betrekking tot de meest relevante richtlijnen,

Vergelijkbare documenten
De minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer (VROM)

Blootstellingseffectrelaties ELF-EM velden

MJM Pruppers Laboratorium voor Stralingsonderzoek, Sector Milieurisico s en Externe Veiligheid

Beoordeling elektromagnetische veldsterkte rondom hoogspanningslijnen in Nieuwland, Amersfoort. November 2009 GGD Midden-Nederland

Raadsvoorstel. Aan de raad van de gemeente Sliedrecht. Agendapunt: Sliedrecht, 28 maart 2006

BESTEMMINGPSLAN. Mettegeupel - Oost - Oss Bijlage 4: Hoogspanningsonderzoek

Hoogspanningslijnen en gezondheid

Ontwikkeling bouwplan Eikendal Berekening van de specifieke magneetveldzone van de 110 kv-hoogspanningslijn Harculo- Platvoet

Verkabelen hoogspanningslijnen

Berekening magneetveldzones nabij 150 kv-hoogspanningslijn Eindhoven Oost Maarheeze ter hoogte van Heeze (project Bulders), in de gemeente

Gemeenten hebben een eigen verantwoordelijkheid om het advies al dan niet op te volgen.

Hoogspanningslijnen. Antwoord op de meest gestelde vragen

150/380kV-hoogspanningsstation Oostzaan

Hoogspanningslijnen en gezondheid deel I: kanker bij kinderen. Nr. 2018/08. Samenvatting

Specifieke magneetveldzone van de 150kV-hoogspanningslijn Uden Aarle-Rixtel ter hoogte van Uden

Specifieke magneetveld zones

GGD Gelre IJssel. Geachte heer Van de Weerdt, Het Kennisplatf

150 kv-lijn Veenendaal II-Veenendaal I

150kV-hoogspanningsstation Boxtel

Specifieke Magneetveldzone 150kV-lijn Dodewaard-Tiel

Elektrische en magnetische velden

Hoogspanningslijnen en kinderleukemie

Samenvatting, conclusies en aanbevelingen

Samenvatting. Samenvatting 8. * COgnitive Functions And Mobiles; in dit advies aangeduid als het TNO-onderzoek.

Gezondheid en elektromagnetische velden (Bron nationaal antennebureau)

Specifieke magneetveldzones Wijk Brandevoort in Helmond

Bovengrondse lijn Nijmegen - Dodewaard. Specifieke magneetveldzone ter hoogte van Zetten-zuid

Wonen nabij hoogspanning. Elektrische en magnetische velden

Specifieke magneetveldzone nabij hoogspanningslijnen in de gemeente Ermelo

?Gs~- 2 A. 150kV hoogspanningsverbinding. Magneetveldberekeningen Q10 Landtrace. Berekenlng magneetvelclzone. Landtrace Q10. J.w.

Bovengrondse lijn Nijmegen-Elst. Specifieke magneetveldzone ter hoogte van mast 12-13

Reconstructie 380kV-lijn Maasbracht -Eindhoven en 150kV-lijn Eindhoven oost Helmond zuid te Helmond

Vraag 1 Is bij het college bekend welke gezondheidsrisico's er bestaan omtrent elektromagnetische straling?

NOTA VAN BEANTWOORDING. behorende bij het ontwerp-projectbesluit 'Achter de Watertoren 9'

380/150kV-hoogspanningsstation Vijfhuizen

Status samenvoeging bestaande hoogspanningslijnen in combinatiemast

Nesselande Leukemie bij kinderen en hoogspanningslijn

Aan de minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer

Sander van Kollenburg

150kV kabelverbinding Roosendaal-Dinteloord

Elektromagnetische velden en volksgezondheid Basisstations en draadloze technologieën

Vragen en antwoorden over elektromagnetische velden en gezondheid

Rapport Veldsterktemeting

Rapport Veldsterktemeting

Rapport Veldsterktemeting

Rapport Veldsterktemeting

Bijlage bij memo van wethouder J. Helms aan de commissie Economie en Mobiliteit ten behoeve van de vergadering van 22 maart 2011.

