Verslag informatiebijeenkomst persoonlijke gedoogstatus op het verbod tot permanent bewonen van een recreatieverblijf d.d. 15 maart 2006 in het gemeentehuis te Haaren Namens de gemeente Haaren: Burgemeester F. Ronnes Wethouder P. den Ouden (portefeuillehouder Ruimtelijke Ordening) Mr. G. Martens (juridisch medewerker RO) Mevr. H. van Drunen (medewerker communicatie) Mevr. M. de Beer (medewerker Ruimtelijke Ontwikkeling) Namens Overheidsdienstverlening.nl: Mr. ing. G.S. Woudstra (consultant) Ing. W. Rijnboutt (directeur OVD.nl) Ing. F. van der Waal (medewerker toezicht en handhaving OVD.nl) Aanwezige burgers: volgens presentielijst (totaal 123) 19.30 uur Opening door burgemeester Inleiding door wethouder P. den Ouden 20.00 uur Presentatie door mr. ing. G.S. Woudstra 21.00 uur Mogelijkheid tot vragen stellen Tijdens de informatiebijeenkomst zijn aan de orde gekomen: - de voorwaarden waaraan men dient te voldoen om in aanmerking te komen voor een persoonsgebonden gedoogbeschikking (PGB) voor het permanent bewonen van een recreatieobject - de juridische complicaties voor een recreatieobject (recreatiewoning, chalet of (sta)caravan) - inschrijving GBA (Gemeentelijke Basis Administratie) - Bouwbesluit 2003 - handhaving door de gemeente - rechtsmiddelen voor eigenaren 1. Komt een persoon die in een stacaravan woont en aanspraak maakt op een persoonlijke gedoogstatus in aanmerking voor een beschikking? Door ons kan waar nodig een bouwvergunning worden verleend voor het uitbreiden van een (sta)caravan of chalet, om zodoende te kunnen voldoen aan de eisen die golden onder de oude Woonwagenwet. Hierdoor kunnen meer eigenaren in aanmerking komen voor een gedoogbeschikking, hoewel de Minister deze categorieën in haar beleid heeft uitgesloten. De eisen uit het Bouwbesluit 2003 voor woonwagens (niveau bestaande bouw) zijn: er moet worden aangesloten op het vaste elektriciteitsnet; aan de verlichting worden geen eisen gesteld; er bestaat geen aansluitplicht op het gasnet; er zijn geen eisen ten aanzien van brandcompartimentering (dus 60-minuten brandwerendheid is geen eis; vochtintreding moet voldoende zijn afgeschermd, inclusief die bij toilet en badkamer; een aansluiting op de riolering is verplicht; er geldt een hogere grenswaarde voor de ventilatie bij een woonwagen t.o.v. een normale woning; de daglichttoetredingseis is gelijk aan die bij woningen (belemmeringen hoeven in mindere mate te worden meegerekend;) voor de verblijfsruimte geldt een minimumeis van 9,40 m²; het toilet mag buiten zijn gesitueerd (zelfs zonder deur); er gelden geen eisen t.a.v. energieprestatie, dus geen Rc-waarden. 2. Wat houdt Deense model in? En zijn B & W genegen in onze gemeente toepassing te geven aan dit model? 1/7 (informatiebijeenkomst 15-3-2006)
Op 29-11-2005 heeft Minister Dekker een tijdelijke verruiming van het beleid voor recreatiewoningen aangekondigd. Dit verruimde beleid houdt in dat zij die hiervoor in aanmerking willen komen schriftelijk moeten kunnen aantonen: - ouder te zijn dan 65 jaar of met (vervroegd) pensioen zijn; - de recreatiewoning voor 31 oktober 2003 al in bezit te hebben gehad; - de recreatiewoning als hoofdwoning te gebruiken of te gaan gebruiken; - de desbetreffende recreatiewoning minimaal vijf jaar in bezit te hebben; - De tijdelijke verruiming geldt in principe tot 1 november 2008. 