakte Van Houtum & Palm een proefpartij papier zonder vlas met het watermerk Vlag van de f 100, bedrukte Enschedé het en brachten wij de biljetten in juli 1975 in circulatie tezamen met biljetten op papier met vlas ter vergelijking. 7 Meteen resultaat Al heel snel bleek dat Van Houtum & Palm meer dan geslaagd was. Na ongeveer tien weken circulatie werd al duidelijk dat het papier zonder vlas dankzij chemische toevoegingen juist veel langer meeging dan het papier met vlas. Dit is te zien in guur 1 overgenomen uit publicatie [2]. Langs de horizontale as staat uitgezet de circulatietijd in weken en langs de verticale as het totale aantal ingetrokken vuile biljetten van beide papiersoorten. In de publicatie heb ik gerapporteerd over de eerste 125 weken, maar we hebben de proef voortgezet gedurende 230 weken. Uit de metingen heb ik berekend dat papier met vlas een gemiddelde levensduur van circa 150 weken had en papier zonder vlas van circa 196 weken. Bij de overgang van papier met vlas op papier zonder vlas zouden we daardoor niet alleen de waterverontreiniging verminderen, maar ook nog eens circa 23% kunnen besparen op het bankbiljettenverbruik. Als deze besparing voor alle coupures gelijk zou zijn, zou dit neerkomen op circa f 7 miljoen per jaar. Een geslaagde ontwikkeling 3

dus. Met ingang van 1 januari 1977 zijn we dan ook overgegaan op papier zonder vlas. 8 Verdere circulatieproeven volgen Dit was de eerste circulatieproef waarvan we dachten dat de cijfers redelijk betrouwbaar waren. Bovendien waren we intussen gestart met een tweede circulatieproef en op dit ogenblik staan er nog meer op ons Programma van Onderzoek. Het leek de moeite waard meer aandacht te besteden aan de interpretatie en te trachten een algemeen wiskundig model te ontwerpen, waarmee alle mogelijke circulatieproeven zouden kunnen worden uitgerekend. 9 Wet van Gresham niet geldig Nu is een bankbiljet een technologisch produkt, net zoals auto s, koelkasten, vliegtuigen en dergelijke. Er is een tak van de techniek die zich speciaal bezig houdt met de kwaliteit en de levensduur van producten. Met statistische methoden uit dit vakgebied zijn de cijfers verder geanalyseerd. Het opmerkelijkste resultaat is dat oude, versleten biljetten niet eerder uit de circulatie blijken terug te komen dan nieuwe biljetten. Dit is zo opmerkelijk omdat wij in de Bank altijd gedacht hebben dat het publiek uit een gevoel voor netheid oude biljetten eerder afstoot dan nieuwe. (Sommigen noemen dit de Wet van Gresham.) Ik kan in de cijfers daarvoor geen bewijs vinden. Alle biljetten blijken gemiddeld even lang in de circulatie te blijven of zij nu nieuw of versleten zijn. Omdat het altijd mogelijk is dat de ene technische of wetenschappelijke methode nauwkeuriger resultaten oplevert dan de andere, heeft de Studiedienst hun econometrische methoden gebruikt voor een tweede analyse van dezelfde cijfers. Hun publicatie is intussen gereed gekomen. Referenties [1] Baak, B. van; De levenscyclus van een bankbiljet. Van de Wieg tot het Graf. Deel I, De orijn maart 1979 9 11. [2] Koeze, P.; An accurate statistical estimation of the lifelength of f100- banknotes. A circulation trial with two qualities of currency paper, International Statistical Review 47 (1979) (3) 283 297. Ook verschenen in de serie De Nederlandsche Bank, Overdrukkenreeks, Overdruk nr. 54. 4

[3] Baak, B. van; De levenscyclus van een bankbiljet. Van de Wieg tot het Graf. Deel III, De orijn september 1979 3 4. [4] Baak, B. van; De levenscyclus van een bankbiljet. Van de Wieg tot het Graf. Vervolg van Deel III, De orijn oktober 1979 1 3. Noot Dit artikel verscheen in De orijn, een blad voor medewerkers van De Nederlandsche Bank, dat ook aan belangstellenden buiten de Bank werd toegestuurd. Het bevat een uitleg zonder wiskundige formules van een technisch artikel dat eerder verscheen in de International Statistical Review, jaargang 47 (1979), nummer 3, pagina s 283 297. Voor deze digitale versie werden de paragrafen voorzien van kopjes. Overigens volgt deze digitale versie, samengesteld in november 2006, de originele tekst behoudens enkele kleine verbeteringen. Dr ir Peter Koeze was in 1980 afdelingsdirecteur van de Afdeling Bankbiljetten-Technische ontwikkeling van De Nederlandsche Bank N.V. te Amsterdam en is in 2004 gepensioneerd als directie-adviseur. E-mail: p.koeze@pkoeze.nl Lijst van publicaties: http://www.pkoeze.nl/listofpublications.pdf Curriculum vitae: http://www.pkoeze.nl/curriculumvitae.pdf De Nederlandsche Bank N.V. Postbus 98 1000 AB Amsterdam Website: http://www.dnb.nl/ 5