Nederlands. Woord/zin. Voor 1F Deel 2 van 3

Vergelijkbare documenten
Verhoudingen in verband

Nederlands. Woord/zin. Voor 1F Deel 3 van 3

NEDERLANDS Spreken en gesprekken voor 1F Deel 4 van 5

Ik en de maatschappij. Lichaam en geest

Ik en de maatschappij. Gezondheid

Nederlands. Woordenschat Dienstverlening en zorg

Nederlands. Woordenschat Basis

Assistent verkoop/retail

Ik en de maatschappij. Meedoen en meepraten

Ik en de maatschappij. Vrije tijd

Ik en de maatschappij. Planten en dieren thuis

Ik en de maatschappij. Online

NEDERLANDS Taalverzorging 1F Woord/zin Deel 1 van 3

REKENEN VERHOUDINGEN Verhoudingen voor1f

Ik en de maatschappij. Zorgen voor je leefomgeving

Seksuele vorming. Seksuele veiligheid

Ik, leren en werken. Aan het werk

Ik en de maatschappij. Geldzaken

Economie en handel. Assistent logistiek. Deel 1 van 6 Ontvangt Goederen/producten

Economie en handel. Assistent logistiek. Deel 6 van 6 Inventariseert de voorraad/magazijninventaris

Voorbereidende interne stage

Begeleide interne stage

ECONOMIE EN HANDEL Assistent Logistiek. Deel 3 van 6 Verzamelt goederen/producten/ emballage/verpakkingsmaterialen

Ik en de maatschappij. Regels en wetten

PRAKTISCHE SECTORORIËNTATIE. Economie en Handel

Ik en de maatschappij. Kiezen en kopen

Rekenen verhoudingen. Procenten voor 1F

Ik en de maatschappij. Reizen

Ik en de maatschappij. Klussen in huis

Woordenschat Plant en groene leefomgeving

Ik en de maatschappij. Samen maar verschillend

Nederlands. Woordenschat Techniek

REKENEN METEN EN MEETKUNDE. Meetkunde voor 1F Deel 1 van 2

REKENEN. Meetkunde voor 1F Deel 2 van 2

Lengte, omtrek en oppervlakte

Ik en de maatschappij. Ik en wij

Seksuele vorming. Anticonceptie en zwangerschap

Economie en handel. Assistent logistiek. Deel 4 van 6 Maakt goederen/producten verzendklaar

Economie en handel. Assistent logistiek. Deel 5 van 6 Voert handelingen op goederen/producten uit

Ik en de maatschappij. Rondkomen

Nederlands Luisteren Voor 1F Deel 2 van 2

Grafieken en tabellen

Assistent installatie- en constructietechniek

REKENEN METEN EN MEETKUNDE Inhoud. voor 1F

NEDERLANDS. Schrijven. voor 1F Deel 3 van 5

Praktische sectororiëntatie. Techniek

Ik en de maatschappij. Uiterlijke verzorging

Begeleide externe stage

Assistent plant of (groene) leefomgeving

Loopbaanoriëntatie -begeleiding

Ik en de maatschappij. Democratie

Assistent bouwen, wonen en onderhoud

Praktische sectororiëntatie. Dienstverlening en zorg

Assistent verkoop en retail

Nederlands. Luisteren. Voor 1F Deel 1 van 2

Certificaat B-VCA. Deel 1 van 3

Assistent installatie- en constructietechniek

Economie en handel. Assistent logistiek. Deel 2 van 6 Maakt goederen/producten gereed voor opslag en slaat deze op

Assistent installatie- en constructietechniek

Assistent dienstverlening en zorg

Nederlands. Woordenschat Dienstverlening en economie

Certificaat B-VCA. Deel 2 van 3

Training. Methodisch verzamelen van informatie

Assistent verkoop/retail

Economie en handel. Plusdeel Assistent bediening

Spreken en gesprekken voor 1F

REKENEN Getallen en bewerkingen. voor 1F Deel 2 van 2

Training. Werven, coördineren en begeleiden van vrijwilligers

Training. Interdisciplinair samenwerken

Praktische sectororiëntatie. De 4 sectoren

Zelfstandige Externe Stage

Training. Zakelijk communiceren

Loopbaanoriëntatie -begeleiding

Cursus. Sociale kaart

Training. BMC-vaardigheden gericht op dagbesteding deel 1 (creatief)