3. Bij de beoordeling van de aanvragen wordt er dan naar termijnen gekeken hoe lang personen verblijven in een recreatiewoning? De peildatum van 31 oktober 2003 is maatgevend. Het bewijs moet geleverd worden dat de recreatiewoning voor genoemde datum al bewoond werd. Het bewijs kan langs twee wegen geleverd worden. Iemand die voor die datum in het GBA van de gemeente op het recreatieadres is ingeschreven, voldoet hiermee aan een van de gestelde voorwaarden. Bent u niet in het GBA ingeschreven, dan moet u bewijzen dat u al voor de peildatum in de recreatiewoning woonde. Dat kan aan de hand van uiteenlopende bewijsmiddelen. In het beleid onrechtmatige bewoning recreatieverblijven treft u bewijsvoorbeelden aan. 4. Bij inschrijving in het GBA ontstaan er problemen met het ontvangen van post. Wat is de oplossing hiervoor? Zowel via overleg met TPG Post als via het verzenden van standaard informatie vanuit de gemeente naar uiteenlopende instanties (bijv. UWV, belastingdienst) is er hard gewerkt aan het vinden van een oplossing voor dit probleem. Hoewel uitsluitend TPG Post direct in staat is voor dit probleem een oplossing te bieden, tracht de gemeente van haar kant de voortgang daarvan te bewerkstelligen. Er heeft begin april 2006 overleg plaatsgevonden met TPG post. Op korte termijn wordt een besluit genomen tot toekenning van een huisnummer. Indien geen rechtsmiddel wordt ingesteld, zal TPG Post op basis van het toegekende huisnummer op haar beurt zo spoedig mogelijk een postcode toekennen. 5. Voor de gedoogbeschikking moet leges betaald worden. Is het mogelijk om eerst de beschikking te krijgen en daarna de leges te betalen? Net zoals bij elke andere beschikking - op aanvraag verleend - dient vooraf leges betaald te worden. Bijvoorbeeld bij het aanvragen van een bouwvergunning. Bij een beschikking op een aanvraag is dit niet anders. 6. Is nieuwbouw nog mogelijk na het afgeven van een permanente gedoogbeschikking? En hoe zit het dan met de objectgerelateerdheid? Op dit punt wordt door ons een ruimhartig beleid gevoerd. Is een gedoogbeschikking afgegeven, dan blijft de afgifte van een bouwvergunning op grond van de recreatiebestemming en binnen de toepasselijke voorschriften van het bestemmingsplan mogelijk. Er wordt door ons geen onderscheid gemaakt tussen recreanten en degenen die het recreatieverblijf op grond van een gedoogbeschikking rechtmatig voor woondoeleinden gebruiken. Wel tekenen wij hierbij aan dat in geval van nieuwbouw ook een nieuwe gedoogbeschikking dient te worden aangevraagd. U kunt immers geen gebruik meer maken van de oude gedoogbeschikking. Deze is afgegeven voor het oude recreatieverblijf. Voor het object waarvoor een nieuwe bouwvergunning is afgegeven moet een nieuwe gedoogbeschikking worden afgegeven.. 7. Als de aanvraag wordt afgewezen, hoeveel tijd is er dan ter beschikking om het een en ander in orde te maken? Als uit de aanvraag blijk, dat men niet voor een PGB in aanmerking komt omdat niet aan alle gestelde voorwaarden wordt voldaan, dan krijgt men een negatieve beschikking. In deze beschikking geven B & W aan op welke punten niet wordt voldaan. De termijn waarop alsnog aan de voorwaarden zal kunnen worden voldaan is afhankelijk van waaraan het mankeert. De gestelde termijn zal overigens voldoende ruim zijn om hieraan te kunnen voldoen. 8. En als er sprake is van bijvoorbeeld brand? 2/7 (informatiebijeenkomst 15-3-2006)
