Jouw talent is er thuis ONDERSTEUNINGS BROCHURE 2016-2017
Onderwijskundige zorg Inleiding Op het Ludger College vinden wij een goede begeleiding van onze leerlingen heel belangrijk. In deze ondersteuningsbrochure geven wij een overzicht van de voorzieningen die onze school op het gebied van leerlingenzorg biedt. Ondersteuningscoördinator De ondersteuningscoördinator organiseert de ondersteuning binnen de school. Zij coördineert het ondersteuningsbeleid, adviseert de schoolleiding, coacht collega s bij de uitvoering van leerlingzorgtaken, coördineert de leerlingbegeleiding en stuurt het ondersteuningsteam en het Zorg Advies Team (ZAT) aan. Verder neemt de ondersteuningscoördinator deel aan het Samenwerkingsverband voor ondersteuningscoördinatoren van het voortgezet onderwijs(swv) en onderhoudt de contacten met de externe instanties. Ondersteuningscoördinator: mevr. Y. van Bemmel
Z-uren in alle leerjaren Voor wie: alle leerlingen Tijdens de zelfwerkzaamheidsuren leren leerlingen hun werk te plannen en zelfstandig te werken. Elke week hebben de leerlingen naast de vaklessen een aantal verplichte Z-uren in hun rooster. In de loop van de jaren krijgen de leerlingen steeds meer vrijheid om die uren zelfstandig in te vullen. Ze maken tijdens deze uren huiswerk, werken aan de computer of in de mediatheek, overleggen voor groepsopdrachten etc. In de Z-uren zijn mentoren beschikbaar aan wie leerlingen om extra uitleg kunnen vragen. Huiswerkbegeleiding Voor wie: alle leerlingen Studeren op school kan op het Ludger College: elke dag van 14.30 tot 17.30 uur. Voor leerlingen die gebaat zijn bij meer hulp dan tijdens de Z-uren geboden kan worden is er, tegen betaling, de huiswerkklas. Begeleiding en tips worden gegeven door een orthopedagoog gespecialiseerd het gebied van leren studeren, plannen en organiseren. Daarnaast is een tutor-leerling beschikbaar voor extra uitleg bij vakken en om te overhoren. Contactpersonen: mevr. A. Dieker en mevr. O. van Setten huiswerkklas@ludgercollege.nl
Vaardigheidstraining Voor wie: onderbouwleerlingen ( Klas 1 en 2) Onderbouwleerlingen die meer begeleiding nodig blijken te hebben op het gebied van studievaardigheden worden in een kleinere groep begeleid. Dit gebeurt intensief gedurende een korte periode en er wordt doelgerichte studiehulp geboden. We noemen het vaardigheidstraining. Te denken valt aan leerlingen die meer dan gemiddeld moeite hebben met studievaardigheden zoals plannen en organiseren van schoolse zaken. Contactpersonen: klas 1: mevr. N. van Andel klas 2: mevr. N. Bremmer
Dyslexiebegeleiding Dyslexie is een leerprobleem dat leerlingen parten kan spelen voornamelijk bij lezen, begrijpen van teksten en spellen. Wanneer er bij het docententeam een vermoeden van dyslexie bij een leerling bestaat, kan de mentor een verzoek bij het zorgteam indienen om de leerling te laten screenen. Het ondersteuningsteam neemt, nadat zij informatie heeft ingewonnen bij mentor, vakdocenten, ouders, de leerling zelf en rapportgegevens, een besluit om de leerling wel of niet te screenen. Bij een positief besluit zal onze orthopedagoog mevr. O van Setten een afspraak maken om de screening uit te voeren. De uitkomst van de screening wordt door de orthopedagoog met de ouders besproken en teruggekoppeld naar de mentor. Wanneer er een vermoeden van dyslexie bestaat, wordt de leerling gedurende 6 maanden, verplicht, en bij voldoende motivatie van de leerling begeleid door een dyslexiecoach. De begeleiding vindt plaats bij voorkeur tijdens een Z-uur, maar mocht dit niet te realiseren zijn, dan zal er naar een ander uur gezocht worden. Na 6 maanden wordt aan de ouders van verdachte leerlingen geadviseerd een extern bureau in te schakelen om een dyslexieonderzoek uit te laten voeren. De dyslexiecoach kan ouders hierbij adviseren. De kosten van dit onderzoek komen voor rekening van de ouders.
