Besluit. Melkveebedrijf Dunnink t.a.v. de heer K. Dunnink Vriescheweg RK PUNTHORST. Uw aanvraag om een vergunning voor de Natuurbeschermingswet

Vergelijkbare documenten
Het volgende stuk maakt onderdeel van de vergunning uit: de plattegrondtekening van de aangevraagde situatie d.d. 10 november 2010.

Ter bescherming van de aanwezige natuurwaarden en natuurschoon verbinden wij aan deze vergunning de volgende voorschriften:

Het volgende stuk maakt onderdeel van de vergunning uit: Plattegrondtekening van de aangevraagde situatie d.d met bladnummer NB-02.

Ter bescherming van de aanwezige natuurwaarden en natuurschoon verbinden wij aan deze vergunning de volgende voorschriften:

Ter bescherming van de aanwezige natuurwaarden en natuurschoon verbinden wij aan deze vergunning de volgende voorschriften:

Natuurbeschermingswet 1998; aanvraag gedeeltelijke intrekking Nbwet vergunning

Ter bescherming van de aanwezige natuurwaarden en natuurschoon verbinden wij aan deze vergunning de volgende voorschriften:

Besluit. Melkveebedrijf Knol Hoofdweg RC BALKBRUG. Natuurbeschermingswet: aanvraag vergunning. Geachte heer/mevrouw Knol,

Ter bescherming van de aanwezige natuurwaarden en natuurschoon verbinden wij aan deze vergunning de volgende voorschriften:

Ter bescherming van de aanwezige natuurwaarden en natuurschoon verbinden wij aan deze vergunning de volgende voorschriften:

Het volgende stuk maakt onderdeel van de vergunning uit: tekening aangevraagde situatie, zoals bij de aanvraag gevoegd.

Besluit. De heer H. Koersen Bosjessteeg RK IJSSELMUIDEN. Natuurbeschermingswet: aanvraag vergunning. Geachte heer Koersen,

Ter bescherming van de aanwezige natuurwaarden en natuurschoon verbinden wij aan deze vergunning de volgende voorschriften:

Het volgende stuk maakt onderdeel uit van de vergunning: plattegrondtekening d.d behorende bij de melding verplaatsen inrichting.

Besluit. Klussenbedrijf Smelt t.a.v. de heer J. Smelt Harmsenweg EE VRIEZENVEEN. Natuurbeschermingswet: aanvraag vergunning

De aanvraag inclusief bijlagen maakt onderdeel uit van deze vergunning.

Besluit. Maatschap Kroes t.a.v. de heer D.J. Kroes Nieuwe Wetering PC MASTENBROEK. Uw aanvraag om een vergunning voor de Natuurbeschermingswet

Besluit. De heer L.L.M. Kortier Kortenroelefsweg PP HAAKSBERGEN. Natuurbeschermingswet: aanvraag vergunning. Geachte heer Kortier,

Ter bescherming van de aanwezige natuurwaarden en natuurschoon verbinden wij aan deze vergunning de volgende voorschriften:

Besluit. De heer D.J. Abbink Deventerweg 75a 7451 MC HOLTEN. Natuurbeschermingswet: aanvraag vergunning. Geachte heer Abbink,

Wij wijzigen uw vergunning van 20 februari 2014, zoals u heeft aangevraagd.

Het volgende stuk maakt onderdeel van de vergunning uit: De technische tekening van de aangevraagde situatie, d.d. 15 januari 2004.

provincie ^yg rjj55g Besluit Maatschap H. Groen en A. Groen-Pouwels t.a.v. de heer H. Groen Bramenweg LM NIJEVEEN

Natuurbeschermingswet 1998; aanvraag gedeeltelijke intrekking Nbwet vergunning

Onderwerp: Natuurbeschermingswet 1998; aanvraag gedeeltelijke intrekking Nbwet vergunning

Besluit. H.T. Borstlap de heer H.T. Borstlap Schuineslootweg ST SCHUINESLOOT. Onderwerp: Natuurbeschermingswet 1998; aanvraag vergunning

Besluit. Maatschap Sleiderink T.a.v. de heer H.J.M. Sleiderink Harbertweg RD BEUNINGEN. Natuurbeschermingswet: aanvraag vergunning

Het volgende stuk maakt onderdeel van de vergunning uit: De technische tekening van de aangevraagde situatie, d.d. 19 november 2003.

1. Het bedrijf moet in werking zijn in overeenstemming met onderstaande tabel:

veriissel provincie Besluit Fok en Vleesvarkensbedrijf Veldkamp t.a.v. de heer J. Veldkamp Krieghuisweg 2a 8102 SV RAALTE

Besluit. Kremer Diffelen de heer G.B.G. Kremer Grote Esweg DG DIFFELEN. Onderwerp: Natuurbeschermingswet 1998; aanvraag vergunning

Besluit. Maatschap J.W. H. en J. Rietman-Vos t.a.v. mevrouw J. Rietman-Vos Nieuwe Wetering PC MASTENBROEK

Natuurbeschermingswet 1998; aanvraag gedeeltelijke intrekking Nbwet vergunning

Besluit. Maatschap Nijhof de heer Nijhof Oude Boekeloseweg SH HAAKSBERGEN. Natuurbeschermingswet: aanvraag vergunning. Geachte heer Nijhof,

Besluit. Maatschap Schutte t.a.v. M.A.M. Schutte Beekzijdeweg RV VASSE. Natuurbeschermingswet: aanvraag vergunning

Besluit. Melkveebedrijf Aaftink C.V. t.a.v. de heer Aaftink Dorperdijk 2 te Holten 7451 MK HOLTEN. Natuurbeschermingswet: aanvraag vergunning

