Operator in de vleeswarenindustrie

Vergelijkbare documenten
Operator AGF industrie

Allround operator in de vleesverwerkende industrie

Industriële productie en planning


Meewerken in de productie

Assemblagetechnicus Beroepscompetentieprofiel

Werkplaats-chef Bedrijfsauto s Beroepscompetentieprofiel

Kenniscentrum Beroepsonderwijs Bedrijfsleven Kenteq. Uit handboek beroepsprofielen metaal Dijk12-Juni 2001

Verkoopleider Bedrijfsauto s Beroepscompetentieprofiel

Motorfietstechnicus Beroepscompetentieprofiel

Kerntaak 1: Verkoopt versproducten en verleent service

Kerntaak 1: Beheerst het (deel)productieproces

Werkplaats-chef Personenauto s Beroepscompetentieprofiel

Kerntaak 1: Beheersen productieproces

Competentiekaart Praktijkleren. Voedingsoperator. Operator. Aequor

Beroepscompetentieprofiel. Basismedewerker interieurtextiel

Kerntaak 1: Vervaardigt onderdelen voor vliegtuigen en verricht reparaties en modificaties.

Kenteq, kenniscentrum voor technisch vakmanschap. 1. Beroepsprofiel Monteur Lichte Staalbouw Buitendienst

Kerntaak 1: Verkoopt versproducten en verleent service

Tekenaar Constructeur Carrosseriebouw Beroepscompetentieprofiel

Kerntaak 1: Bereidt gerechten

Kenteq, kenniscentrum voor technisch vakmanschap. 1. Beroepsprofiel Fijn constructiebankwerker/lasser

Kerntaak 1: Bedienen en bewaken van installaties

Kenniscentrum Beroepsonderwijs Bedrijfsleven Kenteq

Leidinggevende versindustrie

Kerntaak 2: Realiseert en bewerkt licht, beeld en/of geluid

Leidinggevende versindustrie

Basisvaardigheden metaalbewerken

Serviceadviseur Mobiliteitsbranche Beroepscompetentieprofiel

Kenniscentrum Beroepsonderwijs Bedrijfsleven Kenteq

Kenniscentrum Beroepsonderwijs Bedrijfsleven Kenteq. Uit handboek beroepsprofielen metaal Dijk12-Juni 2001

Landelijke Kwalificaties MBO

Competentiekaarten Praktijkleren. Assistent voeding/voedingsindustrie. Aequor

Kerntaak 1: Voert en verzorgt dieren

1. Beroepsprofiel Constructiebankwerker/lasser

Informatie opleidingsstandaard voor de EVC procedure. Logistiek teamleider

Eerste Motorfietstechnicus Beroepscompetentieprofiel. Niveau 3

Kerntaak 1: Voorbereiden van analyses

Kerntaak 1: Beheerst het (deel)productieproces

Kerntaak 1: Bewerkt materialen

Kerntaak 1: Vervaardigt producten

Kwalificatiedossier ( )

Informatie opleidingsstandaard voor de EVC procedure. Administratief Medewerker

LEERDOELEN ALLROUND SIGNMAKER 3

Beroepscompetentieprofiel. Productiebegeleider mode

Kerntaak 1: Ontvangt en slaat goederen op

Kerntaak 1: Voert interieur-, vloeren- en sanitaironderhoud uit

Carrosserieschade herstellen met behulp van scheidende en verbindende technieken

Industriële processen

Aftersalesmanager Beroepscompetentieprofiel

Houdingsaspecten 2.1: Voorkomen van (ver)storingen 2.2: Lokaliseren en verhelpen van (ver)storingen 1 e beoordeling 2 e beoordeling eindbeoordeling

Opleidingsprogramma ILW industrieel vleesbewerker

Kerntaak 1: Ontvangt en slaat producten op

Eerste Scootertechnicus Beroepscompetentieprofiel. Niveau 3

Landelijke Kwalificaties MBO. Operator

Formulier Ontwikkelingsgerichte beoordeling

Kerntaak 1: Ontwerpt producten of systemen

Landelijke Kwalificaties MBO. Operator

Allround voedingsoperator

Onderhoud kleine verbrandingsmotoren (buitenboordmotoren, tuin- en parkmachines)

Beroepscompetentieprofiel. Horeca-assistent. Vastgesteld door het bestuur van de Stichting Vakbekwaamheid Horeca (SVH) op 14 februari 2013

Beroepscompetentieprofiel: Straler (niveau 2)

Eerste Fietstechnicus Beroepscompetentieprofiel. Niveau 3

Opleidingsgebied ICT. Niveau Beginnend *zie omschrijving beoordelingscriteria Gevorderd* Bekwaam* Werkproces(sen) Beoordeling* 1 e 2 e eind

Landelijke Kwalificaties MBO. Operator

BEROEPSKWALIFICATIE (0193) Productiemedewerker

Operationele techniek

Kerntaak 1: Verricht voorbereidende werkzaamheden voor de realisatie van een media-uiting

Voorbeeld kwalificatiedossier van een 'warme' functie: Bakker

Landelijke Kwalificaties MBO. Schoonmaak en Glazenwassen

KWALIFICATIESTRUCTUUR SPORT 2012

Kerntaak 1: Machinaal houtbewerken

Kerntaak 1: Slopen van (delen van) gebouwen en objecten

Beoordelingsformulier Certificaat B Duurzaamheid Kerntaak 1

Zorgmedewerker Schoonmaaksector Beroepscompetentieprofiel

Kerntaak 1: Presenteert en verkoopt versproducten

Kerntaak 1: Presenteert en verkoopt versproducten

MBO-beroep in beeld. Medewerker ICT mbo-beroep, niveau 2. Bent u HR-adviseur? Bent u praktijkopleider, begeleidt u een stagiair?