Na brand mag er gebouwd op basis van de voorschriften van het bestemmingsplan ter zake van de recreatiebestemming. 9. Kunnen wij de beschikking krijgen over het Bouwbesluit 2003? Het is ondoenlijk iedereen apart een Bouwbesluit te geven omdat dit een zeer lijvige regelgeving is. Wel is het bijvoorbeeld mogelijk dat een vereniging van recreanten een exemplaar aanschaft. Bovendien is het Bouwbesluit altijd bij de gemeente in te zien. 11. Aan welke criteria wordt getoetst? Wat de toetsing aan het Bouwbesluit 2003 betreft, zal worden getoetst aan de regelgeving voor bestaande bouw. Dit betreft de onderdelen veiligheid, gezondheid, bruikbaarheid, energiezuinigheid en milieu. 12. Kunnen knelpunten die uit de toepassing van het Bouwbesluit te verwachten zijn - zoals onduidelijke rekenformules, ondoorzichtige toetsingseisen - uit de weg worden geruimd? Kan de uitvoering van het beleid op dit punt transparanter worden gemaakt? Het college van B&W heeft begrip voor de problematiek die kan ontstaan in verband met de toepassing van het Bouwbesluit. Om die reden zal op 10 mei 2006 een inspectie van recreatieverblijven plaatsvinden U kunt zich hiervoor binnen twee weken na toezending van dit verslag schriftelijk bij ons aanmelden. Wilt u hiervoor contact opnemen met mevr. M. de Beer tel. 0411-627260. Of met dhr. G. Martens, tel. 0411-627277. 13. Voldoen aan het Bouwbesluit betekent dat ook voldoen aan de brandveiligheid? Indien er wordt voldaan aan het Bouwbesluit 2003 bestaande bouw en aan de Bouwverordening, dan wordt er ook voldaan aan de brandveiligheid. 14. Waarom weet men vooraf niet waaraan men moet voldoen? In zijn algemeenheid gesteld, is een van de eisen om voor een PGB in aanmerking te komen dat aan het Bouwbesluit 2003 voor bestaande bouw moet worden voldaan. Het is ondoenlijk hier vooraf een uitputtende opsomming van te geven. Bij de inspectieronde zal de medewerker van OVD.nl een en ander controleren en een rapport opstellen van de bevindingen. 15. De aanvragen zijn in november 2005 verstuurd en na ontvangst van de acceptgiro willen we weten wanneer we antwoord krijgen. Wat is de termijn? Gezien de complexiteit en de zorgvuldigheid van het in behandeling nemen van de aanvraag gaat het ongeveer drie maanden duren. Daarbij dient te worden opgemerkt dat aanvragen op volgorde van binnenkomst worden behandeld. 16. Is Overheidsdienstverlening.nl bekend met de lokale situatie? Waarom is er geen contact opgenomen met de Vereniging van Recreanten? En wie beoordeelt de aangeleverde bewijsstukken, het college van B&W of het externe bedrijf? Het college van B&W zal objectief besluiten op de aanvraag. De voorbereiding, voorafgaande aan de besluitvorming, vindt plaats door het externe bureau. Dit betekent dat alle relevante feiten en omstandigheden bij de beoordeling zullen worden betrokken. Er is geen enkele reden om te denken dat dit bij aanvragen om persoonsgebonden gedoogbeschikkingen anders zal zijn. 17. Veel personen hebben gebouwd volgens de verleende bouwvergunning. Voldoet men dan altijd aan het Bouwbesluit 2003? In de meeste gevallen zal dit het geval zijn. Vooraf is er steekproefsgewijs door de sectie BWT intern onderzocht of dit het geval is. Voldoende ventilatie zou een probleem kunnen zijn. Als volgens de verleende bouwvergunning is gehandeld, dan voldoet men aan het Bouwbesluit 2003. Er zullen dan waarschijnlijk weinig op- of aanmerkingen komen. 3/7 (informatiebijeenkomst 15-3-2006)
18. We hebben in december 2005 een aanvraag ingediend. We hebben nog niets vernomen. Als de termijn van 1 juli 2006 is verstreken en het verzoek wordt afgewezen, kunnen we dan na die termijn een nieuwe aanvraag indienen? De aanvrager krijgt ook na de datum van 1 juli 2006 de gelegenheid om een nieuwe aanvraag in te dienen. Het besluit tot afwijzing van de aanvraag om een persoonsgebonden gedoogbeschikking zal zodanig worden gemotiveerd dat de aanvrager in dat geval zal kunnen beoordelen wat hij moet doen om alsnog in aanmerking te komen voor een begunstigende beschikking. In vervolg hierop kan dan een nieuwe aanvraag worden ingediend. 