TRA-BB-601/651/653

Vergelijkbare documenten
TOEPASSINGSREGLEMENT VOOR DE BENOR-CERTIFICATIE VAN THERMOPLASTISCHE KUNSTSTOFLEIDINGSYSTEMEN

TOEPASSINGSREGLEMENT VOOR DE BENOR CERTIFICATIE VAN THERMOPLASTISCHE KUNSTSTOFLEIDINGSYSTEMEN.

Certificatiesysteem Certificatieschema Versie. Validatie Goedkeuring Adviesraad: Datum: 16/09/2014

VOOR DE BENOR CERTIFICATIE VAN PRODUCTEN VOOR DE HERSTELLING EN BESCHERMING VAN BETON

TOEPASSINGSREGLEMENT VOOR DE CERTIFICATIE VAN NATUURLEIEN (ATG)

TOEPASSINGSREGLEMENT VOOR DE BENOR CERTIFICATIE VAN KERAMISCHE PRODUCTEN : KLEIDAKPANNEN TRA BB 203

VOOR DE CERTIFICATIE VAN PRODUCTIECONTROLESYSTEMEN IN HET KADER VAN DE CE-MARKERING VAN HERSTELLINGS- EN BESCHERMINGSPRODUCTEN VOOR BETON

TOEPASSINGSREGLEMENT VOOR DE BENOR CERTIFICATIE VAN STRAATBAKSTENEN TRA BB 204

TOEPASSINGSREGLEMENT VOOR DE ATG-CERTIFICATIE VAN BUITENGEVELISOLATIESYSTEMEN

TOEPASSINGSREGLEMENT VOOR DE BENOR CERTIFICATIE VAN GEVELBAKSTENEN TRA BB 201

TOEPASSINGSREGLEMENT VOOR DE CERTIFICATIE VAN PRODUCTIECONTROLESYSTEMEN IN HET KADER VAN DE CE-MARKERING VAN METSELBAKSTENEN VOLGENS EN 771-1

TRA-BB-201

TOEPASSINGSREGLEMENT VOOR DE CERTIFICATIE IN HET KADER VAN DE CE-MARKERING VAN ISOLEREND DUBBEL GLAS.

BE-CERT Vorstlaan 68 B 1170 Brussel Tel.: + 32 (0) Fax: +32 (0) BIJLAGE ETA

TOEPASSINGSREGLEMENT VOOR DE ATG CERTIFICATIE VAN THERMISCHE ISOLATIEMATERIALEN.

TOEPASSINGSREGLEMENT VOOR DE CERTIFICATIE M.B.T. NA-ISOLATIE VAN SPOUWMUREN DOOR IN-SITU VULLEN VAN LUCHTSPOUW MET ISOLATIEPRODUCTEN

TOEPASSINGSREGLEMENT VOOR DE CEN KEYMARK CERTIFICATIE VAN THERMISCHE ISOLATIEMATERIALEN.

COMITE DE GESTION DE LA MARQUE INCERT COMITE VOOR HET BEHEER VAN HET MERK INCERT

CERTIFICATIE IN DE SECTOR VAN HET HOUTEN VERPAKKINGSMATERIAAL VOOR INTERNATIONALE HANDEL FYTOSANITAIR BEHANDELD CONFORM ISPM 15

Datum Oktober 2017 GASTEC QA ALGEMENE EISEN

Certificatie hydraulisch gebonden mengsels: Uitbreidingsprocedure TRA

Ongebluste kalk voor Bodembehandeling

Nadat de aanvraag geregistreerd werd is aldus een aantal maanden nodig om een volwaardige technische goedkeuring, ATG, af te leveren.

AQUAFIN Kennisdagen (feb-mrt 2015) 26/02/2015. Kennisdagen AQUAFIN. BENOR Plastics Sewerage Facilitator. (voorheen Positieve Lijst )

VEREISTEN VOOR EEN KWALITEITS-

KUNSTSTOFLEIDINGSYSTEMEN VAN POLYETHYLEEN (PE) VOOR TOEVOER, ONDERGRONDS EN IN GEBOUWEN, VAN DRINKWATER ONDER DRUK

Beoordelingsrapport Construction Product Regulation* * CPR - REGULATION (EU) No 305/2011

Kwaliteitsbewaking in situ PUR vloerisolatie Sectorale aanpak in samenwerking met Butgb/BCCA

TOEPASSINGSREGLEMENT VAN HET BENOR-MERK IN DE SECTOR VAN BEVESTIGINGSELEMENTEN VOOR STALEN VANGRAILS. Controlemodaliteiten toepasselijk op de

Beoordelingsrapport Construction Product Regulation* * CPR - REGULATION (EU) No 305/2011

KUNSTSTOFLEIDINGSYSTEMEN VAN POLYETHYLEEN (PE) VOOR DE DRINKWATERVOORZIENING EN VOOR DE AFVOER EN RIOLERING ONDER DRUK

KUNSTSTOFLEIDINGSYSTEMEN VAN: POLYPROPYLEEN (PP)VOOR DRUKLOZE ONDERGRONDSE AFVOER VAN AFVALWATER

ACTIVITEITEN VAN BELAC: BESCHRIJVING EN SELECTIECRITERIA

KUNSTSTOFLEIDINGSYSTEMEN VAN ONGEPLASTICEERD POLY VINYL CHLORIDE (PVC-U) VOOR TOEVOER, ONDERGRONDS EN IN GEBOUWEN, VAN DRINKWATER ONDER DRUK

Beoordelingsrapport Construction Product Regulation* * CPR - REGULATION (EU) No 305/2011

Dit pdf bestand bevat alle beschikbare talen van het opgevraagde document. Ce fichier pdf reprend toutes langues disponibles du document demandé

TOEPASSINGSREGLEMENT VOOR DE ATG-CERTIFICATIE IN DE SECTOR HOUTBEHANDELING PREVENTIEVE HOUTBEHANDELING CURATIEVE BEHANDELING

Beoordelingsrapport Construction Product Regulation* * CPR - REGULATION (EU) No 305/2011

Voorstelling COPRO Partijkeuring / Certificatie / Werfondersteuning Controle certificatie m.b.v. COPRO Extranet

Beoordelingsrapport Construction Product Regulation* * CPR - REGULATION (EU) No 305/2011

TOEPASSINGSREGLEMENT VOOR DE PROCESCERTIFICATIE VAN BEDRIJVEN DIE BETONHERSTELLINGEN UITVOEREN

TOEPASSINGSREGLEMENT

BRCP CE. Versie 5.1 van (annuleert en vervangt versie 5.0 van ) Datum van inwerkingtreding: 15 juni 2016

Aanvraagformulier. FORM01NLPUR Geldig vanaf Administratieve gegevens van de aanvrager (zie Artikel 2) De ondergetekende:

KUNSTSTOFLEIDINGSYSTEMEN VAN: ONGEPLASTICEERD PVC (PVC-U) VOOR DE AFVOER VAN AFVALWATER (BIJ LAGE EN HOGE TEMPERATUUR) IN GEBOUWEN.

ALGEMEEN REGLEMENT VOOR HET BEHEER VAN HET BENOR-MERK

Grondbank vzw. Certificatiereglement

BIJZONDER REGLEMENT VAN BEOORDELING EN VERIFICATIE VAN DE PRESTATIEBESTENDIGHEID IN HET KADER VAN DE VERORDENING BOUWPRODUCTEN EN VOOR HET GEBRUIK VAN

BIJZONDER REGLEMENT VAN CONFORMITEITSATTESTATIE IN DE SECTOR VAN DE METALEN BOUWPRODUCTEN. (Het vervaardigen van staal- en aluminiumconstructies)

TOEPASSINGSREGLEMENT VOOR NATUURASFALT

b) testen of inspectie van monsters genomen van de markt of van de leverancies of een combinatie hiervan;

BELAC, HET BELGISCH ACCREDITATIESYSTEEM ALGEMENE INFORMATIE EN PRAKTISCHE INLICHTINGEN

Ref.: 3024 B 2010/0128 AVG/amd Brussel, 25 januari 2010

Navullen van bestaande spouwmuren met in situ isolatieproducten in de praktijk. Hoe conformiteit met STS aantonen Eric Winnepenninckx, BUtgb vzw

PROBETON vzw Aarlenstraat 53/B Brussel Tel.: +32 (0) Fax : +32 (0)

TOEPASSINGSREGLEMENT VAN HET BENOR-MERK IN DE SECTOR VAN MECHANISCHE VERBINDINGEN VAN BETONSTAAL. Controlemodaliteiten toepasselijk

O V O C O M. Voorwaarden voor de aanwijzing van een certificatie-instelling BIJLAGE IX. Autocontrolegids Dierenvoeders

Certificatiereglement van BE-CERT voor de CE-markering onder het systeem AVCP 2+ van hulpstoffen conform de geharmoniseerde Europese norm EN 934

BEHEER VAN DE REGISTRATIES IN VERBAND MET DE ACTIVITEITEN VAN BELAC

BOSEC Automatische brandblussing Focus op het Conformiteitsattest 2014/02/04 vzw ANPI asbl

ALGEMEEN REGLEMENT PRODUCTCERTIFICATIE

Centexbel. Algemeen certificatiereglement. Bouwproducten

Gelijkwaardigheid van niet-geaccrediteerde laboratoria (conform NEN-EN ISO/IEC 17025)

REGLEMENT VOOR DE CE-ATTESTERING VAN VLIEGAS DOOR BE-CERT

BETONSTAAL MECHANISCHE VERBINDINGEN VAN BETONSTAAL

Implementation TRA 550

WIJZIGINGSBLAD BRL 1332 Het thermisch isoleren met een in situ spraysysteem van polyurethaanschuim. Pagina 1 van 5 d.d

BEHEER VAN DE REGISTRATIES IN VERBAND MET DE ACTIVITEITEN VAN BELAC

BIJZONDER REGLEMENT VAN CONFORMITEITSATTESTERING IN HET KADER VAN DE BOUWRICHTLIJN EN VOOR HET GEBRUIK VAN DE CE-MARKERING IN DE SECTOR VAN

Wijzigingsblad BRL 2502

Wijzigingsblad BRL

Reglement voor de certificatie van bewakingscentrales

STRAATKEIEN VAN NATUURSTEEN

BENOR-certificatie van stortklaar beton

FINANCIEEL STELSEL VOOR DE DOORLOPENDE KEURING IN HET KADER VAN DE CERTIFICATIE VAN ASFALTGRANULATEN VOOR HERGEBRUIK IN BITUMINEUZE MENGSELS

CE-markering en Vrijwillige Certificatie

Wijzigingsblad BRL 2813

TOEPASSINGSREGLEMENT VOOR HET GEBRUIK EN DE CONTROLE VAN HET BENOR-MERK IN DE SECTOR VAN DE KUNSTSTOFONDERDELEN

Centexbel. Algemeen certificatiereglement. Persoonlijke Beschermingsmiddelen (PBM)

Certificatiereglement van BE-CERT voor de CE-markering onder het systeem AVCP 2+ van metselmortels conform de geharmoniseerde Europese norm EN 998-2

BELEID EN LEIDRADEN BETREFFENDE HERLEIDBAARHEID VAN MEETRESULTATEN

Goedkeuringskosten. A. ATG-goedkeuring

Vlaams ministerie MOW. Checklist nr. 1. goedkeuringsdatum, het afdelingshoofd. de kwaliteitsverantwoordelijke. ir. J. J. Polen. Ing. D.

Beoordelingsprogramma REOB Onderhoudsbedrijf CCV-certificatieschema Onderhoud Blusmiddelen versie 4.0

TOEPASSINGSREGLEMENT VOOR DE ATG/BENOR-CERTIFICATIE VAN BLOKKEN EN PLATEN VAN NATUURSTEEN

BENOR QUAREA VLAMINOR - ZORGSYSTEEM

KUNSTSTOFLEIDINGSYSTEMEN VAN ONGEPLASTICEERD POLY VINYL CHLORIDE (PVC-U) VOOR DRINKWATERVOORZIENINGEN EN VOOR BOVEN- EN ONDERGRONDSE RIOOLPERSLEIDING

BUtgb Infoblad Overgang van de Richtlijn 89/106/EEG naar Verordening 305/2011

beheersorganisme voor de controle van de betonproducten Tel. (02) Fax (02)

BENOR-certificatie van granulaten

BUtgb Belgische Unie voor de technische goedkeuring in de bouw Lid van de EUtgb en de EOTA

TRA 600. BENOR-certificatie van Cement. Reglement voor productcertificatie

NATIONALE MAATSCHAPPIJ DER BELGISCHE SPOORWEGEN TECHNISCHE BEPALING BORDEN VOOR CONVENTIONELE LIJNEN

Beoordelingsrichtlijn

BENOR-certificatie van hulpstoffen Document bestemd voor externe controle

Codex over het welzijn op het werk. Boek II.- Organisatorische structuren en sociaal overleg. Titel 6. Laboratoria

TOEPASSINGSREGLEMENT VOOR PRODUCTCERTIFICATIE VAN AFDEKKINGEN VOOR PUTTEN EN KOLKEN VOOR VERKEERS- EN VOETGANGERSGEBIEDEN VAN GIETIJZER ONDER HET

BENOR-certificatie van hulpstoffen Document bestemd voor externe controle

Transcriptie:

Sectorale Organisatie Organisme Sectoriel PUBLIEKE ENQUETE van tot document 5-2-206 5-0-207 TRA-BB-60/65/65 ENQUETE PUBLIQUE du au document Volgens de procedures van de Sectorale Organisatie die instaat voor het beheer van BENOR-certificatieschema s bij BCCA, worden nieuwe referentiedocumenten gedurende maand publiek kenbaar gemaakt op de website van BCCA. Iedere belanghebbende partij heeft de mogelijkheid om tot het eind van deze periode haar eventuele commentaren over te maken aan de bevoegde Sectorale Commissie bij BCCA. Dit moet gebeuren per e-mail op het adres mail@bcca.be met vermelding BENOR Publieke enquête + referentie van het betroffen document. De bevoegde Sectorale Commissie en BCCA oordelen over de behandeling van de ontvangen commentaren. Enige partij die commentaren overmaakt tijdens deze publieke enquête, put hieruit geen rechten en kan de opschorting van de toepassing van het referentiedocument niet afdwingen. Referentiedocumenten voor BENOR certificatieschema s bij BCCA worden opgesteld, goedgekeurd en in werking gebracht volgens de bepalingen van de Huishoudelijke Reglementen van de Sectorale Organisatie BCCA. Suivant les procédures de l Organisme Sectoriel en charge de la gestion des schémas de certification BENOR chez BCCA, les nouveau documents de référence sont portés à la connaissance du public sur le site web de BCCA pendant mois. Chaque partie prenante a la possibilité de transmettre ses éventuelles commentaires à la Commission Sectorielle compétente de BCCA jusqu à la fin de cette période. Ces commentaires doivent être envoyés à l adresse e-mail mail@bcca.be avec la mention Enquête publique BENOR + la référence du document concerné. La Commission Sectorielle compétente et BCCA jugeront du traitement des commentaires reçus. Une partie transmettant des remarques pendant cette enquête publique, n en puise aucun droit et ne peut forcer la suspension de la mise en œuvre du document de référence. Les documents de référence pour les schémas de certification BENOR chez BCCA sont établis, approuvés et mis en application suivant les dispositions des Règlements d Ordre Intérieur de l Organisme Sectoriel BCCA. / Belgian Construction Certification Association vzw/asbl Aarlenstraat / Rue d Arlon 5, 040 Brussel / Bruelles (T) +2 (0) 2 28 22 (F) +2(0)2 28 24 0 Ondernemingsnr./ N d entreprise 0449.49.70 mail@bcca.be www.bcca.be (IBAN) BE 0 078 4948 (BIC) BBRUBEBB

BELGIAN CONSTRUCTION CERTIFICATION ASSOCIATION vzw BCCA Opgericht door SECO en WTCB TOEPASSINGSREGLEMENT VOOR DE BENOR-CERTIFICATIE VAN THERMOPLASTISCHE KUNSTSTOFLEIDINGSYSTEMEN Certificatie Systeem Certificatieschema Versie Validatie BB 60/65/65 versie 2 van 2/06/206 Goedkeuring Sectorale Commissie: Datum: 2/06/206 Publicatie: De Nederlandstalige versie is tevens referentiedocument. Datum: XX/XX/XXXX TRA: BB-60/65/65 versie: 2_2/06/206 nl Administratief en technisch deel Herziening: /2

LIJST MET N Chronologische lijst van de wijzigingen A... Aanvraagformulier voor Benor-certificatie A...2.. Overzicht van de productnormen A...2..2 Overzicht van de PTV s (technische voorschriften) A..2 Samenstelling van de Sectorale Commissie Kunststofproducten en -systemen A..4 Samenstelling van de Adviesraad Thermoplastische kunststofleidingsystemen A..5. Samenstelling van het Certificatiecomité Thermoplastische kunststofleidingsystemen A..5.2 Samenstelling van de Certificatieraad Thermoplastische kunststofleidingsystemen A..6 Lijst van de gemandateerde inspectie-instellingen A..7 Lijst van de gemandateerde controlelaboratoria A.4 Overzicht van de certificatie-instellingen waarmee BCCA een akkoord van wederzijdse erkenning heeft en lijst van de controle-instellingen A.6. Blanco type certificaat A.7. Gebruiksvoorschriften Plastics Sewerage Facilitator A.2 Sancties A. Controle op monsters in de markt B..5 Lijst van de controleschema s B..5.. FPC-schema B..5.2. Intern/etern ITT schema - Zelfcontrole afgewerkt product - Periodieke eterne proeven B..5. Procedure dichtingsringen B..7 Kalibratie en nazicht van de meetuitrusting B.2.. Checklist interne ITT B.2..2 Checklist FPC B.2.2.. Monsternemingsfiche B.. Nota betreffende het gebruik van zelfklevers op hulpstukken B.4 Tekortkomingsfiche Pu blic en qu iry A.. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_2/06/206 nl Administratief en technisch deel Herziening: 2/2

Intern/etern ITT schema - Zelfcontrole afgewerkt product - Periodieke eterne proeven 29: PVC-U: afvoer van afvalwater in gebouwen B.5.2.2 40: PVC-U: ondergrondse afvoer van afvalwater B.5.2. 59: PE: afvoer van afvalwater in gebouwen B.5.2.4 2666: PE: ondergrondse afvoer van afvalwater B.5.2.5 566: PVC-C: afvoer van afvalwater in gebouwen B.5.2.6 ISO 452: PVC-U: persleidingen voor het transport van drinkwater B.5.2.7 852: PP: ondergrondse afvoer van afvalwater B.5.2.0 qu B.5.2.8 iry B.5.2. 220: PE: persleidingen voor drinkwatervoorziening en voor de afvoer en riolering onder druk 476-: PP/PE/PVC-U: kunststofleidingsysteem met gestructureerde wand type B NBN T42-604/ NBN T42-605: PVC / kunststof: aansluitstukken voor rioleringen B.5.2. 598-: aanvullende hulpstukken en inspectieputten B.5.2.4 598-2: grote inspectieputten en inspectiekamers B.5.2.5 45: PP: afvoer van afvalwater in gebouwen B.5.2.6 NBN T42-5: IT-riool voor regenwater blic prnbn T42-606: PP: infiltratiekratten Pu B.5.2.7 en B.5.2. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_2/06/206 nl Administratief en technisch deel Herziening: /2

OVERZICHT GEBRUIKTE AFKORTINGEN NBN BCCA ARCP QS TRA PCF FPC PTV ITT OCI OSO Bureau voor Normalisatie Belgian Construction Certification Association vzw Algemeen Reglement voor de Certificatie van Producten en productiecontrolesystemen Quality System kwaliteitssysteem /Règlement d Application Productcontrolefiche Factory Production Control kwaliteitsborgingssysteem toegespitst op de productie Prescriptions Techniques/Technische Voorschriften Initial type testing (initiële proeven) Organisme de Certification/Certificatie-instelling Organisme Sectoriel/Sectorale Organisatie TRA: BB-60/65/65 versie: 2_2/06/206 nl Administratief en technisch deel Herziening: 4/2

Inhoudsopgave A. ADMINISTRATIEF GEDEELTE... 7 A.. Situering, toepassingsgebied en referentiedocumenten... 7 Opvatting van de certificatiemethodiek... 8 Instellingen en organen van de certificatie... 9 A.4. A.5. A.6. A.7. A.8. A.9. A.0. De Sectorale Organisatie (OSO)... 9 De Sectorale Commissie (SC)... 0 Het Certificatie-Organisme (OCI)... 0 De Adviesraad (AR)... 0 Beslissingen over de certificatie... 0 Inspectie-instellingen... 0 Eterne controlelaboratoria... qu A.. A..2 A.. A..4 A..5 A..6 A..7 Wederzijdse erkenning... Verloop van het toelatingsonderzoek (assessment)... Certificaten... 2 Administratieve regels voor het gebruik van het merk... Certificatieovereenkomst... Verloop van het toezicht communicatie en documentuitwisseling... Tariefstelsel... 4 en A.2. A.. iry A.. Situering... 7 A..2 Toepassingsgebied... 7 A.. Referentiedocumenten... 8 A... Administratief structurele documenten... 8 A...2 Technische referentiedocumenten... 8 A.0. Algemeen... 4 A.0.2 Soorten vergoedingen... 5 A.0.2. Administratieve vergoedingen... 5 A.0.2.2 Vergoedingen voor beoordelings- en controletaken... 6 A.0. Bijzondere certificatie(raam)overeenkomsten... 7 B. Facturatie... 8 Sancties... 8 Controle op monsters in de markt... 8 blic A.. A.2. A.. TECHNISCH GEDEELTE... 20 B.. Verplichtingen van de gecertificeerde productie-eenheid... 20 Pu B.. Samenstelling van het technisch dossier of documentatie... 20 B..2 Interne productbeschrijving... 20 B.. Eisen voor de organisatiestructuur van de productie-eenheid... 2 B..4 Eisen voor de processen van het productiecontrolesysteem (FPC) en de eraan verbonden procedures... 22 B..4. Procedure voor interne initiële proeven en de interne productbeschrijving... 22 B..4.2 Procedures van grondstofcontrole... 22 B..4. Procedures voor de procesbeheersing... 2 B..4.4 Procedures voor de controle van de eindkwaliteit... 2 B..4.5 Procedures voor correctieve maatregelen... 2 B..4.6 Procedures voor de behandeling van producten en de markering... 24 B..5 Interne controleschema s... 24 B..6 Het intern controlelaboratorium... 24 B..7 Kalibraties en ijkingen... 24 B..8 Registraties... 25 B..9 Klachtenbehandeling... 25 TRA: BB-60/65/65 versie: 2_2/06/206 nl Administratief en technisch deel Herziening: 5/2

B..0 B.2. Voorraad... 25 Eterne evaluatie en toezicht... 26 iry B.2. Initiële evaluatie of toelatingsonderzoek... 26 B.2.2 Toezicht... 27 B.2.2. Periodieke inspectie van de FPC... 27 B.2.2.2 Technische controlebezoeken... 27 B.2.2. Eterne controleproeven... 27 B.2.2.. Monsternemingsprocedure... 27 B.2.2..2 Schema s eterne proeven... 28 B.2.2.. Evaluatiemethode... 28 B.. Regels voor de verpakkingswijze, de declassering, de markering en het voorraadbeheer... 28 B.4. B.4. Regels voor de bepaling van maatregelen bij tekortkomingen... 29 Tekortkomingen in de processen voor het beheer van de productbeschrijving en de ITT 29 Tekortkomingen in de processen voor de FPC... 0 Tekortkomingen m.b.t. de kenmerken van de producten... 0 Pu blic en B.4.2 B.4. De verpakkingswijze... 28 De declassering... 28 Markering... 29 Voorraadbeheer... 29 qu B.. B..2 B.. B..4 TRA: BB-60/65/65 versie: 2_2/06/206 nl Administratief en technisch deel Herziening: 6/2

A. ADMINISTRATIEF GEDEELTE A.. SITUERING, TOEPASSINGSGEBIED EN REFERENTIEDOCUMENTEN A.. Situering Onderhavig document beschrijft de regels en procedures voor de certificatie van de overeenstemming van de kenmerken van de thermoplastische kunststofleidingsystemen, inspectieputten en infiltratiekratten met de eisen opgenomen in de respectievelijke productnormen, en voor het gebruik van het BENOR-merk dat als attestering van deze overeenstemming geldt voor de producent. Dit is gebaseerd op de regels en richtlijnen bepaald door de referentiedocumenten zoals vermeld onder A..: Referentiedocumenten. Het toepassingsreglement werd voor de eerste maal na goedkeuring van de Sectorale Commissie Kunststofproducten en -systemen van toepassing gesteld op 27/04/206. De eigenlijke tekst van het reglement wordt herzien in functie van de noodzaak (zie bijlage A.: chronologische lijst van de wijzigingen). De bijlagen worden permanent geactualiseerd. Significante wijzigingen worden eveneens voorgelegd aan de Sectorale Commissie. Het gehele document wordt één maal per jaar door de Sectorale Commissie herbevestigd. Het reglement is publiek beschikbaar en wordt aan de certificaathouders van BCCA en eventuele aanvragers ter beschikking gesteld. A..2 Toepassingsgebied Het voor de sector Thermoplastische Kunststofleidingen heeft betrekking op de volgende productfamilies met de familienummers 60, 65 en 65: 60: Kunststofleidingsystemen voor drukloze ondergrondse rioleringen van ongeplasticeerd PVC (PVC-U), polypropyleen (PP) en polyethyleen (PE) specificaties voor inspectieputten 65: Kunststofleidingsystemen met gladde of gestructureerde wand, voor het transport onder druk of drukloos, van afvalwater, rioolwater of drinkwater, ondergronds of in gebouwen. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_2/06/206 nl Administratief en technisch deel Herziening: 7/2

65: Kunststof infiltratiesystemen. Het BENOR-merk wordt per productiezetel verleend. De regels voor de verschillende toepassingen worden in functie van de noodzaak opgesplitst. De technische schema s voor deze producten worden per product weergegeven in deel B van dit. A.. Referentiedocumenten A... Administratief structurele documenten a. Het Algemeen Reglement voor de Certificatie van Producten en productiecontrolesystemen BCCA (verder ARCP genoemd). Dit reglement bepaalt de principes voor de organisatie van de certificatie door BCCA. b. Algemeen Reglement voor het beheer van het BENOR-merk (ref. NBN/RVB.CA/RM202-0- 02). c. Reglement op het gebruik en het toezicht op het gebruik van het BENOR-merk (ref. NBN/RVB.CA/RM202-0-02). d. Model van BENOR-reglement voor productcertificatie in de bouwsector (ref. BIN 00/G06). A...2 Technische referentiedocumenten Productnormen: zie bijlage A...2.. Technische Voorschriften: zie bijlage A...2..2 Keuring van materialen in contact met drinkwater: HYDROCHECK (beheer document: BELGAQUA: www.belgaqua.be Hydrocheck) A.2. OPVATTING VAN DE CERTIFICATIEMETHODIEK Vooraleer de Thermoplastische Kunststofleidingsystemen op de markt kunnen gebracht worden onder het BENOR-merk dient er een toelatingsonderzoek te worden uitgevoerd door een daartoe bevoegde certificatie-instelling, hierna OCI genaamd. Wanneer uit het toelatingsonderzoek blijkt dat er voldaan is aan de eisen, gesteld in de van toepassing zijnde productnorm, stelt het OCI een BENOR certificaat op. Het product kan nu onder BENOR op de markt gebracht worden. De certificatie is gebaseerd op een periodiek toezicht, op het intern ITT (= Initial Type Testing)- beheer, de productie, het productiecontrolesysteem en de eraan verbonden procedures. Normaliter bedraagt de controlefrequentie 4 per jaar, mits er een gedocumenteerd productiecontrolesysteem is dat beantwoordt aan de regels, vermeld in hoofdstuk B 2., en dat aanvaard is door het OCI (zoniet 6 controles/jaar). Het OCI zal hiervoor de nodige evaluaties TRA: BB-60/65/65 versie: 2_2/06/206 nl Administratief en technisch deel Herziening: 8/2

(FPC audit) verrichten en behoudt het recht te oordelen over het toestaan van een verminderde controlefrequentie: vb. 2 i.p.v. 4 controles/jaar. Bij het vaststellen van significante tekortkomingen kan dit opnieuw tot een verhoging van de frequentie van de controlebezoeken leiden. De validiteit van de zelfcontrole wordt nagezien door controleproeven in een etern laboratorium. Fabrikanten die een aanvraag hebben ingediend maar nog geen BENOR-certificaat bezitten voor thermoplastische kunststofleidingsystemen dienen, na certificatie, een toelatingsperiode te doorlopen van tenminste 6 maanden (zie ook doc. BIN 00/G06). Tijdens deze proefperiode dient elke productie te worden gemeld aan BCCA zodat er eventueel onaangekondigde controles kunnen uitgevoerd worden. Bij vaststelling van onregelmatigheden tijdens deze controles kan het BENOR-merk onmiddellijk worden opgeschort en dienen de betreffende producties te worden vernietigd. Fabrikanten die reeds in het bezit zijn van een BENOR-certificaat voor thermoplastische buizen, hulpstukken en/of inspectieputten en die het BENOR-merk aanvragen voor producten die het voorwerp uitmaken van een ander, dienen een toelatingsperiode van tenminste maanden te doorlopen. Tijdens deze proefperiode dient elke productie te worden gemeld aan BCCA zodat er eventueel onaangekondigde controles kunnen uitgevoerd worden. Bij vaststelling van onregelmatigheden tijdens deze controles kan het BENOR-merk onmiddellijk worden opgeschort en dienen de betreffende producties te worden vernietigd. Eterne stock controles worden beschouwd als uitzonderlijke controlebezoeken en dienen als dusdanig vergoed worden ( A.0.2.2.e). De geldigheid van het BENOR certificaat dient om de drie jaar herbevestigd te worden door de OCI aan de certificaathouder. Dit gebeurt op voorwaarde dat de controlebezoeken en eterne proeven werden uitgevoerd met positief resultaat. De lijst van de BENOR gecertificeerde producenten en producten wordt weergegeven op de website www.bcca.be. A.. INSTELLINGEN EN ORGANEN VAN DE CERTIFICATIE A.. De Sectorale Organisatie (OSO) De organisatie van de BENOR-certificatie voor Kunststofproducten en -systemen is door het NBN (Bureau voor Normalisatie) in licentie gegeven aan de vzw BENOR, die hiervoor een sublicentie heeft toegekend aan de OSO Kunststofproducten en systemen, opgericht door BCCA ( Belgian Construction Certification Association vzw ). TRA: BB-60/65/65 versie: 2_2/06/206 nl Administratief en technisch deel Herziening: 9/2

A..2 De Sectorale Commissie (SC) De SC is op een onafhankelijke wijze bevoegd om certificatieschema s en hun referentiedocumenten (hierna Certificatieschema s ) op te maken en te beheren binnen het bevoegdheidsdomein en de Sector waarvoor zij werd opgericht (Kunststofproducten en systemen). De SC beheert de Certificatieschema s zonder actief in te grijpen op het uitvoeren van de certificatie, maar kijkt toe op een correcte uitvoering door de certificatie-instelling (OCI) die hiertoe verantwoording aflegt aan de SC. Samenstelling van de SC: zie bijlage A..2. A.. Het Certificatie-Organisme (OCI) De OSO duidt één of meerdere OCI aan voor de uitvoering van de certificatie. Hiervoor wordt een certificatiesysteem ingericht door BCCA dat beantwoordt aan de eisen van ISO/IEC 702. A..4 De Adviesraad (AR) BCCA heeft voor de in dit reglement opgenomen productfamilie een Adviesraad opgericht (samenstelling: zie bijlage A..4). Deze Adviesraad is enkel bevoegd voor certificatieaangelegenheden die niet vallen onder de SC. A..5 Beslissingen over de certificatie De beslissingen over de certificatie (toekenning, intrekking en andere maatregelen) worden genomen door de directeur van BCCA in overleg met een intern kerncomité genaamd: Certificatiecomité Kunststofleidingsystemen (samenstelling: zie bijlage A..5.). Alle belangrijke probleemstellingen binnen de dossiers worden voorgelegd aan een raad van deskundigen Certificatieraad Kunststofleidingsystemen genaamd (samenstelling: zie bijlage A..5.2), die een volstrekte vertrouwelijkheid toepast met betrekking tot dossiergebonden informatie. Het Certificatiecomité en de Certificatieraad kunnen aan de adviesraad vragen stellen over de interpretatie van de toepasselijke reglementen zonder dat dossiergebonden informatie vrijgegeven wordt. A..6 Inspectie-instellingen De inspectie-instellingen die in naam van BCCA de controles in de productie-eenheden uitvoeren, werken volgens de relevante richtlijnen van de norm ISO/IEC 7020 2 en hebben voor deze opdrachten een overeenkomst met BCCA die de wederzijdse verplichtingen vastlegt. ISO/IEC 702:205 Conformiteitsbeoordeling - Eisen voor instellingen die audits en certificatie van managementsystemen uitvoeren 2 ISO/IEC 7020:202 Conformiteitsbeoordeling - Algemene criteria voor het functioneren van verschillende soorten instellingen die keuringen uitvoeren TRA: BB-60/65/65 versie: 2_2/06/206 nl Administratief en technisch deel Herziening: 0/2

De inspectie-instellingen zijn bij voorkeur geaccrediteerd volgens de genoemde norm. Bij ontstentenis van een dergelijke accreditatie worden andere erkenningen aanvaard. In elk geval houdt BCCA een passend toezicht op het werk van de inspectie-instellingen. Bijlage A..6 geeft de lijst met gemandateerde instellingen met hun werkgebied. A..7 Eterne controlelaboratoria BCCA aanvaardt eterne controleproeven uitgevoerd door genotificeerde laboratoria of andere laboratoria die werken in overeenstemming met de relevante eisen van de norm ISO/IEC 7025 en die hiervoor met BCCA een overeenkomst hebben die de wederzijdse verplichtingen vastlegt. De laboratoria zijn bij voorkeur geaccrediteerd volgens de genoemde norm. De proeven mogen ook uitgevoerd worden door gemandateerden van buitenlandse certificatieinstellingen die eveneens werken volgens EN ISO/IEC 7025. Aangezien BCCA de verantwoordelijkheid over de certificatie draagt, behoudt BCCA zich het recht voor om bepaalde laboratoria niet te aanvaarden. In elk geval houdt BCCA een passend toezicht op het werk van de laboratoria. Bijlage A..7 geeft de lijst met gemandateerde laboratoria. A.4. WEDERZIJDSE ERKENNING Voor de sector van de Kunststofleidingsystemen wordt, telkens de noodzaak zich voordoet, gebruik gemaakt van het principe van de wederzijdse erkenning. De wederzijdse erkenning houdt in dat twee instellingen de organisatie van de eterne controle geheel of gedeeltelijk aan elkaar delegeren mits een passend toezicht. Elke instelling blijft echter verantwoordelijk voor zijn eigen certificatie en dient zich ervan te vergewissen dat de eraan verbonden regels door de andere instelling gerespecteerd worden. De afspraken over de toepassing van deze regels worden vastgelegd in een raamovereenkomst. In bijlage A.4 is een overzicht gegeven van de OCI s waarmee BCCA een akkoord van wederzijdse erkenning heeft met vermelding van de betrokken inspectie-instellingen. A.5. VERLOOP VAN HET TOELATINGSONDERZOEK (ASSESSMENT) Het toelatingsonderzoek verloopt volgens 2.2 van het ARCP. EN ISO/IEC 7025:2005 Algemene eisen voor de competentie van beproevings- en kalibratielaboratoria TRA: BB-60/65/65 versie: 2_2/06/206 nl Administratief en technisch deel Herziening: /2

Hieronder wordt in het kort het verloop van het toelatingsonderzoek weergegeven. Essentieel hierbij is dat het toelatingsonderzoek per productie-eenheid wordt uitgevoerd: indienen van een aanvraag door de certificaathouder: aanvraagformulier voor het bekomen van een Benor-certificatie (zie bijlage A...) BCCA maakt een offerte op en stelt een team samen (hoofdverantwoordelijke en coauditors). Deze offerte dient ondertekend en betaald te zijn alvorens het initiële onderzoek een aanvang kan nemen. nazicht van de interne ITT (= Initial Type Testing) van de certificaathouder en de daaraan gekoppelde productgroepindeling verzamelen van bestaande proefresultaten, rekening houdend met de voorwaarden die hieraan gesteld worden in het ARCP uitvoeren van de monsternemingen voor testen in daartoe bevoegde laboratoria evaluatie van de proefresultaten initiële inspectie van het productiecontrolesysteem (FPC = Factory Production Control) en de eraan verbonden procedures er wordt een assessment rapport inclusief productcataloog opgemaakt die wordt voorgelegd aan de Certificatieraad de Certificatieraad geeft zijn advies door middel van de fiche beoordeling van certificeerbaarheid. Nadat het dossier een gunstige beoordeling van certificeerbaarheid heeft, wordt een certificatieovereenkomst opgesteld tussen BCCA en de certificaathouder en worden de BENOR certificaten afgeleverd. BCCA zal de nodige administratieve en technische informatie betreffende de onderzochte producten publiceren op de BCCA-website. A.6. CERTIFICATEN BCCA zal aan de certificaathouder voor elk product per productie-inrichting en eventueel per productielijn overeenkomstig het ARCP een BENOR certificaat ter beschikking stellen. Het certificaat kan betrekking hebben op meerdere producten met verschillende gedeclareerde eigenschappen. Deze certificaten dragen een code AAA BBB CCCC DDDD EEEE, opgebouwd uit volgende elementen: AAA : code voor het certificatiesysteem (= BB voor BENOR merk) BBB : code voor de productsoort (productfamilie) (= 60, 65 of 65) CCCC : identiteitsnummer van de certificaathouder DDDD : technisch referentienummer van het product of een groep van producten EEEE : identificatie van de productie-inrichting In bijlage A.6.. bevindt zich een blanco voorbeeld van een BENOR-certificaat opgemaakt door BCCA. Dit certificaat vermeldt: TRA: BB-60/65/65 versie: 2_2/06/206 nl Administratief en technisch deel Herziening: 2/2

het certificaatnummer de productnaam de certificaathouder de productie-inrichting de desbetreffende normen de datum van aflevering beperkingen Het certificaat blijft geldig zolang er voldaan blijft aan de voorwaarden gesteld in de vermelde referentiedocumenten, er zich geen significante wijzigingen voordoen en het periodiek toezicht uitgevoerd wordt met gunstig resultaat. De geldigheid van het certificaat dient jaarlijks bevestigd te worden door BCCA aan de certificaathouder. Voor wat betreft de verschillende gecertificeerde eigenschappen, verwijst het certificaat naar de productcataloog. De productcataloog geeft een overzicht van de verschillende producten die onder certificatie vallen, waarbij de gedeclareerde waarden per eigenschap en per product vermeld worden. A.7. ADMINISTRATIEVE REGELS VOOR HET GEBRUIK VAN HET MERK Voor wat betreft de administratieve regels voor het gebruik van het BENOR merk wordt verwezen naar het ARCP. De certificaathouder heeft de mogelijkheid om zijn producten op te laden in de Plastics Sewerage Facilitator, een hulpmiddel voor de verstrekking van informatie ten behoeve van de beheersing van de conformiteit van leveringen op werven. De voorwaarden en tariefstructuur hiervoor zijn opgenomen in bijlage A.7.. A.8. CERTIFICATIEOVEREENKOMST De certificatieovereenkomst wordt opgesteld door BCCA volgens 0 van het ARCP. De overeenkomst is een confidentieel document dat enkel wordt voorgelegd aan de leden van het Certificatiecomité. De overeenkomst bevat een administratief en een technisch gedeelte. Ze wordt voorzien van bijlagen per product die de checklists en controleschema s bevatten, opgemaakt op basis van dit reglement. A.9. VERLOOP VAN HET TOEZICHT COMMUNICATIE EN DOCUMENTUITWISSELING Het toezicht start vanaf de ondertekening van de certificatieovereenkomst en verloopt volgens de modaliteiten bepaald in 8. van het ARCP. De verslaggeving van de controles geschiedt volgens 8.6 van het ARCP. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_2/06/206 nl Administratief en technisch deel Herziening: /2

