Certificatiesysteem Certificatieschema Versie. Validatie Goedkeuring Adviesraad: Datum: 16/09/2014

Transcriptie

1 BELGIAN CONSTRUCTION CERTIFICATION ASSOCIATION vzw BCCA Opgericht door: WTCB en SECO TOEPASSINGSREGLEMENT VOOR DE BENOR CERTIFICATIE VAN GLASVEZELVERSTERKTE THERMOHARDENDE KUNSTSTOFLEIDINGSYSTEMEN Kunststofleidingsystemen voor drukloze riolering Monolithische ronde en niet-ronde elementen die de volledige binnenwand van de riolering bedekken. RENOVATIETECHNIEKEN VOOR RIOLERINGEN Certificatiesysteem Certificatieschema Versie BB versie 1 van 16/09/2014 Validatie Goedkeuring Adviesraad: Datum: 16/09/2014 Goedkeuring BCCA: Datum: 16/12/2014 De Nederlandstalige versie is het referentiedocument TRA: BB versie: 1-16/09/2014 Administratie en technisch deel Herziening: 1/80

2 LIJST MET N A.1.1 A Chronologische lijst van de wijzigingen Aanvraagformulier voor een BENOR-certificatie (bijlage A ) A Overzicht van de productnormen A Overzicht van de proefnormen A Lijst met de technische voorschriften A.3.2 A A A.3.4 A.3.5 A.4 A.6.1 A.6.2 Samenstelling van de Adviesraad Thermohardende kunststofleidingsystemen Samenstelling van het Certificatiecomité Thermohardende kunststofleidingsystemen Samenstelling van de Certificatieraad Thermohardende kunststofleidingsystemen Lijst met de gemandateerde inspectie-instellingen Lijst met de gemandateerde controlelaboratoria Lijst met de certificatie-instellingen waarmee BCCA een akkoord van wederzijdse erkenning heeft en lijst van de controle-instellingen Blanco type certificaat Voorbeeld van een productcatalogus A.12 Sancties A.13 Inspectie van de monsters op de markt B.1.5 B x Lijst met controleschema s FPC-schema B.1.7 B B B Kalibratie en inspectie van de meet- en proefapparatuur van de producent Interne ITT-checklist FPC-checklist Monsternemingsfiche B.3.4 Nota betreffende de behandeling en de opslag van kunststofbuizen B.4 Non-conformiteitsfiche TRA: BB versie: 1-16/09/2014 Administratie en technisch deel Herziening: 2/80

3 OVERZICHT GEBRUIKTE AFKORTINGEN NBN Bureau voor Normalisatie BCCA Belgian Construction Certification Association vzw ARCP Algemeen Reglement voor de Certificatie van Producten en productiecontrolesystemen QS Quality System kwaliteitssysteem TRA Toepassingsreglement PCF Productcontrolefiches FPC Factory Production Control kwaliteitsborgingsysteem toegespitst op de productie PTV Technische Voorschriften ITT Initial type testing (initiële typeproeven) AT Audit Testing OCI Certificatie-instelling TRA: BB versie: 1-16/09/2014 Administratie en technisch deel Herziening: 3/80

4

5 Inhoudsopgave A. ADMINISTRATIEF GEDEELTE... 7 A.1. SITUERING, TOEPASSINGSGEBIED EN REFERENTIEDOCUMENTEN... 7 A.1.1. Situering... 7 A.1.2. Toepassingsgebied... 8 A.1.3. Referentiedocumenten... 8 A Administratief - structurele documenten... 8 A Technische referentiedocumenten... 8 A Bindende referentiedocumenten... 8 A Informatieve referentiedocumenten... 8 A.2. OPVATTING VAN DE CERTIFICATIEMETHODIEK... 9 A.3. CERTIFICATIE-INSTELLINGEN A.3.1. De certificatie-instelling (OCI) A.3.2. Adviesstructuur A.3.3. Beslissingen over de certificatie A.3.4. Inspectie-instellingen A.3.5. Externe controlelaboratoria A.4. WEDERZIJDSE ERKENNING A.5. VERLOOP VAN HET TOELATINGSONDERZOEK A.6. CERTIFICATEN A.7. ADMINISTRATIEVE REGELS VOOR HET GEBRUIK VAN HET MERK A.8. CERTIFICATIEOVEREENKOMST A.9. VERLOOP VAN HET TOEZICHT COMMUNICATIE EN DOCUMENTUITWISSELING A.10. TARIEFSTELSEL A Algemeen A Soorten vergoedingen A Administratieve vergoedingen A Vergoedingen voor beoordelings- en controletaken A Bijzondere raamovereenkomsten A.11. FACTURATIE A.12. SANCTIES A.13. CONTROLE OP MONSTERS GENOMEN OP DE MARKT B. TECHNISCH GEDEELTE...18 B.1. VERPLICHTINGEN VAN DE GECERTIFICEERDE LEVERANCIER B.1.1. Samenstelling van het technisch dossier of documentatie B.1.2. Interne productbeschrijving B.1.3. Eisen voor de organisatiestructuur van de leverancier B.1.4. Eisen voor de processen van het productiecontrolesysteem (FPC) en de eraan verbonden procedures B Procedure voor interne initiële proeven en de interne productbeschrijving B Procedures voor grondstofcontrole B Procedures voor de procesbeheersing B Procedures voor de controle van de eindkwaliteit B Procedures voor correctieve maatregelen B Procedures voor de behandeling van producten en de markering B.1.5. Interne controleschema s B.1.6. Intern controlelaboratorium B.1.7. Kalibraties en ijkingen B.1.8. Registraties B.1.9. Klachtenbehandeling TRA: BB versie 1 16/09/2014 Administratief en technisch deel Herziening: 5/80

6 B Voorraad B.2. EXTERNE EVALUATIE EN TOEZICHT B.2.1. Initiële beoordeling of toelatingsonderzoek B.2.2. Toezicht B Periodieke inspectie van de FPC B Technische controlebezoeken B Externe controlebezoeken B Monsternemingsprocedure B Evaluatiemethode B.3. REGELS VOOR VERPAKKINGSWIJZE, DECLASSERING? MARKERING EN VOORRAADBEHEER B.3.1. Verpakkingswijze B.3.2. Declassering B.3.3. Markering B.3.4. Voorraadbeheer (zie bijlage B.3.4) B.4. REGELS VOOR DE BEPALING VAN MAATREGELEN BIJ NON- CONFORMITEITEN B.4.1. Non-conformiteiten in de processen voor het beheer van de productbeschrijving en de ITT B.4.2. Non-conformiteiten in de processen voor de FPC B.4.3. Non-conformiteiten m.b.t. de kenmerken van de producten TRA: BB versie 1 16/09/2014 Administratief en technisch deel Herziening: 6/80

7 A. ADMINISTRATIEF GEDEELTE A.1. SITUERING, TOEPASSINGSGEBIED EN REFERENTIEDOCUMENTEN A.1.1. Situering Onderhavig document beschrijft de regels en procedures voor de certificatie van de overeenstemming van de kenmerken van Glasvezelversterkte thermohardende kunststofleidingsystemen voor drukloze riolering; Monolithische ronde en niet-ronde elementen die de volledige binnenwand van de riolering bedekken met de eisen opgenomen in de respectievelijke productnormen, en voor het gebruik van het BENOR-merk dat als attestering van deze overeenstemming geldt voor de producent. Dit Toepassingsreglement is gebaseerd op de regels en richtlijnen bepaald in de volgende referentiedocumenten: - Algemeen Reglement BENOR betreffende de overeenstemming van producten met de normen (ref. PC(TD)/TD/CM3001), opgesteld door het BIN. - Het reglement voor productcertificatie in de bouwsector eveneens opgesteld door het BIN (ref. BIN 3001/G06). - Het Algemeen Reglement voor de Certificatie van Producten en productiecontrolesystemen BCCA (verder ARCP genoemd). Dit reglement bepaalt de principes voor de organisatie van de certificatie door BCCA. - Bijzonder Reglement van BCCA voor de uitvoering van controleproeven op monsters genomen in de markt in het kader van de voluntaire certificatie van producten. - De technische verwijzingsspecificaties voor de betreffende producten (zie verder). Het toepassingsreglement werd voor de eerste maal na goedkeuring van de Adviesraad Thermohardende Kunststofleidingen van toepassing gesteld op 16/09/2014. De eigenlijke tekst van het reglement wordt herzien in functie van de noodzaak. Elke wijziging wordt ter goedkeuring voorgelegd aan de Adviesraad (zie bijlage A1.1: chronologische lijst van de wijzigingen). De bijlagen worden permanent geactualiseerd. Significante wijzigingen worden eveneens voorgelegd aan de Adviesraad. Het gehele document wordt één maal per jaar door de Adviesraad herbevestigd. Het reglement is publiek beschikbaar en wordt aan de door BCCA gecertificeerde leveranciers en eventuele aanvragers ter beschikking gesteld. TRA: BB versie 1 16/09/2014 Administratief en technisch deel Herziening: 7/80

8 A.1.2. Toepassingsgebied Het Toepassingsreglement voor de sector Thermohardende Kunststofleidingen heeft betrekking op de volgende productfamilies met de volgende familienummers: Afvoer- en rioolsystemen Waterverdeling Renovatietechnieken voor rioleringen Kunststofleidingsystemen voor drukloze riolering Monolithische ronde en niet-ronde elementen die de volledige binnenwand van de riolering bedekken. Het BENOR-merk wordt per productiezetel verleend. De regels voor de verschillende toepassingen worden in functie van de noodzaak onderverdeeld. De technische schema s voor deze producten worden per product weergegeven in deel B van dit Toepassingsreglement. A.1.3. Referentiedocumenten A Administratief - structurele documenten a. Het Algemeen Reglement voor de Certificatie van Producten en productiecontrolesystemen BCCA (verder ARCP genoemd) b. Algemeen BENOR Reglement betreffende de overeenstemming van producten met de normen PC(TD)/TD/CM 3001 c. Model van BENOR reglement voor de productcertificatie in de bouwsector G06. Doc.3001/1260 d. Bijzonder Reglement van BCCA voor het inrichten van nieuwe certificatieschema s voor het BENOR merk e. Bijzonder Reglement van BCCA voor de uitvoering van controleproeven op monsters genomen in de markt in het kader van de voluntaire certificatie van producten f. Aanvraagformulier voor het bekomen van een Benor-certificatie (zie bijlage A ) g. Reglement voor het gebruik van het BENOR-logo en de verwijzing naar het BENORmerk. DOC.3001/1603 A Technische referentiedocumenten A Bindende referentiedocumenten - Productnormen: zie bijlage A Proefnormen: zie bijlage A Technische Voorschriften: zie bijlage A A Informatieve referentiedocumenten Aanmelding van een Genotificeerde Instantie in overeenstemming met de Bouwproductenrichtlijn. ( TRA: BB versie 1 16/09/2014 Administratief en technisch deel Herziening: 8/80

9 A.2. OPVATTING VAN DE CERTIFICATIEMETHODIEK Vooraleer de Thermohardende Kunststofleidingen op de markt kunnen gebracht worden onder het BENOR-merk dient er een toelatingsonderzoek te worden uitgevoerd door een daartoe bevoegde certificatie-instelling, hierna OCI genaamd. Wanneer uit het toelatingsonderzoek blijkt dat er voldaan is aan de eisen, gesteld in de van toepassing zijnde productnorm, stelt de OCI een BENOR Conformiteitscertificaat op. Het product kan nu onder BENOR op de markt gebracht worden. De certificatie is gebaseerd op een periodiek toezicht op: het intern ITT (= Initial Type Testing)-beheer, de productie, het productiecontrolesysteem en de eraan verbonden procedures. Normaliter bedraagt de controlefrequentie 2 keer per jaar, mits er een gedocumenteerd productiecontrolesysteem is dat beantwoordt aan de regels vermeld in hoofdstuk B 2. en dat aanvaard is door het OCI (zoniet 4 controles/jaar). Het OCI zal hiervoor de nodige evaluaties (FPC audits) verrichten. Bij het vaststellen van significante afwijkingen kan dit tot een verhoging van de frequentie van de controlebezoeken leiden. Bijkomend zullen er twee monsternames per jaar plaatsvinden op bouwplaatsen in België. De validiteit van de zelfcontrole wordt nagezien door controleproeven in een extern laboratorium. Fabrikanten die geen BENOR-certificaat bezitten voor Thermohardende elementen dienen een toelatingsperiode te doorlopen van tenminste 6 maanden (zie ook doc. BIN 3001/G06). Tijdens deze toelatingsperiode dient elke productie te worden gemeld aan BCCA zodat er tenminste 3 controles kunnen uitgevoerd worden. Bij vaststelling van onregelmatigheden tijdens deze controles kan het BENOR-merk onmiddellijk worden opgeschort en de betreffende producten dienen te worden vernietigd. Fabrikanten die reeds in het bezit zijn van een BENOR-certificaat voor Thermohardende elementen en die het BENOR-merk aanvragen voor producten die het voorwerp uitmaken van dit Toepassingsreglement, dienen een toelatingsperiode van tenminste 3 maanden te doorlopen. Tijdens deze toelatingsperiode dient elke productie te worden gemeld aan BCCA zodat er tenminste 2 controles kunnen uitgevoerd worden. Bij vaststelling van onregelmatigheden tijdens deze controles kan het BENOR-merk onmiddellijk worden opgeschort en de betreffende producten dienen te worden vernietigd. De toelatingsperiode vangt aan op de geldigheidsdatum van het BENOR Conformiteitscertificaat. Externe stockcontroles worden beschouwd als uitzonderlijke controlebezoeken en dienen als dusdanig vergoed worden ( A e). De geldigheid van het BENOR Conformiteitscertificaat van de leverancier dient om de drie jaar herbevestigd te worden door de OCI. Dit gebeurt op voorwaarde dat de controlebezoeken en externe proeven werden uitgevoerd met positief resultaat. De lijst van de BENOR gecertificeerde producenten en producten wordt weergegeven op de website TRA: BB versie 1 16/09/2014 Administratief en technisch deel Herziening: 9/80

10 A.3. CERTIFICATIE-INSTELLINGEN A.3.1. De certificatie-instelling (OCI) De organisatie van de certificatie is door het NBN_( Bureau voor Normalisatie ) toevertrouwd aan BCCA ( Belgian Construction Certification Association vzw ) die hiervoor een certificatiesysteem heeft ingericht dat beantwoordt aan de eisen van NBN EN ISO/IEC (NBN EN ). A.3.2. Adviesstructuur BCCA heeft voor de in dit reglement opgenomen productfamilie een Adviesraad opgericht (samenstelling: zie bijlage A.3.2). A.3.3. Beslissingen over de certificatie De beslissingen over de certificatie (toekenning, intrekking en andere maatregelen) worden genomen door de directeur van BCCA in overleg met een intern kerncomité genaamd: Certificatiecomité Kunststofleidingsystemen (samenstelling: zie bijlage A.3.3.1). Alle belangrijke problemen binnen de dossiers worden voorgelegd aan een raad van deskundigen, Certificatieraad Kunststofleidingsystemen genaamd (samenstelling: zie bijlage A.3.3.2), die een volstrekte vertrouwelijkheid toepast met betrekking tot dossiergebonden informatie. Het Certificatiecomité en de Certificatieraad kunnen aan de Adviesraad vragen stellen over de interpretatie van de toepasselijke reglementen zonder dat dossiergebonden informatie vrijgegeven wordt. A.3.4. Inspectie-instellingen De inspectie-instellingen die in naam van BCCA de controles in de productie-eenheden uitvoeren, werken volgens de relevante richtlijnen van de norm NBN EN ISO/IEC en hebben voor deze opdrachten een overeenkomst met BCCA die de wederzijdse verplichtingen vastlegt. De inspectie-instellingen zijn bij voorkeur geaccrediteerd volgens de bovenvermelde norm. Bij ontstentenis van een dergelijke accreditatie worden andere erkenningen aanvaard. In elk geval houdt BCCA een passend toezicht op het werk van de inspectie-instellingen. Bijlage A.3.4 geeft de lijst met gemandateerde instellingen met hun werkgebieden. 1 NBN EN ISO/IEC Conformiteitsbeoordeling - Eisen voor instellingen die audits en certificatie van managementsystemen uitvoeren (ISO/IEC 17021:2011) = EN ISO/IEC 17021: NBN EN 45011:1998 Algemene eisen voor instellingen die productcertificatie-systemen uitvoeren (ISO/IEC Guide 65:1996) = EN 45011: NBN EN ISO/IEC 17020:2004 Algemene criteria voor het functioneren van verschillende soorten instellingen die keuringen uitvoeren (ISO/IEC 17020:1998) = EN ISO/IEC 17020:2004 TRA: BB versie 1 16/09/2014 Administratief en technisch deel Herziening: 10/80