Kerntaak 1: Assisteert bij de ontvangst en opslag van goederen

Kerntaak 1: Geeft leiding aan productieafdeling(en)

Kerntaak 1: Verkoopt versproducten en verleent service

Opleidingsprogramma ILW uitsnijder- uitbener

Wielertrainer 2 Kwalificatieprofiel

Informatie opleidingsstandaard voor de EVC procedure. Contactcenter teamleider

Verzorgen van varkens

Beroepscompetentieprofiel. Medewerker expeditie

Kerntaak 1: Voert stukadoorswerk uit

Keuzedeel mbo. Casco Lijmwerk. gekoppeld aan één of meerdere kwalificaties mbo. Code K0671

Kerntaak 1: Vervaardigt onderdelen voor vliegtuigen en verricht reparaties en modificaties.

OPDRACHTFORMULIER. De opdrachtomschrijving. Hoe ga je de opdracht uitvoeren? Wanneer ga je de opdracht uitvoeren?

Uit te voeren werkzaamheden

Kerntaak 1: Ontwerpt producten of systemen

Beroepspraktijkvorming op de werkvloer

Kenniscentrum Beroepsonderwijs Bedrijfsleven Kenteq

Kerntaak 1: Voert schilderwerk uit

Formulier ontwikkelingsgericht beoordelen en begeleiden Eerste monteur service en onderhoud werktuigkundige installaties niveau 3, crebo 25307

Landelijke Kwalificaties MBO. Assistent operator. Dossiercode: -

Kerntaak 1: Controleert kwaliteit van product en proces

Assistent medewerker voedsel en leefomgeving

Kerntaak 1: Vervaardigt elektrotechnische (deel-)producten

Transcriptie:

Operator in de vleeswarenindustrie Beroepscompetentieprofiel 1 april 2009 Versie 1.0

Inhoudsopgave Inleiding... 3 Colofon... 4 Brondocumenten... 4 1 Algemene informatie over het beroep... 5 1.1 Beschrijving van het beroep...5 1.2 Typering Beroepengroep...6 1.3 Loopbaanperspectief...7 1.4 Trends en innovaties...7 2 Overzicht van kerntaken en werkprocessen in het beroep... 9 3 Beschrijving van de kerntaken... 10 3.1 Kerntaak 1 Ontvangt grond-, hulpstoffen en materialen en controleert deze...10 3.2 Kerntaak 2 Voert voorbereidende werkzaamheden uit...11 3.3 Kerntaak 3 Bedient productbereidingsapparatuur...12 3.4 Kerntaak 4 Reinigen en desinfecteren van materialen en apparatuur...14 3.5 Kerntaak 5 Coördinerende functie...15 Er bestaat in het Nederlands een dilemma als het gaat over het gebruik van woorden die als mannelijk en vrouwelijk geïnterpreteerd kunnen worden. We zouden consequent kunnen werken met 'hij/zij' en 'zijn/haar', maar dat geeft een gedwongenheid die wij stilistisch niet verantwoord vinden. De personen die in dit stuk de handelingen verrichten of beschreven worden, kunnen in onze optiek net zo goed mannen zijn als vrouwen. BCP Operator in de vleeswarenindustrie 2

Inleiding Voor u ligt het beroepscompetentieprofiel Operator in de vleeswarenindustrie. Een beroepscompetentieprofiel (bcp) is een op de beroepspraktijk gerichte set kerntaken en werkprocessen van een vakvolwassen beroepsbeoefenaar. Deze beschrijving van het beroep vormt het referentiekader voor het eventueel ontwikkelen van een kwalificatiedossier van de beginnende beroepsbeoefenaar. Aangezien het bedrijfsleven de afnemer is van de door het beroepsonderwijs gekwalificeerde beginnende beroepsbeoefenaars, is het bedrijfsleven daarom ook in hoge mate richtinggevend voor de eisen die aan de handelingsbekwaamheid van beginnende beroepsbeoefenaren moeten/mogen worden gesteld. Deze eisen hebben zowel betrekking op de aard en inhoud van het handelen als op de mate van bekwaamheid waarmee dit handelen gebeurt. Conform de ketengedachte zorgt het bedrijfsleven voor beroepscompetentieprofielen, het onderwijs voor opleidingsleerplannen. Bedrijfsleven en onderwijs samen zijn de constructeurs van kwalificaties en kwalificatiedossiers en zorgen voor de inhoudelijke opvulling daarvan. De kenniscentra beroepsonderwijs bedrijfsleven fungeren als platforms én regisseurs voor deze interactie tussen bedrijfsleven en onderwijsveld. In het beroepscompetentieprofiel staan twee begrippen centraal: Kerntaken en de daar onderliggende Werkprocessen van het beroep. Dit beroepscompetentieprofiel is door de afdeling productmanagement onder regie van het kenniscentrum SVO ontwikkeld. Bij de ontwikkeling zijn vak- en brancheorganisaties, bedrijven en onderwijs betrokken geweest. Het beroepscompetentieprofiel beschrijft op hoofdlijnen de beroepseisen. Deze eisen geven samen weer wat een medewerker als vakvolwassen beroepsbeoefenaar moet kunnen op het moment dat hij al drie tot vijf jaar werkzaam is als productieleider in de vleeswarenindustrie. Deze beroepseisen worden/zijn vastgesteld door: Vertegenwoordigers van de branche, via resonansgroepen. BCP Operator vleeswarenindustrie 3