Indien de certificaathouder niet de productie-eenheid is (vb.: verkoopskantoor, plaatselijke verdeler,...) of indien er meerdere productie-eenheden zijn, heeft BCCA het recht om een van de verkoop onafhankelijke vertegenwoordiger te vragen als communicatieverantwoordelijke tussen de certificaathouder en BCCA. Deze persoon heeft beslissingsrecht voor elke betrokken productie-eenheid en kan desgevallend op uitnodiging aanwezig zijn op adviesraden. A.0. TARIEFSTELSEL A.0. Algemeen Het tariefstelsel is opgevat volgens van het ARCP. Het financieel stelsel is zodanig opgevat dat het toelaat dat de beslissingen over de certificatie door BCCA in volle onafhankelijkheid kunnen worden genomen zoals de ISO/IEC 702 4. het voorschrijft. Dit betekent dat BCCA en de instellingen die voor haar in onderaanneming werken, volgens de tarieven opgenomen in het financieel stelsel, op dusdanige wijze worden vergoed dat zij op continue wijze de nodige competentie kunnen garanderen, zoals geëist in de met hun activiteit overeenstemmende normen. In de certificatieovereenkomst wordt verwezen naar het sectorieel financieel stelsel. Desgevallend worden individuele regelingen toegevoegd. De bedragen zijn onderhevig aan de inde voor de bouw. Alle vermelde bedragen zijn geldig voor het jaar 206 en zullen jaarlijks aangepast worden op basis van de volgende formule: ( S) h h0 S 0 waarin: h = herzien bedrag h0 = basisbedrag S = waarde van de algemene inde S gepubliceerd door de FOD Economie, K.M.O., Middenstand en Energie het laatste trimester van het jaar dat het beschouwd jaar voorafgaat S0 = waarde van S van het laatste trimester van 205 Het conventioneel dagtarief bedraagt.48,84. 4 ISO/IEC 702:205 Conformiteitsbeoordeling - Eisen voor instellingen die audits en certificatie van managementsystemen uitvoeren TRA: BB-60/65/65 versie: 2_2/06/206 nl Administratief en technisch deel Herziening: 4/2

A.0.2 Soorten vergoedingen Per taak in het kader van het certificatieproces zijn onderstaande vergoedingen van kracht. A.0.2. Administratieve vergoedingen a. Vergoeding voor het openen van een certificatiedossier (administratief ingangsrecht) BCCA heeft het recht per nieuw dossier en per wijziging of aanvulling een vergoeding te vragen. Het administratief ingangsrecht is afhankelijk van de compleiteit van de aanvraag: eenvoudig normaal comple Onderzoek beschikbare normen 874.748 2.622 Opstellen van PTV voor het BENOR-merk 2.85 4.69 6.554 Opstellen van een nieuwe bijlage aan het basistoepassingsreglement Opstellen van een certificatieovereenkomst Aanpassen van een certificatieovereenkomst.748.495 5.24 874.748 5.24 09 874.748 (De compleiteit van de aanvraag wordt bepaald door het Certificatiecomité) b. Permanente retributie BCCA vraagt gedurende de certificatieperiode een permanente jaarlijkse bijdrage (= retributie) voor het algemene takenpakket dat bestaat uit: De opstelling van een kwaliteitssysteem en reglementen; De inrichting van Sectorale Commissies en beslissingsorganen voor de certificatie; Het bijhouden van de certificatiedossiers en eventuele sanctie- en opvolgingsmaatregelen; Het opvolgen en actief begeleiden van de technische regelgeving die aan de grond ligt van de certificatiereglementen; De organisatie van de delegatie van inspecties en laboratoriumproeven en de beoordeling van de resultaten van de eterne controleproeven. De retributie is afhankelijk van het aantal productie-eenheden en het aantal producttypes. Een producttype wordt gedefinieerd als volgt: - voor BB 60 (inspectieputten): combinatie van norm ( 598- of 598-2) en materiaal (PVC, PP of PE). - voor BB 65 (kunststofleidingsystemen): combinatie van norm ( 29, 40, 59, 2666, 566, ISO 452, 852, NBN EN 220, 476-, NBN T42-604, NBN T42-605, 45 of NBN T42-5) en type (buizen of hulpstukken) TRA: BB-60/65/65 versie: 2_2/06/206 nl Administratief en technisch deel Herziening: 5/2

- voor BB 65 (infiltratiekratten): combinatie van norm (prnbn T42-606) en materiaal (PP). De certificaathouders worden ingedeeld in drie categorieën: - categorie : productie-eenheid en maimaal 4 producttypes - categorie 2: maimaal producttypes en meer dan productie-eenheid of minimaal 5 producttypes - categorie : meer dan producttypes Categorie Aantal productie-eenheden Aantal producttypes Maimum 4 2 of meer Maimum of meer Meer dan Het tarief is samengesteld uit twee componenten: - een bedrag afhankelijk van de categorie (zie onderstaande tabel) - een bijkomend bedrag van.000 per producttype boven een bepaald aantal producttypes per categorie (zie onderstaande tabel) Categorie Vast bedrag Inbegrepen aantal producttypes 4.000 2 7.000 6 2.000 A.0.2.2 Vergoedingen voor beoordelings- en controletaken a. De initiële productbeoordelingen en FPC-inspecties Initiële ITT beoordeling: - studie van de representativiteit van de interne en eterne monsternemingen voor het reëel geproduceerde; - identificatie en variatie van de gebruikte grondstoffen en effect op de eindprestaties; - technische kwaliteit van het productiesysteem en de zelfcontrolemiddelen. - bestaat uit bezoeken met voorbereiding, interpretatie en verslaggeving - wordt vergoed aan het conventioneel dagtarief Voor productie-eenheden in het buitenland dient dit vermeerderd te worden met de verplaatsings- en verblijfskosten. Initiële FPC beoordeling: Audit van het productiecontrolesysteem: aan conventioneel dagtarief (volgens omvang en toestand systeem). Voor productie-eenheden in het buitenland dient dit vermeerderd te worden met de verplaatsings- en verblijfskosten. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_2/06/206 nl Administratief en technisch deel Herziening: 6/2

b. Periodieke controles De periodieke controle bestaat uit periodieke FPC-inspecties en technische controlebezoeken. De evaluatie van beide aspecten kan gescheiden of gecombineerd gebeuren. Deze prestaties gebeuren door BCCA zelf of door een inspectie-instelling die in onderaanneming werkt. BCCA kan de controlevergoedingen zelf innen en doorbetalen of ze kan toelaten dat de inspectie-instelling rechtstreeks aan de certificaathouder factureert. De vergoedingswijze moet in de certificatieovereenkomst worden opgenomen. De vergoeding geschiedt normaliter per trimester waarbij rekening wordt gehouden met: - de tijdsduur van het bezoek in het bedrijf met inbegrip van de verplaatsingstijd. Deze tijdsduur wordt bepaald in functie van het aantal en de compleiteit van gecertificeerde producten en het type FPC. De eacte duur is terug te vinden in de certificatieovereenkomst; - de voorbereiding en de verslaggeving; - de verplaatsings- en verblijfskosten (buitenland). Het conventioneel dagtarief is hiervoor van toepassing. c. Monsternemingen De monsternemingen, vereist in het kader van de certificatie (toelatingsonderzoek of permanent toezicht), kunnen in het kader van inspectiebezoeken geschieden of ze kunnen afzonderlijk georganiseerd worden. De vergoeding wordt op dezelfde wijze berekend als deze voor de inspectiebezoeken, het conventioneel dagtarief is van toepassing. De certificaathouder zorgt voor het transport van de genomen monsters naar het etern labo. d. Laboratoriumproeven De vergoeding voor de laboratoriumproeven in het kader van de eterne controle wordt rechtstreeks door het laboratorium aan de certificaathouder gefactureerd. e. Bijzondere vergoedingen Bij de vaststelling van tekortkomingen bij de eterne controleactiviteiten met betrekking tot het productiecontrolesysteem of de overeenkomstigheid van de productkwaliteit met de specificaties, kan het nodig zijn aanvullende controles of proeven uit te voeren. Deze bijkomende controles worden vergoed volgens het conventioneel dagtarief, in voorkomend geval vermeerderd met de verplaatsings- en verblijfkosten. A.0. Bijzondere certificatie(raam)overeenkomsten Bijzondere certificatie(raam)overeenkomsten zijn mogelijk: voor certificaathouders die een product onder verschillende benamingen op de markt brengen; TRA: BB-60/65/65 versie: 2_2/06/206 nl Administratief en technisch deel Herziening: 7/2

voor gemeenschappelijke controles in opdracht van meerdere certificatie-instellingen die voor dezelfde certificaathouder producten certificeren; voor certificaathouders die zelf niet produceren maar producten aankopen bij andere certificaathouders en deze in eigen naam commercialiseren. In al deze gevallen wordt een bijzonder financieel stelsel uitgewerkt dat compatibel is met de reglementen voor de verschillende producten. Dit bijzonder stelsel moet worden goedgekeurd door alle betrokken Certificatiecomités en opgenomen in de multilaterale certificatie(raam)overeenkomst. A.. FACTURATIE De vergoedingen voor de reguliere prestaties in het kader van het toezicht en monsternemingen worden driemaandelijks gefactureerd door BCCA samen met de - over vier kwartaalbijdragen verdeelde - jaarlijkse retributie. In het geval van raamovereenkomsten geschiedt de facturatie op basis van de volledige overeenkomst. Bijzondere vergoedingen zoals het ingangsrecht en vergoedingen voor initiële of speciale prestaties worden door BCCA gefactureerd na afwerking van de betreffende verslagen. De betalingstermijn bedraagt 0 dagen na factuurdatum. Inspectiebezoeken door buitenlandse instellingen worden door deze laatste rechtstreeks gefactureerd aan de certificaathouder. De kosten voor laboratoriumproeven worden rechtstreeks door de certificaathouder aan de laboratoria betaald. De eventuele verplaatsings- en verblijfskosten in het buitenland zijn niet inbegrepen in de hierboven vermelde bedragen en worden afzonderlijk aangerekend. A.2. SANCTIES De beslissing tot het uitvoeren van sancties wordt genomen door het Certificatiecomité na advies van de Certificatieraad. Desgevallend wordt het principieel advies gevraagd van de Adviesraad van BCCA. Tekortkomingen die onderhevig zijn aan sancties. Zie bijlage A.2 A.. CONTROLE OP MONSTERS IN DE MARKT De monsternemingen in de markt gaan van start vanaf de ondertekening van de certificatieovereenkomst. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_2/06/206 nl Administratief en technisch deel Herziening: 8/2

Deze monsternemingen kunnen geschieden naar aanleiding van: - gedeelde monsterneming; - toevallige vaststellingen in de markt door BCCA van BENOR gemarkeerde producten; - klachten van derden (gebruikers) Zie bijlage A. betreffende de verschillende mogelijkheden. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_2/06/206 nl Administratief en technisch deel Herziening: 9/2

B. TECHNISCH GEDEELTE B.. VERPLICHTINGEN VAN DE GECERTIFICEERDE PRODUCTIE-EENHEID De productie-eenheid dient te beschikken over een productiecontrolesysteem overeenkomstig 7 van het ARCP waarvan de kenmerken hierna gesynthetiseerd zijn weergegeven. B.. Samenstelling van het technisch dossier of documentatie De documentatie van het productiecontrolesysteem bevat minstens volgende elementen: - de specificatie of eterne productbeschrijving voor de gecertificeerde producten; - de interne productbeschrijving (of productspecificaties) die de grondstofcriteria, grondstofnaam, naam van de leveranciers en procesparameters per product bevat; - een beschrijving van het productiesysteem (installaties en productieprincipes); - een beschrijving van het zelfcontrolesysteem in overeenstemming met de eisen van het (controleschema s, proefmethoden, laboratorium, kalibraties en ijkingen); - een beschrijving van de registratie van de gegevens met betrekking tot de zelfcontrole. De documentatie moet permanent de werkelijke toestand in de productie-eenheid weergeven. De certificaathouder moet BCCA in kennis stellen van elke significante wijziging (o.a. m.b.t. de identificatie- of prestatiekenmerken, naamsverandering, wijziging van de productie-eenheid of het productieproces,..) van de documentatie teneinde de nodige bijkomende inspecties mogelijk te maken. De productie-eenheid dient te beschikken over een systeemhandboek dat voor alle acties met betrekking tot de productie en de zelfcontrole geschreven procedures bevat die in voldoende mate de transparantie van de werking van de FPC illustreren (zie B.4.). Dit FPC-handboek kan deel uitmaken van een volledig handboek voor de gehele bedrijfsorganisatie die gecertificeerd kan zijn volgens ISO 900:2008 of ISO 900:205. In dat geval dient het deel met betrekking tot de FPC duidelijk geïdentificeerd te worden. B..2 Interne productbeschrijving De productie-eenheid moet beschikken over een interne productbeschrijving die alle producten betreft die onder certificatie op de markt worden gebracht. Deze beschrijving moet alle producten volledig identificeren. Deze identificatie moet in overeenstemming zijn met de gegevens die opgenomen zijn in publiek verspreide technische productfiches. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_2/06/206 nl Administratief en technisch deel Herziening: 20/2

Per product moet het verband worden bepaald tussen de prestatie-eigenschappen en de samenstellings- en productiegegevens, met inbegrip van de variatie op eisen voor deze gegevens. De productbeschrijving moet verwijzen naar de interne initiële proeven die aan de basis liggen. De vorm van de productbeschrijving is vrij te kiezen en mag gegevens bevatten die naar de inspectie toe gecodeerd zijn. Ze moet echter voldoende transparant zijn om te kunnen vaststellen dat de producteigenschappen beheerst worden. Tenzij anders vermeld in de bijlage van dit reglement verstaat men onder product: - hetzij een buis; - hetzij een hulpstuk; - hetzij een inspectieput; - hetzij een infiltratiekrat en dienen eventueel opgenomen figuren in dit reglement als louter illustratief beschouwd te worden. De producten worden bepaald door hun samenstelling, hun toepassing, hun vorm en hun afmetingen. Dichtingsringen: De dichtingsringen moeten voldoen aan 68- (rubberen dichtingen in gevulkaniseerd rubber) of 68-2 (rubberen dichtingen in thermoplastische elastomeren). De conformiteit met deze normen dient aangetoond te worden door middel van het merk van overeenkomstigheid BENOR of aan de hand van de in bijlage B..5. vastgelegde procedure. Een Certificaat moet tevens de classificatie volgens de betreffende norm dragen en afgeleverd zijn door een instelling die is geaccrediteerd voor de betreffende norm. De dichtingsringen dienen tevens te voldoen aan de wetgeving inzake CE-markering. B.. Eisen voor de organisatiestructuur van de productie-eenheid De organisatiestructuur moet toelaten dat de overeenkomstigheid van de producten met de specificaties daadwerkelijk kan gegarandeerd worden. Daartoe moeten de zelfcontrole en de registratie daarvan onafhankelijk geschieden van de productie- en verkoopsleiding. Het controlepersoneel moet voldoende bekwaam zijn om de proefresultaten te interpreteren en de productkwaliteit te beoordelen. De aanwezigheid van het controlepersoneel dient zo te worden geregeld dat de zelfcontrole representatief is voor de gehele productie. De verantwoordelijkheden en relaties van de bij de productie en de controle betrokken personeelsleden moeten duidelijk vastgelegd worden. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_2/06/206 nl Administratief en technisch deel Herziening: 2/2

B..4 Eisen voor de processen van het productiecontrolesysteem (FPC) en de eraan verbonden procedures Onderhavig hoofdstuk bevat een beschrijvende opsomming van alle procedures die in het FPC-systeem dienen aanwezig te zijn. In principe mag de productie-eenheid deze procedures uitwerken volgens zijn eigen bedrijfsorganisatie in zoverre ze beantwoorden aan het gestelde doel. Een procedure is dikwijls gekoppeld aan een controleschema. Voor sommige procedures (vooral voor de controle van het eindproduct) worden in het reglement verplichte controleschema s opgelegd. In de certificatieovereenkomst kan een nadere precisering van de vastgelegde procedures worden opgenomen. Hiervoor kan een checklist worden opgesteld naar het model van bijlage B.2..2. B..4. Procedure voor interne initiële proeven en de interne productbeschrijving De productie-eenheid dient te beschikken over procedures waarmee hij, vooraleer de productie onder certificatie te starten of de reeds gecertificeerde producten te wijzigen, zichzelf verzekert dat hij de vooropgestelde prestaties kan halen. Hiervoor moeten initiële proeven worden verricht op basis waarvan de interne productbeschrijving wordt vastgelegd. De bedoelde gegevens kunnen worden bekomen door: - specifieke proeven in het eigen laboratorium; - proeven in een etern laboratorium dat voor rekening van de certificaathouder werkt; - een statistische analyse van de periodieke zelfcontroleproeven; - informatie uit de literatuur of wetenschap. Bij ontstentenis van de door BCCA aanvaarde eigen procedures en controleschema s dient de certificaathouder bij elke significante wijziging van de productspecificatie de controleschema s te volgen die aangegeven zijn in B..5. B..4.2 Procedures van grondstofcontrole De productie-eenheid moet beschikken over procedures voor het nazicht van de overeenkomst van de grondstoffen met de specificaties in de interne productbeschrijving. Hij heeft hierbij de keuze tussen: - het gebruik van door BCCA erkende certificaten of conformiteitsverklaringen van de leverancier van de grondstoffen met administratief nazicht; - een eigen, door BCCA aanvaarde, ontvangstprocedure. Deze procedures moeten leiden tot een adequate registratie. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_2/06/206 nl Administratief en technisch deel Herziening: 22/2

Bij ontstentenis van door BCCA aanvaarde eigen procedures en controleschema s dient de productie-eenheid de controleschema s te volgen die aangegeven zijn in B..5. B..4. Procedures voor de procesbeheersing De productie-eenheid moet beschikken over procedures waarmee hij kan aantonen dat hij het productieproces beheerst. Dit betekent dat de procesparameters correct worden ingesteld en dat hiervoor concrete indicatoren bestaan die ook werkelijk gebruikt en geïnterpreteerd worden. Het kan hierbij gaan om machine-instellingen of proeven op halffabricaten. Bij ontstentenis van door BCCA aanvaarde eigen procedures en testschema s dient de productie-eenheid minstens de controleschema s te volgen die aangegeven zijn in B..5. B..4.4 Procedures voor de controle van de eindkwaliteit De productie-eenheid dient de eindkwaliteit van de gecertificeerde producten regelmatig te verifiëren volgens de controleschema s vermeld in B..5. Hij dient hiervoor een monsternemingsplan op te stellen waarmee op een transparante wijze kan worden aangetoond dat de interne monsternemingen representatief zijn voor de onder certificatie verkochte producten. De procedures hiervoor dienen door de certificatie-instelling te worden aanvaard, inzonderheid de wijze van registreren van productieloten en monsternemingen. De productie-eenheid moet, met het oog op een correcte zelfcontrole, processen hebben voor de instandhouding van het laboratorium en de kalibratie van de meettoestellen. Hij dient deze processen af te stemmen op B..7. Het proces voor de registratie van de proefresultaten dient transparant te zijn. B..4.5 Procedures voor correctieve maatregelen De productie-eenheid moet beschikken over procedures om de zelfcontroleresultaten te interpreteren en de resultaten van deze interpretatie aan te wenden voor de nodige correcties aan het grondstofgebruik en het productieproces. Bij vaststelling van onvoldoende resultaten van prestatieproeven of andere tekortkomingen moet hij naargelang het geval o.a. volgende maatregelen treffen: - nazicht van de meetmethodes; - correcties van de interne productbeschrijving (grondstofcriteria, ); - acties naar de grondstofleverancier toe; - correctie van het productieproces; - bekendmaking van de tekortkoming aan de betreffende klanten. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_2/06/206 nl Administratief en technisch deel Herziening: 2/2

B..4.6 Procedures voor de behandeling van producten en de markering De productie-eenheid moet beschikken over procedures waarmee hij zichzelf verzekert dat geen niet- conforme producten onder certificatie op de markt komen. Daartoe dient hij minstens de in B. vermelde regels te volgen. B..5 Interne controleschema s De in het kader van de zelfcontrole opgelegde verificaties voor de verschillende productfamilies zijn opgegeven in de type controleschema s: zie bijlage B..5. Deze stemmen overeen met de processen genoemd in B..4. De zelfcontroleschema s zijn opgedeeld in: - interne ITT-schema s; - FPC-schema s (= schema s voor de controle op de grondstoffen, de controles tijdens het productieproces en de controles op de eindproducten); - zelfcontrole afgewerkt product (dit schema geeft een gedetailleerdere versie van het FPCschema voor wat betreft het eindproduct). In de certificatieovereenkomst worden de volledig geïmplementeerde controleschema s en de criteria vastgelegd. B..6 Het intern controlelaboratorium Met het oog op een voldoende beheersing van het productieproces en een elementaire verificatie van de kwaliteit van de uitgaande producten, dient de productie-eenheid over een intern laboratorium te beschikken voor het uitvoeren van de vereiste metingen en proeven. Desgevallend kan hij deze proeven eveneens (laten) uitvoeren in een labo van een zusterbedrijf. In uitzonderlijke gevallen kan beroep gedaan worden op een etern labo. De meet- en proefmethoden die door de productie-eenheid zelf moeten uitgevoerd worden, bevinden zich in de bijlagen B..5. en B..5.2. B..7 Kalibraties en ijkingen Alle meet- en proefapparatuur die door de productie-eenheid wordt gebruikt, moet met een verantwoorde frequentie en volgens een bepaalde methodiek worden geijkt of gekalibreerd. In overeenstemming met 7.7 van het ARCP zijn in bijlage B..7 voor een aantal meet- en proefapparatuur richtlijnen opgegeven voor de frequentie en het niveau van deze ijkingen en kalibraties. Voor andere meet- en proefapparatuur dient de ijking en kalibratie te gebeuren volgens de gedocumenteerde procedures van de productie-eenheid. De registratie van de ijkingen en kalibraties moet minimum 0 jaar bewaard worden. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_2/06/206 nl Administratief en technisch deel Herziening: 24/2

De gebruikte apparatuur moet voldoende nauwkeurig zijn om aan de gevraagde toleranties te kunnen voldoen. De personen die verantwoordelijk zijn voor en/of die de kalibraties uitvoeren, dienen hiervoor geschikt te zijn door een opleiding, training en/of ervaring. Het kwaliteitssysteem van de productie-eenheid dient hiervoor de nodige instructies te omvatten. B..8 Registraties De voorschriften van het ARCP zijn van toepassing. De registers moeten in die zin opgesteld zijn dat op een eenvoudige manier kan achterhaald worden welke producten vermeld in het register onder BENOR-productie vallen. Ze moeten minstens de datum van uitvoering en een productiecode bevatten, zodanig dat een eenduidige en eenvoudige traceerbaarheid mogelijk is. Indien de registraties direct of indirect elektronisch worden opgeslagen, treft de productieeenheid de nodige maatregelen opdat deze gegevens niet kunnen verloren gaan. Tevens moeten de registers een beoordeling van de resultaten bevatten met als doel een eenvoudige identificatie van niet-conforme resultaten die al dan niet leiden tot afkeur. De interne criteria gebruikt voor de beoordeling van de proefresultaten voor BENOR-producten moeten beschikbaar zijn. De registers moeten beschikbaar zijn daar waar de controlebezoeken plaatsvinden en moeten minimum 0 jaar bewaard worden. De productie-eenheid dient de resultaten gevonden in het kader van de eigen controle te evalueren voor het in de hand houden van het productieproces. Indien informatisering van de eigen controleresultaten beschikbaar is, dient hierop een statistische interpretatie te gebeuren door de productie-eenheid. B..9 Klachtenbehandeling In overeenstemming met 7.9 van het ARCP, is de productie-eenheid gehouden alle klachten met betrekking tot de productkwaliteit te behandelen en alle gegevens m.b.t. de klacht en de behandeling bij te houden in een register, dat toegankelijk dient te zijn voor de controleinstelling. B..0 Voorraad Indien de mogelijkheid bestaat dat er geen voorraad is van BENOR buizen in de eigen opslag, dient de productie-eenheid van elke productie minstens buis (lengte is minimum 5 m) te bewaren tot het bezoek van de eterne evaluatie. Dit om de auditor toe te laten tijdens een eterne evaluatie om buistypes te kiezen voor interne beproeving en voor audit testing. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_2/06/206 nl Administratief en technisch deel Herziening: 25/2

B.2. EXTERNE EVALUATIE EN TOEZICHT De initiële evaluaties en het etern toezicht worden georganiseerd volgens de principes beschreven in 8 van het ARCP. B.2. Initiële evaluatie of toelatingsonderzoek Een initiële evaluatie of toelatingsonderzoek wordt uitgevoerd bij aanvraag voor certificatie van het product en telkens wanneer een wijziging wordt aangebracht aan de productcataloog, het productiesysteem of het productiecontrolesysteem. Zie onderstaande tabel: N: nieuw systeem D: verandering design M: verandering materiaal E: uitbreiding productgamma P: verandering productiemethode Deze vermeldingen zijn louter informatief en in voorkomend geval zullen in overleg met het Certificatiecomité de etra uit te voeren proeven besproken worden. Het programma voor een toelatingsonderzoek bevat volgende elementen: a. Deel productbeoordeling - het bepalen van de te certifiëren productcataloog en de interne productbeschrijving; - het onderzoek van de methodologie van de interne initiële proeven en de resultaten daarvan aan de hand van een ITT-checklist (zie bijlage B 2..); - het nazicht van de beschikbare resultaten uit de zelfcontrole of vroegere eterne controleproeven; - het opstellen van een programma voor proeven in een etern laboratorium (eterne ITT): b. Deel FPC dit volgens de specificaties van de ITT tabellen in de bijlagen volgens de overeenkomstige norm of normen; er kan rekening gehouden worden met bestaande proefrapporten voor zover deze proeven uitgevoerd werden in geaccrediteerde laboratoria, van een recente datum zijn en de resultaten voldoen; de keuze van de monsters zal op dusdanige manier gebeuren dat deze zo representatief mogelijk zijn voor het werkelijk geproduceerde. Een initiële inspectie van het productiecontrolesysteem, inbegrepen: - de documentatie; - de organisatiestructuur; - de beheersprocessen. De inspectie geschiedt aan de hand van een checklist (zie bijlage B.2..2). TRA: BB-60/65/65 versie: 2_2/06/206 nl Administratief en technisch deel Herziening: 26/2

B.2.2 Toezicht Het toezicht voor het behoud van de certificatie bevat volgende delen: - periodieke inspectie van de FPC; - technische controlebezoeken; - eterne controleproeven. B.2.2. Periodieke inspectie van de FPC Bij deze inspectie wordt nagegaan of de bij het initieel onderzoek gevalideerde processen concreet geïmplementeerd worden en of het FPC systeem onveranderd geldig is gebleven. Indien wijzigingen vastgesteld worden, wordt een aanvullend toelatingsonderzoek uitgevoerd. De periodieke FPC-inspectie kan in combinatie met de technische productcontrolebezoeken gebeuren. Ze geschiedt aan de hand van een checklist, opgesteld op basis van het model in bijlage B.2..2. Deze checklist maakt deel uit van de certificatieovereenkomst en wordt per productie-eenheid opgemaakt. B.2.2.2 Technische controlebezoeken Tijdens deze bezoeken worden volgende controles verricht: - het nazicht van de geregistreerde resultaten van de zelfcontrole; - het nazicht van de laboratoriumuitrusting en het naleven van de meet- en proefprocedures door het bijwonen van proeven op zelf gekozen monsters, volgens een door de productie-eenheid opgesteld schema, rekening houdend met proeven en de proeffrequenties van de tabellen in de betreffende bijlage(n); - het nazicht van de markering, de declassering, de epeditie, de leveringsdocumenten, het voorraadbeheer, enz.; - het uitvoeren van monsternemingen. De controlebezoeken vinden plaats per productie-eenheid. B.2.2. Eterne controleproeven B.2.2.. Monsternemingsprocedure Het door BCCA aangeduide controleorganisme neemt de producten willekeurig hetzij uit de stock, hetzij rechtstreeks uit de productie. Zowel de buizen als de hulpstukken zijn ingedeeld in groepen, het aantal te nemen monsters is in functie van deze indeling in groepen: - Diametergroepen: van toepassing op buizen en hulpstukken. - Componentgroepen: van toepassing op hulpstukken. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_2/06/206 nl Administratief en technisch deel Herziening: 27/2

De inspectieputten zijn ingedeeld in grootte en klasse afhankelijk van de diameter, de inbouwdiepte en de op te nemen belasting. De monsternemingen gebeuren bij de certificaathouder, de productie-eenheid of een distributeur. Een overzicht van de uit te voeren periodieke eterne proeven, de frequentie en de hoeveelheid te bemonsteren producten is weergegeven in de tabellen van de bijlagen B..5.2 van de respectievelijke normen. Bij de monsterneming wordt een monsternemingsfiche ingevuld (voorbeeld zie bijlage B.2.2..). B.2.2..2 Schema s eterne proeven In bijlage B..5.2 van de betreffende normen wordt een overzicht gegeven van de uit te voeren eterne monsternemingen tijdens het toezicht in het kader van de BENOR-certificatie. B.2.2.. Evaluatiemethode De evaluatie gebeurt op basis van de criteria met de overeenkomstige normen en volgens de voorschriften van dit reglement. De productie-eenheid verbindt er zich toe te reageren vóór de op de betreffende fiche weergegeven datum verstreken is. B.. REGELS VOOR DE VERPAKKINGSWIJZE, DE DECLASSERING, DE MARKERING EN HET VOORRAADBEHEER B.. De verpakkingswijze Afhankelijk van het type dienen de producten op een geschikte manier verpakt te worden om beschadiging bij opslag of transport te voorkomen. B..2 De declassering Producten die niet geproduceerd worden in overeenstemming met de opgelegde eisen, mogen het BENOR-logo niet dragen. Producten die niet voldoen aan de gedeclareerde waarden, mogen in geen geval het BENORlogo dragen. Deze producten dienen in de voorraden fysiek gescheiden en apart gemerkt te worden van de onder BENOR geproduceerde materialen. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_2/06/206 nl Administratief en technisch deel Herziening: 28/2

B.. Markering Op elk gecertificeerd product moet het woord BENOR onuitwisbaar worden aangebracht, naast de verplichte specificaties van de overeenkomstige norm, bijlage en PTV, tenzij anders overeengekomen. Op hulpstukken mag het BENOR-logo eveneens aangebracht worden met behulp van een zelfklever. De specificaties van deze zelfklever zijn terug te vinden in bijlage B... De zelfklevers dienen in elk geval ter goedkeuring aan BCCA te worden voorgelegd. Kiest de certificaathouder voor het aanbrengen van een commerciële benaming in plaats van zijn eigen naam, dan moet eveneens zijn BCCA-identificatiecode (CCCC) en, bij meerdere productie-eenheden, ook de code van de productie-eenheid (EE-EEE) in plaats van de productie-eenheid aangebracht worden. - op de buizen: onmiddellijk na het BENOR-merkteken; - op de hulpstukken: deze codes kunnen eveneens via etiket op de kleinste verpakking, voorafgegaan door het woord BENOR, worden aangebracht; - op de grote inspectieputten: de markering dient zowel aan de buitenkant als aan de binnenkant (in het bovenste stuk van de conus) te worden aangebracht; - op de infiltratiekratten: onmiddellijk na het BENOR-merkteken. B..4 Voorraadbeheer De productie-eenheid dient te beschikken over een procedure voor zijn voorraadbeheer. In overeenstemming met het kwaliteitshandboek zal de productie-eenheid: - methodes voorzien om beschadiging tegen te gaan bij het behandelen van de producten; - gepaste opslagplaatsen voorzien om beschadiging te vermijden; - controles uitvoeren op het verpakkings-, opslag- en markeringsproces. B.4. REGELS VOOR DE BEPALING VAN MAATREGELEN BIJ TEKORTKOMINGEN De certificaathouder zal BCCA van elke tekortkoming op de hoogte brengen, evenals van de genomen correctieve en preventieve maatregelen. Indien de tekortkoming wordt vastgesteld op het moment dat de betrokken producten reeds op de markt zijn gebracht, zal de certificaathouder de klant inlichten over de tekortkoming. De maatregelen bij tekortkomingen worden bepaald volgens de regels van 4 van het ARCP en de betreffende toepassingsreglementen. Bij vaststelling van tekortkomingen zal door de controle-instelling een tekortkomingsfiche worden opgemaakt. (voorbeeld zie bijlage B.4). B.4. Tekortkomingen in de processen voor het beheer van de productbeschrijving en de ITT Bij afwijkingen in het beheer van de productbeschrijving en/of de ITT zal BCCA overeenkomstig dit reglement en de betreffende norm(en) vragen de nodige correctieve maatregelen te TRA: BB-60/65/65 versie: 2_2/06/206 nl Administratief en technisch deel Herziening: 29/2

treffen en om binnen de 4 weken verslag uit te brengen. BCCA zal zijn verdere acties (bv. bijkomende inspectie) bepalen in functie van de aard van de tekortkoming en de genomen maatregelen. BCCA zal zich tevens hiervoor laten adviseren door de Certificatieraad. B.4.2 Tekortkomingen in de processen voor de FPC Bij niet-conformiteit(en) of afwijkingen in de FPC-processen zal BCCA overeenkomstig dit reglement en de betreffende norm(en) vragen de niet-conformiteit(en) recht te zetten en binnen de 4 weken verslag uit te brengen. BCCA zal zijn verdere acties (bv. bijkomende inspectie) bepalen in functie van de aard van de tekortkoming. BCCA zal zich tevens hiervoor laten adviseren door de Certificatieraad. B.4. Tekortkomingen m.b.t. de kenmerken van de producten Bij niet-conformiteiten zal de certificaathouder overeenkomstig dit reglement en de betreffende norm(en) onmiddellijk de nodige maatregelen treffen om deze gebreken recht te zetten. Nadat de oorzaak gevonden en rechtgezet is, zal hij opnieuw de test of controle uitvoeren om zich ervan te verzekeren dat er geen herhaling van de niet-conformiteit zal optreden (zie ook kwaliteitshandboek van de productie-eenheid). Niet-conforme producten dienen in de voorraden fysiek gescheiden en apart gemerkt te worden van de onder BENOR-certificatie geproduceerde materialen. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_2/06/206 nl Administratief en technisch deel Herziening: 0/2

A A TRA: BB-60/65/65 versie: 2_ 206/04/27 nl Bijlage A Herziening: /2

A.. Wijzigingen /2/20 Onderwerp Bijlage B..5.2.7 852 Beslissing AR Zie verslag AR 0/09/205 Zie verslag SC 28/0/206 AR SC en 8/2/20 Algemeen 5/0/202 Bijlage B..5.2.8 220 Wijziging De norm NBN T42 5 werd toegevoegd aan de overzichtlijst productnormen Aanpassen SDR-klasse voor wanddiktes en toepassingsgebied: toevoegen SDR 27,6 voor de hulpstukken Redactionele aanpassingen Deze bijlage werd aangepast naar aanleiding van de samenvoeging van de normen 220 en 244 tot norm Deze bijlage werd verwijderd qu Datum 9/8/200 iry Chronologische lijst van de wijzigingen 5/0/202 Bijlage B..5.2.9 244 AR AR Pu blic 0/09/205 B Technisch gedeelte 28/0/206 A Administratief gedeelte AR (terug naar overzicht bijlagen) TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl Bijlage A. chronologische lijst van wijzigingen Herziening: 2/2

BCCA Opgericht door : WTCB en SECO A... Aanvraag BENOR BELGIAN CONSTRUCTION CERTIFICATION ASSOCIATION vzw Aarlenstraat 5, B - 040 BRUSSEL - Tel. 02/28.24. - Fa 02/28.24.0 Aanvraag voor een BENOR Certificatie in de sector Thermoplastische Kunststofleidingsystemen en inspectieputten De ondergetekende (naam, voornaam, adres)......... in zijn eigen naam () in de naam van de maatschappij (firmanaam en -adres) ()......... verzoekt BCCA, volgens de voorwaarden bepaald in het voor de BENOR certificatie van Thermoplastische Kunststofleidingen (TRA BB-60/65/65), die hij, na er kennis van genomen te hebben, verklaart te aanvaarden, om de Benor certificatie van: Buizen Hulpstukken Kranen (Afsluiters) - Putten infiltratiekratten volgens: (zie bijlagen B..5.2. van TRA BB-60/65/65) PTV Handelsnaam (2) Buizen Putten diametergroe p Hulpstukken Productieeenheid componentgroep Diametergroep Productieeenheid.. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl A...: Aanvraag Benor Herziening: /2

A... Aanvraag BENOR voor de hierna vermelde aanwending :... Indien gekozen wordt voor een commerciële benaming dan zal deze voorbehouden worden aan het product zoals het eventueel zal worden goedgekeurd. Hij verklaart dat hijzelf / bovengenoemde maatschappij (). er de industriële eigendom van bezit;. er de fabricatie van verzekert in de fabricatiecentra vermeld in bijlage;. het product doet vervaardigen door ondernemingen onder vergunning, onderworpen aan haar toezicht en met name genoemd in de hierbij gevoegde lijst;. er de plaatsing van verzekert;. er de plaatsing van toevertrouwt aan ondernemingen onder vergunningen, onderworpen aan haar toezicht en met name genoemd in de hierbij gevoegde lijst;. zich beperkt tot het op de markt brengen van het product (). Hij verbindt er zich toe zijn fabrikanten, ondernemingen of licentiehouders, alsmede alle firma s aan de welke hij het gebruik van zijn Benor-certificatie toelaat, te verplichten de voorwaarden van fabricatie, na te leven. * * * Hij machtigt BCCA, indien het geval zich voordoet, met de buitenlandse organisaties voor Certificatie dat hetzelfde product aanbelangt, mede te werken. Hij bevestigt, tot staving van zijn aanvraag, de neerlegging van een bundel overeenkomstig art. B. van het voor de BENOR certificatie van Thermoplastische Kunststofleidingsystemen, bundel die hij zich verbindt zo nodig aan te vullen, op aanvraag van het certificatieorganisme, met alle mogelijke inlichtingen en proefondervindelijke rechtvaardigingsstukken, om een volledig technisch oordeel mogelijk te maken over de vervaardiging, de plaatsing evenals over de praktische kenmerken en eigenschappen ervan. Hij machtigt de laboratoria die de proeven, waarvan de notulen bij het dossier gevoegd zijn, uitgevoerd hebben, om alle bijkomende inlichtingen dienaangaande, bij het onderzoek te verstrekken. * * * Hij duidt de persoon of personen (naam, voornaam, functie, adres, telefoon).......... aan om hem te vertegenwoordigen bij alle zaken die betrekking hebben op het onderzoek van deze aanvraag. * * * TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl A...: Aanvraag Benor Herziening: 4/2

A... Aanvraag BENOR iry Hij verklaart zich akkoord met de betaling van de forfaitaire som van (in letters)......euro voor het administratief ingangsrecht (betalingsmodaliteiten : zie art. A.0. en A.0.2. van het voor de Benor-certificatie van Thermoplastische Kunststofleidingsystemen). De compleiteit en het daarmee overeenstemmende bedrag zal door het Certificatiecomité vastgesteld worden. qu Hij verklaart zich tevens akkoord de kosten voor certificering (overeenkomstig art. A.0. en A.0.2.2 van het voor de Benor certificatie van Thermoplastische Kunststofleidingsystemen) te betalen die in het kader van de certificatie voorzien zijn en die hem zullen aangerekend worden overeenkomstig de specifieke documenten Overeenkomst van certificatie. (Zie offerte in bijlage) en Deze rekeningen zijn te sturen aan:... Firma :... Adres :... BTW-nummer :... blic Gedaan te..., de... Pu (Handtekening, voorafgegaan door de eigenhandig geschreven vermelding gelezen en goedgekeurd ) () Bijlage: Offerte () Doorhalen wat niet past. (2) facultatief () De aanvraag dient in één eemplaar, gezonden te worden aan: BCCA, Thermoplastische Kunststofleidingen, Aarlenstraat 5, B 040 Brussel. (terug naar overzicht bijlagen) TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl A...: Aanvraag Benor Herziening: 5/2