11 A.3.5. Externe controlelaboratoria BCCA aanvaardt externe controleproeven uitgevoerd door genotificeerde laboratoria of andere laboratoria die werken in overeenstemming met de relevante eisen van de norm NBN EN ISO/IEC en die hiervoor met BCCA een overeenkomst hebben die de wederzijdse verplichtingen vastlegt. De laboratoria zijn bij voorkeur geaccrediteerd volgens de bovenvermelde norm. De proeven mogen ook uitgevoerd worden door gemandateerde buitenlandse certificatieinstellingen die eveneens werken volgens EN ISO/IEC Aangezien BCCA de verantwoordelijkheid over de certificatie draagt, behoudt BCCA zich het recht voor om bepaalde laboratoria niet te aanvaarden. In elk geval houdt BCCA een passend toezicht op het werk van de laboratoria. Bijlage A.3.5 geeft de lijst met gemandateerde laboratoria. A.4. WEDERZIJDSE ERKENNING Voor de sector van de Kunststofleidingsystemen wordt, telkens de noodzaak zich voordoet, gebruik gemaakt van het principe van de wederzijdse erkenning. De wederzijdse erkenning houdt in dat twee instellingen de organisatie van de externe controle geheel of gedeeltelijk aan elkaar delegeren mits een passend toezicht. Elke instelling blijft echter verantwoordelijk voor zijn eigen certificatie en dient zich ervan te vergewissen dat de eraan verbonden regels door de andere instelling gerespecteerd worden. De afspraken over de toepassing van deze regels worden vastgelegd in een raamovereenkomst. In bijlage A.4 is een overzicht gegeven van de OCI s waarmee BCCA een akkoord van wederzijdse erkenning heeft met vermelding van de betrokken inspectie-instellingen. 4 EN ISO/IEC Algemene eisen voor de competentie van beproevings- en kalibratielaboratoria (ISO/IEC 17025:2005) = EN ISO/IEC 17025:2005/AC:2006 TRA: BB versie 1 16/09/2014 Administratief en technisch deel Herziening: 11/80

12 A.5. VERLOOP VAN HET TOELATINGSONDERZOEK Het toelatingsonderzoek verloopt volgens 12.2 van het ARCP. Hieronder wordt in het kort het verloop van het toelatingsonderzoek weergegeven. Essentieel hierbij is dat het toelatingsonderzoek per productieplaats wordt uitgevoerd: indienen van een aanvraag door de leverancier BCCA maakt een offerte op en stelt een team samen (hoofdauditor en co-auditors). Deze offerte dient ondertekend en betaald te zijn alvorens het initiële onderzoek een aanvang kan nemen. nazicht van de interne ITT (= Initial Type Testing) van de leverancier en de daaraan gekoppelde productgroepindeling verzamelen van bestaande proefresultaten rekening houdend met de voorwaarden die hieraan gesteld worden in het ARCP uitvoeren van de monsternemingen voor testen in daartoe bevoegde laboratoria evaluatie van de proefresultaten initiële inspectie van het productiecontrolesysteem (FPC = Factory Production Control) en de eraan verbonden procedures er wordt een evaluatieverslag (inclusief productcataloog) opgemaakt dat wordt voorgelegd aan de Certificatieraad de Certificatieraad geeft zijn advies door middel van de fiche beoordeling van certificeerbaarheid. Nadat het dossier een gunstige beoordeling van certificeerbaarheid heeft, wordt een (raam)overeenkomst opgesteld tussen BCCA en de leverancier en worden de BENOR certificaten uitgegeven. BCCA publiceert de nodige administratieve en technische informatie betreffende de onderzochte producten op de BCCA-website. A.6. CERTIFICATEN BCCA zal aan de leverancier voor elk product per productie-inrichting en eventueel per productielijn overeenkomstig het ARCP een BENOR conformiteitscertificaat ter beschikking stellen. Het certificaat kan betrekking hebben op meerdere producten met verschillende gedeclareerde eigenschappen. Deze certificaten dragen een code AAA BBB CCCC DDDD EEEE, opgebouwd uit volgende elementen: AAA : code voor het certificatiesysteem (= BB voor BENOR merk) BBB : code voor de productsoort (productfamilie) (= voor Thermohardende kunststofleidingsystemen) CCCC : identiteitsnummer van de leverancier DDDD : technisch referentienummer van het product of een groep van producten EEEE : identificatie van de productie-inrichting. TRA: BB versie 1 16/09/2014 Administratief en technisch deel Herziening: 12/80

13 In bijlage A.6.1. bevindt zich een blanco voorbeeld van een BENOR-certificaat opgemaakt door BCCA. Dit certificaat vermeldt: het certificaatnummer de productnaam wie het product op de markt brengt de fabrikant de desbetreffende normen de datum van aflevering beperkingen Het certificaat blijft geldig zolang er voldaan blijft aan de voorwaarden gesteld in de vermelde normen, er zich geen significante wijzigingen voordoen en het periodiek toezicht uitgevoerd wordt met gunstig resultaat. De geldigheid van het certificaat dient jaarlijks bevestigd te worden door BCCA aan de leverancier. Voor wat betreft de verschillende gecertificeerde eigenschappen verwijst het certificaat naar de productcataloog. De productcataloog geeft een overzicht van de verschillende producten die onder certificatie vallen, waarbij de gedeclareerde waarden per eigenschap en per product vermeld worden. Een voorbeeld van een productcataloog bevindt zich in bijlage A.6.2. A.7. ADMINISTRATIEVE REGELS VOOR HET GEBRUIK VAN HET MERK Voor wat betreft de administratieve regels voor het gebruik van het BENOR merk wordt verwezen naar het ARCP. A.8. CERTIFICATIEOVEREENKOMST De certificatieovereenkomst wordt opgesteld door BCCA volgens 10 van het ARCP. De overeenkomst is een vertrouwelijk document dat enkel wordt voorgelegd aan de leden van de Certificatieraad. De overeenkomst bestaat uit een administratief en een technisch gedeelte. Ze is voorzien van bijlagen per product die de checklists en controleschema s bevatten, opgemaakt op basis van dit reglement. TRA: BB versie 1 16/09/2014 Administratief en technisch deel Herziening: 13/80

14 A.9. VERLOOP VAN HET TOEZICHT COMMUNICATIE EN DOCUMENTUITWISSELING Het toezicht start vanaf de ondertekening van de certificatieovereenkomst en verloopt volgens de modaliteiten bepaald in 8.3 van het ARCP. De verslaggeving van de controles geschiedt volgens 8.6 van het ARCP. Indien de leverancier niet de producent is (vb. verkoopskantoor, plaatselijke verdeler,...) of indien er meerdere productie-eenheden zijn, heeft BCCA het recht om een onafhankelijke vertegenwoordiger van het verkoopskantoor te vragen als communicatieverantwoordelijke tussen de aanvrager en BCCA. Deze persoon heeft beslissingsrecht over elke betrokken productie-eenheid en kan indien nodig worden uitgenodigd op vergaderingen van de Adviesraad. A.10. TARIEFSTELSEL A Algemeen Het tariefstelsel is opgevat volgens 13 van het ARCP en bevat volgende vergoedingen. Het financieel stelsel is zodanig opgevat dat het toelaat dat de beslissingen over de certificatie door BCCA in totale onafhankelijkheid kunnen worden genomen zoals voorgeschreven in de NBN EN Dit betekent dat BCCA en de instellingen die voor haar in onderaanneming werken, volgens tarieven opgenomen in het financieel stelstel, op dusdanige wijze worden vergoed dat zij op continue wijze de nodige competentie kunnen garanderen, zoals geëist in de met hun activiteit overeenstemmende normen. In de certificatieovereenkomst wordt verwezen naar het sectorieel financieel stelsel. Indien nodig worden individuele regelingen toegevoegd. De bedragen zijn onderhevig aan de index voor de bouw. Alle vermelde bedragen zijn geldig voor het jaar 2014 en zullen jaarlijks aangepast worden op basis van de volgende formule: ( S) h h0 S0 waarin: h = herzien bedrag h0 = basisbedrag S = waarde van de algemene index S gepubliceerd door de FOD Economie, K.M.O., Middenstand en Energie het laatste trimester van het jaar dat het beschouwd jaar voorafgaat 5 NBN EN 45011:1998 Algemene eisen voor instellingen die productcertificatiesystemen uitvoeren (ISO/IEC Guide 65:1996) = EN 45011:1998 TRA: BB versie 1 16/09/2014 Administratief en technisch deel Herziening: 14/80

15 S0 = waarde van S van het laatste trimester van 2013 A Soorten vergoedingen Per taak in het kader van het certificatieproces zijn volgende vergoedingen van kracht. A Administratieve vergoedingen a. Vergoeding voor het openen van een certificatiedossier (administratief ingangsrecht) BCCA heeft het recht per nieuw dossier en per wijziging of aanvulling een vergoeding te vragen. Het administratief ingangsrecht bedraagt 2.500,00 per nieuwe aanvraag. b. Permanente retributie BCCA vraagt gedurende de certificatieperiode een permanente (jaarlijkse) bijdrage voor het algemeen takenpakket dat bestaat uit: De opstelling van een kwaliteitssysteem en reglementen; De inrichting van Adviesraden en beslissingsorganen voor de certificatie; Het bijhouden van de certificatiedossiers en eventuele sanctie- en opvolgingsmaatregelen; Het opvolgen en actief begeleiden van de technische regelgeving die aan de grond ligt van de certificatiereglementen; De organisatie van de delegatie van inspecties en laboratoriumproeven en de beoordeling van de resultaten van de externe controleproeven. Deze permanente bijdrage bedraagt 2.720,00 per jaar. A Vergoedingen voor beoordelings- en controletaken a. Initiële productbeoordelingen en FPC-inspecties Initiële ITT-beoordeling: - studie van de representativiteit van de interne en externe monsternemingen voor het reëel geproduceerde - identificatie en variatie van de gebruikte grondstoffen en effect op de eindprestatie - technische kwaliteit van het productiesysteem en de interne controlemiddelen bestaat uit bezoeken met voorbereiding, interpretatie en verslaggeving 1.144,56 per dag Voor productieplaatsen in het buitenland dient dit vermeerderd te worden met de verplaatsings- en verblijfskosten. Initiële FPC-beoordeling: Audit van het productiecontrolesysteem: 1.144,56 per dag (in overeenstemming met de omvang en toestand van het systeem). TRA: BB versie 1 16/09/2014 Administratief en technisch deel Herziening: 15/80

16 Voor productieplaatsen in het buitenland dient dit vermeerderd te worden met de verplaatsings- en verblijfskosten. b. Periodieke controles De periodieke controle bestaat uit periodieke FPC-inspecties en technische controlebezoeken. De beoordeling van beide aspecten kan apart of samen gebeuren. Deze prestaties gebeuren door BCCA zelf of door een inspectie-instelling die in onderaanneming werkt. BCCA kan de controlevergoedingen zelf innen en de onderaannemer betalen of ze kan toelaten dat de inspectie-instelling rechtstreeks aan de leverancier factureert. De vergoedingswijze moet in de certificatieovereenkomst worden gespecifieerd. De vergoedingen dienen normaliter per trimester betaald te worden waarbij rekening wordt gehouden met volgende factoren: - de tijdsduur van het bezoek aan het bedrijf met inbegrip van de verplaatsingstijd. Deze tijdsduur wordt bepaald in functie van het aantal en de complexiteit van de gecertificeerde producten en het type FPC. De exacte duur is gespecifieerd in de controleovereenkomst; - de voorbereiding en de verslaggeving; - de verplaatsings- en verblijfskosten. Het conventioneel dagtarief dat deze prestatie dekt, is 1.144,56 per dag. c. Monsternemingen De monsternemingen, vereist in het kader van de certificatie (toelatingsonderzoek of permanent toezicht), kunnen in het kader van inspectiebezoeken geschieden of ze kunnen afzonderlijk georganiseerd worden. De vergoeding wordt op dezelfde wijze berekend als deze voor de controlebezoeken. Het conventioneel dagtarief bedraagt 1.144,56 per dag. De leverancier zorgt voor het transport van de genomen monsters naar het extern labo. d. Laboratoriumproeven De vergoeding voor de laboratoriumproeven in het kader van de externe controle wordt rechtstreeks door het laboratorium aan de leverancier gefactureerd. e. Bijzondere vergoedingen De vergoeding voor wijziging of aanvulling wordt geval per geval bekeken, de beslissing hierover wordt genomen door de Certificatieraad. Het kan nodig zijn aanvullende controles of proeven uit te voeren bij de vaststelling van tekortkomingen bij de externe controleactiviteiten met betrekking tot het productiecontrolesysteem of de overeenkomstigheid van de productkwaliteit met de specificatie. Deze bijkomende controles worden vergoed volgens het dagtarief ( 1.144,56 per dag) en, indien van toepassing, vermeerderd met de verplaatsings- en verblijfkosten. A Bijzondere raamovereenkomsten Bijzondere raamovereenkomsten zijn mogelijk: TRA: BB versie 1 16/09/2014 Administratief en technisch deel Herziening: 16/80

17 - voor producenten die een product onder verschillende benamingen op de markt brengen; - voor gemeenschappelijke controles in opdracht van meerdere certificatie-instellingen die voor dezelfde producent producten certificeren; - voor leveranciers die zelf de producten niet produceren maar deze aankopen bij andere gecertificeerde leveranciers en deze onder eigen naam commercialiseren. In al deze gevallen wordt een bijzonder financieel stelsel uitgewerkt dat compatibel is met de reglementen voor de verschillende producten. Dit bijzonder stelsel moet worden goedgekeurd door alle betrokken Certificatieraden en opgenomen in de multilaterale raamovereenkomst. A.11. FACTURATIE De vergoedingen voor de reguliere prestaties in het kader van het toezicht en monsternemingen worden driemaandelijks gefactureerd door BCCA samen met de over vier kwartaalbijdragen verdeelde jaarlijkse retributie. In het geval van raamovereenkomsten geschiedt de facturatie op basis van de volledige overeenkomst. Bijzondere vergoedingen zoals het ingangsrecht en vergoedingen voor initiële of speciale prestaties worden door BCCA gefactureerd na afwerking van de betreffende verslagen. Alle genoemde bedragen worden aan BCCA betaald binnen de 30 dagen na factuurdatum. Inspectiebezoeken door buitenlandse instellingen worden door deze laatste rechtstreeks gefactureerd aan de leverancier. De kosten voor laboratoriumproeven worden rechtstreeks door de leverancier aan de laboratoria betaald. De eventuele verplaatsings- en verblijfskosten in het buitenland zijn nog niet inbegrepen in de hierboven vermelde bedragen. A.12. SANCTIES De beslissing tot het uitvoeren van sancties wordt genomen door BCCA na advies van de Certificatieraad. Indien nodig wordt het principieel advies gevraagd van de Adviesraad van BCCA. Non-conformiteiten die onderhevig zijn aan sancties Zie bijlage A.12 A.13. CONTROLE OP MONSTERS GENOMEN OP DE MARKT Bij klachten van derden heeft BCCA het recht om monsters op de markt te nemen. Zie bijlage A.13 TRA: BB versie 1 16/09/2014 Administratief en technisch deel Herziening: 17/80

