Deze overgangsregeling doet recht aan de leeftijd van de betrokken medewerkers en het aantal dienstjaren dat zij in de SB-functie hebben verbleven;



Vergelijkbare documenten
onderhandelaarsakkoord SBF55

Dienst Justitiële Inrichtingen Ministerie van Veiligheid en Justitie

Overgangsregeling SBF55. Op weg naar een definitief resultaat

d bij DJI en het belang

Sinds 2005 is er een aantal ontwikkelingen geweest die het noodzakelijk maken de regeling aan te passen.

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus EA DEN HAAG

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op artikel 49gg, achtste lid, van het Algemeen Rijksambtenarenreglement;

Gelet op artikel C.22 van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling Provincies;

tussenuitspraak van 13 juli 2017 van de meervoudige kamer in de zaak tussen

PENSIOENREGLEMENT V OVERGANGSREGELING VOOR DEELNEMERS GEBOREN OP OF NA 1 JANUARI 1950

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Landelijk Overleg. Stuknummer: AI College voor Arbeidszafam/VNG Jrief aan de ledeni Gemeentelijke T.a.v. het college en de raad.

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

LOGA. Landelijk Overleg Gemeentelijke Arb eids vo orwaarden. College voor Arbeidszaken/VNG ABVAKABO FNV CNV Publieke /aak

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Doorwerken na bereiken leeftijd 65 jaar. Bekendmaken van beleid

Uitvoeringsrichtlijn betreffende de Flexibiliseringmogelijkheden

IKAP-Regeling rijkspersoneel

Gemeente s-gravenhage

VUT-CAO STICHTING VRIJWILLIG VERVROEGD UITTREDEN VOOR DE PARTICULIERE BEVEILIGING _721_ CAO nieuw_120911_wijziging VUT-regeling

========= ===== * Recht op uitkering 5a:1. * Berekeningsgrondslag 5a:2. * Hoogte van de Aanvulling werkgever 5a:3

Informatie t.b.v. het Ronde tafelgesprek/hoorzitting Tweede Kamer der Staten GeneraalBlok 3: Oud Burgerpersoneel 26 oktober 2016

PENSIOENREGLEMENT V OVERGANGSREGELING VOOR DEELNEMERS GEBOREN OP OF NA 1 JANUARI 1950

gelet op de bereikte overeenstemming in de commissie voor Georganiseerd Overleg;

Informatiebijeenkomst. December 2017

SBFmoeteerlijk ambtenaren strijden voor een rechtvaardige SBF-regeling. REACTIE SBF-groep op onderhandelaars-accoord SBF.

Concept Sociaal plan privatisering Zwembad t Baafje

22 april 2013 UWO. CvA/LOGA 13/11

LOGA. Landelijk Overleg Gemeentelijke Arbeidsvoorwaarden. College voor Arbeidszaken/VNG. FNV Overheid. CNV Overheid

Addendum behorende bij het Sociaal Plan ten behoeve van de fusie en reorganisatie van de stichting Libertas Leiden en betrekking hebbend op de

paraaf chef: kopie aan: LOGA circulaire CvA/U , dd. 9 september Aanvulling wijzigingen CAR n.a.v. gewijzigde ingangsdatum pensioen

vast te stellen de 6e wijziging van de Rechtspositieregeling Brandweer Brabant Noord als volgt:

1 Inleiding. Wanneer ga jij met pensioen Versie: Pagina: 3 van 7

Partijen komen een looptijd overeen van 36 maanden, te weten: 1 januari 2018 tot 1 januari 2021.

REGLEMENT AANVULLINGSREGELINGEN PER 1 JANUARI 2006 STICHTING BEDRIJFSTAKPENSIOENFONDS VOOR DE HANDEL IN BOUWMATERIALEN

Algemeen verbindend verklaring wordt aangevraagd voor de resterende looptijd en voor zover bepalingen of delen van bepalingen niet zijn gerenvooieerd.

