Modeltrein Academie. Modeltreinen van A tot Z. Een droom, een plan, een modelbaan Van droom naar daad. Frans Hooyberghs

Vergelijkbare documenten
Modeltrein Academie. Treinen en treintjes, gisteren en vandaag

HUIDER-NIEUWSBRIEF 27 februari 2012.

Le Chemin de Fer du Bocq

STAP-VOOR-STAP EEN MODELSPOORBAAN BOUWEN - TWEEDE EDITIE - KOEN KUYPERS

HUIDER-NIEUWSBRIEF 3 MAART Huider - Stationsplein Heerhugowaard - tel info@huider.nl

Spreekbeurtinformatie Stoomtreinen (algemeen)

Nederlandsche Spoorwegen

Thema 10 Materieel. De treinen van NS Reizigers

BASISPRINCIPES VAN DE SEININRICHTING

MINLOCS JAARBOEK 2009

Mechelen, eerste spoorweghoofdstad van België. Bart Van der Herten

5.2. Boekverslag door R woorden 4 maart keer beoordeeld

NIEUWSBRIEF MAART 2019 RÉTROTRAIN SAINT-GHISLAIN. De TSP-boetiek en Rétrotrain zijn open op de eerste zaterdag en de derde dinsdag van de maand

Inhoudsopgave INHOUDSOPGAVE 3 DE MODELTREIN ACADEMIE 5. Wie zijn wij? 5. Basistekst 7. Contactgegevens 9. Mogen we U daarom uitnodigen 11

Opgelet! Volgende Open Deur: Gewijzigde datum!

NIEUWSBRIEF FEBRUARI 2019

HUIDER EXPRESS DIENSTREGELING DEFINITIEF!

Nieuwsbrief 4 van 2016

Inventaris van de Dienstreglementen van Nederlandse en Internationale Spoorwegmaatschappijen, 19e-20e eeuw

Nieuwsbrief 5 van 2016

.22. Hoe ziet een centrum eruit?

35 NUMMERING VAN DE TREINEN

TSP - AGENDA RÉTROTRAIN

Introductie. Ik hoop in ieder geval dat dit rapport jou gaat helpen, laat me in ieder geval even weten wat je er van vindt! Veel lees plezier!

NIEUWSBRIEF JUNI 2015

NMBS start met treindienst in Noorderkempen vanaf 15 juni

Spoor op Vleugels. Nieuwsbulletin Nr 8

In deze nieuwsbrief veel nieuw gearriveerde modeltreinen, maar ook andere interessante

Modeltrein Academie. Wie we zijn en wat we doen!

HUIDER-NIEUWSBRIEF 27 oktober 2011.

Reisverslag Nürnberg 2015 Deel 4[1]

SPOOR 1 DRAAISCHIJF. In Nederlands Model

ROOD-IiEEl COMFORTTUSSEN AMSTERDAM EN BRUSSEl

Het materieel van de Veluwsche Stoomtrein Maatschappij

17 september juni 1975 Goederenvervoer: 1 februari maart 1970

HUIDER-NIEUWSBRIEF 23 januari 2014.

HUIDER-NIEUWSBRIEF 28 november 2012.

TSP - AGENDA RÉTROTRAIN

HUIDER-NIEUWSBRIEF 19 november Huider - Stationsplein Heerhugowaard - tel info@huider.

Huider - Stationsplein Heerhugowaard - tel

Dampfbahn Furka-Bergstrecke Historie van de Dampfbahn Furka-Bergstrecke

Modeltrein Academie. Modeltreinen, keuzes maken

75 JAAR STROOMLIJN bij de NS

HUIDER-NIEUWSBRIEF 15 april Huider - Stationsplein Heerhugowaard - tel

Dienstregeling & Aansluitingen 10 I 06 I 2007 > 08 I 12 I

Museumbewaarplaats Kessel-Lo 1 ste editie Lente 2013 aanvullingen en verbeteringen (juni 2014)

2. Ga naar en like deze pagina. Zo blijf je ook via facebook op de hoogte van nieuwe berichten op het blog :-)

De agenda voor de bijeenkomst van 26 jun, met als hoofdthema Wagonladingen, kolen, erts, container zag er als volgt uit:

Ombouwen van locomotieven

In samenwerking met Het Spoorwegmuseum blij om jullie te mogen verwelkomen bij de Auti-Doe- Dag waar alles om de treinen draait.

Nieuwsbrief 3 van 2016

en door Martien Beumer (Zijspoor )

NIEUWSBRIEF JANUARI 2019

HUIDER-NIEUWSBRIEF 2 oktober 2013.

Vlaanderen vanaf de Kust

Reporting stiptheid. April 2018


Versnelling Benelux 2017

STOOMTREIN OP HET SPOOR

Met de Central Station 3 bevredigt Märklin de meest uiteenlopende behoeften van de modelspoorders. We laten vier voorbeelden zien.

Afdeling Oost-Brabant

Huider - Stationsplein Heerhugowaard - tel info@huider.nl -

Internationale spooragenda reizigers

TSP - AGENDA RÉTROTRAIN. Opgelet: het rollend materieel wordt niet buiten tentoongesteld.

N160vzw MODULENORMEN. 1. Doelstelling

DSM No. 43 HENSCHEL FABIA / / 1930

HUIDER-NIEUWSBRIEF 26 maart Huider - Stationsplein Heerhugowaard - tel

PROGRAMMA

Uw aansluiting op ons netwerk

LEZ.. is less het moet met minder

Versnelling Benelux 2017

26589 NS dubbeldekkerstrein met e-loc 1711

Train World. Een uitstalraam voor de spoorwegen van gisteren, vandaag en morgen

NEM connectoren en kabelkleuren

NIEUWSBRIEF SEPTEMBER 2018

Le Chemin de Fer du Bocq. Een reis door de tijd die u de adem zal afsnijden.

verkeer veilige veiligheid verbindingen BIJLAGE 6: TAG CLOUDS MOBILITEIT staat stad stiptheid stress tijd tram trein treinen uur veilig

DAS BAHNBETRIEBSWERK. Een spoor 1 modelspoorweg op een boekenplank kan dat? Volgens Ernst Jorissen, die we kennen van SPOOR 1 OP EEN BOEKENPLANK 1:32

door Hugo Klein Haneveld Treinen

De agenda voor de bijeenkomst van 29 mei, met als hoofdthema wheateren van goederen wagon 4694 ziet er als volgt uit:

Richtlijnen indienen en acceptatie. Modeltreinen

18XX. Doel: rijkste in privé-vermogen. Spelverloop: 1ste AANDELENRONDE (fiche op Share Dealing plaatsen)

Tabel 1. Locomotieven met ombouwopties naar hoogvermogens aandrijving

E 26. Ook hier was Belgie toonaangevend en ook in Gent bouwde men locomotieven en ander spoorweg materiaal

Reporting stiptheid Juli 2018

Deel III. stoomlocomotieven

Mobiliteitsconferentie RESOC Meetjesland NMBS Mobility

E 26. Ook hier was Belgie toonaangevend en ook in Gent bouwde men locomotieven en ander spoorweg materiaal

Stadsvernieuwingsproject Station aan Zee

De spoorweg en het rollend materieel.

HUIDER-NIEUWSBRIEF 18 mei 2011.