Colofon Onder regie van Ontwikkeld door Verantwoording Stichting SVO Kenniscentrum Afdeling Productmanagement SVO Vastgesteld door: resonansgroepen vleeswarenindustrie Op: 1 april 2009 Te: Houten Brondocumenten - Beroepscompetentieprofielen Procesoperator Vlees- en gemaksvoedingsindustrie (september 2004) en Operator Visindustrie (juli 2007) - Kwalificatiedossier Operator 2008/2009 - Collectieve Arbeidsovereenkomst voor de Vleessector april 2007-maart 2009 - Functiehandboek vleessector (onderdeel CAO), De Leeuw Consult, maart 2004 - Arbeidsmarktinformatie beroepsonderwijs 2007/2008 SVO - Website Centrale Organisatie voor de Vleessector (COV) - Website Productschappen Vee, Vlees en Eieren (PVE) BCP Operator vleeswarenindustrie 4

1 Algemene informatie over het beroep In dit hoofdstuk wordt het beroep nader omschreven. 1.1 Beschrijving van het beroep Beroepscontext De Nederlandse vleeswarenindustrie is een belangrijk onderdeel van de vleesverwerkende industrie. 20% van de werknemers is in deze branche werkzaam, dit zijn ruim 4.000 arbeidsplaatsen. De productie wordt voor een substantieel deel uitgevoerd door inleen/uitzend medewerkers. In totaal gaat het om 1.250 inleen krachten boven op het eerder genoemde aantal vaste werknemers. Er zijn circa 100 productielocaties. De grootste concentratie van bedrijven in de vleeswaren sector is te vinden in de provincies Overijssel, Noord-Holland, Zuid-Holland en Brabant. De verwachting is dat door fusies, reorganisaties en verdergaande automatisering het aantal werknemers zal afnemen. Kennis van technologische ontwikkelingen, veranderingen in productieprocessen en productontwikkeling vragen steeds meer kwaliteit van de medewerkers. Procestechnologie, verpakkingsmethodieken en logistiek worden steeds belangrijker. De activiteiten van de vleeswarensector kunnen als volgt worden ingedeeld: - Bacon producerende bedrijven - Vleeswaren producerende bedrijven (enkelvoudig) - Worstproducerende bedrijven (samengesteld) - Slicen en verpakken van vleeswaren De werkzaamheden in de vleeswaren industrie onderscheiden zich ten opzichte van de overige vleesverwerkende industrieën door meer aandacht voor kwaliteit dan kwantiteit. Dit heeft te maken met de bereidingsprocessen en het verduurzamen van het product. Er zijn meer processen en veel meer kritische controle punten. Vakmanschap en kennis van het product is een belangrijk aspect. De operator verricht werkzaamheden op de productieafdeling. Hij verricht onder verantwoording van zijn leidinggevende routinematige en standaard productiewerkzaamheden aan een lijn of buiten de lijnopstelling in de productieafdeling. Hij bedient de machine(s), stelt de machine in en om n.a.v. order/receptuur. De werkzaamheden die de operator uitvoert, hebben betrekking op het ontvangen en bewerken van grondstoffen voor de eigen werkplek, het bereiden van (eind)producten, het controleren van het bereidingsproces, het verwerken van de gegevens en het tussendoor reinigen en desinfecteren van apparatuur, gereedschap en werkomgeving. Tevens lost BCP Operator vleeswarenindustrie 5