18 B. TECHNISCH GEDEELTE B.1. VERPLICHTINGEN VAN DE GECERTIFICEERDE LEVERANCIER De leverancier dient te beschikken over een productiecontrolesysteem overeenkomstig 7 van het ARCP waarvan de kenmerken hieronder samengevat zijn. B.1.1. Samenstelling van het technisch dossier of documentatie De documentatie van het productiecontrolesysteem bevat minstens volgende elementen: - de specificatie of externe productbeschrijving voor de gecertificeerde producten; - de interne productbeschrijving (of productspecificaties), inclusief de grondstofcriteria, grondstofnamen, namen van de leveranciers en procesparameters per product; - een beschrijving van het productiesysteem (uitrusting en productieprincipes); - een beschrijving van het interne controlesysteem in overeenstemming met de eisen van het Toepassingsreglement (controleschema s, proefmethoden, laboratorium, kalibraties en ijkingen); - een beschrijving van de registratie van de gegevens met betrekking tot de interne controle. De documentatie moet voortdurend de werkelijke toestand in de productie-eenheid weergeven. De leverancier moet BCCA in kennis stellen van elke significante wijziging van de documentatie (o.a. m.b.t. de identificatie- of prestatiekenmerken, naamsveranderingen, wijzigingen van de productieplaats of het productieproces,..) teneinde de nodige bijkomende inspecties mogelijk te maken. De leverancier dient te beschikken over een systeemhandboek dat voor alle acties met betrekking tot productie en interne controle geschreven procedures bevat die in voldoende mate de transparante werking van de FPC illustreren (zie B 1.4.). Dit FPC-handboek kan deel uitmaken van een volledig handboek voor de gehele bedrijfsorganisatie die gecertificeerd kan zijn volgens ISO 9001:2008. In dat geval dient het deel met betrekking tot de FPC duidelijk aangeduid te worden. B.1.2. Interne productbeschrijving De leverancier moet beschikken over een interne productbeschrijving die alle producten beslaat die onder certificatie op de markt worden gebracht. Deze beschrijving moet alle producten volledig identificeren. Deze identificatie moet in overeenstemming zijn met de gegevens die opgenomen zijn in publiek beschikbare technische productfiches. Per product moet er een duidelijke koppeling zijn tussen de prestatie-eigenschappen en de samenstellings- en productiegegevens, met inbegrip van iedere afwijking ten opzichte van de TRA: BB versie 1 16/09/2014 Administratief en technisch deel Herziening: 18/80

19 eisen voor deze gegevens. De productbeschrijving moet verwijzen naar de interne initiële proeven waarop deze is gebaseerd. De vorm van de productbeschrijving is vrij te kiezen en kan gegevens bevatten die gecodeerd zijn. Ze moet echter voldoende transparant zijn om aan te tonen dat de producteigenschappen beheerst worden. Tenzij anders vermeld in de bijlage van dit reglement verstaat men onder product: - hetzij een buiselement - hetzij een hulpstuk De buiselementen en hulpstukken worden bepaald door hun samenstelling, hun toepassing, hun vorm en hun afmetingen. De in de handel gebruikte eenheden zijn: - per meter voor buiselementen - per stuk voor de hulpstukken Dichtingsringen: De dichtingsringen moeten voldoen aan NBN EN (rubberdichtingen in gevulkaniseerd rubber) of NBN EN (rubberdichtingen in Thermohardende elastomeren). De conformiteit met deze normen dient aangetoond te worden door middel van het merk van overeenkomstigheid BENOR of gelijkwaardig. Een certificaat moet tevens de classificatie volgens de betreffende norm dragen en uitgegeven zijn door een door de Europese Accreditatie-instelling erkend organisme. De dichtingsringen dienen tevens te voldoen aan de wetgeving inzake CE-markering. B.1.3. Eisen voor de organisatiestructuur van de leverancier De organisatiestructuur moet zo opgevat zijn dat de overeenkomstigheid van de producten met de specificaties doeltreffend kan gegarandeerd worden. Daartoe moeten de interne controle en de registratie daarvan onafhankelijk geschieden van de productie- en verkoopsleiding. Het controlepersoneel moet voldoende bekwaam zijn om de proefresultaten te interpreteren en de productkwaliteit te beoordelen. De aanwezigheid van het controlepersoneel dient zo te worden geregeld dat de interne controle representatief is voor de gehele productie. De verantwoordelijkheden en relaties van de bij de productie en de controle betrokken personeelsleden moeten duidelijk vastgelegd worden. TRA: BB versie 1 16/09/2014 Administratief en technisch deel Herziening: 19/80

20 B.1.4. Eisen voor de processen van het productiecontrolesysteem (FPC) en de gerelateerde procedures Onderhavig hoofdstuk bevat een beschrijvende opsomming van alle procedures die in het FPC-systeem dienen aanwezig te zijn. In principe mag de leverancier deze procedures uitwerken volgens zijn eigen bedrijfsorganisatie op voorwaarde dat ze het gestelde doel bereiken. Een procedure is dikwijls gekoppeld aan een controleschema. Voor sommige procedures (vooral voor de controle van het eindproduct) worden in het reglement verplichte controleschema s opgelegd. In de certificatieovereenkomst kan een meer precieze definiëring van de vastgelegde procedures worden opgenomen. Hiervoor kan een checklist worden opgesteld naar het model van bijlage B B Procedure voor interne initiële proeven en de interne productbeschrijving De leverancier dient te beschikken over procedures waarmee hij, vooraleer de productie onder certificatie te starten of de reeds gecertificeerde producten te wijzigen, zichzelf verzekert dat hij de vooropgestelde prestatieniveaus kan halen. Hiervoor moeten initiële proeven worden verricht op basis waarvan de interne productbeschrijving wordt vastgelegd. De bedoelde gegevens kunnen worden bekomen door: - specifieke proeven in het eigen laboratorium; - proeven in een extern laboratorium dat voor rekening van de leverancier werkt; - een statistische analyse van de periodieke interne controleproeven; - informatie uit de literatuur of wetenschap. Bij ontstentenis van door BCCA aanvaarde eigen procedures en controleschema s dient de leverancier bij elke significante wijziging van de productspecificatie de controleschema s te volgen die aangegeven zijn in B.1.5. B Procedures voor grondstofcontrole De leverancier moet beschikken over procedures voor het nazicht van de overeenkomst van de grondstoffen met de specificatie in de interne productbeschrijving. Hij heeft hierbij de keuze tussen: - het gebruik van door BCCA erkende certificaten of conformiteitsverklaringen van de leverancier van de grondstoffen met administratief nazicht, of - een eigen, door BCCA aanvaarde, aanvaardingsprocedure. Deze procedures moeten instaan voor een adequate registratie. Bij ontstentenis van door BCCA aanvaarde eigen procedures en controleschema s dient de leverancier de controleschema s te volgen die aangegeven zijn in B.1.5. TRA: BB versie 1 16/09/2014 Administratief en technisch deel Herziening: 20/80

21 B Procedures voor procesbeheersing De leverancier moet beschikken over procedures waarmee hij kan aantonen dat hij het productieproces beheerst. Dit betekent dat de procesparameters correct worden ingesteld en dat hiervoor concrete indicatoren bestaan die ook werkelijk gebruikt en geïnterpreteerd worden. Het kan hierbij gaan om machine-instellingen of proeven op halffabricaten. Bij ontstentenis van door BCCA aanvaarde eigen procedures en testschema s dient de leverancier minstens de controleschema s te volgen die aangegeven zijn in B.1.5. B Procedures voor de controle van de eindkwaliteit De leverancier dient de eindkwaliteit van de gecertificeerde producten regelmatig te verifiëren volgens de controleschema s vermeld in B.1.5. Hij dient hiervoor een monsternemingsplan op te stellen waarmee op een transparante wijze kan worden aangetoond dat de interne monsternemingen representatief zijn voor de onder certificatie verkochte producten. De procedures hiervoor dienen door de certificatie-instelling te worden aanvaard, in het bijzonder de wijze van registreren van productieloten en monsters. De leverancier moet met het oog op een correcte interne controle processen hebben voor het onderhoud van het laboratorium en de kalibratie van de meettoestellen. Hij dient deze processen af te stemmen op het schema vermeld in B.1.7. Het proces voor de registratie van de proefresultaten dient transparant te zijn. B Procedures voor correctieve maatregelen De leverancier moet beschikken over procedures om de interne controleresultaten te interpreteren en de resultaten van deze interpretatie aan te wenden voor de nodige correcties van het grondstofgebruik en het productieproces. Bij vaststelling van onvoldoende resultaten van prestatieproeven of andere afwijkingen moet hij naargelang het geval o.a. volgende maatregelen treffen: - nazicht van de meetmethodes; - corrigeren van de interne productbeschrijving (grondstofcriteria, ); - actie ondernemen naar de grondstofleverancier toe; - corrigeren van het productieproces; - bekendmaking van de afwijking aan de betrokken klanten. B Procedures voor de behandeling van producten en de markering De leverancier moet beschikken over procedures om te verzekeren dat geen afwijkende producten onder certificatie op de markt komen. Daartoe dient hij minstens de in B.3 vermelde regels te volgen. TRA: BB versie 1 16/09/2014 Administratief en technisch deel Herziening: 21/80

22 B.1.5. Interne en externe controleschema s De in het kader van de interne controle vereiste verificaties voor de verschillende productfamilies zijn opgegeven in de type controleschema s: zie bijlage B.1.5. Deze stemmen overeen met de processen genoemd in B.1.4. De interne controleschema s zijn opgedeeld in: - interne ITT-schema s; - FPC-schema s (= systemen voor de controle op de grondstoffen, de controles tijdens het productieproces en de controles op de eindproducten); - interne controle van het afgewerkt product (dit schema geeft een gedetailleerdere versie van het FPC-schema voor het eindproduct). In de certificatieovereenkomst worden de volledig geïmplementeerde controleschema s en de criteria vastgelegd. B.1.6. Het intern controlelaboratorium Met het oog op een voldoende beheersing van het productieproces en een elementaire verificatie van de kwaliteit van de uitgaande producten, dient de fabrikant over een intern laboratorium te beschikken voor het uitvoeren van de vereiste metingen en proeven. Indien nodig kan hij deze proeven eveneens (laten) uitvoeren in het laboratorium van een zusterbedrijf. In uitzonderlijke gevallen kan beroep gedaan worden op een extern laboratorium. De meet- en proefmethoden die door de producent zelf moeten uitgevoerd worden, bevinden zich in bijlage B.1.5. B.1.7. Kalibratie en ijking Alle meet- en proefapparatuur die door de producent wordt gebruikt, moet met een redelijke frequentie en volgens een welbepaalde methodiek worden geijkt of gekalibreerd. In overeenstemming met 7.7 van het ARCP zijn in bijlage B.1.7 voor een aantal meet- en proefapparaten minimumeisen opgegeven voor deze ijkingen en kalibraties. Voor andere meet- en proefapparaten dient de ijking en kalibratie te gebeuren volgens de gedocumenteerde procedures van de leverancier. De registratie van de ijkingen en kalibraties zal minimum 10 jaar bewaard worden. De gebruikte apparatuur moet voldoende nauwkeurig zijn om aan de gevraagde toleranties te voldoen. De personen die verantwoordelijk zijn voor en/of die de kalibraties uitvoeren, dienen hiervoor de nodige training en/of ervaring te bezitten. Het kwaliteitssysteem van de fabrikant dient hiervoor de nodige instructies te bevatten. Indien de fabrikant de constantheid van zijn meetapparatuur kan aantonen aan de hand van geregistreerde gegevens, kan BCCA afwijkingen ten opzichte van de in bijlage B1.7 weergegeven frequenties toestaan. TRA: BB versie 1 16/09/2014 Administratief en technisch deel Herziening: 22/80

23 B.1.8. Registraties De voorschriften van het ARCP zijn van toepassing. De registers moeten in die zin opgesteld zijn dat op een eenvoudige manier kan achterhaald worden welke producten vermeld in het register onder BENOR-productie vallen. Ze moeten minstens de datum van uitvoering en een productiecode bevatten, zodanig dat een eenduidige en eenvoudige traceerbaarheid mogelijk is. Indien de registraties direct of indirect elektronisch worden opgeslagen dan treft de fabrikant de nodige maatregelen opdat deze gegevens niet kunnen verloren gaan. Tevens moeten de registers een beoordeling van de resultaten bevatten om een eenvoudige identificatie van afwijkende resultaten toe te laten die al dan niet kan leiden tot afwijzing. De interne criteria gebruikt voor de beoordeling van de proefresultaten ivm BENOR moeten beschikbaar zijn. De registers moeten beschikbaar zijn wanneer de controlebezoeken plaatsvinden en moeten minimum 10 jaar bewaard worden. De producent dient de resultaten gevonden in het kader van de interne controle te evalueren i.v.m. het in de hand houden van het productieproces. Indien de interne controleresultaten digitaal beschikbaar zijn, dient hierop een statistische interpretatie te gebeuren door de producent. B.1.9. Klachtenbehandeling In overeenstemming met 7.9 van het ARCP, is de leverancier gehouden alle klachten met betrekking tot de productkwaliteit te behandelen en alle gegevens m.b.t. de klacht en de behandeling bij te houden in een register dat toegankelijk dient te zijn voor de controleinstelling. B Voorraad Indien het mogelijk is dat er geen voorraad is van BENOR-producten in de eigen opslag, dient de producent een procedure voor te leggen aan de certificatie-instelling voor de organisatie van de monsterneming. Dit om de auditor toe te laten tijdens een externe beoordeling om elementtypes te kiezen voor interne beproeving en voor auditproeven. De procedure moet aanvaard worden door de certificeerder. TRA: BB versie 1 16/09/2014 Administratief en technisch deel Herziening: 23/80

