Afdeling Kinderurologie. Sophia Kinderziekenhuis

Vergelijkbare documenten
Kinder Incontinentie Centrum. Kinder Incontinentie Multidisciplinair Spreekuur (KIMS-spreekuur) Sophia Kinderziekenhuis

Opheffen vernauwing van

Kindergeneeskunde. Urineweginfectie (UWI)

Urologie. Prostaatklachten

URINEWEGINFECTIE BIJ KINDERE FRANCISCUS GASTHUIS

Plastest bij kinderen

Handleiding voor (zelf)katheteriseren van de blaas

Terugkerende blaasontstekingen bij de vrouw

Terugkerende blaasontstekingen bij vrouwen

URODYNAMISCH ONDERZOEK

PATIËNTEN INFORMATIE. Urine-incontinentie

URINEWEGINFECTIE BIJ KINDEREN

URODYNAMISCH ONDERZOEK FRANCISCUS GASTHUIS

Urologie. Urodynamisch onderzoek

BLAASONDERZOEK CYSTOSCOPIE

UROLOGIE. Verwijderen (nier)stenen door operatie

Vernauwing van de plasbuis Sachse of Otis operatie

Urodynamisch onderzoek urologie

Operatie aan de plasbuis (poliklinisch)

Bloedplassen Naar het ziekenhuis? Lees eerst de informatie op

Laparoscopische pyelumplastiek

Nierbekkenplastiek. Kijkoperatie

Bloedplassen. Albert Schweitzer ziekenhuis september 2013 pavo 0934

Orchidopexie bij kinderen

URS Ureterorenoscopie

URINEWEGINFECTIES BIJ KINDEREN FRANCISCUS VLIETLAND

H Ureterorenoscopie (URS) Kijkoperatie van de urineleiders en het nierbekken bij stenen of tumoren

Verwijderen van prostaat weefsel via de buik (Millin)

Kinderincontinentie spreekuur

Urodynamisch onderzoek urologie

Afdeling: Urologie. Onderwerp: Opheffen vernauwg plasbuis Sachse / Otis urethratomie

Invasief blaascarcinoom

H Inbrengen katheter via de buik (suprapubische katheter)

Prostaatoperatie. Centrumlocatie

Behandeling van stenen in de urinewegen

Urodynamisch onderzoek

Prostaatoperatie. Bijnier. Nierbekken. Nier. Zaadleider. Urineleider Endeldarm Blaas Zaadblaasje Prostaat. Zaadbal

Operatie aan de plasbuis (poliklinisch)

Opheffen van een vernauwing in de plasbuis

Urodynamisch onderzoek. Cystometrie-Drukmetingen

Ureterorenoscopie (URS)

Urodynamisch onderzoek

Urineweginfecties en antibiotica

Wilhelmina Ziekenhuis Assen. Vertrouwd en dichtbij. Informatie voor patiënten URS

Mictiecystogram Onderzoek van het functioneren van de blaas

Een operatie voor het opheffen van een vernauwing van de urineleider Pyelumplastiek

UROFLOWMETRIE FRANCISCUS VLIETLAND

Urologie JJ-katheter

Nefro-ureterectomie. Verwijderen van nier en urineleider. Beter voor elkaar

Suprapubische katheter

Sophia Kinderziekenhuis. Katheteriseren van de blaas. Handleiding voor ouders/verzorgers

Urologie JJ-katheter

Stenen in de urinewegen

Opheffen van een vernauwing in de plasbuis

Urodynamisch onderzoek

Uw behandelend arts heeft met u afgesproken een dubbel-j katheter te plaatsen. In deze folder vindt u informatie over deze ingreep.

Urodynamisch onderzoek

Ureteroscopie. Verwijdering van stenen uit de urineleider. Inhoudsopgave Klik op het onderwerp om verder te lezen.

Operatie bij vernauwing plasbuis

1. Incontinente derivatie Meestal gebeurt dit volgens de Brickermethode. Bricker methode

Urologie. Dubbel J katheter. Het Antonius Ziekenhuis vormt samen met Thuiszorg Zuidwest Friesland de Antonius Zorggroep

Urodynamisch onderzoek

TVT operatie. Urologie. Beter voor elkaar

Afdeling: Urologie. Onderwerp: Urodynamisch onderzoek

Kinderurologie. Afdeling Urologie. Deze patiënten informatie map is eigendom van: Naam: Adres: Postcode: Plaats: Telefoon:

Ureteroscopie Verwijdering van stenen uit de urineleider

Operatie aan de balzak. Dagbehandeling / Kort verblijf

Urologie Röntgenonderzoek van de urineleider, het nierbekken en de nierkelken met behulp van contrastvloeistof

Droogbedtraining. Kinder Incontinentie Training Sophia (KITS) Sophia Kinderziekenhuis. Mogelijke oorzaken van bedplassen.