Wij vervangen voorschrift 1 van de vergunning van 3 juli 2013 kenmerk 2013/ door:

Onderwerp: Natuurbeschermingswet 1998; aanvraag gedeeltelijke intrekking NBwet vergunning

Besluit. Berends Melkveehouderij bedrijf de heer J.R.A. Berends Echelpoelweg KK WEERSELO

Besluit. De heren H.J.W. en F. Veltkamp en mevrouw J.A. Veltkamp-Hammink Stokkumervlierweg PK MARKELO

Natuurbeschermingswet 1998; aanvraag gedeeltelijke intrekking Nbwet vergunning

Onderwerp: Natuurbeschermingswet 1998; aanvraag gedeeltelijke intrekking Nbwet-vergunning

Het volgende stuk maakt onderdeel uit van de vergunning: technische tekening, tekeningnummer , M01, blad 1 en 2, d.d. 2 mei 2014.

Ter bescherming van de aanwezige natuurwaarden en natuurschoon verbinden wij aan deze vergunning de volgende voorschriften:

Onderwerp: Natuurbeschermingswet 1998; aanvraag gedeeltelijk intrekking Nb-wet vergunning

Besluit. V.O.F. Schrotenboer Radewijkerweg RH RADEWIJK. Natuurbeschermingswet: aanvraag vergunning. Geachte heer / mevrouw Schrotenboer,

Het volgende stuk maakt onderdeel uit van de vergunning: de technische tekening van de aangevraagde situatie, d.d

Wij wijzigen uw vergunning van 27 februari 2013 (kenmerk 2013/ ), zoals u heeft aangevraagd.

Natuurbeschermingswet 1998; verzoek gedeeltelijke intrekking Nbwet vergunning

Onderwerp: Natuurbeschermingswet 1998; aanvraag gedeeltelijke intrekking Nbwet vergunning

Besluit. De heer N.A.H.H. Katier Rapperdsweg 1 a 7495 SK AMBT DELDEN. Natuurbeschermingswet 1998: aanvraag vergunning. Geachte heer Katier,

1. Het bedrijf moet in werking zijn in overeenstemming met onderstaande tabel:

1. Het bedrijf moet in werking zijn in overeenstemming met onderstaande tabel:

De heer G. Wolf Staarmansweg SK SLAGHAREN. Natuurbeschermingswet: aanvraag vergunning. Geachte heer Wolf,

1. Het bedrijf moet in werking zijn in overeenstemming met onderstaande tabel:

1. Het bedrijf moet in werking zijn in overeenstemming met de onderstaande tabel.

Besluit. De heer L.B. Koggel Vilsterse Allee PB Vilsteren. Natuurbeschermingswet: aanvraag vergunning. Geachte heer Koggel,

1. Het bedrijf moet in werking zijn in overeenstemming met onderstaande tabel:

Besluit. B.E.G. ten Doeschot Woolderesweg LR HENGELO (OV) Onderwerp: Natuurbeschermingswet 1998; aanvraag vergunning

1. Het bedrijf moet in werking zijn in overeenstemming met onderstaande tabel:

Besluit. Maatschap H. en R.H. Drenten de heer H. Drenten De Meene 4 A 7779 DC HOLTHONE. Onderwerp: Natuurbeschermingswet 1998; aanvraag vergunning

Besluit. Melkveebedrijf A.K. Schilder de heer A.K. Schilder Kardoezenweg AW KAMPEN. uw aanvraag om een vergunning voor de Natuurbeschermingswet

2 e ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND. Artikel 19d, 19e en 19kd lid 1 onder b

Ter bescherming van de aanwezige natuurwaarden en natuurschoon verbinden wij aan deze vergunning de volgende voorschriften:

Besluit. De heer H.J. van Laar Veldingerveldweg BE DEN VELDE. Natuurbeschermingswet: aanvraag vergunning. Geachte heer Van Laar,

Besluit. H.E.R. Schoonvelde en I. Schoonvelde-Slagter de heer H.E.R. Schoonvelde Schoonveldeweg PH KOEKANGE

Besluit. V.O.F. Schutte Agri t.a.v. de heer T. Schutte Brenderweg NV HOLTEN. Onderwerp: Natuurbeschermingswet 1998; aanvraag vergunning

Het volgende stuk maakt onderdeel uit van de vergunning: technische tekening Plattegrondtekening met melkrobot + bordes, d.d

Besluit. Maatschap K.C. & M. de Boer-Meinardi T.a.v. de heer K.C. de Boer Bramenweg LM NIJEVEEN. Natuurbeschermingswet: aanvraag vergunning

website - 47-RO ab.doc Pagina 1

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

verijssel provincie Besluit Baak Pluimvee B.V. t.a.v. de heer J.M.M. Baak Baksweg NG BELTRUM Natuurbeschermingswet: aanvraag vergunning

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

Het volgende stuk maakt onderdeel van de vergunning uit: tekening van de gewijzigde aangevraagde situatie met kenmerk B-S3.688.

