Vergadering raadscommissie NOTULEN. Agendapunten RAADSCOMMISSIE RUIMTELIJKE ORDENING, VERKEER EN MOBILITEIT



Vergelijkbare documenten
directie infrastructuur dienst mobiliteit

Vergadering raadscommissie NOTULEN

Vergadering raadscommissie Ruimtelijke ordening, verkeer en mobiliteit NOTULEN. Agendapunten

ROTSELAAR informatievergadering 10 juni 2014

Provincieraadsbesluit

directie infrastructuur dienst mobiliteit

Vergadering raadscommissie Ruimtelijke planning, verkeer en mobiliteit NOTULEN

TOELICHTING RUIMTELIJKE UITVOERINGSPLANNEN

Vergadering raadscommissie Ruimtelijke planning, verkeer en mobiliteit NOTULEN

Provincieraadsbesluit

Aanpak problematiek van de weekendverblijven. Provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplan (PRUP) Leugenboombos

ROTSELAAR informatievergadering 23 juni 2014

Voldoet de constructie aan de voorschriften van het PRUP of gewestplan of verkaveling?

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

Provincieraadsbesluit

Vergadering raadscommissie Ruimtelijke ordening, verkeer en mobiliteit NOTULEN


PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

Vergadering raadscommissie VI. Infrastructuur, waterbeleid en patrimonium NOTULEN

vergadering raadscommissie ruimtelijke ordening, verkeer en mobiliteit datum : 6 december 2011 plaats : Raadzaal aanvangsuur : u einde : 17.

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

RAADSCOMMISSIE VI. - INFRASTRUCTUUR, WATERBELEID EN PATRIMONIUM

Plenaire vergadering RUP Harelbeke Bavikhove dorp West voorontwerp

voorontwerp van gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Oostelijke Tangent - Temse Verslag plenaire vergadering

RAADSCOMMISSIE VI. - INFRASTRUCTUUR, WATERBELEID EN PATRIMONIUM

Katrien Putzeys (diensthoofd ruimtelijke ordening) raadgevers

21/10/2015 PROVINCIAAL RUP WEEKENDVERBLIJVEN, CAMPINGS EN RESIDENTIELE WOONWAGENTERREINEN WELKOM OP DE INFOAVOND

PROVINCIAAL RUIMTELIJK UITVOERINGSPLAN

Vergadering raadscommissie NOTULEN

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

AANVULLENDE NOTA VERZOEK TOT ONTHEFFING VAN DE PLAN-MER PLICHT

UITTREKSEL UIT DE NOTULEN VAN DE GEMEENTERAAD VAN 9180 MOERBEKE.

gericht aan PROCORO Koningin Elisabethlei Antwerpen

Vergadering raadscommissie Financiën, fiscaliteit, personeel, vorming en informatica NOTULEN

Aanvullende nota milieuscreening PRUP 'Reconversie verblijfsrecreatie Stekene fase 1'

Moest de firma Essers IMMO NV de natuurwaarde in het desbetreffende gebied verhogen?

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

RAADSCOMMISSIE FINANCIEN, FISCALITEIT, PERSONEEL, VORMING EN INFORMATICA

Vergadering raadscommissie Financiën, fiscaliteit, personeel, vorming en informatica NOTULEN

Vergadering raadscommissie NOTULEN

Vergadering raadscommissie Financiën, fiscaliteit, personeel, vorming en informatica NOTULEN

directie infrastructuur dienst mobiliteit

Thematisch RUP Mobiliteit 1 Parking en recreatiedomein Den Bruul

Verslag: Informatievergadering RUP Centrum 5 Noord Datum: 3/5/2017 Locatie: St.-Jorisheem. Aanwezig:

Provincieraadsbesluit

directie infrastructuur dienst ruimtelijke ordening

Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen

Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen

Bestuursmemoriaal Provincie Vlaams-Brabant

voorontwerp van gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Historisch gegroeid bedrijf Brouwerij Lindemans te Sint-Pieters-Leeuw

Definitief gewestelijk ruimtelijk uiitvoeringsplan Afbakening Regionaalstedelijk Gebied Hasselt - Genk

ADVIEZEN OP HET VERZOEK TOT RAADPLEGING RUP KLEIN SCHRIEKEN HEIST-OP-DEN-BERG

Vergadering raadscommissie Ruimtelijke ordening, verkeer en mobiliteit NOTULEN

PROVINCIE ANTWERPEN GEMEENTE ARENDONK UITTREKSEL UIT DE NOTULEN VAN DE GECORO VERGADERING VAN :