ZELFKATHETERISATIE BIJ MAN OF VROUW

Inbrengen JJ-stent. Afdeling urologie. gemini-ziekenhuis.nl

Bekkenfysiotherapie bij bekkenbodemklachten

I N F O R M A T I E. o v e r urodynamisch onderzoek

Laparoscopische Pyelumplastiek

Urologie. Uretero(reno)scopie.

BZ Blaastraining. Na een gynaecologische operatie. Gynaecologie

Bekkenfysiotherapie. bij bekkenbodemklachten. Naar het ziekenhuis? Lees eerst de informatie op

(Sachse / Otis urethrotomie) Afdeling Urologie

Verwijderen van een steen uit de urineleider

Pyelumplastiek via een open operatie

Urologische screening kinderen met MS

Ureterorenoscopie. Urologie. mca.nl

Uw behandelend arts heeft met u afgesproken een dubbel-j katheter te plaatsen. In deze folder vindt u informatie over deze ingreep.

Katheter verwijderen De-katheterisatie

Retrograde Pyelografie onderzoek van de hogere urinewegen

Uretero-renoscopie. Het verwijderen van een niersteen uit de urineleider. Naar het ziekenhuis? Lees eerst de informatie op

Niet ingedaalde zaadbal

Verwijderen van een blaastumor

PATIËNTEN INFORMATIE. Opheffen vernauwing van het nierbekken naar de urineleider. Pyelumplastiek met behulp van robotchirurgie

Urodynamisch onderzoek

Inleiding Orchidopexie betekent: het plaatsen van de zaadbal (testis) in de balzak (scrotum). In deze brochure vindt u informatie over deze ingreep.

Inbrengen dubbele J-katheter

Onderzoek naar nierstenen

Urodynamisch onderzoek. Cystometrie-Drukmetingen

Niet ingedaalde zaadbal

Wilhelmina Ziekenhuis Assen. Vertrouwd en dichtbij. Informatie voor patiënten. Urologie. Urologisch onderzoek

Pyelumplastiek via een open operatie

percutane niersteenoperatie (PNL)

Operatie bij vernauwing van de plasbuis

H Transurethrale resectie van de prostaat (TUR P)

Transcriptie:

Afdeling Kinderurologie Sophia Kinderziekenhuis

Op de afdeling Kinderurologie worden kinderen behandeld die een afwijking hebben aan de urinewegen en/of geslachtsorganen. Meestal zijn het aangeboren afwijkingen van de volgende organen: - de nieren (waar de urine wordt gemaakt) - de ureters (de urineleiders die de urine transporteren naar de blaas) - de blaas (waar de urine tijdelijk wordt opgeslagen) - de urethra (de plasbuis) Hiernaast komen bij jongens afwijkingen aan de penis en de testis (teelbal) regelmatig voor. In de tekeningen hieronder worden de belangrijkste structuren van de urinewegen schematisch weergegeven. De ligging van de nieren en de blaas Een dwarsdoorsnede van de mannelijke geslachtsorganen 2

Functie van de urinewegen Onze twee nieren filteren bepaalde stoffen die schadelijk zijn voor het lichaam uit ons bloed. Deze stoffen worden samen met water uitgescheiden: de urine. Via de urineleiders (ureters) wordt de urine naar de blaas getransporteerd en daar tijdelijk opgeslagen. Normaal produceert een volwassene ongeveer 1,5 liter urine per dag: bij kinderen is de hoeveelheid afhankelijk van leeftijd en gewicht. Bij een volwassene is de blaasinhoud ongeveer 350 tot 400 ml. Dat betekent dat een volwassene zo'n 4 tot 5 keer per dag een volle blaas heeft en naar het toilet moet om te plassen. Kinderen moeten dit leren: baby's dragen daarom een luier, ze kunnen nog niet bewust een plas doen of ophouden. Het leren ophouden van de plas en het bewust naar het toilet gaan om te plassen (zindelijkheidstraining), duurt bij het ene kind langer dan bij het andere. In het algemeen worden kinderen eerst overdag droog en pas later ook 's nachts. De nieren kunnen alleen goed werken als de urine gemakkelijk naar de blaas kan worden afgevoerd: als de druk in de afvoerwegen te hoog wordt, gaat de werking van de nieren achteruit. Bovendien zien we dan, bijvoorbeeld bij een echoscopie, dat de urinewegen gaan uitzetten. Een dergelijke situatie doet zich voor wanneer er ergens een stenose (verstopping) in het afvoersysteem bestaat. Voorbeelden hiervan zijn: een subpelviene stenose (vernauwing op de overgang van het nierbekken naar de ureter) of een stenose op de overgang van de ureter naar de blaas. Wanneer, doordat de blaas niet goed functioneert, de druk in de blaas oploopt, kan ook een hoge druk in de nieren ontstaan. Dit komt voor bij jongens met kleppen in de urethra, bij kinderen met een neurologische blaasfunctiestoornis (bijvoorbeeld spina bifida), maar ook bij kinderen die tijdens het plassen de bekkenbodem niet goed ontspannen. Normaal loopt de urine, die zich in de blaas bevindt, niet meer terug naar de nieren: wanneer dat wel gebeurt, spreken we van reflux. Tijdens het plassen wordt dan slechts een deel van de urine uitgeplast, een deel gaat weer terug naar de nieren en komt na het plassen weer in de blaas. Hierdoor is de blaas nooit helemaal leeg. Er is dan sprake van een `residu': deze kinderen hebben een verhoogde kans op het krijgen van urineweginfecties, blaas- en nierbekkenontstekingen. Een verhoogde druk in het urine-afvoersysteem en het achterblijven van urine in de blaas (met grotere kans op infecties) zijn in het algemeen, op den duur, schadelijk voor de nieren. De behandeling is dus in de eerste plaats gericht op het verlagen van de druk (bijvoorbeeld door het wegnemen van de stenose) en het voorkomen van infecties (bijvoorbeeld door middel van antibiotica). 3