A...2.. Overzicht productnormen OVERZICHT VAN DE PRODUCTNORMEN 29-: Kunststofleidingsystemen voor binnenrioleringen (lage en hoge temperatuur) - Ongeplasticeerd polyvinylchloride (PVC-U) - Deel : Specificaties voor leidingen, hulpstukken en het systeem CEN/TS 29-2: Plastics piping systems for soil and waste discharge (low and high temperature) within the building structure - Unplasticized poly(vinyl chloride) (PVC-U) - Part 2: Guidance for the assessment of conformity 40-: Kunststofleidingsystemen voor ondergrondse drukloze rioleringen - Ongeplasticeerd poly(vinylchloride) (PVC-U) - Deel : Eisen voor buizen, hulpstukken en het systeem CEN/TS 40-2: Plastics piping systems for non-pressure underground drainage and sewerage - Unplasticized poly(vinyl chloride) (PVC-U) - Part 2: Guidance for assessment of conformity 59-: Kunststofleidingsystemen voor binnenrioleringen (lage en hoge temperatuur) - Polyethyleen (PE) - Deel : Specificaties voor buizen, fittingen en het systeem CEN/TS 59-2: Plastics piping systems for soil and waste discharge (low and high temperature) within the building structure - Polyethylene (PE) - Part 2: Guidance for the assessment of conformity 2666-: Kunststofleidingsystemen voor ondergrondse drukloze binnen- en buitenrioleringen - Polyethyleen (PE) - Deel : Eisen voor buizen, hulpstukken en het systeem CEN/TS 2666-2: Plastics piping systems for non-pressure underground drainage and sewerage - Polyethylene (PE) - Part 2: Guidance for the assessment of conformity 566-: Kunststofleidingsystemen voor binnenrioleringen (lage en hoge temperatuur) - Gechloreerd polyvinylchloride (PVC-C) - Deel : Specificaties voor buizen, fittingen en het systeem CEN/TS 566-2: Plastics piping systems for soil and waste discharge (low and high temperature) within the building structure - Chlorinated poly(vinyl chloride) (PVC-C) - Part 2: Guidance for assessment of conformity ISO 452-: Kunststofleidingsystemen voor drinkwatervoorzieningen en voor bovenen ondergrondse rioolpersleiding - Ongeplasticeerd polyvinylchloride (PVC-U) - Deel : Algemeen (ISO 452-:2009) ISO 452-2: Kunststofleidingsystemen voor drinkwatervoorzieningen voor boven- en ondergrondse rioolpersleiding - Ongeplasticeerd polyvinylchloride (PVC-U) - Deel 2: Buizen (ISO 452-2:2009) ISO 452-: Kunststofleidingsystemen voor de drinkwatervoorziening en voor bovenen ondergrondse rioolpersleidingen - Ongeplasticeerd polyvinylchloride (PVC-U) - Deel : Hulpstukken(ISO 452-:2009, gecorrigeerde versie 200-0-0) ISO 452-4: Kunststofleidingsystemen voor drinkwatervoorziening en voor boven- en ondergrondse rioolpersleiding - Ongeplasticeerd polyvinylchloride (PVC-U) - Deel 4: Afsluiters (ISO 452-4:2009) TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl A...2..: Productnormen Herziening: 6/2

A...2.. Overzicht productnormen ISO 452-5: Kunststofleidingsystemen voor de drinkwatervoorziening en voor bovenen ondergrondse rioolpersleidingen - Ongeplasticeerd polyvinylchloride (PVC-U) - Deel 5: Geschiktheid voor de toepassing van het systeem (ISO 452-5:2009, gecorrigeerde versie 200-0-0) CEN/TS 452-7: Plastics piping systems for water supply and for buried and above-ground drainage and sewerage under pressure - Unplasticized poly(vinyl chloride) (PVC-U) - Part 7: Guidance for the assessment of conformity 852-: Kunststofleidingsystemen voor drukloze buitenrioleringen - Polypropyleen (PP) - Deel : Eisen voor buizen, hulpstukken en het systeem CEN/TS 852-2: Plastics piping systems for non-pressure underground drainage and sewerage - Polypropylene (PP) - Part 2: Guidance for the assessment of conformity 220-: Kunststofleidingsystemen voor de drinkwatervoorziening, en voor de afvoer en riolering onder druk - Polyethyleen (PE) - Deel : Algemeen 220-2: Kunststofleidingsystemen voor de drinkwatervoorziening, en voor de afvoer en riolering onder druk - Polyethyleen (PE) - Deel 2: Buizen 220-: Kunststofleidingsystemen voor drinkwatervoorziening, en voor de afvoer en riolering onder druk - Polyethyleen (PE) - Deel : Hulpstukken 220-4: Kunststofleidingsystemen voor de drinkwatervoorziening, en voor de afvoer en riolering onder druk - Polyethyleen (PE) - Deel 4: Kleppen voor watervoorzieningssystemen 220-5: Kunststofleidingsystemen voor drinkwatervoorziening, en voor de afvoer en riolering onder druk - Polyethyleen (PE) - Deel 5: Geschiktheid voor toepassing van het systeem CEN/TS 220-7: Plastics piping systems for water supply, and for drainage and sewerage under pressure - Polyethylene (PE) - Part 7: Guidance for the assessment of conformity 476-: Kunststofleidingsystemen voor drukloze ondergrondse rioleringen - Leidingsystemen met een gestructureerde wand van ongeplasticeerd poly(vinylchloride)(pvc- U), polypropyleen (PP) en polyethyleen (PE) - Deel : Algemene eisen en prestatiekenmerken 476-2: Kunststofleidingsystemen voor drukloze ondergrondse rioleringen - Leidingsystemen met een gestructureerde wand van ongeplasticeerd poly(vinylchloride) (PVC-U), polypropyleen (PP) en polyethyleen (PE) - Deel 2: Specificaties voor buizen en hulpstukken met gladde binnen- en buitenkant en het systeem, Type A 476-: Kunststofleidingsystemen voor drukloze ondergrondse rioleringen - Leidingsystemen met een gestructureerde wand van ongeplasticeerd poly(vinylchloride) (PVC-V), polypropyleen (PP) en polyethyleen (PE) - Deel : Specificaties voor buizen en hulpstukken met glad binnenoppervlak en geprofileerd buitenoppervlak en het systeem, Type B CEN/TS 476-4: Plastics piping systems for non-pressure underground drainage and sewerage - Structured-wall piping systems of unplasticized poly(vinyl chloride) (PVC-U), polypropylene (PP) and polyethylene (PE) - Part 4: Guidance for the assessment of conformity NBN T42-604: Kunststofleidingsystemen - Fabrieksmatig vervaardigde aansluitstukken van ongeplasticeerd poly(vinyl chloride) (PVC-U) voor aansluiting op drukloze PVC-U rioleringsbuizen - Eisen en beproevingsmethoden TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl A...2..: Productnormen Herziening: 7/2

A...2.. Overzicht productnormen NBN T42-605: Kunststofleidingsystemen - Fabrieksmatig vervaardigde kunststof aansluitstukken voor aansluiting op betonnen rioleringselementen - Eisen en beproevingsmethoden qu iry 598-: Kunststofleidingssystemen voor drukloze ondergrondse rioleringen Ongeplasticeerd PVC (PVC-U),polypropyleen (PP) en polyethyleen (PE) - Deel : Specificaties voor aanvullende hulpstukken, inclusief inspectieputten 598-2: Kunststofleidingssystemen voor drukloze ondergrondse rioleringen Ongeplasticeerd PVC (PVC-U),polypropyleen (PP) en polyethyleen (PE) - Deel 2: Specficaties voor mangaten en inspectieputten in verkeerszones en in diep ingegraven installaties (+ AC:2009) CEN/TS 598-: Plastics piping systems for non-pressure underground drainage and sewerage - Unplasticized poly(vinyl chloride)(pvc-u), polypropylene (PP) and polyethylene (PE) - Part : Guidance for assessment of conformity en 45-: Kunststofleidingsystemen voor binnenrioleringen (lage en hoge temperatuur) - Polypropyleen (PP) - Deel : Specificaties voor buizen, fittingen en het systeem CEN/TS 45-2: Plastic piping systems for soil and waste discharge (low and high temperature) within the building structure - Polypropylene (PP) - Part 2: Guidance for the assessment of conformity NBN T42-5: Kunststofleidingsystemen - Infiltratie-transportriool (IT-riool) voor regenwater - Eisen en beproevingsmethoden blic prnbn T42-606: Kunststofleidingsystemen Polypropyleen (PP) kratten voor infiltratie en buffering van water Eisen en beproevingsmethoden Pu (terug naar overzicht bijlagen) TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl A...2..: Productnormen Herziening: 8/2

A...2..2 Overzicht PTV s OVERZICHT VAN DE TECHNISCHE VOORSCHRIFTEN iry PTV 00: kunststofleidingsystemen van ongeplasticeerd polyvinylchloride (PVC-U) voor toevoer, ondergronds en in gebouwen, van drinkwater onder druk. PTV 002: kunststofleidingsystemen van polyethyleen (PE) voor toevoer, ondergronds en in gebouwen, van drinkwater onder druk qu PTV 004: kunststofleidingsystemen polyethyleen (pe) voor de afvoer van afvalwater (bij lage en bij hoge temperatuur) in gebouwen. kunststofleidingsystemen van polyethyleen (pe) voor de drukloze ondergrondse afvoer van afvalwater. en PTV 005: kunststofleidingsystemen van: - Ongeplasticeerd polyvinylchloride (PVC-U) voor de afvoer van afvalwater (bij lage en hoge temperatuur) in gebouwen. - Ongeplasticeerd polyvinylchloride (PVC-U) voor de drukloze ondergrondse afvoer van afvalwater. - Gechloreerd polyvinylchloride (PVC-C) voor de afvoer van afvalwater (bij lage en hoge temperatuur in gebouwen). - Fabrieksmatig vervaardigde kunststofaansluitstukken voor aansluiting op drukloze pvc of betonriolering. blic PTV 006: kunststofleidingsystemen van Polypropyleen (PP) voor drukloze ondergrondse afvoer van afvalwater PTV 007: kunststofleidingsystemen van Polyethyleen (PE) voor bovengrondse en ondergrondse afvoer van afvalwater en rioolwater onder druk Pu PTV 008: kunststofleidingsystemen van polypropyleen (PP) voor de afvoer van afvalwater (bij lage en bij hoge temperatuur) in gebouwen (terug naar overzicht bijlagen) TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl A...2..2: Overzicht PTV s Herziening: 9/2

A..2 SAMENSTELLING VAN DE SECTORALE COMMISSIE KUNSTSTOFPRODUCTEN EN - SYSTEMEN Ambtshalve leden Voorzitter: W. Martens (Farys) Directeur BCCA: B. De Blaere Ondervoorzitter: H. Reniers (FEDERPLAST) Coördinator voor de certificatie: J. Verhelst (BCCA) Hoofddeskundige: Secretaris: J. Vienne (BECETEL) J. Verhelst (BCCA) Leden met stemrecht Sectorverantwoordelijke: S. Clerck (SECO) Groep Effectieve leden Vervangers Groep : Openbare Besturen Groep 2: Private gebruikers Groep : Certificaathouders Alessandra Battaglia SPGE Margo Briessinck MOW Philippe Keppens Ghislain Geron Etienne Motte Guido Slaets Jos Robeyns SPW Infrabel Pidpa De Watergroep Olivier Broers Vivaqua Laanait Azdine Philippe Plumier William Martens Marc Scheppermans Claude T Joen George van Halteren Steffen Klauck Marc Eenens CILE Farys Aquafin Federplast (Wavin) Hobas Amiantit Kurio Marc Emonts Federplast (Kabelwerk Eupen) Herman Reniers Federplast (Dyka) Peter Loots Renzo Boelens Federplast (Pipelife) TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl A..2: Samenstelling Sectorale Commissie Herziening: 40/2

Reinhart Demuynck Channelline Stéphanie Kint Federplast A..2 (vervolg) iry Groep : Certificaathouders Francis Poelmans Benny De Blaere Sammy Gruss Vlario Wendy Francken Paul Blomme BCCA Joost Verhelst Stephan Clerck BCCA Joris Vienne Becetel Marc Meyskens Rioconsult Raf Pillaert Copro en Hubert Janssens Philippe Vanspeybroeck Pu blic Groep 5: Leveranciers van grondstoffen BCCA WTCB Dirk Stove Groep 4: Deskundigen Alain Leuridan qu Christophe Cornu OCW (terug naar overzicht bijlagen) TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl A..2: Samenstelling Sectorale Commissie Herziening: 4/2

SAMENSTELLING VAN DE ADVIESRAAD THERMOPLASTISCHE KUNSTSTOFLEIDINGSYSTEMEN Ambtshalve leden A..4 Voorzitter: H. Janssens Directeur BCCA: B. De Blaere Ondervoorzitter: C. T Joen (FEDERPLAST) Coördinator voor de certificatie: J. Verhelst (BCCA) Hoofddeskundige: Secretaris: J. Vienne (BECETEL) J. Verhelst (BCCA) Leden met stemrecht Sectorverantwoordelijke: S. Clerck (SECO) Groep Effectieve leden Vervangers Groep : Openbare Besturen Groep 2: Private gebruikers Groep : Certificaathouders Alessandra Battaglia SPGE Margo Briessinck MOW Philippe Keppens Ghislain Geron Etienne Motte Guido Slaets Jos Robeyns Philippe Plumier William Martens Marc Scheppermans Claude T Joen Marc Eenens SPW Infrabel Pidpa De Watergroep CILE Farys Aquafin Federplast (Wavin) Kurio Marc Emonts Federplast (Kabelwerk Eupen) Herman Reniers Federplast (Dyka) Peter Loots Stéphanie Kint Renzo Boelens Federplast Federplast (Pipelife) TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl A..4: Samenstelling Adviesraad Herziening: 42/2

OCW Alain Leuridan Benny De Blaere BCCA Sammy Gruss iry Francis Poelmans Christophe Cornu WTCB Dirk Stove Groep 4: Deskundigen Hubert Janssens Vlario Wendy Francken BCCA Joost Verhelst qu Paul Blomme BCCA Joris Vienne Becetel Raf Pillaert Copro Philippe Vanspeybroeck en Stephan Clerck Pu blic Groep 5: Leveranciers van grondstoffen A..4 (vervolg) (terug naar overzicht bijlagen) TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl A..4: Samenstelling Adviesraad Herziening: 4/2

A..5. iry SAMENSTELLING VAN HET CERTIFICATIECOMITE THERMOPLASTISCHE KUNSTSTOFLEIDINGSYSTEMEN B. De Blaere (BCCA) Coördinator: qu Directeur: J. Verhelst (BCCA) Sectorverantwoordelijke: S. Clerck (BCCA) J. Vienne (BECETEL) Pu blic en Technisch hoofddeskundige: (terug naar overzicht bijlagen) TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl A..5.: Certificatiecomité herziening 44/2

Voorzitter: Directeur: SAMENSTELLING VAN DE CERTIFICATIERAAD THERMOPLASTISCHE KUNSTSTOFLEIDINGSYSTEMEN Hoofdcoördinator: Coördinator: Sectorverantwoordelijke: Secretaris: Technisch hoofddeskundige: Leden: H. Janssens (SECTOROPERATOR) B. De Blaere (BCCA) R. De Cort (BCCA) J. Verhelst (BCCA) S. Clerck (BCCA) J. Verhelst (BCCA) J. Vienne (BECETEL) C. Cornu (WTCB) P. Blomme (BCCA) A..5.2 TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl A..5.2: Certficatieraad Herziening 45/2

Pu blic en qu iry (terug naar overzicht bijlagen) TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl A..5.2: Certficatieraad Herziening 46/2

A..6 iry LIJST VAN DE GEMANDATEERDE INSPECTIE-INSTELLINGEN. Inspectie-instelling België SECO België Copro Erkenning Accreditatie ISO/IEC 7020 Accreditatie ISO/IEC 7020 Pu blic en qu Land (terug naar overzicht bijlagen) TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl A..6: Inspectie-instellingen Herziening: 47/2

A..7 iry LIJST VAN DE GEMANDATEERDE CONTROLELABORATORIA. Controlelaboratoria Erkenning België BECETEL Accreditatie ISO/IEC 7025 Pu blic en qu Land (terug naar overzicht bijlagen) TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl A..7: Controlelaboratoria Herziening: 48/2

A.4 OCI Inspectie-instelling Erkenningsnr. Pu blic en qu Land iry OVERZICHT VAN DE CERTIFICATIEINSTELLINGEN WAARMEE BCCA EEN AKKOORD VAN WEDERZIJDSE ERKENNING HEEFT EN LIJST VAN DE CONTROLE-INSTELLINGEN (terug naar overzicht bijlagen) TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl A.4: Wederzijdse erkenning Herziening: 49/2

A.6. Blanco typecertificaat TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl A.6.: Blanco typecertificaat Herziening: 50/2

iry qu en blic Pu (terug naar overzicht bijlagen) TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl A.6.: Blanco typecertificaat Herziening: 5/2

A.7. PSF A.7. PLASTICS SEWERAGE FACILITATOR Gebruiksvoorschrift voor certificaathouders Doelgroep: Alle BENOR-certificaathouders van kunststofleidingen en hulpstukken voor de toepassingsgebieden huisaansluitingen en/of straatriolering die producten vervaardigen waarvan de producent aangeeft dat ze voldoen aan de voorwaarden van het Standaardbestek 250. Dit houdt in dat deze volgende eigenschappen hebben: - BENOR-certificatie - Stijfheidsklasse SN8 - PVC-U volgens 40 of PP volgens 852 - Buislengte aangepast aan het toepassingsgebied (ma. m voor straatriolering) - Voorzien van een recyclinggarantie Betrokken partijen: BCCA en certificaathouders. Taken en bevoegdheden van BCCA: BCCA stelt een databank ter beschikking bestaande uit detaillijsten (basislijst genoemd) waarin enkel producten beschikbaar zijn die onder het BENOR-merk op de markt verkregen kunnen worden en die geschikt zijn voor de hier beschouwde toepassingsgebieden straatriolering en huisaansluitingen. Alle certificaathouders kunnen artikels opladen die zijn gekoppeld aan producten uit de basislijst. BCCA kijkt de aangeboden artikels na op correctheid, volledigheid en vorm en publiceert deze na goedkeuring op de website http://www.bcca.product-info.org/. BCCA zorgt voor de terbeschikkingstelling van de nodige gegevens van de certificaten die gelinkt zijn aan de artikels. BCCA garandeert dat de artikels die op de website beschikbaar zijn het voorwerp uitmaken van een geldig certificaat. Taken en bevoegdheden van de certificaathouders: De certificaathouders zullen op basis van de ter beschikking gestelde lijsten hun concrete artikels opladen. De wijze waarop in praktijk het opladen van artikels dient te gebeuren is gedetailleerd beschreven in het document Productfiche voor producent Handleiding voor de web applicatie. Zij verbinden zich ertoe enkel artikels op te laden die volledig beantwoorden aan de hoger gestelde eisen voor de producten (zie doelgroep ). Zij zorgen ervoor dat elk artikel gekoppeld is aan het correcte product uit de basislijst en het correcte certificaat, een uniek artikelnummer heeft en voorzien is van duidelijke foto s van de markering. In geval van onvolledige gegevens en/of onduidelijke foto s zal er geen validatie door BCCA gebeuren en worden de artikels geweigerd. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl A.7.: Plastics Sewerage Facilitator Herziening: 52/2

A.7. PSF iry Tariefstructuur voor certificaathouders: De tariefstructuur is opgebouwd uit drie componenten: een eenmalig instaprecht (toegang tot het systeem), eenmalige initiële validatiekost (nazicht van de opgeladen artikels) en een jaarlijkse gebruikersbijdrage (voor onderhoud van het systeem en voor bijkomende gegevensbehandeling). De bedragen zijn als volgt: Eenmalig instaprecht: Vast bedrag: 6.000 per certificaathouder. Indien gewenst, kan dit betaald worden in twee schijven van.000 gespreid over een periode van 2 jaar. qu Eenmalige initiële validatiekost: Vast bedrag:.500, te vorderen voor de uitvoering van de initiële validatie van de opgeladen artikels. - en Jaarlijkse gebruikersbijdrage: Bestaat uit 2 delen: - IT-onderhoudskost: vast bedrag van.000 Ondersteuning en bijkomende gegevensbehandeling door BCCA: wordt per certificaathouder individueel afgerekend aan de geldende BENOR-uurtarieven* blic *Conventioneel dagtarief, zie A.0. Pu (terug naar overzicht bijlagen) TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl A.7.: Plastics Sewerage Facilitator Herziening: 5/2

A.2 SANCTIES Tekortkomingen die onderhevig zijn aan sancties A.2 A.2. Betalingen Verzaken aan de kosten verbonden aan de certificatie, controle, etern labo, Verwijderen van de website + schriftelijke verwittiging met ultimatum, dan opschorting procedure Benorcertificatie. A.2.2 Onterecht of misleidend gebruik van het Benor-merk A.2.2. Overschrijden van de vastgelegde termijn voor het verwijderen van de BENORmarkering bij opzegging Benor-merk Boete van per dag (bedrag vastgesteld door het Certificatiecomité) te rekenen vanaf de eerste dag van opzegging van het Benor-merk. Publicatie op de website van BCCA en in vaktijdschriften. Indien nodig zullen gerechtelijke stappen genomen worden. A.2.2.2 Het vermelden van verplichte maar van de norm afwijkende markering Onmiddellijk verwijderen of aanpassen van de foute of misleidende markering, de betreffende producties moeten uit de markt genomen en vernietigd worden. Boete van per dag (bedrag vastgesteld door het Certificatiecomité) te rekenen vanaf de eerste dag van vaststelling. Publicatie op de website van BCCA en in vaktijdschriften. Indien nodig zullen gerechtelijke stappen genomen worden. A.2. Bij naamswijziging: Benor markeren zonder dit te melden Tijdens een etra controlebezoek zullen er correctieve maatregelen worden opgesteld, de procedures van de meldingsplicht worden nagegaan. Bij herhaling: etra bezoeken (stockcontrole) - periode bepalen waarin alles in regel moet zijn - zoniet starten van de opschortingsprocedure. A.2.4 Niet-gecertificeerde producten met Benor markeren Bij producenten die een Benor-certificatie hebben voor andere producten: Bij misbruik van de certificatie: - etra controlebezoek - nagaan van de stock, interne procedures beoordelen. - productie vernietigen, aanwezige materialen uit stock halen - geleverde materialen terughalen - klanten schriftelijk op de hoogte brengen met afschrift aan de controleinstelling - nagaan of de Benor-certificatie gewenst is door de fabrikant voor dit product - termijnen vastleggen waarbinnen aan deze voorwaarden moet voldaan zijn, zoniet starten van de opschortingsprocedure voor andere gecertificeerde producten. Bij producenten die geen Benor hebben: NBN op de hoogte brengen. Financiële consequenties: Boete: dient vastgelegd te worden aan de hand van het vastgestelde volume gemarkeerde producten. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_ 206/04/27 nl A.2: Sancties Herziening: 54/2

A.2 (vervolg) qu iry A.2.5 Wijziging van grondstof, systeem, design, productiemethode of uitbreiding (M-N-DP-E) zonder dit te melden Etra controlebezoek - nagaan van de stock, interne procedures beoordelen. - vergelijkende proeven - nagaan of de materialen dezelfde kwaliteiten en eigenschappen van het eindproduct garanderen. - etra monsterneming - of een tweede etra bezoek waar men een reeks proeven op de producten met de nieuwe formulering doet. - termijnen vastleggen waarbinnen aan deze voorwaarden moet voldaan zijn, zoniet starten van de opschortingsprocedure. A.2.6 Interne controles Proeffrequenties onvoldoende volgens reglement: De fabrikant stelt correctieve maatregelen op, etra bezoek waarin de toepassing van deze maatregelen zal worden nagegaan. en Resultaten zelfcontrole niet overeenkomstig en geen herhalingsproeven of gevolg gegeven: De fabrikant stelt correctieve maatregelen op, etra bezoek waarin de toepassing van deze maatregelen zal worden nagegaan. blic A.2.7 Uitrusting Kalibraties en ijkingen niet volgens de bepalingen van het TRA, laboratoriumuitrusting niet vervangen of hersteld na defect: De fabrikant stelt correctieve maatregelen op, etra bezoek waarin de toepassing van deze maatregelen zal worden nagegaan. Pu A.2.8 Eterne proefresultaten Bij niet conforme proefresultaten van de jaarlijkse monsterneming: De fabrikant stelt correctieve maatregelen op, etra bezoek waarin de toepassing van deze maatregelen zal worden nagegaan. (terug naar overzicht bijlagen) TRA: BB-60/65/65 versie: 2_ 206/04/27 nl A.2: Sancties Herziening: 55/2

A. CONTROLE OP MONSTERS IN DE MARKT A. De monsternemingen in de markt gaan van start vanaf de ondertekening van de certificatieovereenkomst. Deze monsternemingen kunnen geschieden naar aanleiding van: gedeelde monsterneming; toevallige vaststellingen in de markt door BCCA van BENOR gemarkeerde producten; klachten van derden (gebruikers). Gedeelde monsterneming De benodigde monsters voor de audit-tests worden gedeeltelijk bij de certificaathouder of productie-eenheid genomen en gedeeltelijk in de markt. De etra kosten gemaakt door BCCA om te kunnen bemonsteren en eventueel de monsters zelf worden door BCCA gedragen. De proefkosten zijn ten laste van de certificaathouder. Monsterneming naar aanleiding van toevalligheden BCCA kan naar aanleiding van toevallige vaststellingen in de markt overgaan tot een monsterneming. De certificaathouder wordt op de hoogte gebracht van de monsterneming. Indien achteraf blijkt dat de bekomen resultaten afwijkend zijn, dan wordt deze monsterneming als etra beschouwd en worden de kosten op de certificaathouder verhaald. Indien de resultaten voldoen aan de gestelde eisen dan kan deze monsterneming als audit testing beschouwd worden. De keuze van de uit te voeren proeven wordt gemaakt uit de bijlage(n) van het TRA BB 60/65/65 van de respectievelijke normen die op de het product van toepassing zijn. Het totale proefpakket zal dit van de normale audit testing niet overschrijden. Monsterneming naar aanleiding van klachten door derden De klacht is steeds schriftelijk. De klager informeert BCCA betreffende de plaats waar de producten zich bevinden. BCCA verwittigt de certificaathouder en nodigt deze uit om samen de betrokken producten te identificeren en monsters te nemen. De betrokken producten worden afgebakend en zullen pas vrijgegeven worden nadat de proefresultaten bekend zijn. Het Certificatiecomité beslist over de aard van de uit te voeren proeven en de keuze wordt gemaakt uit de bijlage(n) van het TRA BB 60/65/65 van de respectievelijke normen die op de betrokken producten van toepassing zijn. Alle hieraan verbonden kosten (monsters, monsterneming, laboratoriumkosten) worden in eerste instantie door BCCA betaald. Indien uit de vaststellingen blijkt dat de bemonsterde producten afwijkend zijn, dan zullen al de gemaakte kosten op de certificaathouder van de non-conforme producten verhaald worden en moeten de betrokken producten vernietigd worden. In het andere geval zal de klager de kosten geheel of gedeeltelijk mee dragen. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl A.: Controle op monsters in de markt Herziening: 56/2

Pu blic en qu iry (terug naar overzicht bijlagen) TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl A.: Controle op monsters in de markt Herziening: 57/2

B B Teneinde rekening te houden met de geldende klimatologische omstandigheden, de verenigbaarheids- en gebruikseisen, leggen deze bijlagen de keuze vast uit de verschillende varianten welke voorzien zijn in de betreffende normen. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl Bijlage B Herziening: 58/2

B..5 Lijst controleschema s B..5.. FPC-Schema iry B..5.2. Intern/etern ITT-Schema Zelfcontrole afgewerkt product, periodieke eterne proeven 65-29 PVC-U afvoer van afvalwater in gebouwen: qu B..5.. FPC-schema B..5.2. Intern/etern ITT-schema, Zelfcontrole afgewerkt product, periodieke eterne proeven 65-40 PVC-U ondergrondse afvoer van afvalwater: B..5.. FPC-schema B..5.2.2 Intern/etern ITT-schema, Zelfcontrole afgewerkt product, periodieke eterne proeven 65-59 PE afvoer van afvalwater in gebouwen: en B..5..2 FPC-schema B..5.2. Intern/etern ITT-schema, Zelfcontrole afgewerkt product, periodieke eterne proeven 65-2666 PE ondergrondse afvoer van afvalwater: B..5..2 FPC-schema B..5.2.4 Intern/etern ITT-schema, Zelfcontrole afgewerkt product, periodieke eterne proeven 65-566 PVC-C afvoer van afvalwater in gebouwen: blic B..5.. FPC-schema B..5.2.5 Intern/etern ITT-schema, Zelfcontrole afgewerkt product, periodieke eterne proeven 65-452 PVC-U persleidingen voor het transport van drinkwater: B..5.. FPC-schema B..5.2.6 Intern/etern ITT-schema Zelfcontrole afgewerkt product, periodieke eterne proeven 65-852 PP ondergrondse afvoer van afvalwater: Pu B..5.. FPC-schema B..5.2.7 Intern/etern ITT-schema, Zelfcontrole afgewerkt product, periodieke eterne proeven 65-220 PE persleidingen voor de afvoer van afvalwater: B..5..2 FPC-schema B..5.2.8 Intern/etern ITT-schema, Zelfcontrole afgewerkt product, periodieke eterne proeven TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B.5: Controleschema s Herziening: 59/2

B..5 (vervolg) 65-476- PVC/PP/PE kunststofleidingsysteem met gestructureerde wand type B: iry B..5.. FPC-schema PVC B..5..2 FPC-schema PE B..5.. FPC-schema PP B..5.2.0 Intern/etern ITT-schema, Zelfcontrole afgewerkt product, periodieke eterne proeven 65-T42-604/605 PVC /PP Aansluitstukken voor rioleringen: qu B..5.. FPC-schema PVC B..5.. FPC-schema PP B..5.2. Intern/etern ITT-schema, Zelfcontrole afgewerkt product, periodieke eterne proeven 60-598- Aanvullende hulpstukken en inspectieputten: en B..5.. FPC-schema PVC B..5..2 FPC-schema PE B..5.. FPC-schema PP B..5.2. Intern/etern ITT-schema, Zelfcontrole afgewerkt product, periodieke eterne proeven 60-598-2 Grote inspectieputten en inspectiekamers: B..5.. FPC-schema PVC B..5..2 FPC-schema PE B..5.. FPC-schema PP B..5.2.4 Intern/etern ITT-schema, Zelfcontrole afgewerkt product, periodieke eterne proeven blic 65-45 PP voor de afvoer van afvalwater in gebouwen: B..5.. FPC-schema B..5.2.5 Intern/etern ITT-schema, Zelfcontrole afgewerkt product, periodieke eterne proeven 65-T42-5 Infiltratie-transportriool (IT-riool) voor regenwater: Pu B..5.. FPC-schema PVC B..5..2 FPC-schema PE B..5.. FPC-schema PP B..5.2.6 Intern/etern ITT-schema, Zelfcontrole afgewerkt product, periodieke eterne proeven 65-T42-606 Polypropyleen (PP) infiltratiekratten voor regenwater: B..5.. FPC-schema PP B..5.2.7 Intern/etern ITT-schema, Zelfcontrole afgewerkt product, periodieke eterne proeven Opmerking: voor de FPC-checklist (procedures): zie bijlage B.2..2. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B.5: Controleschema s Herziening: 60/2

B..5.. FPC-schema: PVC-U, PVC-C (reglement) B.4. B.4.2 B.4.6 Grondstof: -PVC-U, PVC-C B..5.. PVC-U/PVC-C Item Waarop controle? Hoe? Frequentie Registratie - k-waarde - vluchtige bestanddelen - zeefanalyse - bulk density - recyclaat -herkomst: enkel eigen materiaal -reinheid en hoedanigheid productafhankelijk (in te stellen bij productie) (+zeef voor korrelgrootte) -% toevoeging - toeslagstoffen - vulstoffen - stabilisatoren - glijmiddel - 922 - ISO 269 - ISO 460 - ISO 60 - visuele controle -per productie -bij elke levering certificaat leverancier, tenzij anders overeengekomen met de producent - steekproefsgewijze controle bij levering -per productie -per productie Certificaat leverancier of volgens specificaties gebruiker. producent producent producent - kleurstoffen Productiefasen: -compound: totale samenstelling - Samenstelling methode producent per methode te bepalen producent -recyclaat - Samenstelling methode producent per methode te bepalen producent -etruderen - procesparameters methode producent per methode te bepalen producent TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B.5..: FPC-schema PVC-U/PVC-C Herziening: 6/2

(reglement) B.4.2 B.4.6 B.4.4 B B..5.. PVC-U/PVC-C Item Waarop controle? Hoe? Frequentie Registratie - spuitgieten - procesparameters -matrijseigenrecyclaat (aanspuitstukken) - verpakking -aard: - dozen, paletten, zakken, -merking: etiketten, Productkwaliteit: (voor iedere bevestigde eigenschap per product of productgroep) -Eigenschap opdruk, testresultaat methode producent per methode te bepalen producent Visueel - aard - merking - bij elke bestelling producent Overeenkomstige norm per type product producent -Kwaliteit beheer correctieve maatregelen methode producent producent Logistiek - Declassering - Bestellingen - Voorraadbeheer interne procedure methode producent producent - Epeditie - Merking TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B.5..: FPC-schema PVC-U/PVC-C Herziening: 62/2

B..5..2 (reglement) B.4. B.4.2 B.4.6 FPC-schema: PE Grondstof: - PE 40 - PE 6 - PE 80 - PE 00 B..5..2 PE Item Waarop controle? Hoe? Frequentie Registratie - OIT - MFR - Densiteit - Vluchtige bestanddelen - Gehalte koolstofzwart - Pigmentverdeling - Watergehalte - Recyclaat - herkomst - reinheid en hoedanigheid -% toevoeging Productiefasen: - ISO 57-6 - ISO - ISO 8-2099 - ISO 6964 - ISO 855 - ISO 552, ISO 760, EN 28 - enkel eigen materiaal - visuele controle - productafhankelijk (in te stellen bij productie) (+ zeef voor korrelgrootte) - bij elke levering certificaat leverancier, tenzij anders overeengekomen met de producent - steekproefsgewijze controle bij levering - per productie - per productie - per productie - etruderen - procesparameters - visueel - 4/uur - spuitgieten - procesparameters - matrijseigenrecyclaat (aanspuitstukken) -Verpakking - aard: dozen, paletten, zakken, - merking: etiketten, opdruk, producent producent producent - visueel - 4/uur producent Visueel - aard - merking - bij elke bestelling producent TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5..: FPC-schema PE Herziening: 6/2

(reglement) B.4.4 B B..5..2 PE (vervolg) Item Waarop controle? Hoe? Frequentie Registratie Productkwaliteit: (voor iedere bevestigde eigenschap per product of productgroep) -Eigenschap test resultaat Overeenkomstige norm per type product producent -Kwaliteit beheer correctieve maatregelen Methode producent producent Logistiek - Declassering - Bestellingen - Voorraadbeheer interne procedure Methode producent producent - Epeditie - Merking TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5..: FPC-schema PE Herziening: 64/2

B..5.. FPC-schema: PP (reglement) B.4. B.4.2 B.4.6 B..5.. PP Item Waarop controle? Hoe? Frequentie Registratie Grondstof: - PP - PP-Copolymeer - HM-PP - PP-R - OIT - MFR - Volumieke massa - ISO 57-6 - ISO - ISO 8 - bij elke levering certificaat leverancier, tenzij anders overeengekomen met de producent - steekproefsgewijze controle bij levering producent - Recyclaat - herkomst - reinheid en - enkel eigen materiaal (+zeef voor korrelgrootte) - per productie - per productie hoedanigheid - % toevoeging - visuele controle - productafhankelijk (in te stellen bij productie) - per productie producent Productiefasen: - etruderen - procesparameters - visueel - 4/uur producent - spuitgieten - procesparameters - matrijseigenrecyclaat - visueel - 4/uur producent (aanspuitstukken) - Verpakking - dozen, paletten, Visueel - bij elke bestelling zakken, - aard producent - etiketten - merking TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5..: FPC-schema PP Herziening: 65/2

(reglement) B.4.4 B B..5.. PP (vervolg) Item Waarop controle? Hoe? Frequentie Registratie Productkwaliteit: (voor iedere bevestigde eigenschap per product of productgroep) -Eigenschap -Kwaliteit beheer Logistiek - Declassering - Bestellingen - Voorraadbeheer - Epeditie - Merking test resultaat correctieve maatregelen Methode producent Overeenkomstige norm per type product producent producent interne procedure Methode producent producent TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5..: FPC-schema PP Herziening: 66/2

B..5.2. 29 Etern ITT-Schema, zelfcontrole afgewerkt product - intern controleschema, periodieke eterne proeven (audit tests) B..5.2. 29 Kunststofleidingsystemen van ongeplasticeerd PVC (PVC-U) voor de afvoer van afvalwater (bij lage en hoge temperatuur) in gebouwen. B..5.2.. Inleiding Deze bijlage aan het TRA BB 60/65/65 is geïnspireerd op de CEN/TS 29-2: Guidance for assessment of conformity. B..5.2..2 Technische specificaties De hierna vermelde punten (hier cursief aangeduid) worden in de norm 29- en de PTV 005 uitvoerig beschreven. Materiaal Het compound moet voldoen aan de vereisten vermeld in punt 4., punt 6. (tabel ) van de CEN-TS 29-2. Het basismateriaal (PVC-hars) gebruikt voor de productie van de buis moet voldoen aan de vereisten van punt 4.2 en punt.4 van de PTV 005. Het basismateriaal (PVC-hars) gebruikt voor de productie van de hulpstukken moet voldoen aan de vereisten van punt 4. en punt.4 van de PTV 005. Toepassen van reeds gebruikt materiaal Zie punt.4 van PTV 005. Buitendiameter van de buizen Volgens punt 6.2. De toegelaten diameters zijn DN 2, 40, 50, 75, 90, 0, 25, 60, 200, 250 en 5. Wanddikte en toepassingsgebied Volgens punt 6.2.5 Om gebruiksverwarring bij de gebruikers op de bouwmarkt te voorkomen, wordt het overlappend gebruik van deze normen als volgt gereglementeerd: Voor de bovengrondse toepassingen in gebouwen (sanitair) zal voor de buizen enkel de gebruikscode B van toepassing gesteld worden (van de norm 29). Voor de ingegraven toepassingen in gebouwen moeten de buizen conform zijn met de NBN EN 40. Afmetingen van de verbindingen met dichtingsring Volgens punt 6.4.2 In geval van buizen met dubbele markering voor de overlappende types van de 40 en 29 en voor toepassingsgebied BD, is enkel het type M (type medium) volgens tabel van de norm toegelaten, en het type L volgens tabel 5 van de norm voor de epansiemoffen. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.: 29 Herziening: 67/2