Modeltrein Academie. Modeltreinen, analoog rijden en schakelen

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 1 de industri?le samenleving

Eenvoudig naar een digitale droommodelbaan

1. De geschiedenis van ETG vzw.

Reporting stiptheid. November 2017

Modellen cataloog pb Messing Modelbouw

Toekomstplannen van NMBS-Groep in de Westhoek

Reporting stiptheid. Augustus 2016

VOORSTEL TOT VERBETERING VAN DE TREINDIENST IN DE WESTHOEK

Transcriptie:

Modeltrein Academie Modeltreinen van A tot Z Een droom, een plan, een modelbaan Van droom naar daad Frans Hooyberghs

Frans Hooyberghs Modeltreinen van A tot Z Een droom, een plan, een modelbaan Van droom naar daad pagina 2

Inhoudsopgave Inhoudsopgave 3 Inleiding 5 Geschiedenis 10 Inleiding 10 Modeltreingeschiedenis 10 Modeltreinen en geschiedenis 14 Tijdperk I; 1804-1925 15 Tijdperk II; 1925-1945 21 Tijdperk III; 1945-1970 25 Tijdperk IV; 1970-1990 33 Tijdperk V; 1990 - heden 37 Tijdperk VI; heden? 42 Alle tijdperken samen? 45 Aardrijkskunde 46 Inleiding 46 De aarde 48 België 49 Benelux 60 Europese Unie (EU) 63 De andere landen in Europa 83 De rest van de wereld 89 Alle landen in een tabel 90 Belgisch? 100 Thema 102 Schalen 105 Van groot naar klein 105 Railprofiel 111 Verhoudingen 114 Systemen 118 Inleiding 118 Tweerail 119 Drierail 120 Analoog 122 Digitaal 122 Merken 124 Plannen 125 Frans Hooyberghs Modeltreinen van A tot Z Een droom, een plan, een modelbaan Van droom naar daad pagina 3

Ontwerpen 125 Tunnels en bruggen 128 Hellingen en klimspiralen 129 Tekenen met WinTrack 131 Meer doen met WinTrack 134 Bouwen 136 De treintafel 136 De ModAc-box 143 Elektrische aansluitingen 148 Solderen 151 Scenery 154 Een boerderij 154 Een scoutskamp 166 Extra tips en trucs 206 Bibliografie 215 Frans Hooyberghs Modeltreinen van A tot Z Een droom, een plan, een modelbaan Van droom naar daad pagina 4

Inleiding Reeds vanaf de bouw van de eerste locomotief fascineren treinen veel mensen. Net als de treinenwereld in miniatuur. Spelen met modeltreinen, een modelbaan bouwen, begint met het maken van veel keuzes. - Schaal - Systeem - Merk - Al of niet modulair - Thema - Tijd (periode), vraagt kennis van geschiedenis - Ruimte (geografisch, land, ) vraagt kennis van aardrijkskunde. - We proberen U te helpen bij het maken van deze keuzes. Wie zijn wij? In de zomer van 2005 besluiten een aantal wij onze kennis en ervaring met modeltreinen te delen met anderen die ook spelen met treintjes. De idee van een school voor modeltrein liefhebbers wordt geboren. Op vrijdag 16 december 2005 organiseren wij een eerste bijeenkomst in Antwerpen en zien dan onder meer het prototype van de ModAc-box. Op zaterdag 24 juni 2006 om 12.00 uur openen de Frans Hooyberghs Modeltreinen van A tot Z Een droom, een plan, een modelbaan Van droom naar daad pagina 5

deuren van de Modeltrein Academie aan het Klapdorp 21 te Antwerpen. Wij zijn volledig ongebonden en hebben geen enkele verplichting naar een bepaald merk, een bepaalde invoerder of winkelier. Wij proberen wel in een goede verstandhouding met hen samen te werken. Wij weten veel van verschillende besturingssystemen, diverse schalen, allerlei technieken,... De keuze naar welk merk of wat aankopen gebeurt door elke liefhebber zelf. Wij zijn geen ledenorganisatie, club of vereniging. In 2006 namen we voor de eerste keer deel aan een beurs en startten we onze eerste lessenreeks. Les geven blijft ook vandaag onze belangrijkste activiteit maar we organiseren ook fietstochten, kindernamiddagen, enzovoort. We proberen vooral daar waar niet uitsluitend treinenliefhebbers aanwezig zijn mensen warm te maken voor modeltreintjes. De 50+beurs in Antwerpen, maar ook onze eigen activiteiten illustreren dat. Frans Hooyberghs Modeltreinen van A tot Z Een droom, een plan, een modelbaan Van droom naar daad pagina 6

Modeltreinen zijn voor ons niet alleen een doel, maar ook een middel. Alle medewerkers onderschrijven onze basistekst die de kern vormt van de ideeën welke hebben geleid tot ons team en de organisatie van de Modeltrein Academie. Treinen hebben de wereld altijd kleiner gemaakt, mensen naar elkaar gebracht. Modeltreintjes kunnen dat ook. Spelen met modeltreintjes. Als middel om mensen samen te brengen. Als middel om mensen liefde voor creativiteit, wetenschap en techniek bij te brengen. Als middel om mensen liefde bij te brengen voor het vervoer per spoor. Om liefhebbers van miniatuurtreinen samen te brengen. Spelen met modeltreinen vraagt kennis van, en vaardigheid met, onder meer houtbewerking, elektronica, schilderen, architectuur, fijne mechanica, computertechnologie,... Ook over (spoorweg)geschiedenis en infrastructuur, havens en industrie, landschappen,... moet je iets weten. Spelen met modeltreinen is een hobby zonder grenzen, niet alleen aan de eigen creativiteit en kunde, maar ook in de grote keuze aan modellen en materieel. Naast het bouwen van de baan zelf is het gebruik van elektrische en elektronische installaties, schakelingen en componenten één van de technische aspecten met steeds meer miniaturisering en een doorgedreven digitalisering. Ook scenery, landschapsbouw, al of niet zelfgebouwde huisjes, stations en andere gebouwen, bergen en tunnels vragen tijd, energie, geld, kennis... Het rangeren en samenstellen van treinen door het bijplaatsen of afhaken van rijtuigen en wagons, het verdelen van goederenwagens over diverse sporen, het rijden zelf, zijn voor velen het belangrijkste van de hobby. In verenigingsverband kunnen grotere modelspoorwegen worden gebouwd, maar ook thuis kan samen spelen leiden tot mooie modelbanen waar het hele gezin aan kan mee bouwen. Frans Hooyberghs Modeltreinen van A tot Z Een droom, een plan, een modelbaan Van droom naar daad pagina 7

De modelbaan is vaak zo groot zijn dat een aparte kamer nodig is. Het gaat meestal om modelbanen in H0. In vele woningen is deze ruimte niet (meer) aanwezig. Fabrikanten hebben om deze reden schaal N ontwikkeld. Märklin is nog een stap verder gegaan en heeft schaal Z op de markt gebracht. Er zijn echter ook modelspoorbouwers die het een uitdaging vinden om te woekeren met de ruimte en ook in de grotere schalen kleinere modelbanen bouwen waar toch nog interessante treinbewegingen mee kunnen worden uitgevoerd. Mmodeltreinen zijn lang beschouwd als speelgoed voor kinderen. Vergeleken met vroeger zijn modeltreinen minder populair geworden. De opkomst van andere vormen van vrijetijdsbesteding (computer, televisie,...) maar ook de enorme waaier aan mogelijkheden (kinderen gaan naar de muziekschool, de tekenacademie, rijden paard, voetballen, tennissen en nog zo veel meer) maken dat tijd voor treintjes er bij in schiet. Kinderen imiteren ook hun ouders die zelf niet meer met modeltreinen rijden maar wel veel met de computer werken of spelen. Ook de prijs speelt waarschijnlijk een rol. Modeltreinen zijn verfijnder in uitvoering geworden, maar vaak ook in prijs gestegen. Ze zijn voor minder mensen financieel bereikbaar. De combinatie van technisch en creatief bezig zijn met de hobby, al of niet in combinatie met het verzamelen van modellen, maakt dat modeltreinen toch nog steeds geliefd zijn. De nabootsing van de werkelijkheid en de mogelijkheid een eigen werkelijkheid te creëren spelen hierbij zeker een rol. Een treinbaan voor kinderen is om mee te spelen. Dat was vroeger zo en dat is het nog steeds. Hoogwaardige modellen en besturingstechnieken komen tegemoet aan de eisen van de gevorderde modelspoorder. Modellen bieden steeds meer het best mogelijke compromis tussen robuuste betrouwbaarheid en realistische detaillering. De aandrijftechniek met de nieuwste motoren is voor een Frans Hooyberghs Modeltreinen van A tot Z Een droom, een plan, een modelbaan Van droom naar daad pagina 8