Rapport Veldsterktemeting

Rapport Veldsterktemeting

Rapport Veldsterktemeting

Rapport Veldsterktemeting

Rapport Veldsterktemeting

In deze memo worden de bevindingen uiteengezet met betrekking tot drie onderwerpen:

Specifieke magneetveldzone t.h.v. plangebied Molenzicht, Valburg

Rapport Veldsterktemeting

Rapport Veldsterktemeting

Rapport Veldsterktemeting

150kV-lijn Eindhoven Noord-Eindhoven Oost

Rapport Veldsterktemeting

Rapport Veldsterktemeting

Rapport Veldsterktemeting

Rapport Veldsterktemeting

Handreiking voor het berekenen van de breedte van de specifieke magneetveldzone bij bovengrondse hoogspanningslijnen

Herstructurering Biedermeier Mariaberg te Maastricht Quickscan externe veiligheid. Datum 19 december 2012 Referentie

Rapport Veldsterktemeting

Wonen in nabijheid van hoogspanning. Elektrische en magnetische velden

Rapport Veldsterktemeting

Rapport Veldsterktemeting

6.5 Verslag expertworkshop

Rapport Veldsterktemeting. Diverse meetlocatie s West-Terschelling. West-Terschelling. 10 mei 2011

GGD Richtlijn. Gezondheidsrisico s van Bovengrondse Hoogspanningslijnen. M. van Bruggen T. Fast C. Hegger D.H.J. van de Weerdt

Rapport Veldsterktemeting

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT

Rapport Veldsterktemeting

Rapport Veldsterktemeting

HKS CONSULTANCY HoogspanningsKabels & Systemen RAPPORT

Externe Veiligheid bestemmingsplan ABC Liendert

Rapport Veldsterktemeting

Rapport Veldsterktemeting

Quick Scan magneetveldzone 150 kv hoogspanningslijn ter hoogte van Nieuwegein

Rapport Veldsterktemeting

Elektrische en magnetische velden

Rapport Veldsterktemeting

Rapport Veldsterktemeting

150 kv kabelverbindingen OS Middenmeer. Jaargemiddelde 0,4 microtesla magneetveldzone

Rapport Veldsterktemeting

Rapport Veldsterktemeting

Rapport Veldsterktemeting

Risicoschatting emissie PFOA voor omwonenden

Rapport Veldsterktemeting

Rapport Veldsterktemeting

Rapport Veldsterktemeting

Ontbrekende gevoelige bestemmingen

Informatie met betrekking tot Belgisch onderzoek naar gezondheidseffecten van HAWK radar

Rapport Veldsterktemeting

Rapport Veldsterktemeting

Rapportage specifieke zone 150kV bovengrondse lijnverbinding Doetinchem-Ulft-Dale nabij Sportpark-Zuid te Doetinchem

Rapport Veldsterktemeting

Rapport Veldsterktemeting

Rapport Veldsterktemeting

Transcriptie:

g? Chronologische overzicht en samenvatting met betrekking tot de meest relevante richtlijnen, rapporten en aanbevelingen in relatie tot hoogspanningslijnen. Het rapport "Extreem laagfrequente elektromagnetische velden en ge=onàheid" van de Gezondheidsraad uit 1992 (Gezondheidsraad, 1e92) De commissie ELF elektromagnetische velden van de Gezondheidsraad concludeert in dit rapport dat er onvoldoende wetenschappelijke grond is om aan te nemen dat chronische blootstelling aan extreem laagfrequente (ELF) elektromagnetische velden met een lage veldsterkte, zoals die voorkomen in de woon- en werkomgeving, nadelige effecten op de gezondheid veroorzaakt. Het gaat hierbij om langetermijneffecten, zoals een invloed op het ontstaan of de ontwikkeling van bepaalde Vormen van kanker. De commissie beveelt wel aan om de wetenschappelijke ontwikkelingen op het gebied van effecten van blootstelling aan ELF elektromagnetische velden in biologische systemen te volgen' en over vijf jaar een hernieuwde evaluatie uit te voeren. In het advies wordt verwezen naar 50/60 Hz-richtlijn uit 1990 van het toenmalige IRPA/INIRC ICNIRP-richtlijnen voor blootstelling aan elektromagnetische velden voor het frequentiegebied van O Hz tot 3OO GHz van april 1998 (ICNTRP, 1998) Deze richtlijnen van de'international Commission on Non Ionizing Radiation Protection' (ICNIRP) - een internationale commissie die adviseert aan internationale overheden en de Wereld Gezondheidsorganisatie (WHO) - zijn een aanpassing van eerder uitgegeven richtlijnen, waaronder de 50/60 Hz-richtlijn uit 1990 van het toenmalige IRPA/INIRC. Aanbeveling van de Raad van de Europese Unie van 12 iuli 1999 betreffende de beperking van blootstelling van de bevolking aan elektromagnetische velden van O Hz - 3OO GHz (1999/519/EG) Deze aanbeveling is mede gebaseerd op de richtlijnen/aanbevelingen van de International Commission on Non Ionizing Radiation Protection (ICNIRP). Het rapport "Blootstelling aan elektromagnetische velden (OHz - 1O MHz)" van de Gezondheidsraad uit 2OOO (Gezondheidsraad, 2OOO) In dit rapport dat beschouwd kan worden als een herziening van het advies uit Lggz, en een reactie op de lcnlrp-richtlijnen en aanbeveling van de Raad, heeft de commissie ELF elektromagnetische velden van de Gezondheidsraad de nu