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

Ter bescherming van de aanwezige natuurwaarden en natuurschoon verbinden wij aan deze vergunning de volgende voorschriften:

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

Besluit. G.J.M. Oude Lenferink Beheer B.V. de heer G.J.M. Oude Lenferink Oldenzaalseweg LH FLERINGEN

: Vergunning ex art. 19d Natuurbeschermingswet 1998 Pluimveehouderij De Haan, Zevenhuizen (Bakkeveense Duinen)

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN DRENTHE INZAKE VERGUNNING OP BASIS VAN ARTIKEL 19D VAN DE NATUURBESCHERMINGSWET 1998 (NB-WET 1998)

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

Besluit. v.o.f. Eeltink de heer J. Eeltink Hagenweg SX AMBT DELDEN. Onderwerp: Natuurbeschermingswet 1998; aanvraag vergunning

Besluit. De heer G. Schutte Molenweg RE HAARLE. Natuurbeschermingswet: aanvraag vergunning. Geachte heer Schutte,

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

Geachte heer / mevrouw Deiman-Ottens,

De motivering voor ons besluit is in bijlage 1 (overwegingen) en bijlage 2 (bijlage AERIUS Register 3 ) weergegeven.

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

Transcriptie:

Luttenbergstraat 2 Postbus 10078 8000 GB Zwolle Telefoon 038 499 88 99 Fax 038 425 48 88 overijssel.nl postbus@overijssel.nl RABO Zwolle 39 73 41 121 Melkveebedrijf Dunnink t.a.v. de heer K. Dunnink Vriescheweg 3 7715 RK PUNTHORST Inlichtingen bij Mw Özlem Uzgu telefoon 038 499 76 65 o.uzgu@overijssel.nl Zaaknummer Z-HZ_NB-2011-003721 Uw aanvraag om een vergunning voor de Natuurbeschermingswet 1 Geachte heer Dunnink, Op 28 april 2011 hebben wij een aanvraag om vergunning ex art. 19d Natuurbeschermingswet 1998 (verder Nbwet) van u ontvangen 1. De aanvraag betreft uitbreiding van de melkveehouderij aan de Vriescheweg 3 te Punthorst. U ontvangt hierbij ons besluit op uw aanvraag. Besluit Op grond van onze overwegingen, zoals in bijlage 1 weergegeven, besluiten wij een vergunning ex artikel 19d in het kader van de Nbwet te verlenen aan de heer K. Dunnink voor uitbreiding van de melkveehouderij naar 128 melkkoeien (Rav-code A1.100.1), 94 stuks vrouwelijk jongvee (Rav-code A3) en 1 fokstier (Rav-code A7) in de omgeving van de Natura 2000-gebieden Olde Maten en Veerslootslanden, `Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht en `De Wieden. De volgende stukken zijn onderdeel van de vergunning: de aanvraag voorzien van ons kenmerk 2011/0085457; aanvullende gegevens, ontvangen d.d. 9 september 2011 met kenmerk 2011/0164283; Aanvullende gegevens ontvangen d.d 14 oktober 2011 met kenmerk 2011/0215861. De vergunning wordt verleend voor onbepaalde tijd. 1 EDO-kenmerk 2011/0085457 Bijlagen Bijlage 1 verzending

Ter bescherming van de aanwezige natuurwaarden en natuurschoon verbinden wij aan deze vergunning de volgende voorschriften: Algemeen 1. Op het bedrijf van Melkveehouderij Dunnink, Vriescheweg 3 te Punthorst mogen maximaal de dierenaantallen aanwezig zijn zoals vermeld in de aanvraag en bijbehorende stukken, te weten: Diersoort Aantal Dieren RAV-code Emissiefactor Kg/ NH 3 /jaar Totale emissie in kg NH 3 / jaar Melkkoeien 128 A1.100.1 9,5 1.216,0 Vrouwelijk jongvee 94 A3 3,9 366,6 Fokstieren 1 A7 9,5 9,5 2 Totaal 1.592,1 2. Vergunninghouder dient door middel van een registratie, zoals bedoeld in Regeling identificatie en registratie dieren 2003 en/of aanvulling dan wel de opvolger van genoemde regeling, aan te tonen dat de in de bovenstaande voorwaarde genoemde emissies niet worden overschreden als gevolg van toename van de dieraantallen. 3. De start en de oplevering van de bouwwerkzaamheden van de nieuwe stal moeten een week van te voren worden gemeld bij het Meldpunt van provincie Overijssel (tel.nr. 038 425 24 23), onder vermelding van de naam van het betrokken Natura 2000-gebied, de naam van de locatie en het kenmerk van de vergunning. 4. Uiterlijk per 1 januari 2028 dient het bedrijf als geheel gemiddeld per dierplaats een emissiewaarde bereikt te hebben overeenkomstig de vereisten zoals verwoord in het Beleidskader Natura 2000 en stikstof voor veehouderijen. Wanneer de houder van de vergunning handelt in strijd met de voorschriften, kan deze vergunning op grond van artikel 43 lid 2 Nbwet worden gewijzigd of ingetrokken. Afschriften Afschriften van dit besluit worden verzonden aan het ministerie van Economische Zaken, Landbouw & Innovatie, directie Regionale Zaken, regio Oost en Burgemeester en Wethouders van Staphorst. Met vriendelijke groet, namens Gedeputeerde Staten van Overijssel, Patricia Weenink-Driessen, teamleider Vergunningverlening

Niet mee eens? Als u het niet eens bent met dit besluit kunt u binnen zes weken na de datum van verzending van dit besluit bezwaar maken bij Gedeputeerde Staten van Overijssel. Hoe u dat moet doen kunt u hieronder lezen. Rechtsmiddel Binnen zes weken, ingaand op de dag na de datum van verzending van dit besluit, kan een belanghebbende een bezwaarschrift indienen bij Gedeputeerde Staten van Overijssel, team Juridische Zaken, postbus 10078, 8000 GB Zwolle (telefoon 038-499 93 05). Het bezwaarschrift dient te worden ondertekend en bevat in ieder geval: a. de naam en het adres van de indiener; b. de dagtekening; c. een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar is gericht; d. de gronden van het bezwaar. 3 U kunt het bezwaarschrift ook per elektronisch formulier verzenden. Dit formulier kunt u vinden op www.provincie.overijssel.nl/bezwaarschriften. Voor de behandeling van een bezwaarschrift bij de provincie Overijssel is geen griffierecht verschuldigd. Voor inlichtingen over de bezwaarprocedure kunt u zich wenden tot de provinciaal medewerker die bij het besluit is vermeld. Indien onverwijlde spoed dat vereist is het mogelijk een voorlopige voorziening te vragen bij de Voorzitter van de Afdeling Bestuursrechtspraak. In dat geval is griffierecht verschuldigd. Voorwaarde is dat u een bezwaarschrift heeft ingediend. Bijlagen: Bijlage 1 Overwegingen bij het besluit