langere levensduur ontwikkeld. Er bestaat wellicht geen ander speelgoed dat traditionele waarden en moderne techniek zo perfect met elkaar verbindt en een verscheidenheid in mogelijkheden biedt als de modeltrein. De steeds verder ontwikkelde miniaturisering van de modellen en de digitale besturingssystemen hebben de modeltrein niet alleen een heel ander aanzien gegeven, maar bieden ook mogelijkheden die tot voor kort ondenkbaar waren. Met een netwerk aan rails, wissels en seinen kunnen meerdere machinisten hun treinen besturen. En wie graag met de computer werkt, kan de modelbaan ook met zijn PC en met speciaal ontwikkelde software plannen, schakelen en regelen. Ook het karakter van verkooppunten van nieuw en gebruikt materiaal is sterk gewijzigd. Terwijl vroeger vrijwel elke speelgoedwinkel en warenhuisafdeling modeltreinen verkocht zijn het nu uitsluitend modelbouwspeciaalzaken die modeltreinen aanbieden. Daarnaast zijn er regelmatig kleinere ruilbeurzen, maar ook grotere tentoonstellingsbeurzen waar modeltreinen kunnen worden geruild of gekocht. Een groot aantal mensen zal ongetwijfeld met een startset beginnen. Men kan op de vloer of op tafel al spelend de vele mogelijkheden ontdekken. Wanneer alles vast gemonteerd is, wordt het aanbrengen van wijzigingen in het railplan een stuk moeilijker. Een goede planning vooraf is daarom wenselijk, zo niet noodzakelijk. Men kan met software zelfs in 3D het beoogde plan in werkelijkheid, zien. De onderbouw van de definitieve baan wordt gebouwd met spanten op een open raamconstructie of op een tafel, al of niet in meerdere niveaus. Wij adviseren U om gebruik te maken van één of meer ModAc-boxen. Frans Hooyberghs Modeltreinen van A tot Z Een droom, een plan, een modelbaan Van droom naar daad pagina 9

Geschiedenis Inleiding In de 16 de en 17de eeuw was verkeer, het vervoer van mensen en goederen, door gebrek aan infrastructuur, maar ook door oorlogen en een gebrek aan veiligheid moeilijk. In de 18de eeuw kwam daar door de bouw van kanalen en steenwegen verandering in. Stoommachines liggen aan de basis van de eerste industriële revolutie. In de 19de eeuw verschijnen stoomlocomotieven op ijzeren wegen en verdringen stoomschepen zeilschepen. In de 20ste eeuw veroorzaken de verbrandingsmotor en elektriciteit mee de tweede industriële revolutie. De ontwikkeling van treinen en spoorwegen is ongelooflijk belangrijk geweest. Men kon goederen en mensen vervoeren, kwantitatief op een groter en kwalitatief op een hoger niveau. De eerste treinen in België reden 60 km per uur, de postkoets haalde er slechts 10. Dit verschil in snelheid heeft de Belgische overheid zelfs laten overwegen een maximum snelheid in te voeren voor treinen omdat men vreesde voor de gezondheid van de reizigers! Een postkoets vervoerde amper tien mensen, een trein kon er honderden in één keer meenemen. Een trein vervoerde tonnen en tonnen materiaal in één keer. De verbrandingsmotor, die we nu allemaal gebruiken in onze auto, maakte de noodzaak aan massaal (collectief) vervoer veel kleiner. Iedereen rijdt in zijn eigen (individuele) auto, en vrachtwagens brengen alles net daar waar het moet zijn, op het geplande tijdstip. Als de wegen niet dichtslibben. Mijn auto, mijn vrijheid heeft geleid tot een stilstaande vrijheid. Vervoer is zo massaal geworden dan we terug gaan pleiten voor massa vervoer. Op grote afstanden vliegen we tot nu toe nog wel massaal. Zij die over een privéjet beschikken zijn zeldzaam. Modeltreingeschiedenis Modeltreinen werden al gebouwd bij de ontwikkeling van stoomlocomotieven toen kleine testmodellen werden gemaakt. Waarschijnlijk werd de eerste gebouwd door William Murdoch in 1874 om te Frans Hooyberghs Modeltreinen van A tot Z Een droom, een plan, een modelbaan Van droom naar daad pagina 10

bewijzen dat het mogelijk was om iets te laten rijden door stoom. In het begin van de 19de eeuw werden in Groot-Brittannië presentatiemodellen gebouwd als voorbeelden voor de echte locomotieven. Zo zou Johann Wolfgang von Goethe in 1829 van Engelse vrienden een model van de Rocket hebben gekregen. In 1829 bouwde Diez Imbrechts een rijvaardige modelbaan als geschenk voor het Spaanse hof. Modeltreinen zijn er dus al zolang als er echte treinen bestaan. Houten trektreintjes voor kleuters en speelgoedtreintjes van lood werden al in 1830 gemaakt. Toen waren er maar amper echte spoorlijnen. De eerste modellen waren niet altijd evenbeelden van originele treinen. En vaak reden ze gewoon over de vloer (zonder rails). Als in 1835 de Adler voor de eerste keer van Nürnberg naar Fürth rijdt, en daarmee de eerste spoorlijn in Duitsland in gebruik wordt genomen, verschijnen ook gekleurde uitdrukbladen van de Adler met bijpassende tinnen figuren. In 1940 verschijnen in Duitsland de eerste in blik gemaakte modellen. Het eerste kind dat een modelbaan als geschenk kreeg was in 1859 de keizerlijke prins Napoléon Eugène Louis Bonaparte. Deze trein reed niet in de woonkamer maar wel in het park van Saint-Cloud. Deze modelbaan is nog steeds te bewonderen in het Museon di Rodo in Uzés (Frankrijk). In 1862 stelt Myers in London met stoom aangedreven locomotieven voor in zijn catalogus. En in 1869 is er een eerste aanwijzing voor modeltreinen in Duitsland als Carogatti uit Königsberg zijn in de kamer rijdende locomotieven met oscillerende cilinder aanprijst. De eerste elektrisch aangedreven modeltrein is er in 1882 (Planck) en een jaar later wordt voor het eerste het tweerail/tweeleiding systeem voor elektrische treinen gebruikt. Het eerste locomotiefmodel met uurwerkaandrijving stamt uit 1886 en is het eerste model dat Frans Hooyberghs Modeltreinen van A tot Z Een droom, een plan, een modelbaan Van droom naar daad pagina 11

technisch vergelijkbaar was met ander speelgoed dat sinds 1855 zo werd aangedreven. Ook in 1886 biedt speelgoedfabrikant Bing in Nürnberg voor het eerst een volledige trein met sporen aan. In 1887 biedt Schönner uit Nürnberg met stoom aangedreven modellen aan met loc, wagens en sporen in twee spoorbreedtes (65 mm, +/ - 1/22 en 115 mm, +/ - 1/12). Märklin presenteert in 1891 tijdens de Leipziger Messe een eerste volledige modelbaan met een locomotief met opwindmotor en rails in de vorm van een acht. Hiervoor werden wel speelgoedtreinen gemaakt, maar niet als een passend geheel. Deze eerste uitgave is de basis van alle volgende schaalgroottes, het begin van de modelspoorwegen. Al snel volgen modeltreinen die op stoom werken, verhit door spiritus. Märklin komt in 1895 met de eerste elektrische modeltram (spoor 1), wat nogal vreemd is als men weet dat Göppingen pas in 1900 zijn eigen elektriciteitsvoorziening kreeg! In 1895 is het eveneens Märklin die voor het eerst toebehoren zoals wissels, signalen en tunnels aanbiedt. De eerste modeltreinen hadden allemaal hun gebreken met de aandrijving, of het nu op stoom, met opwindveer, of elektrisch ging. De opwindlocomotieven vertrokken met enorme vaart maar na een paar rondjes gaf de veer het al op. De stoomlocomotieven werden zeer heet en waren niet in snelheid regelbaar, wat nogal gevaarlijk kon zijn bij te scherpe bochten. De trein bleef net zolang rijden totdat de spiritus op was. De elektrische treinensets werden aangesloten op de lokale netspanning, meestal 110 of 220 Volt, alleen beveiligd door twee lampweerstanden. Direct contact met de rails was niet echt aangenaam! elektrisch aangedreven wissels in hun gamma opgenomen. De eerste echt uitgesproken modellocomotief naar het echte Duitse voorbeeld wordt door Schönner in 1900 aangeboden. In datzelfde jaar komt ook het drierailsysteem van Märklin op de markt. Een jaar later hebben zij ook zowel mechanisch als In 1901 ontstaat in tijdschriften de discussie over een normering voor modelbanen. Deze monden uit in een eerste Handboek voor modelbanen van Bassett-Lowkes, waarin de door Greenly ontwikkelde normering bekend gemaakt wordt welke aan de Märklinnorm van 1891 aanleunt en die zich aan elke Frans Hooyberghs Modeltreinen van A tot Z Een droom, een plan, een modelbaan Van droom naar daad pagina 12

