Belastingplan en overige fiscale maatregelen 2017 Zoals elk jaar is op Prinsjesdag het Belastingplan 2017 ingediend bij de Tweede Kamer. Dit jaar zijn het zes wetsvoorstellen, namelijk het Belastingplan 2017, de Overige fiscale maatregelen 2017, de Fiscale vereenvoudigingswet 2017, het wetsvoorstel uitfasering pensioen in eigen beheer en overige fiscale pensioenmaatregelen, het wetsvoorstel maatregelen rijksmonumenten en scholing en het wetsvoorstel tijdelijk verlaagd tarief openbare laadpalen. Hieronder een overzicht van de belangrijkste maatregelen Inkomstenbelasting Tarieven en schijven box 1 1. Het tarief van de tweede en derde schijf gaat omhoog van 40,40% naar 40,80%. 2. De derde schijf wordt verlengd naar 67.072,-, deze bedraagt nu 66.421,- Heffingskortingen 1. De maximale heffingskorting gaat met 12,- omhoog naar 2.254,- 2. De maximale arbeidskorting gaat met 120,- omlaag naar 3.223,- 3. Ook wordt het startpunt van de afbouw van de arbeidskorting verlaagd. Momenteel bedraagt dat 34.015,- en dat zal in 2017 32.444,- gaan bedragen. 4. De ouderenkorting gaat omhoog met 105,- naar 1.292,-. Maatregelen die beleggen in box 2 via vrijgestelde beleggingsinstellingen (VBI s) minder aantrekkelijk maken 1. De eerste maatregel heeft te maken met het feit dat in de toekomst moet worden afgerekend in box 2 over de positieve aanmerkelijk belang claim als een lichaam waarin een belastingplichtige een aanmerkelijk belang heeft een zogenaamde VBI-status krijgt. De claim wordt niet meer doorgeschoven en om anticipatie op deze maatregel te voorkomen wordt voorgesteld deze maatregelen met terugwerkende kracht tot en met Prinsjesdag 2016 (15.15 uur) in werking te laten treden. 2. Box 3 vermogen dat wordt ondergebracht in een VBI waarin een belastingplichtige een aanmerkelijk belang heeft, wordt niet alleen belast in box 2, maar blijft ook belast in box 3 als dit vermogen binnen 18 maanden weer terugkomt naar box 3. Hiermee wordt de flits-vbi tegengegaan. 3. De derde maatregel is het automatisch koppelen van het percentage van het forfaitair rendement uit een VBI aan het voor dat jaar geldende percentage van de hoogste schijf in box 3. Monumentenpanden Voorgesteld wordt om de fiscale aftrek voor uitgaven voor monumentenpanden die particuliere eigenaren van rijksmonumenten in staat stelt de kosten van onderhoud van een rijksmonument fiscaal in aftrek te brengen te beëindigen en wel per 2017. Voor 2017 en 2018 geldt een niet fiscale overgangsregeling. Deze overgangsregeling zou onderdeel worden van de Kaderregeling subsidies OCW, SZW en VWS. Met ingang van 2019 zal het budget ( 32 miljoen) dat vrijvalt door het wegvallen van de aftrek structureel worden ingezet binnen een herijkt financieringsstelsel voor monumentenzorg. 1
Scholingsuitgaven Het voorstel is gedaan om per 2018 de aftrek voor scholingsuitgaven af te schaffen. Van de opbrengst die deze maatregel met zich meebrengt ( 90,8 miljoen) wordt in de periode 2018 tot 2022 en daarna structureel 112 miljoen ingezet voor gerichte uitgavenregeling in de vorm van scholingsvouchers voor mensen die uit zich zelf minder snel geneigd zijn scholing te volgen, maar waarvan het maatschappelijk gezien van groot belang is dat zij deelnemen aan scholing. Loonheffingen Dga s van innovatieve startups en de gebruikelijk-loonregeling Er is voorgesteld om het belastbaar loon van dga s van innovatieve startups voor de toepassing van de gebruikelijk-loonregeling vast te stellen op het wettelijk