hij eenvoudige storingen op. Hij is verantwoordelijk voor de continuïteit van het proces, en heeft in deze ook coördinerende taken naar de productiemedewerkers toe. Bovendien heeft hij cijfermatig inzicht; het omzetten van hoeveelheden naar andere maten is voor hem geen probleem. Typerende beroepshouding Rol en verantwoordelijkheden De productiewerkzaamheden die uitgevoerd worden, zijn sterk afhankelijk van de grootte van het bedrijf en de soorten producten die er verwerkt worden. De operator werkt hygiënisch en zorgt voor een goede persoonlijke hygiëne. Hij houdt de kwaliteit en het werken volgens zorgsystemen scherp in het oog, dit in verband met de voedselveiligheid en productaansprakelijkheid. Hij is zich bewust van de interne keten. Hij werkt veilig, gebruikt persoonlijke beschermingsmiddelen en draagt samen met zijn collega s zorg voor een veilige, gezonde en prettige werkomgeving. Hij heeft enig technisch inzicht voor het verhelpen van kleine storingen. Hij is loyaal, collegiaal en flexibel. De rol van operator is uitvoerend en controlerend van aard. Hij voert zelfstandig werkzaamheden uit bij het ontvangen van grondstoffen en het bereiden van producten, al dan niet met geautomatiseerde apparatuur. Hij is verantwoordelijk voor de continuïteit van het proces, en heeft in deze ook coördinerende taken naar de productiemedewerkers toe. Hij legt verantwoording af aan de direct leidinggevende. Eenvoudige storingen en afwijkingen worden door de operator zelf verholpen. In alle andere gevallen worden de direct leidinggevende, collega s en/of ondersteunende diensten ingeschakeld. Complexiteit De operator voert zijn werkzaamheden zelfstandig uit aan een of meerdere machines. Het betreft routinematige werkzaamheden. Er is altijd sprake van een combinatie van procedures en voorschriften (procesbeheersing, voedselveiligheid, hygiëne, kwaliteitszorg, veiligheid, milieu, gezondheid en welzijn). De operator moet zeer alert zijn op afwijkingen en storingen. Wettelijke beroepsvereisten Nee Branche vereisten Nederlands en (Moderne) Vreemde Talen Nee De operator dient te beschikken over een goede beheersing van de Nederlandse taal. Hij dient zich mondeling en schriftelijk goed uit te kunnen drukken. Hij dient te kunnen communiceren met collega s, medewerkers en leidinggevenden. 1.2 Typering Beroepengroep De beroepskolom binnen de vleeswaren industrie ziet er als volgt uit: Aankomend productiemedewerker (mbo niveau 1) Productiemedewerker, logistiek medewerker (o.a. medewerker opslag en expeditie) of BCP Operator vleeswarenindustrie 6

operator (mbo niveau 2) Allround productie medewerker, (aankomend) leidinggevende of allround operator (mbo niveau 3) Leidinggevende of productieleider (mbo niveau 4) 1.3 Loopbaanperspectief De operator kan doorgroeien naar de functie van: - Binnen bedrijf: Allround operator, meewerkend voorman, afdelingsmanager, kwaliteitsdienst - Binnen branche: Operator, allround operator - Buiten branche: Operator, allround operator, meewerkend voorman 1.4 Trends en innovaties Hieronder worden enkele, voor het in dit beroepscompetentieprofiel beschreven beroep relevante ontwikkelingen beschreven. Het gaat hierbij om ontwikkelingen op de arbeidsmarkt, ontwikkelingen in wetgeving en overheidsregulering en ontwikkelingen in de beroepsuitoefening zelf (b.v. technologische veranderingen of marktontwikkelingen in de sector). Arbeidsmarkt Ontwikkelingen: - De volgende competenties zullen belangrijker worden: Productontwikkeling (jnspelen op de vraag van de klant, maatwerk leveren) Het bereiden van maaltijdcomponenten in voorverpakking en de toelevering aan horeca, supermarkten en instellingen Kennis van procestechnologie voor het toepassen van productontwikkelingen. - Het aantal beschikbare BPV plaatsen zal over het algemeen (ruim) voldoende zijn - Gediplomeerde leerlingen uit SVO-opleidingen zullen over het algemeen voldoende arbeidsplaatsen kunnen vinden. (Bron: Arbeidsmarktinformatie beroepsonderwijs 2007/2008 SVO) Aantal bedrijven: 100 productielocaties Wetgeving en regelgeving De wet- en regelgeving rondom hygiëne is verder aangescherpt. Hier geldt ook dat de medewerker steeds op de hoogte moet zijn van nieuwe ontwikkelingen en regelgeving. Er wordt sterk gecontroleerd op hygiëne e.d.. Daarnaast is traceability steeds belangrijker geworden. Dit heeft grote invloed op de verschillende processen en procedures. BCP Operator vleeswarenindustrie 7

Ontwikkelingen in de beroepsuitoefening - Technologisch: De mechanisering en automatisering nemen toe. Kennis van computers en geïntegreerde processen wordt daardoor steeds belangrijker. Handmatige bewerkingen nemen af of worden vergemakkelijkt. - Bedrijfsorganisatorisch: Ten aanzien van de hele bedrijfsvoering is een trend van modernisering en professionalisering te zien. Groei is noodzakelijk om te overleven. Gezien het feit dat het steeds lastiger is om aan goede mensen te komen is een verdere mechanisering noodzakelijk. - Arbeidsmarkt: er worden steeds meer buitenlandse medewerkers aangetrokken vanwege krapte op de arbeidsmarkt in Nederland. Men heeft te maken met een taalbarrière waarvoor veel aandacht is binnen bedrijven. - Arbo: ontwikkelingen binnen arbo wetgeving; er komen steeds meer privileges voor de werknemers. Bijvoorbeeld het recht om parttime te werken. Hierdoor wordt het steeds lastiger om shifts in te plannen. Er komt steeds meer werk en verantwoordelijkheid bij de bedrijven. En is sommige gevallen bij de werknemers, bijvoorbeeld bij veiligheid. Dit is de eigen verantwoordelijkheid bij de werknemers. Van hen wordt steeds meer verwacht dat ze eigen verantwoordelijkheid nemen en dat ze collega s aanspreken op veiligheid, hygiëne en productiviteit. - Leiding geven: leiding geven wordt steeds belangrijker. Meer mensen sturen anderen aan (bijvoorbeeld een vaste medewerker stuurt flexwerkers aan). Het middenkader wordt belangrijker. - Marktontwikkelingen: Er zijn steeds minder slagers en de retail wil de producten steeds meer kant en klaar aangeleverd krijgen. De verwerking tot eindproduct gaat hierdoor steeds verder binnen de vleeswarenindustrie. Er wordt steeds meer in consumentenverpakkingen verpakt. BCP Operator vleeswarenindustrie 8