Zodra de leerling een dyslexieverklaring heeft mag er gebruik gemaakt worden van extra faciliteiten zoals: verruiming van tijd bij toetsen (maximaal een half uur) vaker mondelinge overhoringen (i.p.v. schriftelijk) veelvuldig gebruik van een woordenboek na overleg, werken met een zelf aangeschafte laptop (klas 2 en hoger) ondersteuning door gesproken boek (auditieve ondersteuning) gebruik maken van ICT-hulpmiddelen (zie hier onder) mogelijkheid van een audio eindexamen Men kan gebruik maken van deze geboden voorzieningen voor zover het binnen de technische en organisatorische mogelijkheden van het Ludger College ligt. ICT hulpmiddelen Invoering van de ipad in klas 1 Door de invoering van de ipad komend cursusjaar 2015-2016 in alle eerste klassen, is er besloten om het spraaksynthese programma ClaroPDF Pro te gaan gebruiken. Deze app is ook voor de niet- dyslecten via de app-store te downloaden. Taalmodules kunnen via het programma worden aangeschaft. Deze app kan de in de klas gebruikte PDF-boeken voorlezen en met de editor kunnen de teksten bewerkt worden. Een aantal uitgeverijen levert reeds interactieve boeken! Coaching Leerlingen uit alle leerjaren die al een dyslexieverklaring hebben, kunnen, op vrijwillige basis of op verzoek van mentor, vakdocent
of ouders, gecoacht worden. Dyslexiecoach: mevr. O. van Setten, de heer G.Toebes Ouderavond In oktober is er een informatieavond voor de dyslectische leerlingen van leerjaar 1 en hun ouders. Locatie: Willibrordgebouw. Contactpersonen: mevr. O. van Setten, de heer G. Toebes Examencoaching Voor wie: examenleerlingen die zeer gespannen zijn voor schooltoetsen en landelijke eindexamentoetsen De cursus richt zich op het leren omgaan met spanning bij toetsen. Wat zijn de oorzaken en wat kun je eraan doen. In zes bijeenkomsten leren leerlingen op een andere manier omgaan met deze spanning. Contactpersoon en coach: dhr. P. Miedema
Aanbod hoogbegaafden (TOM) Voor wie: meer- en hoogbegaafde leerlingen Vanaf 1 vwo tot en met 6 vwo heeft het Ludger College TOM (Trajecten op Maat) voor meer- en hoogbegaafde leerlingen. TOM 1 is een intensief programma voor hoogbegaafden. TOM 2 is de lichtere variant voor vwo'ers die meer uitdaging willen en aankunnen. Het programma bestaat uit denklessen (hoe ga je effectief met je begaafdheid om), vakmodules (filosofie, ICT, film, wetenschap, etc.) en projecten naar eigen keuze. Daarbij wordt gerichte groepsgewijze begeleiding geboden. De leerlingen volgen het TOM-programma (drie tot vijf lesuren per week) in plaats van hun reguliere lessen. De TOM-docenten zijn dhr. E. Soontiëns, mevr. A. Hey, dhr. J. Steenbakkers, mevr. M. Willems Contactpersoon: dhr. E. Soontiëns
Sociaal-emotionele zorg Mentor Voor wie: alle leerlingen Elke klas heeft een eigen mentor. Leerlingen die overstappen van de basisschool naar het voortgezet onderwijs krijgen te maken met allerlei nieuwe zaken: zij krijgen les in meer vakken van verschillende docenten en in verschillende lokalen. In het begin is dat even wennen voor de leerlingen en dan is het belangrijk dat zij met hun vragen bij iemand terecht kunnen. De mentor is in deze situatie de meest aangewezen persoon. In alle leerjaren is de mentor het eerste aanspreekpunt en de vertrouwenspersoon voor de leerling en de ouders. Verder geeft de mentor studielessen/mentor-z-uur en begeleidt hij/zij de klas als leefgemeenschap.