Overwegingen bij het besluit Bijlage 1 Deze vergunning bestaat uit het besluit en de overwegingen. In deze bijlage zijn de overwegingen opgenomen. Het besluit en de overwegingen zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. De overwegingen zijn als volgt opgebouwd: A WEERGAVE VAN DE FEITEN A1 Vergunningaanvraag A1.1 Projectomschrijving A1.2 Periode A1.3 Onderliggende documenten A1.4 Aanvullende gegevens A1.5 Aanvraag en Natura 2000 A2 Bevoegdheid 4 A3 Procedure A3.1 Zienswijzen A3.2 Verlengen beslistermijn A3.3 Coördinatie met andere wetgeving A3.4 Betrokkenheid andere provincie bij Natura 2000-gebied A4 Vergunningplicht B TOETSING B1 Wettelijk kader B1.1 Natuurbeschermingswet B1.2 Overig relevant beleid B2 Inhoudelijke beoordeling B3 Zienswijzen B3.1 Bespreking van ingediende zienswijzen C SLOTCONCLUSIE

A A1 WEERGAVE VAN DE FEITEN Vergunningaanvraag A1.1 Projectomschrijving De aanvraag betreft uitbreiding van het veebestand van de melkveehouderij aan de Vriescheweg 3 te Punthorst. Hiertoe wordt de bestaande ligboxenstal verlengd en wordt tevens een nieuwe jongveestal gebouwd. Een overzicht van het aangevraagde veebestand is in tabel 1 weergegeven. 5 Tabel 1: aangevraagde situatie Diersoort Aantal Dieren RAV-code Emissiefactor Kg/ NH 3 /jaar Totale emissie in kg NH 3 / jaar Melkkoeien 128 A1.100.1 9,5 1.216,0 Vrouwelijk jongvee 94 A3 3,9 366,6 Fokstieren 1 A7 9,5 9,5 totaal 1.592,1 A1.2 Periode De vergunning wordt aangevraagd voor onbepaalde tijd. A1.3 Onderliggende documenten Voor de beoordeling van de aanvraag zijn de volgende documenten meegezonden: Melding besluit landbouw milieubeheer 14 juni 2000. Melding besluit landbouw milieubeheer april 2011, inclusief technische tekening stal(len). Meitellingen bedrijf Dunnink 2004, 2005, 2008, 2009 en 2010. Administratieve aantallen Dunnink 1 februari 2009. Coördinaten emissiepunten bedrijf Dunnink. Coördinaten gevoelige locaties Natura 2000-gebieden. AAgro-Stacks depositieberekening Dunnink dieraantallen 7 december 2004, randen Natura 2000-gebieden. Omgevingsvergunning bedrijf Hulsegge 10 april 2001. Intrekkingsverzoek gedeeltelijke omgevingsvergunning bedrijf Hulsegge d.d. 2 april 2011. Gecombineerde opgaven/ LEI-tekkingen bedrijf Hulsegge 2000-2009. Verklaring Hulsegge feitelijke dieraantallen per 1 februari 2009. Koopovereenkomst ammoniak emissierechten Hulsegge Dunnink. Tevens hebben we de volgende (aanvullende) documenten betrokken bij onze beoordeling: Gecorrigeerde AAgro-Stacks depositieberekening Dunnink dieraantallen 7 december 2004. AAgro-Stacks depositieberekening Dunnink gewenste situatie. Coördinaten emissiepunten. Coördinaten gevoelige locaties. Intrekkingsbesluit gemeente Raalte d.d. 5 juli 2011 van de gedeeltelijke omgevingsvergunning van bedrijf Hulsegge. Melding besluit landbouw milieubeheer bedrijf Hulsegge d.d. 6 juli 2011. Accountantsverklaring d.d. 22 augustus 2011 betreffende dieraantallen bedrijf Hulsegge d.d. 1 februari 2009. Technische tekening stal(len) bedrijf Dunnink 2000.