fabrikant opdringt. De spoorbreedte H0, (spreek uit half nul, half zo groot als schaal nul) met 16,5 mm spoorbreedte ontstaat in 1923. Bassett-Lowkes voert deze in Engeland in en noemt deze 00 (nul-nul). Eerste seriefabrikant van deze spoorbreedte is Bing in Nürnberg. In 1928 ook voor de eerste keer met elektrische aandrijving. Daarvoor hadden zowel Märklin als Bing een als spoor 00 aangeduide baan in hun programma, maar die had nog niet de 16,5 mm spoorbreedte, maar wel 26 mm (1908, Märklins Liliput-baan) en 28 mm (1912, Bing met batterijaandrijving). Als de Deutsche Reichsbahn in 1935 met veel nationaal-socialistische bravoure 100 jaar spoorwegen in Duitsland viert, komt eerst Trix (Trix- Express, met meertreinenbesturing!) en dan in de herfst ook Märklin samen met andere fabrikanten met 16,5 mm sporen in H0. In 1927 voert de beroepsbond VDE (Verband der Elektrotechnik Elektronik Informationstechnik) laagspanning van maximaal 22 volt als norm in voor modeltreinen. De tot dan gebruikte rijregelaars met lampweerstanden zijn dan niet langer toegelaten (hierbij werd met in serie geschakelde lampweerstanden de netspanning gereduceerd, en er bestond dus geen galvanische scheiding tussen de netspanning en de rails, wat met transfo s wel gebeurt). In 1949 is er een nieuwe innovatie op weg naar het kan nog kleiner. Met 12 mm spoorbreedte presenteert Rokal op de Hannovermesse de eerste TT-baan in Duitsland in schaal 1/120. In de DDR geniet dit spoor van het midden, zoals het na het ontstaan van de spoor-n - banen genoemd wordt, een grotere populariteit dan in de BRD. Zo blijft Rokal (later Röwa) in het westen de enige fabrikant. Als in 1974/75 het bedrijf in concordaat treedt is het lot van TT in het westen bezegeld, maar zeker niet in de voormalige DDR waar dit een geliefd en sterk verspreide spoorbreedte is. Ondertussen, na de val van de Muur, wint TT opnieuw aan populariteit, niet alleen in het herenigde Duitsland. In 1952 stelt Fleischmann in Nürnberg voor de eerste keer haar H0-Bahn voor. Sindsdien groeide Fleischmann uit tot een belangrijke fabrikant die ondertussen weer teloor is gegaan. Trix experimenteert in 1958 met modellen in schaal 1/180, die echter niet verder dan de onderzoeksfase komen. In 1960 komt Arnold uit Nürnberg met modelbanen in 1/160 op 8 mm spoorbreedte. Daaruit groeit de Frans Hooyberghs Modeltreinen van A tot Z Een droom, een plan, een modelbaan Van droom naar daad pagina 13

meer aan die schaal reële spoorbreedte van 9 mm. Daarmee is spoor N (Nieuw) de volgende mijlpaal in het streven naar steeds kleinere modellen. 12 jaar later, in 1972, zet Märklin dit record scherper met een spoorbreedte van 6,5 mm (Spur Z) met een schaal van 1/220 wat tot nu toe de kleinste op industriële basis geproduceerde modeltrein blijft. Wereldwijd is Nürnberg ondertussen uitgegroeid tot de belangrijkste speelgoedbeurs waar de meeste nieuwigheden en innovaties worden voorgesteld. Nochtans neemt het belang van deze beurs af, ten voordele van het jaarlijkse Intermodellbau in Dortmund. Daarenboven zijn er nu her en der belangrijke beurzen en tentoonstellingen. En natuurlijk is het zo dat er al lang niet meer uitsluitend in Duitsland modeltreinen worden geproduceerd. Naast modeltreinfabrikanten is een hele industrie ontstaan voor toebehoren, gaande van miniatuurhuizen, over bomen, bruggen, tot Modeltreinen en geschiedenis De geschiedenis van de spoorwegen wordt bij modeltreinen ingedeeld in tijdperken. De overgang tussen twee tijdperken is niet exact, maar wordt dikwijls gekenmerkt door wijzigingen in de spoorwegtechnologie. De opkomst van de hoge snelheidstreinen is hiervan een voorbeeld. De indeling is ook niet altijd dezelfde. Zij kan verschillen van land tot land, afhankelijk van bepaalde wijzigingen bij de spoorwegen in dat land. Zo worden locomotieven en wagons van de Duitse Spoorwegen ingedeeld in tijdperk V vanaf het ogenblik dat de nieuwste kleurstelling (rood met grijs) werd geïntroduceerd. De tijdperkindeling is vastgelegd door MOROP (Europese verbond van spoorwegmodelbouwers) in de NEM800 norm. NEM staat voor Normen Europese Modelspoorwegen. Tijdperk Periode Voornaamste kenmerk I 1835-1925 Vooral private en lokale spoorwegmaatschappijen II 1920-1950 Ontstaan van de nationale spoorwegmaatschappijen III 1945-1970 Opkomst van de diesel en elektrische tractie. Het verdwijnen van de stoomlocomotief IV 1965-1990 Moderne locomotieven en rijtuigen V 1985-2010 Opkomst van de hogesnelheidstrein, privatisering van de spoorwegen VI 2005 - heden Private spoorwegmaatschappijen zonder eigen spoorweginfrastructuur vervoeren goederen en personen, nationaal en internationaal. Er bestaan ook subbladen die de tijdperkindeling voor een bepaald land vastleggen. Meestal is een Frans Hooyberghs Modeltreinen van A tot Z Een droom, een plan, een modelbaan Van droom naar daad pagina 14

periode nog verder onderverdeeld. Deze onderverdeling wordt aangeduid met een letter (vb. IIIa). De laatst uitgegeven normen voor België (MOROP - Normen Europäischer Modellbahnen, Eisenbahn Tijdperkn in Belgien - NEM 802B, Ausgabe 2003, ersetzt Ausgabe 1991 / MOROP - Normen voor Europese modelbanen, spoorwegtijdperken in België - NEM 802B, uitgave 2003, eerste uitgave 1991) vertaald uit het Duits geven we U graag mee. Aan de hand hiervan zullen we de Belgische spoorweggeschiedenis met U bespreken. Maar ook over de grenzen kijken. De normen vindt U terug in een kader rond de tekst. Tijdperk I; 1804-1925 DB Adler bouwjaar 1835 replica 1952 SNCF Saint-Pierre bouwjaar 1844 gerenoveerd 1937 DB Saxonia bouwjaar 1838 replica 1988 SNCF l Aigle bouwjaar 1846 gerenoveerd 1914 en 1950 Frans Hooyberghs Modeltreinen van A tot Z Een droom, een plan, een modelbaan Van droom naar daad pagina 15

SNCF Fleche D Or bouwjaar 1909 DRG BR 74 1230 (T12) bouwjaar 1902-1921 Museums Eisenbahn Minden 7512 Hannover bouwjaar 1908 gerenoveerd 2000 Wiehltalbahn Waldbröl bouwjaar 1914 gerenoveerd 1964 Lang voor er treinen reden, werden in Duitse mijnen al wagentjes over houten rails geduwd. In de 16de eeuw enkel ondergronds, in de 17de eeuw ook bovengronds om de delfstoffen naar het kanaal te brengen. In de 18de eeuw gebruikte men voor het eerst gietijzeren rails en pas in de 19de eeuw smeedijzeren rails. Tijdens deze 1ste periode is er de veelheid aan locomotieftypes maar ook een grote verscheidenheid aan gebruikte spoorbreedtes en signalisatiesystemen. De Brit Trevithick zette in 1804 een eerste stoomlocomotief op rails. Al in 1801 had hij een eerste grote stoomlocomotief gebouwd die op de weg reed. Deze ging in vlammen op bij de eerste proeven. In 1813 had hij een eerste operationele loc gefabriceerd. Pas in 1825 kwam er de eerste spoorlijn van 40 km waar zowel mensen als goederen over werden vervoerd. Het zou duren tot de Rocket (1829) van Stephenson voor een locomotief ook echt geregeld gebruikt zou worden. 1825; Tussen Stockton en Darlington in Engeland gaat de eerste commerciële treindienst van start. Frans Hooyberghs Modeltreinen van A tot Z Een droom, een plan, een modelbaan Van droom naar daad pagina 16