Cursus. Ouderen ondersteunen om langer zelfredzaam te zijn

Praktische sectororiëntatie. Voedsel, natuur en leefomgeving

Training. Observeren en rapporteren

Getallen en bewerkingen

Training. Werken in een team: vergaderen en evalueren voor SMD en SCW

Training. Talentherkenning

Training. Uiterlijke verzorging

Activiteiten uitvoeren

Cateringwerkzaamheden uitvoeren

Training. Verhalen vertellen met poppen

Taalverzorging voor 1F Spelling

Project. Ondernemerschap in welzijnswerk

nederlands Schrijven voor 1F Deel 2 van 5

Werken aan communicatie 1

Cursus. Omgaan met pesten en ingrijpende gebeurtenissen

Nederlands. Schrijven. voor 1F Deel 1 van 5

Loopbaanoriëntatie -begeleiding

Project. Kinderen begeleiden

TECHNIEK Assistent installatie- en constructietechniek. Deel 3 van 4 Ondersteunt bij installatie- of constructiewerkzaamheden

Colofon. Uitgeverij: Edu Actief b.v Auteur(s): Lily Benjamin - Merens

Project. Interculturele communicatie

Training. BMC-vaardigheden gericht op dagbesteding deel 2 (sport en spel)

Cursus. Coördineren in de kinderopvang, ketenregie, sociale kaart en netwerk

4. Een vervolgopleiding kiezen

Training. Mobiliteit, slapen en waken

Transcriptie:

Nederlands Woord/zin Voor 1F Deel 2 van 3

Colofon Uitgeverij: Edu Actief b.v. 0522-235235 info@edu-actief.nl www.edu-actief.nl Auteur: Ruud Schinkel Inhoudelijke redactie: Ina Berlet Titel: Nederlands - Taalverzorging 1F Woord/zin - Deel 2 van 3 ISBN: 978 90 3721 303 4 Omslagfoto: istockphoto.com Edu Actief b.v. 2015 Behoudens de in of krachtens de Auteurswet gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Voor zover het maken van reprografische verveelvoudigingen uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikel 16h Auteurswet dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedingen te voldoen aan de Stichting Reprorecht (www.reprorecht.nl). Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in compilatiewerken op grond van artikel 16 Auteurswet kan men zich wenden tot de Stichting PRO (www.stichting-pro.nl). De uitgever heeft ernaar gestreefd de auteursrechten te regelen volgens de wettelijke bepalingen. Degenen die desondanks menen zekere rechten te kunnen doen gelden, kunnen zich alsnog tot de uitgever wenden. Door het gebruik van deze uitgave verklaart u kennis te hebben genomen van en akkoord te gaan met de specifieke productvoorwaarden en algemene voorwaarden van Edu Actief, te vinden op www.edu-actief.nl. 2

Inhoud Voorwoord 4 Hoofdstuk 1 De vervoeging van zwakke werkwoorden 6 Hoofdstuk 2 De vervoeging van sterke werkwoorden 13 Hoofdstuk 3 't Fokschaap 22 Hoofdstuk 4 Woordvolgorde in verschillende soorten zinnen 29 Hoofdstuk 5 Trappen van vergelijking 39 Hoofdstuk 6 Afbreekregels 45 Hoofdstuk 7 Herhaling 50 Eindopdracht en reflectie 56 3

Voorwoord In dit leer-werkboek oefen je met verschillende soorten werkwoorden. Ook leer je dat woorden in een zin vaak in groepjes staan. Die groepjes hebben een naam, zoals onderwerp en persoonsvorm. Sommige onderwerpen zul je herkennen uit de boeken over spelling. Maar in dit leer-werkboek ga je daar dieper op in. En je gaat er nog meer mee oefenen. Picto In dit boek zie je bij sommige opdrachten een picto. Een pictogram geeft je informatie over de opdracht. Hierna lees je wat de picto s betekenen. Bij dit picto ga je nadenken over een opdracht. Je denkt na over wat je straks gaat doen. Je gaat de opdracht voorbereiden. Bij dit picto ga je de opdracht uitvoeren. Je gaat bijvoorbeeld iets maken. Of je gaat iets doen. Bij dit picto ga je evalueren. Je controleert of je de opdracht goed hebt gedaan. Wat ging er goed en wat ging er minder goed? Wat vond je van de opdracht? Wat kon je eerst niet, wat je nu wel kunt? Wat ga je de volgende keer anders doen? Bij dit picto ga je reflecteren. 4

Voorwoord Je denkt na over wat je hebt geleerd. En wat dat betekent voor je toekomst. Wat ga je nu doen? Hoe gaat het verder? Bij dit picto ga je in gesprek. Om een opdracht na te bespreken kun je de StruX-kaarten gebruiken. Bij dit picto ga je iets bekijken op de website van StruX. Dit kan bijvoorbeeld een foto, formulier of film zijn. Volg deze stappen. 1. Ga naar www.strux.nl 2. Klik op de knop deelnemer. 3. Klik op Nederlands 1F. 4. Klik op de foto van dit leer-werkboek. 5. Klik op de link van de opdracht. Misschien werk je met een portfolio. In je portfolio stop je bewijsstukken. Als je dit picto ziet, kun je een bewijsstuk toevoegen. Bespreek dit met je begeleider. Beeldwoordenboek In dit boek staan gekleurde woorden. Gekleurde woorden moet je kennen. Het zijn belangrijke woorden. Deze woorden kun je opzoeken in het beeldwoordenboek. Ga naar beeldwoordenboek.strux.nl. 5