Zorg Advies Team (ZAT) Voor wie: leerlingen met een zwaardere sociaal-emotionele problematiek Alle scholen voor voortgezet onderwijs in Doetinchem hebben sinds enkele jaren consultatieteams, ook wel zorgadviesteams geheten. Het ZAT ondersteunt de school bij het oplossen van complexe problemen bij leerlingen, waarvoor de school geen kant en klare oplossingen heeft. Het betreft dan psychosociale en/of psychiatrische problemen. Het ZAT bestaat uit interne en externe deskundigen. Het team komt zes keer per jaar bijeen. Vanuit de school zitten de ondersteuningscoördinator, de mentor en eventueel de afdelingsleider in het team. De externe deskundigen zijn de jeugdarts, Jeugd Maatschappelijk Werker, de orthopedagoog en de leerplichtambtenaar. Op verzoek kan het team uitgebreid worden met andere deskundigen. Contactpersoon: mevr. Y. van Bemmel
Ondersteuningsteam Het ondersteuningsteam komt wekelijks bijeen om leerlingen die door mentoren en/of afdelingsleiders zijn aangemeld te bespreken. Vervolgens wordt bekeken welk ondersteuningstraject moet worden gestart om deze leerlingen zo goed mogelijk te helpen. Dit ondersteuningsteam bestaat uit ondersteuningscoördinator mevr. Y. van Bemmel, leerlingbegeleider de heer J.Flierman en mevr. R,Mooibroek, pedagogisch medewerker mevr. C. van Vliet, orthopedagoog mevr. L. Wullink en jeugdmaatschappelijk werker mevr. M. Kraaijeveld. Het ondersteuningsteam komt wekelijks bijeen om leerlingen te bespreken. Contactpersoon: mevr. Y. van Bemmel Orthopedagoog Voor wie: leerlingen met specifieke hulpvragen De orthopedagoog geeft leerlingen met specifieke hulpvragen op het gebied van welbevinden, gedrag, werkhouding en leren een tijdelijke professionele ondersteuning. Dit gebeurt zoveel mogelijk op het Ludger College zelf. De orthopedagoog onderzoekt, adviseert ouders, mentoren, leerlingbegeleiders en afdelingsleiders, onderhoudt contact met externe deskundigen en geeft begeleiding c.q. (kortdurende) behandeling. Daarnaast heeft de orthopedagoog op het Ludger College een adviserende rol met betrekking tot de toelating van leerlingen met specifieke behoeften en de verdere ontwikkeling van het ondersteuningsbeleid.
Bij ons zijn werkzaam: orthopedagoog mevr. L. Wullink en pedagogisch medewerker mevr. C. van Vliet. Contactpersonen: mevr. L. Wullink en mevr. Y. van Bemmel Jeugdgezondheidszorg (JGZ) Jeugdarts en jeugdverpleegkundige van GGD Noord- en Oost- Gelderland. Voor wie: alle leerlingen en hun ouders. De maatschappij verandert en daarmee ook de visie op gezondheid. Gezondheid is het vermogen je aan te passen, al dan niet met ondersteuning, aan lichamelijke, emotionele en sociale uitdagingen die op je pad komen en daarin je eigen keuzes te maken. Deze verandering van de maatschappij vraagt om een andere werkwijze. De stelselherziening jeugd gaat uit van méér preventie en ondersteuning, van versterken van eigen kracht, ont-zorgen en normaliseren en een integrale aanpak op maat. Om beter aan te sluiten op deze nieuwe ontwikkelingen, verandert de Jeugdgezondheidszorg van GGD Noord- en Oost- Gelderland vanaf dit schooljaar haar werkwijze. Het belangrijkste gevolg van die nieuwe werkwijze is dat wij vaker op school beschikbaar zijn voor jongeren, ouders en docenten. Dit doen wij, naast het aanbod aan alle leerlingen van leerjaar 1, 3 en 4, door het houden van open spreekuren. Hierin kunnen leerlingen, ouders en docenten met hun vragen terecht.