2 Overzicht van kerntaken en werkprocessen in het beroep In dit hoofdstuk wordt een overzicht gegeven van de kerntaken en werkprocessen kenmerkend voor het beroep. Onder een kerntaak wordt verstaan een geheel van inhoudelijk met elkaar samenhangende werkprocessen, kenmerkend voor de beroepsuitoefening. Het betreft een substantieel deel van de beroepsuitoefening naar omvang, tijdsbeslag, frequentie en/of belang. Onder een werkproces wordt verstaan een afgebakend geheel van beroepsactiviteiten binnen een kerntaak. Het werkproces kent een begin en een eind, heeft een resultaat en wordt kenmerkend herkend in de beroepspraktijk. De werkprocessen worden in handelingen beschreven opdat duidelijk is wat de beroepsbeoefening inhoudt. Operator vleeswarenindustrie Kerntaak Werkproces Kerntaak 1 Ontvangt grond-, hulpstoffen en materialen en controleert deze 1.1 Neemt goederen in ontvangst en controleert deze 1.2 Registreert gegevens van de in ontvangst genomen goederen 1.3 Slaat goederen op de juiste wijze op Kerntaak 2 Voert voorbereidende werkzaamheden uit 2.1 Bewerkt grond- en hulpstoffen volgens voorschrift 2.2 Werkt stapsgewijs conform planning/recept 2.3 Meldt productgevaarlijke situaties aan leidinggevende of lost ze zelf op Kerntaak 3 Bedient productbereidingsapparatuur 3.1 Voert grond-, hulpstoffen en materialen aan en controleert deze 3.2 Stelt de productbereidingsmachine in 3.3 Bedient de productbereidingsmachine 3.4 Controleert product aan de hand van de gestelde norm 3.5 Legt controlegegevens vast conform de gestelde voorschriften 3.6 Stelt, zonodig, de productbereidingsmachine bij 3.7 Voert onderhoud uit aan machines 3.8 Verhelpt eenvoudige storingen 3.9 Rapporteert defecten of gewenst extra onderhoud aan de technische dienst of direct leidinggevende Kerntaak 4 Reinigen en desinfecteren van materialen en apparatuur 4.1 Voert afval en restproducten op de juiste wijze af 4.2 Reinigt en desinfecteert materiaal en apparatuur 4.3 Controleert en registreert gegevens met betrekking tot het reinigen en desinfecteren Kerntaak 5 Coördinerende functie 5.1 Stuurt medewerkers aan en geeft instructies 5.2 Coacht medewerkers BCP Operator vleeswarenindustrie 9

3 Beschrijving van de kerntaken In dit hoofdstuk zijn de verschillende kerntaken in dit beroepscompetentieprofiel beschreven. Daarnaast worden in de rechterkolom de werkprocessen benoemd en resultaten die een werkproces moet opleveren. 3.1 Kerntaak 1 Ontvangt grond-, hulpstoffen en materialen en controleert deze Kerntaak 1 Ontvangt grond-, hulpstoffen en materialen en controleert deze Beschrijving kerntaak: De operator neemt goederen in ontvangst en controleert deze op kwaliteit en hoeveelheden. De operator zorgt voor de aanvoer van de juiste grond-, hulpstoffen en materialen naar aanleiding van de planning. Hij slaat de bewerkte grond-, hulpstoffen en materialen op de daarvoor bestemde plaatsen op volgens de bedrijfsregels. De operator beoordeelt of de grondstoffen en materialen voldoen aan de specificaties (juiste grondstoffen, temperatuur en kwaliteit). Hij controleert of de te bewerken grond-, hulpstoffen en materialen tijdig en in de juiste hoeveelheden beschikbaar zijn. Het kunnen omrekenen naar verschillende maten is hierbij een vereiste. De operator ontvangt goederen en registreert product- en procesgegevens aan de machine die hij bedient. De operator werkt binnen de kaders van de zorgsystemen en neemt contact op met de direct leidinggevende en/of de kwaliteitsdienst bij afwijkingen en onvoorziene omstandigheden waarin de voorschriften niet voorzien. Hij houdt zijn werkomgeving in optimale staat (ten aanzien van hygiëne, veiligheid, milieu en arbo). De operator ontvangt goederen en slaat goederen conform de voorschriften op. Hij hanteert het fifosysteem. Hij registreert product- en procesgegevens aan de machine die hij bedient. Hij onderneemt actie bij afwijkingen en meldt indien nodig afwijkingen bij direct leidinggevende en/of kwaliteitsdienst. Toelichting: De operator werkt volgens voorschriften. De grondstoffen en materialen zijn van de juiste kwaliteit en in de juiste hoeveelheden ontvangen. Keuzes en dilemma s: De operator dient bij afwijkingen en onvoorziene omstandigheden in de aanvoer, af te wegen of hij actie moet nemen om de kwaliteit, voortgang en veiligheid te kunnen garanderen. Hij maakt de afweging tussen zorgvuldigheid en voorkomen dat het productieproces stagneert. Afwijkingen worden gemeld bij leidinggevende of kwaliteitsdienst. Werkprocessen bij kerntaak 1 1.1 Neemt goederen in ontvangst en controleert deze 1.2 Registreert gegevens van de in ontvangst genomen goederen 1.3 Staat goederen op de juiste wijze op 1.1 werkproces Neemt goederen in ontvangst en controleert deze. Gewenst De grondstoffen en materialen zijn van de juiste kwaliteit en in de juiste hoeveelheden ontvangen. Succescriteria: Controleert grond- en hulpstoffen op kwaliteit Controleert grond- en hulpstoffen op hoeveelheden. Werkt nauwkeurig Hanteert het fifo-systeem Werkt binnen de kaders van de zorgsystemen Houdt zijn werkomgeving in optimale staat ten aanzien van hygiëne, veiligheid, BCP Operator vleeswarenindustrie 10