24 B.2. EXTERNE EVALUATIE EN TOEZICHT De initiële evaluaties en het extern toezicht worden georganiseerd volgens de principes beschreven in 8 van het ARCP. B.2.1. Initiële evaluatie of toelatingsonderzoek Een initiële evaluatie of toelatingsonderzoek wordt uitgevoerd bij aanvraag voor certificatie van het product en telkens een wijziging wordt aangebracht aan de productcataloog, het productiesysteem of het productiecontrolesysteem. Zie onderstaande tabel. N: nieuwe systemen D: veranderd design M: veranderd materiaal E: uitbreiding van het product P: verandering van de productiemethode Deze vermeldingen zijn louter informatief en in voorkomend geval zullen in overleg met het Certificatiecomité de extra uit te voeren proeven besproken worden. Het programma voor een toelatingsonderzoek bevat volgende elementen: a. Deel productbeoordeling - Bepalen van de te certificeren productcataloog en de interne productbeschrijving; - Beoordeling van de methodologie van de interne initiële proeven en de resultaten daarvan aan de hand van een ITT-checklist (zie bijlage B 2.1.1); - Verificatie van de beschikbare resultaten van de interne controle of vroegere externe controleproeven; - Een programma voor proeven in een extern laboratorium (externe ITT): Dit volgens de specificaties van de ITT tabellen in de bijlagen volgens de overeenkomstige norm of normen; Er kan rekening gehouden worden met bestaande proefrapporten als deze proeven uitgevoerd werden in geaccrediteerde laboratoria, van een recente datum zijn en de resultaten voldoen; De keuze van de monsters zal op dusdanige manier gebeuren dat deze zo representatief mogelijk zijn voor het werkelijk geproduceerde door de leverancier. b. Deel FPC Een initiële inspectie van het productiecontrolesysteem (per productielijn), inbegrepen: - de documentatie; - de organisatiestructuur; - de controleprocessen. De inspectie wordt uitgevoerd aan de hand van een checklist (zie bijlage B.2.1.2). TRA: BB versie 1 16/09/2014 Administratief en technisch deel Herziening: 24/80

25 B.2.2. Toezicht Het toezicht voor het behoud van de certificatie bevat volgende delen: - periodieke inspectie van de FPC; - technische controlebezoeken; - externe controleproeven. B Periodieke inspectie van de FPC Bij deze inspectie wordt nagegaan of de bij het initieel onderzoek gevalideerde processen effectief geïmplementeerd worden en of het FPC systeem onveranderd en geldig is gebleven. Indien eender welke wijzigingen vastgesteld worden, wordt een aanvullend toelatingsonderzoek uitgevoerd. De periodieke FPC inspectie kan plaatsvinden in combinatie met de technische productcontrolebezoeken. Ze wordt uitgevoerd aan de hand van een checklist, opgesteld op basis van het model in bijlage B Deze checklist maakt deel uit van de certificatieovereenkomst en wordt dus per leverancier opgemaakt. B Technische controlebezoeken Tijdens deze bezoeken worden volgende controles verricht: - verificatie van de geregistreerde resultaten van de interne controle; - verificatie van de laboratoriumuitrusting en het naleven van de meet- en proefprocedures door het bijwonen van proeven op monsters, geselecteerd volgens een door de fabrikant opgesteld schema, rekening houdend met de proeven en de proeffrequenties van de tabellen in de betreffende bijlage(n); - nazicht van de markering, declassering, verzending, leveringsdocumenten, voorraadbeheer, enz.; - uitvoeren van monsternemingen. De controlebezoeken vinden plaats in elke productie-eenheid. B Externe controlebezoeken B Monsternemingsprocedure Het door BCCA aangeduide controleorganisme selecteert de producten willekeurig hetzij uit de voorraad, hetzij rechtstreeks uit de productie. De elementen zijn ingedeeld in groepen, het aantal te nemen monsters is in functie van deze indeling. De monsternemingen gebeuren op het terrein van de producent of een distributeur. Een overzicht van de uit te voeren periodieke externe proeven, de frequentie en het aantal te nemen materiaalmonsters is weergegeven in de tabellen van bijlage B.1.5. TRA: BB versie 1 16/09/2014 Administratief en technisch deel Herziening: 25/80

26 Bij de monsterneming wordt een monsternemingsfiche ingevuld (voorbeeld zie bijlage B ). B Evaluatiemethode De evaluatie wordt uitgevoerd op basis van de criteria voor naleving van de overeenkomstige normen en volgens de voorschriften van dit reglement. De fabrikant verbindt er zich toe te reageren vóór de op de betreffende fiche weergegeven datum verstreken is. B.3. REGELS VOOR VERPAKKINGEN, DECLASSERING, MARKERING EN VOORRAADBEHEER B.3.1. De verpakkingswijze Afhankelijk van het type dienen de producten op een geschikte manier verpakt te worden om beschadiging bij opslag of transport te voorkomen. B.3.2. Declassering De producten die niet voldoen aan de gedeclareerde waarden, mogen in geen geval het BENOR-logo dragen. Deze producten dienen in de voorraden fysiek gescheiden te worden van de onder BENOR geproduceerde materialen en duidelijk gemarkeerd. B.3.3. Markering Op elk gecertificeerd product moet het woord BENOR onuitwisbaar worden aangebracht, naast de vereiste specificaties van de overeenkomstige norm, bijlage en PTV, tenzij anders overeengekomen. In het geval een zelfklever gebruikt wordt om het BENOR-merk aan te brengen, zijn de specificaties voor deze zelfklever terug te vinden in bijlage B.3.3. De zelfklevers dienen ter goedkeuring aan BCCA te worden voorgelegd. Kiest de houder van het certificaat voor het aanbrengen van een commerciële benaming in plaats van zijn eigen naam, dan moet eveneens zijn BCCA-identificatiecode (CCCC) en, in het geval van meerdere productieplaatsen, ook de productieplaatscode (EE-EEE) aangebracht worden. B.3.4. Voorraadbeheer (zie bijlage B.3.4) De fabrikant dient te beschikken over een procedure voor zijn voorraadbeheer. In overeenstemming met het kwaliteitshandboek zal de fabrikant: - methodes voorzien om beschadiging tegen te gaan bij het omgaan met de producten; - gepaste opslagplaatsen voorzien om beschadiging te vermijden; - controles uitvoeren op de verpakkings-, opslag- en markeringsprocessen. TRA: BB versie 1 16/09/2014 Administratief en technisch deel Herziening: 26/80

27 B.4. REGELS VOOR DE BEPALING VAN MAATREGELEN BIJ AFWIJKINGEN De leverancier zal BCCA van elke afwijking op de hoogte brengen evenals van de genomen correctieve en preventieve maatregelen. Indien de afwijking wordt vastgesteld nadat de betrokken producten reeds op de markt zijn gebracht, zal de leverancier de klant inlichten over de afwijking. De maatregelen bij afwijkingen worden bepaald volgens de regels van 14 van het ARCP en de betreffende toepassingsreglementen. Bij iedere vaststelling van afwijkingen zal door de controle-instelling een non-conformiteitsfiche worden opgemaakt. (voorbeeld zie bijlage B.4). B.4.1. Afwijkingen in de processen voor het beheer van de productbeschrijving en de ITT Bij abnormaliteiten in het beheer van de productbeschrijving en/of de ITT zal BCCA overeenkomstig dit reglement en de betreffende norm(en) vragen de nodige correctieve maatregelen te treffen en om binnen de 4 weken een verslag in te dienen. BCCA zal verdere acties bepalen (bv. een bijkomende inspectie) in functie van de aard van de afwijking en de genomen maatregelen. Hiervoor zal BCCA tevens advies vragen aan de Certificatieraad. B.4.2. Afwijkingen in de processen voor de FPC Bij afwijkingen of abnormaliteiten in de FPC-processen zal BCCA, overeenkomstig dit reglement en de betreffende norm(en), vragen de afwijking te corrigeren en binnen de 4 weken een verslag in te dienen. BCCA zal verdere acties bepalen (bv. een bijkomende inspectie) in functie van de aard van de afwijking. Hiervoor zal BCCA tevens advies vragen aan de Certificatieraad. B.4.3. Afwijkingen m.b.t. de kenmerken van de producten Bij afwijkingen zal de fabrikant, overeenkomstig dit reglement en de betreffende norm(en), onmiddellijk de nodige maatregelen treffen om deze gebreken recht te zetten. Eens de oorzaak gevonden en gecorrigeerd is, zal hij opnieuw de test of controle uitvoeren om zich ervan te verzekeren dat er geen herhaling van de afwijking zal optreden (zie ook kwaliteitshandboek van de fabrikant). Afwijkende producten dienen in de voorraad fysiek gescheiden te worden van de onder BENOR-certificatie geproduceerde materialen en duidelijk gemarkeerd. TRA: BB versie 1 16/09/2014 Administratief en technisch deel Herziening: 27/80

28 A A TRA: BB versie 1: 16/09/2014 A Herziening: 28/80

29 A.1.1 Wijzigingen Chronologische lijst met wijzigingen Datum Onderwerp Wijziging Beslissing (terug naar lijst met bijlagen) TRA: BB versie 1: 16/09/2014 Bijlage A 1.1 chronologische lijst met wijzigingen Herziening: 29/80

30 A BCCA Opgericht door: WTCB en SECO BELGIAN CONSTRUCTION CERTIFICATION ASSOCIATION vzw Aarlenstraat 53, B BRUSSEL - Tel. 02/ Fax 02/ Aanvraag voor een BENOR Certificatie in de sector Thermohardende Kunststofleidingsystemen De ondergetekende (naam, voornaam, adres) in zijn eigen naam (1) in de naam van de maatschappij (firmanaam en -adres) (1) verzoekt BCCA, volgens de voorwaarden bepaald in het Toepassingsreglement voor de BENOR certificatie van Thermohardende Kunststofleidingsystemen (TRA BB-652), die hij, na er kennis van genomen te hebben, verklaart te aanvaarden, voor de BENOR-certificatie van de volgende producten: (zie bijlagen B x van TRA BB-652) Norm PTV Handelsnaam (2) Leidingselementen Diametergroep Productieplaats Verbindingssysteem Productieplaats TRA: BB versie 1 16/09/2014 A Aanvraag Benor Herziening: 30/80

31 A voor de hierna vermelde aanwending:... Indien gekozen wordt voor een commerciële benaming dan zal deze voorbehouden worden aan het product zoals het eventueel zal worden goedgekeurd. Hij verklaart dat hijzelf / bovengenoemde maatschappij (1). er de industriële eigendom van bezit;. er de fabricatie van verzekert in de fabricatiecentra vermeld in bijlage;. het product doet vervaardigen door ondernemingen onder vergunning, onderworpen aan haar toezicht en met name genoemd in de hierbij gevoegde lijst;. er de plaatsing van verzekert;. er de plaatsing van toevertrouwt aan ondernemingen onder vergunningen, onderworpen aan haar toezicht en met name genoemd in de hierbij gevoegde lijst;. zich beperkt tot het op de markt brengen van het product (1). Hij verbindt er zich toe zijn fabrikanten, ondernemingen of licentiehouders, alsmede alle firma s aan de welke hij het gebruik van zijn Benor-certificatie toelaat, te verplichten de voorwaarden van fabricatie, na te leven. * * * Hij machtigt BCCA, indien het geval zich voordoet, met de buitenlandse organisaties voor Certificatie dat hetzelfde product aanbelangt, mede te werken. Hij bevestigt, tot staving van zijn aanvraag, de neerlegging van een bundel overeenkomstig art. B.1 van het Toepassingsreglement Thermohardende Kunststofleidingsystemen, bundel die hij zich verbindt zo nodig aan te vullen, op aanvraag van het certificatieorganisme, met alle mogelijke inlichtingen en proefondervindelijke rechtvaardigingsstukken, om een volledig technisch oordeel mogelijk te maken over de vervaardiging, de plaatsing evenals over de praktische kenmerken en eigenschappen ervan. Hij machtigt de laboratoria die de proeven, waarvan de notulen bij het dossier gevoegd zijn, uitgevoerd hebben, om alle bijkomende inlichtingen dienaangaande, bij het onderzoek te verstrekken. * * * Hij duidt de persoon of personen (naam, voornaam, functie, adres, telefoon) aan om hem te vertegenwoordigen bij alle zaken die betrekking hebben op het onderzoek van deze aanvraag. * * * TRA: BB versie 1 16/09/2014 A Aanvraag Benor Herziening: 31/80

32 A Hij verklaart zich akkoord met de betaling van de forfaitaire som van (in letters)......euro voor het administratief ingangsrecht (betalingsmodaliteiten: zie art. A.10.1 en A van het Toepassingsreglement voor de Benor-certificatie van Thermohardende Kunststofleidingsystemen). De complexiteit en het daarmee overeenstemmende bedrag zal tijdens een Certificatieraad vastgesteld worden. Hij verklaart zich tevens akkoord de kosten voor certificering (overeenkomstig art. A.10.1 en A van het Toepassingsreglement voor de Benor certificatie van Thermohardende Kunststofleidingsystemen) te betalen die in het kader van de certificatie voorzien zijn en die hem zullen aangerekend worden overeenkomstig de specifieke documenten Overeenkomst van certificatie. (Zie offerte in bijlage) Deze rekeningen zijn te sturen aan:... Firma:... Adres:... BTW-nummer:... Gedaan te..., op... (Handtekening, voorafgegaan door de eigenhandig geschreven vermelding gelezen en goedgekeurd ) (3) Bijlage: Offerte (1) Doorhalen wat niet past. (2) Facultatief (3) De aanvraag dient in één exemplaar, gezonden te worden aan: BCCA, Aarlenstraat 53, B Brussels (terug naar lijst met bijlagen) TRA: BB versie 1 16/09/2014 A Aanvraag Benor Herziening: 32/80

33 Application Rules for the BENOR certification of Thermosetting Piping Systems ANNEX A LIJST MET PRODUCTNORMEN - NBN EN (2013) "Kunststofleidingsystemen voor drukloze riolering of riolering onder druk Met glasvezel versterkte thermohardende kunststoffen (GVK) op basis van onverzadigde polyesterharsen (UP) Specificaties voor buizen, hulpstukken en verbindingen."; - ISO/PWI (2013) "Plastics piping systems for drainage and sewerage without pressure -- Non-circular pipes and joints made of glass-reinforced thermosetting plastics (GRP) based in unsaturated polyester resins (UP) -- Dimensions, requirements and tests" (PWI = preliminary work item); - Önorm B 5163 (2008) "Rohrleitungssysteme für drucklose Abwasserleitungen und kanäle Nicht-kreisrunde Rohre, Rohrverbindungen und Formstücke aus glasfaserverstärkten duroplastischen Kunststoffen (GFK) auf der Basis von ungesättigten Polyesterharzen (UP) Abmessungen, Anforderungen, Prüfungen und Verfahren für den Nachweis der Normkonformität."; - WRc document WAA No (1986) "Specification for glass-fibre reinforced plastics (GRP) sewer linings"; - WRc Sewerage Rehabilitation Manual 2001 fourth edition; - RERAU Projet National Réhabilitation des Réseaux d'assainissement Urbains Restructuration des collecteurs visitables Nota: Verwacht te wijzigen in 3R2014 (Recommendation pour la Réhabilitation des Réseaux par ASTEE). - Merkblatt ATV-M "Statische Berechnung zur Sanierung von Abwasserkanälen und -leitungen mit Lining- und Montageverfahren", Ergänzung zum Arbeitsblatt ATV-A 127 Januar 2000, 2. redaktionell überarbeitete Auflage Juli 2010 mit Korrekturen von Januar Nota: Informatie is beschikbaar dat dit in de toekomst zal vervangen worden door DWA-A Opmerking: De normen zijn opgenomen met vermelding van een datum aangezien er in dit document naar tabellen uit de norm verwezen wordt. TRA: BB-652 version 1: 16/09/2014 A Product standards Revision: 33/80

34 A NBN EN ISO 3126 Proefnorm LIJST MET PROEFNORMEN Kenmerk Nominale afmetingen, haaksheid van het eindvlak NBN EN ISO 3126 / WAA NBN EN 637 NBN EN ISO 178 WAA / NBN EN annex D / ISO ISO / WAA ISO 8513 method A CEN/TS WAA NBN EN 1119 / ISO 8639 ISO 8533 ISO/PWI (2013) / Önorm B 5163 Wanddikte van de oppervlaktelaag aan de binnenkant Gehalte glas en hars Korte duur buigmodulus tangentieel; korte duur buigsterkte tangentieel Lange duur buigmodulus tangentieel Weerstand tegen spanningscorrosie Korte duur treksterkte longitudinaal Afslijtproef Afschuifweerstand (Shear bond test) Lekdichtheid flexibele verbindingen Lekdichtheid starre verbindingen Lekdichtheid flexibele verbindingen in interne controle Ongedateerde normreferenties : dus laatste versie geldig TRA: BB versie 1: 16/09/2014 B Proefnormen Herziening: 34/80