STEDENBOUWKUNDIG UITTREKSEL INLICHTINGENFORMULIER VASTGOEDINFORMATIE

+ het goede voornemen dat de verslagen en uitnodigingen in de toekomst sneller worden bezorgd

ontwerp van provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplan reconversie verblijfsrecreatie Kloosterbos en Wildestraat te Wachtebeke

IN OPENBAAR ONDERZOEK: ontwerp RUP Heilig Hart. INFOMOMENT donderdag 23 mei VIVES, Aula B 2.1

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

23016_D_0145_X_003_00

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

Bijlage IV: Register van percelen waarop de regeling van planschade, planbaten, kapitaalschade of gebruikersschade van toepassing kan zijn

voorontwerp van gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Omgeving Bouvelobos, Hemsrodebos en steilrand van Moregem

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

Specifiek regionaal bedrijventerrein Transport, distributie en logistieke zone Westrode te Meise en Londerzeel

IDENTIFICATIE VAN DE AANVRAGER IDENTIFICATIE VAN HET PERCEEL

Zitting van 29 februari Punt 1 Goedkeuring verslag van de gemeenteraad van 01 februari 2016

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

23016_D_0157_H_011_00

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

naam: gedeeltelijke wijziging van het gewestplan Halle-Vilvoorde-Asse datum: 17/07/2000 met bestemming:

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

Gemeentelijk gebiedsgericht ruimtelijk uitvoeringsplan GGR-W2 Aarschotsesteenweg 2, 3 en 4

RUP Stedelijk Wonen versterkt woonbeleid Stad Gent

VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE REGERING,

Plaats: Raadzaal Provinciehuis Datum: 11 februari 2014

In kader van het onderzoek tot milieueffectrapportage werden op basis van een lijst aangeleverd door de dienst MER volgende instanties geraadpleegd:

Ontwerp van gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Petroleum-Zuid: gevangenis en technische schoolcampus

afbakening van het VSGB en aansluitende open ruimtegebieden cluster C3 Reconversiegebied Vilvoorde Machelen

RUP Decof. Procesnota. Fase: Startnota. Mei Plan_id: RUP_36008_214_00409_0001

college van burgemeester en schepenen Zitting van 10 november 2011

Informatiemoment PRUP Camping Ter Hoeve (De Panne) Infomoment 6 februari 2019

GGR-L3 BENEDENSTAD III HERTOGENSITE

Provinciaal Ruimtelijk Uitvoeringsplan

23070_E_0141_V_000_00

Bijlage IV: Register van percelen waarop de regeling van planschade, planbaten, kapitaalschade of gebruikersschade van toepassing kan zijn

B) PLANNEN EN VERORDENINGEN VAN TOEPASSING OP BETREFFENDE PERCEEL

GGR-K2a MARTELARENLAAN -

PROCESNOTA 1.0 (26/04/2018)

WONEN VLAAMS-BRABANT Raadscommissie 22 mei 2018 Evaluatie 2017

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 25 januari 2014 betreffende het onroerend erfgoed;

Historisch Gegroeid Bedrijf

afbakening van de gebieden van de natuurlijke en agrarische structuur

STEDENBOUWKUNDIGE VERORDENING INZAKE PARKEERPLAATSEN EN FIETSSTALPLAATSEN BIJ HET CREËREN VAN MEERDERE WOONGELEGENHEDEN

afbakening van de gebieden van de natuurlijke en agrarische structuur

GEBIEDEN VOOR OPEN RUIMTE MET GEÏNTEGREERDE BEBOUWING FASE 1

Vergadering raadscommissie Welzijn, gezondheidsbeleid en woonbeleid NOTULEN

Transcriptie:

Vergadering raadscommissie NOTULEN RAADSCOMMISSIE RUIMTELIJKE ORDENING, VERKEER EN MOBILITEIT Plaats Raadzaal Datum 13/05/2014 Voorzit(s)ter Marie-Claire Loozen Aanvangsuur 13:05 uur Aanwezig Verontschuldigd Julien DEKEYSER, Marie-Claire LOOZEN, Manu CLAES, Marc WIJNANTS, Steven ELPERS, Ann SCHEVENELS, Sarah SNEYERS, Ines DE CONINCK, Hilde KASPERS, Sonia VAN LAERE, Erik RENNEN, Diederik DUNON, Mireille BUYSE, Stef BOOGAERTS, Jan LAEREMANS, Linda VAN DEN EEDE, Martine JANSSENS, Jo STULENS, Ingrid CLAES, Lieve VANLINTHOUT, Katrien PUTZEYS (secretaris), Katrien COREMANS en Els VAN LOON (techn. raadgever dienst RO) Walter ZELDERLOO, Kris POELAERT, Elke ZELDERLOO, Erik TORBEYNS, Marc FLORQUIN, Jo DE CLERCQ Agendapunten 1 Goedkeuring van het verslag van de vorige vergadering Het verslag van de vergadering van 11 maart 2014 wordt goedgekeurd. 2 Provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplan Weekendverblijven, campings en residentiële woonwagenterreinen deel 2 gemeente Oud-Heverlee - voorlopige vaststelling Els Van Loon geeft een globale toelichting bij de 7 agendapunten. Jan Laeremans stelt dat er in het kader van dit project veel plannen zijn opgemaakt, waar door de provincie al veel werk en tijd is in geïnvesteerd. Hij vraagt hoe binnen het project is omgegaan met de mensen zelf die in de betrokken gebieden wonen. Hebben zij al mogelijkheden tot inspraak gehad, of begint dit nu pas, bij het openbaar onderzoek? Hij vraagt hoe deze mensen betrokken zijn bij het proces, en vraagt zich af hoe zij zullen omgaan met de verschillende behandeling van de verschillende gebieden die onderzocht zijn. Els Van Loon antwoordt dat het belangrijk is te beseffen dat het om een grote problematiek in de provincie gaat, zowel naar aantal weekendverblijven toe, als het aandeel aan permanente bewoning van deze weekendverblijven. Het is dus niet mogelijk om alle betrokken burgers persoonlijk bij het proces te betrekken. Er is wel gewerkt met een zo uniform mogelijke afweging van de gebieden doorheen het proces, zodat iedereen in de provincie op dezelfde manier behandeld is. Daarenboven worden er, bij de start van het openbaar onderzoek, in elk van de gemeenten informatievergaderingen georganiseerd. Daarop worden het hele proces, het afwegingskader en de specifieke plannen voor de gemeenten in detail toegelicht. Bovendien wordt er, na de algemene toelichting, een loket opgezet om in te gaan op de individuele vragen van de bewoners. Op die manier kan aan hen de specifieke informatie op maat gegeven worden, die voor hun perceel of constructie van toepassing is. Deze aanpak is noodzakelijk, omdat er telkens rekening moet gehouden worden met de specifieke randvoorwaarden (al of niet bebouwd perceel, al of niet (gedeeltelijk) vergunde constructie, al of niet permanent bewoond, omzetting naar welke bestemming, enzoverder). Jan Laeremans vraagt zich af of er naderhand nog iemand is die bijvoorbeeld mensen helpt om een bezwaarschrift in te dienen, die zorgt voor juridische bijstand ingeval er fouten zouden gebeurd zijn.