30 juni 1827; Tussen Saint-Étienne en Andrézieux wordt de eerste Franse, en de eerste op het Europese vaste land, spoorweg in gebruik genomen, de wagens worden wel getrokken met paarden. Nog voor de eerste periode Ia was er al - een werkspoor in de Fonderie de Canons in Luik (1804) - een eerste industriebaan met spoorbreedte 0,9 m, 1.880 meter lang, tussen de koolmijnen van Grand - Hornu en het kanaal van Mons naar Condé (1830). Periode I begint met de eerste openbare spoorweg op het Europese vaste land en eindigt met de oprichting van de Belgische staatsspoorwegen Periode a; 1835 1852 In België ontstond bij wet van 01/05/1834 de spoorweg. Deze wet bepaalde dat er een spoorwegnet diende te komen met Mechelen als knooppunt, dat - in het oosten Pruisen via Leuven, Luik en Verviers, - in het noorden Antwerpen (men sprak niet van de Nederlanden waar men in 1830 zich van had los gescheurd), - in het westen Oostende via Dendermonde, Gent en Brugge, - in het zuiden Frankrijk via Brussel en Henegouwen, met elkaar moest verbinden. Op 05/05/1835 (slechts 1 jaar later!) werd een eerste deel geopend tussen Brussel en Mechelen. De Pijl of La Flèche, De Stephenson of Le Stephenson en De Olifant of L Eléfant reden van Brussel naar Mechelen. De Olifant sleepte op zijn eentje de trein weer naar Brussel. België had de eerste spoorlijn op het Europese vasteland. De eerste locomotief van Belgische makelij De Belg of Le Belge werd op 30/09/1835 geleverd door de werkplaatsen van John Cockerill te Seraing. De wet van 01/05/1834 besloot tot de aanleg van 388 km spoorweg, een wet van 26/05/1937 besloot tot een uitbreiding tot 556 km. In 1851 waren er in België al 560 km staatsspoorwegen, en 372 km private spoorlijnen gebouwd. Er waren 50 concessies (aan privé maatschappijen) verleend! Reeds in 1843 werd de spoorlijn Antwerpen-Luik-Keulen ingehuldigd. Deze lijn verbond de Schelde en de Rijn via het Waalse industriebekken, en was de eerste internationale verbinding op het Europese vasteland. Keulen was door de aanleg van deze spoorlijn slechts zesendertig uur van Antwerpen verwijderd. Frans Hooyberghs Modeltreinen van A tot Z Een droom, een plan, een modelbaan Van droom naar daad pagina 17

7 december 1835; Tussen Nürnberg en Fürth rijdt de eerste trein in Duitsland. 24 augustus 1837, Opening van de lijn tussen Paris en Saint-Germain - en - Laye (beperkt tot Pecq). 20 september 1839; Tussen Haarlem en Amsterdam rijdt de eerste trein in Nederland. - 01/05/1935; Opening van de eerste Belgische spoorlijn. Tot 1844 ontwikkelen zich alleen de staatsspoorwegen onder een sterke Engelse invloed. - 1842; Eerste concessie aan een private maatschappij voor de ontwikkeling van de lijn Antwerpen - Gent (Spoorbreedte 1,151m). - 1846; Bouw van de eerste telegraaflijn tussen Brussel en Antwerpen om het spoorwegverkeer te beveiligen. - 1848; Eerste gebruik van de Walschaert - stoomsturing. Periode b; 1853 1870 - Oprichting van belangrijke private spoorwegmaatschappijen en een snelle ontwikkeling van het Belgische spoorwegnet. - 1853; Ontstaan van verdragen rond spoorweg, post en telegraaf. - 1860; Eerste gebruik vuurhaard systeem Belpaire. - 1866; Verplichte eenvormige technische normen en vereisten voor alle concessies. Periode c; 1871 1898 Op 15/02/1870 reed de eerste werkmanstrein. Speciale treinen, met eerder wagons dan rijtuigen, voor het vervoer van arbeiders met een goedkoop abonnement, waar de toenmalige werkgevers niet in tussen kwamen, werden ingezet. In 1889 werden meer dan 1 miljoen werkmanskaartjes verkocht. In 1896 was er een verdubbeling met de verkoop van 2.204.613 biljetten. In 1911 werden 78.304.104 werkmansbiljetten verkocht! En nu? Door de mogelijkheden die de trein bood groeide ook de post sterk. Telegrafie werd van meet af als belangrijk instrument mee gebruikt. In de jaren 1870/1880 zou ook de telefonie nauw verweven met de spoorwegen zijn opmars maken! Frans Hooyberghs Modeltreinen van A tot Z Een droom, een plan, een modelbaan Van droom naar daad pagina 18

In 1895 startte de bouw van de monumentale stationshal in Antwerpen, 186 meter lang, 66 meter breed en 43 meter hoog! Op 18/06/1898 vertrok hier de eerste trein. In datzelfde jaar werd begonnen met de bouw van het stationsgebouw dat op 11/08/1905 werd geopend. Pas in 2007 zal het station kunnen heropend worden na een ongelooflijke verbouwing van een kopstation met 10 sporen, naar een doorgaand station met 14 sporen. - De staat neemt een aantal bestaande private ondernemingen over, terwijl de laatste private spoorwegmaatschappijen ontstaan. - Eenvormige bouwnormen voor de gebouwen van de staatsspoorwegen. - 1872; Oprichting van de "Compagnie Internationale des Wagons-Lits" of "CIWL". - 1876; De Belgische staat voert een klassering van de locomotieftypes in. - 1880-1900; In grotere omgevingen/streken worden lichte treinen en tramlijnen ingevoerd met vele nieuwe haltes, de buurtspoorwegen ontstaan. - 1885; oprichting "Societé Nationale des Chemins de Fer Vicinaux - Nationale Maatschappij van de Buurtspoorwegen" (S.N.C.V. -N.M.V.B. - N.K-G.) - 1889; Ingebruikname van de eerste grotere en drieassige personenwagens of rijtuigen (GC - wagen). - 1893; Eerste wagen met wielen in een draaistel. Al op 28/05/1884 was er een wet gekomen op de buurtspoorwegen. Op 06/07/1885 werden de statuten van de toenmalige NMVB - de "Societé Nationale des Chemins de Fer Vicinaux - Nationale Maatschappij van de Buurtspoorwegen" (S.N.C.V. - N.M.V.B. - N.K.G.) - bij KB goedgekeurd. In 1990 werd het buurtverkeer geregionaliseerd en verdween de nationale NMVB om wat Vlaanderen betreft op te gaan in de Vlaamse Vervoers Maatschappij (De Lijn), waarin ook de Antwerpse en Gentse stedelijke vervoersmaatschappijen werden ondergebracht. Frans Hooyberghs Modeltreinen van A tot Z Een droom, een plan, een modelbaan Van droom naar daad pagina 19

Periode d; 1896 1912 Onze industrie vaarde wel bij het invoeren van een spoorwegnet in ons land, niet alleen door het gebruik van de spoorweg om producten, maar ook arbeiders te vervoeren, maar ook door het bouwen van spoorwegmaterieel. Onze ingenieurs bleken zeer bekwaam, zorgden voor vernieuwing en verbetering van het materieel, waardoor onze industrie niet enkel locs en wagens bouwde voor binnenlands gebruik, maar ook uitvoerde naar heel de wereld. Voor 1910 verschenen er al Belgische ontwerpen op de sporen. Het type 9 was een loc zonder buitenlandse invloeden. Deze loc vormde de basis voor de ontwikkeling van het befaamde type 45 (later type 10). Vanaf 1900 wordt de livrei chocoladebruin voor de stomers Belgische Staat ingevoerd. - Overname van een tweede groep private spoorlijnen door de Belgische staat. - Onder Belpaire is er weer een grotere Engelse invloed, zelfs overhand, in de locomotiefbouw. - 1899-1913; 1900 drie - assige wagens met grotere capaciteit en middendoorgang (GCI - wagen). - 1903-1913; Grote stijging van het personen en goederenverkeer. - 1910; Ingebruikname van de eerste Belgische "Pacific" (Flamme, 1910). Periode e; 1914 1925 In 1914 telde de spoorwegen in België 100.000 werknemers, maakte 5 % van het Bruto Nationaal Product (BNP) uit en er reden treinen over 9.000 km spoorweg. Vergelijk dit met de 3.257 km steenweg in 1830! Tijdens de eerste wereldoorlog werd zeer veel schade aangericht. Veel materiaal was reddeloos verloren. Al aanwezige, maar ook nieuwe, Amerikaanse locomotieven, werden aangekocht en in gebruik genomen. Meer dan 2000 locomotieven, een enorm TSP 64.169 (P8) bouwjaar 1906-1923 gerenoveerd 2007 aantal rijtuigen en wagons kwamen als gevolg van de verdragen van Versailles naar ons land. Sommige Pruisische locomotieven hebben het zelfs uitgehouden tot op het einde van het stoomtijdperk. De G8/1 en de P8 werden het type 81 en 64. Frans Hooyberghs Modeltreinen van A tot Z Een droom, een plan, een modelbaan Van droom naar daad pagina 20