35 A PTV nr..bb LIJST MET TECHNISCHE VOORSCHRIFTEN THERMOHARDENDE KUNSTSTOFLEIDINGSYSTEMEN VOOR RIOOLRENOVATIE. KUNSTSTOFLEIDINGSYSTEMEN VOOR DRUKLOZE RIOLERING RONDE EN NIET-RONDE ELEMENTEN IN GLASVEZELVERSTERKTE THERMOHARDENDE KUNSTSTOF (GVK) OP BASIS VAN ONVERZADIGDE POLYESTERHARSEN (UP), EPOXYHARSEN (GRE) OF VINYLESTERHARSEN. MONOLITHISCHE ELEMENTEN DIE DE VOLLEDIGE BINNENWAND VAN DE RIOLERING BEDEKKEN. (terug naar lijst met bijlagen) TRA: BB versie 1: 16/09/2014 A Lijst met PTV s Herziening: 35/80

36 A.3.2. SAMENSTELLING VAN DE ADVIESRAAD THERMOHARDENDE KUNSTSTOFLEIDINGSSYSTEMEN Ambtshalve leden Voorzitter: Ondervoorzitter: Hoofddeskundige: Secretaris: Ph. Vanspeybroeck J. Vienne P. Blomme Directeur Certificatie BCCA: Coördinator voor de certificatie: Sectorverantwoordelijke S. Gruss P. Blomme J. Verhelst Leden met stemrecht Groep Effectieve leden Vervangers Groep 1: Openbare Besturen Groep 2: Private gebruikers Ph. Vanspeybroeck Regie der gebouwen NBN / sectoraal operator BECETEL Min. Vl. Gem. Min. Vl. Gem. Min. Brus. Gew. J. Robeyns De Watergroep W. Martens Farys M. Scheppermans Aquafin A. Laanaït Vivaqua Infrax Infrabel Intercommunales Wallonië SWDE J. Vienne Groep 3: Gecertificeerde leveranciers TRA: BB versie 1: 16/09/2014 A 3.2. Adviesraad Herziening: 36/80

37 A.3.2. Groep 4: Deskundigen J. Vienne Becetel M. Demanet SECO C. Cornu WTCB R. Pillaert COPRO Univ. Liège F. Poelmans OCW Groep 5: Leveranciers van grondstoffen (terug naar lijst met bijlagen) TRA: BB versie 1: 16/09/2014 A 3.2. Adviesraad Herziening: 37/80

38 A SAMENSTELLING VAN HET CERTIFICATIECOMITE THERMOHARDENDE KUNSTSTOFLEIDINGSSYSTEMEN Directeur certificatie: S. Gruss Coördinator: P. Blomme Sectorverantwoordelijke: J. Verhelst Technisch Hoofddeskundige: J. Vienne (terug naar lijst met bijlagen) TRA: BB versie 1: 16/09/2014 A Certificatiecomité Herziening: 38/80

39 A SAMENSTELLING VAN DE CERTIFICATIERAAD THERMOHARDENDE KUNSTSTOFLEIDINGSSYSTEMEN Voorzitter: Directeur certificatie: S. Gruss Hoofdcoördinator: Coördinator: P. Blomme Sectorverantwoordelijke: J. Verhelst Secretaris: P. Blomme Technisch Hoofddeskundige: J. Vienne Leden: (terug naar lijst met bijlagen) TRA: BB versie 1: 16/09/2014 A Certificatieraad Herziening: 39/80

40 A.3.4. LIJST MET GEMANDATEERDE INSPECTIE-INSTELLINGEN Land Inspectie-instelling Erkenning België België SECO COPRO Accreditatie NBN EN ISO/IEC Accreditatie NBN EN ISO/IEC (terug naar lijst met bijlagen) TRA: BB versie 1: 16/09/2014 A 3.4. Inspectie-instellingen Herziening: 40/80

41 A.3.5. LIJST MET GEMANDATEERDE CONTROLELABORATORIA Land Controlelaboratorium Erkenning België BECETEL Accreditatie NBN EN ISO/IEC (terug naar lijst met bijlagen) TRA: BB versie 1: 16/09/2014 A 3.5. Controlelaboratoria Herziening: 41/80

42 A.4. LIJST MET DE CERTIFICATIE-INSTELLINGEN WAARMEE BCCA EEN AKKOORD VAN WEDERZIJDSE ERKENNING HEEFT EN LIJST VAN DE CONTROLE-INSTELLINGEN Land OCI Inspectie-instelling Erkenningsnr. (terug naar lijst met bijlagen) TRA: BB versie 1: 16/09/2014 Bijlage A.4 Herziening: 42/80

43 A.6.1. BELGIAN CONSTRUCTION CERTIFICATION ASSOCIATION BCCA Stichters : WTCB en SECO Aarlenstraat 53, B 1040 BRUSSEL Tel. : Fax. : ACCREDITED CERTIFICATION BODY n 028 PR 021 PROD CONFORMITEITSCERTIFICAAT BB A x.xxx BB B x.xxx BCCA verklaart dat wordt vastgesteld dat:... de nodige maatregelen treft om te bewerkstelligen dat kunststofleidingelementen van: diametergroepen: A en B vervaardigd in de productie-eenheid... beantwoorden aan een specificatie, opgemaakt volgens de regels van de norm xxxx Kunststofleidingsystemen voor rioolrenovatie Het certificaat is toegekend op basis van het onderzoek en de aanvaarding van de relevante initiële type proeven (ITT), uitgevoerd op representatieve monsters, genomen in de productieplaats, en op basis van de initiële inspectie van de productie en het productiecontrolesysteem (FPC). BCCA bevestigt dat de producent de productie onderwerpt aan een adequaat productiecontrolesysteem en dat hij regelmatig proeven uitvoert op monsters genomen uit de productie volgens een vastgesteld beproevingsplan. BCCA houdt toezicht op de productie en de productiecontrole via een jaarlijkse FPC-systeemaudit, periodieke nazichten van de zelfcontroleregisters en controleproeven in een extern laboratorium. Op basis van het toekennen en het behoud van het certificaat is de producent gemachtigd gebruik te maken van het BENOR-merk om de conformiteit van zijn product te attesteren. Dit certificaat treedt in voege op dd.mm.jjjj en vervalt ten laatste op dd.mm.jjjj. Opgemaakt te Brussel op dd.mm.jjjj Ir. B. DE BLAERE Directeur Generaal (terug naar lijst met bijlagen) TRA: BB versie 1: 16/09/2014 Bijlage A.6.1. Certificaat Herziening: 43/80

44 A.6.2. VOORBEELD VAN EEN PRODUCTCATALOGUS Nummer van BENOR conformiteitscertificaat Producttype Productie Kenmerken PD1 PD2 C1 D1 D2 C2 D1 D2 P1 P2 C1 C2 (terug naar lijst met bijlagen) TRA: BB versie 1: 16/09/2014 Bijlage A.6.2. Productcatalogus Herziening: 44/80

45 A.12. A.12 SANCTIES Non-conformiteiten die onderhevig zijn aan sancties A.12.1 Betalingen Verzaken aan de kosten verbonden aan de certificatie, controle, extern labo, Verwijderen van de website + schriftelijke verwittiging met ultimatum, dan opschorting procedure BENOR-certificatie. A.12.2 Onterecht of misleidend gebruik van het BENOR-merk A Overschrijden van de vastgelegde termijn voor het verwijderen van de BENORmarkering bij opzegging Benor-merk Boete van xx per dag (bedrag vastgesteld door de Certificatieraad) te rekenen vanaf de eerste dag van opzegging het Benor-merk. Publicatie op de website van BCCA, in vaktijdschriften. Indien nodig zullen gerechtelijke stappen genomen worden. A Het vermelden van verplichte maar van de norm afwijkende markering Onmiddellijk verwijderen of aanpassen van de foute of misleidende markering, de betreffende producties moeten uit de markt genomen en vernietigd worden. Boete van xx per dag (bedrag vastgesteld door de Certificatieraad) te rekenen vanaf de eerste dag van vaststelling. Publicatie op de website van BCCA, in vaktijdschriften. Indien nodig zullen gerechtelijke stappen genomen worden. A.12.3 Gebruik van het BENOR-merk zonder een naamswijziging te melden Tijdens een extra controlebezoek zullen er correctieve maatregelen worden opgesteld, de procedures van de meldingsplicht worden nagegaan, bij herhaling: extra bezoeken (stockcontrole) - periode bepalen waarin alles in regel moet zijn - zoniet starten van de opschortingsprocedure. A.12.4 Gebruik van het BENOR-merk op niet-gecertificeerde producten Bij producenten die een BENOR-certificatie hebben voor andere producten: Bij misbruik van de certificatie: - extra controlebezoek - nagaan van de stock, interne procedures beoordelen. - productie vernietigen, aanwezige materialen uit stock halen - geleverde materialen terughalen - klanten schriftelijk op de hoogte brengen met afschrift aan de controle-instelling - nazien of de BENOR-certificatie gewenst is door de fabrikant voor dit product - termijnen vastleggen waarbinnen aan deze voorwaarden moet voldaan zijn, zoniet starten van opschortingsprocedure voor andere gecertificeerde producten Bij producenten die geen BENOR-certificatie hebben: Het NBN zal op de hoogte gebracht worden. Financiële consequenties: Boete: dient vastgelegd te worden a.d.h.v. van het vastgestelde volume gemarkeerde producten. TRA: BB versie 1: 16/09/2014 Bijlage A.12. Sancties Herziening: 45/80

46 A.12. A.12.5 Wijziging van grondstof, systeem, design, productiemethode of uitbreiding (M-N-D-P-E) zonder dit te melden Extra controlebezoek - nagaan van de stock, interne procedures beoordelen. - Vergelijkende proeven - nagaan of de materialen dezelfde kwaliteiten en eigenschappen van het eindproduct garanderen. - Extra monsterneming - of een tweede extra bezoek waar men een reeks proeven op de producten met de nieuwe formulering doet. - Termijnen vastleggen waarbinnen aan deze voorwaarden moet voldaan zijn, zoniet starten van de opschortingsprocedure. A.12.6 Interne controles Proeffrequenties onvoldoende volgens reglement. De fabrikant stelt correctieve maatregelen op, extra bezoek waarin de toepassing van deze maatregelen zal worden nagegaan. Resultaten zelfcontrole niet overeenkomstig en geen herhalingsproeven of gevolg gegeven De fabrikant stelt correctieve maatregelen op, extra bezoek waarin de toepassing van deze maatregelen zal worden nagegaan. A.12.7 Uitrusting Kalibraties en ijkingen niet volgens de bepalingen van het TRA, laboratoriumuitrusting niet vervangen of hersteld na defect. De fabrikant stelt correctieve maatregelen op, extra bezoek waarin de toepassing van deze maatregelen zal worden nagegaan. A.12.8 Externe proefresultaten Bij niet conforme proefresultaten van de jaarlijkse monsterneming. De fabrikant stelt correctieve maatregelen op, extra bezoek waarin de toepassing van deze maatregelen zal worden nagegaan. (terug naar lijst met bijlagen) TRA: BB versie 1: 16/09/2014 Bijlage A.12. Sancties Herziening: 46/80

47 A.13. A.13 CONTROLE OP MONSTERS IN DE MARKT De monsternemingen in de markt gaan van start vanaf de ondertekening van de certificatieovereenkomst en verlopen volgens de modaliteiten bepaald in Het bijzonder reglement van BCCA voor de uitvoering van controleproeven op monster genomen in de markt in het kader van de voluntaire certificatie van producten. (3 de versie 11/10/02) Deze monsternemingen kunnen geschieden naar aanleiding van: klachten van derden. Monsterneming naar aanleiding van klachten door derden De klacht is steeds schriftelijk. De klager informeert BCCA betreffende de plaats waar de partij buizen en/of hulpstukken zich bevindt. BCCA verwittigt de producent en nodigt deze uit om samen de betrokken partij te identificeren en monsters te nemen. De betrokken partij wordt afgebakend en zal pas vrijgegeven worden nadat de proefresultaten bekend zijn. Het Certificatiecomité beslist over de aard van de uit te voeren proeven en de keuze wordt gemaakt uit de bijlage(n) van het TRA BB van de respectievelijke normen die op de betrokken partij vermeld worden. Alle hieraan verbonden kosten (monsters, monsterneming, laboratoriumkosten) worden in eerste instantie door BCCA betaald. Indien uit de vaststellingen blijkt dat de bemonsterde producten afwijkend zijn dan zullen al de gemaakte kosten op de leverancier/producent van de non-conforme producten verhaalt worden en moet de betrokken partij vernietigd worden. In het andere geval zal de klager de kosten geheel of gedeeltelijk mee dragen. (terug naar lijst met bijlagen) TRA: BB versie 1: 16/09/2014 Bijlage A.13. Controles op de markt Herziening: 47/80

48 B B TRA: BB versie 1: 16/09/2014 Bijlage B Herziening: 48/80

49 B.1.5 B INITIËLE TYPEPROEVEN; INTERNE PROEVEN; AUDIT-TESTING Eisen met betrekking tot de conformiteit van het systeem: -Initiële Typeproeven (ITT) -Interne beproevingsprocedure van producent -Audit-Testing (AT) Diametergroepen: Er zijn twee diametergroepen die gebaseerd zijn op de maximale afmetingen van de doorsnede (MDC). Deze maximale afmetingen kunnen van toepassing zijn op de binnen- of buitenkant, afhankelijk van het productieproces. Diametergroep Criteria (mm) A 150 MDC < 800 B MDC 800 De conformiteit van het system moet voor elke diametergroep bewezen worden. TRA: BB versie: 1-16/09/2014 Beproevingsprogramma Herziening: 49/80

50 B.1.5 Initiële Typeproeven: De ITT wordt uitgevoerd op het system: elementen, verbindingen en hulpstukken In overleg met de certificatie-instelling kunnen sommige proeven bijgewoond worden door de inspecteur in het laboratorium van de fabrikant. Elementen: Kenmerk Proefnorm Criteria Nominale afmetingen NBN EN ISO 3126 Gelijk aan of meer dan vereiste minimum. 6 Haaksheid van het eindvlak Volledige doorsnede Wanddikte van de oppervlaktelaag aan de binnenkant 7 NBN EN ISO BN, HN<800 5 mm NBN EN ISO 3126 WAA BN,HN<1500 BN, HN mm 10 mm BN nominale breedte HN nominale hoogte In overeenstemming met opgegeven en beproefde waarde. Geen negatieve toleranties. Wandopbouw 7 Productbeschrijving In overeenstemming met de beschrijving Uitzicht Visueel Binnen- en buitenoppervlak vrij van onregelmatigheden. Zie bijlage 1; toestand uitzicht en oppervlak Gehalte glas en hars NBN EN 637 Min. 25% van de massa van de totale laminaatstructuur. Korte duurbuigmodulus, tangentieel Lange duurbuigmodulus, tangentieel NBN EN ISO WAA NBN EN , bijlage D niet minder dan de opgegeven waarde niet minder dan de opgegeven waarde Aantal proefstukken Eén element per MDC Eén element per MDC Elk type Elk type Eén element per MDC Eén MDC per diametergroep Eén MDC per type wandopbouw en diametergroep Eén MDC per type wandopbouw 6 In overeenstemming met de productbeschrijving van de fabrikant 7 Gedetailleerde beschrijving van de wandopbouw wordt in de interne productbeschrijving gegeven, met inbegrip van de beproefde dikte en de identificatie van toegelaten grondstoffen. Elke wijziging moet meegedeeld worden aan de certificatie-instelling. 8 Proeven uit te voeren op de volledige wanddikte. Er dient rekening gehouden te worden met de bepalingen van ISO/PWI 16611(2013) en TRA: BB versie: 1-16/09/2014 Beproevingsprogramma Herziening: 50/80