Technische tekening stal(len) bedrijf Hulsegge 2000. Milieuvergunning bedrijf Dunnink d.d. 23 maart 1999. A1.4 Aanvullende gegevens Op 28 juli 2011 zijn aanvullende gegevens gevraagd. Deze gegevens zijn op 9 september 2011 ontvangen en ingeboekt onder nummer 2011/0164283. Additioneel zijn aanvullende gegevens ontvangen op 14 oktober en ingeboekt onder nummer 2011/0215861. A1.5 De aanvraag en de Natura 2000-gebieden Uw bedrijf heeft invloed op verschillende Natura 2000-gebieden, te weten Olde Maten en Veerslootslanden, `Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht en `De Wieden. Van deze gebieden ligt het Natura 2000-gebied Olde Maten en Veerslootslanden op een afstand van circa 6.700 meter het dichtst bij uw bedrijf. A2 Bevoegdheid 6 Uitgangspunt bij de Nbwet (art. 2) is, dat Gedeputeerde Staten van de provincie, waarin beschermde natuurmonumenten en/of Natura 2000-gebieden geheel of grotendeels liggen, bevoegd zijn te beslissen over vergunningaanvragen ex art. 16 en art. 19d Nbwet. Art. 2a van de Nbwet bepaalt, dat, als de aanvraag betrekking heeft op een handeling of project die hoofdzakelijk gevolgen kan hebben voor een deel van een beschermd natuurmonument of Natura 2000-gebied dat binnen de grenzen van één provincie ligt, dan beslissen GS van de provincie waarin dat deel ligt. De Natura 2000-gebieden Olde Maten en Veerslootslanden en `Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht, liggen volledig op het grondgebied van provincie Overijssel, zodat wij bevoegd zijn om te beslissen op de vergunningaanvraag. De stikstofdepositie vanuit uw bedrijf heeft met name effecten op dat deel van het Natura 2000-gebied De Wieden dat op het grondgebied van provincie Overijssel ligt, zodat wij bevoegd zijn om te beslissen op de vergunningaanvraag. A3 Procedure De vergunningprocedure is uitgevoerd in overeenstemming met het bepaalde in hoofdstuk VIII van de Nbwet en de hiervoor relevante artikelen van de Algemene wet bestuursrecht. A3.1 Zienswijze Naar aanleiding van uw aanvraag zijn een afschrift van uw aanvraag alsmede de ontvangstbevestiging, op grond van artikel 44, lid 2, Nbwet, naar het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Staphorst en het ministerie van Economische Zaken, Landbouw & Innovatie, Directie Regionale zaken regio Oost gestuurd. Op basis van artikel 44, lid 3, Nbwet is het college van burgemeester en wethouders gedurende een termijn van 8 weken in de gelegenheid gesteld over deze aanvraag hun zienswijze kenbaar te maken. Onder B3 wordt nader ingegaan op de ingebrachte zienswijzen en onze reactie.

A3.2 Verlengen beslistermijn Wij hebben op 30 juni 2011, middels een brief met kenmerk 2011/0122616, besloten om de beslistermijn op de aanvraag te verlengen met 13 weken (artikel 42, lid 2, Nbwet). Dit besluit is kenbaar gemaakt aan de aanvrager en aan Burgemeester en Wethouders van Staphorst. A3.3 Coördinatie met andere wetgeving U heeft geen gebruik gemaakt van de mogelijkheid om één van de betrokken bestuursorganen schriftelijk te verzoeken om coördinatie van besluitvorming (artikel 19ka, lid 2, Nbwet). Wij wijzen u erop, dat voor de door u te verrichten activiteit, voor zover ons bekend, ook de navolgende op aanvraag te nemen besluiten nodig zijn (artikel 19ka, lid 1, Nbwet): Naam wet en van toepassing zijnde artikel Flora- en faunawet, artikel 75 Bevoegd bestuursorgaan en adres Dienst Regelingen, Team vergunningen en ontheffingen uitvoering, Postbus 19530, 2500 CM Den Haag Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, artikel 2.1 Gemeente Staphorst, Postbus 2 7950 AA Staphorst 7 A3.4 Betrokkenheid andere provincie De Natura 2000-gebieden Olde Maten en Veerslootslanden en `Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht liggen volledig binnen de begrenzing van provincie Overijssel. Er is geen sprake van een provinciegrens overschrijdend effect binnen één beschermd gebied. Overeenstemming met een andere provincie is in dit geval niet aan de orde. De effecten van stikstofdepositie vanuit uw bedrijf beïnvloeden zowel de gebiedsdelen van het Natura 2000-gebied De Wieden die op het grondgebied van provincie Overijssel, als delen die op het grondgebied van provincie Flevoland liggen. Om vergunning te verlenen is instemming van Gedeputeerde Staten van de provincie Flevoland noodzakelijk. Gedeputeerde Staten van provincie Flevoland heeft geen gebruik gemaakt van de mogelijkheid in te stemmen met ons voornemen om voorliggende vergunning te verlenen. A4 Vergunningplicht Op basis van de aanvraag en de daarbij behorende bijlagen en tekeningen hebben we beoordeeld of de door u aangevraagde bedrijfsveranderingen vergunbaar zijn. Wij hebben geconstateerd dat er geen sprake is van een project of handeling conform een vastgesteld beheerplan. Verder is er geen sprake van bestaand gebruik, overeenkomstig art. 1 van de wet. De activiteit is vergunningplichtig in het kader van art. 19d Nbwet.