milieu en arbo. 1.2 werkproces Registreert gegevens van de in ontvangst genomen goederen Gewenst Overzicht van de in ontvangst genomen goederen. Succescriteria: Registreert gegevens op de voorgeschreven methode. Onderneemt actie bij afwijkingen Meldt afwijking bij direct leidinggevende en/of kwaliteitsdienst 1.3 werkproces Staat goederen op de juiste wijze op Gewenst Goederen zijn op de juiste manier opgeslagen Succescriteria: Slaat grond- en hulpstoffen op conform de voorschriften. Hanteert het fifo systeem 3.2 Kerntaak 2 Voert voorbereidende werkzaamheden uit Kerntaak 2 Voert voorbereidende werkzaamheden uit Beschrijving kerntaak: De operator voert na de ontvangst van grond-, hulpstoffen en materialen voorbereidende werkzaamheden uit. De operator verricht voorbereidende bewerkingen met betrekking tot de grondstof. Het gaat hierbij bijvoorbeeld om werkzaamheden als koelen en ontdooien. Hij werkt hierbij stapsgewijs conform de productieplanning en/of recept. Dit is afhankelijk van de plaats waar de operator werkzaam is. De operator werkt binnen de kaders van de zorgsystemen en neemt contact op met de direct leidinggevende en/ of kwaliteitsdienst bij afwijkingen en onvoorziene omstandigheden waarin de voorschriften niet voorzien. Waar mogelijk lost hij problemen zelf op. Toelichting: De operator werkt volgens voorschriften. De grond- en hulpstoffen zijn op de juiste wijze bewerkt voor verdere productie. Keuzes en dilemma s: De operator dient bij afwijkingen en onvoorziene omstandigheden af te wegen of hij actie moet nemen om de kwaliteit, voortgang en veiligheid te kunnen garanderen. Werkprocessen bij kerntaak 2 2.1 Bewerkt grond- en hulpstoffen volgens voorschrift 2.2 Werkt stapsgewijs conform planning/recept 2.3 Meldt productgevaarlijke situaties aan leidinggevende of lost ze zelf op 2.1 werkproces Bewerkt grond- en hulpstoffen volgens voorschrift Gewenst De grond- en hulpstoffen zijn gereed voor verdere bewerking Succescriteria: Verricht voorbereidende werkzaamheden BCP Operator vleeswarenindustrie 11

Werkt nauwkeurig 2.2 werkproces Werkt stapsgewijs conform productieplanning/recept Gewenst De grond- en hulpstoffen zijn conform planning en/of recept voorbewerkt Succescriteria: Is op de hoogte van en werkt volgens de productieplanning Is op de hoogte van en werkt volgens de recepten Werkt veilig Werkt nauwkeurig. 2.3 Werkproces Meldt productgevaarlijke situaties aan leidinggevende of lost ze zelf op Gewenst Productgevaarlijke situaties worden opgelost en/of gemeld aan de leidinggevende/kwaliteitsdienst Succescriteria: Werkt binnen de kaders van de zorgsystemen Signaleert productgevaarlijke situaties Maakt afweging of hij probleem zelf op kan lossen Meldt productgevaarlijke situaties bij direct leidinggevende en/of kwaliteitsdienst 3.3 Kerntaak 3 Bedient productbereidingsapparatuur Kerntaak 3 Bedient productbereidingsapparatuur Beschrijving kerntaak: De operator voert grond- en hulpstoffen aan en controleert deze op kwaliteit en hoeveelheden. De operator bedient een of meerdere machines voor de bewerking of bereiding van versproducten. Hij stelt de machine in volgens receptuur en voorschriften conform de bedrijfsregels en bouwt de machine om n.a.v. een (specifieke) order. Hij bedient de machine en zorgt dat de machine kan blijven draaien. Afwijkingen meldt hij bij de chef, die bepaalt of dit geaccepteerd kan worden aan de hand van de voorgeschreven norm, zo niet dan stopt hij de machine, verhelpt het probleem en start deze later weer op. De operator registreert product- en procesgegevens aan de machine die hij bedient. Hij voert het dagelijks onderhoud en controle uit aan materiaal en machines. Hiervoor monteert en demonteert hij de verschillende onderdelen van de machines. Indien nodig, schakelt hij hierbij de technische dienst in. Hij neemt contact op met de direct leidinggevende bij afwijkingen en omstandigheden waarin de voorschriften niet voorzien. Hij houdt de werkomgeving in optimale staat (ten aanzien van hygiëne, milieu en arbo). Toelichting: De producten zijn tijdig en in de juiste hoeveelheden geproduceerd volgens de voorschriften, specificaties en kwaliteitseisen van het bedrijf. Keuzes en dilemma s: De operator moet bij afwijkingen, in overleg, de afweging maken tussen het proces voortzetten (en binnen marge accepteren) of het productieproces stopzetten. Te snel en te veel ingrijpen ontregelt het productieproces, te laat en onvoldoende ingrijpen geeft normoverschrijding. Bij bijsturen van het productieproces moet hij de veiligheidsvoorschriften hanteren, terwijl dat soms ten koste kan gaan van de voortgang van het productieproces. De operator grijpt op het juiste moment in om productieverlies en stagnatie te voorkomen. BCP Operator vleeswarenindustrie 12

