Reglement voor het samenwerkingsverband Onderwijs en Opleidingsregio Oost Nederland OOR ON Maart 2006 Artikel 1: Doelstelling De binnen het samenwerkingsverband samenwerkende instellingen verzorgen (een gedeelte) van de initiële opleiding geneeskunde en of medische vervolgopleidingen. Het doel van de samenwerking is inhoudelijke en organisatorische samenwerking op de genoemde gebieden om de kwaliteit en continuïteit te verhogen en inzichtelijk te maken. Het streven naar meerwaarde van de samenwerking en het uitdragen hiervan regionaal en landelijk geldt hierbij als uitgangspunt. De samenwerking wordt inhoud gegeven vanuit de eigenstandige verantwoordelijkheid van de deelnemende instellingen. Artikel 2: Deelnemers Deelnemende instellingen zijn: Universitair Medisch Centrum St Radboud te Nijmegen Canisius-Wilhelmina Ziekenhuis te Nijmegen (STZ) Alysis Zorggroep te Arnhem (STZ) Jeroen Bosch Ziekenhuis te s-hertogenbosch (STZ) Slingeland Ziekenhuis te Doetinchem (NVZ) Tweesteden Ziekenhuis te Tilburg (NVZ) St Maartenskliniek te Nijmegen (NVZ) Toetreden van nieuwe instellingen kan uitsluitend met de instemming van zittende partijen. Artikel 3: Duur en Opzegging 3.1 Dit samenwerkingsverband wordt aangegaan voor onbepaalde tijd. 3.2 Indien één van de instellingen het samenwerkingsverband wenst te beëindigen dient deze beëindiging schriftelijk aan de Plenaire Vergadering van de OOR ON kenbaar te worden gemaakt. Bij de opzegging wordt een termijn van één jaar in acht genomen. Bij wederzijds goedvinden eerder. 3.3 De instelling die niet langer wenst deel te nemen aan het samenwerkingsverband verbindt zich, na opzegging, participatie in lopende trajecten te continueren tot het moment waarop in goed onderling overleg participatie beëindigd kan worden. Artikel 4: Structuur Het samenwerkingsverband kent: 2 secties. - initiële medische opleidingen - vervolgopleidingen medisch specialisten plenaire vergadering dagelijks bestuur commissies en werkgroepen.
Artikel 5: Plenaire vergadering 5.1 Deelnemers zijn de leden van de Raad van Bestuur en voorzitters van de centrale opleidingscommissies van de deelnemende instellingen. Het voorzitterschap zal worden ingevuld door het lid Raad van Bestuur van het UMC St Radboud. De plenaire vergadering wordt ondersteund door een ambtelijk secretaris als bedoeld in artikel 9 van dit reglement. 5.2 Taken en bevoegdheden van de plenaire vergadering: vaststellen van beleid- en actieplannen van de OOR ON. prioritering van doelstellingen; bewaken en stimuleren voortgang jaarlijkse evaluatie en bijstelling plannen ( capaciteitsplanning aios ) instellen commissies en werkgroepen verstrekken van opdrachten en bevoegdheden aan commissies. Artikel 6: Dagelijks Bestuur 6.1 Het Dagelijks Bestuur wordt gevormd door: lid Raad van Bestuur UMC St Radboud, voorzitter lid Raad van Bestuur STZ ziekenhuis lid Raad van Bestuur NVZ ziekenhuis. 6.2 Taken van het Dagelijks Bestuur: initiëren en coördineren OOR activiteiten. voorbereiden plenaire vergadering. voorbereiden beleid- en actieplannen externe presentatie. Artikel 7: Bijeenkomsten van de plenaire vergadering 7.1 De plenaire vergadering wordt drie maal per jaar bijeengeroepen door het Dagelijks Bestuur en voorts zoveel vaker als één der instellingen in het samenwerkingsverband, in samenspraak met het Dagelijks Bestuur, dat noodzakelijk acht. 7.2 Op verzoek van één of meer van de instellingen kunnen door het Dagelijks Bestuur en of ambtelijk secretaris één of meer adviseurs/deskundigen worden uitgenodigd voor de gehele vergadering of een deel daarvan. 7.3 Voor de bijeenkomsten van de plenaire vergadering wordt ten minste twee weken voor de geplande vergaderdatum door de ambtelijk secretaris een agenda met daarbij behorende bijlagen toegezonden. 7.4 Besluiten van de plenaire vergadering worden, tenzij de vergadering met het oog op de belangen van een instelling of van personen anders beslist, bekend gemaakt in een door het Dagelijks Bestuur en ambtelijk secretaris op te stellen besluitenlijst. De besluitenlijst wordt beschikbaar gesteld aan de Raad van Bestuur en de voorzitters van de centrale opleidingscommissies van de participerende instellingen. 7.5 Voor zover niet in dit reglement geregeld, bepaalt de vergadering zelf de vergaderorde.