GEMEENTE ALPHEN AAN DEN RIJN IN

Rapport. Doorrekening kosten beëindiging Stichting Personeel de Stroming. 4 november 2013 Ernst 8; Young - Human Capital

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Wijziging CAR-LAR als gevolg van circulaire CVA/U en CVA/U per 1 april 2012

4 BELONING. 4.1 Beloning en inschaling

Gelezen de circulaire van het Landelijk Overleg Gemeentelijke Arbeidsvoorwaarden d.d. 22 november 2018, nr. TAZ/U

vast te stellen de 4e wijziging van de Rechtspositieregeling Brandweer Brabant Noord als volgt:

Onderw erp ARGA WIJZIGINGEN BETREFFENDE TECHNISCHE WIJZIGINGEN CAR-UWO.

Wanneer ga jij met pensioen?

Jubileumgratificatieregeling provincie Noord-Holland Begripsbepalingen

S O C I A L E A F S P R A K E N D E P E R S G R O E P N E D E R L A N D B. V. H a H W E E K K R A N T E N

PENSIOENREGLEMENT 2 Van Stichting Pensioenfonds Holland Casino

Georganiseerd overleg sector Defensie (SOD)

VPL Reglement. 1 februari 2016 Pagina 1 van 7

uitspraak van 15 december 2017 van de meervoudige kamer in de zaak tussen

Overeenkomst Van Werk Naar Werk beleid en WW-dossier sector Rijk

BLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING

Onderhandelaarsresultaat Cao-Onderzoekinstellingen 2017

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op artikel 88a, vijfde lid, van het Besluit algemene rechtspositie politie;

GEMEENTE HOOGEVEEN. Wijziging Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling (CAR) en Uitwerkingsovereenkomst (UWO) b e s l u i t :

Toelichting Uniform Pensioenoverzicht Wat heeft u aan het Uniform Pensioenoverzicht? Welke gebeurtenissen beïnvloeden uw pensioen?

4. Dit hoofdstuk is alleen van toepassing indien en voor zover er geen afwijkende bepaling uit hoofdstuk 9f van toepassing is.

Overgangsregeling ECI 15 jaarsoptie Uitstel financiering van over het verleden in te kopen pensioenruimte

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Werknemer: degene met wie werkgever een arbeidsovereenkomst is aangegaan en op wie een van de CAO s van AkzoNobel in Nederland van toepassing is

B&W. Agendapunt, dinsdag 17 november 2009

Afspraken inzake arbeidsongeschikten met een arbeidsongeschiktheidspercentage lager dan 35% Bekendmaking beleid

Geldend van t/m heden

Sociaal Plan DELTA Biovalue Nederland BV

ons kenmerk MARZ/CvA/U Lbr. 06/35 CvA/LOGA 06/06

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Sociaal Plan DELTA Biovalue Nederland BV Augustus 2010

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Circulaire toepassen Arbeidsvoorwaardenovereenkomst sector Rijk 2017

zowel gezamenlijk als afzonderlijk vormende de partij ter andere zijde,

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Wijziging arbeidsvoorwaardenregeling van de gemeente Leidschendam-Voorburg

Overgangsregeling VPL PME

H o o f d k a n t o o r

CVDR. Nr. CVDR330171_2

Huidige tekst NRGA Nieuwe tekst NRGA Toelichting bij wijziging. Artikel 6.28 doorbetaling bij ouderschapsverlof

gelet op de bereikte overeenstemming met het (bijzonder) Georganiseerd Overleg;

Addendum op de collectieve arbeidsovereenkomst UWV. Looptijd 1 augustus 2016 tot en met 31 december 2018

PROVINCIAAL BLAD VAN ZEELAND

Magentazorg. Addendum. Doorlopend Sociaal Plan tot 1 juli 2015

Bekendmaking reparatie 3e ww jaren FLO overgansrecht gemeente Harlingen

nieuwsplus Pensioenwijzigingen in 2014 en 2015 Inhoud 1. Wijzigingen in 2014

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Gemeente Amsterdam College van burgemeester en wethouders. Hamervoordracht voor de collegevergadering van 8

HOOFDSTUK 10d VAN WERK NAAR WERK-AANPAK EN VOORZIENINGEN BIJ WERKLOOSHEID

In artikel 3:16 lid 2 worden de woorden hoofdstuk 9a, 9b, 9d of 9e vervangen door: hoofdstuk 9a, 9b, 9e of 9f.