Die vragen kunnen liggen op het gebied van groei of lichamelijke gezondheid maar ook op het gebied van psychische gezondheid en welbevinden. Het doel is de gezondheid en het welbevinden van leerlingen waar nodig te ondersteunen of te verbeteren. Daarbij werken jeugdverpleegkundige en jeugdarts samen met school. Relevante gegevens worden onderling uitgewisseld, uiteraard na toestemming van leerling en/of ouders (afhankelijk van de leeftijd van de leerling). Klas 1: Alle leerlingen worden in de eerste klas gezien door de jeugdverpleegkundige, nadat zij thuis met hun ouders een digitale gezondheidsvragenlijst hebben ingevuld. Zij worden gemeten en gewogen. Het verdere gesprek hangt af van waar de vragen van leerling en ouders liggen. Een aantal leerlingen zal vervolgens ook bij de jeugdarts worden uitgenodigd indien de vragen of bijzonderheden liggen op medisch gebied. In klas 3 vmbo en 4 havo/vwo worden alle leerlingen uitgenodigd een digitale gezondheidsvragenlijst in te vullen. Afhankelijk van de antwoorden en vragen van de leerling en eventueel de ouders kan de leerling uitgenodigd worden voor een onderzoek/gesprek bij de jeugdverpleegkundige of de jeugdarts. Daarnaast vragen de jeugdgezondheidszorgprofessionals aan school om leerlingen waar zij vragen/zorgen over hebben bij hen aan te melden, uiteraard altijd in overleg met leerling/ouders. De jeugdarts neemt deel aan het Zorg Advies Team van school. Contactgegevens: Jeugdverpleegkundige: Petra Keizer, p.keizer@ggdnog.nl
Jeugdarts: Noortje van den Ingh-Bijlsma, n.vandeningh@ggdnog.nl Heeft u vragen? U kunt de JGZ bereiken op telefoonnummer 088 443 30 00 (voor algemene vragen) of op 088 443 31 00 (voor verzetten van afspraken, alleen tussen 8.00 en 12.00 uur) of per e-mail: jgz@ggdnog.nl. Jongeren kunnen direct met alle vragen over gezondheid mailen, chatten of twitteren met een jeugdarts. Meer informatie hierover vindt u op de website: jouwggd.nl Vertrouwenspersonen Voor wie: leerlingen met klachten over seksueel misbruik, seksuele intimidatie, fysiek geweld en geestelijk geweld, zoals grove pesterijen In ons land zijn enkele onderwijsinspecteurs belast met de opdracht op te treden als vertrouwensinspecteur, en wel voor klachten over seksueel misbruik, seksuele intimidatie, fysiek geweld en geestelijk geweld, zoals grove pesterijen. Dat geldt ook voor signalen over discriminatie, onverdraagzaamheid, fundamentalisme, radicalisering, e.d. Het landelijke telefoonnummer voor de vertrouwensinspecteurs is: 0900-1113111. Er zijn op onze school enkele vertrouwenspersonen aangesteld, die in eerste instantie de klachten behandelen. De vertrouwenspersoon probeert eerst te bemiddelen.