minimumloon. Dit geldt voor dga s van bedrijven die speur- en ontwikkelingswerk verrichten en voor de toepassing van de S & O afdrachtsvermindering als starter worden aangemerkt. Deze bepaling zal tijdelijk van aard zijn en vervallen per 01 januari 2022. Afschaffen fictieve dienstbetrekking voor commissarissen Door de invoering van de Wet DBA vallen commissarissen die hun commissariaatwerkzaamheden uitoefenden als ondernemer vanwege hun fictieve dienstbetrekking voor commissarissen ondanks hun ondernemerschap toch onder de loonheffingen. Dit is een onbedoeld neveneffect van het afschaffen van de VAR en derhalve wordt de fictieve dienstbetrekking voor commissarissen afgeschaft. De Wet DBA is echter al in werking getreden op 01 mei 2016 en daarom is in het beleidsbesluit vastgesteld dat de commissarissen en hun inhoudingsplichtigen op het afschaffen van de fictieve dienstbetrekking mogen anticiperen. Voor commissarissen die geen ondernemer zijn blijft het ook na het afschaffen van de fictieve dienstbetrekking mogelijk om, indien zij dat wensen onder de loonheffingen te vallen. Zij kunnen samen met hun inhoudingsplichtige gebruik maken van de opting-inregeling. 2
Vennootschapsbelasting Tarief De eerste schrijf van de vennootschapsbelasting van 20% wordt in 2018 verlengd van 200.000,- naar 250.000,-. In 2020 zal deze worden verlengd naar 300.000,- en in 2021 naar 350.000,-. Winstdrainage en overnameholdingbepaling Verder is er voorgesteld om de berekeningssystematiek van de overnameholdingbepalingen aan te scherpen voor situaties waarin een overnameschuld door middel van een zogenaamde dept-push-down van het niveau van de overnameholding naar het niveau van de overgenomen vennootschap wordt verplaatst. Ook wordt er voorgesteld de termijn van afbouw van de financiering van ten hoogste 60% van de verkrijgingprijs naar ten hoogste 25% van de verkrijgingsprijs aan te scherpen. Hiermee zou moeten worden voorkomen dat de overgenomen vennootschap telkens wordt verhangen waardoor de termijn van zeven jaar voor de afbouw van de maximale niet bovenmatige financiering opnieuw aanvangt. Aanpassing zes maandentermijn bij opteren belastingplicht vennootschapsbelasting Wanneer het voor verenigingen en stichtingen voordelig is dan kunnen zij opteren voor belastingplicht. Daarvoor dienen zij een verzoek in te dienen dat binnen zes maanden na het einde van het desbetreffende jaar. In de praktijk blijkt dat deze termijn te kort is en daarom is voorgesteld om het verzoek uiterlijk gelijktijdig met het indienen van de aangifte te doen. Omzetbelasting Vereenvoudiging teruggaafregeling oninbare vorderingen btw en milieubelasting De regels voor teruggaaf mogelijkheden van geheel of gedeeltelijk oninbare vorderingen wordt met deze regeling vereenvoudigd. In de nieuwe opzet ontstaat het recht op teruggaaf op het tijdstip dat de oninbaarheid kan worden vastgesteld. Anders is de fictie dat de vordering één jaar nadat deze opeisbaar is geworden nog niet is betaald. Hierdoor krijgt de ondernemer een jaar na het opeisbaar worden van de vordering een recht op teruggaaf. Ook wordt voorgesteld om de ondernemer niet langer meer een separaat verzoek in te laten dienen, maar dat dit gewoon in mindering kan worden gebracht bij de periodieke aangifte voor de Btw en indien van toepassing de desbetreffende milieubelasting. 3
