De zeer grote bomen van de bergwouden worden vaak door immense kracht van stormen geveld.

Vergelijkbare documenten
HET VOORNAAMWOORD. 1. Persoonlijk voornaamwoord. a) Het persoonlijk voornaamwoord van de 1ste en 2de persoon. 1 persoon. 2 persoon

Het gebruik van de conjunctivus

Samenvatting Latijn Grammatica t/m les 19

LES 13 EEN NIEUWE FAMILIE

De coniunctivus in de hoofdzin.

Eindexamen vwo Latijn I

kdelen k te geven embleem Wat hebben ze nu weer gedaan wat maakt een huisstijl een schild dat de client beschermd

a 1 het meisje lacht 2 de dapperen worden geprezen 3 de liefhebbenden / minnaars zijn gelukkig / vruchtbaar 4 die (man) is goed

LES 13 EEN NIEUWE FAMILIE deel I. de zelfstandige naamwoorden van de derde declinatie

De grammatica van les 17

DE BIJWOORDELIJKE BIJZIN Is een zin die de waarde heeft van een bijwoordelijke bepaling

a. Leerlingen kiezen de brieftypen en talige verschijnselen uit lijsten

De bruiloft van Simson

Relatieve aansluiting.

Eindexamen Grieks vwo 2005-I

Grammaticablad Latijn

Analyseschema Tacitus Het leven van Agricola

Eindexamen Grieks vwo 2005-II

Onze-Lieve-Vrouwlyceum Genk Lycipedia: Beter leren CAPUT PRIMUM. De uitspraak van het Latijn

Vraag Antwoord Scores. Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt 1 scorepunt toegekend.

Examen VWO. Latijn. Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 1 Donderdag 1 juni uur. Vragenboekje

God, laat ons uw liefde zien en maak ons gelukkig.

Examen VWO. Latijn. tijdvak 1 vrijdag 25 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

zij zullen tot één vlees zijn

Onze-Lieve-Vrouwlyceum Genk Lycipedia: Beter leren CAPUT SECUNDUM TAALSTUDIE. Werkwoorden vervoegen

Vertaling Latijn Phoenix: De Bello Helveticum

Inhoud Jan Brams - Wendy Geerts - Eliane Lammens Wim Moreau - Philippe Moury

Voor jou! Dit boek is voor jou. Het gaat over God. En over God en jou samen. Over Gods liefde voor jou.

De imperativus... 2 De dativus... 2 Gebruik van de dativus... 2 De vocativus... 2 De Romeinse goden... 2 Tekst Tekst

De zin onderwerp gezegde Opdracht 1.

LATIJN IS DOOD. LANG LEVE LATIJN!

1 Tessalonicenzen 1. Begin van de brief

MANSIO PRIMA. A Woordenschat

BIJBELS GRIEKS LES 8

Eindexamen vwo Latijn 2013-I

LATIJN IS DOOD. LANG LEVE LATIJN!

Vraag Antwoord Scores

zondagmorgen 14 november 2010 Welkomkerk ds. W.H. Hendriks-Vogelaar

BIJBELS GRIEKS LES 5

Maak discipelen (leerlingen van Jezus)

Correctievoorschrift VWO 2012

Inhoud. Verantwoording. Waarom Latijn? Van niets tot wereldmacht.

Onze-Lieve-Vrouwlyceum Genk Lycipedia: Beter leren CAPUT QUARTUM TAALSTUDIE

Regel 4-6 Quo t/m videre In deze zin wordt het oordeel van Plinius over de belangstelling voor de wagenrennen onderstreept door een antithese.

Toon Uw heerlijkheid Opwekking 505

10 jaar NEGENUURGEBED maandag 9 januari 2017

Wit, Zwart, Rood en Geel. Wit, zwart, rood en geel Wit, zwart, rood en geel Jezus Houdt van alle kinderen Alle Kinderen van de wereld

Multatuli Saïdjah en Adinda Het beroemde liefdesverhaal uit Max Havelaar

De Rivier - Opwekking 459

ELO opdrachten les 13

Examen VWO. Latijn. tijdvak 2 dinsdag 19 juni uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

PINKSTEREN DRIE: Bokkie kopen!

Schrijf op wat je gelooft dat God wil met jouw leven. vandaag deze week maand jaar. Wat wil jij met je leven doen?

Vraag 96 : Wat eist God in het tweede gebod?

Examen VWO. Latijn. tijdvak 1 vrijdag 22 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

germaans volk), een sterke Franse groepering. Ze verkochten haar aan de Engelsen die haar beschuldigden van ketterij (het niet-geloven van de kerk).