B..5.2. 29 In geval van buizen met dubbele markering voor de overlappende types van de 40 en 29 en voor toepassingsgebied BD, dienen de insteekdieptes van deze verbindingen te voldoen aan deze van tabel van de 29. Lijmverbindingen en spie-einden Volgens punt 6.4. Lijmverbindingen zijn toegelaten. Markering Volgens punt Zie eveneens B. Markering van het TRA BB 60/65/65. Voor de buizen is de markering steeds: B-SANITAIR (binnen gebouwen) De markering van de buizen is in zwarte kleur. Voor de hulpstukken enkel de markeringen B of BD. Voor diameters < 75 mm dienen volgende gegevens ingedrukt te worden : FABRIKANT EN 29 BENOR. De andere verplichte gegevens uit de norm mogen ingedrukt of op een etiket op het hulpstuk voorzien worden. Voor diameters vanaf 75 mm dienen alle gegevens ingedrukt te worden. B..5.2.. Organisatie van de controle Controle van de overeenkomst van de producten met de normen diametergroepen: van toepassing op buizen en hulpstukken Diametergroep Nominale diameter, DN 2-40-50-75-90 2 0-25-60-200 250-5 componentgroepen: van toepassing op hulpstukken Componentgroep Type bochten 2 vertakkingen Andere (verloopstukken, koppelstukken, overgangsstukken, ) Proeven uit het aanvaardingsonderzoek. De proeven hebben betrekking op alle karakteristieken die voorzien zijn door de norm en worden verricht door het laboratorium aangeduid volgens artikel A..5 van het TRA BB 60/65/65. De tabel geeft het detail van de uit te voeren proeven en het aantal te nemen monsters, rekening houdende met de indeling in groepen. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.: 29 Herziening: 68/2

B..5.2. 29 Opmerking : Indien de fabrikant van lijmtype verandert, dienen de gebruiksgeschiktheidstesten opnieuw uitgevoerd te worden. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.: 29 Herziening: 69/2

Buizen Proef Norm 29 Frequentie Aanvaardingsproeven tabel N 2 D M 4 E 5 P 6 frequentie zelfcontrole Audit testing ( ) PVC hoeveelheid 905 4. / compound / jaar Aspect/Kleur 29 5./5.2 / diametergroep Afmetingen ( 7 ) EN ISO 26 6./6.2 / nominale afmeting Vicat Verwekingstemperat uur Weerstand tegen dichloormethaan DSC ( 8 ) 727 8. 2 / compound 580 8. 2 / compound ISO 87- Slagvastheid 744 7. 8 Lengtekrimp na verwarming ISO 2505 8. 2 / compound / diametergroep / compound 8. 2 / diametergroep Markering (7) 29.2 24 / diametergroep bij opstarten en /8h/etrusielijn bij opstarten en /8h/etrusielijn /week/ etrusielijn /week/ etrusielijn bij opstarten en /dag/etrusielijn /week/ etrusielijn bij opstarten en /8h/etrusielijn aantal B..5.2. 29 grootte TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.: 29 Herziening: 70/2 volgens norm volgens norm criteria 80 % / jaar grijs: ral 707 / jaar / compound / jaar / jaar / jaar 4 / jaar ( ) 2 ± cm² 79 C volgens norm 60 mm afgeschuind 200 ± 0 mm Geen enkele aantasting aan de oppervlakte van het teststuk B-onset temperature 85 C TIR (werkelijk breukpercentage) 0 % / jaar 200 mm 5 % / jaar

Buizen (vervolg) Proef Norm PTV 005 Frequentie Aanvaardingsproeven N D M E P frequentie zelfcontrole Audit testing ( ) Trekproef ISO 6259-/2. /week/etrusielijn / jaar Dichtheid ISO 8- aantal grootte B..5.2. 29 TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.: 29 Herziening: 7/2 volgens norm volgens norm. / compound /week/compound / jaar ± cm² Kleur 29.2 / diametergroep bij opstarten en / 8h / type criteria vloeigrens 45 MPa breukrek 80 %,8,48 g/cm³ / jaar Ral 707

iry Hulpstukken Proef Norm Frequentie Aanvaardingsproeven tabel N D M E P 905 4. / compound Aspect/kleur 29 5./5.2 / diametergroep / componentgroep 6./6. / diametergroep / componentgroep EN ISO 26 bij opstarten en / 8h / type Audit testing () aantal grootte criteria / jaar volgens norm volgens norm 85 % / compound / jaar 2 ± cm² 79 C / componentgroep / jaar 200: 5 > 200: / componentgroep / jaar (a) bij opstarten / componenten groep / jaar / 8h / type (b) bij opstarten 8.2 206 7.. Ovenproef () ISO 580 8.2 Markering (9) 29. 20 / compound / diametergroep / componentgroep 22 / diametergroep / componentgroep / dag / type, ten minste / productiebatch / componentgroep / jaar 25 / diametergroep / componentgroep bij opstarten / componentgroep / jaar Pu 727 Valtest (0) TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl blic Afmetingen (9) (a) inwendige mof diameter en spieeind. (b) wanddikte mof/spie/lichaam Vicat Verwekingstempera tuur en PVC hoeveelheid frequentie zelfcontrole qu 29 B..5.2. 29 B..5.2.: 29 Herziening: Geen breuken volgens norm 72/2

Norm PTV 005 Kleur 29 Frequentie Aanvaardingsproeven N D M E P / diametergroep / componentgroep.2 29 tabel Waterdichtheid EN 05 9 2 Luchtdichtheid EN 054 9 2 EN 055 9 2 Gecombineerde dichtheidsproeven EN 277 9 2 Frequentie Aanvaardingsproeven N D M / diametergroep en moftype inclusief dichtingselement () / diametergroep en moftype inclusief dichtingselement () bij opstarten en / 8h / type / componentgroep / jaar E frequentie zelfcontrole aantal grootte criteria Ral 707 Audit testing () aantal grootte criteria / jaar / type dichting volgens norm Geen lekken / jaar / type dichting volgens norm Geen lekken / type dichting en moftype (4) / diametergroep en moftype Pu Cyclische proef bij verhoogde temperatuur blic Norm Audit testing () en Gebruiksgeschiktheid (2) Proef frequentie zelfcontrole qu Proef iry Hulpstukken (vervolg) B..5.2. 29 / jaar / type dichting volgens norm / jaar volgens norm Geen lekken Toegelaten doorbuiging: 50 mm > 50 0,05dn Geen lekken Verschil in onderdruk: -0,27 bar (terug naar overzicht schema s) TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.: 29 Herziening: 7/2

Het controleorganisme heeft het recht te beslissen of de proeven in een onafhankelijk laboratorium of bij de fabrikant worden uitgevoerd. In het laatste geval is de inspecteur aanwezig. Lange duur proeven en proeven voor de gebruiksgeschiktheid worden steeds in een onafhankelijk laboratorium uitgevoerd. 2 Nieuw systeem. B..5.2. 29 Nieuw ontwerp. 4 Nieuw materiaal. 5 Uitbreiding van het productgamma. 6 Verandering van de productiemethode. 7 diameter / diametergroep wordt in het onafhankelijk laboratorium gecontroleerd. De overige diameters worden bij de fabrikant door het controleorganisme nagekeken. 8 Alternatieve testmethode om de gelering te bepalen. Indien voor deze proef gekozen wordt dan dient de proef weerstand tegen dichloormetaan ( 580) niet te worden uitgevoerd. 9 diameter / componentgroep wordt in het onafhankelijk laboratorium gecontroleerd. De overige diameters worden bij de fabrikant door het controleorganisme nagekeken. 0 Enkel voor hulpstukken met 0 en gemarkeerd BD. Enkel voor spuitgegoten hulpstukken. 2 Testen uit te voeren door zowel de buis- als de hulpstukfabrikant. De fabrikant van enkel hulpstukken of enkel buizen duidt de voor de proeven benodigde eterne buizen of hulpstukken aan en indien van toepassing de voor het systeem toe te passen lijm. Enkel testen indien de mof van het hulpstuk verschilt van de mof van de buis. 4 Een combinatie van lijmverbindingen en verbindingen met dichtingsring is toegestaan. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.: 29 Herziening: 74/2

B..5.2.2 40 Etern ITT-Schema, zelfcontrole afgewerkt product intern controleschema, periodieke eterne proeven (audit tests) B..5.2.2 40 Kunststofleidingsystemen van ongeplasticeerd PVC (PVC-U) voor de drukloze ondergrondse afvoer van afvalwater. B..5.2.2. Inleiding Deze bijlage aan het TRA BB 60/65/65 is geïnspireerd op de CEN/TS 40-2: Guidance for assessment of conformity. B..5.2.2.2 Technische specificaties De hierna vermelde punten (hier cursief aangeduid) worden in de norm 40- en de PTV 005 uitvoerig beschreven. De algemene eigenschappen van de buizen en van de hulpstukken moeten voldoen aan de vereisten van bijlage B van de norm. Materiaal Het compound moet voldoen aan de vereisten vermeld in punt 4. en punt 4..2 (tabel ) van de CEN/TS 40-2. Het basismateriaal (PVC-hars) gebruikt voor de productie van de buis moet voldoen aan de vereisten van punt 4.2 en punt.4 van de PTV 005. Het basismateriaal (PVC-hars) gebruikt voor de productie van de hulpstukken moet voldoen aan de vereisten van punt 4. en punt.4 van de PTV 005. Toepassen van reeds gebruikt materiaal Zie punt.4 van PTV 005. Densiteit Zie punt. van de PTV 005. Kleur Volgens punt 5.2 en punt.2 van de PTV 005 De buizen en hulpstukken moeten homogeen ingekleurd zijn over de gehele wanddikte. Co-etrusie wordt niet toegestaan. Buitendiameter van de buizen Volgens punt 6.2. De toegelaten diameters zijn DN 0, 25, 60, 200, 250, 5, 400, 500 en 60. Wanddikte en toepassingsgebied Volgens punt 6.2.5 Om gebruiksverwarring bij de gebruikers op de bouwmarkt te voorkomen, wordt het overlappend gebruik van deze normen als volgt gereglementeerd: Voor het overlappend ingegraven gebruik (binnen- en buitenriool) zal enkel de gebruikscode UD in de buisreeksen SDR 4 & SDR 4, zowel binnen als buiten gebouwen aangewend worden. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.2: 40 Herziening: 75/2

B..5.2.2 40 Afmetingen van de verbindingen met dichtingsring en van de spie-einden Voor de types 0, 25 en 60 met enkele markering: zie punt.5 van de PTV 005. In geval van dubbele markering voor de overlappende types van de 40 en 29 en voor toepassingsgebied BD, dienen de insteekdieptes van deze verbindingen te voldoen aan deze van tabel van de 29. Lijmverbindingen en spie-einden Volgens punt 6.4.2 Lijmverbindingen zijn toegelaten. Markering Volgens punt 2 Zie eveneens B. Markering van het TRA BB 60/65/65. Voor de markering van de buizen gelden de volgende codes van de toepassingszone: Roodbruin met zwarte opdruk: UD-RIOOL EGOUT (ingegraven riool vuilwater, gebruik binnen en buiten gebouwen) U-RIOOL EXT - EGOUT (ingegraven riool vuilwater, enkel buiten gebouwen) Grijs met zwarte opdruk: UD-RIOOL EGOUT (ingegraven regenwaterriool, gebruik binnen en buiten gebouwen) U-RIOOL EXT - EGOUT (ingegraven regenwaterriool enkel buiten gebouwen) De hulpstukken worden voorzien van de markering van het toepassingsgebied U of UD naargelang het geval. Bij gebruik van stickers op de hulpstukken, dienen deze duurzaam te zijn en onverwijderbaar. Indien de sticker zou verdwenen zijn, het BENOR-logo niet rechtstreeks in het hulpstuk staat en de naspeurbaarheid ontoereikend is, kan het BENOR-merk niet meer gegarandeerd worden. B..5.2.. Organisatie van de controle Controle van de overeenkomst van de producten met de normen Bemonstering diametergroepen: van toepassing op buizen en hulpstukken Diametergroep Nominale diameter, DN 0-25-60-200 2 250-5-400 500-60 TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.2: 40 Herziening: 76/2

B..5.2.2 40 componentgroepen: van toepassing op de hulpstukken Componentgroep Type bochten 2 vertakkingen Andere (verloopstukken, koppelstukken, overgangsstukken, ) Proeven uit het aanvaardingsonderzoek De proeven hebben betrekking op alle karakteristieken die voorzien zijn door de norm en worden verricht door het laboratorium aangeduid volgens artikel A..5 van het TRA BB- 60/65/65. De tabel geeft het detail van de uit te voeren proeven en het aantal te nemen monsters, rekening houdende met de indeling in groepen. Opmerking: Indien de fabrikant van lijmtype verandert, dienen de gebruiksgeschiktheidstesten opnieuw uitgevoerd te worden. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.2: 40 Herziening: 77/2

Proef Buizen Norm 40- frequentie Aanvaardingsproeven tabel N 2 D M 4 E 5 P 6 frequentie zelfcontrole Audit testing ( ) PVC hoeveelheid 905 4. /compound / jaar Aspect/kleur 40 5. / diametergroep Afmetingen ( 7 ) ( 8 ) ( 9 ) Vicat Verwekingstempe ratuur Weerstand tegen dichloormethaan DSC ( 0 ) 40 6.2/ 6.4,4,5,6,7,8 / nominale afmeting 727 8. 2 / compound bij opstarten en /8h/etrusielijn bij opstarten en /8h/etrusielijn aantal B..5.2.2 40 grootte TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B.5.2.2: 40 Herziening: 78/2 / jaar / jaar / samenstelling / jaar 580 8. 2 / compound /week/etrusielijn / jaar ISO 87- Slagvastheid 744 7. 9 ringstijfheid ( ) ISO 9969 bijlage B volgens norm / compound /week/etrusielijn / jaar 4 / diametergroep / compound bij opstarten en /dag/etrusielijn / jaar ( Ø) / diametergroep / jaar criteria volgens norm 80 % 2 ± cm² 77 C volgens norm 60 mm afgeschuind 200 ± 0 mm 00 ± 0 mm Geen aantasting aan de oppervlakte van het proefstuk (volgens norm) B-onset temperature 85 C TIR (werkelijk breukpercentage) 0 % 2kN/m² --> SDR 5 4kN/m² --> SDR 4 8kN/m² --> SDR 4

iry Buizen (vervolg) Markering (8) N D M E P / diametergroep / diametergroep 6 / diametergroep ISO 2505 8. 2 ISO 67 4.2 40 2.2 PTV 005 Dichtheid Kleur Norm ISO 8-. 40.2 Afmetingen: Insteekdiepte mof : Amin Trekproef.5 ISO 6259-/2. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl frequentie zelfcontrole Audit testing () aantal grootte criteria /week/etrusielijn / jaar 200 mm 5% / samenstelling / jaar dn < 5 : m dn 5:,5 m 60 C - 0 MPa 000 h criteria frequentie Aanvaardingsproeven bij opstarten en /8h/etrusielijn / jaar frequentie zelfcontrole Audit testing () aantal grootte / week / compound / jaar ± cm² N D M E / compound / diametergroep bij opstarten en /8h/etrusielijn / jaar / nominale afmeting bij opstarten / jaar Pu Proef frequentie Aanvaardingsproeven qu Inwendige drukproef 40- tabel en Lengtekrimp na verwarming Norm P blic Proef B.5.2.2: 40 B..5.2.2 40 /week/etrusielijn volgens norm Herziening:,8,48 g/cm³ roodbruin: ral 802 grijs: ral 707 0 Amin =40 mm 25 Amin =4 mm 60 Amin= 50 mm vloeigrens 45 MPa breukrek 80 % 79/2

40 Vicat Verwekingstemperatuur Ovenproef ( ) Slagvastheid (4) NBN EN 727 ISO 580 206 PTV 005 / compound 5./ 5.2 / diametergroep / componentgroep 6. 8.2 5,6,7,8 / diametergroep / componentgroep qu Afmetingen (7) (2) (a) inwendige mof diameter en spieeind. (b) wanddikte mof/spie/lichaam 4. / samenstelling 8.2 / diametergroep / componentgroep 8.2 / diametergroep / componentgroep TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl bij opstarten en / 8h / type Audit testing () aantal grootte / componentvolgens norm volgens norm groep /jaar / componentgroep / jaar criteria 85 % (a) bij opstarten en / component / 8h / type groep / jaar (b) bij opstarten.7 frequentie zelfcontrole en Aspect/Kleur 905 40 blic PVC hoeveelheid Norm frequentie Aanvaardingsproeven N D M E P Pu Proef 40- tabel iry Hulpstukken B..5.2.2 40 B.5.2.2: 40 dn 60 /dag/type, dn 200 /week/type, tenminste / productiebatch ongeacht het type 77 C / samenstelling / jaar 2 / componentgroep / jaar Volgens norm / componentgroep / jaar 200: 5 > 200: Geen breuken Herziening: ± cm² ( 79 C toep.gebied D 200) 80/2

Hulpstukken (vervolg) (0,5 bar -min) Inwendige drukproef Markering (2) Proef 7.2 / diametergroep / componentgroep 05 8.2 4 / diametergroep / componentgroep ISO 67 4. 2 / compound 40 2. 7 / diametergroep / componentgroep Norm PTV 005 Aspect/Kleur ISO 26.5.2 TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl Audit testing () / componentgroep / jaar / 8 h/ type (maimum 4%) bij opstarten en / machine / samenstelling / jaar / componentgroep / jaar frequentie zelfcontrole frequentie Audit tests frequentie Aanvaardingsproeven N D M E P B..5.2.2 40 aantal hulpstuk + buis met dezelfde DN hulpstuk + buis met dezelfde DN grootte Geen breuken, barsten of lekken Geen lekken 60 C - = 6, MPa 000 h aantal Criteria grootte Criteria / diametergroep / componentgroep bij opstarten / componentgroep / jaar 0 Amin =40 mm 25 Amin =4 mm 60 Amin= 50 mm / diametergroep / componentgroep bij opstarten en / 8h / type / componentgroep / jaar roodbruin: ral 802 grijs: ral 707 Pu Afmetingen Insteekdiepte mof : Amin qu Waterdichtheid (5) 2256 frequentie zelfcontrole en Mechanische weerstand (5) Norm frequentie Aanvaardingsproeven N D M E P blic Proef 40- tabel iry B.5.2.2: 40 Herziening: 8/2

Gecombineerde dichtheidsproeven Proef Norm 277 9 5 PTV 005 tabel N D / diametergroep en moftype frequentie Aanvaardingsproeven N D / diametergroep en moftype.6 iry frequentie zelfcontrole Audit testing () M E M E frequentie zelfcontrole aantal grootte criteria / jaar/ moftype inclusief dichtingselement (7) volgens norm Geen lekken Verschil in onderdruk: 0,0 bar Audit testing () aantal grootte criteria / jaar/ moftype inclusief dichtingselement (7) volgens norm Geen lekken Pu blic Gecombineerde dichtheidsproeven bij bar 277 frequentie Aanvaardingsproeven en Proef 40- tabel qu Gebruiksgeschiktheid (6) Norm B..5.2.2 40 TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B.5.2.2: 40 Herziening: 82/2

iry (terug naar overzicht schema s) B..5.2.2 40 Pu blic en qu Het controleorganisme heeft het recht te beslissen of de proeven in een onafhankelijk laboratorium of bij de fabrikant worden uitgevoerd. In het laatste geval is de inspecteur aanwezig. Lange duur proeven en proeven voor de gebruiksgeschiktheid worden steeds in een onafhankelijk laboratorium uitgevoerd. 2 N: Nieuw systeem. D: Nieuw ontwerp. 4 M: Nieuw materiaal. 5 E: Uitbreiding van het productgamma. 6 P: Verandering van de productiemethode. 7 Voor de afmetingen van verbindingen met dichtingsring: zie eveneens PTV 005. 8 diameter / diametergroep wordt in het onafhankelijke laboratorium gecontroleerd. De overige diameters worden bij de fabrikant door het CO nagekeken. 9 Afschuining: indien van toepassing. 0 Alternatieve testmethode om de gelering te bepalen. Indien voor deze proef gekozen wordt dan dient de proef weerstand tegen dichloormetaan ( 580) niet te worden uitgevoerd. 2 kn/m² voor de klasse SDR 5-4 kn/m² voor de klasse SDR 4-8 kn/m² voor de klasse SDR 4. Voor Benor hulpstukken met dezelfde wanddikte als de corresponderende buis moet de ringstijfheid groter of gelijk zijn aan deze van de buis. De ringstijfheid van de BENOR hulpstukken komt dus overeen met deze van de corresponderende buis. De reële waarden van de ringstijfheid voor hulpstukken zullen bepaald worden volgens ISO/DIS 967 (bijlage aan de 40). 2 diameter / componentgroep wordt in het onafhankelijke laboratorium gecontroleerd. De overige diameters worden bij de fabrikant door het CO nagekeken. Enkel voor spuitgiethulpstukken. 4 Voor DN>DN200: valhoogte is 500 mm (zie PTV 005). 5 Enkel voor die hulpstukken die uit meer dan één stuk gemaakt zijn. 6 Testen uit te voeren zowel door de hulpstuk- als door de buisfabrikant. De fabrikant van enkel hulpstukken of enkel buizen duidt de voor de proeven benodigde eterne buizen of hulpstukken aan. 7 Enkel te testen indien de mof van het hulpstuk verschilt van de mof van de buis. Bij voorkeur geen bochten bemonsteren (dit vereenvoudigt de proefopstelling). TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B.5.2.2: 40 Herziening: 8/2

B..5.2. 59 Etern ITT-Schema, zelfcontrole afgewerkt product intern controleschema, periodieke eterne proeven (audit tests). B..5.2. 59 Kunststofleidingsystemen van polyethyleen (PE) voor de afvoer van afvalwater (bij lage en bij hoge temperatuur) in gebouwen. B..5.2.. Inleiding Deze bijlage aan het TRA BB 60/65/65 is geïnspireerd op de CEN/TS 59-2: Guidance for assessment of conformity. B..5.2..2 Technische specificaties De hierna vermelde punten (cursief aangeduid) worden in de norm 59- en de PTV 004 uitvoerig beschreven. De algemene eigenschappen van buizen en hulpstukken moeten voldoen aan de bijlage A van de norm. Materiaal Het materiaal moet minimum PE 80 zijn. Het materiaal voor buizen en hulpstukken moet voldoen aan de vereisten vermeld in de punten 4., 4.2, 4., 4.4 en 4.5. Kleur Volgens punt 5.2 De kleur van de buizen en hulpstukken is zwart, RAL 9005. Buitendiameters van de buizen Volgens punt 6.2. De toegelaten diameters zijn: DN 2, 40, 50, 56, 6, 75, 90, 0, 25, 60, 200, 250 en 5. Wanddikte en toepassingsgebied Volgens punt 6.2.4 De buizen van reeks S6 mogen enkel voor toepassingsgebied B gebruikt worden. Voor toepassingsgebied BD zijn enkel buizen toegelaten van de reeks S 2,5 en DN > 75 (toepasbaar binnen gebouwen en ingegraven in de structuur van gebouwen). Afmetingen van de verbindingen met dichtingsring en van de spie-einden Volgens punt 6.4. Verbindingen met dichtingsring worden enkel gebruikt als uitzettingsdichting in vast gemonteerde opstellingen. De lengte A moet van het type L zijn. Lasverbindingen en verbindingsstukken Als lasverbinding voor buizen en hulpstukken wordt enkel het lassen van buiseinde tegen buiseinde (spiegellas) of het gebruik van elektrolasmoffen toegestaan. Markering Volgens punt Zie eveneens B. Markering van het TRA BB 60/65/65. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.: 59 Herziening: 84/2

B..5.2. 59 Voor de buizen is de markering als volgt: B-SANITAIR (binnen gebouwen) BD-SANITAIR (ingegraven in de structuur van het gebouw) De hulpstukken worden voorzien van de markering van het toepassingsgebied B of BD naargelang het geval. B..5.2.. Organisatie van de controle Controle van de overeenkomst van de producten met de normen - diametergroepen: van toepassing op buizen en hulpstukken Diametergroep Nominale diameter, DN 2-40-50-56-6 2 75-90-0-25-60 200-250-5 - componentgroepen: van toepassing op hulpstukken Componentgroep Type bochten 2 vertakkingen andere (verloopstukken, overgangsstukken, ) Opmerking : Alle volgende proevenreeksen zijn zo opgesteld dat de geteste materialen zowel voor bovengrondse toepassingen in gebouwen als voor ondergrondse toepassingen tot op m van de gebouwen mogen aangewend worden. Proeven uit het aanvaardingsonderzoek De proeven hebben betrekking op alle karakteristieken die voorzien zijn door de norm en worden verricht door het laboratorium aangeduid volgens artikel A..5 van het TRA BB 600/65/65. Deze tabel geeft het detail van de uit te voeren proeven en het aantal te nemen monsters, rekening houdende met de indeling in groepen. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.: 59 Herziening: 85/2

iry MFR ISO - 4. 7. thermische stabiliteit OIT ISO 57-6 Aspect/Kleur 59 Afmetingen Lengtekrimp na verwarming Markering Proef Afmetingen (ovaliteit) Inwendige drukproef M 4.5 / compound 5. 5.2 / diametergroep 6.2 / nominale afmeting (7) 0 /diametergroep P 6 /batch compound volgens norm 5 ± 2 mg 0,2g/0' MFR (90/5),g/0 > 20 min. (200 C) bij opstarten en /8h/etrusielijn / Jaar bij opstarten en /8h/etrusielijn /Jaar / week/etrusielijn /Jaar 200 mm % / Jaar 00 ± 0 mm S 2,5: 4 kn/m² S 6: nvt aantal Grootte Criteria 9. 5 /diametergroep frequentie Aanvaardingsproeven N D M E P / nominale afmeting (7) /diametergroep TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl /Jaar 59 0 /batch compound Criteria 7. E 5 grootte /diametergroep. 4 aantal 4 PTV 004 Audit testing () 9.2 ISO 67 D ISO 9969 Norm / compound Pu Ringstijfheid ISO 26 ISO 2505 N Tabel 2 frequentie zelfcontrole en Norm frequentie Aanvaardingsproeven blic Proef NBN EN 59 qu Buizen B..5.2. 59 B..5.2.: 59 bij opstarten en /8h /etrusielijn / Jaar frequentie zelfcontrole Audit testing () bij opstarten en /8h/etrusielijn / Jaar /jaar/compound / Jaar Herziening:,5 m 80 C - 2,8 MPa 000h 86/2

iry Hulpstukken N Tabel / diametergroep en per componentgroep Aspect/Kleur 59 5. 5.2 Afmetingen 59 6. 6.4 Thermische stabiliteit OIT ISO 57-6 4.5 / compound MFR ISO - 4. / compound 5,7,9 qu Norm frequentie Aanvaardingsproeven frequentie zelfcontrole D M E / diametergroep en per componentgroep bij opstarten en /8h Type bij opstarten en /8h Type (8) / batch compound / batch compound / compound bij opstarten per machine diametergroep en per componentgroep blic 7 diametergroep en per componentgroep TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.: 59 Criteria / componentgroep Pu 59. aantal grootte / componentgroep / Markering Audit testing () P en Proef NBN EN 59 B..5.2. 59 5 ± 2 mg volgens norm 20 min. 0,2g/0' MFR (90/5),g/0' / Herziening: 87/2

Proef Crush test (voor elektrolas hulpstukken) Peel test (voor elektrolas hulpstukken) Inwendige drukproef voor gelaste hulpstukken elektroen stuiklas Trekproef voor stuiklassen (Buis-buis, buis-hulpstuk met gladspieeind) Hulpstukken (vervolg) Norm PTV 004 frequentie Aanvaardingsproeven N D M E ISO 955.4 / diametergroep ISO 954.5 ISO 67- /4. ISO 95.6 / diametergroep 2 en / diametergroep / diametergroep 2 en frequentie zelfcontrole Audit testing ( ) / componentgroep ( 9 ) / componentgroep ( 0 ) / componentgroep aantal Alle sectoren /las B..5.2. 59 Grootte alle per las TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.: 59 Herziening: 88/2 Brosse breuk volgens norm (het is beter om geen T-stukken in de assemblage te gebruiken, dit omwille van de spanningsconcentraties die door de geometrie gecreëerd worden in de hoeken van het T-stuk) Alle uiteinden van de assemblage moeten verlengd worden met een buisstuk of eindkap 2-4 - 6-7 afhankelijk van dn e < 25 mm type A e 25 mm type B Criteria % 80 C = 4 MPa 65 h Taaie breuk

NBN EN 05 8 Luchtdichtheid NBN EN 054 8 Cyclische proef bij verhoogde temperatuur NBN EN 055 Gecombineerde dichtheidsproeven NBN EN 277 8 8 / diametergroep en moftype inclusief dichtingselement (2)() / diametergroep en moftype inclusief dichtingselement (2)() / type dichting en moftype / moftype / diametergroep () Pu (terug naar overzicht schema s) TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl iry Audit testing (9) aantal Grootte Criteria N D M E P Tabel Waterdichtheid frequentie zelfcontrole en Norm B..5.2.: 59 / jaar / type dichting blic Proef frequentie Aanvaardingsproeven qu Gebruiksgeschiktheid () NBN EN 59 B..5.2. 59 volgens norm Geen lekken volgens norm Geen lekken / jaar / type dichting volgens norm / jaar / type dichting volgens norm Herziening: Geen lekken Toegelaten doorbuiging: 50 : mm > 50 : 0,05* Geen lekken Verschil in onderdruk: 0,0 bar 89/2

B..5.2. 59 Het controleorganisme heeft het recht te beslissen of de proeven in een onafhankelijk laboratorium of bij de fabrikant worden uitgevoerd. In het laatste geval is de inspecteur aanwezig. Lange duur proeven en proeven voor de gebruiksgeschiktheid worden steeds in een onafhankelijk laboratorium uitgevoerd. 2 N: Nieuw systeem. D: Nieuw ontwerp. 4 : M: Nieuw materiaal. 5 E: Uitbreiding van het productgamma. 6 P: Verandering van de productiemethode. 7 diameter / diametergroep wordt in het onafhankelijke laboratorium gecontroleerd. De overige diameters worden bij de fabrikant door het CO nagekeken. 8 Frequentie wanddikte: enkel bij opstarten. 9 Enkel voor diametergroep. 0 Enkel diametergroepen 2 en. Testen uit te voeren zowel door de hulpstuk- als door de buisfabrikant. De fabrikant van enkel hulpstukken of enkel buizen duidt de voor de proeven benodigde eterne buizen of hulpstukken aan. 2 Enkel te testen indien de mof van het hulpstuk verschilt van de mof van de buis. Gelden niet voor gelaste verbindingen, wel voor niet-gelaste mofverbindingen. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.: 59 Herziening: 90/2

B..5.2.4 2666 Etern ITT-Schema, zelfcontrole afgewerkt product intern controleschema, periodieke eterne proeven (audit tests) B..5.2.4 2666 Kunststofleidingsystemen van polyethyleen (PE) voor de drukloze ondergrondse afvoer van afvalwater. B..5.2.4. Inleiding Dit reglement is geïnspireerd op de CEN/TS 2666-2: Guidance for assessment of conformity. B..5.2.4.2 Technische specificaties De hierna vermelde punten (cursief aangeduid)worden in de norm 2666- en de PTV 004 uitvoerig beschreven. De algemene eigenschappen van buizen en hulpstukken moeten voldoen aan de bijlage A van de norm. Materiaal Het materiaal moet minimum PE 80 zijn. Het materiaal voor buizen en hulpstukken moet voldoen aan de vereisten vermeld in de punten 4., 4., 4.4, 4.5, 4.6 van de norm en punt.6 van PTV 004. Kleur Volgens punt 5.2 De kleur van de buizen en hulpstukken is zwart, RAL 9005. Buitendiameters van de buizen Volgens punt 6.2. DN 0-25 - 60-200 - 250-5 - 55-400 - 450-500 - 60-800 - 000-200 - 400 600. Wanddikte en toepassingsgebied Volgens punt 6.2. De buizen van reeks S6 mogen enkel voor toepassingsgebied U gebruikt worden. Voor toepassingsgebied UD zijn enkel buizen toegelaten van de reeks S2,5 en S0 (toepasbaar binnen gebouwen en ingegraven in de structuur van gebouwen). Verbindingssystemen en verbindingsstukken Als verbindingssysteem voor buizen en hulpstukken wordt enkel het lassen van buiseinde tegen buiseinde, het gebruik van elektrolasmoffen of het gebruik van een voorlaskraag met flensverbinding toegestaan. Afmetingen van de verbindingen met dichtingsring en van de spie-einden Volgens punt 6.4. Verbindingen met dichtingsring worden enkel gebruikt als uitzettingsdichting in vast gemonteerde opstellingen. Markering Volgens punt Zie eveneens B. Markering van het TRA 60/65/65. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.4: 2666 Herziening: 9/2

B..5.2.4 2666 Voor de buizen is de markering als volgt: UD-RIOOL EGOUT (ingegraven riool vuilwater, gebruik binnen en buiten gebouwen) U-RIOOL EXT - EGOUT (ingegraven riool vuilwater, enkel buiten gebouwen) De hulpstukken worden voorzien van de markering van het toepassingsgebied U of UD naargelang het geval. B..5.2.4. Organisatie van de controle Controle van de overeenkomst van de producten met de normen diametergroepen: van toepassing op buizen en hulpstukken Diametergroep Nominale diameter, DN 0-25 - 60-200 - 250-5 - 55-400 - 450-500 - 60 2 800-000 - 200-400 - 600 componentgroepen: van toepassing op hulpstukken Componentgroep Type bochten 2 vertakkingen andere (verloopstukken, overgangsstukken, ) Opmerking : Alle volgende proefreeksen zijn zo opgesteld dat de geteste materialen zowel voor ondergrondse toepassingen als voor toepassingen onder de gebouwen mogen aangewend worden, rekening houdend met de toepassingscode. Proeven uit het aanvaardingsonderzoek De proeven hebben betrekking op alle karakteristieken die voorzien zijn door de norm en worden verricht door het laboratorium aangeduid volgens artikel A..5 van het TRA 60/65/65. Deze tabel geeft het detail van de uit te voeren proeven en het aantal te nemen monsters, rekening houdende met de indeling in groepen. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.4: 2666 Herziening: 92/2

iry Buizen Norm Aanvaardingsproeven Tabel qu Proef 2666 4. 8. 0 ISO 67 4,4 ISO 67 4,4 thermische stabiliteit OIT ISO 57-6 4.5 / compound Aspect/Kleur 2666 5. 5.2 / diametergroep Afmetingen 2666 6.2 6.4 2,,5,6 / nominale afmeting () Ringstijfheid ISO 9969 7. 8 / SN klasse / compound Lengtekrimp na verwarming ISO 2505 8. 0 / diametergroep 2666.2 Markering / compound TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl Audit Testing () / jaar / etruder / jaar en / jaar / compound Aantal Grootte Criteria / diametergroep m / jaar m 80 C σ 2,8 MPa 000 h 5 ± 2 mg > 20 min. (200 C) / SN klasse 00 ± 0 mm S 6 2 kn/m² S 2,5 4 kn/m² S 0 8 kn/m² bij opstarten en / week / etrusielijn / jaar 200 mm % bij opstarten en / 8h / etrusielijn / jaar bij opstarten en / 8h / etrusielijn / SN klasse bij opstarten en / 4h / etrusielijn / SN klasse B..5.2.4: 2666 0,2g/0 MFR(90/5),4g/0 80 C σ 4 MPa 65 h volgens norm / jaar / batch / compound en / productierun blic / compound (2) / compound (2) Pu Inwendige drukproef (65 h) Inwendige drukproef (000 h) Zelfcontrole N D M E P ISO - MFR B..5.2.4 2666 Herziening: 9/2

PTV 004 Aanvaardingsproeven Norm Zelfcontrole Crush test OF N D M E componentgroep componentgroep ISO 955.4 /diametergroep ISO 954.5 /diametergroep Peel test / / B..5.2.4 2666 aantal grootte Brosse breuk % volgens norm Brosse breuk % blic Pu TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.4: 2666 Herziening: Criteria volgens norm en (voor elektrolas hulpstukken) P Audit Testing () qu Proef iry 94/2

iry Hulpstukken Norm Aanvaardingsproeven Tabel qu Proef 2666 Zelfcontrole Audit Testing () / jaar / compound / compound ISO - 4. Inwendige drukproef ISO 67 4,4 / compound (4)(2) Inwendige drukproef ISO 67 4,4 / compound (4)(2) thermische stabiliteit OIT ISO 57-6 4.5 / compound (4) Aspect/Kleur 2666 5. 5.2 / diametergroep en componentgroep bij opstarten en / 8h / type / componentgroep Afmetingen 2666 6.2 6.4 / diametergroep en componentgroep bij opstarten en / 8h / type (5) / componentgroep Vervormbaarheid of mechanische weerstand (6) 2256 / jaar diametergroep / moftype en / compound / jaar / compound diametergroep en componentgroep Pu 9 TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl grootte Criteria B..5.2.4: 2666 0,2g/0 MFR(90/5),4g/0 volgens norm / 2 Jaar m / 2 Jaar m 5 ± 2 mg / 6 maand / compound blic / 7.2 aantal N D M E P MFR (4) 2 7 B..5.2.4 2666 volgens norm volgens norm Herziening: 95/2 80 C σ 4 MPa 65 h 80 C σ 2,8 MPa 000 h > 20 min. (200 C)

Ovenproef 8 (0 C) ( ) Markering iry Tabel 206 7.2 9 ISO 580 8.2 diametergroep en componentgroep 2666. 4 diametergroep en componentgroep OF D M E / jaar diametergroep en componentgroep bij opstarten per machine Aanvaardingsproeven ISO 955.4 ISO 954.5 N D M E P / componentgroep aantal grootte 200: n = 5 > 200: n = volgens norm Criteria / Audit Testing () / componentgroep /diametergroep componentgroep B..5.2.4: 2666 Aantasting 20% diametergroep en per componentgroep /diametergroep Pu TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl Audit Testing () P Zelfcontrole Peel test (voor elektrolas hulpstukken) / diametergroep / componentgroep / Norm Crush test N / PTV 004 Proef Zelfcontrole en Valproef (7) Norm Aanvaardingsproeven blic Proef qu Hulpstukken (Vervolg) 2666 B..5.2.4 2666 / Herziening: aantal grootte Criteria volgens norm Brosse breuk % volgens norm Brosse breuk % 96/2

Proef Norm iry Aanvaardingsproeven tabel N D B C 055 9 9 2 2 / type dichting en moftype (0) M E Audit Testing () aantal grootte Pu TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl Criteria P maat / jaar / type dichting (2) volgens norm Geen lekken Verschil in onderdruk: 0,0 bar volgens norm Geen lekken Toegelaten doorbuiging: 50 mm > 50: 0,05 blic Cyclische proef bij verhoogde temperatuur () (2) Conditie / moftype / diametergroep (0) Zelfcontrole en 277 Beproevings methode voor de lekdichtheid van elastomere dichtingsringen qu Gebruiksgeschiktheid (9) 2666 B..5.2.4 2666 B..5.2.4: 2666 Herziening: 97/2

Norm Aanvaardingsproeven. ISO 95.6 / diametergroep / componentgroep / diametergroep () aantal Pu TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl Criteria / componentgroep volgens norm (het is beter om geen T-stukken in de assemblage te gebruiken, dit omwille van de spanningsconcentraties die door de geometrie gecreëerd worden in de hoeken van het T-stuk) Alle uiteinden van de assemblage moeten verlengd worden met een buisstuk of eindkap 4-6-7 afhankelijk van dn (terug naar overzicht schema s) grootte P en Trekproef voor stuiklassen (Buis-buis, buis-hulpstuk met glad spie-einde) ISO 67 D M E Zelfcontrole B..5.2.4 2666 e < 25 mm type A e 25 mm type B blic Inwendige drukproef voor lashulpstukken (Combinatie elektro- en stuiklas) N Audit Testing qu Proef PTV 004 iry B..5.2.4: 2666 Herziening: 98/2 80 C σ = 4 MPa 65 h Taaie breuk