B B1 TOETSING Wettelijk kader en beleid B1.1 Natuurbeschermingswet 1998 Natura 2000-gebieden Artikel 19d, lid 1, van de Nbwet bepaalt dat het verboden is zonder vergunning, of in strijd met aan een dergelijke vergunning verbonden voorschriften of beperkingen, projecten of andere handelingen te realiseren c.q. te verrichten die, gelet op de instandhoudingdoelstelling, de kwaliteit van de natuurlijke habitats en de habitats van soorten in een Vogel- en/of Habitatrichtlijngebied kunnen verslechteren of een verstorend effect kunnen hebben op de soorten waarvoor het gebied is aangewezen. Zodanige projecten of andere handelingen zijn in ieder geval projecten of handelingen die de natuurlijke kenmerken van het desbetreffende gebied kunnen aantasten. 8 Artikel 19e van de Nbwet bepaalt dat Gedeputeerde Staten van de provincie bij het verlenen van een vergunning op basis van artikel 19d, lid 1, van de Nbwet rekening houden met: a. de gevolgen die een project of andere handeling, waarop de vergunningaanvraag betrekking heeft, gelet op de instandhoudingsdoelstelling, met uitzondering van de doelstellingen, bedoeld in artikel 10a, derde lid, kan hebben voor een Natura 2000- gebied; b. een op grond van artikel 19a of artikel 19b vastgesteld beheerplan, en c. vereisten op economisch, sociaal en cultureel gebied, alsmede regionale en lokale bijzonderheden. Artikel 19f bepaalt dat aanvrager een passende beoordeling maakt van de gevolgen van een project voor het gebied voordat Gedeputeerde Staten een besluit nemen over het verlenen van een vergunning als bedoeld in artikel 19d, eerste lid, die niet direct verband houdt met of nodig zijn voor het beheer van een Natura 2000-gebied maar die, afzonderlijk of in combinatie met andere projecten of plannen, significante gevolgen kunnen hebben voor het desbetreffende gebied. Daarbij wordt rekening gehouden met de instandhoudingsdoelstelling, met uitzondering van de doelstellingen, bedoeld in artikel 10a, derde lid, van dat gebied. Er is geen passende beoordeling noodzakelijk indien de aangevraagde situatie (een wijziging of uitbreiding) niet leidt tot een verhoging van de stikstofdepositie ten opzichte van de milieuvergunde situatie voordat het gebied op de lijst van gebieden van communautair belang werd geplaatst (Habitatrichtlijngebieden), dan wel voordat een aanwijzing als speciale beschermingszone in de zin van de Vogelrichtlijn (Vogelrichtlijngebieden) van kracht werd. Indien er geen toename in stikstofdepositie is ten opzichte van de aanwijzingsdatums van Vogel- en Habitatrichtlijngebieden, is geen passende beoordeling noodzakelijk, een vergunning blijft echter wel noodzakelijk. Artikel 19kd, lid 1, bepaalt dat bij besluiten over het verlenen van een vergunning als bedoeld in artikel 19d, eerste lid, het bevoegd gezag niet de gevolgen betrekt die een handeling kan hebben door het veroorzaken van stikstofdepositie op voor stikstof gevoelige habitats in een Natura 2000-gebied in de volgende gevallen: a. de handeling is gebruik dat op 7 december 2004 werd verricht en is sedertdien niet of niet in betekenende mate gewijzigd, en heeft sedertdien per saldo geen toename van stikstofdepositie op de voor stikstof gevoelige habitats in een Natura 2000-gebied veroorzaakt;

b. de handeling is een activiteit die na 7 december 2004 is begonnen, of een gebruik dat na 7 december 2004 in betekenende mate is gewijzigd, waarbij is verzekerd dat, in samenhang met voor die activiteit getroffen maatregelen, de stikstofdepositie op de voor stikstof gevoelige habitats in een Natura 2000-gebied als gevolg van die activiteit of dat gebruik per saldo niet is toegenomen of zal toenemen. B1.2 Overig relevant beleid Beleidskader Natura 2000 en stikstof voor veehouderijen Gedeputeerde Staten van Overijssel hebben op 13 april 2010 het beleidskader Stikstof en Natura 2000 voor veehouderijen (vanaf hier: beleidskader stikstof) vastgesteld. Hierin is ontwikkelruimte uitgewerkt van individuele veehouderijen. We voorzien in een samenhangende aanpak voor alle veehouderijen in Overijssel, die leidt tot een daling van de stikstofdepositie. 9 De aanpak die is uitgewerkt in het beleidskader stikstof vermindert de depositie van veehouderijen in Overijssel gemiddeld met 30%. De benodigde afname van stikstofdepositie kan niet door één bedrijf worden gerealiseerd. Gezien de relatief beperkte invloed van de agrarische bedrijven in Overijssel zelf op de achtergronddepositie, zijn de mogelijkheden binnen onze provincie om de depositie op een ecologisch gewenst niveau terug te dringen beperkt. Het beleidskader leidt tot een proportionele vermindering van stikstofdepositie vanuit de veehouderij binnen Overijssel. In het beleidskader is uitgewerkt hoe dit per Natura 2000- gebied uitwerkt. Met het beleidskader stikstof is een gegarandeerde daling van de stikstofdepositie in gang gezet. Daarmee kan achteruitgang van de kwaliteit van voor stikstofgevoelige habitattypen worden uitgesloten. Een daling van de depositie op habitattypenniveau is gegarandeerd door de eisen die wij stellen aan uitbreidingen door middel van intern en/of extern salderen. Dit wordt versterkt doordat in het kader van de PAS de stikstofdepositie verder omlaag zal moeten worden gebracht tot een niveau waarbij de instandhoudingsdoelstellingen kunnen worden gerealiseerd. Na drie jaar wordt de totale aanpak geëvalueerd en wordt op basis van de monitoringsrapportage bepaald of de drempelwaarde moet worden aangepast. Programmatische Aanpak Stikstof voorlopig programma Gedeputeerde Staten hebben bij brief van 27 april 2010 (kenmerk 2010/0072884) alle gebieden aangemeld voor opname in de Programmatische Aanpak Stikstof, zoals bedoeld in artikel 19 kg van de Nbwet. Via de Programmatische Aanpak Stikstof moet de depositie afkomstig van veehouderijen buiten Overijssel en van verkeer en industrie dalen tot een niveau waarbij de instandhoudingsdoelstellingen kunnen worden gerealiseerd.

