Wethouder van Welzijn, Volksgezondheid en Emancipatie mw. drs J. Klijnsma Gemeente Den Haag Retouradres: Postbus 12 600, 2500 DJ Den Haag Aan de voorzitter van de Commissie Welzijn, Duurzaamheid en Leidschenveen-Ypenburg Onderwerp De Wet maatschappelijke ondersteuning Uw brief van - Uw kenmerk - Ons kenmerk BOW/2005.760 - RIS 128836_27-6-2005 Doorkiesnummer 070-353 5597 E-mailadres - Aantal bijlagen 1 Datum 24 juni 2005 Geachte leden, De komende jaren gaat er het nodige veranderen in het zorgstelsel. Eén van die veranderingen is de komst van de Wet maatschappelijke Ondersteuning (WMO) per 1 juli 2006. Met deze brief wil ik u informeren over de wet, de meest recente ontwikkelingen en aangeven welke weg wij zullen volgen om de wet te implementeren. Contouren van de WMO In april 2004 is de contourennota voor de WMO naar de Tweede kamer gestuurd. In deze wet gaan de Welzijnswet, de Wet voorzieningen gehandicapten (Wvg) en delen van de AWBZ op. Met de WMO wil het kabinet bereiken dat mensen de regie over hun eigen leven behouden en dat zij volwaardig mee kunnen doen aan de samenleving. De bedoeling van de wet is dat mensen zo veel mogelijk voor zichzelf en elkaar zorgen. Pas als het iemand niet lukt om zelf maatschappelijke hulp of ondersteuning te regelen, moet de gemeente deze bieden. Maatschappelijke ondersteuning zijn activiteiten die het mensen mogelijk maken om mee te doen aan de samenleving. Het gaat bijvoorbeeld om vrijwilligerswerk, sociale activering, ondersteuning van mantelzorgers, WVG voorzieningen, huishoudelijke verzorging en maaltijden verstrekking. Voor wie langdurige, zware zorg nodig heeft is en blijft er de AWBZ. Echter de WMO omvat ook de huidige maatschappelijke opvang, verslavingszorg en openbare geestelijke gezondheidszorg (OGGZ). Inlichtingen bij Postadres: Postbus 12 600, 2500 DJ Den Haag Telefoon: 070-353 3351 Bezoekadres: Spui 70, Den Haag Fax: 070-353 2210 Internetadres: www.denhaag.nl
De WMO omschrijft maatschappelijke ondersteuning in negen prestatievelden. 1. Het bevorderen van sociale samenhang en leefbaarheid in dorpen, wijken en buurten; 2. Op preventie gerichte ondersteuning van jeugdigen met problemen met het opgroeien en ondersteuning van ouders met problemen met opvoeden; 3. Het geven van informatie, advies en cliëntondersteuning; 4. Het ondersteunen van mantelzorgers en vrijwilligers; 5. Het bevorderen van de deelname aan het maatschappelijke verkeer en het bevorderen van het zelfstandig functioneren van mensen met een beperking of een chronisch psychisch probleem of een psychosociaal probleem; 6. Het verlenen van voorzieningen aan mensen met een beperking of een chronisch psychisch probleem of een psychosociaal probleem ten behoeve van het behoud van hun zelfstandig functioneren of hun deelname aan het maatschappelijke verkeer; 7. Maatschappelijke opvang, advies en steunpunten huiselijk geweld; 8. OGGZ, de openbare geestelijke gezondheidszorg; 9. Ambulante verslavingszorg. Gemeenten moeten per prestatieveld afspreken welke resultaten zij willen boeken en hierover verantwoording afleggen. Het Rijk wil deze monitoren via benchmark- onderzoeken. Vernieuwing AWBZ Naast de invoering van de WMO, wil het kabinet de AWBZ wijzigen en terugbrengen tot waarvoor deze wet oorspronkelijk bedoeld was: zorg aan mensen met een ernstige, zeer langdurige hulpvraag. De AWBZ verzekert uitsluitend zware chronische en continue zorg, die niet particulier te verzekeren is. Dat geldt in elk geval voor ernstig lichamelijk of verstandelijk gehandicapten, dementerende ouderen en chronisch psychiatrische patiënten. De WMO kent geen verzekerde rechten zoals de huidige AWBZ.