Na de Eerste Wereldoorlog beschikte de NMBS voor de reizigersdienst over veel verouderd houten materieel. In 1931 bestelde de NMBS 312 metalen L-rijtuigen bij de Belgische industrie. Typisch is de toegangsdeur per compartiment. Nadat ze in 1981 buiten dienst werden gezet, bewaarde de NMBS enkele exemplaren. - 1914-1920; Eerste wereldoorlog, wederopbouw van het net, overname van de lijnen in de door België bezette gebieden in het oosten, inzet talrijk buitenlands, voornamelijk Duits, rijdend materieel. - 1919-1922; Invoering van signalering met drie seinbeelden op de hoofdlijnen naar Brussel. - 1921; RIV verdrag voor de inzet van goederenwagons in internationaal verkeer. - 1922; RIC verdrag voor de inzet van reizigersrijtuigen in internationaal verkeer. Tijdperk II; 1925-1945 DB BR E32 27 bouwjaar 1924 MECL 26 Merzig bouwjaar 1937 gerenoveerd 1987 DB BR E18 047 bouwjaar 1935-1939 DB BR 41 1185-2 bouwjaar 1937-1941 Bij het ontstaan van nationale spoorwegmaatschappijen in de 2de periode verdwijnt de verscheidenheid aan onder meer locomotieven. Er komen eenheidstypes. Het voordeel bestaat erin Frans Hooyberghs Modeltreinen van A tot Z Een droom, een plan, een modelbaan Van droom naar daad pagina 21

dat onderdelen in grotere hoeveelheden kunnen worden geproduceerd (en dus goedkoper zijn) maar ook tussen verschillende locomotieftypes uitwisselbaar zijn. De centrale werkplaatsen moeten op die manier minder voorraad van vele verschillende onderdelen bijhouden. Van de private spoorwegmaatschappijen zijn in Duitsland de K.P.E.V. (Königlich Preussische Eisenbahn Verwaltung) en de Königlich Bayerische Staatsbahnen veruit de belangrijkste. In de latere DRG (Deutsche Reichsbahn Gesellschaft) vindt U veel locomotieven terug van deze beide maatschappijen. In België zijn het de maatschappijen Central Belge en Nord Belge die in 1926 fusioneren tot de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen (NMBS) nadat op 23 juli 1926 besloten wordt tot de oprichting van Belgische staatsspoorwegen, "BSM - CFB" (Belgische Spoorwegmaatschappij - Chemin de Fer Belge), de huidige NMBS. Vanaf 1926 vervangt de groene kleur "Braunschweig" de bruine kleur op de reizigers rijtuigen. De groene livrei met geelzwarte band op stoomlocomotieven wordt toegepast vanaf 1930. - De stoomtractie domineert nog steeds, maar er is al een begin van elektrificatie. - Eenvormige nummering van het rollend materiaal. Periode a; 1925-1930 - Begin van de vereniging, eenmaking van de Belgische spoorwegen. - 1931; Ontstaan van de Belgische Spoorweg Maatschappij - Chemin de Fer Belge, de latere Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen - Société Nationale des Chemins de Fer Belges. (S.N.C.F.B. - N.M.B.S.W.). - 1930; Invoering van het wagenopschrift C.F.B. - B.S.M op alle personenrijtuigen en goederenwagons. - In gebruik nemen van de eerste stoom - en dieselmotorrijtuigen. Frans Hooyberghs Modeltreinen van A tot Z Een droom, een plan, een modelbaan Van droom naar daad pagina 22

Periode b; 1930-1940 NMBS L-rijtuig met zijdeuren die in de rijtuigkasten in de gebogen wanden zijn aangebracht (1930) SDP L-rijtuigen bouwjaar vanaf 1931 CFV3V K1-rijtuig bouwjaar 1934 NMBS K1-rijtuig met kopplatform en dubbele draaideur (1930) TSP 64.169 (P8) bouwjaar 1906-1923 TSP K1-rijtuig bouwjaar 1934 TSP M1 rijtuig bouwjaar 1937 NMBS M1-rijtuig met tussenplatform en dubbele schuifdeuren (1937) TSP K1-rijtuig bouwjaar 1934 TSP M1 rijtuig bouwjaar 1937 In 1932 wordt de tweekleurige livrei lichtgroen/donkergroen op het reizigers materieel ingevoerd. Frans Hooyberghs Modeltreinen van A tot Z Een droom, een plan, een modelbaan Van droom naar daad pagina 23

In 1933 kwamen de eerste metalen rijtuigen. Categorie K omvat de rijtuigen voor binnenverkeer met kopplatformen. De K1 met dubbele draaideur (vanaf 1930), de K2 met dubbele vouwdeur (vanaf 1950) en de K3 met dubbele draaideur (vanaf 1955). Categorie L omvat (vanaf 1930) rijtuigen met gebogen langswanden en met zijdeuren die in de rijtuigkasten en in de langswanden zijn aangebracht. Tot de categorie M behoren alle rijtuigen met tussenplatformen. De M1 met dubbele schuifdeuren (vanaf 1937), de M2 met dubbele vouwdeuren (vanaf 1958) en de lichtere M3. De rijtuigen R zijn lichte voertuigen die van aanhangrijtuigen voor motorwagens afgeleid zijn. De deuren van M-rijtuigen konden pneumatisch gesloten worden, die van de K-rijtuigen moesten deur voor deur nog dicht geklapt worden. De L, R, K en M1-2-3 rijtuigen zijn thans allen buiten dienst. Houten banken vindt men in het reguliere verkeer niet meer. Blauw/beige wordt vanaf 1934 toegepast als livrei op motorstellen. Op 5 mei 1935 reed de eerste elektrische trein in België (3000 Volt gelijkspanning) tussen Brussel en Antwerpen. In dat jaar werden naast vierledige treinstellen ook de grote stoomlocs van het type 1 in dienst genomen. Vanaf 1930 waren proeven ondernomen met dieselmotorvoertuigen, en in 1938 werden de eerste reeksen geleverd. In 1939 werden zes stuks stoomlocomotieven type 12 afgeleverd door Cockerill. Tijdens de tweede wereldoorlog zijn diverse Franse stoomlocs door de bezetter bij de Belgische spoorwegen ingedeeld, en Belgische (ex - Duitse) gingen terug naar de vroegere heimat. Andermaal moesten 300 Amerikaanse locs de tekorten opvangen na de oorlog. De laatste stoomloc gebouwd voor de NMBS, de 25.012 werd afgeleverd door "La Meuse" in 1947. De NMBS besloot na de laatste wereldoorlog dat minstens elke hoofdlijn in ons land moest worden geëlektrificeerd. In 1949 werden daarvoor bestemde locs type 101 (latere reeks 29) afgeleverd. Met zo'n 1200 treinen per dag is de Brusselse noord-zuidverbinding zo niet de drukst bereden, dan toch zeker één van de meest gebruikte spoorwegen ter wereld. Op 04/10/1952 is ze door Koning Boudewijn geopend. In 1901 kwam een commissie al tot de conclusie dat het verbinden van Brussel Noord en Zuid noodzakelijk was. In 1911 werden de werken gestart, maar door de oorlog en discussies over de haalbaarheid en uitvoerbaarheid van de werken daarna, werd het project stilgelegd. Pas in 1947 werden de werken weer echt hervat. De verbinding is al bij de bouw geëlektrificeerd. Er zijn zes sporen, de tunnel waar de treinen door rijden, is net geen twee kilometer lang. Frans Hooyberghs Modeltreinen van A tot Z Een droom, een plan, een modelbaan Van droom naar daad pagina 24