B..5.2.4 2666 Het controleorganisme heeft het recht te beslissen of de proeven in een onafhankelijk laboratorium of bij de fabrikant worden uitgevoerd. In het laatste geval is de inspecteur aanwezig. Lange duur proeven en proeven voor de gebruiksgeschiktheid worden steeds in een onafhankelijk laboratorium uitgevoerd. 2 Op de kleinste geproduceerde diameter. diameter / diametergroep wordt in het onafhankelijke laboratorium gecontroleerd. De overige diameters worden bij de fabrikant door het controleorganisme nagekeken. 4 Indien het materiaal van het hulpstuk hetzelfde is als dat van de buis en reeds getest is dan moet deze proef hier niet herhaald worden. 5 Voor afmetingen beïnvloed door het proces. 6 Enkel voor hulpstukken gemaakt uit meerdere stukken. 7 Enkel voor hulpstukken waarbij de dichtingsring wordt vastgezet door middel van een steunring of kap. 8 Niet voor elektrolasmoffen. 9 Testen uit te voeren zowel door de hulpstuk- als door de buisfabrikant. De fabrikant van enkel hulpstukken of enkel buizen duidt de voor de proeven benodigde eterne buizen of hulpstukken aan. 0 Een type dichting bevat minstens: het materiaal, concept van de ring en de hardheid van het materiaal (± 5 IRHD International Rubber Hardness Degree). Niet voor stuiklasverbindingen. 2 Test enkel voor buizen en hulpstukken van toepassingscode D en DN 200. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.4: 2666 Herziening: 99/2

B..5.2.5 566 Etern ITT-Schema, zelfcontrole afgewerkt product intern controleschema, periodieke eterne proeven (audit tests) B..5.2.5 566 Kunststofleidingsystemen van gechloreerd polyvinylchloride (PVC-C) voor de afvoer van afvalwater (bij lage en bij hoge temperatuur) in gebouwen. B..5.2.5. Inleiding Deze bijlage aan het TRA BB 60/65/65 is geïnspireerd op de CEN/TS 566-2: Guidance for assessment of conformity. B..5.2.5.2 Technische specificaties De hierna vermelde punten worden in de norm (hier cursief aangeduid) 566- en de PTV 005 uitvoerig beschreven. Materiaal Het voor de buizen en de hulpstukken gebruikte materiaal moet voldoen aan de vereisten vermeld in punt 4. en punt 4.2 en eveneens in punt 6. (tabel ) van de CEN/TS 566-2. Buitendiameter van de buizen Volgens punt 6.2. De toegelaten diameters zijn DN 2, 40, 50, 75, 90, 0, 25 en 60 mm. Wanddikte en toepassingsgebied Volgens punt 6.2.4 Enkel buizen van de serie S25 zijn toegelaten met de code van het toepassingsgebied B (binnen gebouwen). Afmetingen van de verbindingen met dichtingsring Volgens punt 6.4.2 Wat betreft de lengte van de moffen met dichtingsring, is enkel het type N volgens tabel 6 toegelaten. Lijmverbindingen en spie-einden Volgens punt 6.4. Lijmverbindingen zijn toegelaten voor de diameters DN 2 tot DN 25. Vanaf diameter DN 60 moeten verbindingen met dichtingsringen toegepast worden. Markering Volgens punt. Zie eveneens B. Markering van het TRA BB 60/65/65. Voor de buizen is de markering steeds: B-SANITAIR (binnen gebouwen) De markering van de buizen is in zwarte kleur. De hulpstukken worden voorzien van de markering B. Voor de diameters < 75 mm dienen volgende gegevens ingedrukt te worden: FABRIKANT- EN566-BENOR. De andere verplichte gegevens uit de norm mogen ingedrukt of op een etiket op het hulpstuk voorzien worden. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.5: 566 Herziening: 00/2

B..5.2.5 566 B..5.2.5. Organisatie van de controle Controle van de overeenkomst van de producten met de normen Bemonstering Het door BCCA aangeduide controleorganisme neemt de buizen en hulpstukken willekeurig hetzij uit de stock, hetzij rechtstreeks uit de productie. Zowel de buizen als de hulpstukken zijn ingedeeld in groepen, het aantal te nemen monsters is in functie van deze indeling in groepen: - Diametergroepen: van toepassing op buizen en hulpstukken. Per groep zal er een individuele representatieve diameter gekozen worden voor testdoeleinden Diametergroep Nominale diameter, DN 2-40-50-75-90 2 0-25-60 - Componentgroepen: van toepassing op de hulpstukken Componentgroep Type bochten 2 vertakkingen andere (verloopstukken, koppelstukken, overgangsstukken, ) Proeven uit het aanvaardingsonderzoek De proeven hebben betrekking op alle karakteristieken die voorzien zijn door de norm en worden verricht door het laboratorium aangeduid volgens artikel A..5 van het TRA 60/65/65. De tabel geeft het detail van de uit te voeren proeven en het aantal te nemen monsters, rekening houdende met de indeling in groepen. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.5: 566 Herziening: 0/2

iry Buizen Proef Norm tabel Frequentie Aanvaardingsproeven frequentie zelfcontrole frequentie Audit tests () bij opstarten en /8h/etrusielijn / jaar qu 566 N2 D M4 E 5 P 6 Afmetingen(7) EN ISO 26 6.2/6.. / diametergroep Vicat Verwekingstempe ratuur beide proeven 727 Beide methoden 8. 7 / samenstelling bij opstarten en /dag/etrusielijn /week/etrusielijn / jaar bij opstarten en /8h/etrusielijn / jaar frequentie zelfcontrole frequentie Audit tests () /week/etrusielijn / jaar bij opstarten en /8h/etrusielijn / jaar /week/compound / jaar en 744 7. Lengtekrimp na verwarming ISO 2505 8. 7 / diametergroep 566.2 2 / diametergroep Proef Norm PTV 005 ISO 6259-/2. Kleur 566.2 Densiteit ISO 8 Frequentie Aanvaardingsproeven N D M E P / diametergroep Pu Trekproef. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl blic Slagvastheid / diametergroep / compound Markering(7) /week/compound B..5.2.5: 566 / samenstelling / jaar Herziening: B..5.2.5 566 aantal grootte criteria 2 ± cm² 90 C 80 C (na 6h) volgens norm 200 ± 0 mm TIR (werkelijk breukpercentage) 0 % 200 mm 5% aantal grootte volgens norm volgens norm ± cm² criteria vloeigrens 45 MPa breukrek 70 % grijs: ral 707 beige: ral 702,50,6 g/cm³ 02/2

Hulpstukken Norm tabel Frequentie Aanvaardingsproeven N D M E P EN ISO 26 6. 5,6,8,9, / diametergroep / componentgroep Vicat Verwekingstempera tuur 727 8.2 8 / samenstelling Ovenproef (9) ISO 580 8.2 8 Markering (8) 566. 24 566.2. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl / diametergroep / componentgroep / diametergroep / componentgroep blic Kleur Norm Frequentie Aanvaardingsproeven N D M E P / diametergroep Pu Proef PTV 005 (a) bij opstarten en / 8h / type (b) bij opstarten en Afmetingen (8) (a) inwendige mof diameter en spieeind. (b) wanddikte mof/spie/lichaam frequentie zelfcontrole qu Proef 566 iry B..5.2.5: 566 / dag / type, ten minste / productiebatch bij opstarten / machine frequentie Audit tests B..5.2.5 566 aantal grootte Criteria / samenstelling / jaar 2 ± cm² 90 C / componentgroep / jaar volgens norm aantal grootte () / componentgroep / jaar / componentgroep / jaar frequentie zelfcontrole frequentie Audit tests () bij opstarten en /8h/etrusielijn / jaar Herziening: criteria grijs: ral 707 beige: ral 702 0/2

Gebruiksgeschiktheid (0) tabel Waterdichtheid EN 05 9 20 Luchtdichtheid EN 054 9 20 Cyclische proef bij verhoogde temperatuur EN 055 9 20 / type dichting en moftype Pu (terug naar overzicht schema s) / diametergroep en moftype inclusief dichtingselement () / diametergroep en moftype inclusief dichtingselement () TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl qu frequentie zelfcontrole frequentie Audit tests () aantal grootte Criteria / jaar / type dichting volgens norm Geen lekken / jaar / type dichting volgens norm Geen lekken volgens norm Geen lekken Toegelaten doorbuiging: 50 mm > 50: 0,05 en Norm frequentie Aanvaardingsproeven N D M E B..5.2.5 566 / jaar / type dichting blic Proef 566 iry B..5.2.5: 566 Herziening: 04/2

B..5.2.5 566 Het controleorganisme heeft het recht te beslissen of de proeven in een onafhankelijk laboratorium of bij de fabrikant worden uitgevoerd, in dit geval is de inspecteur aanwezig. Lange duur proeven en proeven voor de gebruiksgeschiktheid worden steeds in een onafhankelijk laboratorium uitgevoerd. 2 Nieuw systeem. Nieuw ontwerp. 4 Nieuw materiaal. 5 Uitbreiding van het productgamma. 6 verandering van de productiemethode. 7 diameter / diametergroep wordt in het onafhankelijke laboratorium gecontroleerd. De overige diameters worden bij de fabrikant door het CO nagekeken. 8 diameter / componentgroep wordt in het onafhankelijke laboratorium gecontroleerd. De overige diameters worden bij de fabrikant door het CO nagekeken. Controlefrequentie van de wanddikte: bij opstarten en / week / type. 9 Enkel voor spuitgiethulpstukken. 0 Testen uit te voeren zowel door de hulpstuk- als door de buisfabrikant. De fabrikant van enkel hulpstukken of enkel buizen duidt de voor de proeven benodigde eterne buizen of hulpstukken aan, evenals de voor het systeem toe te passen lijm. Enkel te testen indien de mof van het hulpstuk verschilt van de mof van de buis. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.5: 566 Herziening: 05/2

B..5.2.6 452 Etern ITT-Schema, zelfcontrole afgewerkt product intern controleschema, periodieke eterne proeven (audit tests) B..5.2.6 ISO 452 Kunststofleidingsystemen van ongeplasticeerd polyvinylchloride (PVC-U) voor drinkwatervoorzieningen en voor boven- en ondergrondse rioolpersleiding. B..5.2.6. Inleiding Dit reglement is geïnspireerd op de CEN/TS 452-7: Guidance for assessment of conformity. B..5.2.6.2 Technische specificaties De hierna vermelde punten worden in de overeenkomstige normen (hier cursief aangeduid) ISO 452-, ISO 452-2, ISO 452-, ISO 452-4, ISO 452-5, PTV 00 en NBN T42-60: Kunststof leidingsystemen voor de drinkwatervoorziening Dubbele PVC-U steekmoffen met elastomeer dichtingsring uitvoerig beschreven. B..5.2.6. Keuring van materialen in contact met drinkwater Volgens punt 4.2 van de ISO 452- en punt. van de PTV 00 De eisen hieromtrent werden vastgelegd door Belgaqua (Belgische Federatie voor de Watersector). Hydrocheck: Methoden en eisen voor het chemisch, organoleptisch en bacteriologisch onderzoek van organische materialen, van materialen op basis van cement en van glijmiddelen in contact met drinkwater en water waaruit drinkwater bereid wordt. Materiaal Zie punt. van de PTV 00. Kleur Volgens punt 5.2 van ISO 452-2 doch rekening houdend met de beperkingen vastgelegd in punt.2. van de PTV 00. Buitendiameters van de buizen Volgens punt 6.2 van ISO 452-2 De toegelaten diameters zijn: DN 6, 20, 25, 2, 40, 50, 6, 75, 90, 0, 25, 60, 200, 225, 250, 5, 400. Wanddikte en toepassingsgebied Volgens punt 6.4 van ISO 452-2 B..5.2.6.4 Markering Volgens punt van de normen ISO 452-2 (buizen) en NBN EN ISO 452- (hulpstukken) en punt 4 van ISO 452-4 (kranen) Zie eveneens B. Markering van het TRA BB 60/65/65. De buizen en hulpstukken worden met BENOR gemerkt en verder volgens de eisen van de NBN EN ISO 452. Volgende markering in zwarte of witte kleur wordt rechtstreeks op de buizen aangebracht: TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.6: 452 Herziening: 06/2

B..5.2.6 452 ISO 452 FABRIKANT BENOR PVC-U e PN CODE Identificatie van de etrusielijn DRINKWATER EAU POTABLE. Voor de hulpstukken met diameter < 75 mm moet volgende markering rechtstreeks op het hulpstuk worden aangebracht: EN ISO 452 FABRIKANT BENOR - PN PVC-U CODE. De andere markeringen opgelegd door de norm en de markering DRINKWATER EAU POTABLE mogen eveneens rechtstreeks op het hulpstuk worden aangebracht of op een etiket per hulpstuk. Voor diameters 75 mm moet de volledige door de norm opgelegde markering samen met BENOR DRINKWATER EAU POTABLE rechtstreeks op het hulpstuk worden aangebracht. B..5.2.6.5 Organisatie van de controle Controle van de overeenkomst van de producten met de normen diametergroepen: van toepassing op buizen volgens ISO 452-2 Diametergroep Nominale diameter, DN 6-20-25-2-40-50 2 6-75-90-0-25-60 200-225-250-5-400 componentgroepen: van toepassing op hulpstukken volgens ISO 452- Componentgroep type Koppelstukken, verbindingsmoffen, spuitgegoten bochten, T- koppelstukken, overgangskoppelingen (voorbeeld: lijmmoffen, eindkappen) 2 Moffen die longitudinale krachten ondergaan van toepassing op kranen en toebehoren volgens ISO 452-4 Componentgroep Type Kranen 4 Toebehoren (voorbeeld: vertakkingszadels) van toepassing op dubbele moffen volgens NBN T42-60 Componentgroep Type TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.6: 452 Herziening: 07/2

B..5.2.6 452 5 Dubbele PVC-U steekmoffen met elastomeer dichtingsring Proeven uit het aanvaardingsonderzoek De proeven hebben betrekking op alle karakteristieken die voorzien zijn door de normen en worden verricht door het laboratorium aangeduid volgens artikel A..5 van het TRA BB- 60/65/65. Deze tabel geeft het detail van de uit te voeren proeven en het aantal te nemen monsters, rekening houdende met de indeling in groepen. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.6: 452 Herziening: 08/2

Buizen Proef MRS waarde van het materiaal ISO 452- Aspect/Kleur/ doorzichtbaarheid ( 2 ) Afmetingen ( ) Norm ISO 9080 ISO 67-/2 ISO 262 ISO 26 Proefreferentie 452-2 frequentie Aanvaardingsproeven Tabel Bemonstering ( ) N D M E P frequentie zelfcontrole frequentie Audit tests aantal grootte B..5.2.6 452 4. /compound 25MPa 5./5.2/ 5. Slagproeven 744 8. 6 Inwendige drukproef 20 C Inwendige drukproef 60 C Inwendige drukproef op alle verschillende aan de buis gevormde moftypes 20 C ISO 67-/2 ISO 67-/2 ISO 67-/2 /diametergroep 6 5 /nominale afmeting 8.2 7 8.2 7 8.2 8 /diametergroep - /compound /diametergroep/ drukklasse /diametergroep/ drukklasse Bij opstarten en /8h/etrusielijn Bij opstarten en /8h/etrusielijn Bij opstarten en /week/etrusielijn Bij opstarten en /week/etrusielijn TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.6: 452 Herziening: 09/2 /jaar /jaar /jaar ( types) Volgens norm 200 ± 0 mm /2jaar/PN/ diametergroep /2jaar/PN/ diametergroep dn < 5 : m dn 5:,5 m criteria grijs: ral 70 of 706 TIR (werkelijk breukpercentage) 0 % σ = 42 MPa h σ = 2,5 MPa 000 h dn 90 = 4,2 [PN] dn > 90 =,6 [PN] h

iry Buizen (vervolg) Weerstand tegen dichloormethaan Proefreferentie 452-2 tabel Bemonstering ( ) N DM E P ISO 2505 9 9 /diametergroep ISO 2507-9 9 /compound ISO 9852 9 9 /compound /compound Norm grondstof: bepaling K-waarde EN 922.5.2. tabel TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl frequentie Audit tests aantal grootte criteria Bij opstarten en /8h/etrusielijn /jaar > 200 mm 5% /samenstelling/ jaar ± cm² 80 C 60 mm afgeschuind Geen enkele aantasting aan de oppervlakte van het proefstuk grootte criteria Bij opstarten en /week/etrusielijn Bemonstering ( ) N DM E P /nominale afmeting /nominale afmeting /compound /compound B..5.2.6: 452 /jaar /jaar Bij opstarten en /8h/etrusielijn /jaar frequentie zelfcontrole frequentie Audit tests aantal frequentie Aanvaardingsproeven Pu dichtheid.8 ISO 26 ISO 8- /diametergroep Proefreferentie PTV 00 afschuining 0 frequentie zelfcontrole blic Markering (5) Afmetingen: ovalisatie Hydrocheck (4 ) Proef frequentie Aanvaardingsproeven qu Lengtekrimp na verwarming Vicat Verwekingstemperatuur Norm en Proef B..5.2.6 452 Bij opstarten en /8h/etrusielijn Bij opstarten en /8h/etrusielijn /week/compound /jaar ±5 /jaar /jaar ± cm² 0,007 DN (minimum 0,),8,46 g/cm³ 65 Herziening: 0/2

iry Bochten gemaakt van BENOR buizen Proef Afmetingen ISO 26 Norm ISO 26 Proefreferentie 452- frequentie Aanvaardingsproeven Tabel Bemonstering ( ) N DM E P 6.4. 8/9 /diametergroep Proefreferentie PTV 00 frequentie Aanvaardingsproeven Tabel Bemonstering () /diametergroep Hulpstukken Norm Proefreferentie 452- ISO 26 ISO 9080 MRS waarde van het materiaal ISO 67-/2 ISO 452- ISO 262 Afmetingen () 5./5.2/ 5. 6 TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl /jaar frequentie zelfcontrole frequentie Audit tests N DM E P Bemonstering ( ) N DM E P /diametergroep en per componentgroep /afmeting en per type 2 componentgroep 4. bij opstarten en /week/machine bij opstarten en /week/machine /jaar frequentie zelfcontrole frequentie Audit tests bij opstarten en /8h/type bij opstarten en /8h/type /componentgroep/ jaar /componentgroep/ jaar frequentie Aanvaardingsproeven /compound Pu Aspect/Kleur/ Doorzichtbaarheid (2) Tabel frequentie Audit tests blic Proef frequentie zelfcontrole qu Afmetingen Norm en Proef B..5.2.6: 452 B..5.2.6 452 aantal grootte criteria aantal grootte criteria aantal grootte criteria grijs: ral 70 of 706 25MPa Herziening: /2

iry Hulpstukken (vervolg) Proefreferentie 452- Inwendige drukproef 20 C Vicat Verwekings temperatuur Ovenproef (6) tabel bij opstarten en /week/type bij opstarten en /week/type 6.6 EN 802 8.2 /diametergroep en per componentgroep 8. 22 /diametergroep en per componentgroep 9 2 ISO 67 ISO 06 conditie B50 ISO 580 Hydrocheck 4. Norm 2 Proefreferentie PTV 00 EN 922. ISO 9624.7 ISO 26 aantal /componentgroep/ jaar Bemonstering ( ) /compound.8 TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl N DM E P criteria Geen barsten bij 20% vervorming dn < 60 = 4,2 [PN] dn 60 = 4,2 [PN] bij opstarten en /week/machine /componentgroep/2 jaar/pn bij opstarten en /8h/type /compound/jaar 2 ± cm² volgens norm aantal grootte frequentie zelfcontrole frequentie Audit tests 74 C bij opstarten en /week/type bij opstarten en /8h/type criteria 57 /afmeting en per type componentgroep /afmeting en per type componentgroep B..5.2.6: 452 grootte frequentie Aanvaardingsproeven Pu Afmetingen () /compound grondstof: bepaling K-waarde Afmetingen van kragen en flenzen /compound frequentie Audit tests /diametergroep en per /dag/type, ten minste /componentgroep/ componentgroep /productiebatch jaar /diametergroep en per bij opstarten en /componentgroep/ 24-25 componentgroep /8h/type jaar 9 frequentie zelfcontrole Bemonstering ( ) N DM E P /afmeting en per type /2 componentgroep ISO 9624 Markering (5) Proef en Afmetingen van kragen en flenzen Samendrukproef (crushing test) (6) frequentie Aanvaardingsproeven qu Norm blic Proef B..5.2.6 452 /componentgroep/ jaar Herziening: 2/2 h

iry Kranen en toebehoren MRS waarde van het materiaal ISO 452- ISO 9080 ISO 67-/2 ISO 262 4. Aspect/Kleur/ 5./5.2/ ISO 452 Doorzichtbaarheid (2) 5. Afmetingen () ISO 452 Inwendige drukproef ISO 67 20 C - h (met deel en schacht te testen) Inwendige drukproef ISO 67 20 C - 000h deel en Samendrukproef (crushing test) 802 5 () 6 tabel 7 Bemonstering ( ) ( ) N D M E P /compound /diametergroep en per componentgroep /afmeting en per type componentgroep 8. /diametergroep en per componentgroep 8. /diametergroep en per componentgroep 8.2 EN 28659 8. Bedieningskoppel voor kranen EN 282 8.4. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl frequentie Audit tests bij opstarten en /8h/type /componentgroep/ jaar bij opstarten en /8h/type /componentgroep/ jaar aantal grootte criteria 25MPa grijs: ral 70 of 706 /componentgroep/2 jaar/pn /diametergroep en per componentgroep Geen barsten bij 20% vervorming /diametergroep en per componentgroep Geen lekken of breuken tijdens test /diametergroep en per componentgroep Pu Duurzaamheid frequentie zelfcontrole en frequentie Aanvaardingsproeven qu Proefreferentie 452-4 Norm blic Proef B..5.2.6 452 B..5.2.6: 452 Herziening: /2

iry Proef Proefreferentie 452-4 Norm tabel frequentie Aanvaardingsproeven Bemonstering () (7) frequentie zelfcontrole frequentie Audit tests qu Kranen en toebehoren (vervolg) N DM E P Proeven op zadels en toebehoren Vicat Verwekingstemperat uur 97: methode B 8.4.2 727 9 Ovenproef (6) ISO 580 9 /diametergroep en per componentgroep Markering (5) ISO 452 4 2 /diametergroep en per bij /componentgroep/ componentgroep opstarten/machine jaar Proef per type compound Proefreferentie PTV 00 EN 922. ISO 9624.7 TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl grootte Bemonstering () /compound N DM E P geen lekken gedurende de test /compound/jaar 2 /componentgroep/ jaar frequentie zelfcontrole frequentie Audit tests aantal ± cm² 74 C grootte criteria 57 /afmeting en per type componentgroep B..5.2.6: 452 bij opstarten en /8h/type criteria frequentie Aanvaardingsproeven Pu grondstof: bepaling K-waarde Afmetingen van kragen en flenzen /compound en 4. Norm aantal /diametergroep en per componentgroep blic Hydrocheck B..5.2.6 452 bij opstarten en /week/type Herziening: 4/2

iry Aspect/Kleur (2) ISO 452 5./5.2 Inwendige drukproef ISO 67 20 C Inwendige drukproef ISO 67 20 C 8.2 8. 9 N DM E P /diametergroep 8 9 /diametergroep /diametergroep /compound Pu 727 Bemonstering ( ) 7 452-, 24 25 Markering (5) Vicat Verwekings Temperatuur Tabel TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl frequentie zelfcontrole frequentie Audit tests bij opstarten en /8h/machine /lot van buizen voorzien voor de fabricatie van dubbele moffen /diametergroep/ jaar en Norm frequentie Aanvaardingsproeven blic Proef Proefreferentie 452-2 qu Dubbele moffen PVC-U gemaakt van buizen B..5.2.6: 452 bij opstarten en /8h/machine B..5.2.6 452 aantal grootte criteria grijs: ral 70 of 706 σ = 42 h dn 90 mm σ = 4,2 [PN] dn > 90mm σ =,6 [PN] /diametergroep/ jaar /compound/jaar 2 Herziening: ± cm² 80 C 5/2 h

Weerstand tegen dichloormethaan 580 Hydrocheck Proef 9 Norm Proefreferentie PTV 00 Norm Bemonstering ( ) /compound grootte criteria /diametergroep/ jaar 60 mm afgeschuind Geen enkele aantasting aan de oppervlakte van het proefstuk frequentie zelfcontrole frequentie zelfcontrole frequentie Audit tests aantal grootte criteria frequentie zelfcontrole frequentie Audit tests aantal grootte criteria Bemonstering (). /compound N DM E P frequentie Audit tests frequentie Aanvaardingsproeven Proefreferentie NBN T42-60 aantal N DM E P /compound frequentie Aanvaardingsproeven tabel Bemonstering () N DM E P 2-4 /diametergroep bij opstarten en /8h/type /diametergroep/ jaar 2 2-5 /diametergroep bij opstarten en /8h/type /diametergroep/ jaar Pu Afmetingen van de PVC-U moffen Afmetingen van de elastomeer dichtingsringen 9 4. basiseigenschappen van het materiaal Proef Tabel en Norm frequentie Aanvaardingsproeven blic Proef Proefreferentie 452-2 TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.6: 452 B..5.2.6 452 qu Dubbele moffen PVC-U gemaakt van buizen (vervolg) iry Herziening: 6/2

Dichtheidsproef en trekweerstandproef met buig- en drukbelasting frequentie Aanvaardingsproeven grootte criteria volgens norm Nergens lekken aan de dichtingen gedurende de testperiode volgens norm neg. druk veranderingen 0,05 bar volgens norm Nergens lekken aan de dichtingen gedurende de testperiode volgens norm Nergens lekken aan de dichtingen gedurende de testperiode /diametergroep en per componentgroep () volgens norm Nergens lekken aan de dichtingen gedurende de testperiode volgens norm Nergens lekken aan de dichtingen gedurende de testperiode volgens norm Nergens lekken aan de dichtingen gedurende de testperiode en neg. druk veranderingen 0,05 bar tabel ISO 845 4. (9) /diametergroep en per componentgroep ISO 844 4.4 (9) /diametergroep en per componentgroep ISO 846 4.5 (9),(0) 2 /diametergroep en per componentgroep ISO 846 4.5 2 ISO 846 4.5 2 ISO 67 (9),(0) EN ISO 78 4.5 (0) Bemonstering ( ) /diametergroep TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl frequentie Audit tests qu aantal frequentie zelfcontrole N DM E en Inwendige drukproef 60 C - 000h - 2,5 MPa Proefreferentie 452-5 blic Korte duur inwendige drukproef voor de dichtheid van de verbindingen Korte duur inwendige onderdrukproef voor de dichtheid van het geheel Lange duur inwendige drukproef voor de dichtheid van de verbindingen 20 C - 000h -,7PN Inwendige drukproef op flenzen 20 C - 000h,7PN Inwendige drukproef voor lijmverbindingen 40 C - 000h -,PN Norm / 2jaar/ componentgroep/ PN / 2jaar/ componentgroep/ PN / 2jaar/ componentgroep/ PN /diametergroep en per componentgroep () 2 /diametergroep en per type mof die longitudinale krachten ondergaat Pu Proef iry Gebruiksgeschiktheid (8) B..5.2.6 452 B..5.2.6: 452 /componentgroep/ 2jaar/PN (2) Herziening: 7/2

Proefreferentie PTV00 Inwendige drukproef ter bepaling van de veiligheidscoëfficiënt C 2 Bemonstering ( ) frequentie zelfcontrole frequentie Audit tests N DM E /diametergroep en per type mof die longitudinale krachten ondergaat /componentgroep/ 2jaar/PN (2) aantal grootte criteria De vervorming van het systeem mag niet groter zijn dan 5% van de originele afmetingen Pu blic (terug naar overzicht schema s) tabel frequentie Aanvaardingsproeven qu Norm en Proef iry Gebruiksgeschiktheid (8) (vervolg) B..5.2.6 452 TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.6: 452 Herziening: 8/2

B..5.2.6 452 Het controleorganisme heeft het recht te beslissen of de proeven in een etern onafhankelijk laboratorium uitgevoerd worden of bij de fabrikant in aanwezigheid van de inspecteur. Lange duur proeven en proeven voor de gebruiksgeschiktheid zijn steeds in een onafhankelijk laboratorium uit te voeren. 2 Zie.2.2 van de technische voorschriften PTV 00. diameter / diametergroep wordt in het onafhankelijk laboratorium gecontroleerd. De overige diameters worden bij de fabrikant door het controleorganisme nagekeken. 4 Enkel voor drinkwater toepassingen (W). 5 Zie B..5.2.6.4 van dit reglement. 6 Enkel voor spuitgiet hulpstukken. 7 Lijmverbindingen 6... ISO 452-4. 8 Testen uit te voeren door zowel de buis- als de hulpstukfabrikant. De fabrikant van enkel hulpstukken of enkel buizen duidt de voor de proeven benodigde eterne buizen of hulpstukken aan evenals de voor het systeem te gebruiken lijm. 9 Verbindingen met aan de buis gevormde moffen met dichtingsring die geen longitudinale krachten ondergaan: volgens ISO 67 met afsluitdoppen met een metalen stang (zie ISO 67 (//96) 6. type b). 0 Verbindingen met aan de buis gevormde moffen met dichtingsring die longitudinale krachten ondergaan: volgens ISO 67 met afsluitdoppen zonder een metalen stang (zie ISO 67 (//96) 6. type a). Proef uit te voeren op de grootste diameter van de groep. 2 Enkel voor verbindingen met aan de buis gevormde mof met dichtingsring die longitudinale krachten ondergaan. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.6: 452 Herziening: 9/2

B..5.2.7 852 Intern/etern ITT-Schema, zelfcontrole afgewerkt product intern controleschema, periodieke eterne proeven (audit tests) B..5.2.7 852 Kunststofleidingsystemen van polypropyleen (PP) voor drukloze ondergrondse afvoer van afvalwater. B..5.2.7. Inleiding Deze bijlage aan het TRA BB 60/65/65 is geïnspireerd op de CEN/TS 852-2: Guidance for assessment of conformity. B..5.2.7.2 Toepassingsgebied De gebruiksgeschiktheid van het systeem (assemblagekarakteristieken) moet gewaarborgd worden door het uitvoeren van de proeven eveneens opgenomen in 852, deel. B..5.2.7. Technische specificaties De hierna vermelde punten (cursief aangeduid) worden in de norm 852- in detail beschreven. De algemene eigenschappen van de buizen en hulpstukken moeten voldoen aan deze vermeld in punt 5. Bijkomende eisen die in de PTV 006 werden gespecificeerd: - het gebruik van internal reprocessable material - kleurcodes voor de herkenbaarheid van de stijfheidsklasse van de buizen (specificaties dienen door de fabrikant te worden vastgelegd) - Buitendiameters van de buizen en wanddiktes volgens de stijfheidsklasse - Lasverbindingssystemen - Markering Materiaal Het materiaal voor buizen en hulpstukken moet voldoen aan de vereisten vermeld in punt 4.. De vier MFR-klassen van de norm zijn weerhouden. Enkel de buizen en de hulpstukken gefabriceerd uit materiaal van identieke of aangrenzende MFR-klassen mogen aan elkaar gelast worden. PP-H (homo-polymeer) is niet toegestaan. Toepassen van reeds gebruikt materiaal Zie punt. van PTV 006. Kleur Volgens punt 5.2 De buizen en de hulpstukken moeten homogeen over de hele wanddikte gekleurd zijn. In overeenstemming met het gescheiden rioleringsstelsel en de gescheiden huisaansluiting wordt: TRA: BB-60/65/65 versie: 2_ 206/04/27 nl B..5.2.7: 852 Herziening: 20/2

B..5.2.7 852 de roodbruine kleur (bij benadering RAL 802) met zwarte opdruk toegepast voor vuilwater-afvoer (DWA) de grijze kleur (bij benadering RAL 707) met zwarte opdruk toegepast voor regenwaterafvoer (RWA) Buitendiameter van de buizen Volgens punt 6.2. De toegelaten diameters zijn DN 0, 25, 60, 200, 250, 5, 400, 500, 60 en 800 mm. Wanddikte en toepassingsgebied Volgens punt 6.2.5 SDR 4 (SN2/S20) is niet toegestaan. Voor de hulpstukken blijft eveneens de klasse SDR 27,6 behouden. De reeks S4 (SN8) voor spuitgiet hulpstukken wordt niet toegestaan. Afmetingen van de verbindingen met dichtingsring en van de spie-einden Volgens punt 6.4. Zie tabel 5. Lasverbindingssystemen Enkel het stuiklassen of het gebruik van elektrolasmoffen zijn toegelaten. Etrusielas is enkel toegelaten voor vertakkingen. Markering Volgens punt Zie eveneens B. Markering van het TRA BB 60/65/65. De volledige markering, voorgeschreven door de norm, moet in reliëf aangebracht worden evenals het BENOR label. Voor de markering van de buizen vermeldt men eveneens de code van het toepassingsdomein: Roodbruin met zwarte opdruk. UD-RIOOL EGOUT (ingegraven vuil water riool, gebruik binnen en buiten gebouwen) U-RIOOL EXT - EGOUT (ingegraven vuil water riool, enkel buiten gebouwen) Grijs met zwarte opdruk. UD-RIOOL EGOUT (ingegraven regenwater riool, gebruik binnen en buiten gebouwen) U-RIOOL EXT - EGOUT (ingegraven regenwater riool, enkel buiten gebouwen) De MFR-klasse wordt steeds op de buis vermeld, hetzij in reliëf hetzij in opdruk. De hulpstukken worden gemarkeerd met de code van de toepassingszone U of UD. B..5.2.7.4 Organisatie van controle Controle van de overeenkomst van de producten met de normen TRA: BB-60/65/65 versie: 2_ 206/04/27 nl B..5.2.7: 852 Herziening: 2/2

B..5.2.7 852 - Diametergroepen: van toepassing op buizen en hulpstukken Diametergroep Nominale diameter, DN 0 25 60 200 2 250 5 400 450 500 60-800 - Componentgroepen: van toepassing op de hulpstukken Componentgroep Type Bochten 2 Vertakkingen Andere (verloopstukken, koppelstukken, overgangsstukken, ) TRA: BB-60/65/65 versie: 2_ 206/04/27 nl B..5.2.7: 852 Herziening: 22/2

iry Buizen tabel 2,,4 6,7 N D M E P bij opstarten en /8h/etrusielijn ()(4) / diametergroep bij opstarten en /8h/etrusielijn 6.2 6.4 Aspect/Kleur 852 5. 5.2 4. 8. ISO 57-6 4.5 / compound 7. 8 Slagvastheid (6) (trapmethode) 4 7. 9 Lengtekrimp na verwarming ISO 2505 8. / batch compound / batch compound / diametergroep/ compound bij opstarten en /week/ etrusielijn / diametergroep/ compound / diametergroep/ compound blic 744 /compound en diametergroep Pu Slagvastheid (klokmethode) TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl / jaar /diametergroep/ stijfheidsklasse / jaar /diametergroep/ stijfheidsklasse ISO 26 Audit testing () / diameter (2) Afmetingen MFR Melt Flow Rate (20 C/2,6 kg) (5) Thermische stabiliteit OIT (5) Frequentie zelfcontrole qu Norm Frequentie Aanvaardingsproeven en Proef 852 B..5.2.7 852 / diametergroep / compound/ trimester bij opstarten en /week/ etrusielijn B..5.2.7: 852 / jaar / jaar /diametergroep/ stijfheidsklasse / jaar /diametergroep/ stijfheidsklasse / jaar /diametergroep/ stijfheidsklasse aantal grootte criteria roodbruin: ral 802 grijs: ral 707 6 MFR compound buis 0,2 g/0 8 min (bij 200 ) volgens norm 200 ± 0 mm TIR (werkelijk breukpercentage) 0 % volgens norm 200 ± 0 mm H50 m Ma breuk < 0,5m Herziening: 200 mm 2% 2/2

Norm iry 852 Markering (2) 8 / stijfheidsklasse/ compound ISO 67 4.4 / diametergroep/ compound ISO 67 4.4 852.2 5 Audit testing aantal () /jaar/diameterg / jaar roep/ /diametergroep/ compound/ stijfheidsklasse stijfheidsklasse en 7. N D M E P Frequentie zelfcontrole / jaar / batch compound / diametergroep bij opstarten en /8h/etrusielijn blic Inwendige drukproef (000h) Inwendige drukproef (40h) ISO 9969 tabel Pu Initiële ringstijfheid (7) Frequentie Aanvaardingsproeven qu Buizen (vervolg) Proef B..5.2.7 852 TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl grootte 00 ± 0 mm criteria 4kN/m² klasse SDR/S6 8kN/m² klasse SDR2,4/S,2 SDR9/S4 SDR25/S2,5 6kN/m² klasse SDR22/S0,5 dn < 5 : m dn 5:,5 m 95 C σ 2,5 MPa 000 h dn < 5 : m dn 5:,5 m 80 C σ 4,2 MPa 40 h / jaar /diametergroep/ volgens norm stijfheidsklasse B..5.2.7: 852 Herziening: 24/2

iry Hulpstukken Aspect/Kleur 852 5. 5.2 Afmetingen (8) ISO 26 6. 6.4 Thermische stabiliteit OIT (5) ISO 57-6 4.5 MFR Melt Flow Rate (20 C/2,6 kg) (5) 4. Vervormbaarheid of mechanische weerstand (0) 2256 7.2 Waterdichtheid (0) 05 5,7 6 N D M E P / type hulpstuk bij opstarten en / 8h / type / type hulpstuk bij opstarten en / 8h / type () / compound / batch compound (9) / batch compound /compound 0 / diametergroep / componentgroep 8.2 / diametergroep / componentgroep ISO 67 4.4 / compound ISO 580 8.2 2 / diametergroep / componentgroep TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl aantal grootte criteria 5 ± 2 mg 8 min (bij 200 ) / jaar/ diametergroep /componentgroep / stijfheidsklasse / jaar/ diametergroep /componentgroep / stijfheidsklasse /jaar/ diametergroep/ moftype /jaar/ diametergroep/ moftype blic Inwendige drukproef (5) () (000h) Ovenproef (50 C) (2) tabel Audit testing () qu Frequentie zelfcontrole en Norm Frequentie Aanvaardingsproeven Pu Proef 852 B..5.2.7 852 / jaar volgens norm volgens norm / jaar volgens norm volgens norm / jaar volgens norm volgens norm Geen lek / 2 jaar volgens norm volgens norm 95 C - 2,5 MPa 000 h / jaar / diametergroep / stijfheidsklasse B..5.2.7: 852 klasse A: MFR 0,g/0 klasse B: 0,<MFR 0,6g/0 klasse C: 0,6<MFR 0,9g/0 klasse D: 0,9g/0 <MFR Herziening: 20% 25/2