Els Van Loon verduidelijkt dat er bij de informatievergaderingen telkens mensen van de lokale wooninfopunten aanwezig zijn. Deze zijn ook achteraf ter beschikking van de bewoners om hen bij te staan. Dit kan zijn om een eventueel bezwaarschrift in te dienen, maar ook nog na de goedkeuring van de plannen om hen te helpen bij de voorbereidingen voor het bekomen van de juiste vergunningen of om de nodige aanpassings- of verbeteringswerken aan de constructies uit te voeren. Gedeputeerde Julien Dekeyser vult hierbij aan dat er al veel geleerd is op dit vlak uit het pilootproject dat in 2007 werd uitgevoerd. Ines De Coninck wijst er op dat de vergadering van de commissie enkel kon starten dankzij de aanwezigheid van de oppositie, aangezien er onvoldoende leden van de meerderheid tijdig aanwezig waren. Daarnaast verwijst Ines De Coninck naar de toelichting in verband met het draaiboek. Zij stelt dat uit het verslag van de plenaire vergadering blijkt dat er vanuit verschillende instanties over heel wat punten opmerkingen waren, bijvoorbeeld over afvalwater, maar dat deze punten doorverwezen worden naar het draaiboek. Vandaag zijn deze draaiboeken nog niet uitgewerkt. Welke garantie is er dat deze probleempunten effectief zullen opgelost en aangepakt zullen worden? Els Van Loon legt uit dat het ruimtelijk uitvoeringsplan de basis vormt voor het verlenen van vergunningen. De elementen die opgenomen zijn in het draaiboek gaan vaak over niet-ruimtelijke aspecten en maken bijgevolg geen deel uit van het ruimtelijk uitvoeringsplan. De gemeenten zullen dit draaiboek ondertekenen, hetgeen een engagement betekent om de hierin opgelijste acties ook effectief uit te voeren. Ines De Coninck vraagt hoe de provincie hier zelf tegenover zal staan als bepaalde maatregelen moeten uitgevoerd worden? Wat bijvoorbeeld als gemeenten via de vergunningen deze acties als last gaat opleggen? Els Van Loon stelt dat dit op verschillende manieren wordt afgedwongen. De groenbuffers bijvoorbeeld zijn wel ingetekend op het grafisch plan, en dit is dus een voorschrift waaraan voldaan moet worden. Dit wordt afgetoetst in het kader van de vergunningverlening. Andere elementen, zoals de afvalwaterproblematiek worden via het draaiboek opgenomen omdat dit geen ruimtelijk element is. Dit wordt vooraf afgesproken met de gemeenten en zij moeten hier dus een engagement opnemen om de zorgen dat die afspraken worden nagekomen. Uitzondering hierop is het deelplan Kaaskorf in Tielt-Winge, waarbij er wel maatregelen inzake afvalwater opgenomen zijn in het ruimtelijk uitvoeringsplan. In dit geval is dit echter een gevolg vanuit het ongunstig advies op de voortoets passende beoordeling. Om hieraan tegemoet te komen zijn er wel expliciete bepalingen hieromtrent in het plan opgenomen. Sonia Van Laere vraagt of de draaiboeken zullen ondertekend worden voordat de ruimtelijk uitvoeringsplannen op de provincieraad zullen komen, en of de draaiboeken kunnen ingekeken worden vooraleer de plannen goedgekeurd moeten worden. Els Van Loon antwoordt dat de draaiboeken nu opgemaakt worden. Dit kan nog niet afgerond worden voor de voorlopige vaststelling, omdat er mogelijks nog elementen voortvloeiend uit het openbaar onderzoek moeten meegenomen worden hierin. De draaiboeken zouden wel moeten ondertekend worden voor de definitieve vaststelling van het ruimtelijk uitvoeringsplan. Sonia Van Laere stelt dat de provincieraad nu dus de plannen voorlopig moet goedkeuren zonder zicht te hebben op de draaiboeken. Zij vraagt zich af wat er zal gebeuren als de draaiboeken niet in orde komen voor de definitieve goedkeuring. Daarnaast vraagt zij of alle eigenaars en andere betrokkenen ook de draaiboeken moeten goedkeuren voor de definitieve vaststelling van de plannen. Els Van Loon verduidelijkt dat er nu reeds gesprekken gevoerd worden met de belangrijkste eigenaars van grote gebieden. Ook de sociale huisvestingsmaatschappijen zijn actief betrokken bij de opmaak van de draaiboeken, voor heel wat plannen is er bovendien al een principieel akkoord rond de realisatie van concrete huisvestingsprojecten. De plannen zijn allemaal ook vooraf besproken met de betrokken gemeenten, en deze hebben te kennen gegeven hiermee akkoord te gaan. Er wordt in eerste instantie getracht om met de betrokken eigenaars tot een onderling akkoord te komen wat