B2 Inhoudelijke beoordeling Effecten op Natura 2000-gebieden De aangevraagde activiteiten hebben een (mogelijke) negatieve invloed op de aanwezige habitattypen en/of soorten in omliggende Natura 2000-gebieden voor wat betreft de factoren verzuring en vermesting. Hieronder wordt uw aanvraag getoetst aan de beoordelingskaders vanuit de Nbwet en de beleidsregel stikstof van provincie Overijssel. Stap 1: Toets aan artikel 19f Rondom uw bedrijf bevinden zich meerdere voor stikstof gevoelige Natura 2000-gebieden. Aangezien uw bedrijf stikstof uitstoot en de achtergronddepositie van stikstof hoger is dan de kritische depositiewaarden van de betrokken gebieden zijn significant negatieve effecten op voorhand niet uit te sluiten. Overeenkomstig art 19f is een passende beoordeling dan aan de orde. 10 Uit jurisprudentie blijkt dat er uitzonderingen zijn voor die gevallen, waarbij de stikstofdepositie niet toeneemt ten opzichte van de situatie op het tijdstip van aanwijzing 2 van een beschermd gebied. In die situatie is een passende beoordeling niet noodzakelijk en kan vergunning worden verleend. Voor alle Habitatrichtlijngebieden in Overijssel gaat het dan om de datum van 7 december 2004. De aanwijzingen als Vogelrichtlijngebied zijn in Overijssel van oudere datum. Uw bedrijf heeft invloed op beschermde gebieden die zijn aangewezen in het kader van de Habitatrichtlijn. Op de datum van het plaatsen van de Habitatrichtlijngebieden op de lijst van communautaire belang had u een Milieuvergunning, afgegeven op 23 maart 1999. In tabel 2 zijn de milieuvergunde aantallen dieren op 7 december 2004 weergegeven. Uw bedrijf heeft, naast invloed op Habitatrichtlijngebieden, tevens invloed op twee Vogelrichtlijngebieden, te weten Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht en De Wieden. Deze gebieden zijn beiden op 24 maart 2000 door de Minister van Landbouw, Natuur en Visserij, thans Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie (hierna te noemen EL&I), aangewezen als Vogelrichtlijngebieden. Op de datum van aanwijzing van deze gebieden had u een Milieuvergunning, afgegeven op 23 maart 1999. In tabel 2 zijn de milieuvergunde aantallen dieren op 24 maart 2000 weergegeven. Deze zijn gelijk aan de milieuvergunde aantallen dieren op 7 december 2004. 2 Voor speciale beschermingszones in de zin van de Vogelrichtlijn, die zijn aangewezen voor afloop van de omzettingstermijn van de Habitatrichtlijn gelden de bepalingen van artikel 6, tweede, derde en vierde lid, van de Habitatrichtlijn vanaf 10 juni 1994

Tabel 2 Vergunde aantal dieren op 24 maart 2000 en op 7 december 2004 Diersoort Aantal Dieren RAV-code Emissiefactor Kg/ NH 3 /jaar Totale emissie in kg NH 3 / jaar Melk- en kalfkoeien 77 A1.100.1 9,5 731,5 Vrouwelijk jongvee 71 A3 3,9 276,9 vleesstieren 1 A6 7,2 7,2 Totaal 1.015,6 Conclusie: Uit de bovenstaande gegevens blijkt dat, gezien de aanzienlijke toename in ammoniakemissie in de aangevraagde situatie (tabel 1) ten opzichte van die op 24 maart 2000 en die op 7 december 2004 (tabel 2), met zekerheid gesteld kan dat de aangevraagde situatie op zowel Habitat- als Vogelrichtlijngebieden tot een toename in stikstofdepositie leidt. U valt daarmee niet onder de uitzonderingen op art. 19f. 11 Stap 2: Toets aan artikel 19kd Natuurbeschermingswet 1998 In de Nbwet zijn regels opgenomen met betrekking tot vergunningverlening en stikstofdepositie. Deze regels hebben betrekking op Natura 2000-gebieden die op de Europese lijst van communautair belang zijn geplaatst of zijn aangewezen op of na 7 december 2004. Wij hebben uw aanvraag aan deze regels getoetst (art. 19kd Nbwet). Vergelijking van de gegevens in tabel 2 (vergunde situatie op 7 december 2004) en die in tabel 1 (aangevraagde situatie) laat zien dat de ammoniakemissie in de aangevraagde situatie aanzienlijk toeneemt ten opzichte van die in de vergunde situatie op 7 december 2004. Hierdoor kan met zekerheid gesteld dat de stikstofdepositie in de nieuwe situatie toeneemt ten opzichte van die in de situatie van 7 december 2004. U valt daardoor niet onder de bepalingen van artikel 19kd. Hoewel u niet onder de uitzonderingen valt voor art. 19f is een afzonderlijke passende beoordeling in Overijssel niet aan de orde vanwege ons Beleidskader Natura 2000 en stikstof voor veehouderijen. Wij zien dit beleidskader en de onderliggende rapporten als de passende beoordeling voor veehouderijen. Uit dit kader komt naar voren dat we in een periode van circa 18 jaar een afname van stikstof kunnen bewerkstellingen als bedrijven uitbreiden onder strikte voorwaarden. Uw aanvraag hebben we daarom vervolgens getoetst aan de Beleidsregel stikstof van de provincie Overijssel. Stap 3: positie vaststellen ten opzichte van de 1% drempel De kritische depositiewaarde voor het Natura 2000-gebied Olde Maten en Veerslootslanden is vastgesteld op 700 mol N/ha/jr. In de nieuwe situatie heeft het bedrijf Dunnink een depositie van 0,27 mol N/ha/jr, gemeten op de rand van het gebied. Daarmee blijft het bedrijf Dunnink onder de drempelwaarde van 1% van de kritische depositiewaarde van het Natura 2000-gebied Olde Maten en Veerslootslanden.