Vanaf 1955 werden de eerste baandiesels types 202/203 (latere reeks 52 en 53) en 201 (latere reeks 59) geleverd. - Periode van de echte vereniging, eenmaking van de Belgische spoorwegen. - 1931; Hernummering van de stoomlocomotieven naar drie - of viercijferige getallen. - Levering van de eerste reeksen van metalen rijtuigen met draaistellen (I1 1931, L 1932, K1 1933 en M1 1935). - 1935; Ingebruikname van de eerste geëlektrificeerde lijn tussen Brussel - Noord en Antwerpen - Centraal. - 1936; Gebruik van het B logo. - 1936; Ingebruikname van de eerste driedelige diesel - elektrische motorrijtuigen voor hogere snelheden. - 1938; Verandering van de afkorting naar N.M.B.S. - S.N.C.B. Periode c; 1940 1945 - Tweede wereldoorlog. - Door de krijgsverrichtingen/oorlogstransporten wordt talrijk buitenlands rijdend materiaal ingezet. Tijdperk III; 1945-1970 DRG E44 046 bouwjaar 1933-1955 opnieuw in dienst 1960 VEB BR 52 6106 (vroegere 52 8095) bouwjaar 1943 ombouw 1963 Frans Hooyberghs Modeltreinen van A tot Z Een droom, een plan, een modelbaan Van droom naar daad pagina 25

SNCF CC-14018 bouwjaar 1956 VEB V 60 1184 bouwjaar 1962 VEJ bijwagen 998 228-1 bouwjaar 1960 1956; In Europa verdwijnt de 3de klasse. Dat wil zeggen; de 3de klasse heet voortaan 2de klasse en de 2de klasse voortaan 1ste klasse. Daarvoor kwam de 1ste klasse in lokale treinen niet voor. 2 juni 1957; Begin van de Trans Europ Express (TEE), voorloper van de Eurocity's en het Europese net van hogesnelheidstreinen. 1966; Laatste stoomtrein in reguliere dienst in België. - Dit tijdperk wordt gekenmerkt door de systematische en succesvolle vervanging van stoomlocomotieven door diesel - en elektrische tractie. - Nieuwe nummering van het rollend materieel. - Reorganisatie van het net, opheffing van talrijke zijlijnen. Frans Hooyberghs Modeltreinen van A tot Z Een droom, een plan, een modelbaan Van droom naar daad pagina 26

Periode a; 1945-1955 NMBS K2-rijtuig met kopplatform en dubbele vouwdeur (1950) NMBS 29013 bouwjaar 1946 gerenoveerd 2003 NMBS K3-rijtuigen bouwjaar 1955 NMBS M2-rijtuig bouwjaar 1958 NMBS K3-rijtuig met kopplatform en dubbele draaideur (1955) CFV3V 4608 bouwjaar 1952 NMBS 29013 bouwjaar 1946 gerenoveerd 2003 NMBS K3-rijtuigen bouwjaar 1955 TSP 270005 bouwjaar 1954 gerenoveerd 2001 NMBS 29013 bouwjaar 1946 gerenoveerd 2003 Frans Hooyberghs Modeltreinen van A tot Z Een droom, een plan, een modelbaan Van droom naar daad pagina 27

CFV3V 4407 (604.07) bouwjaar 1954 Kolenspoor K3 rijtuigen bouwjaar 1955 Begin van de jaren dertig nam de NMBS de K1- rijtuigen in dienst. Na de oorlog bestelde de NMBS K2- en K3-rijtuigen. Het voornaamste kenmerk van deze rijtuigen zijn de deuren aan het uiteinde die toegang geven tot een balkon. Voor de drie reeksen werden er meer dan 800 K-rijtuigen geleverd. Ze werden in de jaren negentig vervangen door moderner materieel. NMBS 201010 (latere 59) bouwjaar 1955 NMBS K3 rijtuigen bouwjaar 1955 Vanaf 1946 verschijnt de tweekleurige groene livrei op de motorstellen. In 1951 verschijnen gele banden om de zichtbaarheid te verbeteren. De vanaf 1954 geleverde diesellocomotieven zijn ook tweekleurig groen geschilderd. Pas in 1948 werd de laatste private spoorlijn door de NMBS overgenomen. - Reorganisatie van het spoorwegnet. Afschaffen vele nevenlijnen. - 1946; Ingebruikname van de laatste door de SNCB - NMBS bestelde stoomlocomotieven (Type 29). - 1946; Hernummering van de motorrijtuigen door een vijf - en zescijferig getal. - 1948; Nationalisering van de laatste private spoorwegmaatschappijen. - 1949; Ingebruikname van de eerste reeks elektrische locomotieven. - 1952; Ondergrondse verbinding tussen de Brusselse stations Noord en Zuid. - 1953; EUROP - overeenkomsten. - 1954; Levering van de eerste diesel - rangeerlocomotieven. - 1954; Begin van de standaardisatie van de goederenwagons naar de UIC - normen. - 1954; Ingebruikname van de eerste diesellocomotieven voor lijndiensten. Frans Hooyberghs Modeltreinen van A tot Z Een droom, een plan, een modelbaan Van droom naar daad pagina 28

Periode b; 1955-1964 NMBS M2-rijtuig met tussenplatform en dubbele vouwdeuren (1962) NMBS.5216 (vroegere 202) bouwjaar 1955 Vanaf 1979 in Bordeaux livrei Vanaf 1985 in New Look livrei SDP 8467 (vroegere 250 251 252) bouwjaar 1955-1964 SDP L-rijtuigen bouwjaar 1933-1934 NMBS M3-rijtuig (lichter dan M2) met tussenplatform en dubbele vouwdeuren (1963) NMBS R-rijtuig zijn omgebouwde lichte aanhangrijtuigen van motorwagens Kolenspoor R-rijtuig bouwjaar 1956 Frans Hooyberghs Modeltreinen van A tot Z Een droom, een plan, een modelbaan Van droom naar daad pagina 29

NMBS 6278 6261 (vroegere 212) bouwjaar 1961-1966 NMBS 5517 (vroegere 205) bouwjaar 1961-1962 Kolenspoor M3-rijtuig bouwjaar vanaf 1958 NMBS 6242 6278 6261 (vroegere 212) bouwjaar 1961-1966 2507 bouwjaar 1961-1962 NMBS M4-rijtuigen bouwjaar 1979-1984 NMBS 9156 (vroegere 230) bouwjaar 1963-1964 NMBS 2555 bouwjaar 1961-1962 omgebouwd 1974 CFV3V 6086 bouwjaar 1964 Frans Hooyberghs Modeltreinen van A tot Z Een droom, een plan, een modelbaan Van droom naar daad pagina 30

Vanaf 1955 wordt de nummering op de locomotieven in het geel geschilderd, goederenwagons worden bruin, personenrijtuigen en elektrische motorstellen tweekleurig groen. De uitbating van de eerste locomotieven voor meervoudige spanning- en stroomnetten in staalblauw livrei start in 1962 terwijl de tweekleurige livrei op de éénstromige elektrische locs wordt vervangen door eenkleurig groen. Vanaf 1964 begin de opknapbeurt van de diesels 201 wiens livrei groen met een beetje geel wordt. In de loop der jaren krijgen locomotieven steeds weer nieuwe schilderingen. Soms slechts toegepast op slechts één enkele locomotief. Soms om een accent te geven aan een bepaalde reeks zoals de 25 bestemd voor grensoverschrijdend verkeer met Nederland. Bij wijze van voorbeeld de schildering, of livrei, op de elektrische locomotieven van de reeksen 22, 23, 24 en 25. - 1955; Invoering van gele lijnen op de personenrijtuigen voor de aanduiding van eerste klasse afdelingen. - 1955; Ingebruikname eerste grote reeksen elektrische locomotieven. - 1956; Nieuwe zevendelige nummering goederenwagons, roodbruine schildering naar UICnorm.