51 Kenmerk Proefnorm Criteria Korte duur-buigsterkte, tangentieel ISO NBN EN ISO Niet minder dan de opgegeven waarde B.1.5 Aantal proefstukken Eén MDC per diametergroep Variatiecoëfficiënt min. 20 monsters (gegevens van interne proeven mogen gebruikt worden) Weerstand tegen spanningscorrosie Lange duurbuigsterkte, omtrekrichting 10 Korte duur- treksterkte, longitudinaal ISO WAA ; 9.4 Verkregen door berekening op basis van gegevens van weerstand tegen spanningscorrosie en gemeten belasting, zie bijlage 3. ISO 8513 methode A Afslijtproef EN/TS cycli Temperatuur (23 ± 5) C Grind 12 wordt gebruikt ipv korund Minder dan de opgegeven waarde De gemiddelde waarde van scheurvorming op 50 jaar zal niet minder zijn dan 0,5 % en niet minder dan de opgegeven waarde. Niet minder dan de opgegeven waarde σla 0,123 MDC met σla initiële longitudinale treksterkte (N/mm van de omtrek) MDC maximum afmeting van de doorsnede (mm) Diepte van de afslijting is kleiner dan de dikte van de oppervlaktelaag aan de binnenkant Eén diameter per diametergroep Eén MDC per type wandopbouw Eén MDC per diametergroep Eén per soort materiaal van de oppervlaktelaag aan de binnenkant 9 Proef uit te voeren op de volledige wanddikte. Er dient rekening gehouden te worden met de bepalingen van ISO/PWI (2013) en Bij gebrek aan gegevens kan de tangentiële lange duur-buigsterkte verkregen worden door de tangentiële korte duur-buigsterkte te vermenigvuldigen met een kruipfactor, die bepaald wordt als de tangentiële lange duurbuigmodulus gedeeld door de tangentiële korte duur-buigmodulus. 11 Volgens EN (2013) tabel 13 met geïnterpoleerde waarden vanuit kolom PN 4 en met DN = MDC. TRA: BB versie: 1-16/09/2014 Beproevingsprogramma Herziening: 51/80

52 B.1.5 Kenmerk Proefnorm Criteria Proef afschuifweerstand enkel van toepassing in geval van Type I ontwerp Aantal proefstukken WAA Min. 1,0 MPa Eén per soort opbouw van de buitenwand Verbindingen en hulpstukken: Kenmerk Proefnorm Criteria Insteekdiepte 13 Fabrikant Zie productbeschrijving Lekdichtheid van: - niet-trekvaste flexibele verbindingen met elastomere afdichtingsringen. -verlijmde verbindingen NBN EN 1119; ISO bar ISO 8533 Zie bijlage 2 Geen lekken Aantal proefstukken Elk verbindingssysteem Elk verbindingssysteem 12 Natuurlijk ongebroken rondkorrelig kwartsgrind met korrelverdeling: M = d50 = 6 mm en U = d80/d20 = 8,4 mm / 4,2 mm = 2 (ref. DIN Deel 1 (1989)); met: M gemiddelde korrelgrootte in mm; U graad van heterogeniteit; d80/d50/d20 korrelgrootte van 80 %, 50 %, 20 % (volgens gewicht) van het grind, in mm. 13 Proef enkel voor volledig handgemaakte hulpstukken, niet voor hulpstukken die uit buizen bestaan. TRA: BB versie: 1-16/09/2014 Beproevingsprogramma Herziening: 52/80

53 Interne proefprocedure Elementen: Toepassingsreglement Kenmerk Proefnorm Criteria Afmetingen NBN EN ISO 3126 Gelijk aan of meer dan vereiste minimum. Haaksheid van het eindvlak Volledige doorsnede Wanddikte van de oppervlaktelaag aan de binnenkant NBN EN ISO BN, HN<800 5 mm NBN EN ISO 3126 WAA BN, HN<1500 BN, HN mm BN nominale breedte HN nominale hoogte 10 mm In overeenstemming met de opgegeven en beproefde waarde. geen negatieve toleranties. Wandopbouw Productbeschrijving In overeenstemming met de beschrijving Uitzicht Visueel Binnen- en buitenoppervlak vrij van onregelmatigheden. Zie bijlage 1; uitzicht en toestand oppervlak Gehalte glas en hars NBN EN 637 In overeenstemming met de minimale waarde die per project bepaald is en niet minder dan 25% van het gewicht Korte duurbuigmodulus, tangentieel NBN EN ISO niet minder dan de opgegeven waarde B.1.5 Frequentie/aantal proefstukken Elk element 1% van elk type elementen 1% van elk type elementen 1% van elk type elementen Elk element 1% van de elementen per project en per productiebatch 1% van de buizen per project en per productiebatch Lange duurbuigmodulus, tangentieel WAA NBN EN , bijlage D EN ISO niet minder dan de opgegeven waarde Eén proef om de 5 jaar, per type wandopbouw Korte duurbuigsterkte, tangentieel NBN EN ISO niet minder dan de opgegeven waarde 1% van de elementen per project en per productiebatch 14 Proef uit te voeren op de volledige wanddikte. Er dient rekening gehouden te worden met de bepalingen van ISO/PWI (2013) en Proef uit te voeren op de volledige wanddikte. Er dient rekening gehouden te worden met de bepalingen van ISO/PWI (2013) en TRA: BB versie: 1-16/09/2014 Beproevingsprogramma Herziening: 53/80

54 B.1.5 Kenmerk Proefnorm Criteria Weerstand tegen spanningscorr osie Lange duurbuigsterkte, tangentieel 16 Korte duurtreksterkte, longitudinaal ISO WAA ; 9.4 Verkregen door berekening op basis van gegevens van weerstand tegen spanningscorrosie en gemeten belasting, zie bijlage 3. De gemiddelde waarde van scheurvorming op 50 jaar zal niet minder zijn dan 0,5 %, en niet minder dan de opgegeven waarde niet minder dan de opgegeven waarde ISO 8513 methode A σla 0,123 MDC met σla initiële longitudinale treksterkte (N/mm van de omtrek) MDC maximum afmeting van de doorsnede (mm) Frequentie/aantal proefstukken Eén proef om de 5 jaar, per type wandopbouw Eén proef om de 5 jaar, per type wandopbouw. 1% van de elementen per project en per productiebatch Verbindingen en hulpstukken: Kenmerk Proefnorm Criteria Aantal proefstukken Insteekdiepte 18 Fabrikant Zie productbeschrijving Lekdichtheid van: - niet-trekvaste flexibele verbindingen met elastomere afdichtingsringen. -starre verbindingen ISO/TC 138/SC 6 N 6550; 6.4 ( ) of Önorm B 5163; 7.3 ISO 8533, beperkt tot de initiële druk of equivalente proefmethode, zie bijlage 2 Geen lekken Elk hulpstuk en 2% van de verbindingen van de elementen Eén verbinding per project 16 Bij gebrek aan gegevens kan de tangentiële lange duur-buigsterkte verkregen worden door de tangentiële korte duur-buigsterkte te vermenigvuldigen met een kruipfactor, die bepaald wordt als de tangentiële lange duurbuigmodulus gedeeld door de tangentiële korte duur-buigmodulus. 17 Volgens EN (2013) tabel 13 met geïnterpoleerde waarden vanuit kolom PN 4 en met DN = MDC. 18 Proef enkel voor volledig handgemaakte hulpstukken, niet voor hulpstukken die uit buizen bestaan. TRA: BB versie: 1-16/09/2014 Beproevingsprogramma Herziening: 54/80

55 B.1.5 Audit-testing Alle proeven die hieronder vermeld worden, zullen éénmaal per jaar in een geaccrediteerd extern laboratorium uitgevoerd worden. In overeenkomst met de certificatie-instelling kunnen sommige proeven bijgewoond worden door de inspecteur in het laboratorium van de fabrikant. Proeven moeten per diametergroep uitgevoerd worden indien mogelijk of afgewisseld worden. Elementen: Kenmerk Proefnorm Criteria Afmetingen NBN EN ISO 3126 Gelijk aan of meer dan vereiste minimum. Haaksheid van het eindvlak NBN EN ISO BN, HN<800 5 mm Wanddikte van de oppervlaktelaag aan de binnenkant NBN EN ISO 3126 WAA BN, HN<1500 BN, HN 1500 BN nominale breedte HN nominale hoogte 8 mm 10 mm In overeenstemming met de opgegeven en beproefde waarde. Geen negatieve toleranties. Wandopbouw Productbeschrijving In overeenstemming met de beschrijving Uitzicht Visueel Binnen- en buiten-oppervlak vrij van onregelmatigheden. Zie bijlage 1; toestand uitzicht en oppervlak Gehalte glas en hars (*) NBN EN 637 In overeenstemming met de minimale waarde, bepaald per project en niet minder dan 25% van het gewicht Korte duur-buigmodulus, tangentieel (*) Korte duur-buigsterkte, tangentieel (*) NBN EN ISO NBN EN ISO niet minder dan de opgegeven waarde niet minder dan de opgegeven waarde Korte duur-treksterkte, ISO 8513 σla 0,123 MDC Proef uit te voeren op de volledige wanddikte. Er dient rekening gehouden te worden met de bepalingen van ISO/PWI (2013) en Proef uit te voeren op de volledige wanddikte. Er dient rekening gehouden te worden met de bepalingen van ISO/PWI (2013) en TRA: BB versie: 1-16/09/2014 Beproevingsprogramma Herziening: 55/80

56 B.1.5 longitudinaal (*) (*) Proeven uit te voeren in extern laboratorium. met σla initiële longitudinale treksterkte (N/mm van de omtrek) MDC maximum afmeting van de doorsnede (mm) Verbindingen en hulpstukken: Kenmerk Proefnorm Criteria Insteekdiepte 22 Fabrikant Zie productbeschrijving Lekdichtheid (**)van: - niet-trekvaste flexibele verbindingen met elastomere afdichtingselementen. -verlijmde verbindingen NBN EN 1119; ISO bar ISO 8533, zie bijlage 2 (**) Eén proef om de 5 jaar per type verbinding. Geen lekken 21 Volgens EN (2013) tabel 13 met geïnterpoleerde waarden vanuit kolom PN 4 en met DN = MDC. 22 Proef enkel voor volledig handgemaakte hulpstukken, niet voor hulpstukken die uit buizen bestaan. TRA: BB versie: 1-16/09/2014 Beproevingsprogramma Herziening: 56/80

57 B.1.5 N AAN HET PROEFPROGRAMMA 1 Uitzicht en toestand oppervlak De huidige bijlage geeft de regels weer voor de beoordeling van het visuele aspect van het eindproduct. Dit document is gebaseerd op WAA Het binnenoppervlak van de lining zal glad zijn. Het oppervlak zal vrij zijn van vervuiling en gebreken zoals uitstekende vezels, luchtbellen, haarscheuren, barsten, blazen of vreemde stoffen die de prestaties in dienst zouden kunnen verminderen. Een beperkte rechtzetting of herstelling is toegelaten. Het binnen- en buitenoppervlak van elke lining-eenheid zal visueel onderzocht worden op de aanwezigheid van gebreken. Indien haalbaar zal dit gebeuren vóór het aanbrengen van eender welke ruwe deklaag of antislip oppervlaktecoating. Soorten gebreken en uiteindelijk toelaatbare grenzen zijn in de onderstaande tabel weergegeven. Gebrek Definitie Uiteindelijk toelaatbare grenzen Aantal en grootte van de gebreken op Buitenoppervlak Binnenoppervlak het oppervlak, die per lining-eenheid hersteld mogen worden (niet meer dan 20% van de eenheden in een batch mogen hersteld worden in geval van één of ander gebrek) Haarscheur of barst op Geen Geen Eén enkele en als deze kleiner is dan het oppervlak meestal 500 mm in diameter of 100mm in stervormig, veroorzaakt lengte. door scherpe impact (of perifere haarscheuren of barsten). Haarscheur of barst Delaminatie en blazen Holtes in oppervlak Droge plek Vreemde stof Kuilen Afscheuring in het laminaat (door eender welke oorzaak). Kleine luchtbellen of holtes in het oppervlak of direct onder de oppervlaktelaag. Zone in laminaat met glas of aggregaat, niet omhuld door hars. Vreemde deeltjes op het binnenoppervlak. Ondiepe luchtinsluitingen in het binnenoppervlak. Geen enkele groter dan 10 mm in diameter en niet meer dan 0,5% van de oppervlakte aangetast. Geen enkele groter dan 10 mm in diameter en niet meer dan 0,5% van de zone aangetast. Geen enkele groter dan 3 mm in diameter en niet meer dan 0,05% van de oppervlakte aangetast. Geen enkele meer dan 1 mm diep en/of 3mm diameter en niet meer dan 0,05% van de oppervlakte aangetast. Enkel als geen enkele groter is dan 400 mm 2 en als niet meer dan 0,5% van de oppervlakte aangetast is. Indien kleiner dan 400 mm 2 en als niet meer dan 0,5% van de oppervlakte aangetast is. Geen Geen Enkel één zone die niet dieper is dan 2 mm en niet groter dan 2000mm 2. NVT Geen Enkel één aangetaste zone tot 2 mm diep en tot 1000 mm 2 groot. NVT Niet groter dan Allemaal 1 mm in diameter en 0,5 mm diep tot een maximum van 5% van het lineaire oppervlak TRA: BB versie: 1-16/09/2014 Beproevingsprogramma Herziening: 57/80

58 B.1.5 Gebrek Definitie Uiteindelijk toelaatbare grenzen Aantal en grootte van de gebreken op Buitenoppervlak Binnenoppervlak het oppervlak, die per lining-eenheid hersteld mogen worden (niet meer dan 20% van de eenheden in een batch mogen hersteld worden in geval van één of ander gebrek) Stof/mat weggelaten. Niet indien Geen Indien minder dan 5% van de precies vermeld. oppervlakte aangetast is. Uitstekende vezels Handmatig aanbrengen Eindvlak Rimpels en inkepingen Gescheurde randen, delaminaties en eindgroeven Aflopen van hars Snijsporen en krassen Ontbrekende oppervlaktebekleding Oppervlaktevervuiling Plaatselijke zones met vezels die uit het oppervlak steken. Zones aan de rand van het handmatig aangebrachte deel zijn niet goed uitgerold en zijn ruw. Zones rond de aangebrachte laag die afgeschaafd zijn maar waar de aangebrachte laag niet afdekt of niet gecoat is. Gladde onregelmatigheden op het binnenoppervlak. Scheuren in afgesneden randen van linings. Aflopen van hars op het oppervlak. Schade aan oppervlak veroorzaakt door scherp voorwerp. Permanent vuil oppervlak normaalgezien door niet voldoende uitharding van de hars in de oppervlaktelaag. Geen Geen Maximum drie zones die elk maximum 100 m 2 groot zijn. Geen Geen Enkel als deze zones verwijderd worden door ze uit te snijden. Geen (tenzij deel van het proces voor het aanbrengen van de hechtlaag). NVT Geen Geen enkele dieper dan 3 mm Tot de maximale limieten van herstel toegelaten door deze tabel. Indien niet dieper dan 6 mm of 25% van de wanddikte van de lining en indien niet meer dan 0,5% van de zone van het oppervlak aangetast is. Geen Geen Enkel indien de niet-structurele schade niet groter is dan 30mm in lengte. Minimaal Geen Allemaal. Geen enkele dieper dan 0,5 mm. Niet meer dan 100 mm/m 2 van de lining zone Geen enkele dieper dan 0,25 mm. Niet meer dan 100 mm/m 2 van de lining zone. Geen Geen Weigeren eenheid. Indien minder dan 1 mm diep en minder dan 500 mm per m 2 lining zone. TRA: BB versie: 1-16/09/2014 Beproevingsprogramma Herziening: 58/80