Artikel 8: Besluitvorming 8.1 De plenaire vergadering is primair een afstemmingsoverleg. Besluitvorming kan uitsluitend plaatsvinden als de individuele instellingen op basis van hun eigenstandige verantwoordelijkheid hiermee instemmen. 8.2 De agenda van de plenaire vergadering vermeldt nadrukkelijk de onderwerpen waarover besluitvorming moet plaatsvinden en beschrijft de aan die besluitvorming eventueel voorafgegane consultaties en adviseringen door Medische Staven en Ondernemingsraden bij de instellingen, respectievelijk de procesgang die vastgestelde conceptbesluiten nog zal moeten doorlopen bij de afzonderlijke instellingen. 8.3 Voorgenomen besluiten van één der instellingen die de verwezenlijking van de doelstellingen van dit samenwerkingsverband in belangrijke mate beïnvloeden, worden in de plenaire vergadering gemeld. Alsdan kan besloten worden deze besluitvorming onderwerp van besluitvorming door het samenwerkingsverband zelf te maken. 8.4 De besluitvorming binnen het samenwerkingsverband in het algemeen en in de plenaire vergadering in het bijzonder geschiedt bij consensus. Bij het overleg en de besluitvorming wordt in het bijzonder aandacht geschonken aan het oordeel van de instelling die het meest betrokken of belanghebbend is bij het betreffende onderwerp. Artikel 9: Secretariaat 9.1 Door de partners in het samenwerkingsverband wordt gezamenlijk een ambtelijk secretaris voor het samenwerkingsverband aangewezen. De ambtelijk secretaris is belast met de ondersteuning van de plenaire vergadering, het dagelijks bestuur, alsmede met de ondersteuning aan de afzonderlijke commissies en werkgroepen. 9.2 De ambtelijk secretaris neemt met adviserende stem deel aan de overlegsituaties binnen het samenwerkingsverband, doch heeft geen stemrecht. 9.3 Voor de ambtelijk secretaris wordt door de plenaire vergadering een instructie vastgesteld. 9.4 De ambtelijk secretaris rapporteert over zijn werkzaamheden aan de voorzitter van de plenaire vergadering, dan wel aan de voorzitter van de betreffende commissies en werkgroepen. 9.6 Centraal en secretariaatsadres: P/a UMC St Radboud Postbus 9101 t.a.v. OWI / OOR ON Huispost 306 6500 HB NIJMEGEN
Artikel 10: Informatievoorziening 10.1 Informatievoorziening naar medewerkers en/of onderscheiden organen in de instellingen vanuit de plenaire vergadering wordt alleen gedaan na onderlinge samenspraak. Tijdstip en wijze van informatievoorziening worden op elkaar afgestemd. Daarbij zijn de onderscheiden bestuurders van de participerende instellingen zelf verantwoordelijk voor het verspreiden van deze informatie binnen de eigen instelling. 10.2 Informatievoorziening naar derden. Informatievoorziening betreffende het totale samenwerkingsverband geschiedt alleen vanuit het centrale adres van het samenwerkingsverband waarbij het Dagelijks Bestuur van het samenwerkingsverband verantwoording draagt voor inhoud en omvang van de informatie. Informatievoorziening omtrent een specifiek onderdeel van het samenwerkingsverband geschiedt eveneens vanuit een centraal adres waarbij de direct betrokkene uit de plenaire vergadering verantwoordelijk is voor omvang en inhoud van de informatie. Artikel 11: Vertegenwoordiging 11.1 Het Dagelijks Bestuur vertegenwoordigt het samenwerkingsverband, wanneer overleg met derden zoals de overheden, publieke en privaatrechtelijke ondernemingen, door de plenaire vergadering noodzakelijk wordt geacht. 