- 1956; Ingebruikname eerste klasse in alle treinen. Herkwalificering van tweede en derde klasse naar eerste en tweede. - 1957; invoering TEE-treinen. - 1962; invoering elektrische meersysteem locomotieven. Periode c; 1964-1970 CFV3V.5120 bouwjaar 1961 TSP 6077 (vroegere 210.077) bouwjaar 1963-1965 gerenoveerd 1989 Op 20.12.1966 werd tussen Ath en Denderleeuw de laatste officiële stoomtrein met de 29.013 ingelegd. NMBS 8248 (vroegere 262) bouwjaar 1965-1973 Vanaf 01/01/1971 kregen alle locomotieven het huidige reeksnummer met 4 cijfers, het eerste cijfer duidt de klasse aan, samen met het tweede cijfer duidt het de reeks aan. De twee laatste cijfers geven het volgnummer. - 1964-1970; Nieuwe UIC nummering voor personenrijtuigen en goederenwagons. - 1966-1967; Officiële einde van de stoomtractie. Frans Hooyberghs Modeltreinen van A tot Z Een droom, een plan, een modelbaan Van droom naar daad pagina 32

Tijdperk IV; 1970-1990 DR 130 101-9 bouwjaar 1970-1982 SNCF 40101 bouwjaar 1964-1970 DB BR 103 235-8 bouwjaar 1970-1974 In tijdperk 4 ontstaat een kentering in de exploitatie. Het wegverkeer en vliegtuigverkeer nemen in belangrijke mate de rol van de spoorwegen als transportmiddel voor verre afstanden over. Vooral het goederenvervoer over de weg vreet aan de marges van de spoorwegmaatschappijen. Het vervoer van stukgoed wordt minder interessant en de maatschappijen beginnen zich te concentreren op het massavervoer. Hierdoor zien we veel bloktreinen ontstaan voor het vervoer van containers, stortgoederen (ijzererts en steenkool), petroleumproducten, auto's en auto - onderdelen. Stoomtreinen rijden enkel nog als toeristische attractie en... in het voormalige Oostblok! Tot vandaag! 1981; De eerste Europese hogesnelheidslijn tussen Parijs en Lyon wordt in gebruik genomen. - Nieuwe nummering van de motorrijtuigen, nieuwe schildering van het rijtuigenpark, hernieuwing van motorrijtuigen. - Diesellocomotieven worden vervangen door nieuwe elektrische locomotieven. Frans Hooyberghs Modeltreinen van A tot Z Een droom, een plan, een modelbaan Van droom naar daad pagina 33

Periode a; 1970-1984 NMBS 2603 (vroegere 126) bouwjaar 1964 en 1969-1972 NMBS 2345 (vroegere 123) bouwjaar 1955 NMBS 741 (MS 73) bouwjaar 1973-1979 NMBS 2360 (vroegere 123) bouwjaar 1955 NMBS M4-rijtuigen bouwjaar 1979-1984 NMBS 7402 bouwjaar 1974 NMBS 240 (MS 62) tweedelige motorwagen tweetje bouwjaar 1962-1965 NMBS 2008 bouwjaar 1975-1978 Frans Hooyberghs Modeltreinen van A tot Z Een droom, een plan, een modelbaan Van droom naar daad pagina 34

NMBS 2025 bouwjaar 1975-1978 NMBS M4-rijtuig bouwjaar 1979-1984 NMBS I11-rijtuig bouwjaar 1995 NMBS 7403 bouwjaar 1977 NMBS M4-stuurstandrijtuig bouwjaar 1979-1984 herschilderd 1996-2009 NMBS 826 (MS75) vierdelige motorwagen viertje of varkensneus bouwjaar 1975-1979 NMBS 2741 bouwjaar 1981-1984 NMBS M4-rijtuigen bouwjaar 1979-1984 In 1970 verschijnt een nieuwe groene livrei met gele lijnen, livrei 70 genoemd. Motorstellen worden rood en geel. In 1974 worden bij de omvorming van de 8 locomotieven serie 25 tot Benelux locomotieven 25.5 deze herschilderd in blauwe NS livrei. Voor een grotere zichtbaarheid van de rangeer locomotieven krijgen deze vanaf 1975 een schildering van gele lijnen in Z vorm. Dat jaar verschijnt ook de oranjegrijze livrei op de viervoudige AM. De eerste elektrische locomotieven in geelblauwe, de eerste diesel locomotieven in geelgroene en de eerste rijtuigen met bordeaux (met witte band) livrei komen er in 1977. Vanaf 1980 wordt de staalblauw/gele livrei op de elektrische locomotieven aangebracht. Vanaf 1981 dragen de motorstellen die uit groot onderhoud komen de bordeaux livrei, zoals de M4-rijtuigen en de AM Break. - 1971; Hernummering naar reeksnummers met 3 cijfers voor de elektrische motorrijtuigen, naar 4 cijfers voor de dieselmotorrijtuigen. Frans Hooyberghs Modeltreinen van A tot Z Een droom, een plan, een modelbaan Van droom naar daad pagina 35

- 1971; Verandering van het uitzicht van de elektrische motorrijtuigen, nieuwe kleurgeving voor diesellocomotieven en diesel motorrijtuigen. Invoering van dubbele koplampen (wit - rood). - 1972; Eerste historische rit met een stoomtrein sinds opheffing stoomtractie. - 1976-1981; Testen met nieuwe schilderingen. - 1979; Invoering van de nieuwe schildering voor personenrijtuigen in bordeaux - rood. - 1980-1985; Invoering van de gewijzigde UIC - nummering voor goederenwagons. Periode b; 1984-1990 NMBS 2104 bouwjaar 1984-1988 NMBS M4-rijtuigen bouwjaar 1979-1984 NMBS 1192 bouwjaar 1985-1986 NMBS 2126 bouwjaar 1984-1988 NMBS M5 rijtuig bouwjaar 1985 NS Intercity stuurstand rijtuig in Benelux-trein NMBS M5 stuurstandrijtuig bouwjaar 1985 NMBS 1204 bouwjaar 1986-1987 Frans Hooyberghs Modeltreinen van A tot Z Een droom, een plan, een modelbaan Van droom naar daad pagina 36

Met ingang van de zomerdienstregeling 1984 werd het IC (Inter City) - IR (Inter Regio) plan ingevoerd. Einde 1989 werd beslist tot het aanleggen van een hogesnelheidsnet. In 1985 rijden de eerste rijtuigen met witte New-Look livrei met rode en blauwe lijn aan de onderkant. In 1989 begint het herschilderen van NMBS 940 (MS 86-89) de diesel motorstellen in blauw / geel livrei. tweedelige motorwagen duikbril bouwjaar 1986-1991 De ICE en de TGV s rijden inmiddels door ons land. Private spoorwegmaatschappijen concurreren met de hervormde NMBS voor het vrachtvervoer. - 1884; Verhoogde investeringen in de elektrificatie, achteruitgang van de dieseltractie. - 1984; Sluiting van talrijke stations en nevenlijnen, verbonden met de invoering van een nieuwe dienstregeling met IC -, IR - en L - treinen. - 1984; Einde van de hernummering van de goederenwagons naar het UIC - schema. - 1987; De nieuwe Benelux - keertreinen. - 1990; Afsplitsing van het stukgoedverkeer naar de nieuwe dochtermaatschappij ABX. Tijdperk V; 1990 - heden DB BR 232 (vroegere DR 132) ombouw vanaf 2002 ICE3 bouwjaar vanaf 2000 In het tijdperk 5 moeten de nationale maatschappijen privatiseren en zien we dat er dochterondernemingen ontstaan. Meestal vinden we een maatschappij terug die zich ontfermt over de infrastructuur en de exploitatie. Een andere maatschappij neemt het reizigersverkeer voor zijn rekening en nog een andere maatschappij het goederenverkeer. Frans Hooyberghs Modeltreinen van A tot Z Een droom, een plan, een modelbaan Van droom naar daad pagina 37

Ook zien we opnieuw private ondernemingen de exploitatie van de door de nationale maatschappijen gesloten lijnen op zich nemen. Ook het aandeel in het goederenverkeer neemt toe. Deze diversificatie brengt een zeer afwisselend beeld van rollend materiaal met zich mee. Op 3 april 2002 rijdt DLC met zijn eerste trein in België. - Invoering van hogesnelheidstreinen en lijnen bij een gelijktijdige afbouw van het klassieke internationale verkeer. - Opening van het spoorwegnet voor derden/private maatschappijen voor het goederenverkeer. Periode a; 1990-2001 NMBS 339 (MS 80) (oorspronkelijk tweedelige later driedelige motorwagen drietje of break bouwjaar 1981-1985 TGV Thalys PBA 4533 (SNCF) bouwjaar 1995-1996 NMBS 460 (MS 96) Deense neus bouwjaar 1996 TGV Thalys PBKA 4331 (NS) bouwjaar 1996-1997 Frans Hooyberghs Modeltreinen van A tot Z Een droom, een plan, een modelbaan Van droom naar daad pagina 38