betreft de uitvoering van de plannen en de daaraan gekoppelde maatregelen. Er wordt echter ook een onteigeningsplan opgemaakt voor alle gebieden waar nieuwe woonprojecten moeten komen, als laatste middel om zeker te kunnen garanderen dat de effectieve realisatie op het terrein kan gebeuren. Sonia Van Laere verwijst naar het vorige ruimtelijk uitvoeringsplan, waarbij de draaiboeken niet door eigenaars werden ondertekend op voorhand. Zij stelt dat er kort na de goedkeuring van het plan een eigenaar van een groot gebied de bewoners in de kou heeft gezet. Ze vraagt hoe dergelijke zaken zullen voorkomen worden bij de nieuwe procedure. Els Van Loon antwoordt hierop dat de draaiboeken door de gemeenten zullen ondertekend worden voor de definitieve vaststelling van de plannen. Zij zullen dus mee de uitvoering helpen realiseren. Daarnaast is er deze keer een onteigeningsplan toegevoegd voor elke van de gebieden waar een nieuwe woonontwikkeling dient voorzien te worden. Sonia Van Laere verwijst vervolgens naar de toelichting, waarin uitgelegd werd dat de provincie voor het plan in Oud-Heverlee de taak van de gemeente overneemt om te zorgen voor sociale woningen. Zij vraagt hoe ver de provincie hierin zal gaan. Zal de provincie die woningen ook zelf gaan financieren? Els Van Loon legt uit dat de provincie enkel de rol van de gemeente overneemt om de bestemming van de betreffende zones te wijzigen, in functie van de realisatie van het sociaal objectief. Nu reeds lopen de gesprekken met de sociale huisvestingsmaatschappijen om projecten te realiseren. Zij zullen deze projecten dus ook gaan financieren. Martine Janssens vraagt wat er gebeurt met de mensen die wonen in de gebieden die herbestemd worden naar natuurgebied. Els Van Loon legt uit dat deze mensen in feite in overtreding zijn door in deze zones te wonen. De Vlaamse codex heeft voor deze materie bepaald dat er voor al deze gebieden een planologische oplossing moet komen. Sommige gebieden worden inderdaad niet herbestemd tot zones waar gewoond mag worden. De Vlaamse codex heeft voor die gevallen voorzien in een termijn voor een tijdelijk woonrecht. Deze termijn dient om te kunnen zorgen voor een alternatieve huisvesting voor de bewoners. Het woonrecht geeft met andere woorden de nodige tijd om de woonprojecten te kunnen realiseren. Katrien Coremans vult hierbij aan dat het tijdelijk woonrecht is ingeschreven tot 2029. Dit woonrecht vervalt echter wanneer de bewoners een aanbod wordt gedaan voor een alternatieve huisvesting, en zij dit aanbod weigeren. Lieve Vanlinthout komt terug op het vorig punt in de discussie en stelt dat het inderdaad zo is dat een eigenaar nog geen draaiboek kan tekenen zolang de plannen nog niet definitief zijn goedgekeurd. Sonia Van Laere geeft aan dat in het eerste deel van het provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplan een campinguitbater een herbestemming naar wonen kreeg en momenteel de huidige bewoners onder druk zet. Om dit te voorkomen dient de eigenaar op voorhand een engagement aangaan door het draaiboek te ondertekenen. Els Van Loon antwoordt hierop dat er precies om de eigenaars onder druk te zetten onteigeningsplannen worden opgemaakt. Sonia Van Laere stelt dat er vooral moeilijkheden zijn met bewoners van bijvoorbeeld chalets, zonder dat zij hier eigenaar van zijn. Om daar in de toekomst te kunnen blijven wonen, is een stedenbouwkundige vergunning nodig. Maar om die te kunnen krijgen, moeten de constructies aan bepaalde minimum voorwaarden te voldoen om voor woning in aanmerking te komen.op zich is dat goed, omdat op die manier ook naar kwaliteitsvolle woningen gestreefd wordt. Soms zijn hiervoor echter aanpassingen nodig aan de constructies. Vaak krijgen deze bewoners slechts een huurcontract van 1 jaar. Als zij investeringen doen, en de eigenaar wil nadien het huurcontract niet verlengen, zijn deze mensen hun investering kwijt. Zij vraagt daarom om in het draaiboek op te nemen dat de bewoners van de chalets een recht van opstal krijgen.

Ines De Coninck verwijst naar de aanpak om in Oud-Heverlee een deel van de behoefte aan sociale woningen op te vangen in dit plan. De specifieke voorschriften voor die zones bieden meer mogelijkheden dan volgens het gewestplan. Zij vraagt welke garantie er is dat deze zones effectief zullen gebruikt worden voor de realisatie van sociale woningen. Els Van Loon antwoordt dat er nu reeds overleg wordt gepleegd met de eigenaar van het terrein en met de sociale huisvestingsmaatschappij zodat de sociale woningen inderdaad zullen gerealiseerd worden. Een bijkomende maatregel die hiervoor is ingeschreven in de plannen is dat de gronden niet kunnen verkaveld worden en elk apart verkocht worden. Ines De Coninck vraagt hoe kan tegengehouden worden dat de eigenaar hier gewoon zelf een groepswoningbouwproject ontwikkelt en dit nadien particulier verkoopt. Els Van Loon antwoordt dat ook voor deze zones een onteigeningsplan opgemaakt wordt. Indien er zou blijken dat de realisatie van de sociale woningen in het gedrang komt, kan dit dus als instrument ingezet worden. Ines De Coninck vraagt wie hiervoor dan de nodige budgetten dient te voorzien. Els Van Loon verduidelijkt dat aan de gemeente en de sociale huisvestingsmaatschappij een onteigeningsbevoegdheid gegeven wordt voor de nieuwe huisvestingsprojecten. Bij akkoord van de sociale huisvestingsmaatschappij zal dezehet de sociale huisvestingsmaatschappijen zijn die dit de nodige budgetten moeten voorzien. Sonia Van Laere informeert of er, naast het gebied in de Pastoor Tillemansstraat, nog ergens anders sociale woningen voorzien worden. Els Van Loon antwoordt dat dit ook het geval is voor het deelplan Ophemstraat. Sonia Van Laere vraagt wie daar dan het initiatief moet opnemen. Els Van Loon antwoordt dat dit een gelijkaardige situatie betreft en dat dus ook hier de sociale huisvestingsmaatschappij het initiatief krijgt. Marie-Claire Loozen concludeert dat er geen verdere vragen meer zijn en dat het voorstel met een gunstig advies aan de provincieraad kan voorgelegd worden. residentiële woonwagenterreinen deel 2 gemeente Oud-Heverlee - voorlopige vaststelling kan met gunstig advies aan de provincieraad worden voorgelegd. 3 Provinciaal rruimtelijk uitvoeringsplan Weekendverblijven, campings en residentiële woonwagenterreinen deel 2 gemeente Tielt-Winge voorlopige vaststelling Manu Claes vraagt of het klopt dat terreinen die nu niet bebouwd zijn, ook later niet meer bebouwd zullen kunnen worden. Els Van Loon antwoordt dat de grotere aaneengesloten gebieden, gelegen binnen de verkaveling, die volgens de verkaveling niet bebouwbaar waren, ook in de toekomst niet bebouwbaar blijven. Terreinen die wel bebouwbaar waren volgens de verkaveling, blijven ook in de toekomst bebouwbaar. Manu Claes informeert naar de specifieke situatie van perceel 107 binnen de cluster Kaaskorf, en vraagt of dit perceel bebouwbaar zal zijn, na de goedkeuring van de plannen. Els Van Loon antwoordt dat dit wordt nagekeken. Aanvulling van de dienst ruimtelijke ordening: Perceel 107 ligt volgens het gewestplan gedeeltelijk in het gebied voor verblijfsrecreatie. Omdat het perceel niet begrepen is binnen de vigerende

