NOTA VAN BEANTWOORDING. behorende bij het ontwerp-projectbesluit 'Achter de Watertoren 9'

Transcriptie

1 NOTA VAN BEANTWOORDING behorende bij het ontwerp-projectbesluit 'Achter de Watertoren 9'

2 2

3 Inleiding In het kader van het Artikel Wro hebben burgemeester en wethouders van de gemeente Hillegom besloten het ontwerp projectbesluit Achter de Watertoren 9 te Hillegom met ingang van 8 december 2010 voor een periode van 6 weken voor eenieder ter inzage te leggen. Inspraak Gedurende de ter inzage legging is er één schriftelijke reactie ontvangen. Deze is binnen de gestelde termijn binnen gekomen. De ingekomen zienswijze is daarmee ontvankelijk en is derhalve in voorliggende Nota van Beantwoording samengevat en voorzien van een gemeentelijke beantwoording. 3

4 1. Samenvatting: Inspreker dient een zienswijze in tegen het voornemen een omgevings(w.o.) bouwvergunning ten behoeve van een hub-mast op het terrein van de Wijnhout Groep af te geven. 1. De hoogte van de mast is niet passend binnen de het vigerende bestemmingsplan; 2. Inspreker maakt zich zorgen om de plaatsing van de mast op circa 30 m van zijn onderneming; 3. Er is allerlei stralingsgevaar voor de werknemers; 4. Inspreker vreest dat door de mast een verstoring van het communicatieverkeer op zal treden; 5. De mast zal vanwege de wind een onoverkomelijke herrie veroorzaken. Beantwoording: Ad.1. Vanwege het feit dat de hoogte van de mast niet passend is binnen het vigerende bestemmingsplan wordt er, door middel van onderhavige ruimtelijke onderbouwing, afgeweken van de vigerende bestemmingsplanregels. De planologische procedure moet de realisatie van een mast hoger dan 40 meter mogelijk maken. Vanuit stedenbouwkundig oogpunt verzet de bedrijfsmatige omgeving zich niet tegen de plaatsing van een telecommunicatiemast. Ad. 2. Gelet op het feit dat de naastgelegen gronden de bedrijfsbestemming hebben, bestaat er geen bezwaar tegen de plaatsing van de telecommunicatiemast op 30 meter afstand van de onderneming van de inspreker. Hierbij is meegewogen dat ook de voorgaande mast op een nagenoeg vergelijkbare afstand stond. Een bedrijfsbestemming betreft geen gevoelige bestemming. Meer in het algemeen is het gebruikelijk dat een telecommunicatiemast op of nabij een bedrijventerrein wordt geplaatst, zo ook in onderhavig geval. Ad. 3. In het kader van het opstellen van de nota 'Nationaal Antennebeleid' is er onderzoek gedaan naar de straling die afkomstig is van een UMTS-mast. Er is vastgesteld dat de straling afkomstig van een UMTS-mast, waarvan in onderhavig geval sprake is, geen nadelige gevolgen heeft voor de gezondheid. Er zou eventueel sprake kunnen zijn van stralingsgevaar indien een persoon zich langere tijd binnen drie meter in de bundel van de antenne zich zou bevinden. Alle mobiele operators in Nederland moeten zich aan de normen houden die door de ICNIRP (International Commission on Non-lionising Radiation Protection) zijn aanbevolen. De ICNIRP is een onafhankelijke organisatie die onderzoek doet naar blootstelling aan radiogolven, waarbij ook Nederland is aangesloten. In 1998 heeft ICNIRP in samenwerking met de Wereld Gezondheids Organisatie veiligheidscriteria opgesteld ten behoeve van de Raad van Europa, de zogenaamde ICNIRP-richtlijn. De sterkte van elektromagnetische velden wordt in het algemeen uitgedrukt in Volt per meter (V/m). In de ICNIRP-richtlijn is een limiet bepaald, afhankelijk van het gebruikte systeem, variërend van 42 (voor GSM) en 61 (voor UMTS) Volt per meter. Om het zekere voor het onzekere te nemen, hanteren zowel de ICNIRP als de Gezondheidsraad bij het bepalen van deze limieten een veiligheidsfactor 50. Er wordt zeer zorgvuldig met iedere plaatsing van UMTS-masten omgegaan. Er vindt permanent onderzoek plaats op het gebied van mobiele telefonie. De Gezondheidsraad rapporteert hierover jaarlijks aan de regering. De verschillende betrokken ministeries hebben tot op heden geen reden gezien het afgesproken beleid ten aanzien van plaatsing van installaties voor mobiele telefonie te wijzigen. 4

5 De afgelopen jaren hebben geen zodanig grote wijzigingen in beleid of onderzoek plaatsgevonden, dat er thans een geheel ander beleid gevoerd dient te worden. Uit het laatste onderzoek op dit gebied, dat in opdracht van het ministerie van VROM door een onderzoeksgroep onder leiding van de Universiteit van Zürich is uitgevoerd, is niet gebleken dat UMTS-blootstellingen leiden tot een verandering van het welbevinden. Met betrekking tot de cognitieve prestaties kon geen consistente invloed van UMTSvelden worden aangetoond. Ad. 4. Uit de nota 'Nationaal Antennebeleid' blijkt dat er is uitgesloten dat zich storingsproblemen met medische of andere elektronische apparatuur voordoen als deze voldoen aan de Europese immuniteitsrichtlijnen. In de ruimtelijke onderbouwing is een passage opgenomen waarin nader wordt toegelicht dat er geen sprake is van verstoring van het communicatieverkeer zoals inspreker vreest. Als er al sprake zou zijn van een verstoring van het communicatieverkeer dan zou dit in de bestaande situatie ook voor moeten komen. De huidige telecommunicatieapparatuur is in de bestaande situatie eveneens op korte afstand van de onderneming gesitueerd. Mocht er sprake zijn van een verstoring van het communicatieverkeer dan zouden meerdere nabij gelegen ondernemingen hier last van moeten hebben. Geconcludeerd kan worden dat hier geen sprake van is. Ad. 5. In Nederland bestaat tot op heden geen wetgeving ter voorkoming van windhinder of windgevaar. Volgens inspreker zal de mast een onoverkomelijke herrie veroorzaken. Vanuit de Wet geluidhinder is er in onderhavig geval geen sprake van een gevoelige bestemming. Er bestaat vanuit de Wet Geluidhinder geen bezwaar tegen de plaatsing van de telecommunicatiemast op de beoogde locatie. Aanvullend wordt opgemerkt dat in veel gevallen bij telecommunicatiemasten gewerkt wordt met vakwerkmasten. Hiervan zijn geen structurele klachten bekend ten aanzien van geluidsoverlast. Het is niet aannemelijk dat geluidsoverlast ondervonden wordt van de telecommunicatiemast. Daarnaast neemt de geluidsoverlast van andere objecten toe bij harde wind waarbij het achtergrondniveau toeneemt en daarmee de eventuele geluidsoverlast van de telecommunicatiemast teniet doet. 5