7.2 9 / diametergroep / componentgroep. 6 / type hulpstuk 277 tabel 9 4 277 9 4 Cyclische proef bij verhoogde temperatuur (6) 055 9 4 /diametergroep / type dichting (5) /diametergroep / type dichting (5) TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl M Frequentie zelfcontrole E P / type dichting in de laagste stijfheidsklasse (5) Pu Gecombineerde dichtheidsproeven N D volgens norm / jaar / diametergroep / stijfheidsklasse en Gecombineerde dichtheidsproeven bij bar Norm Frequentie Aanvaardingsproeven bij opstarten / machine / 2jaar/ diametergroep/ type dichting (5) blic Proef 200: n = 5 > 200: n = Gebruiksgeschiktheid (4) 852 iry Markering () 206 852 qu Slagproef B..5.2.7 852 B..5.2.7: 852 Audit testing () aantal / jaar diametergroep/ stijfheidsklasse volgens norm volgens norm / jaar diametergroep/ stijfheidsklasse grootte volgens norm volgens norm volgens norm volgens norm Herziening: criteria Geen lekken Geen lekken Verschil in onderdruk: 0,0 bar Geen lekken Toegelaten doorbuiging: 50: mm > 50: 0,05 26/2

iry (terug naar overzicht schema s) B..5.2.7 852 Pu blic en qu Het controleorganisme heeft het recht te beslissen of de proeven in een onafhankelijk laboratorium of bij de fabrikant worden uitgevoerd. In het laatste geval is de inspecteur aanwezig. Lange duur proeven en proeven voor de gebruiksgeschiktheid worden steeds in een onafhankelijk laboratorium uitgevoerd. 2 diameter / diametergroep wordt in het onafhankelijke laboratorium gecontroleerd. De overige diameters worden bij de fabrikant door het controleorganisme nagekeken. Mofafmetingen: enkel voor die afmetingen die door het productieprocedé beïnvloed worden. 4 Afschuining en lengte van de buis indien van toepassing. 5 Indien het materiaal van het hulpstuk hetzelfde is als dat van de buis en reeds getest is dan moet deze proef hier niet herhaald worden. klasse A: MFR 0,g/0 klasse B: 0, < MFR 0,6 klasse C: 0,6 < MFR 0,9 klasse D: 0,9 < MFR,5 6 Enkel voor buizen die blootgesteld worden aan temperaturen lager dan -0 C. Indien deze proef vereist is, dient de slagproef volgens EN744 niet meer te worden uitgevoerd. 7 Voor reeksen SDR 29 en SDR 22 is PP-materiaal met hoge E-modulus vereist om aan de eisen voor ringstijfheid te kunnen voldoen. 8 meting / componentgroep wordt in het onafhankelijke laboratorium gecontroleerd. De overige worden bij de fabrikant door het controleorganisme nagekeken. 9 Enkel in geval van stuiklas. 0 Enkel voor hulpstukken bestaande uit meerdere delen. Proef uit te voeren op een geëtrudeerde buis vanaf 50 mm. 2 In geval van samengestelde hulpstukken moet de krimpproef op de buizen (reeds) uitgevoerd zijn. Enkel voor spuitgegoten hulpstukken. 4 Testen uit te voeren zowel door de hulpstuk- als door de buisfabrikant. De fabrikant van enkel hulpstukken of enkel buizen duidt de voor de proeven benodigde eterne buizen of hulpstukken aan. 5 Een type dichting bevat minstens: het concept van het materiaal, de vorm van de hals en de hardheid van het materiaal (± 5 IRHD International Rubber Hardness Degree). Enkel voor diametergroep. 6 Indien de buisfabrikant enkel buizen produceert met rechte uiteinden (zonder aangevormde mof) dan dient deze proef niet uitgevoerd te worden. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.7: 852 Herziening: 27/2

B..5.2.8 220 Etern ITT-Schema, zelfcontrole afgewerkt product intern controleschema, periodieke eterne proeven (audit tests) B..5.2.8 220 Kunststofleidingsystemen van polyethyleen (PE) voor de drinkwatervoorziening en voor de afvoer en riolering onder druk. B..5.2.8. Inleiding Dit reglement is geïnspireerd op de CEN/TS 220-7: Guidance for assessment of conformity. B..5.2.8.2 Technische specificaties De hierna vermelde punten (cursief aangeduid) worden in de overeenkomstige normen 220-, 220-2, 220-, 220-4, 220-5, NBN T42-6 en de PTV 002 uitvoerig beschreven. B..5.2.8. Goedkeuring van materialen in contact met drinkwater (punt 5. van de 220-2, punt 5.6 van de 220-, punt 5.4 van de 220-4) De eisen hieromtrent werden vastgelegd door Belgaqua (Belgische Federatie voor de Watersector). Hydrocheck: Methodes en eisen voor het chemisch, organoleptisch en bacteriologisch onderzoek van organische materialen, materialen op basis van cement en glijmiddelen die in contact komen met drinkwater en water bestemd voor de drinkwaterproductie. Materiaal Het materiaal moet PE 40 (alleen voor drinkwater toepassing), PE 80, PE00 of PE00-RC zijn. Het materiaal voor buizen moet voldoen aan de vereisten vermeld in punt 4 van de 220-, 220-2, 220- en 220-4, punt van de NBN T42-6 en aan punt. van de PTV 002. Kleur Volgens punt 4. van 220- en punt 5.2 van 220-2 doch rekening houdend met de beperkingen vastgelegd in punt.2. van PTV 002. Buitendiameters van de buizen Volgens punt 6.2 van 220-2 Wanddikte en toepassingsgebied Volgens punt 6. van 220-2 Lasverbindingssytemen Volgens punt.6 van de PTV 002 Markering Volgens punt van 220-2 en 220-, punt 0 van 220-4, punt 7 van NBN T42-6 en punt. van PTV 002. Zie eveneens B. Markering van het TRA BB 60/65/65. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.8: 220 Herziening: 28/2

B..5.2.8 220 B..5.2.8. Organisatie van de controle Controle van de overeenkomst van de producten met de normen Diametergroepen: van toepassing op buizen Diametergroep Nominale diameter, DN 6-20-2-40-50-6-75-90-0 2 25-40-60-80-200-225-250-280-5-55-400-450-500 560-60-70-800- 900-000-+ Componentgroepen: van toepassing op de hulpstukken Componentgroep Type Hulpstukken in PE 2 Mechanische koppelingen Moffen die weerstand bieden aan longitudinale krachten 4 Kranen 5 Kragen en dichtingen Proeven uit het aanvaardingsonderzoek De proeven hebben betrekking op alle karakteristieken die voorzien zijn door de normen en worden verricht door het laboratorium aangeduid volgens artikel A..5 van het TRA BB 60/65/65. Deze tabel geeft het detail van de uit te voeren proeven en het aantal te nemen monsters, rekening houdende met de indeling in groepen. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.8: 220 Herziening: 29/2

iry Compound Densiteit van het basispolymeer ISO 8 Hoeveelheid Koolstof zwart ISO 6964 tabel 4.4 /compound 4.4 / compound Frequentie zelfcontrole () Audit testing (2) aantal () grootte criteria / levering/ batch (4) ± cm² 90 kg/m³ / levering/ batch (4) 2 tot 2,5 massa % qu Norm Frequentie aanvaardingsproeven en Proef 220 B..5.2.8 220 ISO 855 4.4 / compound / levering/ batch (4) grade Gehalte aan vluchtige bestanddelen 2099 4.4 / compound / levering/ batch (4) 50 mg/kg Watergehalte (5) ISO552 4.4 / compound / levering/ batch (4) 250 mg/kg Melt Flow Rate (5kg/90 C) ISO - 4.4 0,2,4 g/0 min Classificatie ISO 9080 ISO 67 ISO 262 ISO 207 4.6 blic Verdeling Koolstof zwart en blauwe pigment / compound 4 / compound Pu TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl /5 leveringen B..5.2.8: 220 PE 00 - MRS 0 - σs 8,0 MPa PE 80 - MRS 8 - σs 6, MPa PE 40 - MRS 4,0 - σs,2 MPa Herziening: 0/2

iry Compound (vervolg) Slow Crack growth (Notch Test) ISO 479 Weerstand tegen RCP geen proeven voor drukken 0 bar ISO 477 of ISO 478 4.4 Lascompabiliteit (6) ISO 44 ISO 95 4.5 UV bestendigheid (voor blauwe buizen) + a), b), c) ISO 687 tabel qu Norm Frequentie Aanvaardingsproeven aantal () / compound 0 of 25 - SDR en Proef 220 2 / compound 250 - SDR of / compound 500 - SDR / compound 250 - SDR 2 blic 4.4 grootte B..5.2.8 220 criteria 80 C PE40 = 4,0 bar PE80 = 8,0 bar PE00 = 9,2 bar 500 h Enkel voor volwand blauw / compound,5 GJ/m² (ISO 4 cond. ) ISO 954 Enkel voor volwand blauw / compound % brosse breuk b) rek bij breuk ISO 6259-/ Enkel voor volwand blauw / compound 50 % c) inwendige drukproef ISO 67/2 Enkel voor volwand blauw / compound Volgens tabel van NBN EN 220-2 (20) Pu a) Decohesie elektrolas assemblage 4.4 TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl 2 B..5.2.8: 220 Herziening: /2

Hydrocheck tabel 5 / compound Frequentie aanvaardingsproeven.2.2 / compound PTV 002 Norm Thermische stabiliteit ISO57-6 in 4.4. tabel en in 8.2 tabel aantal () Frequentie zelfcontrole () aantal () Audit testing (2) (4) B..5.2.8 220 grootte criteria grootte criteria 40 min bij 200 C Pu blic Proef Frequentie Audit testing zelfcontrole (2) () qu Norm Frequentie aanvaardingsproeven en Proef 220 iry TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.8: 220 Herziening: 2/2

iry B..5.2.8 220 Eisen voor PE 00-RC Compound initiële beproeving (punt van NBN T42-6) Weerstand tegen trage Scheurvorming op gekerfde buis (Notch Pipe Test) ISO 479 Weerstand tegen een lokale belasting (point load test PLT) NBN T42-6 bijlage A Thermische verouderingstest NBN T42-6 bijlage B.2.2 TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl / compound PE 00RC / compound PE 00RC grootte min 0 SDR / compound PE 00RC B..5.2.8: 220 Beproevingsvoorwaarden / criteria 80 C Inwendige proefdruk = 9,2 bar 8760 h(water-water) Geen breuk (7) 80 C min 0 SDR = 4 N/mm² 8760 h (7, 8, 9) Geen breuk tijdens de beproeving 80 C = 4 N/mm² / compound PE 00RC blic ISO 6770.2 Pu Stress crack weerstand van de grondstof (FNCT) (op platen).2 tabel aantal () qu Norm Frequentie aanvaardingsproeven en Proef NBN T42-6 8760 h (7, 8, 9) Geen breuk tijdens de beproeving 2-SDR Herziening: /2

iry B..5.2.8 220 Eisen voor PE 00-RC Compound Kwaliteitscontrole (punt 4 van NBN T42-6) Norm ISO 479 (7) (0) () Weerstand tegen een lokale belasting (point load test PLT) NBN T42-6 (7)(0)() bijlage A Stress crack weerstand van de grondstof (FNCT) (op platen) ISO 6770 (7)(0) 4.2 4.2 4.2 tabel 2 2 aantal () 2 Pu TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl grootte Min 0 SDR Om de jaar Beproevingsvoorwaarden / criteria 80 C Inwendige proefdruk = 9,2 bar 8760 h(water-water) Geen breuk tijdens de beproeving 80 C Om de jaar = 4 N/mm² 8760 h (8) Geen breuk tijdens de beproeving Elke batch = 4 N/mm² 8760 h (8) Geen breuk tijdens de beproeving 80 C blic Weerstand tegen trage Scheurvoortplanting (Notch Pipe Test) Frequentie zelfcontrole () en Proef NBN T42-6 qu De lasbaarheid van PE 00 niet RC compound moet eveneens aangetoond worden. Daartoe moet een las tussen een buis of spie-eind van het betrokken PE 00 RC compound en een buis of spie-eind van een niet RC PE 00 (of PE 80) beproefd worden. B..5.2.8: 220 Herziening: 4/2

iry B..5.2.8 220 Eisen voor PE 00-RC buizen initiële beproeving (punt 5 van NBN T42-6) Stress crack weerstand op uit de buis 284- gesneden (2NTC) (7) (0) Stress crack weerstand op buizen NBN T42-6 (7)(0) bijlage A Weerstand tegen trage scheurvorming op NBN ISO EN 479 gekerfde buis (7)(0)(2) (Notch Pipe Test) 5.2 5.2 grootte Beproevingsvoorwaarden / criteria 80 C min 0 SDR + grootste en kleinste wanddikte van de buis = 4 N/mm² 00 h (8) Geen breuk tijdens de beproeving / compound PE 00RC min 0 SDR = 4 N/mm² 8760 h (8) Geen breuk tijdens de beproeving / compound PE 00RC min 0 SDR / compound PE 00RC 80 C 80 C Inwendige proefdruk = 9,2 bar 5000 h (water-water) Geen breuk tijdens de beproeving Pu blic methode naar keuze Weerstand tegen een lokale belasting (point load test PLT) 5.2 tabel aantal () qu Norm Frequentie aanvaardingsproeven en Proef NBN T42-6 TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.8: 220 Herziening: 5/2

Eisen voor PE 00-RC buizen Kwaliteitscontrole Stress crack weerstand op uit de buis gesneden (2NTC) Weerstand tegen een Stress crack lokale belasting weerstand (point load test PLT) op buizen 284- (7)(0) NBN T42-6 (7)(0) bijlage A 6.2 tabel Om de 6 maanden, tenminste /jaar/diametergroep 4 4 aantal () min 0 SDR + grootste en kleinste wanddikte van de buis min 0 SDR Om het jaar voor diametergroepen en 2 Om de jaar voor diametergroep 6.2 min 0 SDR 4 Pu TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl grootte B..5.2.8: 220 Beproevingsvoorwaarden / criteria 80 C = 4 N/mm² 00 h (8) Geen breuk tijdens de beproeving 80 C blic Weerstand tegen methode trage scheurvorming NBN ISO EN 479 naar keuze op gekerfde buis (7)(0)(2) (Notch Pipe Test) 6.2 Frequentie zelfcontrole () qu Norm B..5.2.8 220 (punt 6 van NBN T42-6) en Proef NBN T42-6 iry Herziening: = 4 N/mm² 8760 h (8) Geen breuk tijdens de beproeving 80 C Inwendige proefdruk = 9,2 bar 5000 h (water-water) Geen breuk tijdens de beproeving 6/2

iry Buizen Audit testing (2) aantal () N D4 M5 E6 P7 2 / diametergroep -2 2 / diametergroep 8.2 5 2 / diametergroep ISO 6259-/ 7.2 2 / diametergroep ISO 67 7.2 ISO 67 7.2 2 / diametergroep (2) ISO 67 7.2 2 / diametergroep (2) ISO57-6 8.2 5 / diametergroep / batch compound 5. Afmetingen ISO 26 6 Krimpproef (8) ISO 2505 Verlenging bij breuk TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl grootte criteria bij opstarten en /8 h /etrusielijn / jaar bij opstarten en /8 h /etrusielijn / jaar /maand/etrusielijn / jaar 0 cm % /maand/etrusielijn / jaar 5 dn<75: 75 dn<450: 5 dn 450: 8 Volgens norm 50% en 220-2 (9) 80 C - σ = MPa 65 h (20) (9) 20 C - σ = MPa 00 h (20) / jaar (9) 80 C - σ = MPa 000 h (20) / jaar 20 / batch compound Pu Aspect Inwendige drukproef 80 C 65h Inwendige drukproef 20 C 00h Inwendige drukproef 80 C 000h Thermische stabiliteit OIT (22) tabel Frequentie zelfcontrole () qu Norm Frequentie aanvaardingsproeven blic Proef 220 2 B..5.2.8 220 B..5.2.8: 220 Herziening: 7/2

Slow Crack growth (Notchtest) (2) Proef ISO 479 Norm tabel 4.4 N D M E P 2 220-2 tabel Frequentie zelfcontrole () Audit testing (2) qu Norm Frequentie aanvaardingsproeven Frequentie aanvaardingsproeven N DM E P aantal () /jaar Frequentie zelfcontrole () Audit testing (2) aantal () en Proef 220 iry B..5.2.8 220 grootte criteria 80 C PE40 = 4,0 bar (SDR) PE80 = 8,0 bar (SDR) PE00 = 9,2 bar (SDR) 500h grootte criteria MFR PE 40 ISO - 8.2 5 / diametergroep / batch compound / jaar 0,2g/0 MFR (90/2,6) 0,6g/0 MFR PE 80 PE 00 ISO - 8.2 5 / diametergroep / batch compound / jaar 0,2g/0 MFR (90/5),g/0 Markering (24) 220.2 6 / diametergroep blic PTV 002 Proef Norm 220 Maimale ovalisatie NBN T42-00.2. Frequentie aanvaardingsproeven N DM E P 2 / diametergroep Pu Kleur.6 TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl bij opstarten en /8 h /etrusielijn Frequentie zelfcontrole () Audit testing (2) aantal () bij opstarten en /8 h /etrusielijn / jaar Bij opstarten en /8h /etrusielijn / jaar B..5.2.8: 220 Herziening: grootte criteria 8/2

Norm NBN T42-6 7 N DM E P Frequentie zelfcontrole () Audit testing (2) aantal () 2 / diametergroep bij opstarten en /8 h /etrusielijn B..5.2.8 220 grootte criteria Pu blic en Markering tabel Frequentie aanvaardingsproeven qu Proef NBN T42-6 iry TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.8: 220 Herziening: 9/2

iry Hulpstukken tabel 220-5. / 5. Afmetingen ISO 26 6-2- ISO 67 7. 4 ISO 67 7. 4 ISO 67 7. 4 76 7. 4 Slagproef (25) / diametergroep / componentgroep TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl Bij opstarten en /8h/type /componentgroep/jaar Bij opstarten en /8h/type (enkel mof en spie-einde) Bij opstarten en /week/type / diametergroep / componentgroep B..5.2.8: 220 aantal () grootte criteria /componentgroep/jaar /componentgroep/ jaar Bij opstarten en /week/type Pu Inwendige drukproef 20 C 00 h voor hulpstukken Inwendige drukproef 80 C - 65 h voor hulpstukken Inwendige drukproef 80 C 000 h voor hulpstukken N DM E P / diametergroep / componentgroep / afmeting / componentgroep Audit testing (2) blic Aspect/Kleur Frequentie zelfcontrole () qu Norm Frequentie aanvaardingsproeven en Proef 220 - B..5.2.8 220 (9) (9) /componentgroep/ jaar (9) /componentgroep/ jaar Herziening: 40/2

iry Hulpstukken (vervolg) Norm Frequentie aanvaardingsproeven tabel Frequentie zelfcontrole () Audit testing (2) qu Proef 220 - B..5.2.8 220 N DM E P MFR (26) ISO 8.2 6 / diametergroep / componentgroep OidatieInductietijd OIT (22) ISO - 8.2 6 / diametergroep / componentgroep (2) Markering (24) 220-.2 7 / diametergroep / componentgroep en /batch compound /batch compound grootte criteria /componentgroep/jaar /componentgroep/jaar /componentgroep/jaar Pu blic Bij opstarten en /8h/type aantal () TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.8: 220 Herziening: 4/2

iry Kranen N DM E P Frequentie zelfcontrole () Audit testing (2) / diametergroep / componentgroep Bij opstarten en /8h/type /diametergroep/ jaar qu Norm Frequentie aanvaardingsproeven en Proef 220-4 tabel Aspect/Kleur 220 5./5. Afmetingen ISO 26 6 Inwendige drukproef 20 00h voor kranen ISO 67 7. 2 Inwendige drukproef 80 65 h voor kranen ISO 67 7. 2 Inwendige drukproef 80 000h voor kranen ISO 67 7. Dichtheid van de zitting en de pakking ISO 5208 7. Bedieningskoppel voor kranen 282 7. / afmeting / componentgroep aantal () Bij opstarten en /8h/type /diametergroep/ jaar / diametergroep / componentgroep Bij opstarten en /week/type /diametergroep/ jaar (9) Bij opstarten en /week/type /diametergroep/ jaar (9) / diametergroep / componentgroep /diametergroep/ jaar (9) 2 / diametergroep / componentgroep /diametergroep/ jaar 2 / diametergroep / componentgroep /diametergroep/ jaar blic 2 Pu TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.8 220 B..5.2.8: 220 Herziening: grootte 42/2 criteria

iry Kranen (vervolg) Norm tabel Frequentie aanvaardingsproeven Frequentie zelfcontrole () qu Proef 220-4 B..5.2.8 220 N DM E P Audit testing (2) aantal () /diametergroep/ jaar 282 7. 2 / diametergroep / componentgroep Weerstand tegen doorbuiging tussen steunpunten 200 7. 2 / diametergroep / componentgroep /diametergroep/ jaar Dichtheid bij trekbelasting ISO 09 7. 2 / diametergroep / componentgroep /diametergroep/ jaar Weerstand van het bedieningsmechanisme 282 7. 2 / diametergroep / componentgroep /diametergroep/ jaar Dichtheid tijdens en na doorbuiging van het bedieningsmechanisme 680 7. 2 / diametergroep / componentgroep /diametergroep/ jaar Slagproef voor kranen 705 7. 2 / diametergroep / componentgroep /diametergroep/ jaar Pu blic en Blokkeringsweerstand TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.8: 220 Herziening: grootte 4/2 criteria

iry Kranen (vervolg) tabel Dichtheid (a), gebruiksgemak (b) (a) ISO 5208 en slagweerstand (b) 282 (c) na lange duur 7. (c) 705 inwendige (d) 97 drukproef (d) voor kranen Oidatie-Inductietijd ISO - 8.2 OIT 2 4 / diametergroep / componentgroep ISO - 8.2 4 Markering (24) 220 0.2 5 Pu TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl () (2) () /diametergroep/ jaar (a) (b) (c) (d) /diametergroep/ jaar /batch compound /batch / diametergroep / compound componentgroep Bij opstarten en / diametergroep / /8h/type componentgroep / diametergroep / componentgroep Hydrocheck aantal N DM E P / diametergroep / componentgroep MFR Audit testing qu Frequentie zelfcontrole en Norm Frequentie aanvaardingsproeven blic Proef 220-4 B..5.2.8 220 /diametergroep/ jaar /diametergroep/ jaar grootte criteria : : : : B..5.2.8: 220 Herziening: 44/2

iry Gebruiksgeschiktheid ISO 954 of ISO 955 Afpelproef voor electrolaszadels ISO 955 Trekproef uit uit spiegellas verbindingen (27) ISO95 Proeven op mechanische verbindingen 7 75 9 72 Proef Norm aantal () grootte /jaar/ componentgroep volgens norm e < 25 mm type A e 25 mm type B Taaie breuk grootte criteria tabel 4.4 5 /diametergroep en per componentgroep 4.4 5 /diametergroep en per componentgroep /jaar/ componentgroep /diametergroep en per componentgroep /jaar/ diametergroep /jaar/ componentgroep 2-4-6-7 afhankelijk van dn /jaar/ componentgroep Audit testing (2) aantal () /jaar/ componentgroep (9) 4.4 4.4 5 5 220-2 N DM E P Audit testing (2) /diametergroep en per componentgroep Frequentie aanvaardingsproeven tabel N DM E P 7. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl 4 Frequentie zelfcontrole () /diametergroep en per componentgroep Pu Inwendige drukproef 20 C - 00 h op trekvaste ISO 67 mechanische verbindingen PPflenzen qu Afpelproef voor electrolasmoffen Frequentie zelfcontrole () en Norm Frequentie aanvaardingsproeven blic Proef 220-5 B..5.2.8 220 B..5.2.8: 220 Herziening: criteria 45/2

iry Gebruiksgeschiktheid (vervolg) Inwendige drukproef 80 C - 000 h op trekvaste ISO 67 mechanische verbindingen PPflenzen tabel 7. 4 Audit testing (2) aantal () N DM E P /diametergroep en per componentgroep /jaar/ componentgroep (9) grootte criteria Pu blic (terug naar overzicht schema s) Frequentie zelfcontrole () qu Norm Frequentie aanvaardingsproeven en Proef 220- B..5.2.8 220 TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.8: 220 Herziening: 46/2

TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.8: 220 Herziening: 47/2 B..5.2.8 220 Frequentie leverancier: per levering moet de leverancier van de grondstof een proefverslag afgeven, waarvan de resultaten zullen vergeleken worden met deze van de zelfcontrole van de fabrikant. 2 Het controleorganisme heeft het recht te beslissen of de proeven in een onafhankelijk laboratorium of bij de fabrikant worden uitgevoerd. In het laatste geval is de inspecteur aanwezig. Lange duur proeven en proeven voor de gebruiksgeschiktheid worden steeds in een onafhankelijk laboratorium uitgevoerd. Het in deze tabellen aangeduide aantal monsters zijn het minimum. 4 Enkel voor producenten zonder ISO 900 certificatie. 5 250 mg/kg; enkel uit te voeren indien het gehalte aan vluchtige bestanddelen niet conform is. 6 Voor stuiklas: beide componenten moeten van dezelfde klasse zijn. 7 Het aantal vereiste voor de productiecontrole moet vermeld worden in het kwaliteitsplan van de fabrikant. 8 Proefmedium: oplossing van 2% (m/m) van Arkopal N-00 in gedemineraliseerd water. 9 Ingeval van verschillend resultaat tussen PLT en de FNCT, is het resultaat van de PLT beslissend. 0 Een versnelde beproeving kan gebruikt worden voor zover er correlatie kan worden aangetoond met ten minste 0 punten verdeeld over decaden; de correlatiecoëfficiënt moet ten minste 0,9 bedragen met een onderst betrouwbaarheidsgrens van 2,5%. De in bijlage C (NBN T42-6) beschreven Pipe Accelerated Notch test (PANT) voldoet aan deze correlatie-eisen. De versnelde beproeving moet uitgevoerd worden op min. dn 0. 2 Alleen op één-laagse buizen. Nieuw systeem. 4 Nieuw ontwerp. 5 Nieuw materiaal. 6 Uitbreiding van het productgamma. 7 verandering van de productiemethode. 8 Wanddikte < 6 mm. 9 Voor diametergroepen en 2: ; voor diametergroep : proefstuk. 20 De waarde voor de wandspanning σ wordt per toegepast type materiaal, temperatuur en proefduur weergegeven in de tabel van de betreffende norm. 2 Indien het productgamma meer dan diametergroep bevat, moeten de genomen monsters de kleinste en de grootste groep van de productie omvatten en een monster van de tussenliggende diametergroep. Een succesvolle test betekent dat alle tussenliggende diameters aanvaard worden. Een succesvolle test op een diameter in een lagere SDR reeks maakt dat de buizen met dezelfde diameter in een hogere SDR reeks (met een kleinere wanddikte) eveneens aanvaard worden. Indien een producent zijn productgamma uitbreidt naar diameters groter of kleiner dan het bestaand productgamma dan zullen bijkomende proeven uitgevoerd worden. 22 De monsters worden genomen uit het inwendige oppervlak van de buis of het hulpstuk. 2 Wanddikte > 5 mm. In ander geval Cone test: ISO 480: (scheursnelheid 0 mm/dag). Proefdruk voor andere SDR klasse: zie anne A van ISO 479. 24 Zie eveneens B. Markering van het TRA BB 60/65/65. 25 Enkel voor vertakkingszadels. 26 MFR 90/5 moet zich tussen 0,2g/0min en, g/0min bevinden voor PE 80 en PE 00. MFR 90/2,6 moet zich tussen 0,2g/0min en 0,6 g/0min bevinden voor PE 40. 27 Voor diameters 90 en monsters met las bestaande uit dezelfde compound.

B..5.2.0 476-B Intern/etern ITT-Schema, zelfcontrole afgewerkt product intern controleschema, periodieke eterne proeven (audit tests) B..5.2.0 476- B Kunststofleidingsystemen met gestructureerde wand van het type B voor de drukloze ondergrondse afvoer van afvalwater. B..5.2.0. Inleiding Deze bijlage aan het TRA BB 60/65/65 is geïnspireerd op de prcen/ts 476-4: Guidance for the assessment of conformity. B..5.2.0.2 Technische specificaties De hierna vermelde punten (cursief) worden in de normen 476- en 476- uitvoerig beschreven. De algemene eigenschappen van de buizen en van de hulpstukken moeten voldoen aan de vereisten van: - voor PVC-U: bijlage A en B van de 476- - voor PP: bijlage C en D van de 476- - voor PE: bijlage E en F van de 476- Materiaal Het compound moet voldoen aan de vereisten vermeld in punt 4.2 en aan de specificaties van bijlage A van de 476-. Alle gegevens, zoals gespecificeerd in de tabellen tot en met 6 van de pren CEN/TS 476-4, dienen per grondstof gespecificeerd te zijn en moeten geregistreerd en controleerbaar zijn voor elke productiebatch. Het basismateriaal gebruikt voor de productie van de buis en hulpstukken moet voldoen aan de vereisten van: - voor PVC-U: punt 4.2 ( 476-) - voor PP: punt 4. ( 476-) - voor PE: punt 4.4 ( 476-) Enkel intern gerecycleerd materiaal met overeengekomen specificaties; - voor PVC-U: volgens B2 van bijlage B van de 476- - voor PP: volgens D2 van bijlage D van de 476- - voor PE: volgens F2 van bijlage F van de 476- is toegestaan. Kleur Volgens punt 6.2 van de 476-. Nominale diameter van de buizen Volgens punt 7.2. en 7.2.4 ( 476-) De toegelaten diameters zijn deze zoals vermeld in de tabellen 5 en 6 van de 476-. Wanddikte en toepassingsgebied Volgens punt 7.2.5 van de 476-. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.0: 476-B Herziening: 48/2

B..5.2.0 476-B Afmetingen van de verbindingen met dichtingsring en van de spie-einden Volgens punt 7.2.4 van de 476-. Lijmverbindingen (PVC-U) Volgens punt 4.7 van de 476- Lijmverbindingen zijn toegelaten. Lasverbindingen Volgens punt 4.6 van de 476- Lasverbindingen zijn toegelaten. Markering Volgens punt 0 van de 476- en punt van de 476- Zie eveneens B. Markering van het TRA BB 60/65/65 Voor de markering van de buizen gelden de volgende codes van de toepassingszone: UD (ingegraven riool, gebruik binnen en buiten gebouwen) U (ingegraven riool, enkel buiten gebouwen) De hulpstukken worden voorzien van de markering van het toepassingsgebied U of UD naargelang het geval. B..5.2.0. Organisatie van de controle Controle van de overeenkomst van de producten met de normen Bemonstering - Diametergroepen: van toepassing op buizen en hulpstukken Diametergroep 2 - Componentgroepen: van toepassing op de hulpstukken Componentgroep nominale diameter, DN ID = 00 25 50 200 OD = DN0 25 60 200 ID = 250 00 400 500 OD = DN 250 5 400 500 ID = 600 800 000 200 OD = DN 60 800 000 200 Type bochten 2 vertakkingen andere (verloopstukken, koppelstukken, overgangsstukken, ) TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.0: 476-B Herziening: 49/2

B..5.2.0 476-B Proeven uit het aanvaardingsonderzoek De proeven hebben betrekking op alle karakteristieken die voorzien zijn door de norm en worden verricht door het laboratorium aangeduid volgens artikel A..5 van het TRA BB- 60/65/65. De tabel geeft het detail van de uit te voeren proeven en het aantal te nemen monsters, rekening houdende met de indeling in groepen. Opmerking: Indien de fabrikant van lijmtype verandert, dienen de gebruiksgeschiktheidstesten opnieuw uitgevoerd te worden. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.0: 476-B Herziening: 50/2

iry Buizen Norm Proef 476 e > 8 mm-60 min Weerstand tegen dichloormethaan () (5 C - 0 min) TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl bij opstarten en /8h/etrusielijn 4.2 / compound 727 8. 8 / compound 8. 8 8. 8 905 ISO 209 580 tabel Bijlage A N D M P E / compound blic (50 ± 2 C) Frequentie aanvaardingsproeven / diametergroep / diametergroep/ compound Pu PVC-U Vicat Verwekingstemperatuur (2) e 8 mm-0 min Oventest ISO 67 Inwendige drukproef (5) N D M P E / diametergroep 476- Norm PVC hoeveelheid tabel 6 Frequentie Audit testing zelfcontrole () en Aspect/kleur Frequentie aanvaardingsproeven qu Proef 476- B..5.2.0: 476-B B..5.2.0 476-B Frequentie zelfcontrole criteria aantal grootte / jaar Audit testing () criteria aantal / jaar /week/ etrusielijn / compound / jaar / compound / jaar / jaar/ diametergroep /week/ etrusielijn / jaar/ diametergroep / jaar Herziening: grootte volgens norm 80 % dn < 5 : m dn 5:,5 m 60 C / σ = 0 MPa 000 h 2 ± cm² VST 79 C 200 mm geen onthechting, geen scheuren, geen blazen 60 mm afgeschuind Geen enkele aantasting 5/2

iry Buizen (Vervolg) MFR Melt Flow Rate Volumieke massa Oventest (0 ± 2 C) e 8 mm-0 min e > 8 mm-60 min MFR Melt Flow Rate (6) (20 C 2,6kg) PP Inwendige drukproef (5) Inwendige drukproef (5) Oventest (50 ± 2 C ) / compound 4.4 / compound 4.4 / compound / jaar 4.4 / compound / jaar 4.4 / compound bij opstarten en /8h/productielijn / jaar ISO 209 8. 2 / diametergroep /week/ productielijn / jaar/ diametergroep ISO 4. 2 / compound / compound batch / jaar 4. 2 / compound 4. 2 / compound / jaar 4. 2 / compound / jaar 8.2 / diametergroep ISO 57-6 ISO 67 ISO 67 ISO 8- Conditie M OIT (4) e 8 mm-0 min e > 8 mm-60 min TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl / jaar en Inwendige drukproef (5) / compound batch 4.4 ISO N D M P E blic Inwendige drukproef (5) Audit testing () tabel Conditie T OIT (4) Frequentie zelfcontrole ISO 57-6 ISO 67 ISO 67 ISO 209 Pu PE Etrusie Spuitgiet (90 C 5 kg) Norm Frequentie aanvaardingsproeven qu Proef 476- B..5.2.0: 476-B B..5.2.0 476-B /week/ etrusielijn / compound / jaar / compound / jaar / compound / jaar / compound / jaar / jaar Herziening: criteria aantal grootte volgens norm,6 g/0 min volgens norm ± cm² 20 min dn < 5: m dn 5:,5 m 80 C / σ = 2,8 MPa 000 h dn < 5 : m dn 5:,5 m 80 C / σ = 4,0 MPa 65 h Volgens norm 200 mm volgens norm 90 kg/m³ geen onthechting, geen scheuren, geen blazen,5 g /0 min (6) volgens norm ± cm² 8 min dn < 5 : m dn 5:,5 m 95 C / σ = 2,5 MPa 000 h dn < 5 : m dn 5:,5 m 80 C / σ = 4,2 MPa 40 h 200 mm geen onthechting, geen scheuren, geen blazen 52/2

Buizen (Vervolg) tabel ISO 26 7.2 5,6,7 Slagvastheid Klokmethode (0 ) 744 9. 4 Slagvastheid Trapmethode (-0 C) 4 (7) (8) (9) Ringstijfheid Ringfleibiliteit Kruipfactor () Treksterkte van de lasnaad (2) Markering 9. Bijlage H ISO 9969 9. 4 ISO 968 9. 4 ISO 9967 9. 4 979 9. 5 476-8 TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl N D M P E / nominale afmeting/ stijfheidsklasse / diametergroep / compound / diametergroep / compound / diametergroep/ Stijfheidsklasse/ compound Ontwerp familie /compound / diametergroep / compound / diametergroep Pu Afmetingen Audit testing () bij opstarten en /8h/etrusielijn / jaar bij opstarten en /dag/etrusielijn (0) / jaar bij opstarten en /dag/etrusielijn / jaar qu Frequentie zelfcontrole en Norm Frequentie aanvaardingsproeven blic Proef 476- iry B..5.2.0: 476-B B..5.2.0 476-B Criteria aantal grootte Volgens norm TIR (werkelijk breukpercentage) volgens norm 200 ± 0 mm volgens norm 200 ± 0 mm H50 000 mm Geen breuken onder 500 mm DN 500: SN 4, SN 8, SN6 DN > 500: SN 2, SN 4, SN 8, SN6 0 % bij opstarten / jaar 00 ± 0 mm bij opstarten / jaar 00 ± 0 mm conform 9..2 Volgens norm PVC-U: 2,5 bij etrapolatie naar 2 jaar PP en PE: 4 bij etrapolatie naar 2 jaar Volgens norm DN < 400 80 N 400 DN < 600 50 N 600 DN< 800 760 N DN >800 020 N / jaar bij opstarten / jaar bij opstarten en /8h/etrusielijn / jaar Herziening: 5/2

Aspect/Kleur Proef 476-476- Norm 905 Inwendige drukproef (5) ISO 67 Vicat Verwekingstemperatuur 727 TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl ISO 580 (lucht) Bijlage A 4.2 8. 8. / compound / compound 9 / compound 9 / diametergroep/ componentgroep B..5.2.0: 476-B N D M P E blic (50 ± 2 C) e mm-5 min < e 0 mm-0 min 0 < e 20 mm-60 min tabel Frequentie aanvaardingsproeven Pu PVC-U PVC hoeveelheid N D M P E / diametergroep / componentgroep 6 Oventest tabel Frequentie zelfcontrole Audit testing () bij opstarten en / 8h / type / componentgroep / jaar qu Norm Frequentie aanvaardingsproeven en Proef 476- iry Hulpstukken Frequentie zelfcontrole / jaar B..5.2.0 476-B /week/ machine Audit testing () criteria aantal criteria aantal / jaar / compound / jaar / compound / jaar / componentgroep / jaar Herziening: grootte grootte volgens norm 85 % dn < 5 : m dn 5:,5 m 60 C / σ = 6, MPa 000 h 2 ± cm² UD: VST 78 C U: VST 77 C stuk tot een afstand 0 e van het aanspuitpunt mag de inwerking niet groter zijn dan 50% van e in de overige delen mag de inwerking niet groter zijn dan 0% van e 54/2

iry Hulpstukken (vervolg) Norm Frequentie aanvaardingsproeven tabel ISO MFR Melt Flow Rate (90 C 5 kg) / compound 4.4 4.4 4.4 e mm-5 min < e 0 mm-0 min 0 < e 20 mm-60 min OIT (4) Inwendige drukproef (5) Inwendige drukproef (5) Volumieke massa TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl ISO 580 (lucht) ISO Conditie T ISO 57-6 ISO 67 ISO 67 ISO 8- / jaar / compound / jaar / compound / jaar / compound bij opstarten en /8h/productielijn / jaar 8. / diametergroep/ componentgroep bij opstarten en /week/ productielijn / componentgroep / jaar 4.4 4 / compound / compound batch / jaar 4.4 4 / compound 4.4 4 / compound / jaar 4.4 4 / compound / jaar 4.4 4 / compound bij opstarten en /8h/productielijn blic Volumieke massa (90 C 5 kg) PE 4.4 / compound batch Pu PE Etrusie Spuitgiet Inwendige drukproef (5) MFR Melt Flow Rate ROTATIE GEGOTEN / compound Audit testing () en ISO 57-6 ISO 67 ISO 67 ISO 8- Inwendige drukproef (5) (0 ± 2 C) Conditie T OIT (4) Oventest N D M P E 4.4 Frequentie zelfcontrole qu Proef 476- B..5.2.0: 476-B B..5.2.0 476-B /compound / jaar /compound / jaar criteria aantal volgens norm volgens norm /compound / jaar /compound / jaar / jaar Herziening: grootte ± cm² 20 min dn < 5: m 80 C / σ = 2,8 MPa 000 h dn < 5: m 80 C / σ = 4,0 MPa 65 h Volgens norm,6 g/0 min stuk volgens norm 90 kg/m³ Rond het aanspuitpunt mag de inwerking niet groter zijn dan 20% van e g MFR 6 g /0 min volgens norm ± cm² 0 min dn < 5: m dn 5:,5 m 60 C / σ =,2 MPa 000 h dn < 5: m dn 5:,5 m 60 C / σ =,9 MPa 65 h Volgens norm 925 kg/m³ 55/2

iry Hulpstukken (vervolg) Norm MFR Melt Flow Rate (20 C 2,6kg) Inwendige drukproef (5) (50 ± 2 C) e 8 mm-0 min e > 8 mm-60 min 2 / compound 2 / compound 2 / compound / jaar 2 / compound / jaar / diametergroep/ componentgroep bij opstarten /week/ etrusielijn 6 / diametergroep / componentgroep/ moftype ISO 4. 57-6 ISO 4. 67 ISO 4. 67 ISO 8.2 209 Afmetingen (a) inwendige mof diameter en spie-einde. (b) wanddikte ISO 26 7.2 5,6,7 2256 9.2 ISO 967 9.2 476- TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl criteria aantal grootte volgens norm,5 g /0 min (24) Volgens norm ± cm² 8 min / compound / jaar dn < 5 : m dn 5:,5 m 95 C / σ = 2,5 MPa 000 h dn < 5 : m dn 5:,5 m 80 C / σ = 4,2 MPa 40 h / componentgroep / jaar stuk Rond het aanspuitpunt mag de inwerking niet groter zijn dan 20% van e bij opstarten en / 8h / type / componentgroep / jaar 200: 5 > 200: stuk Geen breuken / componentgroep / jaar (a) bij opstarten en / 8h / type (b) bij opstarten 6 / diametergroep / component- groep / jaar / diametergroep / componentgroep 6 9 B..5.2.0: 476-B / compound / jaar Pu Markering N D M P E blic 9.2 Stijfheid (4) / jaar 4. 206 Mechanische weerstand ( ) / compound batch tabel Slagvastheid 0 C Audit testing () en PP Inwendige drukproef (5) Frequentie zelfcontrole Conditie M OIT (4) Oventest ISO Frequentie aanvaardingsproeven qu Proef 476- B..5.2.0 476-B bij opstarten / componentgroep / jaar / componentgroep / jaar / componentgroep / jaar Herziening: hulpstuk + buis met dezelfde DN stuk Geen afscheuring, barsten of lekken SN overeenkomstig 56/2

iry Gebruiksgeschiktheid (5) Weerstand tegen gecombineerde temperatuur cycli en eterne invloed (7) ISO 260 0 0 Verhoogde 0 temperatuur cycli (9) 055 (996) 7 / diametergroep en moftype/ringontwerp 7 7 979 0 7 Waterdichtheid () 05 0 7 M / diametergroep en moftype / diametergroep / componentgroep Pu Trekproeven op gelaste/gesmolten verbindingen N D (6) Frequentie zelfcontrole P E / 8 h/ type aantal / jaar/ moftype inclusief dichtingselement Audit testing () qu 277 Conditie B 277 Conditie C Frequentie aanvaardingsproeven en Dichtheidsproef van verbindingen met elastische dichting Norm blic Proef 476- tabel B..5.2.0 476-B / jaar/ moftype inclusief dichtingselement volgens norm dim 60 mm methode A dim > 60 mm methode B (laagste SN klasse) / jaar/ moftype inclusief dichtingselement / jaar/ moftype inclusief dichtingselement (20) Figuur 2 volgens norm hulpstuk + buis met dezelfde DN criteria grootte Geen lekken Verschil in onderdruk: 0,27 bar (8) Geen lekken DN < 400 80 N 400 DN < 600 50 N 600 DN< 800 760 N DN >800 020 N Geen lekken (terug naar overzicht schema s) TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.0: 476-B Herziening: 57/2