59 B Lekdichtheid van de verbinding Specifieke proefomstandigheden Soorten verbindingen: - Niet-trekvaste flexibele verbindingen met elastomere afdichtingsringen; - Verlijmde verbindingen. Initiële Typeproeven en Audit Testing: - Flexibele verbindingen: NBN EN 1119 of ISO 8639 Druk: 1 bar Externe belasting zal geplaatst worden op het deel met de laagste stijfheid. - Verlijmde verbindingen: ISO Interne Beproevingsprocedure: - ISO/ PWI (2013) ; - Önorm B ; - Equivalente beproevingsprocedure voorgesteld door de fabrikant en aanvaard door de certificatie-instelling. TRA: BB versie: 1-16/09/2014 Beproevingsprogramma Herziening: 59/80

60 B Methode voor de bepaling van de tangentiële lange duur-buigsterkte Om de tangentiële lange duur-buigsterkte van ronde GVK-stalen te bepalen met behulp van de gegevens verkregen uit de Proefmethode voor Weerstand tegen Spanningscorrosie (ISO 10952) zal de volgende procedure gebruikt worden. Deze aanpak wordt ook vermeld in de ÖNORM B ) De niveaus van vervorming, behaald door de doorbuiging van de ring in de proeven voor bepaling van de weerstand tegen spanningscorrosie, worden omgezet in buigsterkte (tangentieel) door middel van de vergelijkingen in figuur 1 uit ÖNORM B 5163 (voor details, zie ook ATV M-127, clausule 6.4.3). Fig. 1: Vergelijkingen uit ÖNORM B 5163 σ Buigsterkte, tangentieel (MPa) Fmax Belasting toegepast om de gewenste doorbuiging van het staal te verkrijgen (N), zie punt 2 hieronder dm Gemiddelde diameter, di + totale wanddikte (mm) di Binnendiameter (mm) e Dikte van de structurele wand (mm) l Lengte van het monster (mm) Correctiefactor αki 2) De belasting Fmax zal gemeten worden wanneer het monster doorgebogen is. Dit kan gemeten worden wanneer het monster in de proefopstelling ter bepaling van de weerstand tegen spanningscorrosie vastgemaakt is en in een drukbank geplaatst (zie figuur 2). Door de beweging van de dwarsbalk kan het monster uniform vervormd worden en de belasting gemeten worden. De belasting voor de berekening van de buigsterkte zal gemeten worden wanneer de gewenste doorbuiging bereikt is. De monsters zullen aan een uniforme snelheid van 2% per minuut, vervormingssnelheid (mm/min) = (0,02 ± 0,002) dm met dm in mm, vervormd worden. TRA: BB versie: 1-16/09/2014 Beproevingsprogramma Herziening: 60/80

61 B dwarsbalk (beweegbaar) 2 doorbuigingstoestel 3 vast steunpunt 4 monster 5 toestel voor de corrosie- en vervormingsbestendigheidsproef 6 belastingskader 7 controlepaneel van de drukbank Fig. 2: Voorbeeld van proefopstelling, doorbuiging monster 3) Lineaire regressieanalyse volgens ISO op log10 data (tangentiële buigspanning) in functie van log10 (overeenstemmende tijd tot bezwijken in proef voor bepaling van de weerstand tegen spanningscorrosie), gevolgd door bepaling van de geëxtrapoleerde waarde van de tangentiële buigspanning (MPa) op 50 jaar. TRA: BB versie: 1-16/09/2014 Beproevingsprogramma Herziening: 61/80

62 B.1.7 KALIBRATIE EN NAZICHT VAN DE MEETUITRUSTING (*) (*) De controle en kalibratiefrequentie van alle meet- en proefapparatuur, gebruikt tijdens de productie of bij de dosering van de grondstoffen dient vastgelegd te zijn in het kwaliteitshandboek en goedgekeurd door het certificatieorganisme. Meettoestel controle frequentie niveau schuifmaat intern 1/jaar 4 Omtrekmeetband intern 1/jaar 4 wanddikte meetbeugel intern 1/jaar 4 Meetklok intern 1/jaar 4 elektronische meetapparatuur intern 1/jaar 4 Trek-drukbank Intern/extern 1/jaar - 1/5jaar 4/2 Oven Intern/extern 1/jaar 4/2 Balans intern 1/jaar 4 Manometer/referentie manometer Intern/extern 1/jaar - 1/3jaar 4/2 Thermometer/referentie thermometer Intern/extern 1/jaar - 1/3jaar 4/2 TRA: BB versie: 1-16/09/2014 Kalibratie Herziening: 62/80

63 B.1.7 Meettoestel controle frequentie niveau Eindmaten extern 1/3jaar 1/2 IJkgewichten extern 1/3jaar 1/2 Volumetrische, metingen 4/jaar 6 Tijdschakelaars 1/jaar 4 Verklaring niveau 1 kalibratie door erkend extern organisme 2 verklaring/kalibratie van de producent van het toestel 3 kalibratie in aanwezigheid van het controleorganisme 4 kalibratie volgens een interne procedure 5 nazicht door de eigen diensten 6 kalibratie volgens een interne procedure doch 1x jaar in aanwezigheid van het controleorganisme geen eisen doch indien de afwijkingen te groot worden gevonden door controleorganisme dan zal het certificatieorganisme hiervan op de hoogte gebracht X worden voor eventuele maatregelen TRA: BB versie: 1-16/09/2014 Kalibratie Herziening: 63/80

64 B INTERNE ITT-CHECKLIST Vragen Antwoorden 1. Bepaling van de totale gecertificeerde productgroep 1.1 Welk product of productfamilie dient in de certificatie te worden behandeld? 1.2 Voor welk product of familie van producten is er interne ITT uitgevoerd? 1.3 Bestaat er een volledige interne identificatie of beschrijving voor deze producten of families? Zijn alle relevante kenmerken en hun relatie daarin vastgelegd (specificaties naar productie toe tegenover de prestaties)? Zo ja, welke zijn deze? 1.4 Productgroepindeling: heeft de fabrikant een systeem voor productgroepindeling? Zo ja, welk? (beschrijving) 1.5. Heeft de fabrikant productfiches welke informatie verschaffen aan de gebruikers? Zo ja, komen de gegevens in deze productfiches overeen met de interne productbeschrijving? 2. Opvatting van de interne ITT 2.1 Hoe is de interne ITT opgevat? Is deze gebaseerd op a. externe proeven b. een actief intern ITT proces c. de interpretatie van de permanente zelfcontrole 2.2 Welke testen zijn opgenomen in de interne ITT? Het betreft zowel de directe testmethoden als de indirecte. Is er voor de indirecte testmethoden een goede onderbouwing van de correlatie met de te bereiken prestatie-eigenschappen? 2.3 Kent men de spreiding op de prestaties? Liggen de grenzen hiervoor vast (statistische waarden)? 2.4 Wat is de frequentie voor of wat is de aanleiding tot het uitvoeren van een interne ITT? Bestaan er bv. concrete procedures tot uitvoeren van een interne ITT bij wijzigingen van grondstoftypes? TRA: BB versie: 1-16/09/2014 ITT-checklist Herziening: 64/80

65 B Omzetting van interne ITT naar productbeschrijving 3.1 Hoe worden de resultaten van de interne ITT geïnterpreteerd en hoe worden ze verwerkt op vlak van: - samenstellingen? - Procesparameters? - testindicatoren (directe en indirecte)? 4. Verwerking van interne ITT naar FPC 4.1 Is er vastgelegd hoe de resultaten van de interne ITT verwerkt worden naar de productie toe? 5. Variabiliteitsbeheersing 5.1 Heeft de fabrikant criteria (variabiliteitsgrenzen) voor de grondstoffen? Kent hij de invloed van de variatie van de grondstoffen op de productprestaties? 5.2 Heeft de fabrikant criteria voor de procesparameters? Kent hij de invloed van de variatie van de procesparameters op de productprestaties? 5.3 Wat is de relatie tussen de variabiliteitsstudie in het kader van de interne ITT en de statistieken van de permanente zelfcontrole? 6. Conclusie 6.1 Is de uitgevoerde interne ITT volledig en relevant voor de gehele productie die onder de certificatie valt? TRA: BB versie: 1-16/09/2014 ITT-checklist Herziening: 65/80

66 B Checklist - Initiële inspectie (FPC) Proces aanwezig Documentatie Pertinent Implementatie Registratie ANTWOORDEN, OPMERKINGEN en identificatie documenten P D P I R Documentatie (Technisch dossier) Eis: Per productiesysteem (productie-eenheid, productielijn, ) moet een technisch dossier bestaan waarin alle technische en organisatorische gegevens zijn opgenomen die betrekking hebben op de vervaardiging van de producten overeenkomstig hun externe productbeschrijving. De documentatie moet permanent de werkelijke toestand in de productie-eenheid weergeven. De documentatie bevat minstens de elementen vermeld in het Toepassingsreglement. Beschikt de leverancier over documentatie? Heeft de documentatie de vorm van een systeemhandboek? Elementen in documentatie? Technische referentiespecificaties Productbeschrijving (intern en extern) Beschrijving van het productiesysteem Organisatiestructuur en controlepersoneel Processen productiecontrolesysteem (FPC-systeem) Intern ITT beheer Grondstofcontrole Intern laboratorium Productietechnologie en productieproces Controle van de eindkwaliteit Correctieve maatregelen Behandeling van het product Kalibraties en ijkingen Registratie Klachtenbehandeling Is de documentatie een reële weergave van de processen binnen de productie-eenheid? Behandelt de documentatie alle processen binnen de firma? Beschikt de leverancier over procedures voor de melding van veranderingen van het referentiële kader? Ja Part. Nee Beschikt de leverancier over procedures voor het beheer van referentiedocumenten? TRA: BB versie: 1-16/09/2014 Initiële FPC Herziening: 66/80

67 B Zijn de elementen van de documentatie geïdentificeerd (datum + autorisatie)? Beschikt de leverancier over een revisielijst van de documentatie? Beschikt de leverancier over een verdeellijst van de documentatie? Bevat de beschrijving van het productiesysteem volgende elementen? Partiële conclusie installaties productieplaatsen en -lijnen productieprincipes en processen (systeem van koelen, lassen, etc.) tekeningen / plannen / nauwkeurigheden Productbeschrijving Eis: De leverancier moet beschikken over een interne productbeschrijving voor alle producten die onder certificatie op de markt gebracht worden. Deze beschrijving moet de producten volledig identificeren en in overeenstemming zijn met de externe productbeschrijving. Externe productbeschrijving (publiek) Bestaan er officiële verwijzingsspecificaties (technische productfiches of brochures voor klanten)? Worden de classificaties uit officiële verwijzingsspecificaties gebruikt? Adequate afbakening van het gebruiksgebied van het (de) product(en)? Verwijzing naar productcertificatie? Interne productbeschrijving (confidentieel) Omvat de interne productbeschrijving de volledige interne identificatie van de producten, inbegrepen de codering voor verzekering van de traceerbaarheid? Zijn de prestatie-eigenschappen van de producten gelinkt aan: grondstofcriteria procesparameters per product variabiliteitsgebied van deze gegevens Verwijzing naar initiële typeproeven (up-to-date)? Worden wijzigingen overzichtelijk bijgehouden? Overeenstemming van interne productbeschrijving met technische productfiches? Partiële conclusie Ja Part. Nee TRA: BB versie: 1-16/09/2014 Initiële FPC Herziening: 67/80

68 B Organisatiestructuur en controlepersoneel Eis: De organisatiestructuur moet toelaten dat de overeenkomstigheid van de producten met de specificatie kan gegarandeerd worden. Daartoe moeten de zelfcontrole en de registratie daarvan onafhankelijk geschieden van de productie- en verkoopsleiding. De verantwoordelijkheden en bekwaamheden van de bij de productie en de controle betrokken personeelsleden moeten duidelijk vastgelegd worden. Hoe verloopt de algemene coördinatie binnen het bedrijf? Beschikt de leverancier over een organogram (namen + functies)? Bekwaamheid personeel Is het personeel dat werkzaam is in de productie voldoende bekwaam teneinde de machines te bedienen en te onderhouden? Is het personeel dat werkzaam is in de productie voldoende gevormd teneinde de machines te bedienen en te onderhouden? Bestaan interne criteria voor de bepaling van de geschiktheid van het personeel? Is het controlepersoneel voldoende bekwaam om de proefresultaten te interpreteren en de productkwaliteit te beoordelen? Is de aanwezigheid van controlepersoneel zo geregeld dat de controle representatief is voor de volledige productie? Verantwoordelijkheden Werden de relaties en de verantwoordelijkheden tussen al het personeel dat bij de productie en de kwaliteitscontrole betrokken is, vastgelegd? Is er een verantwoordelijke aangesteld voor het beheer van de totale FPC? Is er op iedere productieplaats een productieverantwoordelijke aanwezig met voldoende zeggingskracht, kennis en ervaring? Zijn de personen die eindverantwoordelijk zijn voor het toezicht en de vrijgave van de producten voldoende onafhankelijk van de productie? Welke personen hebben voldoende onafhankelijkheid en hebben voldoende zeggingskracht om: Ja Part. Nee - de procedures te starten die nodig zijn om een non-conform eindproduct vast te stellen / te identificeren - de productie stil te leggen - te bepalen welk deel van de productie weerhouden wordt - te bepalen welk deel van de productie geweigerd wordt - te bepalen wat met de geweigerde productie gebeurt? - elk mogelijk kwaliteitsprobleem vast te stellen / te noteren Partiële conclusie TRA: BB versie: 1-16/09/2014 Initiële FPC Herziening: 68/80

69 B Intern ITT Beheer Eis: De leverancier dient te beschikken over processen waarmee hij vooraleer de productie onder certificatie te starten zichzelf verzekert dat hij de vooropgestelde prestaties kan halen. Hiervoor moeten initiële proeven worden verricht op basis waarvan de interne productbeschrijving wordt vastgelegd. Hoe is de interne ITT opgevat? Is deze gebaseerd op: - externe proeven - actief intern ITT proces - interpretatie van de permanente zelfcontrole - informatie uit de literatuur of wetenschap P D P I R Welke testen zijn opgenomen in de interne ITT? Het betreft zowel de directe als de indirecte testmethoden. Is er voor de indirecte testmethoden een goede onderbouwing van de correlatie met de te bereiken prestatie-eigenschappen? Kent men de spreiding op de prestaties? Liggen de grenzen hiervoor vast (statistische waarden)? Wat is de frequentie voor of wat is de aanleiding tot het uitvoeren van een interne ITT? Bestaan er bv. concrete procedures tot uitvoeren van een interne ITT bij wijzigingen van grondstoftypes? Zijn de resultaten van de initiële typeproeven opgenomen in de interne productbeschrijving? Zijn de grondstofcriteria gebaseerd op ITT? Toon aan. Zijn de criteria voor de halffabricaten gebaseerd op ITT? Zijn de criteria (zoals productiesnelheid, -temperatuur, -druk, ) voor de machine-instellingen afgeleid uit de ITT? Partiële conclusie TRA: BB versie: 1-16/09/2014 Initiële FPC Herziening: 69/80

