Macroscopische analyse: Solo #4 ( Advanced Funk Studies ) Rick Latham. A. Componist:

Vergelijkbare documenten
De didactische analyse van partituren: Rococo-Concerto voor klarinet en piano Jurriaan Andriessen (1973) Eerste deel

De didactische analyse van partituren: Eerste graad: Aria voor peter G. Duijck (1972)

HOOFDSTUK 18 : INLEIDING TOT DE RITMIEK

Paradiddle-drums Drummethode deel

HOOFDSTUK Introductie video. 2.Houding gitaarspelen linker hand

Paradiddle-drums Drummethode. Drummen leren vanaf het allereerste begin

Het drumstel. Jurriaan Govaart. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Curriculum Leerorkest groep 5 t/m 8

HOOFDSTUK 24 : ANDERE MAATSOORTEN

Afstudeerrichting Scheppende Muziek specialisatie Muziekproductie. Voornaam en Naam : Leeftijd:. Woonachtig te (gemeente of stad):.

Verdeling vakinhoud leerlijn muziek groep 1-8

Welke zijn de toelatingseisen voor de afstudeerrichting muzikant en hoe worden kandidaten geselecteerd?

ANTWOORDBLAD A-EXAMEN SLAGWERK THEORIE 2017

kennistoets unit 1 en 2

Toelatingseisen primair instrument (muziekpraktisch deel)

sample Methode voor trommel en drumset

Workshop Handleiding. Tafeldrummen 1. wat is jouw talent?

LESSEN SANNE VERBOGT

Examen VWO. Muziek (oude stijl en nieuwe stijl)

» Oefening. Een voorbeeld van een idee: Ik ben soms graag alleen

Inleiding in de jazzharmonie op de piano

Per graad is een extra studiejaar mogelijk. In principe is dat het laatste studiejaar.

FHKE Pabo Veghel Floor van Uittert. Vakspecialist muziek

Ook voor naschoolse activiteiten./\ Ook voor naschoolse activiteiten.

Muziekvereniging. Kunst Na Arbeid. Malletband. Vrij en Blij. Hierden. Informatiegids

DIDACTISCH LESMATERIAAL & DIDACTISCH TIPS TOOLBOX

Onze PC produceert een CD Doelgroep vanaf 6 jaar

De Vakman. De leerling hanteert de muzikale parameters en componenten. De leerling leest en schrijft de muziektaal

Module 3g. Liedbegeleidingen met band in a box.

Lessuggestie Opa En Oma

Les 4. keer zo lang als een kwartrust, een kwartrust is weer twee keer zo lang als een achtste rust, en een achtste is twee keer een zestiende.

Voorjaar 2016 Plug In Music

1 b3 11 #11 5 b7 HOOFDSTUK 29 : DE BLUES TOONLADDER

AANVULLENDE PROEFLES ACCORDEON

Eindexamen Muziek vwo 2002-I

HOODSTUK 6 : ZELF MELODIEËN MAKEN EN TRANSPONEREN

Een goede muziekles bestaat meestal uit drie onderdelen uit de domeinen:

BOOMWHACKERS PERCUSSIE MET MELODIE. Klankmakerij - project ontwikkeld in opdracht van Musica vzw. Kleurige klanken.

Lesvoorbereiding Bachelor in het onderwijs: secundair onderwijs

sample Methode voor trommel, drumset en pauken.

Heb je moeite om de toonaard van een song waarin je kan soleren te identificeren?

Najaar 2016 Plug In Music

Oefen het lied Billy Jean

Lesdoelen 1e les: Benodigd materiaal: Geluid maken op de pbone Lln leren met de juiste blaastechniek spelen

Piano / Keyboardles deel 1

2,2. Opdracht door K woorden 21 november keer beoordeeld. CKV Muziek Verslag

HOOFDSTUK 30 : ARPEGGIO S

METROPOLE ORKEST IN DE KLAS

Piramide 4: muzische vorming

CURSUSAANBOD

Bij het muzikaal spelen wordt gebruik gemaakt van dynamiek en articulatie.