Vraag Antwoord Scores

Kerk- en schooldienst met c.b.s. Smitshoek. Kom tevoorschijn! Palmzondag - 9 april uur. Voorganger: ds. Bert de Wit

Antwoorden Latijn Verbetering Atrium oef. p en p

Galaten 1. Begin van de brief

1p 1 Leg uit om welke reden Seneca dit zo stellig kan beweren. Baseer je antwoord op het voorafgaande (Hodierno t/m avocavit regel 1-2).

Analyseschema Tacitus Jaarboeken. Bron: Tacitus, P.C., Jaarboeken, vert. J.W. Meijer (Baarn 1990)

Eindexamen Latijn vwo 1999-I

Mannelijk Vrouwelijk Onzijdig de slaaf de meester het gevecht het land het beest enkelvoud nominativus genitivus accusativus

Eindexamen vwo Latijn II

God verlost Israël van de Amalekieten.

14 God ging steeds voor hen uit, overdag in een wolk, s nachts in licht en vuur.

Hervormde gemeente Brandwijk. Naam: Zondag 4 december 2011 Ds Blenk. Waar gaat de preek over? Zingen: Stil gebed. Votum en Groet. Zingen: Tien Geboden

BLIJF IN DE HERE! Liturgie:

Latijnse taal en cultuur

Efeziërs 1. Begin van de brief

De soldaten maken een geluid dat aansluit bij de muziek die ze maakten.

Waarom is het evangelie van Johannes geschreven?

Eh ja, zegt hij, dat kan ook.

WEBQUEST L6-02 oorlog & vrede

4 Heer, u hebt aan de mensen uw regels gegeven. Zo weet ik wat ik moet doen. 5 Ik wil leven volgens uw wetten, en dat volhouden, elke dag weer.

vraag 1 Geef aan of het onderstreepte werkwoord hulpwerkwoord, koppelwerkwoord of zelfstandig werkwoord is.

De steen die verhalen vertelt.

Eindexamen latijn vwo 2001-II

Examen VWO. Latijn. tijdvak 2 woensdag 17 juni uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

LESPAKKET ROMEINSE INVAL IN DE LAGE LANDEN

Werkwoorden zijn woorden die aangeven wat iets of iemand doet, is of wordt.

Correctievoorschrift VWO 2015

Eindexamen latijn vwo 2003-I

Ruimteviering in de sfeer van Taizé in vreugde en verdriet: "ik zie jou"

Examen VWO. Latijn. tijdvak 2 woensdag 19 juni uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Lesbrief bij Romeo is op Julia en Layla op Majnun

Zondag 26 oktober 2014, Hoflaankerk Bijbelzondag

GEZIN-SCHOOL-KERKDIENST VAN DE GROENLING op 12 februari 2017 in De Bron

DURVEN: Een Reis Van Hoop

Liturgie kinderdienst 18 februari 2018 Thema: Ik zorg voor jou Muziek: Young Company en Henk Kremer (orgel) Voorganger: Heidi Ebbers

Samen met Jezus op weg

Week van de opvoeding

25 april 2019 Bodegraven

2

De strijd van een christen

Bij het gekozen thema: Het verlangen van God heb ik mij in de afgelopen dagen afgevraagd wat is mijn verlangen naar God?

Overweging Bij de vergelijking van vrouwen gaat het om het gedrag van de vrouwen en niet om hun schoonheid.

Transcriptie:

Latijn herhaling grammatica Fortuna les 3 t/m 32 A Vertaal de zinnen en benoem Nr Zin Vertaling Benoeming 1 Custos e turri alta urbis veteris in flumen altum cecidit. 2 A plebe miserrima domus pulchrae mercatorum divitum incenduntur. 3 Arbores maximae saltuum vi ingenti tempestatum saepe caeduntur. 4 Plus pecoris, sed agros peiores habes quam ceteri agricolae. 5 Specie innocenti rerum pessimarum saepe fallimur. 6 Legiones Romanae impetu subito equitatus Gallorum non turbabunntur. 7 Ab omni cura et metu liber est animus sapientis. 8 Populus Romanus a regibus liberatus Brutum et Collatinum consules creavit. 9 Catalina, vir pessimus, a Cicerone, oratore optimo, in senatu proditionis accusatus est. De bewaker viel van de hoge toren van de oude stad en is in een diepe rivier gevallen. De mooie huizen van de rijke koopmannen worden in brand gestoken door het zeer ongelukkige volk. De zeer grote bomen van de bergwouden worden vaak door immense kracht van stormen geveld. Jij hebt meer vee, maar slechtere akkers dan de overige boeren. Wij worden vaak bedrogen door het onschuldige uiterlijk van zeer slechte zaken. De Romeinse legioenen zullen niet verstoord worden door de plotselinge aanval van de ruiterij van de Galliërs. De geest van elke wijze is vrij van alle zorg en angst. Nadat het Romeinse volk bevrijd was van de koningen, heeft het Brutus en Collatinus tot consuls verkozen. Catalina, een zeer slechte man, is door Cicero, de beste redenaar in de senaat beschuldigd van verraad. turri= abl ev vrl (na e) flumen = acc onz ev (na in) plebe = abl ev vrl (na a) domus = nom mv vrl (onderwerp) divitum = gen ev mnl (gen. subjectivus) Arbores = nom mv vrl (onderwerp) saltuum = gen mv mnl (gen. van bezig) ingenti = abl ev vrl (abl. van oorzaak) pecoris = gen ev onz (gen partitivus) peiores = acc mv mnl (lijdend voorwerp) specie = abl ev (oorzaak) impetu = abl ev (oorzaak) equitatus = gen ev (bezit) cura = abl ev (de + omni + cura; er staat geen en ) liber = nom ev (nwl deel v/h gezegde) regibus = abl mv (na a) Cicerone = abl ev (na a) proditionis = gen ev (aanvulling accusare)