B..5.2.0 476-B Het controleorganisme heeft het recht te beslissen of de proeven in een onafhankelijk laboratorium of bij de fabrikant worden uitgevoerd. In het laatste geval is de inspecteur aanwezig. Lange duur proeven en proeven voor de gebruiksgeschiktheid worden steeds in een onafhankelijk laboratorium uitgevoerd. 2 Indien de binnenlaag,8 mm dan wordt de proef uitgevoerd op een profiel, geëtrudeerd van het betreffende materiaal. Enkel indien de binnenlaag > mm. 4 Enkel in geval van stuiklas. 5 Deze proeven dienen te worden uitgevoerd op monsters in de vorm van een volwandbuis met gladde wand vertrekkende van de betreffende grondstof. Indien de compound van het hulpstuk hetzelfde is als deze van de buis en reeds getest is dan moet deze proef niet herhaald worden. 6 Klasse A: 0, g/0 min - Klasse B: 0,<MFR 0,6 g/0 min - Klasse C: 0,6<MFR 0,9 g/0 min - Klasse D: 0,9<MFR,5 g/0 min. 7 Voor de afmetingen van verbindingen met dichtingsring: zie eveneens PTV 005. 8 diameter / diametergroep wordt in het onafhankelijke laboratorium gecontroleerd. De overige diameters worden bij de fabrikant door het controleorganisme nagekeken. 9 Afschuining: indien van toepassing. 0 Indien de slagproef volgens EN 4 (trapmethode) wordt uitgevoerd dan dient de slagproef volgens EN 744 niet te worden uitgevoerd. Bij ontwerp familie wordt verstaan de ontwerpen met dezelfde verhouding tussen de neutrale diameter van de buiswand en de maimale afstand tot het buitenste of binnenste profiel. 2 Enkel van toepassing op spiraal gevormde buizen. Enkel voor die hulpstukken die uit meer dan één stuk gemaakt zijn. 4 Indien een hulpstuk, volgens deze norm, dezelfde wandopbouw heeft als de overeenkomstige buis, dan is de stijfheid van het hulpstuk gelijk aan of groter dan deze van de buis en kan het hulpstuk met dezelfde stijfheid gekenmerkt worden zonder getest te zijn. 5 Testen uit te voeren zowel door de hulpstuk- als door de buisfabrikant. De fabrikant van enkel hulpstukken of enkel buizen duidt de voor de proeven benodigde eterne buizen of hulpstukken aan. 6 Bij wijziging van elastomeer materiaal. 7 Enkel voor hulpstukken volgens deze norm met DN/OD 5 en DN/ID 00 en toepassingscode UD. 8 Verticale vervorming: 9%; afwijking van de oppervlakte regelmatigheid: mm; straal 80% van de beginwaarde; opening van de lasnaad 20% van de wanddikte; dichtheid bij 0,5 bar/5min: geen lekken. 9 Enkel voor hulpstukken volgens deze norm met DN/OD 200 en DN/ID 80 en toepassingscode UD. 20 Van toepassing op alle constructies van buizen en hulpstukken met lasverbindingen. De testmonsters dienen in de lengte van de laszone uitgesneden te worden. De lengte van het monster bevat de lasverbinding en is voldoende lang om een correcte inklemming in de proefmachine te verzekeren. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.0: 476-B Herziening: 58/2

B..5.2. T42-604 T42-605 Etern ITT-Schema, zelfcontrole afgewerkt product intern controleschema, periodieke eterne proeven (audit tests) B..5.2. NBN T42-604 - NBN T42-605 Kunststofleidingsystemen Fabrieksmatig vervaardigde PVC-U aansluitstukken voor aansluiting op drukloze PVC-U rioleringsbuizen en kunststof aansluitstukken voor aansluiting op betonnen rioleringselementen Eisen en beproevingsmethoden. B..5.2.. Inleiding Deze bijlage aan het TRA BB-60/65/65 is geïnspireerd deels op CEN/TS 40-2: Plastic piping systems for non-pressure underground drainage and sewerage Unplasticized poly(vinyl chloride) (PVC-U) Part 2: Guidance for the assessment of conformity, CEN/TS 852-2: Plastic piping systems for non-pressure underground drainage and sewerage Polypropylene (PP) Part 2: Guidance for the assessment of conformity, CEN/TS 455-2: Plastics piping systems for soil and waste discharge (low and high temperature) withing the building structure Acrulonitrile-butadiene-styrene (ABS) Part 2: Guidance for the assessment of conformity, NBN T42-604: Kunststofleidingsystemen Fabrieksmatig vervaardigde aansluitstukken van ongeplasticeerd poly(vinylchloride) (PVC-U) voor aansluiting op drukloze PVC-U rioleringsbuizen Eisen en beproevingsmethoden en op NBN T42-605: Kunststofleidingsystemen Fabrieksmatig vervaardigde kunststof aansluitstukken voor aansluiting op betonnen rioleringselementen Eisen en beproevingsmethoden. B..5.2..2 Technische specificaties De hierna vermelde punten (cursief) worden in de normen 40-, 852-, 455-, NBN T42-604, NBN T42-605, PTV 006 en PTV 005 uitvoerig beschreven. De algemene eigenschappen van de aansluitstukken moeten voldoen aan de vereisten van bijlage B van 40, bijlage A van 852- en bijlage A van 455-. Materiaal Het basismateriaal PVC-hars, gebruikt voor de productie van de aansluitstukken volgens NBN T42-604 en NBN T42-605, moet voldoen aan de vereisten van punt 4 van de 40- en punt.4 van de PTV 005. Het basismateriaal PP, gebruikt voor de productie van de aansluitstukken volgens NBN T42-605, moet voldoen aan de vereisten van punt 4 van de 852- en punt. van de PTV 006. Het basismateriaal ABS, gebruikt voor de productie van de aansluitstukken volgens NBN T42-605, moet voldoen aan de vereisten van punt 4 van de 455-. Toepassen van reeds gebruikt materiaal Zie punt.4 van PTV 005 (enkel voor PVC aansluitstukken). Zie eveneens bijlage B..5.2.7: 852 van dit toepassingsreglement voor PP aansluitstukken. Zie punt 4.2 van 455- voor ABS-aansluitstukken. Densiteit Zie punt. van de PTV 005 (enkel voor PVC aansluitstukken). TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.: T42-604 / T42-605 Herziening: 59/2

B..5.2. T42-604 T42-605 Type aansluitleidingen en afmetingen Volgens punt 2 (NBN T42-604) de: 25, 60 (waarbij de de nominale buitendiameter is van de aansluitleidingen in mm) Type aansluitleidingen en afmetingen Volgens punt 2 (NBN T42-605) de: 25, 60, 200 (waarbij de de nominale buitendiameter is van de aansluitleidingen in mm) Markering Volgens punt 5 (NBN T42-604) en punt 6 (NBN T42-605) Zie eveneens B. Markering van TRA 60/65/65 De hulpstukken worden voorzien van de markering van het toepassingsgebied U of UD naargelang het geval. B..5.2.. Organisatie van de controle Controle van de overeenkomst van de producten met de normen. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.: T42-604 / T42-605 Herziening: 60/2

B..5.2. T42-604 T42-605 iry Aansluitstukken Norm tabel Aspect MFR Melt Flow Rate (20 C/2,6 kg) (2) ISO 57-6 ISO 580 Inwendige drukproef (2)(³) ISO 67/2 4. /diameter /compound Frequentie zelfcontrole Audit testing () bij opstarten en /8h/diameter diameter/jaar /batch compound /compound /batch compound aantal grootte /jaar volgens norm volgens norm /compound /compound /jaar 8.2 /samenstelling /samenstelling /jaar 2 ± cm² kleinste diameter grootste diameter diameter/jaar volgens norm 2 /samenstelling /compound /jaar 4. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.-: T42-604 / T42-605 /dag/diameter Herziening: klasse A: MFR 0, klasse B: 0, < MFR 0,6 klasse C: 0,6 < MFR 0,9 klasse D: 0,9< MFR,5 95 C σ = 2,5 MPa 000 h 8.2 criteria 8 min (bij 200 ) 4.4 Pu PVC-U ISO - Inwendige drukproef (2)() ISO 67/2 Vicat Verwekingstemperatuur 727 (2) Ovenproef (50 C) 4.5 N D M E P blic PP Thermische stabiliteit OIT (2) Frequentie aanvaardingsproeven en Proef 852/40/455 qu (met diameter in onderstaande tabellen is bedoeld de diameter van het type aansluitstuk zoals in de respectievelijke normen wordt weergegeven en niet deze van de riolering waarop wordt aangesloten) 79 C ( voor toep.gebied D en 200) 60 C = 6, MPa 000 h 6/2

B..5.2. T42-604 T42-605 iry Aansluitstukken (vervolg) 40/852/455 Frequentie aanvaardingsproeven tabel N D M E P 8. 7 /samenstelling 727 Ovenproef (50 C) ISO 580 8. 7 kleinste diameter grootste diameter Inwendige drukproef (2)(³) ISO 67-/2 0.2 2 /samenstelling Frequentie zelfcontrole en Vicat Verwekingstemperatuur (2) Audit testing () aantal grootte criteria /samenstelling /jaar 2 ± cm² 90 C /dag/diameter diameter/jaar volgens norm /compound /jaar 70 C = 4 MPa 000 h blic Pu ABS Norm qu Proef TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.-: T42-604 / T42-605 Herziening: 62/2

Aansluitstukken (vervolg) Proef Afmetingen inwendige mof diameter Bepaling van het doorsteken van het aansluitstuk in de buiswand Beproeving van de stootrand Bepaling van de weerstand tegen zijdelingse druk Beproeving op dichtheid Beproeving op dichtheid bij vervorming Markering Norm NBN Frequentie T42-604 aanvaardingsproeven N D M E P ISO 26 2/4. /diameter NBN T42-604 NBN T42-604 NBN T42-604 NBN T42-604 NBN T42-604 NBN T42-604 Frequentie zelfcontrole bij opstarten en /8h/diameter Audit testing ( ) aantal / jaar B..5.2. T42-604 T42-605 grootte 4. /diameter 20 mm 4.4.. /diameter /jaar TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.-: T42-604 / T42-605 Herziening: 6/2 Criteria Functionaliteit behouden 4.4..2 4.4.. 4.4..4 /diameter /diameter /diameter /kwartaal /kwartaal /kwartaal /jaar /jaar /jaar Geen scheuren vertonen, niet breken, niet loskomen, geen lekken 5 /diameter bij opstarten /jaar

B..5.2. T42-604 T42-605 iry Aansluitstukken (vervolg) Frequentie aanvaardingsproeven Markering 2/5 /diameter NBN T42-605 5. /diameter NBN T42-605 5.5. /diameter NBN T42-605 5.5.5 /diameter NBN T42-605 6 /diameter Audit testing () aantal bij opstarten en /8h/diameter /jaar grootte Criteria N D ME P ISO 26 (terug naar overzicht schema s) Frequentie zelfcontrole /kwartaal 20 mm /jaar Functionaliteit behouden /kwartaal /jaar Geen lekken X bij opstarten /jaar blic Afmetingen inwendige mof diameter Bepaling van het doorsteken van het aansluitstuk in de buiswand Beproeving van de aansluiting Bepaling van de waterdichtheid tussen mof en beton qu NBN T42-605 Norm en Proef Pu Het controleorganisme heeft het recht te beslissen of de proeven in een onafhankelijk laboratorium of bij de fabrikant (in dit geval is de inspecteur aanwezig) worden uitgevoerd. Lange duur proeven en proeven voor de gebruiksgeschiktheid worden steeds in een onafhankelijk laboratorium uitgevoerd. 2 Indien de samenstelling van de grondstof van deze aansluitstukken dezelfde is als deze voor de hulpstukken, geproduceerd volgens 40, 852 of 455 en waarvoor de producent reeds BENOR gecertificeerd is, dan dienen deze proeven niet meer uitgevoerd te worden. De inwendige drukproef mag vervangen worden door een alternatieve trekproef onder dezelfde condities (spanning, temperatuur, duurtijd) volgens ISO 899- (zonder de elementen die betrekking hebben op het meten van de kruip). TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.-: T42-604 / T42-605 Herziening: 64/2

B..5.2. 598- Etern ITT-Schema, zelfcontrole afgewerkt product intern controleschema, periodieke eterne proeven (audit tests) B..5.2. Kleine inspectieputten Kunststofleidingsystemen voor drukloze ondergrondse rioleringen van ongeplasticeerd PVC (PVC-U), polypropyleen (PP) en polyethyleen (PE) Specificaties voor putten. B..5.2.. Inleiding Deze bijlage aan het TRA BB 60/65/65 is ten dele geïnspireerd op: 598-: Kunststofleidingssystemen voor drukloze ondergrondse rioleringen - Ongeplasticeerd PVC (PVCU), polypropyleen (PP) en polyethyleen (PE) - Deel : Specificaties voor aanvullende hulpstukken, inclusief inspectieputten 40-: Kunststofleidingsystemen van ongeplasticeerd PVC (PVC-U) voor de drukloze ondergrondse afvoer van afvalwater; 852-: Kunststofleidingsystemen van polypropyleen (PP) voor drukloze ondergrondse afvoer van afvalwater; 2666-: kunststofleidingsystemen van polyethyleen (PE) voor de drukloze ondergrondse afvoer van afvalwater; 476-: plastics piping system for non-pressure underground sewerage structured wall. B..5.2..2 Technische specificaties De hierna vermelde punten (cursief) worden in de norm 598- uitvoerig beschreven. De inwendige diameter is vanaf DN 200 t/m DN 400 mm De fabrikant beschikt over een technische fiche voor elk aangeboden (standaard) model (productcataloog met technische specificaties) of een technische fiche met klantspecificaties. De algemene eigenschappen van de aanvullende hulpstukken en putten moeten voldoen aan de vereisten van de respectievelijke norm en zijn beschreven in punt van 598-. De maimum toegelaten inbouwdiepte, vanaf de bodem gemeten is 2 m. Materiaal Buizen en hulpstukken gebruikt bij de productie van inspectieputten, dienen BENOR te zijn en moeten, naast de eisen gesteld in punt 4 van 598-, eveneens voldoen aan de eisen gesteld in de PTV s van de verschillende overeenkomstige normen. Deze eis geldt echter niet voor spuitgegoten putten. Indien er in de betreffende PTV s geen specificaties voor het materiaal zijn vastgelegd dan dienen de specificaties van de overeenkomstige norm te worden gehandhaafd. Markering Volgens punt ( 598-) Zie eveneens B. Markering van TRA BB 60/65/65. Van alle onderdelen gebruikt bij de assemblage van (een reeks) aanvullende hulpstukken of putten dient de herkomst gekend te zijn. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.: 598- Herziening: 65/2

B..5.2. 598- B..5.2.. Organisatie van de controle Controle van de overeenkomst van de producten met de normen TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.: 598- Herziening: 66/2

Kleine Inspectieputten Proef Norm 598- voor de BENOR certificatie van Frequentie aanvaardingsproeven tabel N M E Aspect 598-5 per materiaal/ diameter/ per productieproces Afmetingen ( ) ( 2 ) Frequentie zelfcontrole bij opstarten en 0% van de dagproductie Audit testing aantal / jaar bij opstarten en 0% van 598-6 per materiaal/ de dagproductie ( ) diameter/ / jaar EN 476 per productieproces /8h ( 4 ) Oventest ( 5 per materiaal/ ) ISO 580 bij opstarten/per type / jaar diameter Markering 598-6 Elke put / jaar per materiaal/ Stijfheid schacht ( 6 ) ISO 9969 ( 7 9 diameter/ / jaar ) per productieproces Mechanische karakteristieken Vacuum test (-0,bar 00h cond. A) Weerstand tegen verticale belasting 277 9 25-2 4 9 per materiaal/ diameter/ per productieproces per materiaal/ diameter/ per productieproces / jaar (met dichtgelast putdeksel) / jaar B..5.2. 598- TRA: BB-60/65/65 versie: _206/04/27 nl B..5.2.: 598- Herziening: 67/2 Criteria 6... 6.. EN 476 geen breuken, 0,7 kn/m² Geen breuken of structurele vervorming verlies 0,0 bar Horizontale vervorming 6% Geen breuken

voor de BENOR certificatie van iry Gebruikgeschiktheid dichtheid van verbindingen met elastomeer afdichtingsringen (8) dichtheid van verbindingen met elastomeer afdichtingsringen (8) thermische cycli bij verhoogde temperatuur (8) (9) Waterdichtheid (0) NBN EN 277 conditie B 0 5 277 conditie C 0 5 NBN EN 055, testopstelling B 0 5 476 0 5 per materiaal/ diameter/ per productieproces per materiaal/ diameter/ per productieproces per materiaal/ diameter/ per productieproces per materiaal/ diameter/ per productieproces Pu (terug naar overzicht schema s) N tabel TRA: BB-60/65/65 versie: _206/04/27 nl qu Frequentie zelfcontrole M E en Norm Frequentie aanvaardingsproeven Audit testing aantal / jaar (met dichtgelast putdeksel) criteria Geen lekken drukverlies 0,27 bar Geen lekken drukverlies 0,27 bar / jaar (met dichtgelast putdeksel) / jaar Geen lekken / jaar Geen lekken bij opstarten en 0% van de dagproductie blic Proef 598- B..5.2. 598- B..5.2.: 598- Herziening: 68/2

voor de BENOR certificatie van Wanddiktes van putlichamen, componenten en spie-einden moeten voldoen aan de specificaties vermeld in de overeenkomstige normen. 2 Technische fiche van het aangeboden model. Voor geassembleerde putten. 4 Voor spuitgiet putten. 5 Oventest enkel voor PVC spuitgietputten, niet voor PP- en PE- spuitgietputten. 6 Voor alle NIET-GEBENORISEERDE elementen. 7 Voor niet circulaire diameters: 4982+A. 8 Indien de verbindingen gebenoriseerd zijn dan dient deze proef niet te worden uitgevoerd. 9 Niet ingeval van toepassingscode U, wel voor UD. 0 Enkel uit te voeren op inspectieputten, eventueel gemonteerd met de schacht(en). B..5.2. 598- TRA: BB-60/65/65 versie: _206/04/27 nl B..5.2.: 598- Herziening: 69/2

B..5.2.4 598-2 Etern ITT-Schema, zelfcontrole afgewerkt product intern controleschema, periodieke eterne proeven (audit tests) B..5.2.4 Grote Inspectieputten Kunststofleidingsystemen voor drukloze ondergrondse rioleringen van ongeplasticeerd PVC (PVC-U), polypropyleen (PP) en polyethyleen (PE) Specificaties voor toezichtkamers en toezichtputten in verkeerszones en diepe ondergrondse installaties. B..5.2.4. Inleiding Deze bijlage aan het TRA 60/65/65 is deels geïnspireerd op de: 598-2: Kunststofleidingssystemen voor drukloze ondergrondse rioleringen - Ongeplasticeerd PVC (PVC-U),polypropyleen (PP) en polyethyleen (PE) - Deel 2: Specificaties voor mangaten en inspectieputten in verkeerszones en in diep ingegraven installaties, 40-: Kunststofleidingsystemen van ongeplasticeerd PVC (PVC-U) voor de drukloze ondergrondse afvoer van afvalwater, 852- Kunststofleidingsystemen van polypropyleen (PP) voor drukloze ondergrondse afvoer van afvalwater, 2666-: kunststofleidingsystemen van polyethyleen (PE) voor de drukloze ondergrondse afvoer van afvalwater, 476-:2006: plastics piping system for non-pressure underground sewerage structured wall, 4758-: plastics piping system for non-pressure underground sewerage PP with mineral modifiers (PP-MD). B..5.2.4.2 Technische specificaties De hierna vermelde punten (cursief) worden in de norm 598-2 uitvoerig beschreven. Vanaf minimum inwendige diameter DN 400 t/m DN 200 De fabrikant beschikt over een technische fiche voor elk aangeboden (standaard) model (productcataloog met technische specificaties) of een technische fiche met klantspecificaties. De algemene eigenschappen van de aanvullende hulpstukken en putten moeten voldoen aan de vereisten van de respectievelijke norm en zijn beschreven in punt van de 598-2. De putten worden ingedeeld in 2 klassen: ) De maimum inbouwdiepte is vanaf de bodem gemeten m, voor de uitvoering van de proeven wordt een grondwaterstand van 2 m gehandhaafd. 2) De maimum toegelaten inbouwdiepte vanaf de bodem gemeten is 6 m en voor de uitvoering van de proeven wordt een grondwaterstand van 5 m gehandhaafd. Putten die getest werden volgens 598-2 voldoen automatisch aan de eisen gesteld in 598-. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.4: 598-2 Herziening: 70/2

B..5.2.4 598-2 Materiaal Naast de eisen gesteld in punt 4 van de 598-2 moet het materiaal eveneens voldoen aan de eisen gesteld in de PTV s van de verschillende overeenkomstige normen. Indien er in de betreffende PTV s geen specificaties voor het materiaal zijn vastgelegd, dienen de specificaties van de overeenkomstige norm te worden gehandhaafd. Markering Volgens punt 0 ( 598-2) Zie eveneens B. Markering van het TRA BB 60/65/65. Van alle onderdelen gebruikt bij de assemblage van (een reeks) aanvullende hulpstukken of putten dient de herkomst gekend te zijn. Alle putten zijn voorzien van volgende markering: BENOR, productie-eenheid, referentie van de norm en identificatie volgens BCCA specificatie, belastingsklasse en inbouwklasse (+inbouwdiepte en grondwaterstand). De markering dient zowel aan de buitenkant als aan de binnenkant (in het bovenste stuk van de conus) te worden aangebracht. B..5.2.4. Organisatie van de controle Controle van de overeenkomst van de producten met de normen TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.4: 598-2 Herziening: 7/2

Grote inspectieputten Proef Norm 598-2 Frequentie aanvaardingsproeven ( ) tabel N M E Aspect 598-2 Afmetingen( 2 )( ) per materiaal/ kleinste en grootste diameter/ per productieproces duurzaamheid enkel op de KLEINSTE diameter Frequentie zelfcontrole bij opstarten en 0% van de dagproductie Audit testing aantal / jaar 598-2 6 bij opstarten en 0% van / jaar de dagproductie 476 Markering( 4 ) 598-2 0 7 Elke put / jaar Mechanische karakteristieken bodemelement structurele stabiliteit duurzaamheid (onderdruktest) ( 6 ) Slagweerstand kg - 2,5 m - r = 50mm slagweerstand (valweerstand) ( 7 ) -0 2 C (valhoogte = 50 cm) 480 & 598-2 bijlage C 480 & 598-2 bijlage A 598-2 bijlage D 7 / jaar B..5.2.4 598-2 TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.5: 598-2 Herziening: 72/2 criteria 6.. 6.. EN 476 Niet bezwijken noch scheuren Verticale vervorming 5% Horizontale vervorming 0% ( 5 ) 4,2 Geen breuken of scheuren 7 / jaar Geen scheuren of andere schade aan de functie van de bodem 206 7 / jaar Geen breuken of scheuren

Mechanische karakteristieken van de ladders en telescopische delen Proef Ringstijfheid (schacht en telescopische delen) ( 8 ) Norm laddertreden: verticale belasting (2 kn) 0 Laddertreden: horizontale 496 uittrekkracht ( kn) BODEM Gebruiksgeschiktheid Proef mofaansluitingen met elastische verbinding /bodem ( 9 ) Waterdichtheid van de aansluiting bodem-schacht - conus (zonder telescopisch gedeelte) 598-2 Frequentie aanvaardingsproeven Frequentie zelfcontrole Audit testing aantal B..5.2.4 598-2 tabel N M E per materiaal/ 4982 7 4 kleinste en grootste diameter/ / jaar 0 cm 2kN/m² per productieproces Norm 277 cond. D ( 0 ) ( ) 7 4 598-2 per materiaal/ per productieproces Frequentie aanvaardingsproeven tabel N M E / jaar Frequentie zelfcontrole Audit testing aantal 9 9 6 6 per materiaal/ kleinste en grootste diameter/ per productieproces / jaar / jaar TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.5: 598-2 Herziening: 7/2 Criteria Vervorming - bij belasting: 0 mm - blijvend: 5mm Niet uittrekbaar Criteria Geen lekken drukverlies 0,0 bar Geen lekken > 5

iry Gebruiksgeschiktheid (vervolg) Norm 598-2 Frequentie aanvaardingsproeven tabel TELESCOPISCH GEDEELTE DIEPER DAN 0,5m INGEGRAVEN 9 6 9 6 9 6 CONUS opneembare belasting 4802 OPPERVLAKTE COMPONENTEN (2) opneembare belasting 4802 per materiaal/ kleinste en grootste diameter/ per productieproces Audit testing aantal Criteria N M E / jaar Geen lekken / jaar Niet bezwijken noch scheuren / jaar Niet bezwijken noch scheuren en Waterdichtheid Frequentie zelfcontrole qu Proef B..5.2.4 598-2 Pu blic (terug naar overzicht schema s) TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.5: 598-2 Herziening: 74/2

B..5.2.4 598-2 In het kader van ITT kan BCCA via het Certificatiecomité eisen dat meerdere putten met tussenliggende diameters getest worden. Proeven volgens 4802 kunnen bij de producent in aanwezigheid van het controleorganisme uitgevoerd worden. 2 Wanddiktes van putlichamen, componenten en spie-einden moeten voldoen aan de specificaties vermeld in de overeenkomstige normen. Technische fiche van het aangeboden model. 4 Inbouwdiepte en grondwaterstand dienen eveneens in de markering te worden opgenomen. 5 Vervorming (geëtrapoleerd naar 50jaar) ten opzichte van de buitendiameter hoofdriool buis. 6 Indien het materiaal van de put voldoet aan de eisen van één van de in tabel vermelde normen, zal het materiaal bijkomend getest worden volgens de specificaties van de duurzaamheidtest in tabel 2 (000h). Indien het materiaal van de put NIET voldoet aan de eisen van één van de in tabel vermelde normen, zal het materiaal bijkomend getest worden volgens de specificaties van de duurzaamheidtest in tabel 2 (000h) en dient het materiaal gekarakteriseerd te worden volgens bijlage A 4. 7 Optionele test voor koud klimaat. 8 Niet van toepassing op BENOR onderdelen waarbij de ringstijfheid in het kader van de Benorisatie reeds werd getest. 9 Enkel ingeval van NIET-BENOR hulpstukken. 0 Kamer gevuld met water en inwendig onder druk geplaatst (0,H, uitgedrukt in bar). H = meter (gemeten van de grondwaterstand). 2 Betonnen boordsteen rond de putopening en het gietijzeren deksel. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.5: 598-2 Herziening: 75/2

B..5.2.5 45 Intern/etern ITT-Schema, zelfcontrole afgewerkt product intern controleschema, periodieke eterne proeven (audit tests) B..5.2.5 45 Kunststofleidingsystemen van polypropyleen (PP) voor de afvoer van afvalwater (bij lage en bij hoge temperatuur) in gebouwen. B..5.2.5. Inleiding Deze bijlage aan het TRA 60/65/65 is geïnspireerd op de CEN/TS 45-2: Guidance for assessment of conformity. B..5.2.5.2 Toepassingsgebied De gebruiksgeschiktheid van het systeem (assemblagekarakteristieken) moet gewaarborgd worden door het uitvoeren van de proeven eveneens opgenomen in 45, deel. B..5.2.5. Technische specificaties De hierna vermelde punten worden in de norm (cursief aangeduid) 45- en in de PTV 008 uitvoerig beschreven. De algemene eigenschappen van de buizen en hulpstukken moeten voldoen aan deze vermeld in punt 4. van 45-. Materiaal Het materiaal voor buizen en hulpstukken moet voldoen aan de vereisten vermeld in punt 4. en eveneens aan de vereisten opgenomen in de PTV 008. De vier MFR klassen van de norm zijn weerhouden. Enkel stuiklassen van buizen gefabriceerd uit materiaal van identieke of aangrenzende MFR klassen is toegestaan. Kleur Volgens punt 5.2 en PTV 008 De buizen en hulpstukken moeten homogeen over de ganse wanddikte gekleurd zijn. Buitendiameter van de buizen Volgens punt 6.2. De toegelaten diameters zijn DN 2, 40, 50, 6, 75, 90, 0, 25, 60, 200, 250 en 5. Wanddikte en toepassingsgebied Volgens punt 6.2.4 en PTV 008 Enkel de reeksen S4 en S6 zijn weerhouden. Afmetingen van de verbindingen met dichtingsring en van de spie-einden Volgens tabel 5 en punt 6.4. Lasverbindingssystemen Enkel het stuiklassen van buizen is toegestaan. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.5: 45 Herziening: 76/2

B..5.2.5 45 Markering Volgens punt 2 en punt.2 van de PTV 008 Zie eveneens B. Markering van het TRA 60/65/65. Voor de buizen is de markering steeds SANITAIR. De markering van de buizen is volgens specificaties van de PTV 008. Voor de hulpstukken enkel de markeringen B of BD. B..5.2.5.4 Organisatie van controle Controle van de overeenkomst van de producten met de normen Diametergroepen: van toepassing op buizen en hulpstukken. Diametergroep nominale diameter, DN 2-40-50-6-75-90 2 0-25-60-200 250-5 Componentgroepen: van toepassing op de hulpstukken Componentgroep Type Bochten 2 Vertakkingen Andere (verloopstukken, koppelstukken, overgangsstukken, ) TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.5: 45 Herziening: 77/2

Proef Buizen Norm Afmetingen ( 2 ) 45 Aspect/Kleur 45 MFR Melt Flow Rate 20/2,6 thermische stabiliteit OIT Slagvastheid (klokmethode) Slagvastheid ( 6 ) (trapmethode) Lengtekrimp na verwarming ISO ISO 57-6 45 Frequentie aanvaardingsproeven tabel N D M E P 6.2 6.4 5. 5.2 4. 8.,,5 / diameter 744 7. 9,0 4 7.2 2 ISO 2505 / diametergroep /compound en diametergroep 4.4 / compound 8 / diametergroep/ compound / diametergroep/ compound / diametergroep/ compound Frequentie zelfcontrole bij opstarten en /8h/etrusielijn ( ) ( 4 ) bij opstarten en /8h/etrusielijn Audit testing ( ) / jaar /diametergroep/ stijfheidsklasse / jaar /diametergroep/ stijfheidsklasse aantal / batch compound / jaar 6 / batch compound ( 5 ) bij opstarten en /week/etrusielijn / diametergroep / compound/ trimester bij opstarten en /week/etrusielijn grootte B..5.2.5 45 TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.5: 45 Herziening: 78/2 criteria klasse A: MFR 0,g/0 klasse B: 0, < MFR 0,6 klasse C: 0,6 < MFR 0,9 klasse D: 0,9 < MFR,5 / jaar 8 min (bij 200 C) / jaar /diametergroep/ stijfheidsklasse / jaar /diametergroep/ stijfheidsklasse / jaar /diametergroep/ stijfheidsklasse volgens norm volgens norm 200 ± 0 mm TIR (werkelijk breukpercentage) 0 % 200 ± 0 mm H 50 m 200 mm 2 %

iry Buizen (vervolg) Initiële ringstijfheid ISO 0. 9969 Inwendige drukproef (7) (000h) ISO 0.2 67 Markering (2) Proef 45 Norm 2.2 8 / stijfheidsklasse/ compound 7 / diametergroep/ compound 9 / diametergroep PTV 008. ISO 95.4 TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl Audit testing () aantal grootte Criteria /jaar/ diametergroep/ compound/ stijfheidsklasse / jaar /diametergroep/ stijfheidsklasse 00 ± 0 mm SN 4kN/m² / jaar dn < 5 : m 95 C σ 2,5 MPa 000 h bij opstarten en /8h/etrusielijn / jaar /diametergroep/ stijfheidsklasse volgens norm Frequentie zelfcontrole Audit testing () aantal grootte Criteria bij opstarten en /8h/etrusielijn ()(4) bij opstarten en /week/ etrusielijn / jaar /diametergroep/ stijfheidsklasse Volgens norm Taaie breuk blic Trekproef op stuiklassen (buis-buis) ISO 26 N D M E P / diameter / diametergroep/ compound Pu Afmetingen (2) Frequentie aanvaardingsproeven Frequentie zelfcontrole qu Norm Frequentie aanvaardingsproeven N D M E P en Proef 45 tabel B..5.2.5: 45 B..5.2.5 45 Volgens norm Herziening: 79/2

iry Hulpstukken 5. 5.2 ISO 26 6. 6.4 ISO 57-6 4.5 MFR Melt Flow Rate 20/2,6 (5) ISO 4. Inwendige drukproef (5)(9) (000h) ISO 67 4.4 Ovenproef (50 C) ISO 580 8.2 4 45 2. 20 / batch compound (5) 5 ± 2 mg 8 min (bij 200 C) / batch compound / jaar volgens norm volgens norm klasse A: MFR 0,g/0 klasse B: 0, < MFR 0,6 klasse C: 0,6 < MFR 0,9 klasse D: 0,9 < MFR,5 / 2 jaar volgens norm volgens norm 95 C σ 2,5 MPa 000 h / jaar / diametergroep / stijfheidsklasse / compound / compound / diametergroep / componentgroep / type hulpstuk Pu Markering / type hulpstuk / compound Criteria N D M E P / type hulpstuk 5,6 grootte TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl Audit testing () bij opstarten en / 8h / type / jaar/ diametergroep / componentgroep / stijfheidsklasse qu Afmetingen (8) (a) inwendige mof diameter en spieeinde. (b) wanddikte mof/spie/lichaam Thermische stabiliteit OIT (9) 45 aantal proef stukken Frequentie zelfcontrole en Aspect/Kleur Norm Frequentie aanvaardingsproeven (a) bij opstarten en / 8h / type (b) bij opstarten blic Proef 45 tabel B..5.2.5: 45 B..5.2.5 45 bij opstarten / machine / jaar/ diametergroep / componentgroep / stijfheidsklasse Diepte van scheurtjes, afpelling, blaasvorming 20% / jaar / diametergroep / stijfheidsklasse Herziening: 80/2

iry Gebruiksgeschiktheid (0) 277 Cyclische proef bij verhoogde temperatuur (2) 055 tabel 9 6 9 6 Waterdichtheid 05 9 6 Luchtdichtheid 054 9 6 TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl M /diametergroep / type dichting () / type dichting in de laagste stijfheidsklasse () () / diametergroep en moftype inclusief dichtingselement (4)() / diametergroep en moftype inclusief dichtingselement (4)() Pu (terug naar overzicht schema s) N D Audit testing () Aantal/ grootte criteria / 2jaar/ diametergroep/ type dichting () / jaar diameter/ stijfheidsklasse volgens norm Geen lekken Verschil in onderdruk: 0,0 bar / jaar diameter/ stijfheidsklasse volgens norm Geen lekken Toegelaten doorbuiging: 50 mm > 50: 0,05 / jaar / type dichting volgens norm Geen lekken / jaar / type dichting volgens norm Geen lekken qu Dichtheidsproeven van verbindingen met elastomere dichtingringen Frequentie zelfcontrole E P en Norm Frequentie aanvaardingsproeven blic Proef 45 B..5.2.5: 45 B..5.2.5 45 Herziening: 8/2

B..5.2.5 45 Het controleorganisme heeft het recht te beslissen of de proeven in een onafhankelijk laboratorium of bij de fabrikant worden uitgevoerd. In het laatste geval is de inspecteur aanwezig. Lange duur proeven en proeven voor de gebruiksgeschiktheid worden steeds in een onafhankelijk laboratorium uitgevoerd. 2 diameter / diametergroep wordt in het onafhankelijke laboratorium gecontroleerd. De overige diameters worden bij de fabrikant door het controleorganisme nagekeken. Afschuining en lengte van de buis: indien van toepassing. 4 Mofafmetingen: enkel voor die afmetingen die door het productieprocedé beïnvloed worden. 5 Enkel in geval van stuiklas. 6 Enkel voor buizen die blootgesteld worden aan temperaturen lager dan -0 C. Indien deze proef vereist is dan dient de slagproef volgens EN744 niet meer te worden uitgevoerd. 7 Proef uit te voeren op een geëtrudeerde buis vanaf 50. 8 meting / componentgroep wordt in het onafhankelijke laboratorium gecontroleerd. De overige worden bij de fabrikant door het controleorganisme nagekeken. 9 Indien het materiaal van het hulpstuk hetzelfde is als dat van de buis en reeds getest is dan moet deze proef hier niet herhaald worden. 0 Testen uit te voeren zowel door de hulpstuk- als door de buisfabrikant. De fabrikant van enkel hulpstukken of enkel buizen duidt de voor de proeven benodigde eterne buizen of hulpstukken aan. Een type dichting bevat minstens: het concept van het materiaal, de vorm van de hals en de hardheid van het materiaal (± 5 IRHD International Rubber Hardness Degree). Enkel voor diametergroep. 2 Indien een fabrikant enkel buizen produceert met rechte uiteinden (zonder aangevormde mof) en geen hulpstukken, dan dient hij deze proef niet uit te voeren. Geldt enkel voor niet-gelaste mofverbindingen. 4 Enkel te testen indien de mof van het hulpstuk verschilt van de mof van de buis. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.5: 45 Herziening: 82/2