A-EXAMEN THEORIE Slagwerk 2018

Doe Je Mee. LeSBRieF LieD. Martijje. TeR GeLeGeNHeiD VaN De ondertekening VaN MuZieKaKKooRD DRenTHe. 20 JuNi Lesbrief Doe je mee Martijje

Geleide improvisatie & compositie. door Sven Van den Wyngaert, januari 2016

Welke vinger te gebruiken? Niet zomaar een reeks over vingerzettingen op de mandoline Deel 4

Warm Them Up - Inzingen Met Meer Resultaat

HOOFDSTUK 13 : CADENSVORMING

ZINGEN BRAINSTORM MET DE KLAS BELANGRIJK BIJ DE KEUZE VAN EEN LIED

Ook voor naschoolse activiteiten /\ Ook voor naschoolse activiteiten

Leergang Drums. Bart-Jan Hogenhuis Louwesweg 1 Kamer 44C 1066EA Amsterdam

C5basis) ) Discipline:*muziek*/*dans* Thema:)GEZONDHEID))))))))))))) Gr)152:)Museum)voor)Religieuze)Kunst)

Cultuureducatie met Kwaliteit Nijmegen - Vaardigheidslijn Muziek -

De akkoorden worden aangeduid met hoofdletters, eventueel gevolgd door één of meerdere aanduidingen in de vorm van letters of een cijfer.

sample Methode voor trommel, drumset en pauken

Boomwhackers. pag. 1. Boomwhackers. Deel I. Ritme

Overzicht werkvormen en begrippen combinatiepakket 1 vwo van Intro voor de onderbouw

Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt 1 punt toegekend.

TOELATINGSPROEVEN WOORDKUNST - DRAMA

Twee Vijfjes oefenen.

Les 5. Ray Charles III. Hit the road Jack Hoepel op Jack

Inleiding. Beste cursist, ... Waarom deze cursus?

Workshop Handleiding. Boomwhackers 2. wat is jouw talent?

Anouk Platenkamp 2015

NOOT 2: INFO - HANDLEIDING

Nieuw in Tilburg! [Geef tekst op]

! document ter inzage! ORIËNTERINGS-/TOELATINGSPROEVEN WOORDKUNST - DRAMA

Intro onderbouw 4e editie De matrix

De hele noot Deze noot duurt 4 tellen

Muzische opvoeding. Muzikale opvoeding. klas: doelen deelleerplan VSKO 1999

ETUDES VOOR DE CF TREKHARMONICA

op een constant tempo leert lezen. Nemen we onderstaande eens door : Eerst bekijk je de ritmische parameter

AnnA Boek I Begeleidingsboek Samen musiceren en de weg ernaartoe! Diane Reynders Walter Schraeyen

6 tot 12x 1 uur. 10 tot 12x 1 uur

Spillebeen. Warming-up Doel: Losmaken van lijf en stem; concentratie vergroten; richten op leraar voor de klas.

HOOFDSTUK Introductie video. 2.Noten in muziek

Toelatingsprocedure Opleiding docent muziek

De symfonie. Welke symfonie hoor je? Schrijf de juiste volgorde in de kaders bij de cd-hoezen.

Lesmap bij de voorstelling

De namen van de noten komen uit het alfabet. We gebruiken de eerste zeven letters: A B C D E F G Na de G komt opnieuw de noot A.

Vb. Verloop relatieve energie in een song met een traditionele vorm: Tijd. Dit relatieve energie niveau wordt door verschillende elementen beïnvloed:

Voorwoord voor docenten

EINDWERK ALGEMENE MUZIEKCULTUUR

Beide systemen zijn goed, maar deze methode legt de nadruk op leren door te luisteren.

Muziekhumaniora Kindsheid Jesu

Goed les 7, wat gaan we doen nu je de snaren kent, wel akkoorden en tabs leek ons een goed vervolg.

1. Train je gehoor. 4 Step Boost - Ebook DanceComposer.com

De rol van de instrumenten in mainstream jazz.

3. Delen oefenen: De groepjes van 2 verzinnen een eigen melodie en noteren deze op de melodiekaartjes. Ze oefenen dit op hun instrument.

Welkom. Het nieuwe decreet voor het DKO

Transcriptie:

Macroscopische analyse: Solo #4 ( Advanced Funk Studies ) Rick Latham A. Componist: Historische situering: Rick Latham is geboren in Columbia, South Carolina op 1 oktober 1955. Hij behaalde zijn bachelor diploma slagwerk aan de East Carolina University in North Carolina. Hierna trok hij naar de North Texas State University voor zijn masteropleiding. Na het afronden van zijn studies trok hij naar Los Angeles waar hij terecht kwam in het sessiemuzikantenmilieu van de jaren 80. Muzikaal historische betekenis: Rick Latham werd op 25 jarige leeftijd bekend als auteur van het boek Advanced Funk Studies. Door de faam van dit boek ging zijn internationale carrière als uitvoerend muzikant van start. Hij groeide in korte tijd uit tot een veelgevraagde sessie drummer, dit op zowel studio en live gebied. Naast het spelen met verschillende grote artiesten groeiden ook zijn persoonlijke projecten uit tot een groot succes. Het boek Advanced Funk Studies is nog steeds (na 36 jaar) een van de belangrijkste leerboeken voor funk drummen. Betekenis vanuit het instrument: Rick Latham schreef 2 boeken die meteen wereldwijd positief onthaald werden. Het boek Advanced Funk Studies vertrekt vanuit enkele basisoefeningen die worden uitgewerkt door middel van transcripties en grooves uit bekende funknummers. Hierop volgen 10 Solo s waarin met al dit materiaal gewerkt wordt. In het 2de boek wordt er aangeleerd hoe de oefeningen en groove s tot stand kwamen in het eerste boek en de drummer dus aan de slag kan om zelf oefeningen en groove s te bedenken. Titel: De titel Solo #4 verwijst naar de solo die na solo #1, 2 & 3 komt. Deze maken deel uit van het 10 delige pakket solo s in Advanced Funk Studies. Het boek bouwt het niveau niet op binnen de het sologedeelte, eens de solo s aangevat worden is de kennis aanwezig. Het gaat hierbij om een werk binnen het funkdrum genre. Stijlperiode: De muziekstijl Funk ontstaat in het Amerika van de jaren 60 en is vooral ontwikkeld door James Brown en zijn groep. In de jaren 70 evolueert funk naar verschillende subgenres en hoofdgenres. Naast het voortbestaan van de jaren 60 funk ligt deze ook aan de basis van de disco die opkomt in de jaren 70. Wanneer ook jazz gemengd wordt met funk krijg we funkjazz wat beter bekend staat als jazz fusion. Vanaf de jaren 80 krijgen ook de pop, rock en new wave genres invloeden binnen vanuit de funk. Vanaf hier wordt funk eigenlijk minder gebruikt als een hoofdgenre en eerder als een feeling en aanvulling van andere muziekgenres. Na de jaren 80 werden dan ook inmiddels in elk genre, groove s en samples uit het funkmilieu geleend.

Vorm: Solo #4 kunnen we uiteenzetten in 2 grote delen en een outro. De twee aanwezige delen kunnen we verder uiteenzetten in een AABA structuur. Elk deeltje duurt telkens vier maten. Waardoor we dus twee lange delen krijgen van 16 maten. Deze worden gescheiden aan de hand van een extra maat met een te kiezen pauze. De outro bestaat uit acht maten waarin het gebruikte materiaal nog eens voortraast. Uitgave: Solo# 4 is een onderdeel van het drumboek Advanced Funk Studies. Het boek heeft een netjes uitstraling en valt meteen op in ieders drumboekenkast met zijn gele kaft. Naast informatie over de componist en een voorwoord vinden we op een mooie manier geordende drumoefeningen en uitgeschreven transcripties. Het boek is uitgegeven door het label van de componist zelf en verder verdeeld door Carl Fisher. Naar mijn mening een van de betere en verzorgde uitgaven die ik ken op de drumboekmarkt. Microscopische analyse: Solo #4 ( Advanced Funk Studies ) Rick Latham 1. Maatcijfer Het maatcijfer is 4/4 zoals in de meeste funknummers. Er komen geen maatwijzigingen voor. 2. Tempo en karakteraanduidingen Naast het metronoomcijfer is er geen tempo of karakteraanduidingen gegeven. De bundel waar het werkt uitkomt ( Advanced Funk Studies ) gaat over funkmuziek. Het werk wordt dus met een strak en voortstuwend karakter gespeeld worden. 3. Metronoomcijfers Solo #4 is binnen zijn stijl op een vrij snel tempo geschreven. Men vraagt op de partituur naar een tempo van 132 per vierde noot. Er zijn binnen het werk geen verdere maatwisselingen. 4. Toonaard(en) Omdat het drumstel een ritmisch instrument is spreken we niet van toonhoogte of toonaarden. Een noot op een drumpartituur wordt gelinkt aan een bepaald instrument of techniek binnen het drumstel. B. Metriek en maat Solo #4 start met twee tellen opmaat en kent in het verdere vervolg een typische structuur van vier, acht of zestien maten. Het tempo blijft het volledige werk ongewijzigd. Tussen het A en B gedeelte bevindt zich één maat die niet in de structuur thuishoort. Deze maat bied na twee extra tellen een G.P. om het B gedeelte voor te bereiden. Het werk is voortstuwend wegens gesyncopeerde figuren.