beschikbare wetenschappelijke gegevens getoetst en al dan niet betrokken bij de analyse van de kortetermijn- en langetermijneffecten. Met betrekking tot de langetermijneffecten wordt in het rapport gesteld: "Epidemiologisch onderzoek heeft voor het merendeel van de onderzochte ziekten en aandoeningen geen aanwijzingen geleverd voor een relatie met blootstelling aan ELF elektromagnetische velden bij de relatief lage veldsterktes die in de woon- of werkomgeving vóórkomen. Wel zijn er epidemiologische gegevens die wijzen op een redelijk consistente associatie, dat wil zeggen een statistisch verband, tussen wonen in de nabijheid van bovengrondse elektriciteitslijnen en een, overigens geringe, verhoging van het vóórkomen van leukemie bij kinderen ('.'). Uit de resultaten van deze epidemiologische onderzoeken (...) is echter geen oorzakelijk verband vast te stellen tussen de gevonden effecten en de blootstelling aan ELF elektromagnetische velden of aan enige andere factor". "De commissie komt tot de slotsom dat niet is aangetoond dat blootstelling aan elektrische of magnetische velden afkomstig van het elektriciteitstransport- en distributiesysteem, bij veldsterktes lager dan de voor kortetermijneffecten opgestelde blootstellingslimieten, enigerlei ziekte of afwijking veroorzaakt. Zij meent dat er op grond van de huidige, in dit advies beschreven wetenschappelijke inzichten geen reden is om te adviseren maatregelen te nemen om het wonen in de nabijheid van bovengrondse elektriciteitslijnen (...) te beperken". Uit het rapport blijkt, dat met betrekking tot de kortetermijneffecten als referentieniveau (blootstellingslimiet) voor de sterkte van het externe magnetische vefd voor de algemene bevolking bij een frequentie van 20-200 Hz, L2O pt wordt aangehouden. Een hoogspanningslijn heeft een frequentie van 50 Hz. Het rapport "Magnetische velden van hoogspanningslijnen en leukemie bij kinderen" van het RIVM uit maart 2OO1 (Van der Plas, 2OO1) In dit rapport is het mogelijke optreden van leukemie bij kinderen die wonen nabij hoogspanningslijnen onderzocht. In het onderzoek zijn de oorspronkelijke studies naar het optreden van leukemie bij kinderen bestudeerd en geévalueerd. Daaruit zijn waarden van het relatieve risico als functie van het magnetische veld afgeleid. De blootstellingsituatie in Nederland is bepaald op basis van schattingen van KEMA van de magnetische veldsterkten op diverse afstanden tot de hoogspanningslijnen. Uit tellingen van het aantal personen dat binnen deze afstanden woont, zijn het toegevoegde individuele risico en het potentièle aantal extra gevallen van leukemie bij kinderen berekend. Met het begrip toegevoegd individueel risico wordt het risico op het krijgen van leukemie door kinderen als gevolg van het wonen bij een bepaalde waarde van het magnetische veld afkomstig van een hoogspanningslijn bedoeld. In het rapport is geconcludeerd dat er onzekerheden zijn over de vorm van de eventuele blootstelling-responsrelatie en dat uit epidemiologisch onderzoek alleen kan worden geconcludeerd dat het relatieve risico mogelijk verhoogd is bij veldsterkten hoger dan ergens tussen 0,2 en 0,5 pt. Op basis van de resultaten van Ahlbom en anderen en Greenland en anderen blijkt voor Nederland het toegevoegde individuele risico op het krijgen van leukemie door kinderen in gebieden met magnetische veldsterkten boven 0,3 à 0,4 pt maximaal ongeveer 3 maal 10-s per jaar te bedragen.