19. Ik sta nog niet ingeschreven in het GBA. Mag ik de aanvraag indienen en me laten inschrijven in het GBA nadat de gedoogbeschikking is verleend? Wij begrijpen dat men wil wachten met het inschrijven in het GBA. U kunt een aanvraag indienen en erbij vermelden dat u voornemens bent u in te schrijven in het GBA nadat u beschikt over een postcode. In de beschikking zal in dat geval worden aangegeven binnen welke termijn u zich alsnog in het GBA moet laten inschrijven. 20. Waarom voor de tweede keer leges betalen bij een nieuwe aanvraag? Na het indienen van het aanvraag stelt de gemeente u gedurende een periode in de gelegenheid de aanvraag waar nodig aan te vullen. Indien de aanvraag daarna definitief wordt gemaakt, wordt er op die voet een besluit genomen. Kan de persoonsgebonden gedoogbeschikking op die grond niet afgegeven worden, dan wordt de reden tot weigering in het besluit gegeven. Mocht het zo zijn dat de gedoogbeschikking op basis van nader te verstrekken informatie daarna toch afgegeven kunnen worden, dan is daarvoor een nieuwe aanvraag, en een nieuw besluit noodzakelijk. Dat betekent dat er voor de tweede aanvraag ook leges verschuldigd zijn. Overigens maakt het college hier een uitzondering op het beleid. Het beleid stelt immers dat er na 1 juli 2006 geen aanvragen mogen worden ingediend. 21. Waar wordt zeker op getoetst? Er wordt zeker getoetst op de aanwezigheid van riolering, aangesloten op het openbare rioolnet, de minimale afmeting van slaap- en woonkamers. Bij een recreatieobject dat onder de voormalige Woonwagenwet viel dient er bijvoorbeeld minimaal 1 verblijfsruimte van 9,4 m² zijn. Bij de bouwer van het chalet/de stacaravan kunt u, indien deze optie door B&W zou worden aanvaard, een verklaring aanvragen of deze voldoet aan de Woonwagenwet 1999. 22. Als de bouwer failliet is, dan wordt dit beoordeeld door de gemeente. Men kan toch ook een bouwkundig adviseur in de hand nemen? Mocht u niet beschikken over de verklaring van de bouwer van het chalet, dan kunt u een bouwkundige adviseur inschakelen, of bij ons kenbaar maken in aanmerking te willen komen voor de inspectie van 10 mei 2006. Wellicht dat de bouwinspecteur, die op genoemde datum voor onze gemeente de inspectie uitvoert u de benodigde informatie kan verstrekken. 23. Stel dat verder niemand een gedoogbeschikking aanvraagt, wie zit dan met het probleem? Er zijn voor de bewoners maar drie mogelijkheden. Het recreatieverblijf wordt voor recreatieve doeleinden gebruikt of men mag op basis van een gedoogbeschikking het verblijf rechtmatig voor woondoeleinden levenslang gebruiken. Indien er geen gedoogbeschikking is en het pand zou onverhoopt toch voor woondoeleinden worden gebruikt, dan zal de gemeente niet schromen gebruik te maken van het handhavinginstrumentarium. Er wordt gehandhaafd en de toezichthouder komt langs. Het is in uw belang dat er een beschikking wordt aangevraagd. 24. Als er geen beschikking wordt aangevraagd, zijn we dan bezig met oneigenlijk gebruik? Nee, u mag nog steeds recreëren. In het bestemmingsplan van 1987 (herziening 1-96) is opgenomen hoeveel dagen men aanwezig mag zijn. Achteraf bleek dat dit niet mocht worden opgenomen. Men moest dan kunnen aangeven of men in de recreatiewoning woonde of recreëerde. Het criterium van het aantal dagen maakt geen onderdeel meer uit van het bestemmingsplan. Men moet altijd kunnen aantonen waar het hoofdverblijf is. 4/7 (informatiebijeenkomst 15-3-2006)