Stap 4: vaststellen gecorrigeerd emissieplafond Het gecorrigeerde emissieplafond wordt berekend door het daadwerkelijke aantal dieren op 1 februari 2009 te vermenigvuldigen met het emissieniveau per dierplaats conform de AMvB- Huisvesting (zie tabel 3). Wij hebben, voor de bepaling van het daadwerkelijke aantal dieren op 1 februari 2009, gebruik gemaakt van administratieve aantallen per 1 februari 2009. 12 Tabel 3: situatie Dunnink 1 februari 2009 Situatie 1 februari 2009 Melkkoeien 81 A1.100.1 Emissie waarde Diersoort Aantal RAVcode AmvB huisvesting Gecor. emissieplafond kg NH 3 / jaar 9,5 9,5 769,5 Vrouwelijk jongvee 49 A3 3,9 3,9 191,1 Mannelijk jongvee 2 A6 7,2 7,2 14,4 Overig rundvee 4 A7 9,5 9,5 38 Gecorrigeerd emissieplafond: 1.013,0 50% t.o.v. huidige situatie Emissieplafond inclusief benutting 50% 1.013,0 In uw geval betekent dit dat het gecorrigeerde emissieplafond gelijk is aan de emissie op 1 februari 2009. Dit komt doordat het emissieniveau bij melkrundvee per dierplaats in de AMvB-Huisvesting gelijk is aan het emissieniveau per dierplaats in uw huidige situatie. Stap 5: Beoordeling aangevraagde situatie Uit de vergelijking van de aangevraagde situatie (1.592,1 kg NH 3 /jaar), zoals weergegeven in tabel 1, ten opzichte van het gecorrigeerde emissieplafond (zie tabel 3) blijkt dat er sprake is van een uitbreiding van emissie van 579,1 kg NH 3 /jaar. Dat betekent dat het bedrijf interne of externe salderingsmaatregelen moet nemen om de voorgenomen groei mogelijk te maken. Doordat het bedrijf beneden de 1% van de KDW blijft heeft het de keuze tussen projectsaldering middels emissie en/of technische emissiebeperkende maatregelen. Stap 5: salderingsmaatregelen U wilt extern salderen door ammoniakemissierechten over te nemen van bedrijf Hulsegge, Pleegsterdijk 1, 8107 AV te Broekland. Veehouderij Hulsegge is gestopt met het houden van varkens, legkippen en paarden. De gemeente Raalte heeft de omgevingsvergunning gedeeltelijk ingetrokken wat betreft het houden van 290 vleesvarkens > 0,8 m 2, 1435 legkippen grondhuisvesting en 4 paarden > 3 jaar. Op 1 februari 2009 hield het bedrijf Hulsegge, op basis van een accountantsverklaring d.d. 22 augustus 2011, 237 vleesvarkens.

Tabel 5: situatie Hulsegge 1 februari 2009 Situatie 1 februari 2009 Diersoort Aantal RAVcode Emissie waarde AmvB huisvesting Gecor. emissieplafond kg NH 3 / jaar Vleesvarkens 237 D3.10 0.2 3,5 1,4 829,5 Gecorrigeerd emissieplafond: 331,8 50% t.o.v. huidige situatie 248,85 Emissieplafond inclusief benutting 50% 580,65 Het bedrijf Hulsegge kan 580,65 kg ammoniakemissierechten overdragen. Bedrijf Dunnink neemt 580,65 kg ammoniakemissierechten over, welke nodig zijn om de door hem gewenste uitbreiding in veebestand te realiseren. 13 Stap 6: vaststellen overige effecten Gezien de afstand ten opzichte van het Natura 2000-gebied `Olde Maten en Veerslootslanden zijn er geen andere effecten te verwachten, ook niet tijdens de bouw van de nieuwe stal. Conclusie toetsing In de aangevraagde situatie bedraagt de stikstofemissie van uw bedrijf 1.592,1 kg NH 3 /jaar. De hoogte van het gecorrigeerde emissieplafond is 1.013,0 kg NH 3 /jaar. De aangevraagde emissie is 579,1 kg NH 3 /jaar hoger dan het gecorrigeerde emissieplafond. U koopt 580,65 kg NH 3 /jaar aan emissierechten van het bedrijf Hulsegge. Dit is voldoende om te salderen. Daarmee zijn voor de Natura 2000-gebieden geen belemmeringen om vergunning af te geven. B3 Zienswijzen B3.1 Bespreking van ingediende zienswijze De gemeente Staphorst heeft binnen de gestelde termijn geen gebruik gemaakt van de mogelijkheid om een zienswijze uit te brengen. C Slotconclusie Uit de beoordeling van de gewenste uitbreiding van het melkveebedrijf van de heer K. Dunnink blijkt dat ten opzichte van de aanwijzing als speciale beschermingszone in het kader van de Vogelrichtlijn en/of de plaatsing van het Habitatrichtlijngebied op de lijst met gebieden van communautaire belang sprake is van een toename van stikstofdepositie. Overeenkomstig art. 19f is een passende beoordeling noodzakelijk. Door de toename van stikstofdepositie ten opzichte van 7 december 2004 valt dit project niet onder de regels van art. 19kd van de Nbwet. Wij zijn van mening dat ons Beleidskader Natura 2000 en stikstof voor veehouderijen gezien kan worden als passende beoordeling voor veehouderijen. Nieuwe ontwikkelingen worden daarom getoetst aan de regels van ons beleidskader stikstof. Uit deze toetsing blijkt dat het project past binnen de kaders van het beleidskader stikstof van onze provincie. Vergunning in het kader van de Nbwet kan, onder voorwaarden, worden verleend.