In het rapport wordt verder opgemerkt dat de resultaten uitsluitend gelden als het waargenomen verband in het epidemiologisch onderzoek tussen het vóórkomen van leukemie bij kinderen en de blootstelling aan magnetische velden van hoogspanningslijnen oorzakelijk is én de resultaten uit buitenlandse studies naar de Nederlandse situatie vertaald kunnen worden. In dit kader wordt erop gewezen dat in het hiervoor genoemde rapport van de Gezondheidsraad uit 2000 is geconcludeerd, dat uit de resultaten van de epidemiologische onderzoeken geen oorzakelijk verband is vast te stellen tussen de gevonden effecten en de blootstelling aan ELF elektromagnetische velden of aan enige andere factor. Nationaal Milieubeleidsplan 4 (NMP4) van juni 2o01 (NMP a; vrom, 2OO1) Hoofdstuk 10.1 van het NMP4 gaat over het beleid met betrekking tot hoogspanningslijnen. Het beleid is gebaseerd op een aantal leidende beginselen zoals geformuleerd in hoofdstuk 4.1 van het NMP4. Eén van die beginselen is het voorzorgprincipe. In het NMP4 is de volgende passage met betrekking tot hoogspanni ngslijnen opgenomen : "Uitgaande van het voorzorgprincipe zijn de huidige signalen voldoende aanleiding tot het doen van verder onderzoek en het nemen van passende maatregelen mede in relatie tot de maatschappelijke kosten en baten. Hierbij wordt gedacht aan de verbreding van de zone waarin geadviseerd wordt om zo min mogelijk te bouwen (thans 30 m), in combinatie met de hantering van een advies- of grenswaarde voor maximale magneetvelden". Publicatie (numm er 2QOL 14) "Elektromagnetische velden: Jaarbericht 2OO1" van de Gezondheidsraad (Gezondheidsraad, 2OO1) De Commissie Elektromagnetische velden van de Gezondheidsraad concludeert in deze publicatie dat recente meta-analyses een consistente associatie laten zien tussen relatief hoge gemeten of berekende magnetische veldsterktes en een verhoogde kans op leukemie bij kinderen. Het betreft hier echter wel een in epidemiologisch opzicht zwakke associatie, dat wil zeggen, het relatieve risico is kleiner dan 2. De commissie wijst er verder met nadruk op dat er geen enkel biologisch mechanisme bekend is dat genoemde associatie kan verklaren. Juist omdat het een zwakke associatie betreft waarvoor geen redelijke biologische verklaring bestaat, is het niet onmogelijk dat de associatie ook door toeval of door een artefact verklaard zou kunnen worden. De commissie ziet daarom geen reden haar eerdere conclusie dat het niet aannemelijk is dat de associatie duidt op een oorzakelijk verband, te wijzigen. De commissie handhaaft derhalve ook haar standpunt dat het niet waarschijnlijk is dat kinderen die in de nabijheid van hoogspanningslijnen wonen risico lopen als gevolg van blootstelling aan van die lijnen afkomstige elektromagnetische velden.