Financiële arbeidsvoorwaarden rijkspersoneel (in kort bestek)

Contractnummer 1111 Polisnummer , Referentienummer 02012

Onderhandelingsakkoord CAO RDW Oktober 2007

Aan: Voorzitter en leden van de Vaste Commissie voor Defensie. Odw: Financieel overzicht medewerkers met AOW-gat. Datum: 1 november 2016

GEMEENTEBLAD. Nr Gemeente Raalte Regeling attenties. 21 mei Officiële uitgave van gemeente Raalte.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Nr. 62 Vermindering ouderdomspensioen bij eindigen deelneming door omzetting in partnerpensioen bij overlijden voor 65 jaar

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Centrale van Middelbare en Hogere Functionarissen Sector Defensie

TIJDELIJKE AANVULLINGSREGELING van Stichting Pensioenfonds Koninklijke Ten Cate. Per 1 januari 2006

Flexibiliseringsfactoren 2019 voor de kring Bavaria. Vervroeging. Uitstel

Transcriptie:

Aanvullende afspraken SB 55 In overeenstemming met artikel 4 van en in aanvulling op het op 26 juni 2014 gesloten Uitvoeringsakkoord sector Rijk met betrekking tot substantieel bezwaarde functies (Stcrt. 2014, nr. 21723) (hierna uitvoeringsakkoord ) wensen de partijen voor de medewerkers werkzaam in de functies van inspecteur vlieger bij ILT en VTS-operator bij Rijkswaterstaat van het ministerie van Infrastructuur en Milieu aanvullende afspraken te maken. Partijen komen daarom het volgende overeen: Overgangsregeling Als basis voor deze overgangsregeling is het bovengenoemde uitvoeringsakkoord genomen. Daarnaast zijn partijen de volgende uitgangspunten overeengekomen: aanvullende bepalingen van deze overgangsregeling zijn eenvoudig en in lijn met het uitvoeringsakkoord en gelden zo nodig in afwijking van de artikelen 94b, en 94 c ARAR; Deze overgangsregeling doet recht aan de leeftijd van de betrokken medewerkers en het aantal dienstjaren dat zij in de SB-functie hebben verbleven; Er wordt rekening gehouden met enkele bijzondere omstandigheden; Voorzover in deze overgangsregeling niet afwijkend is bepaald, zijn de bepalingen van de Regeling substantieel bezwarende functies van kracht. Kerngedachte van deze overgangsregeling is dat vanaf [ingangsdatum)] de betrokken medewerkers integraal onder het uitvoeringsakkoord gaan vallen en dat zij daarnaast een rugzak - te bepalen op peildatum 1 april 2015 op basis van leeftijd en ononderbroken doorgebrachte jaren in een SB-functie (SB-dienstjaren) hebben opgebouwd. De opgebouwde rechten zijn in de onderstaande transitietabel aangegeven als maanden uitkeringsduur Transitietabel SB-Dienstjaren 0 tot 5 5 tot 10 10 tot 15 15 tot 20 20 of meer Leeftijd op 1 april 2015 55 90 90 90 90 90 54 85 87 89 90 90 53 80 82 85 89 90

SB-Dienstjaren 0 tot 5 5 tot 10 10 tot 15 15 tot 20 20 of meer 52 75 77 80 86 90 51 70 72 74 80 84 50 65 66 68 70 76 49 56 60 64 66 48 50 54 58 62 47 44 48 52 56 46 38 42 46 50 45 32 36 40 44 44 26 30 34 38 43 20 24 28 32 42 17 19 22 25 41 14 16 20 24 40 13 15 18 22 39 12 14 16 20 38 11 13 15 17 37 10 11 12 14 36 9 10 12 14 35 8 10 12 14 34 8 10 12 14 33 8 10 12 14 32 8 10 12 14 31 8 10 12 14 30 8 10 12 14 29 8 10 12 14 28 8 10 12 14 27 8 10 12 14