C. Melodisch verloop Omdat we over een drumwerk praten is een melodische verloop zoals dit in de meeste gevallen voorkomt onbestaande. Binnen de melodie die een drum kan voortbrengen begint het werk op een simpele manier en worden er telkens instrumenten toegevoegd. In het A gedeelte vormt er zich een melodie tussen de bell van de ride cymbaal, een open hi hat en de floor tom. In het B gedeelte bevindt de melodie zich in de floor en high tom in combinatie met een cowbell. Tegen het einde van het werk wordt er gewerkt met het standaard drumstel door de melodie in de high mid en floortom te laten verschuiven. D. Ritmisch verloop Het ritmische verloop van een drumwerk beschrijven is natuurlijk een hele taak. In principe bij het bekijken van de partituur vinden we enkel 16de noten terug. Deze 16de noten worden dan verdeeld over de 4 ledematen. In grote lijnen vinden we in de partituur veel gesyncopeerde ritme s terug. Meestal verwerkt onder het mum van een sambaritme. Dit sambaritme vormt een onder ostinaat over meerendeel van het werk. De linker en rechterhand bewegen hier vrij overheen. Het tempo blijft hetzelfde en alles zit verpakt in het pakket van 16de noten. Door naast enkelslagen ook dubbelslagen te gebruiken op dezelfde instrumenten schuift de ritmiek van het werk heen en weer. We krijgen een voortstuwend karakter en een stevig doorgaande ritmiek E. Harmonisch verloop Solo #4 uit advanced funk studies is een drumwerk en draagt dus geen harmonisch verloop met zich mee. F. Dynamisch verloop: Solo #4 bevat geen dynamisch verloop. Er kan wel een dynamiek gecreëerd worden door het toevoegen van accenten. Hiernaast zorgen de verschillende instrumenten aanwezig in het drumstel voor mooie dynamische verschillen. G. Rolverdeling met begeleiding: De solo s binnen advanced funk studies zijn geschreven zonder begeleiding. 1. Inhoud A. Formuleer met trefwoorden en/of beelden de muzikale inhoud: Energiek, Dynamisch, kleurrijk, groovy B. Leg een lijst aan van treffende adjectieven die op het stuk van toepassing kunnen zijn Vlot, Technisch, muzikaal C. Aanspreekbaarheid, zeggingskracht, verhaal, taal, gemoedstoestanden, expressie, Hoe straker hoe beter, recht vooruit, gaan met die banaan!

A. Didactische gegevens Bepaling van de doelgroep / leeftijdscategorie Al sinds de uitgifte van Advanced Funk Studies geldt dit drumboek als een vaste waarde binnen de opleiding van een slagwerker. Nochtans zal het boek nooit terug te vinden zijn in een lager graad. Bij aanvang van het boek is een stevige basiskennis op het drumstel een vereiste. Afhankelijk van de student (Men kan zich in slagwerk focussen op ritmische of melodische onderdelen) kan dit boek worden aangewend in de middelbare of hogere graad. Plaatsing in de programmatie Solo #4 plaatsen in een programmatie kan op elk moment. Het werk omvat geen overdonderende drumpartij waardoor het geen andere nummers van de baan speelt. Als apotheose kan het werk niet dienen. Hoewel in bijna elk drumwerk een grote vorm van energie aanwezig is ontbreekt deze toch in Solo #4 vanwege het studiegerichte karakter. Het werk kan eventueel om die reden wel dienen als een opener binnen een programmatie. Instrumentaal technische vereisten. Coördinatie is van levensnoodzakelijk belang bij het bespelen van het drumstel. In Solo #4 hebben we het hierbij vooral op coördinatie tussen linkerhand, rechterhand en rechtervoet. In de voeten wordt er meestal met een ostinaat ritme gewerkt waarop de linkerhand en rechterhand vrij bewegen. In de vrijere delen is er regelmatig een afwisseling tussen de drie verschillende elementen. Men moet in staat zijn deze drie los van elkaar te denken maar toch samen te laten spelen. Muzikaal technische vereisten In Solo #4 zijn er twee muzikaal technische vereisten die bepalend zijn voor het stuk. De down up techniek is belangrijk voor de groove die het nummer verwacht. Bij down up worden slagen benadert vanuit twee verschillende speeltechnieken. Bij de downslag drukt men de stok in het vel, bij de up beweging trekt men na de slag de stok terug omhoog. Hierdoor kan je op hetzelfde instrument op twee verschillende manieren energie overbrengen. De tweede muzikaal technische vereiste is het gebruik van accenten.