25. De gemeente eist van aanvrager te bewijzen dat zij op 31 oktober 2003 al permanent in hun recreatiewoning woonden. De aanvrager was zich bewust van zijn illegaal gedrag en heeft daarom in veel gevallen zorgvuldig vermeden dat er bewijzen van illegale bewoning zouden ontstaan. Deze aanvrager is dus niet in staat te bewijzen dat hij op de peildatum in zijn recreatiewoning woonde. Is de gemeente voornemens een ondertekende verklaring van betrokkene als bewijs te accepteren? Zo nee, in hoeverre stelt de gemeente aanvrager dan in staat aannemelijk te maken dat hij op de peildatum in zijn recreatiewoning woonde? De gemeente ziet zich genoodzaakt het beleid van het Ministerie van VROM uit te voeren en geeft hier ook gevolg aan. Het landelijk beleid betekent dat personen die kunnen bewijzen dat ze voor 31 oktober 2003 het recreatieverblijf voor permanente woondoeleinden gebruikten, onder bepaalde voorwaarden in aanmerking kunnen komen voor een persoonsgebonden gedoogbeschikking. De gemeente ziet zich genoodzaakt vast te houden aan de gronden van bewijs die in het kader van het beleid geleverd kunnen worden. Een overzicht van die bewijsgronden treft u in ons beleidsstuk aan. B&W tekenen daarbij aan dat dit geen limitatieve of uitputtende lijst is. Indien betrokkene beschikt over andere, aanvullende bewijzen, dan mag daarvan gebruik gemaakt worden 26. We moeten een aanvraag indienen met de nodige bewijzen dat we in de recreatiewoning wonen. Als ik geen beschikking krijg, wordt er dan gehandhaafd? Het uitgangspunt is dat het gaat om een recreatiegebied. Er is een aantal objecten dat voor woondoeleinden wordt gebruikt. In dat geval is er, gelet op het uitgangspunt, sprake van een overtreding van het bestemmingsplan. Indien er geen gedoogbeschikking kan worden afgegeven, neemt dat de overtreding van het bestemmingsplan niet weg. Op basis van het landelijke beleid zal tegen deze overtreding worden opgetreden. 27. Stel dat de aanvraag niet voldoet aan het Bouwbesluit, moet de gemeente dan gaan handhaven van de minister? De gemeente gaat met de toetsing van het Bouwbesluit 2003 ruimhartig om. Dat betekent dat er zich niet gauw een situatie zal voordoen dat een aanvraag om een persoonsgebonden gedoogbeschikking moet worden geweigerd uitsluitend op basis van het Bouwbesluit 2003. 28. Kan het verzoek niet gesplitst worden van het Bouwbesluit? Dan hoeft men niet hieraan te voldoen en dient er alleen aangetoond te worden dat er in de recreatiewoning wordt gewoond. Dat is op grond van het beleid van de Minister van VROM niet mogelijk. Een van de voorwaarden voor het verkrijgen van een persoonsgebonden gedoogbeschikking is dat er moet worden voldaan aan de eisen die het Bouwbesluit aan bestaande bouw stelt. Daarnaast is voorwaarde dat men kan bewijzen dat de recreatiewoning voor de peildatum van 31 oktober 2003 permanent werd bewoond. 29. Kan een inwonend meerderjarig kind als tweede aanvrager een PGB aanvragen? En zo ja, waar moet dit inwonend meerderjarige kind dit invullen op het aanvraagformulier? De aanvrager wordt primair getoetst aan het beleid Bestaande gevallen onrechtmatige bewoning recreatieverblijven. Op het aanvraagformulier staat abusievelijk vermeld dat de gedoogstatus geldt voor maximaal twee meerderjarige bewoners met inwonende minderjarige kinderen. Krachtens dit formulier is het mogelijk dat meerderjarige kinderen in aanmerking komen voor een begunstigende gedoogbeschikking. De raad heeft bij de vaststelling van het beleid uitdrukkelijk overwogen dat de persoonsgebonden gedoogbeschikking (PGB) geldt voor de volwassen ouder of samenlevingspartner waaraan deze is afgegeven. Een meerderjarig kind mag blijven wonen bij de ouder(s) waaraan de PGB is afgegeven. Dit betekent dat er geen gedoogbeschikking mag en zal worden afgegeven aan een ouder én een meerderjarig kind. Het aanvraagformulier is niet beleidsbepalend en mag niet in strijd met het beleid worden uitgelegd. 30. Hoe moeten personen met bewijslast komen die zich altijd aan de regels hebben gehouden? 5/7 (informatiebijeenkomst 15-3-2006)