Lukt het niet een oplossing te vinden, dan informeert de vertrouwenspersoon na overleg met de rector de vertrouwensinspecteur. Vertrouwenspersonen handelen met de grootst mogelijke zorgvuldigheid. Vertrouwenspersonen: mevr. J. van Gennip en dhr. J. Jacobs Vaardigheidstraining Leerlingen uit klas 1 en 2, die meer begeleiding nodig blijken te hebben op het gebied van studievaardigheden worden in een kleinere groep begeleid. Dit gebeurt intensief gedurende een korte periode en er wordt doelgericht studiehulp geboden. Te denken valt aan leerlingen die meer dan gemiddeld moeite hebben met studievaardigheden zoals plannen en organiseren. Contactpersonen :mevr. M. Degen en mevr. C. van Vliet
Beter Omgaan met Faalangst (BOF) leerjaar 1 Voor wie: faalangstige leerlingen uit leerjaar 1 Ongeveer tien procent van de leerlingen in het voortgezet onderwijs heeft last van faalangst. Dit houdt in dat ze door hun angst om te falen zo zenuwachtig of gespannen zijn dat ze slechter presteren op school dan ze eigenlijk zouden kunnen. Het doel van bovengenoemde training is om de leerlingen hulp te bieden bij het leren omgaan met faalangst. Mentoren kunnen leerlingen bij wie ze faalangst vermoeden, aanmelden voor de faalangsttraining. In leerjaar 1 wordt dit gedaan naar aanleiding van de vragenlijst SAQI (School Attitude Questionnaire Internet). Ouders worden samen met hun kind uitgenodigd voor een informatieavond. Zij beslissen of hun kind wel of niet deelneemt aan de training. De training zelf bestaat uit een achttal bijeenkomsten in de tweede helft van het schooljaar. Deze training wordt gegeven door mevr. M. te West en dhr. J. Flierman. Contactpersoon: dhr. J. Flierman Beter Omgaan met Faalangst (BOF) leerjaar 3 Voor wie: faalangstige leerlingen uit leerjaar 3 De GSV-test in leerjaar 3 geeft de mentor vaak voldoende aanleiding om leerlingen te adviseren deel te nemen aan de cursus faalangstreductie. De inhoud is vergelijkbaar met de cursus in leerjaar 1 maar wordt nu gegeven door dhr. E. Bitter en mevr. M. Glasbergen. Contactpersoon: dhr. E. Bitter
Sociale Vaardigheidstraining (SOVA) leerjaar 2 Voor wie: minder sociaalvaardige leerlingen uit leerjaar 2 Voor sommige leerlingen is het niet vanzelfsprekend dat zij gemakkelijk contact maken. Leerlingen die sociaal minder vaardig zijn, kunnen een sociale vaardigheidstraining op onze school volgen. Tijdens deze training krijgen leerlingen handreikingen aangeboden om gemakkelijker om te gaan met bijvoorbeeld verlegenheid, het innemen van een eigen plek en de weerstand in sociale contacten. In overleg tussen mentor, leerling, ouders/verzorgers, schoolorthopedagoog en soms externe hulpverlening wordt besloten of een leerling deze training van ongeveer acht bijeenkomsten gaat volgen. De training in leerjaar 2 wordt gegeven door mevr. C. van Vliet en mevr. A. Postma. Contactpersoon: mevr. C. van Vliet
Bijzondere leerlingbegeleiding (BLB) Voor wie: leerlingen met sociaal-emotionele problemen Een leerling met sociaal-emotionele problemen kan begeleiding krijgen van een leerlingbegeleider. Deze geeft advies en/of hulp. De leerlingbegeleider kan naast een luisterend oor ook praktische hulp bieden. Hij streeft ernaar binnen maximaal vijf gesprekken het probleem samen met leerling en ouders op te lossen of, wanneer dit niet lukt, samen te zoeken naar een externe oplossing ( b.v. huisarts, psycholoog, Bureau Jeugdzorg, of bij een huiswerkinstituut). De mentor of afdelingsleider meldt de leerling schriftelijk aan bij het ondersteuningsteam. Leerlingen en ouders kunnen zelf ook contact opnemen. De leerlingbegeleiders zijn: mevr. H. van den Bosch, dhr. P. Miedema, mevr. M. Scheers en dhr. R. Janssen, mevr. Y. van Bemmel. Contactpersoon: mevr. H. van den Bosch Leerlingen met een extra ondersteuningsbehoefte Wanneer bij de overdracht van leerlingen uit groep 8 van de basisschool, door de groepsleerkracht, aangegeven wordt dat een leerling extra ondersteuningsbehoefte heeft, worden de ouders uitgenodigd voor een afstemmingsgesprek. Bij dit gesprek zijn de afdelingsleider en orthopedagoog aanwezig. Samen met de ouders wordt bekeken welke ondersteuning wenselijk is en of dit door de school geboden kan worden. Contactpersoon: mevr. Y. van Bemmel