Het rapport "woningen bij bovengrondse hoogspanningslijnen in Nederland" van het RIVM uit 20O2 In dit rapport zijn de resultaten vermeld van de woningtellingen in de zones van 10 tot 200 meter aan weerszijden van de hoogspanningslijnen in Nederland' Volgens het rapport blijken in Nederland "zich ruim 120.000 woningen binnen 200 meter van een hoogspanningslijn te bevinden. Van deze woningen ligt ongeveer 75o/o rond de 150 kv hoogspanningslijnen. Smallere zones bevatten minder woningen. Binnen 100 meter liggen circa 45.000 woningen en binnen 30 meter nog ruim 5000 woningen". Het rapport "Plannen voor nieuwbouwwoningen bij bovengrondse hoogspanningslijnen" van het RIVM uit mei 2OO3 (Pruppers' 2OO3) In dit rapport is voor de nieuwbouwplannen die de komende 25 jaar gerealiseerd zullen worden, onderzocht waar een bovengrondse hoogspanningslijn in of dichtbij een plangebied aanwezig is. Verder is berekend hoeveel nieuwe woningen er binnen die plannen bij een hoogspanningslijn komen te liggen. In het rapport staat: "Een mogelijk verhoogd risico op kinderleukemie zou optreden bij blootstelling aan magnetische velden boven ongeveer 0,4 pt. Van de 800'000 nieuwe woningen die binnen de plannen van de Nieuwe Kaart gerealiseerd worden, zijn er 10.000 binnen de 0,4 ;.rt contour geprojecteerd. Dit betekent een stijging met ruim 40olo ten opzichte van de 23.000 woningen die er nu binnen deze contour staan. Daardoor zal de komende 25 jaar het aantal mensen dat wordt blootgesteld aan veldsterktes boven 0,4 pt met circa 40olo toenemen". Het briefrapport "Blootstelling aan extreem laag frequente elektromagnetische velden van hoogspanningslijnen - Herberekening naar aanleiding van het KEMA/RIVM-onderzoek naar kosten en baten van maatregelen ter beperking van magnetische velden bij hoogspanningslijnen" is uitgebracht in mei 2003. In het rapport is een herberekening gemaakt van het aantal gevallen van leukemie bij kinderen naar aanleiding van nieuwe schattingen van de sterkte van het magnetische veld door de KEMA en nieuwe tellingen van het aantal blootgestelde kinderen door het RIVM. In het rapport staat: "Als op dezelfde wijze wordt gekeken naar de nieuwe schattingen dan luidt de conclusie dat het om 0,4 tot 0,5 extra gevallen van leukemie per jaar zou gaan. Meer dan de helft van deze extra gevallen zou toe te rekenen zijn aan gebieden waar het magnetische veld groter is dan 0,4 pt of zelfs 0,8 pt" Uitgaande van de veronderstelling dat er een causaal verband bestaat, schatte RIVM in 2000 dat het aantal extra gevallen van leukemie bij kinderen als gevolg van magnetische velden afkomstig van bovengrondse hoogspanningslijnen op maximaal één per jaar. Deze veronderstelling wordt overigens niet bewezen geacht omdat er geen biologisch mechanisme bekend is. Op basis van de huidige kennis over de sterkte van deze velden als functie van de afstand tot de hoogspanningslijnen komt het RIVM tot een schatting van maximaal één extra

leukemie gevallen Per twéé jaar. VROM-Nota "Nuchter omgaan met risico's. Beslissen met gevoel voor onzekerheden" uit januari 2OO4 (VROM 2OO4) Onderzoek (onder meer het'rivm-rapport Nuchter omgaan met risico's uit september 2003) heeft geleid tot de bewuste Nota waarin kort samengevat wordt aangegeven dat Nederland toe is aan een nuchtere discussie over bepaalde milieurisico's (zoals de hoogspanningslijnen). Zo'n discussie is nodig omdat teveel onduidelijkheid is ontstaan over de vraag waarop de overheid mag worden aangesproken en waar de eigen verantwoordelijkheid van de burger en het bedrijfsleven geldt. Nuchter omgaan met risico's betekent ook nog iets anders, namelijk dat gevaren en risico's van een activiteit moeten worden afgezet tegen de maatschappelijke kosten en baten ervan. De Nota behandelt naast de Radonproblematiek en basisstations voor mobiele telefonie ook de problematiek rond hoogspanningslijnen. Hierover schrijft de Staatssecretaris dat nieuwe risicovolle situaties, 'zoveel als redelijkerwijs mogelijk is', moeten worden vermeden. Dit gebeurt op basis van het voorzorgsbeginsel. Voor bestaande situaties liggen maatregelen niet voor de hand, omdat het nog onzeker is of er een oorzakelijk verband bestaat tussen magnetische velden en leukemie. En dus is ook het effect van ingrijpende en dure maatregelen onzeker. De zaak verandert als in de toekomst meer zekerheid zal ontstaan over het mogelijke gezondheidsrisico (bijvoorbeeld door het ontdekken van het oorzakelijke verband of het ontdekken van andere oorzaken van de gevonden extra leukemiegevallen). In dat geval kan alsnog besloten worden over het treffen van extra maatregelen in bestaande situaties. "Elektromagnetische velden: Jaarbericht 2OO3" van de Gezondheidsraad (Gezondheidsraad, 2OO4) Eerdere gegevens over een mogelijke relatie tussen blootstelling aan velden afkomstig van hoogspanningslijnen worden bevestigd. Dit concludeert de Gezondheidsraad in zijn Jaarbericht 2003 over elektromagnetische velden. In het jaarbericht wordt nieuw onderzoek beoordeeld op wetenschappelijke waarde. In de verslagperiode blijkt veel onderzoek waarin geclaimd wordt dat blootstelling tot schade leidt niet deugdelijk te zijn uitgevoerd. VROM-advies over hoogspanningslijnen aan gemeenten, provincies en netwerkbeheerders van oktober 2O05 met bijbehorende nadere uitwerking (VROM, 2OOS) In zijn brief geeft de Staatssecretaris aan dat nieuwe situaties waarbij kinderen langdurig verblijven in een gebied rond hoogspanningslijnen waarbinnen de sterkte van het jaargemiddeld magnetische veld hoger is dan 0,4 pt, dienen te worden vermeden. Uit de toelichting op deze brief blijkt dat met kinderen gedoeld wordt op mensen in de leeftijd van 0 tot 15 jaar. Met langdurig verblijf wordt