10 Consilia optima et utilissima matrum non secutae videmini, puellae stultae! Jullie schijnen de zeer goede en nuttige plannen van de moeders niet te hebben opgevolgd, dwaze meisjes. Consilia = acc mv (lijdend voorwerp) puellae stultae = vocativus! Wat is er bijzonder aan divitum in zin 2? De normale uitgang is -ium (hier: -um) Wat is het verschil van a(b) in zin 7, 8 en 9? In zin 7 in de betekenis van weg, in zin 8 in de betekenis van bevrijd zijn van, in zin 9 in de betekenis van oorzaak ( door ). B Vertaal de zinnen en verklaar de conjunctivi Nr Zin Vertaling Verklaring conj. 11 Patriam semper defendamus! Laten wij altijd het vaderland verdedigen! 12 Ventus tam asper est, ut nautae navigare non audeant. 13 Hannibal equites ad castra miserat, ut explorarent quantae copiae nt. De wind is zo ruw, dat de matrozen niet durven te varen. Hannibal had (de) ruiters naar het legerkamp gestuurd, om te onderzoeken hoeveel troepen er waren. 14 Si me vocarent, venirem. Als zij me zouden roepen, zou ik komen. 15 Cum pater quaereret, ubi fuisset, nihil respondere potuit. 16 Mox nobis epistulam longam scribant! 17 Quare hoc opus grave susceperis, non intellego. 18 Si non fortiter pugnaremus, hostes urbem delerent. 19 Viatores caveant, ne a latronibus occidantur! 20 Legatos miserunt, qui pacem rogarent. Toen vader vroeg, waar hij was geweest, heeft hij niets kunnen antwoorden. Mogen zij ons weldra een lange brief schrijven! Ik begrijp niet, waarom jij dit zware werk op je hebt genomen. Als wij niet sterk zouden vechten, zouden de vijanden de stad verwoesten. Laten de reizigers oppassen, opdat zij niet worden gedood door struikrovers! Zij hebben gezanten gestuurd, om vrede te vragen. Conj. praesens: Adhortativus ut + conj. praesens (zodat; met tam: zo) ut + conj impf (opdat) conj. nt (impf): indirecte rede ( om te... er waren ) Conj. impf. (irrealis) Conj impf. met cum ('toen') Conj plqpf: indirecte rede (ubi fuisset) Conj. praesens: optativus Conj. pf. (indirecte rede) Conj. impf. (irrealis) Conj praesens caveant (adhortativus) occidantur (na ne) qui => doelaangevend Conjunctivus doelaangevend Conjunctivus definiërend => om te => die

C Vertaal de zinnen en benoem de voornaamwoorden Nr Zin Vertaling Benoeming 21 Neque ei neque patri eius verba tua placere videntur. 22 A quo equite equi isti domabuntur? NB: dit zijn wilde paarden! 23 Cui vestrum coniuratio horum virorum turpium nota erat? 24 Eis, qui vobis adfuerunt, semper grati este. vobis = dat., want ad + dat. 25 Quae est ea puella quacum soror tua loquitur? 26 Quodcumque rei publicae prodest, vobis quoque prodest, cives. 27 Si qua cura vexatur, amicos suos consulere non cunctatur. 28 Nullius regis divitiae maiores erant quam Croesi. 29 Neutrius aciei dux proelium incipere audebit. 30 Utriusque exercitus milites bellum finire cupiebant. Jouw woorden schijnen noch aan hem noch aan zijn vader te bevallen. Door welke ruiter zullen die (rot)paarden worden bedwongen? Bij wie van jullie was de samenzwering van deze schandelijke mannen bekend? Wees aangenaam voor hen, die jullie hielpen. Wie is dat meisje met wie jouw zus spreekt? Wat ook maar van voordeel is voor de staat, is ook voor jullie van voordeel, burgers. Als hij door een of andere zorg wordt gekweld, aarzelt hij niet om zijn vrienden te raadplegen. Van geen enkele koning was de rijkdom groter dan die van Croesus. De leider van geen van beide slaglinies (=> in nl mv!) zal het gevecht durven te beginnen. De soldaten van elk van beide legers verlanden de oorlog te beëindigen. ei = dat ev mnl quo = abl ev mnl isti = nom mv mnl Cui = dat ev mnl horum = gen mv mnl eis = dat mv mnl qui = nom mv mnl quae = nom ev vrl ea = nom ev vrl quacum = abl vrl ev tua = nom ev vrl bezittelijk vnw Quodcumque = nom ev onz qua = abl ev vrl Nullius = gen ev mnl Neutrius = gen ev mnl Utriusque = gen ev mnl