Klachten bij afwijkingen van de urinewegen Veel voorkomende klachten die kunnen wijzen op afwijkingen van de urineweg zijn: - blaasontstekingen - pijn in de buik - hangerig zijn en slecht eten en drinken - pijn bij het plassen en het frequent moeten plassen of incontinent worden voor urine (weer in de broek gaan plassen). Soms worden bepaalde afwijkingen bij toeval gevonden door het consultatiebureau of de schoolarts. Met behulp van echoscopisch onderzoek kunnen tegenwoordig veel afwijkingen al voor de geboorte worden vastgesteld. Direct na de geboorte hebben deze kinderen meestal nog geen klachten. Afhankelijk van de ernst van de aandoening wordt direct na de geboorte of na een paar weken aanvullend onderzoek verricht. Welke onderzoeken worden er gedaan? Voor het vaststellen van een urineweginfectie is onderzoek van urine noodzakelijk. Hoe de urine opgevangen moet worden, staat in een aparte folder. Door middel van een teststrookje kan al worden vastgesteld of de urine schoon is of niet. Als dat niet het geval is, wordt de urine opgestuurd voor een kweek. De uitslag hiervan is meestal na een paar dagen bekend (welke bacterie er in de urine zit en welke antibiotica het beste kunnen worden gegeven). Bloedonderzoek (vingerprikje) vindt plaats om de ernst van een infectie vast te stellen en om te kijken of de nierfunctie verstoord is. Om te kijken of de urinewegen uitgezet zijn of om bijvoorbeeld vast te stellen dat de blaas na het plassen leeg is, wordt een echo van de nieren en de blaas gemaakt (voor en na het plassen). Bij kinderen die zindelijk zijn, wordt vaak een flowmetrie gedaan om te kijken hoe sterk de urinestraal is (van belang bij afwijkingen van de urethra). Voor dit onderzoek (flowmetrie) moeten de kinderen met een redelijk volle blaas komen en een plas doen op een speciale WC. Vaak zal op grond van de bevindingen van deze onderzoeken al duidelijk zijn wat er aan de hand is en wordt begonnen met een behandeling. Soms is het echter nodig verder onderzoek te verrichten: - het maken van nierfoto's (een IVP), of - blaasfoto's (Mictie Cystogram), of - een nierscan (om de functie van de nieren beter te kunnen beoordelen). Bij kinderen met reflux en bijvoorbeeld blaasfunctiestoornissen wordt een urodynamisch onderzoek van de blaas gedaan (zie aparte folder). 4