De volgende bepalingen zijn van belang voor het vaststellen van de uitkeringsduur: Transitietabel De definitie van SBF-dienstjaren is: de ononderbroken jaren die in een SB-functie tot aan het moment van de peildatum zijn doorgebracht; Het aantal SBF-dienstjaren dat is opgebouwd gaat lopen vanaf het moment dat de betrokken medewerker in een SB-functie is aangesteld; De eerder doorgebrachte jaren in een substantieel bezwarende -functie elders (denk hierbij aan de brandweer, defensie en jaren als beroepsvlieger voorafgaand aan de functie van inspecteur-vlieger) worden bij de bepaling van de SB-dienstjaren meegenomen, indien de voorafgaande substantieel bezwarende functie en de huidige SB-functie ononderbroken op elkaar aansluiten; De medewerker ontvangt van het bevoegd gezag een brief waarin de op de peildatum bij hem bekende relevante gegevens staan (leeftijd, functie, schaalniveau, bezoldiging en SB-dienstjaren); De totale duur van de SBF-uitkering wordt bepaald door de uitkeringsduur van de transitietabel en aansluitend de tabel in het uitvoeringsakkoord bij elkaar op te tellen. De hoogte van de uitkering gedurende de in de transitietabel genoemde maanden bedraagt 75 % van de berekeningsgrondslag, bedoeld in artikel 2, van de Regeling substantieel bezwarende functies. De hoogte van de uitkering gedurende de in de uitvoeringstabel genoemde maanden bedraagt 80 % van deze berekeningsgrondslag; Uitvoeringstabel Geboortejaar Uitkeringsduur 1959, 1960 30 maanden 1961, 1962 29 maanden 1963 28 maanden 1964 27 maanden 1965 e.v. 26 maanden

De uitkeringsperiode kan in afwijking van artikel 94 b, derde lid, ARAR ingaan vanaf het bereiken van de 55-jarige leeftijd. Dit geldt voor de maanden van de transitietabel en de maanden van de tabel in het uitvoeringsakkoord; Voor medewerkers die inmiddels het SBF-ontslag hebben aangevraagd en zouden uittreden op een datum liggende in de periode tussen 1 april 2015 en 3 maanden na publicatiedatum van deze overgangsregeling, geldt dat zij de keuze hebben tussen een uitkering op basis van de oude SB55+ regeling, zoals die laatstelijk gold op 31 maart 2015, of een uitkering op basis van deze overgangsregeling; Voor medewerkers die gebruik willen maken van de mogelijkheid in de regeling substantieel bezwarende functies om in deeltijd door te blijven werken geldt het volgende. De SBF-er die in deeltijd uittreedt moet met het oog op praktische inzetbaarheid en fiscale voorschriften minimaal 50% van zijn oorspronkelijke dienstverband blijven werken. De hoogte van de uitkering is dan evenredig aan het deeltijdontslag. De uitkeringsduur wordt bij deeltijduittreden herrekend. Na een deeltijduittreding kan de SBF-er op een later moment volledig uittreden. Dan wordt de uitkeringsduur wederom herrekend. Vervallen van aanmerking als SB-functie Voor de medewerker in een SB-functie waarvan de aanmerking als SB-functie vervalt, geldt het volgende. De uitkeringsduur van de transitietabel (rugzak) blijft onveranderd. Daarnaast moet worden bepaald hoeveel jaren de medewerker op het moment van het vervallen van de status ononderbroken in de SB-functie heeft doorgebracht. Dit aantal jaren (SBF-dienstjaren) moet worden vermenigvuldigd met 1 maand, met een maximum van de duur van de nieuwe SB-uitkering op basis van de uitvoeringstabel. De totale uitkeringsduur wordt bepaald door deze getallen bij elkaar op te tellen. Voor het aantal maanden op grond van de uitvoeringstabel gelden de volgende cumulatieve voorwaarden: De werknemer heeft een aaneengesloten diensttijd van minimaal 5 jaar in een SB-functie op de dag dat de aanmerking vervalt; De werknemer is maximaal 10 jaar verwijderd van het eerste moment dat het ABP-pensioen in kan gaan of de werknemer is minimaal 15 jaar in een SB-functie werkzaam geweest (heeft minimaal 15 SB-dienstjaren); De werknemer moet tot zijn uittreden werkzaam blijven in zijn voormalige SB-functie. In geval van krimp / vervallen van de functie als gevolg van reorganisatie Met betrekking tot het bovenstaande maken partijen nog de navolgende specifieke afspraken;