Men moet zelf inventief zijn. Denk hierbij bijvoorbeeld aan de hypotheek, huisarts, etc. Als blijkt dat men nu ergens anders woont of heeft gewoond, dan komt men niet in aanmerking voor de PGB. 31. Als er een afwijzing volgt, moeten de aanvraagbescheiden dan niet worden teruggestuurd naar de aanvrager? Bij het vergaren van bewijs dat het recreatieverblijf onrechtmatig voor woondoeleinden wordt gebruikt mag de gemeente gebruik maken van alle beschikbare en relevante informatie. Gegevens die door de aanvrager om een gedoogbeschikking worden verstrekt, behoren daar ook toe. De gemeente mag en zal daarvan gebruikmaken. 32. Als er wordt gehandhaafd, wát wordt er dan gehandhaafd? Als het recreatieverblijf niet voor recreatieve doeleinden wordt gebruikt, maar voor permanente bewoning dan wordt er een handhavingtraject in gang gezet gericht op het beëindigen van het strijdige gebruik. 33. Wat is volgens u de definitie van recreëren? Om aan dit begrip invulling te geven dient met uit te gaan van de definitie van het begrip permanente bewoning. Dit is gebruik in de vorm van bewoning als hoofdverblijf van een recreatief verblijf(smiddel). Wat betreft een nadere uitleg van het gebruik als hoofdverblijf verwijzen wij u naar ons beleid. De bewoner dient aan te tonen wat zijn hoofdverblijf is. Indien het object wordt gebruikt, terwijl er geen sprake is van bewoning als hoofdverblijf, is er sprake van recreëren. 34. Als een meerderjarig kind en minderjarige kinderen bijvoorbeeld bij moeder wonen en deze overlijdt, wat gaat er dan gebeuren? In dat geval mag men niet rechtmatig het recreatieve verblijf voor woondoeleinden gebruiken. De gedoogbeschikking staat dat niet toe. Er kan echter sprake zijn van een overgangssituatie en in dat kader zullen bij de last tot beëindiging van de overtreding alle bijzondere omstandigheden worden meegewogen. Dat betekent in dat geval dat er een termijn kan worden gesteld binnen welke men het recreatieverblijf zal moeten verlaten. Na afloop van die termijn moet het gebruik van het recreatieverblijf als woning worden beëindigd. 35. Als ik voldoe aan alle criteria, hoe lang duurt het voordat ik de PGB krijg? Zie het antwoord op vraag 15. 36. Als inwoner van Haaren word je toch niet op straat gezet. Is dit geen zorgplicht van de gemeente? Primair is van belang dat voor degenen die in deze situatie terecht zijn gekomen de consequenties van ons beleid onder ogen moeten zien. Bij handhaving van het beleid zullen zorgvuldigheidshalve alle bijzondere omstandigheden worden meegewogen. 37. Wat moet je doen als de oorspronkelijke eigenaar bij verkoop van de recreatiewoning geen bouwtekeningen heeft overhandigd? De aanvrager is en blijft primair verantwoordelijk voor het indienen van een volledige aanvraag om een gedoogbeschikking met daarin ook de bouwtekeningen. In dit geval zijn er drie mogelijkheden: a) er is een bouwvergunning afgegeven en u beschikt over de bouwtekeningen of b) er is een bouwvergunning afgegeven aan de vorige eigenaar, maar u beschikt niet over de bouwtekeningen. In dit laatste geval kan het zelfs zo zijn dat c) de bouwtekeningen ook niet in het gemeentelijke archief zijn. In geval van a) is er geen probleem, dan kunt u de aanvraag eenvoudig zelf volledig maken. In geval van b) kunt u vragen of de gemeente beschikt over de bouwtekeningen en indien dit het geval is, de aanvraag zelf volledig maken. En in het laatste geval, c) zult u zélf voor bouwtekeningen moeten zorgen. 