11.2 De plenaire vergadering kan personen, commissies of werkgroepen binnen het samenwerkingsverband mandateren tot het voeren van dit overleg. Artikel 12: Kosten van het samenwerkingsverband 12.1 De kosten verbonden aan het samenwerkingsverband, zijnde de kosten van het secretariaat en de vergaderingen, komen in eerste instantie voor rekening van het UMC St Radboud te Nijmegen. 12.2 Binnen twee maanden na het verstrijken van een kalenderjaar wordt een evenredig deel van bovengenoemde kosten bij de deelnemende instellingen in rekening gebracht. 12.3 In geval artikel 3.3. zich voordoet, zullen de kosten in redelijkheid worden toegekend aan de betreffende instelling. 12.4 De kosten van de ambtelijk secretaris en zijn ondersteuning worden door de partners in gelijke mate gedragen. 12.5 De kosten van gezamenlijke activiteiten voortvloeiend uit het samenwerkingverband worden gezamenlijk gedragen door de deelnemende instellingen. Over de verdeling dienen nadere afspraken te worden gemaakt door de plenaire vergadering.
Artikel 13: Opheffing en liquidatie van het samenwerkingsverband 13.1 De plenaire vergadering kan besluiten het samenwerkingsverband op te heffen. Datum van beëindiging van dit samenwerkingsverband wordt in overleg bepaald, waarbij als uitgangspunt zal worden gehanteerd dat mogelijke schade als gevolg van de opheffing tot het uiterste minimum wordt beperkt. Bij opheffing van het samenwerkingsverband stelt de plenaire vergadering een persoon aan om de zaken in deze te regelen. 13.2 Het samenwerkingsverband blijft na opheffing voortbestaan voor zover vereffening van haar verplichtingen noodzakelijk is. Een eventueel batig saldo van het samenwerkingsverband wordt gelijkelijk over de deelnemende instellingen gedeeld. 13.3 Gedurende de vereffening blijven de bepalingen van dit reglement zoveel mogelijk van kracht. Artikel 14: Geschillenregeling 14.1 Een geschil is aanwezig indien één der deelnemende instellingen schriftelijk en gemotiveerd jegens een andere instelling of het samenwerkingsverband te kennen geeft, dat een geschil aanwezig is. Alle geschillen ten aanzien van dit samenwerkingsverband tussen één of meerdere deelnemende instellingen, die niet door minnelijke schikking kunnen worden opgelost, kunnen voor een bindend advies worden voorgelegd aan een commissie van bindend advies. De samenstelling van de commissie wordt vastgesteld door de plenaire vergadering. Artikel 15: Slotbepalingen 15.1 In de gevallen waarin dit reglement niet voorziet alsmede in geval van twijfel over uitleg van enig artikel van dit reglement beslist de plenaire vergadering. 15.2 Indien landelijke, dan wel lokale ontwikkelingen daartoe aanleiding geven zal door de plenaire vergadering bepaald worden of en op welke wijze de overeenkomst aangepast moet worden. Instellingen kunnen voorstellen hiertoe inbrengen.