gedoeld op wonen, verblijf in scholen, crèches of kinderopvangplaatsen' In de brief wordt ook gesproken over een specifieke zone rond een hoogspanningslijn. Deze zone is gedefinieerd als een zone rondom een hoogspanningslijn waarbuiten de sterkte van het magnetische veld niet meer dan 0,4 pt bedraagt' Deze zone kan berekend worden aan de hand van een handreiking van het RIVM' De versie van de Handreiking van het RIVM dateert van september 2006. Het betreft hier een advies van de Staatssecretaris zodat gemeenten en provincies zelf bepalen of ze het advies overnemen. RM rapport "Hoogspanningslijnen en fijn stof" van 20 november 2AO7 (RrVM, 2OO7) In de brief aan de Tweede Kamer geeft de Minister over dit rapport aan dat In opdracht van VROM het RIVM een literatuurstudie heeft verricht waarmee opnieuw en met diepgang de wetenschappelijke informatie op dit onderwerp is bestudeerd. Conclusie uit het RIVM rapport is dat voor zover nu bekend, de schadelijke effecten van fijnstof niet worden verergerd door hoogspanningslijnen en de daaraan gekoppelde elektromagnetische velden. De elektrische velden vlakbij de draden van de hoogspanningslijnen kunnen wel (reeds aanwezig) fijn stof elektrisch laden, en dit stof wordt door de wind verspreid. Dit is door metingen aangetoond. De beslissende stap naar schadelijke gezondheidseffecten (extra neerslag van fijn stof in longen, luchtwegen en op huid) is echter experimenteel niet aangetoond en ook niet aannemelijk. De bevindingen van het RIVM zijn volgens de Minister in lijn met die van de Gezondheidsraad uit 2001 en de Wereld Gezondheids Organisatie van juni 2007. In deze bevindingen ziet de Minister geen aanleiding om het voorzorgbeleid met betrekking hoogspanningslijnen bij te stellen. Briefadvies Gezondheidsraad "Hoogspanningslijnen" van 21 februari 2oO8 (Gezondheidsraad, 2008) Naar aanleiding van vragen en gerechtelijk uitspraken stelt de Gezondheidsraad op basis van feiten het volgende vast:. er is een verhoogd risico op kinderleukemie bij langdurig verblijf in een woonomgeving met een veldsterkte hoger dan 0,3-0,4 pt. 'langdurig' moet in dit verband worden opgevat als'gedurende minimaal circa 14-18 uur per dag gedurende een periode van minimaal een jaar'. de aantallen waarnemingen in de hoogste veldsterktecategorieèn zijn te gering om een kwantitatieve relatie tussen veldsterkte en effect nauwkeurig vast te stellen. er kan geen uitspraak worden gedaan over een eventuele toename van het risico bij een toename van de blootstelling boven 0,4 pt. het is niet bekend welke parameters van blootstelling (zoals duur en intensiteit) en hoogte van het risico bepalen. er kan uit de gegevens van experimenteel onderzoek geen mechanisme worden afgeleid dat wijst op een oorzakelijk verband tussen blootstelling aan laagfrequente magnetische velden en kinderleukemie