Discussies met de Tweede Kamer De Tweede Kamer heeft een aantal malen uitgebreid met de staatssecretaris gesproken over de WMO. Belangrijke discussiepunten waren behoud van zekerheden voor burgers, voldoende financiën, en een zorgvuldige invoering van deze ingrijpende wet. Bij de behandeling van de VWS-begroting 2005 heeft de Kamer twee moties over de WMO aangenomen. De motie Vietsch (CDA) pleit voor een zorgvuldige invoering van de WMO en gefaseerde overgang van onderdelen uit de AWBZ. De motie Arib (PvdA) pleit voor het behoud van het persoonsgebonden budget en een bestaand recht onder de AWBZ. In het laatste Algemeen Overleg van 26 mei jl. is een uitvoerige discussie gevoerd over de overheveling van de huishoudelijke verzorging uit de AWBZ naar de WMO, cliëntenparticipatie en de invoeringstermijn. De Tweede Kamer vindt het belangrijk dat in acht gemeenten pilots huishoudelijke verzorging starten. Evaluatie van deze pilots zijn belangrijk om te bepalen óf en hóe de huishoudelijke zorg overgaat naar gemeenten. Elementen als cliëntenparticipatie, keuzevrijheid voor de cliënt en de rol van de lokale loketten worden meegenomen in de pilots. De kamerleden hebben aangegeven de resultaten van de pilots te willen betrekken bij de behandeling van de wet. Financiën Financiering van de gemeentelijke taken die voortvloeien uit de WMO zijn nog niet vastgesteld. Volgens de Raad voor de financiële verhoudingen (Rfv) is met de WMO in totaal een bedrag van 5,6 miljard euro aan kosten gemoeid. Dit is inclusief de WVG- en welzijnsmiddelen waarover gemeenten al beschikken. Het totale gemeentefonds bevat op dit moment 12,2 miljard euro. De WMO omvat dus 45% van het gemeentefonds. Er wordt op dit moment onderhandeld tussen het Rijk en de VNG over de omvang van het over te hevelen bedrag, de groeivoet en de verdeling over de gemeenten. Voor de invoering van de WMO komt waarschijnlijk eenmalig een bedrag van 45 miljoen euro beschikbaar. VWS en de VNG zijn nog in onderhandeling over het exacte bedrag. Inmiddels is overeenstemming bereikt over de overgang van de huishoudelijke verzorging. Dit ligt tussen 600 en 630 miljoen euro. Dat bedrag gaat één op één over van de AWBZ naar de WMO, schrijft de staatssecretaris in een recente brief aan de Tweede Kamer. Gemeenten krijgen in eerste instantie een bedrag dat gebaseerd is op een historische verdeling. Verder wordt bij de vaststelling van het bedrag per gemeente de bevolkingsopbouw meegewogen en het aantal mensen in een gemeente met een verblijfsindicatie die buiten een verblijfsinstelling wonen (extramuralisering). De staatssecretaris pleit met de VNG voor een onafhankelijke derde partij die over het macrobudget adviseert. Betrokkenheid burgers De WMO verplicht gemeenten haar inwoners te betrekken bij de gemeentelijke WMO-plannen. De gemeente moet verantwoording afleggen aan haar burgers en de gemeenteraad over de uitvoering van de WMO. Belangen- en cliëntenorganisaties worden nadrukkelijk betrokken bij het opstellen en uitvoeren van de plannen. Planning besluitvorming Op 11 februari 2005 is de concepttekst naar de Raad van State gestuurd. Het advies van de Raad van State (RvS)en de wettekst is op 27 mei jl. naar de Tweede Kamer verzonden. De staatssecretaris wil de wet zo spoedig mogelijk behandelen zodat deze na vaststelling door de Tweede Kamer per 1 juli 2006 kan worden ingevoerd.