verkavelingen en niet aansluit op een voldoende uitgeruste weg, is het perceel vandaag niet bebouwbaar. Het provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplan mag enkel woongebied bestemmen in functie van de herhuisvestingsbehoefte die voortvloeit uit de ontwikkelingsperspectieven van de clusters die niet herbestemd worden naar kleinschalig wonen. Omdat de herhuisvestingsbehoefte binnen de gemeente gering is, worden alleen de percelen binnen de bestaande verkavelingen en de bebouwde percelen die hier rechtstreeks bij aansluiten meegenomen. Daarnaast worden de clusters van onbebouwde percelen, gelegen binnen de verkaveling maar die volgens de verkavelingsvoorschriften niet bebouwbaar zijn, opgenomen als groenzone. Sonia Van Laere vraagt welke aanpassingen gedaan werden aan de plannen ten gevolge van de opmerkingen van het Agentschap Natuur en Bos. Els Van Loon antwoordt dat het Agentschap 2 adviezen heeft uitgebracht in het kader van de voortoets passende beoordeling. Deze diende opgemaakt te worden omdat de cluster Kaaskorf grenst aan Europees vogelrichtlijn- en habitatgebied. Het eerste advies werd met hen besproken, en ten gevolge van dit advies werd het behoud van het groene karakter in het plan ingeschreven door een overdruk te voorzien. De grootste aanpassing die werd doorgevoerd ten gevolge van het tweede, ongunstige advies heeft te maken met de afvalwaterproblematiek. Het zuidelijk gedeelte van de cluster kan vrij eenvoudig aangesloten worden op het rioleringsnetwerk via het gebied ten zuiden van de cluster. Het noordelijk gedeelte van de cluster en Kaaskorf 1 wateren momenteel af richting een beek in het natuurgebied. Omwille van de belangrijke effecten hiervan, werd in de plannen ingeschreven dat het afleveren van een stedenbouwkundige vergunning binnen deze zone moet gekoppeld worden aan een oplossing voor de afvalwaterproblematiek. Er wordt niet opgelegd op welke manier dit moet opgelost worden, het kan dus zowel individueel (kleinschalig waterzuiveringsinstallatie) zijn, als een collectieve oplossing. De gemeente heeft aangegeven dat zij hiertoe het initatief wil nemen. Dit werd telefonisch teruggekoppeld met het Agentschap, en zij gaven aan dat zij onder deze voorwaarden akkoord konden gaan. Dit werd doorgegeven aan de dienst MER en op deze basis werd de beslissing tot ontheffing van de planmer plicht genomen. Sonia Van Laere wijst er op dat er recent binnen de cluster Kaaskorf nog veel huizen zijn bijgebouwd. Zij vraagt of dit gebeurd is met of zonder bouwvergunning. Els Van Loon antwoordt dat deze gebouwd zijn met vergunning, volgens de verkavelingsvoorschriften, maar dan wel als weekendverblijf. Sonia Van Laere informeert of deze constructies ook moeten voldoen aan bepaalde beperkingen in verband met oppervlakte of volume. Els Van Loon antwoordt dat deze beperkingen in de verkavelingsvoorschriften staan. Deze voorschriften komen ongeveer overeen met de voorschriften die in de provinciale plannen zijn opgenomen. Sonia Van Laere stelt dat de gebouwde constructies veel groter zijn dan deze normen en vraagt hoe dit mogelijk is. Els Van Loon antwoordt dat het mogelijk is dat sommige constructies in overtreding zijn met de afgeleverde vergunning. Dit moet aangepakt worden via handhaving. Sonia Van Laere vraagt wie hier op moet toezien. Gedeputeerde Julien Dekeyser antwoordt dat het de gemeente of de Vlaamse administratie voor bouwmisdrijven is die de handhaving moet doen. Ines De Coninck stelt dat het onduidelijk is welke voorschriften moeten gevolgd worden, als zowel het ruimtelijk uitvoeringsplan als de verkaveling zullen bestaan. Els Van Loon verduidelijkt dat het ruimtelijk uitvoeringsplan de verkavelingen opheft. Bestaande constructies die op basis van de verkaveling vergund werden, kunnen gewoon behouden blijven en kunnen een functiewijziging naar wonen bekomen. Nieuwe constructies zullen echter moeten beantwoorden aan de voorschriften van het ruimtelijk uitvoeringsplan.