38. Is de gemeente BTW-plichtig? Over leges wordt géén BTW geheven. Het legesbedrag dat u dient te betalen bedraagt 470 euro, niet meer en niet minder. Wij tekenen hierbij aan dat dit in afwijking is van eerder verstrekte informatie. 6/7 (informatiebijeenkomst 15-3-2006)
39. Waarom is er nog geen handhavingsbeleid? Indien het recreatieverblijf voor permanente woondoeleinden wordt gebruikt, hebben bewoners de laatste kans om binnen de grenzen van het beleid een aanvraag in te dienen. Het college van B&W dringt er bij een ieder met klem op aan een aanvraag in te dienen. Degenen die niet aan het beleid voldoen, zullen worden geconfronteerd met de gevolgen van het handhavingsbeleid. Dit beleid is erop gericht de recreatiebestemming te handhaven 40. Mag ik constateren dat de gemeente alle medewerking verleent als binnen de regels een PGB kan worden verstrekt? Wij kunnen onze medewerking toezeggen als aan de regels wordt voldaan. Hieronder volgen vragen en antwoorden die niet aan bod zijn gekomen tijdens de informatieavond en wel op papier zijn gesteld door de aanwezigen. 41. Kan de gemeente een verleende gedoogbeschikking intrekken en zo ja, onder welke omstandigheden? Ja, het college van B&W kan een gedoogbeschikking intrekken. In geval er in strijd met de gedoogbeschikking is gehandeld, zal het college overwegen de positieve gedoogbeschikking in te trekken. Deze situatie kan zich voordoen wanneer de gedoogbeschikking door de aanvrager met een ander doel wordt ingediend dan waarvoor deze daarna wordt gebruikt. Bijvoorbeeld wanneer andere personen dan begunstigden het pand voor woondoeleinden gebruiken. 42. Kan ik een gedoogbeschikking aanvragen als er nog geen duidelijkheid is over de bluswatervoorziening en als de paden nog niet voldoen aan de veiligheidscriteria? De aanvraag moet voor 1 juli 2006 zijn ingediend en dit staat los van eisen die uit hoofde van andere regelgeving worden gesteld en waaraan ook voldaan zal moeten worden. 43. Geldt al het voorgaande ook voor caravans? Het in de reactie op de voorgaande vraag gestelde geldt evenzeer voor caravans. 44. Wat is de praktische oplossing voor een ingestorte recreatiewoning waarvoor momenteel geen vervangende recreatiewoning mag worden gebouwd? Dat staat los van het beleid ten aanzien van de onrechtmatige bewoning van recreatieverblijven. Dit zal per geval worden beoordeeld. Het zou te ver voeren op de vraag in dit kader uit te wijden. 45. De gemeente eist om in aanmerking te komen voor een persoonsgebonden gedoogbeschikking, die niet alleen persoons- maar tevens objectgebonden is, opgave van de betreffende bouwvergunning. Indien aanvrager niet bekend is of ooit een bouwvergunning is aangevraagd of verstrekt, welke toetsingscriteria hanteert de gemeente in dat geval? Voorafgaande aan de aanvraag kan in het gemeentelijke archief onderzoek worden ingesteld naar de aanwezigheid van een voor het object afgegeven bouwvergunning. Indien er geen bouwvergunning is afgegeven dan dient de aanvrager te zorgen voor ten behoeve van de toetsing aan het Bouwbesluit toereikende bouwtekeningen. Afsluiting De personen die zich hebben ingeschreven op de presentielijst ontvangen een verslag van deze bijeenkomst inclusief een kopie van de presentatie. 7/7 (informatiebijeenkomst 15-3-2006)