Implementatieplan WMO Den Haag Een adequate invoering op lokaal niveau van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning vereist een gedegen planning. Naast inhoudelijke beleidsontwikkelingen zal al op korte termijn een aantal organisatorische zaken moeten worden geregeld. Daarnaast is het van belang de betrokkenheid van burgers en lokale partners te waarborgen. Dit alles onder de voorwaarde dat ook gedurende de overgangsperiode, de kwaliteit van maatschappelijke ondersteuning blijft gewaarborgd: de winkel blijft open tijdens de verbouwing! Uitgaande van het wetsvoorstel en de daarin genoemde invoeringsdata, is door mij een implementatieplan opgesteld. Dit implementatieplan valt uiteen in drie onderdelen. We dienen ons hierbij te realiseren dat er nog onzekerheden zijn omdat de Kamer aangegeven heeft de resultaten van de in diverse gemeenten te houden pilots te willen betrekken bij de behandeling van de wet. I Kadernota: De gemeentelijke uitgangspunten Momenteel wordt ambtelijk een werkbespreking met uw commissie voorbereid. Ik stel voor deze werkbespreking kort na het zomerreces te plannen. De werkbespreking is input voor een op te stellen kadernota waarin de raad de volgende zaken vaststelt: - De uitgangspunten voor het gemeentelijk beleid. - Het financieel kader voor de WMO en de ontwikkeling daarvan (meerjarenperspectief). - De manier waarop de gemeente de sturing invult. De kadernota kan in de tweede helft van 2005 ter vaststelling aan uw raad worden aangeboden. II: Beleidsnotitie: Implementatie korte termijn Na vaststelling van de kadernota onderscheiden wij een tweetal sporen bij de implementatie van de WMO. Het eerste spoor is erop gericht om bij de invoering van de WMO per 1 juli 2006 te voldoen aan de noodzakelijke vereisten van de wet. Concreet betekent dit dat bij de invoering van de WMO in elk geval de volgende zaken geregeld dienen te zijn: - voormalige AWBZ-taken Het betreft hierbij de taken die per 1 juli 2006 overgaan vanuit de AWBZ naar het gemeentelijke niveau: in eerste instantie behelst dat de huishoudelijke verzorging. - WMO-loket Binnen de maatschappelijke ondersteuning zal een loket worden ontwikkeld waar burgers terecht kunnen voor informatie, advies en verwijzing rondom zorg en welzijn. De Wmo-loketten worden zoveel mogelijk gesitueerd in de stadsdeelkantoren en in samenwerking met de dienst SZW vormgegeven. De keuzes die de gemeente maakt ten aanzien van deze twee onderdelen, worden neergelegd in een beleidsnotitie WMO. Deze beleidsnotitie zal in februari 2006 worden vastgesteld in de gemeenteraad. III: Het meerjarenplan: Haags meerjarenbeleid maatschappelijke ondersteuning Het tweede implementatiespoor richt zich op de ontwikkeling van een meerjarenplan maatschappelijke ondersteuning. Dit plan dient uiterlijk in november 2006 te worden vastgesteld in de gemeenteraad. Waar de beleidsnotitie zich vooral richt op het adequaat inspelen op de consequenties van de WMO op korte termijn, zal het meerjarenplan zich vooral richten op de toekomstige beleidsontwikkeling op de prestatievelden die de WMO onderscheidt. In het Meerjarenbeleidsplan komt onder andere aan de orde: - een analyse van het huidige beleid op de onderscheiden terreinen
- het formuleren van meetbare doelen per prestatieveld Het plan moet samen met een advies van belangenorganisaties naar de gemeenteraad worden gestuurd. Uitgaande van de invoeringsdatum van 1 juli 2006 is een gedetailleerde planning van de activiteiten voor het implementatieproces opgesteld, welke u in de bijlage aantreft. Wij hebben een ambtelijke stuurgroep geformeerd waarbij de diensten OCW en SZW betrokken zijn. Deze stuurgroep is gestart met de voorbereidingen van genoemde activiteiten. Consultatie met het veld Tot slot ben ik van plan op korte termijn twee bijeenkomsten te organiseren