Marie-Claire Loozen concludeert dat er geen verdere vragen meer zijn en dat het voorstel met een gunstig advies aan de provincieraad kan voorgelegd worden. residentiële woonwagenterreinen deel 2 gemeente Tielt-Winge - voorlopige vaststelling kan met gunstig advies aan de provincieraad worden voorgelegd. 4 Provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplan Weekendverblijven, campings en residentiële woonwagenterreinen deel 2 gemeente Tremelo - voorlopige vaststelling Martine Janssens stelt dat in de toelichting verwezen werd naar het feit dat voor iedere cluster hetzelfde afwegingskader gebruikt werd, maar de behandeling voor de individuele bewoners is helemaal niet gelijk. Sommige mensen mogen blijven wonen waar ze nu wonen, anderen zullen moeten verhuizen. Hoe kan dit uitgelegd worden? Katrien Putzeys antwoordt hierop dat deze vraag eigenlijk gaat over het gelijkheidsbeginsel. Dit stelt dat gelijke situaties op een gelijke manier moeten behandeld worden. Dit is hier duidelijk het geval, want alle clusters werden op basis van hetzelfde afwegingskader behandeld om tot de conclusie te komen wat er met het gebied moet gebeuren. Het gelijkheidsbeginsel vereist niet dat de uitkomst van een gelijke behandeling ook voor iedereen een gelijk resultaat oplevert. Dit verschillend resultaat moet uiteraard wel gemotiveerd worden, dit is de motiveringsplicht waaraan een overheid moet voldoen. In elk van de plannen is daarom een uitgebreide motivatie opgenomen waarom tot de conclusie gekomen is om al of niet een bepaalde herbestemming door te voeren. Martine Janssens verwijst naar een vroegere versie van de documenten, uit 2013, waarin stond dat er geen herhuisvestingsbehoefte zou zijn. In de uiteindelijke plannen wordt nu aangegeven dat dit wel het geval is. Hoe is deze omslag te verklaren? Els Van Loon legt uit dat dit samenhangt met de volledige aanpak in de gemeente. Op basis van het afwegingskader, werden verschillende mogelijke scenario s besproken met de gemeente. Concreet ging het om de afweging over het wel of niet herbestemmen van de kleinere clusters van weekendverblijven binnen de gemeente. De beslissing hierover heeft bijgevolg een invloed op de totale herhuisvestingsbehoefte binnen de gemeente. Martine Janssens vraagt waarom de keuze hieromtrent sinds de zomer van 2013 gewijzigd is. Els Van Loon antwoordt dat dit voortvloeit uit de gesprekken met de sociale huisvestingsmaatschappij. Wanneer de kleinere clusters zouden herbestemd worden, is het veel moeilijker om in elk van die clusters sociale huisvestingsprojecten op te starten. Het is makkelijker haalbaar om ineens één groter project te kunnen realiseren. Aangezien we voor alle te herhuisvesten bewoners graag op zo kort mogelijke termijn een alternatieve huisvesting willen kunnen aanbieden, is er voor gekozen om toch een herbestemming in functie van de herhuisvesting te doen op de camping De Moor. Marie-Claire Loozen concludeert dat er geen verdere vragen meer zijn en dat het voorstel met een gunstig advies aan de provincieraad kan voorgelegd worden. residentiële woonwagenterreinen deel 2 gemeente Tremelo - voorlopige vaststelling kan met gunstig advies aan de provincieraad worden voorgelegd. 5 Provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplan Weekendverblijven, campings en residentiële woonwagenterreinen deel 2 gemeente Rotselaar voorlopige vaststelling Er zijn geen vragen of bemerkingen. Marie-Claire Loozen concludeert dat het voorstel met een gunstig advies aan de provincieraad kan voorgelegd worden.