B..5.2.6 T42-5 Intern/etern ITT-Schema, Zelfcontrole afgewerkt product intern controleschema, Periodieke eterne proeven (audit tests) B..5.2.7 NBN T42-5 Kunststofleidingsystemen infiltratie-transport (IT-riool) voor regenwater B..5.2.7. Inleiding Deze bijlage aan het TRA BB 60/65/65 is gebaseerd op de NBN T42-5. B..5.2.7.2 Technische specificaties De hierna vermelde punten worden in de norm (cursief aangeduid) NBN T42-5 uitvoerig beschreven. De niet geperforeerde of niet gesleufde buizen en hulpstukken moeten voldoen aan de vereisten van punt 2. van NBN T42-5 en aan de eisen van de van toepassing zijnde bijlage van het TRA BB 60/65/65. Ingeval van niet-benor buis dient de volledige certificatieprocedure volgens de norm met inbegrip van de gangbare eterne controles bij de producent van de basisbuis, uitgevoerd te worden. Deze bijzondere procedure kan in geen geval aanleiding geven tot een certificatie van dit type buizen in niet-gesleufde toestand. Materiaal Nominale diameter van de buizen Wanddikte en toepassingsgebied Afmetingen van de verbindingen met dichtingsring en van de spie-einden Lijmverbindingen (PVC-U) Lasverbindingen Perforaties en sleuven Volgens punt 2.2 Kleur Volgens punt 2. Nuttige inhoud Volgens punt 2.4 Het compound, de nominale diameter, de wanddikte en de afmetingen met dichtingsring en spie-einden moeten voldoen aan de vereisten vermeld in de overeenkomstige bijlagen van de TRA BB 60/65/65 betreffende de bovenvermelde normen en grondstoffen. Lijmverbindingen en lasverbindingen, zoals vermeld in de respectievelijke bijlagen van de TRA, BB 60/65/65 zijn toegelaten. Markering Volgens punt 6 Zie eveneens B. Markering van TRA BB 60/65/65. De reële stijfheidsklasse na sleuven dient in de markering vermeld te worden. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.6: T42-5 Herziening: 8/2

B..5.2.6 T42-5 B..5.2.7. Geokunststoffen Geokunststoffen die BENOR-gecertificeerd zijn voor de betreffende toepassing (infiltratie type 5.), worden vrijgesteld van controles volgens PTV 829. De overeenkomstigheid van het product aan PTV 829 dient te worden aangetoond door een door de bevoegde certificatieinstelling (COPRO) gewaarmerkte technische fiche waarop duidelijk de toepassing staat gespecificeerd. In het andere geval dient de overeenkomstigheid met de PTV 829 aangetoond te worden via een attest van overeenkomstigheid afgeleverd na een partijkeuring uitgevoerd door de bevoegde certificatie-instelling (COPRO). B..5.2.7. Organisatie van de controle Controle van de overeenkomst van de producten met de normen Bemonstering - Diametergroepen: van toepassing op buizen en hulpstukken. Diametergroep nominale diameter, DN De diametergroepen zoals ingedeeld in de 2 overeenkomstige bijlagen van het TRA BB 60/65/65 van de bovenvermelde normen, blijven behouden. - Componentgroepen: van toepassing op de hulpstukken Componentgroep Type bochten 2 vertakkingen Proeven uit het aanvaardingsonderzoek. andere (verloopstukken, koppelstukken, overgangsstukken, ) De proeven hebben betrekking op alle karakteristieken die voorzien zijn door de norm en worden verricht door het laboratorium aangeduid volgens artikel A..5 van het TRA BB- 60/65/65. De tabel geeft het detail van de uit te voeren proeven en het aantal te nemen monsters, rekening houdende met de indeling in groepen. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.6: T42-5 Herziening: 84/2

iry Norm NBN T42-5 Aanvaardingsproeven tabel 2. / diametergroep Nuttige inhoud NBN T42-5 2.4 Ringstijfheid (6) Slagweerstand (0 C) ISO 9969 2.5. ISO 9967 2.5.4 Afmetingen ISO 26. Perforatiepatroon en perforatieoppervlak NBN T42-5.2 Markering NBN T42-5 6 / diametergroep / diametergroep / diametergroep / diametergroep TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl Audit testing () bij opstarten en /8h/productie Criteria grootte / jaar Middelgrijs (~RAL 707) Groen (~RAL 6024) Zwart (~RAL 90) Dient door de fabrikant te worden opgegeven SN8 / jaar Ma 0% / jaar / jaar / jaar bij opstarten en /8h/productie / jaar / diametergroep bij opstarten en /8h/productie / jaar / diametergroep bij opstarten en /8h/productie / jaar B..5.2.6: T42-5 Proefstukken aantal / diametergroep Pu (terug naar overzicht schema s) blic Vervormingsproef (0% -60 ) bij opstarten en /8h/productie en NBN T42-5 2.5. Zelfcontrole N 2 D P4 E 5 Aspect/kleur 744 qu Buizen Proef B..5.2.6 T42-5 Herziening: 00 ±0mm Geen knik of scheuren, gelijkmatige vorm moet behouden blijven Dient te voldoen aan de door de fabrikant opgegeven criteria 85/2

B..5.2.6 T42-5 Het controleorganisme heeft het recht te beslissen of de proeven in een onafhankelijk laboratorium of bij de fabrikant worden uitgevoerd. In het laatste geval is de inspecteur aanwezig. Lange duur proeven en proeven voor de gebruiksgeschiktheid worden steeds in een onafhankelijk laboratorium uitgevoerd. 2 Nieuw systeem. Nieuw ontwerp. 4 Verandering van de productiemethode. 5 Uitbreiding van het productgamma. 6 Bij wijziging van perforatiepatroon dienen de ITT s opnieuw te worden uitgevoerd. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.6: T42-5 Herziening: 86/2

B..5.2.7 prnbn T42-606 Etern ITT-Schema, zelfcontrole afgewerkt product intern controleschema, Periodieke eterne proeven (audit tests) B..5.2.7 Polypropyleen (PP) kratten Kunststofleidingsystemen voor infiltratie en buffering van water van polypropyleen (PP) Specificaties voor kratten. B..5.2.7. Inleiding Deze bijlage aan het TRA 60/65/65 is ten dele geïnspireerd op prnbn T42-5 kunststofleidingsystemen infiltratie transportriool (IT-riool) voor regenwater- eisen en beproevingsmethoden. B..5.2.7.2 Technische specificaties De producent moet de stabiliteitsberekeningen voorleggen die aan de basis liggen van het krattenontwerp, deze berekeningen moeten rekening houden met de lange duur eigenschappen van het materiaal. De fabrikant moet de nodige documentatie kunnen voorleggen die het lange duur gedrag onder belasting aantonen. De hierna vermelde punten worden in de norm prnbn T42-606 uitvoerig beschreven. Materiaal Het compound moet voldoen aan de vereisten vermeld in punt 5 van prnbn T42-606. Markering Volgens punt 7 van prnbn T42-606. Zie eveneens B. Markering van TRA 60/65/65. B..5.2.7. Organisatie van de controle Controle van de overeenkomst van de producten met de normen TRA: BB-60/65/65 versie: 2_ 206/04/27 nl B..5.2.7: T42-606 Herziening: 87/2

ITT-proeven Proef/ Document ALGEMEEN Proefnorm/voorschrift prnbn Productnorm Tekeningen en beschrijving infiltratieconstructie Producent 4 Stabiliteitsberekening krattenontwerp Producent 4 GRONDSTOFFEN Geotetiel: BENOR of gelijkwaardig PP - grondstof ) Nieuw materiaal Dichtheid PTV 829 COPRO Art. 6.4 Tabel 5 type 5. ISO 8- Methode A 890 kg/m³ T42-606 B..5.2.7 T42-606 TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.7: T42-606 Herziening: 88/2 4 5, tabel

MFR proefvoorwaarden op te geven door de fabrikant OIT 200 C Inw. Druk 95 C/2,5 MPa/000h 2) Niet nieuw materiaal of nieuw materiaal niet in overeenstemming met ) Dichtheid MFR proefvoorwaarden op te geven door de fabrikant OIT 200 C Inw. Druk 95 C/min.,0 MPa/000h Trek bij vloei Rek bij breuk ISO - 5, tabel ISO 57-6 8min Monsters: ISO 585 Proef: ISO 67 ISO - Methode A Gedeclareerde waarde +-25kg/m³ ISO 8- Methode A Gedeclareerde waarde +-20% ISO 57-6 8min Monsters: ISO 585 Proef: ISO 67 ISO 527- ISO 527-2 Gedeclareerde waarde +-20% 5, tabel 5, tabel 5, tabel 2 5, tabel 2 5, tabel 2 5, tabel 2 5, tabel 2 B..5.2.7 T42-606 TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.7: T42-606 Herziening: 89/2

Asgehalte Verontreiniging Vluchtige stof en vocht E-modulus KRAT ISO 45- Gedeclareerde waarde +-0% zeefanalyse Gedeclareerde waarde +-0% 2099 Ma. 50mg/kg ISO 78 Gedeclareerde waarde +-0% 5, tabel 2 5, tabel 2 5, tabel 2 5, tabel 2 Nuttige inhoud Producent 4 Korte duur belasting Bijlage A NBN T42-606 6. Lange duur belasting Bijlage B NBN T42-606 6.2. Grafieken lange duur gedrag producent 6.2.2 Aspect Kleur Geen onregelmatigheden, scheuren noch barsten Producent Gelijkmatig ingekleurd Afmetingen Producent 4 Markering Producent Fabrikant, naam of merk, BENOR, materiaal B..5.2.7 T42-606 TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.7: T42-606 Herziening: 90/2 4 7

Audit testing Zelfcontrole Proef Proefnorm Frequentie Korte duur belasting Bijlage A NBN T42-606 2/jaar Lange duur belasting Bijlage B NBN T42-606 /jaar Proef Norm Criterium Frequentie PP-grondstof Vochtgehalte ISO 760 0,% Elke levering MFR ISO Volgens certificaat Elke levering Onzuiverheden Visueel Geen zichtbare vervuiling Elke levering Dichtheid Productiecontrole ISO 8- methode A Volgens certificaat Elke levering B..5.2.7 T42-606 Aspect Visueel Overeenkomstig referentiestaal Bij opstart en elke 4u Kleur Visueel uniformiteit Bij opstart en elke 4u TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.7: T42-606 Herziening: 9/2

Opgave producent Afmetingen (L,B,H) Volgens plan Wanddikte Opgave meetpunten door producent Controle eindproduct Markering NBN T42-606 Bij opstart en elke 8u Overeenkomstig plan Bij opstart en elke 8u Binnen toleranties Bij opstart en elke 8u Overeenkomstig doorlopend en Opmerking: B..5.2.7 T42-606 Gedeclareerde waarde qu Gewicht iry Pu (terug naar overzicht schema s) blic Vanwege de grote diversiteit tussen de verschillende kratten die op de markt verkrijgbaar zijn is het niet mogelijk een strak controleschema op het eindproduct vast te leggen. Het certificatieorganisme zal, in functie van de aard van het product, het controleschema op het eindproduct per gecertificeerde producent aanpassen. Deze aanpassingen zullen in de overeenkomst tussen BCCA en de producent opgenomen worden. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.2.7: T42-606 Herziening: 92/2

B..5. 68 Intern controleschema voor het gebruik van dichtingsringen in thermoplastische kunststofleidingsystemen volgens 40 en 852. B..5. 68 Elastomere dichtingen Materiaal eigenschappen voor dichtingsringen gebruikt in leidingen voor de afvoer van afvalwater. B..5.. Technische specificaties volgens norm 68- en bijhorende addenda: gevulkaniseerde rubber 68-2 en bijhorende addenda: thermoplastische elastomeren B..5..2 Organisatie van de controle Controle van de overeenkomst van de producten met de normen De controles worden georganiseerd in samenwerking met de certificaathouder van kunststofbuizen en/of hulpstukken. Bedoeling is de controles ook effectief bij de productie-eenheid te organiseren, echter in geval van problemen ( klachten, belangrijke tekortkomingen, niet-conforme proefresultaten, ) kan BCCA het noodzakelijk achten de producent van de dichtingsringen te auditeren of het gebruik van desbetreffende ringen te verbieden. De certificaathouder van de kunststofleidingsystemen is er toe gehouden de nodige afspraken met zijn leveranciers te maken zodat BCCA, in geval van noodzaak, een dergelijke audit kan uitvoeren. Modaliteiten: Ringen die in aanmerking kunnen komen dienen het voorwerp uit te maken van een productcertificatie die in overeenstemming is met de eisen van de 68 normen. De betrokken certificatie-instelling zal beschikken over de geëigende accreditaties, aanvaard door de Europese accreditatie instelling, de scope van de accreditatie wordt door BCCA nagetrokken. De betrokken eterne laboratoria zullen eveneens beschikken over een accreditatie voor het voor het uitvoeren van de jaarlijkse proeven volgens 68. Er dient een gedetailleerd certificatieschema beschikbaar te zijn dat door BCCA op zijn conformiteit met de basisnormen zal geëvalueerd worden, indien nodig kan BCCA bijkomende eisen stellen. In het certificatieschema dienen jaarlijkse eterne controlebezoeken bij de betrokken ringenproducent voorzien te zijn. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.: 68 Herziening: 9/2

B..5. 68 Bij elke levering van dichtingsringen is een certificaat voorzien. De certificaathouder van de kunststofbuizen en/of hulpstukken staat in voor de beschikbaarheid van boven genoemde documenten. Hij zal dienaangaande de nodige afspraken maken met de betrokken producenten van dichtingsringen Jaarlijks zal BCCA bij de productie-eenheid van kunststofleidingsystemen monsters van ringen voor etern labo nemen. Op deze monsters worden volgende proeven (volgens 68- of -2) uitgevoerd: - Hardheid (ISO 8) - Treksterkte en rek bij breuk (ISO 7) - Blijvende vormverandering in lucht (ISO 85) - Versnelde veroudering in lucht (ISO 88) - Spanningsrelaatie (0 dagen) (ISO 84) - Volumeverandering in water (ISO 87) Alle proeven worden uitgevoerd op ringen of op monsters genomen uit ringen. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..5.: 68 Herziening: 94/2

KALIBRATIE EN NAZICHT van de MEETUITRUSTING (*) TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..7: Kalibratie en nazicht van de meetuitrusting Herziening: 95/2 B..7 (*) De controle- en ijkfrequentie van alle meet- en proefapparatuur, gebruikt tijdens de productie of bij de dosering van de grondstoffen dient vastgelegd te zijn in het kwaliteitshandboek en goedgekeurd door het certificatieorganisme. Meettoestel controle frequentie niveau schuifmaat intern /jaar 4 Omtrekmeetband intern /jaar 4 wanddikte meetbeugel intern /jaar 4 Meetklok intern /jaar 4 elektronische meetapparatuur intern /jaar 4 Trek-drukbank Intern/etern /jaar /5jaar 4/2 Oven Intern/etern /jaar 4/2 Oliebad intern /jaar 4 Slagapparaat (valhoogte, gewichten, t waterbak) intern /jaar 4 0 waterbad, koelcel (t ) intern /jaar 4 Vicatmeter (t Δt, gewicht, indrukking) Intern/etern /jaar 4/2 MFR-toestel (t, gewicht) Intern/etern /jaar 4/2 DSC-meter Sn-2,9 C, In-56,6 C, (Bi-27,4 C & Zn-49,5 C) Intern/etern 2/jaar 4/2 Balans intern /jaar 4 Manometer/referentie manometer Intern/etern /jaar /jaar 4/2 Thermometer/referentie thermometer Intern/etern /jaar /jaar 4/2

Verklaring niveau frequentie /jaar /jaar 4/jaar /jaar niveau /2 /2 6 4 kalibratie door erkend etern organisme verklaring/kalibratie van de producent van het toestel kalibratie in aanwezigheid van het controleorganisme kalibratie volgens een interne procedure nazicht door de eigen diensten kalibratie volgens een interne procedure doch jaar in aanwezigheid van het controleorganisme geen eisen doch indien de afwijkingen te groot worden gevonden door controleorganisme dan zal het certificatieorganisme hiervan op de hoogte gebracht worden voor eventuele maatregelen (terug naar overzicht bijlagen) Pu blic X B..7 en 2 4 5 6 controle etern etern qu Meettoestel Eindmaten ijkgewichten Volumetrische, metingen tijdschakelaars iry TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..7: Kalibratie en nazicht van de meetuitrusting Herziening: 96/2

B.2.. CHECKLIST INTERNE ITT Vragen Antwoorden. Bepaling van de totale gecertificeerde productgroep. Welke producten of familie van producten dienen in de certificatie te worden behandeld?.2 Voor welk product of familie van producten is er interne ITT uitgevoerd?. Bestaat er een volledige interne identificatie of beschrijving voor deze producten of families? Zijn alle relevante kenmerken en hun relatie daarin vastgelegd (specificaties naar productie toe tegenover de prestaties)? Zo ja, welke zijn deze?.4 Productgroepindeling : heeft de fabrikant een systeem voor productgroepindeling? Zo ja, welk? (beschrijving).5. Heeft de fabrikant productfiches welke informatie verschaffen aan de gebruikers? Zo ja, komen de gegevens in deze productfiches overeen met de interne productbeschrijving? 2. Opvatting van de interne ITT 2. Hoe is de interne ITT opgevat? Is deze gebaseerd op a. eterne proeven b. een actief intern ITT proces c. de interpretatie van de permanente zelfcontrole 2.2 Welke testen zijn opgenomen in de interne ITT? Het betreft zowel de directe testmethoden als de indirecte. Is er voor de indirecte testmethoden een goede onderbouwing van de correlatie met de te bereiken prestatie-eigenschappen? 2. Kent men de spreiding op de prestaties? Liggen de grenzen hiervoor vast (statistische waarden)? 2.4 Wat is de frequentie voor of wat is de aanleiding tot het uitvoeren van een interne ITT? Bestaan er bvb. concrete procedures tot uitvoeren van een interne ITT bij wijzigingen van grondstoftypes? TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B.2..: Checklist ITT Herziening: 97/2

Omzetting interne ITT naar productbeschrijving toe. Hoe worden de resultaten van de interne ITT geïnterpreteerd en hoe worden ze verwerkt op vlak van: - samenstellingen - procesparameters - testindicatoren (directe en indirecte) Verwerking interne ITT naar FPC toe 5. 5.2 5. 6. 6. qu en 5. Is er vastgelegd hoe de resultaten van de interne ITT verwerkt worden naar de productie toe? Variabiliteitsbeheersing Heeft de fabrikant criteria (variabiliteitsgrenzen) voor de grondstoffen? Kent hij de invloed van de variatie van de grondstoffen op de productprestaties? Heeft de fabrikant criteria voor de procesparameters? Kent hij de invloed van de variatie van de procesparameters op de productprestaties? Wat is de relatie tussen de variabiliteitsstudie in het kader van de interne ITT en de statistieken van de permanente zelfcontrole? Conclusie blic 4. Is de uitgevoerde interne ITT volledig en relevant voor de gehele productie die onder de certificatie valt? Pu 4. iry. B.2.. (terug naar overzicht bijlagen) TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B.2..: Checklist ITT Herziening: 98/2

B.2.. Documentatie (Technisch dossier) Eis: Per productiesysteem (productie-eenheid, productielijn, ) moet een technisch dossier bestaan waarin alle technische en organisatorische gegevens zijn opgenomen die betrekking hebben op de vervaardiging van de producten overeenkomstig hun eterne productbeschrijving. De documentatie moet permanent de werkelijke toestand in de productie-eenheid weergeven. De documentatie bevat minstens de elementen vermeld in het. > Beschikt de productie-eenheid over documentatie? > Heeft de documentatie de vorm van een systeemhandboek? > Elementen in documentatie? Technische referentiespecificaties Productbeschrijving (intern en etern) Beschrijving van het productiesysteem Organisatiestructuur en controlepersoneel Processen productiecontrolesysteem (FPC-systeem) Intern ITT beheer Grondstofcontrole Intern laboratorium Productietechnologie en productieproces Controle van de eindkwaliteit Correctieve maatregelen Behandeling van het product Kalibraties en ijkingen Registratie Klachtenbehandeling Is de documentatie een reële weergave van de processen binnen de > productie-eenheid? Behandelt de documentatie alle processen binnen de firma? Checklist - Initiële inspectie FPC Proces aanwezig Documentatie Pertinent Implementatie Registratie P D P I R Ja Part. Nee ANTWOORDEN, OPMERKINGEN en identificatie documenten TRA: BB-60/65/65 versie: 2_ 206/04/27 nl B.2..2 Checklist initiële FPC Herziening: 99/2

B.2.. Beschikt de productie-eenheid over procedures voor de melding van > veranderingen van het referentiële kader? Beschikt de productie-eenheid over procedures voor het beheer van > referentiedocumenten? Zijn de elementen van de documentatie geïdentificeerd (datum + > autorisatie)? Beschikt de productie-eenheid over een revisielijst van de > documentatie? Beschikt de productie-eenheid over een verdeellijst van de > documentatie? Bevat de beschrijving van het productiesysteem volgende > elementen? installaties Partiële conclusie Productbeschrijving Productie-eenheden en -lijnen productieprincipes en processen (systeem van koelen, lassen, etc) tekeningen / plannen / nauwkeurigheden Eis: De productie-eenheid moet beschikken over een interne productbeschrijving voor alle producten die onder certificatie op de markt gebracht worden. Deze beschrijving moet de producten volledig identificeren en in overeenstemming zijn met de eterne productbeschrijving. Eterne productbeschrijving (publiek) Bestaan er officiële verwijzingsspecificaties (technische > productfiches of brochures voor klanten)? Worden de classificaties uit officiële verwijzingsspecificaties > gebruikt? Adequate afbakening van het gebruiksgebied van > het (de) product(en)? > Verwijzing naar productcertificatie? Interne productbeschrijving (confidentieel) Omvat de interne productbeschrijving de volledige interne > identificatie van de producten, inbegrepen de codering voor verzekering van de traceerbaarheid? > Zijn de prestatie-eigenschappen van de producten gelinkt aan: > grondstofcriteria > procesparameters per product > variabiliteitsgebied van deze gegevens > Verwijzing naar initiële typeproeven (up-to-date)? > Worden wijzigingen overzichtelijk bijgehouden? > Overeenstemming van interne productbeschrijving met technische productfiches? Partiële conclusie Ja Part. Nee TRA: BB-60/65/65 versie: 2_ 206/04/27 nl B.2..2 Checklist initiële FPC Herziening: 200/2

B.2.. Organisatiestructuur en controlepersoneel Eis: De organisatiestructuur moet toelaten dat de overeenkomstigheid van de producten met de specificatie kan gegarandeerd worden. Daartoe moeten de zelfcontrole en de registratie daarvan onafhankelijk geschieden van de productie- en verkoopsleiding. De verantwoordelijkheden en bekwaamheden van de bij de productie en de controle betrokken personeelsleden moeten duidelijk vastgelegd worden. > Hoe verloopt de algemene coördinatie binnen het bedrijf? Beschikt de productie-eenheid over een organogram (namen + > functies)? Bekwaamheid personeel Is het personeel dat werkzaam is in de productie voldoende > bekwaam teneinde de machines te bedienen en te onderhouden? Is het personeel dat werkzaam is in de productie voldoende > gevormd teneinde de machines te bedienen en te onderhouden? Bestaan interne criteria voor de bepaling van de geschiktheid van > het personeel? Is het controlepersoneel voldoende bekwaam om de > proefresultaten te interpreteren en de productkwaliteit te beoordelen? Is de aanwezigheid van controlepersoneel zo geregeld dat de > controle representatief is voor de volledige productie? Verantwoordelijkheden Werden de relaties en de verantwoordelijkheden tussen al het > personeel dat bij de productie en de kwaliteitscontrole betrokken is, vastgelegd? Is er een verantwoordelijke aangesteld voor het beheer van de > totale FPC? Is er op iedere productie-eenheid een productieverantwoordelijke > aanwezig met voldoende zeggingskracht, kennis en ervaring? Zijn de personen die eindverantwoordelijk zijn voor het toezicht en > de vrijgave van de producten voldoende onafhankelijk van de productie? Welke personen hebben voldoende onafhankelijkheid en hebben > voldoende zeggingskracht om: - de procedures te starten die nodig zijn om een non-conform eindproduct vast te stellen / te identificeren -de productie stil te leggen -te bepalen welk deel van de productie weerhouden wordt -te bepalen welk deel van de productie geweigerd wordt -te bepalen wat met de geweigerde productie gebeurt? -elk mogelijk kwaliteitsprobleem vast te stellen / te noteren Partiële conclusie Ja Part. Nee TRA: BB-60/65/65 versie: 2_ 206/04/27 nl B.2..2 Checklist initiële FPC Herziening: 20/2

B.2.. Intern ITT Beheer Eis: De productie-eenheid dient te beschikken over processen waarmee hij vooraleer de productie onder certificatie te starten zichzelf verzekert dat hij de vooropgestelde prestaties kan halen. Hiervoor moeten initiële proeven worden verricht op basis waarvan de interne productbeschrijving wordt vastgelegd. >Hoe is de interne ITT opgevat? Is deze gebaseerd op: - eterne proeven - actief intern ITT proces - interpretatie van de permanente zelfcontrole - informatie uit de literatuur of wetenschap Welke testen zijn opgenomen in de interne ITT? Het betreft > zowel de directe als de indirecte testmethoden. Is er voor de indirecte testmethoden een goede onderbouwing van de correlatie met de te bereiken prestatie-eigenschappen? > >Kent men de spreiding op de prestaties? >Liggen de grenzen hiervoor vast (statistische waarden)? Wat is de frequentie voor of wat is de aanleiding tot het > uitvoeren van een interne ITT? Bestaan er bvb. concrete procedures tot uitvoeren van een > interne ITT bij wijzigingen van grondstoftypes? Zijn de resultaten van de initiële typeproeven opgenomen in de > interne productbeschrijving? >Zijn de grondstofcriteria gebaseerd op ITT? Toon aan. >Zijn de criteria voor de halffabricaten gebaseerd op ITT? Zijn de criteria (zoals productiesnelheid, -temperatuur, -druk, ) voor > de machine-instellingen afgeleid uit de ITT? Partiële conclusie P D P I R TRA: BB-60/65/65 versie: 2_ 206/04/27 nl B.2..2 Checklist initiële FPC Herziening: 202/2

B.2.. Grondstofcontrole Eis: De productie-eenheid moet beschikken over procedures voor het nazicht van de overeenkomst van de grondstoffen met de specificatie in de interne productbeschrijving. Grondstofcriteria Voert de productie-eenheid controles uit op de grondstoffen? Worden de controles van de productie-eenheid op de grondstoffen > geregistreerd (ingangscontroleregisters)? - eigen receptieprocedure - nazicht certificaten of conformiteitsverklaringen van de leverancier van de grondstoffen Heeft de productie-eenheid duidelijke criteria of specificaties voor > de verschillende grondstoffen? Zijn de grondstofcriteria in overeenstemming met de opgelegde > schema s uit de normen of het toepassingsreglement? Behandeling grondstoffen > Hoe gebeurt de verificatie van de goedkeuring van grondstoffen? Hoe verloopt het afhalen van grondstoffen? > Wordt de eventueel visuele controle geregistreerd? > Worden de leveringsbons afgestempeld? > Beheer voorraad van grondstoffen: First In First Out? Aankoop grondstoffen Wanneer worden grondstoffen bijbesteld (naar aanleiding van een > minimumvoorraad)? > Bestaat een lijst met leveranciers? Gebeurt het lossen van de grondstoffen voor de controle van de > resultaten? Wordt rekening gehouden met de houdbaarheid van de geleverde > grondstoffen? Bestaan voorschriften voor transporteurs van aangeleverde > grondstoffen? > Bestaan verpakkingsvoorschriften voor aangeleverde grondstoffen? > Wordt rekening gehouden met reeds geopende verpakkingen? Beheer van grondstoffen met tekortkomingen > Hoe worden geleverde producten met tekortkomingen beheerd? > Worden afwijkingen tijdens de ingangscontrole geregistreerd? Toon ingangskeuring van bestelling + zijn er voorbeelden van > weigeringen? Voldoende identificatie en scheiding van conforme grondstoffen tov > deze met afwijkingen? Andere Kunnen adhv de codificatie op het eindproduct de gebruikte > grondstoffen/batches/leveranciers/.. worden teruggevonden? Gebeurt een statistische evaluatie van de variabiliteit van de > grondstoffen? Bestaat een link tussen de wijziging van een grondstof en de interne > productbeschrijving en initiële typeproeven? > Bij gebruik van recuperaat voldoende: identificatie - controle? Partiële Conclusie P D P I R TRA: BB-60/65/65 versie: 2_ 206/04/27 nl B.2..2 Checklist initiële FPC Herziening: 20/2

B.2.. Productietechnologie en productieproces Eis: De productie-eenheid moet beschikken over processen waarmee hij kan aantonen dat hij het productieproces beheerst. Dit betekend dat de procesparameters correct worden ingesteld en dat hiervoor concrete indicatoren bestaan (machine-instellingen of proeven op halffabricaten). Productieproces >Bevat het proces afdoende waarschuwingsdrempels? weigeringsdrempels? Productieplanning + zit deze logisch in mekaar: invloed op > verandering van de productie op dezelfde productie-installatie (kleur, vorm) >Komt het proces overeen met de procesbeschrijving? >Worden metingen uitgevoerd tijdens het productieproces? >Hoe wordt de geproduceerde hoeveelheid geregistreerd? >Bestaan er criteria voor de procesparameters/instellingen? Ligt vast welke testen er moeten worden uitgevoerd bij het wijzigen > van de productie-instellingen? Hoe worden de productieparameters (verloop van de instellingen > tijdens de productie) geregistreerd? Zijn de procedures en samenstellingen die nodig zijn voor de > productie aanwezig in de productie? >Hoe is een batch gedefinieerd/afgebakend? Is er voldoende communicatie tussen grondstofaanvoer en productie > (wijziging grondstofbatch bvb)? Wordt rekening gehouden met de variatie van eterne factoren, zoals > variaties in temperatuur, vochtigheid? Gebeurt de dosering van de grondstoffen via volautomatische sturing > of manueel? Is er voldoende controle op dosering en de nauwkeurigheid van > afwegen? Machines Algemeen Beschikt de productie-eenheid over geschikte machines voor de > productie? Worden deze machines regelmatig onderhouden? Zijn de frequentie en de aard van het onderhoud vastgelegd in een > document? Machine-instellingen Voert de productie-eenheid tijdens de productie een controle uit op > de machine-instellingen? Is de controle op de machine-instellingen en de bijhorende criteria in > overeenstemming met de opgelegde controleschema s van het toepassingsreglement? Zijn de productie-instellingen per product gekend en worden deze > geëvalueerd? Heeft de productie-eenheid duidelijke criteria voor deze machineinstellingen? > Toon aan dat de machines en andere toestellen met invloed op de > kwaliteit voldoen aan de gestelde eisen van nauwkeurigheid P D P I R TRA: BB-60/65/65 versie: 2_ 206/04/27 nl B.2..2 Checklist initiële FPC Herziening: 204/2

B.2.. Halffabricaten Voert de productie-eenheid tijdens de productie een controle uit op > de halffabricaten? Heeft de productie-eenheid duidelijke criteria voor de controle op > de halffabricaten? Zijn de criteria voor de halffabricaten in overeenstemming met de > opgelegde schema s van het toepassingsreglement? >Worden de resultaten van de controles statistisch geëvalueerd? >Controleplan Is er een controleplan voor het volledige productieproces? grondstoffen halfproducten eindproducten alle productietypes volledig productieproces nacht weekend Is een procedure voorzien voor de aanpassing van het controleplan > bij vaststelling van non-conformiteiten tijdens de productie? Partiële Conclusie Controle van de eindkwaliteit Eis: De productie-eenheid dient de eindkwaliteit van de gecertificeerde producten regelmatig te verifiëren volgens een monsternemingsplan. De interne monsternemingen dienen representatief te zijn voor de onder certificatie verkochte producten. Het proces voor de registratie van de proefresultaten dient bijzonder transparant te zijn. Bestaat een monsternemingsplan dat ertoe leidt dat de monsternemingen representatief zijn voor de productie? Hoe houdt het plan rekening met de variabiliteit? Heeft de productie-eenheid duidelijke controleschema s voor de > eindkwaliteit? Vermelding van: - proefmethoden (+ direct en indirect) - frequentie - criteria Zijn de genomen stalen voldoende om de kwaliteit van de volledige > batch te garanderen? Zijn de genomen stalen representatief voor de onder certificatie op > de markt gebrachte producten? >Welke testen maken deel uit van een batch release test? >Hoe wordt een lot afgekeurde producten afgebakend? >Hoe wordt het product vrijgegeven? Hoe worden niet-conforme monsternemingen behandeld en > geregistreerd? >Worden de resultaten van de controles statistisch geëvalueerd? Is een procedure voorzien voor de aanpassing van het monsternemingsplan bij vaststelling van non-conformiteiten bij het eindproduct? Partiële Conclusie P D P I R TRA: BB-60/65/65 versie: 2_ 206/04/27 nl B.2..2 Checklist initiële FPC Herziening: 205/2

B.2.. Correctieve maatregelen Eis: De productie-eenheid moet beschikken over processen om de zelfcontroleresultaten te interpreteren en de resultaten van deze interpretatie aan te wenden voor de nodige correctie aan het grondstofgebruik en het productieproces. Neemt de productie-eenheid de nodige acties bij het vaststellen van > niet-conformiteiten tijdens de zelfcontrole? (terugkoppeling naar productie en grondstofgebruik?) Voorziet de productie-eenheid bij vaststelling van nietconformiteiten > - nazicht van de meetmethodes - correcties interne productbeschrijving (grondstofcriteria, ) - acties naar de grondstofleverancier toe - correctie van het productieproces - bekendmaking van de tekortkoming aan klanten Partiële Conclusie > Behandeling en markering van producten Eis: De productie-eenheid moet beschikken over processen waarmee hij zichzelf verzekert dat geen niet conforme producten onder certificatie op de markt komen. >Beschikt de productie-eenheid over geschreven procedures voor verpakking markering declassering voorraadbeheer klaarmaken voor verzending transport naar de klant opslag bij de klant Zijn deze procedures in overeenstemming met de regels opgenomen > in het toepassingsreglement? Hoe worden producten met tekortkomingen beheerd? Worden gedeclasseerde producten fysiek gescheiden van de onder > certificatie geproduceerde producten? Beschikt de productie-eenheid over procedures die verzekeren dat > geen niet-conforme producten op de markt gebracht worden? >Hoe worden de producten in stock geïdentificeerd? Is de leveringsdatum op de verpakking van aangevoerde producten > aangebracht? Worden de omgevingsomstandigheden in het magazijn gemeten (vb.omgevingstemperatuur, )? > > Voorraadbeheer: First In - First Out? > Is blootstelling van de producten aan UV-straling mogelijk? > Hoe worden gevaarlijke producten beheerd? P D P I R P D P I R TRA: BB-60/65/65 versie: 2_ 206/04/27 nl B.2..2 Checklist initiële FPC Herziening: 206/2

B.2.. > Behandeling en markering van producten Partiële Conclusie Intern laboratorium Eis: De productie-eenheid moet beschikken over een intern laboratorium dat uitgerust is om de proeven voor de zelfcontrole op correcte wijze uit te voeren. > Beschikt de productie-eenheid over een intern laboratorium? Voert de productie-eenheid de proeven voor de zelfcontrole > allemaal intern zelf uit? > Worden sommige proeven in onderaanneming uitgevoerd? Is het intern labo zodanig uitgerust dat de intern uit te voeren > proeven voor de zelfcontrole op correcte wijze kunnen verlopen? Worden de resultaten van de zelfcontrole statistisch verwerkt (+ > correctieve maatregelen)? Is het laboratorium voldoende onafhankelijk van de productie om de > nodige correctieve maatregelen te kunnen nemen? Heeft het laboratorium voldoende bevoegdheid om correctieve > maatregelen te nemen? Is er bekwaam personeel ter beschikking voor het uitvoeren van de > proeven in het intern labo? Partiële conclusies Kalibraties en ijkingen Eis: Alle meet- en proefapparatuur die door de productieeenheid wordt gebruikt, moet met een verantwoorde frequentie en volgens een bepaalde methodiek worden geijkt of gekalibreerd. Beschikt de productie-eenheid over een controleschema dat de frequenties en methoden voor de ijking of kalibratie van alle > meettoestellen weergeeft? Het betreft zowel de meettoestellen uit de productie als het intern laboratorium Is dit schema in overeenstemming met het opgelegde schema uit de > norm of het toepassingsreglement? Zijn de frequentie en methode in overeenstemming met de norm of > het toepassingsreglement? Worden de rapporten ivm ijkingen en kalibraties bewaard over de > periode die in het toepassingsreglement bepaald werd? Worden de eterne verslagen geëvalueerd, zowel inzake resultaat > als methode? Zijn er instructies aanwezig hoe de apparatuur dient gekalibreerd te worden? > Heeft de persoon die de kalibratie uitvoert voldoende kennis over > het onderwerp? Ja Part. Nee P D P I R > Komt de nauwkeurigheid van de toestellen overeen met de vereiste nauwkeurigheid van de proef? TRA: BB-60/65/65 versie: 2_ 206/04/27 nl B.2..2 Checklist initiële FPC Herziening: 207/2

B.2.. Kalibraties en ijkingen Gebeurt er registratie van de verificatie? Is er voldoende > traceerbaarheid? Gebeurt de verificatie met apparatuur die minstens 0 > nauwkeuriger is? Werd de kalibratiestatus op alle keuringsmiddelen aangebracht door > een merkteken? >Zijn de nodige ijkingscertificaten aanwezig? Partiële conclusies Registratie Eis: De productie-eenheid moet alle gegevens die van belang zijn voor de traceerbaarheid van de elementen die de productkwaliteit bepalen registreren Houdt de productie-eenheid registers bij, over een termijn die in de norm of in het toepassingsreglement bepaald is,waarin alle > gegevens genoteerd worden die van belang zijn voor de traceerbaarheid van elementen die de productiekwaliteit bepalen? Bevatten de registers al de informatie die opgelegd wordt vanuit het > toepassingsreglement? Is de nodige aandacht besteed aan de registratie v.d. zelfcontrole > door nacht- en weekendploegen? >Bevatten registers volgende elementen? > -alle resultaten van > - interne en eterne ITT proeven > - aanvaardingscontrole op grondstoffen - controleproeven tijdens productie > - eindcontroleproeven + interpretatie > - alle correctieve maatregelen - een staat van geproduceerde, uitgevoerde en > gedeclasseerde producten > - resultaten van kalibraties en ijkingen Partiële conclusies P D P I R TRA: BB-60/65/65 versie: 2_ 206/04/27 nl B.2..2 Checklist initiële FPC Herziening: 208/2

B.2.. Klachtenbehandeling > P D P Beschikt de levernacier over een register waarin de klachten evenals de behandeling ervan vermeld worden? > Worden zowel interne als eterne klachten behandeld? de registratie van de klachten aangeduid? > Bestaat een terugkoppeling naar de productie? > Is een verantwoordelijke voor R qu Partiële Conclusies I iry Eis: De productie-eenheid is gehouden alle klachten met betrekking tot de productkwaliteit te behandelen en alle gegevens m.b.t. tot de behandeling van deze klachten te registreren. Pu blic en (terug naar overzicht bijlagen) TRA: BB-60/65/65 versie: 2_ 206/04/27 nl B.2..2 Checklist initiële FPC Herziening: 209/2

B.2.2.. TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B.2.2..: Monsternemingsfiche Herziening: 20/2

Pu blic en qu iry B.2.2.. (terug naar overzicht bijlagen) TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B.2.2..: Monsternemingsfiche Herziening: 2/2

B.. Nota betreffende het gebruik van zelfklevers op hulpstukken blic en qu iry Eigenschappen van de zelfklever: : De zelfklever is watervast. 2: De zelfklever is niet herbruikbaar en is onbruikbaar na verwijdering. : Naast het logo (zie onder) is volgende bijkomende informatie verplicht op de zelfklever te vermelden(*): - Certificaathouder - Productie-eenheid - Norm 4: voorbeeld logo: EE-EEE (*) de eisen mbt markering zoals opgenomen in de specificaties per bijlage (onder B..5) dienen steeds Pu gerespecteerd te worden (terug naar overzicht bijlagen) TRA: BB-60/65/65 versie: 2_206/04/27 nl B..: Gebruik van zelfklevers Herziening: 22/2