Werkprocessen bij kerntaak 3 3.1 Voert grond-, hulpstoffen en materialen aan en controleert deze 3.2 Stelt de productbereidingsmachine in 3.3 Bedient de productbereidingsmachine 3.4 Controleert product aan de hand van de gestelde norm 3.5 Legt controlegegevens vast conform de gestelde voorschriften 3.6 Stelt, zo nodig, de productbereidingsmachine bij 3.7 Voert onderhoud uit aan machines 3.8 Verhelpt eenvoudige storingen 3.9 Rapporteert defecten of gewenst extra onderhoud aan de technische dienst of direct leidinggevende 3.1 werkproces Voert grond-, hulpstoffen en materialen aan en controleert deze Gewenst De grondstoffen en materialen zijn gereed voor verdere bewerking en in de juiste kwaliteit en in de juiste hoeveelheden beschikbaar op de productielijn. Succescriteria: Controleert grond- en hulpstoffen op kwaliteit Controleert grond- en hulpstoffen op hoeveelheden. Werkt nauwkeurig 3.2 werkproces Stelt de productbereidingsmachine in Gewenst De productbereidingsmachine is gebruiksklaar Succescriteria: Is op de hoogte van en werkt volgens de recepturen Is op de hoogte van en werkt volgens de voorschriften Stelt de machine in in 3.3 werkproces Bedient de productbereidingsmachine Gewenst De productbereidingsmachine wordt op de juiste en veilige wijze gebruikt Succescriteria: Is op de hoogte van en werkt volgens de recepturen Is op de hoogte van en werkt volgens de voorschriften Werkt veilig Werkt nauwkeurig Bedient de machine zodanig dat de machine kan blijven draaien. Meldt afwijkingen bij de chef 3.4 werkproces Controleert product aan de hand van de gestelde norm Gewenst De producten voldoen aan de normen. Bij afwijkingen wordt ingegrepen. Succescriteria: Hij toont discipline tijdens het bewaken van de norm Werkt nauwkeurig Werkt volgens gestelde norm Is alert Is kwaliteitsbewust Is op de hoogte van en werkt volgens specificaties en bedrijfsregels. 3.5 werkproces Legt controlegegevens vast conform de gestelde voorschriften Gewenst Overzicht uitgevoerde controles. Succescriteria: Registreert gegevens in de daarvoor van toepassing zijnde systemen.registreert product- en procesgegevens Werkt nauwkeurig BCP Operator vleeswarenindustrie 13

3.6 werkproces Stelt, zo nodig, de productbereidingsmachine bij Gewenst De productbereidingsmachine wordt op een juiste en veilige wijze bijgesteld bij verandering van product. Succescriteria: Is op de hoogte van en werkt volgens de productieplanning Is op de hoogte van en werkt volgens de specificaties Werkt veilig Werkt nauwkeurig 3.7 werkproces Voert onderhoud uit aan machines Gewenst Machines zijn in perfecte staat. Succescriteria: Voert dagelijkse inspectie en onderhoud uit aan materiaal en machines. Monteert en demonteert de verschillende onderdelen van de machines Schakelt indien nodig de technische dienst in Neemt contact op met de direct leidinggevende bij afwijkingen en omstandigheden waarin de voorschriften niet voorzien. Houdt de werkomgeving in optimale staat (ten aanzien van hygiëne, milieu en arbo). 3.8 werkproces Verhelpt eenvoudige storingen Gewenst Zo min mogelijk verstoring van het productieproces Succescriteria: Werkt veilig Werkt volgens instructies en voorschriften Betrekt indien nodig bij onvoorziene omstandigheden en/of afwijkingen tijdig zijn direct leidinggevende of de technische dienst 3.9 werkproces Rapporteert defecten of gewenst extra onderhoud aan de technische dienst of direct leidinggevende Gewenst Zo min mogelijk verstoring van het productieproces Succescriteria: Signaleert op basis van kennis van het productieproces tijdig onveilige situaties, afwijkingen en storingen in het productieproces Meldt defecten of gewenst extra onderhoud aan de technische dienst of direct leidinggevende.. 3.4 Kerntaak 4 Reinigen en desinfecteren van materialen en apparatuur Kerntaak 4 Reinigen en desinfecteren van materialen en apparatuur Beschrijving kerntaak: De operator verwijdert productresten en hulpstoffen uit de machines en de omgeving en voert afval en restproducten volgens bedrijfsvoorschriften af. Hij maakt materialen, gereedschappen en apparatuur schoon waarna hij de reiniging en desinfectie uitvoert. Hij kiest de juiste chemicaliën voor de reiniging en desinfectie. De reiniging en desinfectie gebeurt handmatig en semi-automatisch. Indien een schoonmaakbedrijf de reiniging en desinfectie uitvoert, verricht de operator alleen de grove reiniging. De operator controleert (m.b.v. agar-plaatjes) en registreert accuraat de gegevens van de reiniging. Hij neemt contact op met de direct leidinggevende en/of ondersteunende diensten bij afwijkingen en omstandigheden waarin de voorschriften niet voorzien. De operator zorgt te allen tijd voor een hygiënische werkplek. BCP Operator vleeswarenindustrie 14