31 Neque ei, neque cuiquam vestrum hos libros legere licet, discipuli. 32 Nemini verba ista magis placent quam tibi ipsi. 33 Qui neminem amat, ipse a nullo amabitur. 34 Eum virum admiramini, cives, cuius audacia patria vestra liberata est. Noch aan hem, noch aan iemand van jullie is het toegestaan deze boeken te lezen, leerlingen. Aan niemand bevallen die (rot)woorden meer dan aan jou zelf. Hij die/ Wie van niemand houdt, zal zelf door niemand geliefd worden. Jullie bewonderen die man, burgers, door wiens dapperheid jullie vaderland is bevrijd. 35 Quot scelus fuit, talis poena erit. Wat de misdaad was, zodanig zal de straf zijn. 36 Quot homines tot sententiae. Zoveel mensen, zoveel meningen. 37 Aliquanta pars villae eorum incendio vastata videtur. 38 Nemo agros suos tali cura colit, quali frater tuus. 39 In schola eisdem libris utimur, quos parentes nostri iam legebant. 40 Tyrannus, cuius crudelitatem omnes verebamur, a iuvene audaci necatus est. Een aanzienlijk deel van hun landhuis schijnt door brand verwoest te zijn. Niemand bebouwt zijn akkers met zodanige zorg, als jouw broer. Op school gebruiken wij dezelfde boeken, die onze ouders al lazen. De tiran, wiens wreedheid wij allen vreesden, is door een dappere jongeman gedood. ei = dat ev mnl cuiquam = dat ev mnl Nemini = dat ev mnl ista = nom mv onz ipsi = dat ev mnl bepalend vnw Qui = nom ev mnl cuius = gen ev mnl quot = nom ev onz talis = nom ev vrl - Aliquanta = nom ev vrl Tali + quali = abl ev mnl signaalwoord van vergelijking/ - cuius = gen ev mnl audaci = abl ev mnl

D Vertaal de zinnen en geef aan om welke constructie het gaat Nr Zin Vertaling Constructie 41 Omnibus sociis fidem pollicitis Germani bellum gerere voluerunt. 42 Ridentibus ceteris sordidissima opera confecimus. 43 Patrem nos relicturum a matre audivimus. 44 Rex civibus multa crudelia fecisse visus est. 45 Amico de vita sua dubitanti dixit: Noli sic cogitare de vita tua. 46 Romani iuraverunt se omnem virum qui se regem appellaturus t, e patria fugaturos. 47 Consule profecto exercitus terrore maximo affectus est. 48 Milites magna praeda gavisi longorum itinerum obliti sunt. 49 Parentibus inter se loquentibus liberi tacuerunt. 50 Adventu auxiliorum spes hostium urbis potiendae aucta videtur. 51 Non tam corpore quam mente aeger videtur. Nadat alle bondgenoten trouw hadden beloofd, wilden de Germanen oorlog voeren. Terwijl de overigen lachten, voltooiden wij de zeer vuile werken. Wij hebben gehoord van moeder dat (onze) vader ons zal verlaten. Het scheen dat de koning aan de burgers veel wreedheden had gedaan. Hij zij tot zijn vriend, die twijfelde over zijn leven: Denk niet zo over jouw leven. De Romeinen hebben gezworen dat zij elke man die zich koning zou noemen, uit het vaderland zouden verdrijven. Nadat de consul was weggegaan, is het leger door grote angst aangedaan. De soldaten vergaten hun lange reizen, omdat zij verheugd waren door de grote buit. Omdat de ouders onderling spraken, zwegen de kinderen. Het schijnt dat de hoop op het bemachtigen van de vijanden vergroot is door de komst van de hulptroepen. Het schijnt dat hij niet zo ziek is van lichaam als van geest. Abl.abs: omnibus sociis pollicitis Abl.abs: ridentibus ceteris A.c.I: patrem relicturum N.c.I: rex fecisse Ppa: dubitanti A.c.I: se fugaturos Abl.abs: consule profecto Semi-deponens: gavisi Abl.abs: parentibus loquentibus N.c.I: spes aucta N.c.I: videtur (het)