het valt niet uit te sluiten dat andere factoren dan blootstelling aan deze velden het gevonden risico kunnen verklaren. VROM-advies over hoogspanningslijnen aan gemeenten, provincies en netwerkbeheerders van november 2OO8; verduidelijking advies uit 2OO5 (VROM, 2OO8) In deze brief wordt teruggegrepen op het briefrapport van de Gezondheidsraad van 21 februari 2008. In de brief wordt ter verduidelijking van het advies uit 2005 een aantal definities gegeven van begrippen als een "langdurig verblijf' en "gevoelige bestemmingen". Tot een "langdurig verblijf" wordt gerekend een verblijf van als een verblijf van minimaal 16-18 uur per dag gedurende minimaal een jaar. Tot de "gevoelige bestemmingen" worden gerekend woningen, scholen en kinderopvangplaatsen met de daarbij behorende erven. Men gaat daarbij ervan uit dat de kinderen op erven dan wel schoolpleinen verblijven om te spelen. Voor de omschrijving van het begrip erf wordt aangesloten bij de definitie van een erf in het Besluit bouwvergunningvrije en lichtbouwvergunningplichtige bouwwerken. Hieruit vloeit voort dat gronden aansluitend op een woning die ingericht zijn ten dienste van de woning, beschouwd moeten worden als erf. Briefadvies Gezondheidsraad "Hoogspanningslijnen en de ziekte van Alzheimer" 3O maart 2OOg (Gezondheidsraad' 2OO9) De Minister geeft in de brief van 31 augustus 2009 aan de Tweede Kamer aan dat de resultaten van onderzoek een aanwijzing vormen dat er mogelijk een hogere kans is op sterfte aan of met de ziekte van Alzheimer bij mensen die langer dan 10 jaar op minder dan 50 meter afstand van een bovengrondse hoogspanningslijn hebben gewoond. De commissie concludeert dat, vanwege een aantal beperkingen uit dit ene onderzoek naar het verband tussen wonen in de nabijheid van hoogspanningslijnen en de ziekte van Alzheimer, geen conclusie kan worden getrokken over een oorzakelijk verband: er kan geen uitspraak worden gedaan over de vraag of dat verhoogde risico ook samenhangt met de blootstelling aan de laagfrequente magnetische velden afkomstig van de hoogspanningslijnen. Alhoewel ook andere onderzoeken, zoals dat aan de Zwitserse spoorwegmedewerkers, aanwijzingen geven voor een verhoogd risico op de ziekte van Alzheimer in relatie tot blootstelling aan laagfrequente magnetische velden, vindt de Gezondheidsraad dat er prospectief onderzoek nodig is om conclusies te kunnen trekken. Hierin dienen factoren die een eenduidige interpretatie bemoeilijken gecontroleerd te worden. Ook is meer informatie nodig over mogelijke biologische mechanismen die een rol zouden kunnen spelen bij een invloed van laagfrequente magnetische velden op het ontstaan of de ontwikkeling van de ziekte van Alzheimer. Het vigerende voorzorgsbeginsel (hanteren 0,4 pt), dat is geformuleerd vanwege de wetenschappelijke onzekerheid van de mogelijke risico's, is ook met deze nieuwe (onzekere) informatie nog adequaat.

Handreiking berekenen breedte magneetveldzone bovengrondse hoogspannlngslijnen van juni 2OO9 van het RIVM (RM, 2009) Versie 3.0 van juni 2009 welke de eerdere versie 2.1van september 2006 vervangt. Doel van de aanpassing van de Handreiking is allereerst dat de bureaus die de berekening uitvoeren, verder aangeduid met'de adviesbureaus', hun zoneberekening op dezelfde invoergegevens baseren. Daarnaast geeft de handreiking de betrokken paftijen (gemeenten, provincies, rijk, adviesbureaus en omwonenden) inzicht in de keuzes die bij het berekenen van de specifieke magneetveldzone zijn gemaakt. Tot slot legt de handreiking vast hoe de resultaten van een zoneberekening gerapporteerd dienen te worden.