Toelichting: De materialen en apparatuur zijn gereinigd en gedesinfecteerd binnen de kaders van de zorgsystemen. De operator heeft veilig gewerkt tijdens het reinigen en desinfecteren. Keuzes en dilemma s: De operator dient bij afwijkingen en onvoorziene omstandigheden op de juiste wijze te kiezen tussen melden aan de direct leidinggevende of accepteren binnen de marge. Hij moet in een bepaald tempo werken, zonder dat de zorgvuldigheid en veiligheid daarbij in gevaar komen. De operator kiest de juiste chemicaliën bij de reiniging. Een verkeerde keuze kan gevaarlijke reacties opleveren. Werkprocessen bij kerntaak 4 4.1 Voert afval en restproducten op de juiste wijze af 4.2 Reinigt en desinfecteert materiaal en apparatuur 4.3 Controleert en registreert gegevens met betrekking tot het reinigen en desinfecteren 4.1 werkproces Voert afval en restproducten op de juiste wijze af Gewenst Hygiënische en verzorgde werkplek en machines Succescriteria: Verwijdert productresten en hulpstoffen uit de machines en de omgeving. Voert afval en restproducten volgens bedrijfsvoorschriften af Hij volgt de geldende voorschriften op. 4.2 werkproces Reinigt en desinfecteert materiaal en apparatuur Gewenst Hygiënische en verzorgde werkplek, materialen en apparatuur Succescriteria: Maakt materialen, gereedschappen en apparatuur schoon. Voert reiniging uit Voert desinfectie uit Kiest juist chemicaliën uit Volgt de geldende voorschriften op. 4.3 werkproces Controleert en registreert gegevens met betrekking tot het reinigen en desinfecteren Gewenst Overzicht van de verrichte schoonmaakwerkzaamheden Succescriteria: Controleert m.b.v. agarplaatjes Registreert accuraat de gegevens van de reiniging Neemt contact op met de direct leidinggevende en/of ondersteunende diensten bij afwijkingen en omstandigheden waarin de voorschriften niet voorzien Werkt nauwkeurig 3.5 Kerntaak 5 Coördinerende functie Kerntaak 5 Coördinerende functie BCP Operator vleeswarenindustrie 15

Beschrijving kerntaak: De operator geeft samen met de allround operator leiding aan de medewerkers. Het merendeel van de leidinggevende taken vindt plaats op de werkvloer. De operator verdeelt het werk aan de hand van de productieplanning. Hij delegeert taken, stuurt medewerkers aan, geeft instructies en begeleidt ze. De medewerkers weten wat er van hen verwacht wordt. De operator kijkt of de taken naar behoren uitgevoerd zijn en corrigeert waar nodig. Hij is op de hoogte van de kennis en kunde van zijn medewerkers en coacht ze tijdens hun werkzaamheden. De operator draait mee in de productie. Zijn aandeel in de productie verschilt per bedrijf. Hij kan inspringen op alle werkzaamheden aan de lijn/ op de afdeling. Hij beheerst alle handelingen en kan met zijn hulp stagnatie in het proces verhelpen. Toelichting: Van de operator wordt verwacht dat hij: - Medewerkers stimuleert en motiveert tijdens het werkproces, zodat een gemotiveerd team ontstaat; - Zorgdraagt voor een juist verloop van het productieproces, waarbij producten tijdig gereed zijn; - Inspeelt op behoeften van medewerkers Keuzes en dilemma s: Hij moet afwegen wanneer hij meewerkt en wanneer hij aanstuurt. Werkprocessen bij kerntaak 5 5.1 Stuurt medewerkers aan en geeft instructies 5.2 Coacht medewerkers 5.1 werkproces Stuurt medewerkers aan en geeft instructies Gewenst Medewerkers weten wat van hen verwacht wordt Succescriteria: Is op de hoogte van de productieplanning Is op de hoogte van kennis en kunde van medewerkers Wordt geaccepteerd als leidinggevende Controleert de uitvoering van de werkzaamheden en stuurt bij wanneer nodig 5.2 werkproces Coacht medewerkers Gewenst Een juist verloop van het productieproces waarbij medewerkers zich steeds kunnen ontwikkelen Succescriteria: Is op de hoogte van kennis en kunde van medewerkers Wordt geaccepteerd als expert/leidinggevende Controleert de uitvoering van de werkzaamheden en stuurt bij wanneer nodig. BCP Operator vleeswarenindustrie 16