70 B Grondstofcontrole Eis: De leverancier moet beschikken over procedures voor het nazicht van de overeenkomst van de grondstoffen met de specificatie in de interne productbeschrijving. Grondstofcriteria P D P I R Voert de leverancier controles uit op de grondstoffen? Worden de controles van de leverancier op de grondstoffen geregistreerd (ingangscontroleregisters)? - eigen receptieprocedure - nazicht certificaten of conformiteitsverklaringen van de leverancier van de grondstoffen Heeft de leverancier duidelijke criteria of specificaties voor de verschillende grondstoffen? Zijn de grondstofcriteria in overeenstemming met de opgelegde schema s uit de normen of het toepassingsreglement? Behandeling grondstoffen Hoe gebeurt de verificatie van de goedkeuring van grondstoffen? Hoe verloopt het afhalen van grondstoffen? Wordt de eventueel visuele controle geregistreerd? Worden de leveringsbons afgestempeld? Beheer voorraad van grondstoffen: First In First Out? Aankoop grondstoffen Wanneer worden grondstoffen bijbesteld (naar aanleiding van een minimumvoorraad)? Bestaat een lijst met leveranciers? Gebeurt het lossen van de grondstoffen voor de controle van de resultaten? Wordt rekening gehouden met de houdbaarheid van de geleverde grondstoffen? Bestaan voorschriften voor transporteurs van aangeleverde grondstoffen? Bestaan verpakkingsvoorschriften voor aangeleverde grondstoffen? Wordt rekening gehouden met reeds geopende verpakkingen? Beheer van grondstoffen met tekortkomingen Hoe worden geleverde producten met tekortkomingen beheerd? Worden afwijkingen tijdens de ingangscontrole geregistreerd? Kan de ingangskeuring van bestellingen aangetoond worden + zijn er voorbeelden van weigeringen? Voldoende identificatie en scheiding van conforme grondstoffen tov deze met afwijkingen? Andere Kunnen adhv de codificatie op het eindproduct de gebruikte grondstoffen/batches/leveranciers/.. worden teruggevonden? Gebeurt een statistische evaluatie van de variabiliteit van de grondstoffen? Bestaat een link tussen de wijziging van een grondstof en de interne productbeschrijving en initiële typeproeven? Bij gebruik van recuperaat voldoende: identificatie - controle? Partiële conclusie TRA: BB versie: 1-16/09/2014 Initiële FPC Herziening: 70/80

71 B Productietechnologie en productieproces Eis: De leverancier moet beschikken over processen waarmee hij kan aantonen dat hij het productieproces beheerst. Dit betekent dat de procesparameters correct worden ingesteld en dat hiervoor concrete indicatoren bestaan (machineinstellingen of proeven op halffabricaten). P D P I R Productieproces Bevat het proces afdoende waarschuwingsdrempels? weigeringsdrempels? Productieplanning + zit deze logisch in mekaar: invloed op verandering van de productie op dezelfde productie-installatie (kleur, vorm) Komt het proces overeen met de procesbeschrijving? Worden metingen uitgevoerd tijdens het productieproces? Hoe wordt de geproduceerde hoeveelheid geregistreerd? Bestaan er criteria voor de procesparameters/instellingen? Ligt vast welke testen er moeten worden uitgevoerd bij het wijzigen van de productie-instellingen? Hoe worden de productieparameters (verloop van de instellingen tijdens de productie) geregistreerd? Zijn de procedures en samenstellingen die nodig zijn voor de productie aanwezig in de productie? Hoe is een batch gedefinieerd/afgebakend? Is er voldoende communicatie tussen grondstofaanvoer en productie (wijziging grondstofbatch bv.)? Wordt rekening gehouden met de variatie van externe factoren, zoals variaties in temperatuur, vochtigheid? Gebeurt de dosering van de grondstoffen via volautomatische sturing of manueel? Is er voldoende controle op dosering en de nauwkeurigheid van afwegen? Machines Algemeen Beschikt de leverancier over geschikte machines voor de productie? Worden deze machines regelmatig onderhouden? Zijn de frequentie en de aard van het onderhoud vastgelegd in een document? Machine-instellingen Voert de leverancier tijdens de productie een controle uit op de machine-instellingen? Is de controle op de machine-instellingen en de bijhorende criteria in overeenstemming met de opgelegde controleschema s van het toepassingsreglement? Zijn de productie-instellingen per product gekend en worden deze geëvalueerd? Heeft de leverancier duidelijke criteria voor deze machineinstellingen? Toon aan dat de machines en andere toestellen met invloed op de kwaliteit voldoen aan de gestelde eisen van nauwkeurigheid TRA: BB versie: 1-16/09/2014 Initiële FPC Herziening: 71/80

72 B Halffabricaten Voert de leverancier tijdens de productie een controle uit op de halffabricaten? Heeft de leverancier duidelijke criteria voor de controle op de halffabricaten? Zijn de criteria voor de halffabricaten in overeenstemming met de opgelegde schema s van het toepassingsreglement? Worden de resultaten van de controles statistisch geëvalueerd? Controleplan Is er een controleplan voor het volledige productieproces? grondstoffen halfproducten eindproducten alle productietypes volledig productieproces nacht weekend Is een procedure voorzien voor de aanpassing van het controleplan bij vaststelling van non-conformiteiten tijdens de productie? Partiële conclusie Controle van de eindkwaliteit Eis: De leverancier dient de eindkwaliteit van de gecertificeerde producten regelmatig te verifiëren volgens een monsternemingsplan. De interne monsternemingen dienen representatief te zijn voor de onder certificatie verkochte producten. Het proces voor de registratie van de proefresultaten dient bijzonder transparant te zijn. Bestaat een monsternemingsplan dat ertoe leidt dat de monsternemingen representatief zijn voor de productie? Hoe houdt het plan rekening met de variabiliteit? Heeft de leverancier duidelijke controleschema s voor de eindkwaliteit? Vermelding van: - proefmethoden (+ direct en indirect) - frequentie - criteria Zijn de genomen stalen voldoende om de kwaliteit van de volledige batch te garanderen? Zijn de genomen stalen representatief voor de onder certificatie op de markt gebrachte producten? Welke testen maken deel uit van een batch release test? Hoe wordt een lot afgekeurde producten afgebakend? Hoe wordt het product vrijgegeven? Hoe worden niet-conforme monsternemingen behandeld en geregistreerd? Worden de resultaten van de controles statistisch geëvalueerd? Is een procedure voorzien voor de aanpassing van het monsternemingsplan bij vaststelling van non-conformiteiten bij het eindproduct? Partiële conclusie P D P I R TRA: BB versie: 1-16/09/2014 Initiële FPC Herziening: 72/80

73 B Correctieve maatregelen Eis: De leverancier moet beschikken over processen om de zelfcontroleresultaten te interpreteren en de resultaten van deze interpretatie aan te wenden voor de nodige correctie aan het grondstofgebruik en het productieproces. Neemt de leverancier de nodige acties bij het vaststellen van nietconformiteiten tijdens de zelfcontrole? (terugkoppeling naar productie en grondstofgebruik?) Voorziet de leverancier bij vaststelling van niet-conformiteiten - nazicht van de meetmethodes - correcties interne productbeschrijving (grondstofcriteria, ) - acties naar de grondstofleverancier toe - correctie van het productieproces - bekendmaking van de tekortkoming aan klanten Partiële conclusie P D P I R Behandeling en markering van producten Eis: De leverancier moet beschikken over processen waarmee hij zichzelf verzekert dat geen niet-conforme producten onder certificatie op de markt komen. P D P I R Beschikt de leverancier over geschreven procedures voor verpakking markering declassering voorraadbeheer klaarmaken voor verzending transport naar de klant opslag bij de klant Zijn deze procedures in overeenstemming met de regels opgenomen in het toepassingsreglement? Hoe worden producten met tekortkomingen beheerd? Worden gedeclasseerde producten fysiek gescheiden van de onder certificatie geproduceerde producten? Beschikt de leverancier over procedures die verzekeren dat geen nietconforme producten op de markt gebracht worden? Hoe worden de producten in stock geïdentificeerd? Is de leveringsdatum op de verpakking van aangevoerde producten aangebracht? Worden de omgevingsomstandigheden in het magazijn gemeten (vb. omgevingstemperatuur, )? Voorraadbeheer: First In - First Out? Is blootstelling van de producten aan UV-straling mogelijk? Hoe worden gevaarlijke producten beheerd? Partiële conclusie TRA: BB versie: 1-16/09/2014 Initiële FPC Herziening: 73/80

74 B Behandeling en markering van producten Intern laboratorium Eis: De leverancier moet beschikken over een intern laboratorium dat uitgerust is om de proeven voor de zelfcontrole op correcte wijze uit te voeren. Beschikt de leverancier over een intern laboratorium? Voert de leverancier de proeven voor de zelfcontrole allemaal intern zelf uit? Ja Part. Nee Worden sommige proeven in onderaanneming uitgevoerd? Is het intern labo zodanig uitgerust dat de intern uit te voeren proeven voor de zelfcontrole op correcte wijze kunnen verlopen? Worden de resultaten van de zelfcontrole statistisch verwerkt (+ correctieve maatregelen)? Is het laboratorium voldoende onafhankelijk van de productie om de nodige correctieve maatregelen te kunnen nemen? Heeft het laboratorium voldoende bevoegdheid om correctieve maatregelen te nemen? Is er bekwaam personeel ter beschikking voor het uitvoeren van de proeven in het intern labo? Partiële conclusies Kalibraties en ijkingen Eis: Alle meet- en proefapparatuur die door de leverancier wordt gebruikt, moet met een verantwoorde frequentie en volgens een bepaalde methodiek worden geijkt of gekalibreerd. P D P I R Beschikt de leverancier over een controleschema dat de frequenties en methoden voor de ijking of kalibratie van alle meettoestellen weergeeft? Het betreft zowel de meettoestellen uit de productie als het intern laboratorium Is dit schema in overeenstemming met het opgelegde schema uit de norm of het toepassingsreglement? Zijn de frequentie en methode in overeenstemming met de norm of het toepassingsreglement? Worden de rapporten ivm ijkingen en kalibraties bewaard over de periode die in het toepassingsreglement bepaald werd? Worden de externe verslagen geëvalueerd, zowel inzake resultaat als methode? Zijn er instructies aanwezig hoe de apparatuur dient gekalibreerd te worden? Heeft de persoon die de kalibratie uitvoert voldoende kennis over het onderwerp? Komt de nauwkeurigheid van de toestellen overeen met de vereiste nauwkeurigheid van de proef? Gebeurt er registratie van de verificatie? Is er voldoende traceerbaarheid? TRA: BB versie: 1-16/09/2014 Initiële FPC Herziening: 74/80

75 B Kalibraties en ijkingen Gebeurt de verificatie met apparatuur die minstens 10x nauwkeuriger is? Werd de kalibratiestatus op alle keuringsmiddelen aangebracht door een merkteken? Zijn de nodige ijkingscertificaten aanwezig? Partiële conclusies Registratie Eis: De leverancier moet alle gegevens die van belang zijn voor de traceerbaarheid van de elementen die de productkwaliteit bepalen registreren Houdt de leverancier registers bij, over een termijn die in de norm of in het toepassingsreglement bepaald is, waarin alle gegevens genoteerd worden die van belang zijn voor de traceerbaarheid van elementen die de productiekwaliteit bepalen? Bevatten de registers al de informatie die opgelegd wordt vanuit het toepassingsreglement? P D P I R Is de nodige aandacht besteed aan de registratie v.d. zelfcontrole door nacht- en weekendploegen? Bevatten registers volgende elementen? - alle resultaten van - interne en externe ITT proeven - aanvaardingscontrole op grondstoffen - controleproeven tijdens productie - eindcontroleproeven + interpretatie - alle correctieve maatregelen - een staat van geproduceerde, uitgevoerde en gedeclasseerde producten - resultaten van kalibraties en ijkingen Partiële conclusies (terug naar lijst met bijlagen) TRA: BB versie: 1-16/09/2014 Initiële FPC Herziening: 75/80

76 B MONSTERNEMINGSFICHE Dossier (1) A B C Certificaat (1) D E F Takenpakket (1) G.g.g g.g.g g.g.g Intern. (1) H.h.h h.h.h h.h.h Product Certificatie-instelling Datum Monsternemingsnr. Inspecteur Merk BENOR ATG SECO Plaats Bezoeknr. Fabrikant Adres Contactpersoon Tel Fax Proef Methode Aantal monsters Afmetingen monster Markering R (2) Proeven uit te voeren in het laboratorium (3) Proefverslag beschikbaar vóór Te factureren aan Aantal verslagen Verslagen te sturen naar (2) Bijzondere behandeling van het monster JA NEE Opmerkingen Monsternemer Fabrikant (4) Voor akkoord Drager (5) Voor uitvoering opdracht Naam Naam Naam Naam Laboratorium (6)(7)(8) Voor aanvaarding monsters en opdracht Handtekening Handtekening Handtekening Handtekening Datum Datum Datum Datum Opmerkingen: (1) Verplicht over te nemen op het proefverslag TRA: BB versie 1 16/09/2014 Monsternemingsfiche Herziening: 76/80

77 B Omschrijving codes Dossier A Activiteit B Familie C Contractant Certificaat D Productcode E Productieplaats F Wederkerigheid Takenpakket Type G.g.g Takenpakket g.g.g TP nummer g.g.g Jaar TP Intern H.h.h Paragraaf h.h.h Dossiertaak h.h.h Taak (2) Aanduiden indien de resultaten enkel naar SECO sturen moeten gestuurd worden (3) Het laboratorium dient de vertrouwelijkheidregels, aangegeven in de NBN EN ISO/IEC 17025, na te leven. (4) De producent aanvaardt door de handtekening van zijn afgevaardigde alle op de fiche vermelde modaliteiten. Hij stuurt een bestelbon voor dito aan het aangeduide laboratorium. (5) De drager van het monster bevestigt door zijn handtekening de aflevering van het monster in het laboratorium. (6) Het laboratorium bevestigt door de handtekening van zijn afgevaardigde de aankomst van het monster, de proefmodaliteiten en de uitvoeringstermijn en stuurt binnen de 7 dagen na aankomst een kopie naar SECO. (7) Indien het laboratorium de opdracht niet kan aanvaarden dient SECO binnen de 4 dagen verwittigd te worden zodat de nodige maatregelen kunnen getroffen worden. (8) Het laboratorium zal SECO zo snel mogelijk op de hoogte brengen van elk gebrek vastgesteld aan de monsters of elk probleem dat zich voordoet gedurende de behandeling en beproeving. (terug naar lijst met bijlagen) TRA: BB versie 1 16/09/2014 Monsternemingsfiche Herziening: 77/80

78 B.3.3 Nota betreffende het gebruik van zelfklevers De toelating om zelfklevers te gebruiken is uitzonderlijk en moet het gevolg zijn van een overeenkomst tussen de fabrikant, certificatie-instemming en eindgebruiker. De naspeurbaarheid moet gegarandeerd worden. Eigenschappen van de zelfklever. 1: De zelfklever is watervast. 2: Een zelfklever is niet herbruikbaar en is onbruikbaar na verwijdering. 3: Voorbeeld logo: EE-EEE TRA: BB versie 1 16/09/2014 Zelfklever Benor-logo Herziening: 78/80