Psycho technische vereisten Naast een muzikale voorkennis dient de student een duidelijk beeld te hebben van verschillende speeltechnieken op een drumstel. Zo wordt er enkel op de ride cymbaal al gebruik gemaakt van drie verschillende speeltechnieken. Het is muzikaal vooral belangrijk binnen funk muziek een duidelijk beeld te hebben van wat groove en beat inhoudt. Naast funk muziek kan ook andere muziek met een duidelijke groove nuttig zijn. Samenspel technische vereisten Solo #4 is een opzichzelfstaand werk en kent dus geen samenspel technische vereisten. Ikzelf heb er ooit een begeleiding op geschreven. Hierin is het vooral belangrijk samen te spelen met de bas. Het nummer gaat verder op het zelfde tempo vooruit en komt in de categorie; zo strak mogelijk terecht. Er kan niet zoveel mislopen indien strak en met een luisterend oor naar de basgitaar. Vaststellen van lesinhouden en indeling in verschillende leerfases A. Aanbieding Het aanbieden van Solo #4 of een andere solo uit Advanced Funk Studies kan pas vanaf het moment dat de student hier klaar voor is. Men moet bij dit werk het niveau van het werk hebben, hieraan beginnen vanuit een lager niveau is onbegonnen werk. Het boek zelf omvat verschillende oefeningen die richting de solo s wijzen. Eens de oefeningen met de nodige lectuur verworven zijn kan er gewerkt worden aan de solo s. De solo s kunnen best omschreven worden als studies binnen de drumlectuur en worden dus niet aangeboden in de richting van openbare proeven. B. Verwerking Solo #4 vertrekt als een studie voor drumstel. Belangrijk voor het spelen en verwerken van dit werk is het bewust zijn van de verschillende onderdelen aan het drumstel. Deze onderdelen kunnen we dan verder onderverdelen in de verschillende klanken die deze kunnen voortbrengen. Hiernaast wordt er gewerkt op onafhankelijkheid. Men zal tijdens en voor het studeren goed moeten trainen op onafhankelijkheid van de ledematen. De structuur van het werk kennen is een handige werkwijze om erop te studeren. Binnen het werk komen regelmatig dezelfde patronen terug. Echter komen er telkens nieuwe elementen bij en gaat men steeds verder op onafhankelijkheid werken. Tegen het einde van het werk vervangt men elementen in de patronen en loopt al het materiaal van het werk door elkaar.

C. Verinnerlijking en afwerking Eens de onafhankelijk getraind en het materiaal gestudeerd is kunnen we verder werken op verinnerlijking en afwerking. Afwerking neemt de onafhankelijkheid nog een stap verder. We gaan niet enkel meer op ingeoefende basis elementen en materialen boven elkaar spelen. We gaan nu een lied maken met een drumpartituur. Door dynamische verschillen toe te voegen binnen de ostinate elementen kan er met dit werk een verhaal verteld worden. We starten op een traag tempo en maken onszelf bewust van de verschillende onderdelen. Het automatische piloot gedeelte laten we achter ons en starten met zingen van het nummer. Naast het maken van muziek vraagt deze muziek ook om groove. Groove is moeilijk uit te leggen en komt van de persoon zelf. Een kennis die verder gaat in de funk muziek kan hierbij helpen. Het werk heeft niet genoeg met enkel muzikale lijnen en onafhankelijk. Om Solo #4 op een organische manier te spelen is een verdere studie nodig in het drummen door de jaren heen. Besluit : Beoordeling van de bruikbaarheid. Solo #4 kan vooral goed werken bij studenten die de wil en de zin hebben om op drumtechnieken te studeren. De ostinaten in de voeten moeten zorgvuldig en onafhankelijk worden uitgewerkt. Pas hierna kan men zich richten op het spel in de handen. Het is een werk waar veel informatie voorkomt die in de toekomst hergebruikt kan worden. Naast het groove materiaal kan men ook veel inspiratie vinden voor drumsolo s. Ideaal voor een student die een vocabulaire wil opbouwen.