residentiële woonwagenterreinen deel 2 gemeente Rotselaar - voorlopige vaststelling kan met gunstig advies aan de provincieraad worden voorgelegd. 6 Provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplan Weekendverblijven, campings en residentiële woonwagenterreinen deel 2 stad Aarschot - voorlopige vaststelling Er zijn geen vragen of bemerkingen. Marie-Claire Loozen concludeert dat het voorstel met een gunstig advies aan de provincieraad kan voorgelegd worden. residentiële woonwagenterreinen deel 2 stad Aarschot - voorlopige vaststelling kan met gunstig advies aan de provincieraad worden voorgelegd. 7 Provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplan Weekendverblijven, campings en residentiële woonwagenterreinen deel 2 gemeente Begijnendijk - voorlopige vaststelling Er zijn geen vragen of bemerkingen. Marie-Claire Loozen concludeert dat het voorstel met een gunstig advies aan de provincieraad kan voorgelegd worden. residentiële woonwagenterreinen deel 2 gemeente Begijnendijk - voorlopige vaststelling kan met gunstig advies aan de provincieraad worden voorgelegd. 8 Provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplan Weekendverblijven, campings en residentiële woonwagenterreinen voorlopige vaststelling onteigeningsplannen Er zijn geen vragen of bemerkingen. Marie-Claire Loozen concludeert dat het voorstel met een gunstig advies aan de provincieraad kan voorgelegd worden. residentiële woonwagenterreinen voorlopige vaststelling onteigeningsplannen kan met gunstig advies aan de provincieraad worden voorgelegd. 9 Rondvraag Sonia Van Laere merkt op dat er voor deze commissie heel veel documenten te raadplegen waren, en dat dit veel is om op 5 dagen tijd te kunnen doornemen. Zij wijst er op dat de plannen al in februari op de vergadering van de procoro besproken zijn en vraagt waarom de documenten niet vroeger ter beschikking worden gesteld. Katrien Putzeys antwoordt hierop dat het in februari bij de procoro ging om de documenten van de plenaire vergadering. Nadien zijn er nog aanpassingen aangebracht in de documenten, ten gevolge van de uitgebrachte adviezen en de bespreking hiervan. De aangepaste documenten zijn pas eind april door de deputatie goedgekeurd. Vanaf dat moment kunnen de raadsleden dus ook inzagerecht vragen in de documenten. Bovendien werd er deze keer extra over gewaakt dat alle documenten ter beschikking waren van zodra de uitnodiging voor de raadscommissie verstuurd werd. Hiermee werd

bijgevolg voldaan aan de interne afspraken om de documenten tijdig te versturen. Meer kan er vanwege de administratie niet gevraagd worden. Marie-Claire Loozen sluit zich hierbij aan en bedankt Els Van Loon en de overige medewerkers van de dienst ruimtelijke ordening voor het vele en harde werk dat in dit belangrijke project is geïnvesteerd. Marie-Claire Loozen geeft nog de data van de vergaderingen in het najaar mee aan alle leden. Het gaat om : 2 september, na de vergadering van het bureau (omstreeks 16 uur) 23 september om 13 uur 7 oktober om 9.30 uur 4 november, na de vergadering van het bureau (omstreeks 16 uur) 2 december, na de vergadering van het bureau (omstreeks 16 uur) Linda Van den Eede merkt op dat de vergaderingen van het bureau voortaan slechts tot 15 uur zullen duren en vraagt om de vergaderingen van de raadscommissie hierop te laten aansluiten. Marie-Claire Loozen antwoordt hierop dat deze data vooraf reeds afgesproken werden tussen de betrokkenen en dat er dus vastgehouden wordt aan deze uurregeling. Gedeputeerde Julien Dekeyser verontschuldigt zich nu reeds voor de vergadering van 2 september. Katrien Putzeys antwoordt dat er om die reden geen dossiers vanuit ruimtelijke ordening zullen geagendeerd worden voor die datum. Datum volgende vergadering Einduur van de vergadering 17 juni 2014 om 16 uur 14:40 uur De secretaris, De voorzitter, Katrien Putzeys Marie-Claire Loozen