met het veld. De gemeente is verplicht om haar inwoners te betrekken bij het opstellen van het WMO beleidsplan. Ik heb ervoor gekozen belangen en cliëntenorganisaties zo vroeg mogelijk te betrekken bij onze WMO-plannen. Daarom organiseer ik in september een brainstormsessie om de kaders voor het Haagse WMO beleid met hen te bespreken. Eind juni nodig ik aanbieders van wonen, welzijn en zorg diensten uit om met mij van gedachte te wisselen over de consequenties van de WMO voor het Haagse maatschappelijke ondersteuningsnetwerk. Na het zomerreces spreek ik graag met uw commissie over de gemeentelijke kaders voor de implementatie van de WMO. De voorbereidende stukken worden u zo spoedig mogelijk toegezonden. Met vriendelijke groet, Jetta Klijnsma
BIJLAGE I Planning Implementatietraject Uitgaande van de invoeringsdatum van 1 juli 2006 wordt de volgende planning voor het implementatietraject aangehouden: Implementatie korte termijn Stap Onderdeel Toelichting/inhoud Wanneer? 0 Vaststellen Projectleider, projectgroep, werkgroepen Mei 2005 implementatieorganisatie e.d. Voldoende bemensing. Goede communicatie hierover Bijeenkomst aanbieders Juni 2005 wonen, welzijn en zorgvoorzieningen 1 Discussienotitie Informatie (wat betekent WMO), Juni 2005 Procedureel kader (hoe gaat de gemeente het voorbereidingstraject oppakken?) en financieel kader. Zo mogelijk inhoudelijke uitgangspunten/richtinggevende uitspraken Gebruik maken van consultatierondes die in het kader van het Project PMZ plaatsgevonden hebben. Werkbespreking September 2005 raadscommissie 2 Kadernota vaststellen in raad Belangrijk in verband met vaststellen financieel kader Oktober/november 2005 3 Expertmeeting Aftrapbijeenkomst voor lokale partners belangenorganisaties e.a., tevens gericht op verkrijgen van input uit het veld. 4 Beleidsnotitie 2006 opstellen 5 Consultatie burgers en betrokkenen 6a Organiseren van de uitvoering huishoudelijke zorg en Voor 1 juli 2006 kan worden volstaan met een beleidsnotitie. Er hoeft nog geen meerjarenplan te liggen. In de beleidsnotitie komt in elk geval aan bod: - de organisatie van de nieuwe ex- AWBZ taken - aanpassen en opstellen verordeningen (huish. verzorging) - burgerparticipatie - financiële consequenties 2006 - visie herijking en planning hiertoe Maakt deel uit van het ontwikkelen van de beleidsnotitie. Regelen van: - toegang tot de zorg (CIZ, gemeente, andere partij) September/ november 2005 November 2005/ maart 2006 t/m maart
subsidieregelingen - inkoop (kopiëren huidige uitvoering, aanbesteden? - Informeren cliënten en burgers - eigen bijdrageregeling - formatieve consequenties WMO-taken gemeente 6b Organiseren loket Oktober 2005/Juli 2006 7 Vaststellen beleidsnotitie en verordeningen VNG stelt modelverordening op. Gemeente dient daarnaast verordeningen aan te passen die verwijzen naar WVG of Welzijnswet Juni 2006 Ontwikkelen meerjarenplan Stap Onderdeel Toelichting Wanneer? 1 Inventarisatie huidig - wat gebeurt er? Voorjaar 2005 beleid - wie doet wat? - hoe werkt e.e.a. samen? 2 Analyse huidig beleid - hoe werkt het? September 2005 - wat zijn knelpunten? - toetsen aan de hand van Haagse WMOvisie 3 Formuleren van doelen - per prestatieveld Januari 2006 - rekening houdend met de analyse - rekening houdend met integraliteit 4 Formuleren van prioriteiten - Aandacht focussen - accenten leggen Voorjaar 2006 5 Participatie en burgers en instellingen - gericht op opstellen meerjarenplan 6 Opstellen meerjarenplan Aandacht daarbij voor: - doelen per veld - hoe wordt het uitgevoerd? - welke resultaten worden behaald? - borging kwaliteit - hoe bevorderen keuzevrijheid? - beschrijven totstandkoming (participatie e.d.) 7 Organiseren van de Consequenties voorbereiden uitvoering Juni 2006 (daarna besluitvormingsrondes) 8 Vaststellen plan Verplicht per januari 2007 December 2006