Overige fiscale maatregelen 2017 Erf- en schenkbelasting In het Belastingplan 2016 is opgenomen dat vanaf 01 januari 2017 een vrijstelling geldt voor schenkingen ten behoeve van de eigen woning. Iedereen tussen de 18 en 40 jaar mag per schenker eenmalig een schenking van 100.000,- ten behoeve van de schenker ontvangen, al dan niet gespreid over drie achtereenvolgende kalenderjaren. Hiervoor gelden uiteraard ook voorwaarden als er al eerder geschonken is. Hierover kunnen wij u nader informeren. De geschonken bedragen moeten uiterlijk in het tweede kalenderjaar na het kalenderjaar waarin de eerste schenking is gedaan worden aangewend voor de eigen woning. Veelal is pas na het derde kalenderjaar na te gaan wat de feitelijke benutting van de vrijstelling is geweest en op welke wijze de schenking is aangewend. Dit is de reden dat is voorgesteld om de termijn voor het opleggen van de aanslag te verlengen van twee jaar naar vijf jaar. Stroomlijnen van invordering belastingen en toeslagen Momenteel kennen we voor de belastingen een ander invorderingsregime dan dat we voor de toeslagen kennen. Dit is lastig uit te leggen en maakt het uitvoeren van de beide regimes complex. Het voorstel dat is ingediend voorziet in één invorderingsregime voor zowel de belastingen als de toeslagen. In het voorstel is tevens opgenomen dat de rechtsbescherming meer in één lijn komt te liggen door de fiscale rechter bevoegd te maken ten aanzien van geschillen over uitstel en kwijtschelding van zowel de belasting- als de toeslagschulden. Het streven is om dit per 01 januari 2019 in werking te laten treden. Toeslagen De Belastingdienst zal toeslagen binnen 5 jaar na afloop van het berekeningsjaar definitief moeten toekennen en verrekenen met de betaalde voorschotten. Mocht dat niet lukken dan kan de verrekening niet meer leiden tot een terugbetaling. Ook is de Algemene Wet Inkomensafhankelijke regelingen (Awir) aangepast waardoor de Belastingdienst / Toeslagen in uitzonderingsgevallen een voorschot kan verstrekken aan een belanghebbende die in het verleden fraude heeft gepleegd. In beginsel is dit niet mogelijk. 4
Uitfasering pensioen in eigen beheer Met ingang van 01 januari 2017 is het niet meer mogelijk om fiscaal gefacilieerd nieuwe pensioenaanspraken op te bouwen in eigen beheer en is het dus ook niet mogelijk om nog te doteren aan reeds in eigen beheer opgebouwde pensioenaanspraken. Gedurende een periode van drie jaar wordt de dga de mogelijkheid geboden zijn of haar opgebouwde pensioenaanspraak af te kopen. Dit betekent het volgende: De pensioenaanspraak wordt fiscaal geruisloos afgestempeld naar het niveau van de waarde van de pensioenverplichting op de balans voor de heffing van de vennootschapsbelasting. De fiscale waarde van de pensioenverplichting voor de afstempeling vormt het uitgangspunt voor de vaststelling van de grondslag van de loonbelasting die verschuldigd is ter zake van de afkoop. Er geldt echter gedurende de jaren 2017 tot en met 2019 een korting van respectievelijk 34,5%, 25% en 19,5%. Over de afkoop is geen revisierente verschuldigd. De partner moet instemmen met de door de dga beoogde beëindiging van het pensioen in eigen beheer. De dga moet de Belastingdienst informeren indien hij gebruik heeft gemaakt van één van de opties voor een gefacilieerde beëindiging van het pensioen in eigen beheer. Afkoop van pensioen in eigen beheer dat reeds is ingegaan is mogelijk. Tot zover de hoogtepunten van het Belastingplan 2017. Inmiddels zijn de algemene beschouwingen aan de gang en zullen er nog wat discussies volgen voordat de wetgeving gereed is. Wij houden u op de hoogte. 5