De verplichte VWNW-kandidaat behoudt zijn aanspraken ten aanzien van de SBF-regeling bij het bereiken van de SBF-gerechtigde leeftijd gedurende het verplichte begeleidingstraject VWNW of bij herplaatsing in een SB-functie voor het einde van dat traject. Het verplichte begeleidingstraject van de VWNW-kandidaat telt niet mee voor de berekening van de diensttijd van vijf jaar en geldt niet als onderbreking van de aaneengesloten diensttijd volgens artikel 97, tweede lid, van het ARAR; De medewerker in een SB-functie kan verzoeken om binnen 18 maanden na de start van het verplichte begeleidingstraject VWNW van de SBFregeling gebruik te maken. De medewerker wordt in dit geval tot aan moment dat het SBF-ontslag wordt verleend (maximaal 18 maanden) geplaatst in een mobiliteitsafdeling, van waaruit de medewerker op verschillende plaatsen en voor verschillende werkzaamheden (binnen of buiten respectievelijk ILT dan wel Rijkswaterstaat) kunnen worden ingezet. Het bevoegd gezag biedt hen geen passende functie aan; Met betrekking tot het begrip passende functie wordt aansluiting gezocht bij het VWNW-beleid. Tevens wordt bepaald dat het plaatsingsbereik in de eerste zes maanden zich beperkt tot SB-functies, tenzij de medewerker anders aangeeft. Afkoop transitietabel Medewerkers kunnen besluiten tot een eenmalige afkoop van hun recht uit de transitietabel, ongeacht de status van de SB functie; De afkoop betreft maximaal 24 maanden. Een eventueel surplus aan maanden waar een recht op zou bestaan vanuit de transitietabel vervalt dan. Deze afkoop kan niet hoger zijn dan 75.000,- bruto; Deze afkoop dient de medewerker expliciet en uiterlijk 31 december 2015 aan te vragen bij het bevoegd gezag; De hoogte van de afkoop is 100% van de bruto-uitkeringshoogte van het aantal maanden waar gelet op de transitietabel recht op bestaat. Bij de berekening wordt uitgegaan van de hoogste periodiek in de schaal; Medewerkers jonger dan 50 jaar met 0 tot 5 dienstjaren krijgen een eenmalige afkoop ter grootte van 5000,- bruto. AOW-compensatie AOW-compensatie wordt verstrekt op aanvraag aan degene die voor de publicatiedatum van de overgangsregeling op basis van de bepalingen van de SBF55 regeling zoals die laatstelijk gold op 31 maart 2015.een uitkering ontvangt en ook aan diegene die al pensioen geniet vanuit de SB uitkering en een AOW-gat heeft. De compensatie bedraagt de hoogte van hetgeen aan AOW wordt gemist en is bedoeld om de negatieve financiële gevolgen van het ontbreken van de AOWuitkering te ondervangen.

De berekening van de AOW-compensatie van oud-medewerkers die zijn geboren voor 1 januari 1955 vindt plaats op basis van de leeftijden zoals is neergelegd in de wet versnelling van de stapsgewijze verhoging AOW-leeftijd. De berekening van de AOW-compensatie van medewerkers die na deze datum zijn geboren, vindt plaats op de AOW-datum. Overigens is het voor deze groep mogelijk te opteren om direct de AOW-compensatie te ontvangen op basis van de berekening in de vorige paragraaf. Hiermee ziet de aanvrager wel af van compensatie voor een eventuele verdere verhoging van de AOW-leeftijd. De AOW-compensatie wordt op aanvraag ook verstrekt aan de medewerker die inmiddels ontslag heeft aangevraagd en uiterlijk 3 maanden na publicatiedatum van deze overgangsregeling uittreedt op basis van de bepalingen van de SBF55 regeling zoals die laatstelijk gold op 31 maart 2015. Slotopmerkingen In situaties waar de toepassing van deze regeling tot onbillijke uitkomsten leidt voor de ambtenaar, kan het bevoegd gezag hiervan afwijken. Partijen maken in het Departementaal Georganiseerd Overleg IenM afspraken over gezond langer doorwerken in de SB-functie. Deze regeling heeft een terugwerkende kracht tot en met 1 april 2015. Den Haag, 9 juli 2015 De Secretaris-Generaal van Infrastructuur en Milieu Drs. L.M.C. Ongering Vertegenwoordiger FNV Overheid

M. Bleijerveld Vertegenwoordiger Ambtenarencentrum P. Wulms Vertegenwoordiger CNV Overheid L. Schueler Vertegenwoordiger CMHF J. Hut