In bijzondere gevallen kan worden besloten een cystoscopie (kijkoperatie in de blaas) te verrichten. Dit onderzoek vindt bij kinderen altijd onder narcose plaats en meestal in dagbehandeling. Polikliniek In de meeste gevallen is het mogelijk om onderzoeken en behandelingen poliklinisch te laten plaatsvinden. Wanneer operatieve behandeling noodzakelijk is, wordt uw kind in het ziekenhuis opgenomen. Voor ieder bezoek aan de polikliniek moet u zich melden bij balie B2 in gang B bij de doktersassistente. Zij weet al of er urine moet worden nagekeken en of een bloedonderzoek nodig is. Omdat bij veel kinderen de urine moet worden nagekeken, is het belangrijk dat u uw kind niet thuis of in het ziekenhuis laat plassen voor u bij de doktersassistente bent geweest. Voor baby's zijn aparte opvangzakjes voorhanden: neem er eventueel een paar mee voor de volgende keer, dan kunt u die thuis vast aanbrengen. De uitslag van het onderzoek De uitslag van een onderzoek wordt u meegedeeld bij het volgende bezoek aan de polikliniek. Als uit de uitslag van een onderzoek blijkt dat uw kind snel behandeld moet worden, dan krijgt u daar thuis bericht over. Wanneer afgesproken is dat u kunt bellen over de uitslag, neemt u dan contact op met de secretaresse van de Afdeling Kinderurologie, het telefoonnummer is: 010-463 65 59. De uitslagen worden opgezocht en u wordt - zo mogelijk - dezelfde dag nog teruggebeld. Vragen over de stoma Wanneer u vragen heeft over de verzorging van een stoma, kunt u contact opnemen met mw. M. den Harder-de Winter, stomaverpleegkundige. Haar kamer bevindt zich in gang C, bijna aan het eind van de gang aan uw rechterhand, kamer Sp 1534. Mw. M. den Harder leert, indien nodig, de ouders en de kinderen ook om periodieke (zelf)- katheterisatie toe te passen. Vragen over incontinentie Wanneer u vragen heeft over urine-incontinentie, blaastrainingen of advies wilt over opvangmateriaal, kunt contact opnemen met mw. R.S. de Heij. Zij is gespecialiseerd urologie/ incontinentie-verpleegkundige. Haar kamer bevindt zich in gang C van de polikliniek, kamer Sp 1530. U kunt mw. de Heij bellen op maandag, dinsdag en woensdag van 8.30 uur tot 16.30 uur. Het telefoonnummer is: 010-463 63 07, of via de telefoniste (010-463 63 63) vragen naar zoemer 9571. 5

Poliklinische ingrepen Enkele voorbeelden van ingrepen die in dagbehandeling worden uitgevoerd, zijn: - circumcisie (besnijdenis) - cystoscopie (kijkoperatie in de blaas) - liesbreuk (breuk in de buikwand) - orchidopexie (niet ingedaalde zaadbal) - eenvoudige hypospadie (bepaalde afwijking aan de plasbuis bij jongens). Er wordt een afspraak met u gemaakt voor de dag van de ingreep en voor het spreekuur van de anesthesist (degene die uw kind onder narcose brengt). Meer informatie hierover vindt u in de folder `Anesthesie en de begeleiding van het kind'. Opname Als uw kind een operatie moet ondergaan die niet in dagbehandeling kan plaatsvinden, wordt het op de wachtlijst geplaatst voor een opname. De duur van de wachttijd is wisselend. Een kind met bijvoorbeeld een afwijking die schadelijk is voor de nieren, heeft voorrang op een kind met een afwijking die geen directe schade veroorzaakt. Meestal wordt van tevoren afgesproken op welke termijn de operatie ongeveer plaatsvindt. Wij houden zoveel mogelijk rekening met de omstandigheden thuis, de vakanties en dergelijke, maar in verband met de lengte van de lijst is dat niet altijd mogelijk. Wanneer u weet dat een bepaalde periode op voorhand al slecht uitkomt, laat u dat dan weten aan bureau Opname. Ongeveer één week voor de opname ontvangt u thuis een schriftelijke oproep. Bij ziekte van uw kind of wanneer uw kind in contact is geweest met kinderziektes, wordt u dringend verzocht direct contact op te nemen met bureau Opname. Ook adreswijzigingen en dergelijke gaarne even doorgeven. Verklarende woordenlijst Stenose: vernauwing Obstructie: verstopping Reflux: de urine loopt terug van de blaas naar de nieren Flowmetrie: onderzoek naar de urinestraal Stoma: kunstmatige urine uitgang Katheter: buis om urine af te tappen 6

Spreekuren Een afspraak voor een spreekuur maakt u via de afsprakenbalie, het telefoonnummer is: 010-463 61 61. Controle na opname spreekuur: woensdag 14.00-16.00 uur Spreekuur dr. J.R. Scheepe donderdag 13.30-16.00 uur Spreekuur dr. J.R. Scheepe + spreekuur arts-assistent: dinsdag 08.30-12.00 uur Spreekuur mw. drs. K.P. Wolffenbuttel donderdag 8.30-12.00 uur Spreekuur mw. drs. K.P. Wolffenbuttel + spreekuur arts-assistent: vrijdag 08.30-12.00 uur Incontinentiespreekuur: Mw. R.S. de Heij woensdag 14.00-15.00 uur (telefonisch) (bezoek aan de polikliniek in overleg) Urodynamisch onderzoek: dinsdag 08.30-15.30 uur vrijdag 08.30-12.30 uur Operatiedagen: maandag 08.30-16.30 uur woensdag 08.30-16.30 uur donderdag 09.00-16.30 uur Secretaresse Kinderurologie: telefoon: 010-463 65 59 7

Erasmus MC - Sophia Dr. Molewaterplein 60 3015 GJ Rotterdam Tel (010) 463 63 63 5780698 Erasmus MC - Patiëntencommunicatie - 04/03