Hoofdstuk 1 De vervoeging van zwakke werkwoorden In deel 1 heb je geoefend met de vervoeging van werkwoorden. Je hebt geoefend met 3 tijden van werkwoorden: de tegenwoordige tijd: je doet het (nu) bijvoorbeeld: ik werk, ik fiets de verleden tijd: je deed het (toen) bijvoorbeeld: ik werkte, ik fietste de voltooid tegenwoordige tijd: je hebt het gedaan (het is voorbij) bijvoorbeeld: ik heb gewerkt, ik heb gefietst. Dit hoofdstuk gaat over de vervoeging van zwakke werkwoorden in deze 3 tijden. Zwakke werkwoorden noemen we ook wel regelmatige werkwoorden. Opdracht 1 De volgende zinnen staan in de tegenwoordige tijd. Zet ze in de verleden tijd. Zet in beide zinnen een streep onder het werkwoord. Ik twijfel aan het antwoord. Ik twijfelde aan het antwoord. Ik reken de som uit. Ik druk op de deurbel. Ik haal een plank uit het magazijn. Ik knabbel aan een nootje. Ik veeg m n schoenen. Ik werk bij een supermarkt. Ik raap het blikje op. Ik slik het medicijn. Ik fiets tegen de berg op. 6

Hoofdstuk 1 De vervoeging van zwakke werkwoorden Zwakke werkwoorden Zwakke werkwoorden worden ook wel regelmatige werkwoorden genoemd. Zwak betekent hier: in de 3 tijden verandert de klinker niet. De klinker en de klank blijven hetzelfde in de 3 tijden. Bijvoorbeeld: Ik werk tot 7 uur. Ik werkte tot 7 uur. Ik heb tot 7 uur gewerkt. Opdracht 2 Hierna staan 10 werkwoorden. Vul bij elk werkwoord 3 tijden in: de tegenwoordige tijd (je doet het) de verleden tijd (je deed het) de voltooide tijd (je hebt het gedaan). Let op: Staat er een t bij de verleden tijd? Dan staat er ook een t bij de voltooide tijd. Staat er een d bij de verleden tijd? Dan staat er ook een d bij de voltooide tijd. bedanken bedank ik bedankte ik heb bedankt bellen ik bel ik belde ik heb gebeld delen fietsen gebruiken horen passen kennen leggen merken noemen ontkennen 7

Hoofdstuk 1 De vervoeging van zwakke werkwoorden Opdracht 3 Vul de 3 tijden in. Zijn de klinkers in de 3 tijden hetzelfde? Dan is het een zwak werkwoord. Kruis het goede antwoord aan. schoppen Het werkwoord schoppen is b een zwak werkwoord b geen zwak werkwoord rennen Het werkwoord rennen is b een zwak werkwoord b geen zwak werkwoord Ik ren alleen als ik trek heb. toveren Het werkwoord toveren is b een zwak werkwoord b geen zwak werkwoord 8

Hoofdstuk 1 De vervoeging van zwakke werkwoorden verhuizen Het werkwoord verhuizen is b een zwak werkwoord b geen zwak werkwoord zwaaien Het werkwoord zwaaien is b een zwak werkwoord b geen zwak werkwoord Opdracht 4 Hierna lees je 6 werkwoorden. Zijn het zwakke werkwoorden? Of zijn het geen zwakke werkwoorden? Kruis het goede antwoord aan. En geef aan waarom. Kijk goed naar de 2 voorbeelden. voorbeeld 1 bakken B is een zwak werkwoord ik bak ik bakte ik heb gebakken voorbeeld 2 lopen B is geen zwak werkwoord ik loop ik liep ik heb gelopen boren 9

Hoofdstuk 1 De vervoeging van zwakke werkwoorden lachen vechten schilderen zwemmen dansen Opdracht 5 Maak bij de volgende zwakke werkwoorden 3 zinnen. De zinnen staan in 3 verschillende tijden. Zet streepjes onder de 3 verschillende tijden. Voorbeeld: bemoeien Ik bemoei me helemaal nergens mee. Ik bemoeide me met m n kleine broertje. Ik heb me niet bemoeid met die ruzie. 10