CSPE GL 2010. minitoets bij opdracht 9



Vergelijkbare documenten
landbouw en natuurlijke omgeving 2010 plantenteelt open teelten CSPE BB

landbouw en natuurlijke omgeving 2010 landbouw-breed CSPE KB minitoets bij opdracht 17

landbouw en natuurlijke omgeving 2010 plantenteelt open teelten CSPE BB minitoets bij opdracht 19

landbouw en natuurlijke omgeving 2010 plantenteelt gesloten teelten CSPE KB minitoets bij opdracht 19

landbouw en natuurlijke omgeving 2010 plantenteelt gesloten teelten CSPE KB minitoets bij opdracht 5

Genieten van zelfgekweekte groenten, fruit en kruiden is het einde! Alleen komen die verse tomaten, knapperige sla, pittige rucola, zoete appels,

Basiscursus Ecologisch tuinieren

Zand Niet Zand Zand Niet Zand. Zand Niet Zand Zand Niet Zand. Zand Niet Zand Zand Niet Zand. Niet Zand. Niet Zand. Niet Zand. Niet Zand.

landbouw en natuurlijke omgeving 2011 plantenteelt gesloten teelten CSPE KB minitoets bij opdracht 3

AGRICHEM PIRIMICARB W1 TOELATINGSNUMMER

Examenopgaven VMBO-KB 2004

Zaai-, plant-, poot- en oogstkalender

Zaai-, plant-, poot- en oogstkalender

landbouw-breed CSE GL

6.5. Werkstuk door een scholier 1097 woorden 2 maart keer beoordeeld. Keuzeopdracht; Hoofdstuk 6.4, opdracht B; Bron

Starten met een moestuin

Opdrachten. Organische bemesting opdrachten 1

Wat gaan we vanavond doen?

Examenopgaven VMBO-KB 2003

HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN

landbouw en natuurlijke omgeving 2011 plantenteelt gesloten teelten CSPE KB minitoets bij opdracht 14

landbouw en natuurlijke omgeving 2011 plantenteelt open teelten CSPE BB minitoets bij opdracht 17

landbouw en natuurlijke omgeving 2011 groene ruimte CSPE KB minitoets bij opdracht 3

landbouw en natuurlijke omgeving 2010 plantenteelt open teelten CSPE KB

januari Z M D W D V Fruit: Appelen, Bananen, Citroen, Mandarijnen, Mango, Peren, Sinaasappelen Dit is een product van SaskiaVanOmmen.

Samenstelling en eigenschappen

Bemesting kool en relatie tot trips.

Organisatie van de moestuin

landbouw-breed CSPE KB 2011 minitoets bij opdracht 15

Basiscursus moestuinieren

Bleekselderij zomer 30 x 35 centimeter

Bijlage A. Stikstofgebruiksnormen behorende bij artikel 28 van de Uitvoeringsregeling Meststoffenwet

De organische stofbalans: Kengetallen

Januari. Februari DOEN ZAAIEN ETEN DOEN ZAAIEN PLANTEN ETEN

Bodemmonster Bodemmonster

Basiscursus Ecologische Moestuin. Families in de moestuin

Zaaien en planten. Wat is er nodig om een zaadje te laten groeien?

CSPE GL minitoets bij opdracht 10

ORGANISCH GEBONDEN STIKSTOF FOSFORZUURANHYDRIDE ORGANISCHE STIKSTOF OPLOSBAAR IN WATER AFKOMSTIG VAN WATER

VLAAMSE LANDMAATSCHAPPIJ Beheerovereenkomst water: bemestingsnormen en drempelwaarden

landbouw en natuurlijke omgeving 2011 plantenteelt open teelten CSPE KB minitoets bij opdracht 16

Bijeenkomst PN DA. Hans Smeets. Adviseur DLV plant BV

Evenwicht in de volkstuin? april 1, 2014 DLV Plant

CSPE GL minitoets bij opdracht 19

1 Voedingselementen Voedingselementen Zuurgraad Elektrische geleidbaarheid (EC) Afsluiting 14

Meer theorie over bodem & compost

FOSFAAT NATUURLIJK FOSFAAT NATUURLIJKE MAÏSMESTSTOF NATUURLIJK FOSFAAT. verrijkt met borium organische meststof toepasbaar in derogatiebedrijf

Ideale grond. Bodemleven. Bodemstructuur

Voorbeelden Combinatie - Wisselteelt

Examen VMBO-GL CSPE GL. gedurende 290 minuten. landbouw-breed - afdelingsprogramma landbouw

Inhoudsopgave. 1. Onderscheidende product(ie) kenmerken van Bio-Trio 2

PRIJS: 1,5 KG 7,50 10 KG 22,50

ORGANISCHE STOF BEHEER

landbouw en natuurlijke omgeving 2010 landbouw-breed CSPE KB minitoets bij opdracht 4

Bemestingsplan. Hans Smeets Adviseur DLV team boomteelt. DLV Plant

Bemesting Blauwe Bessen. Bemesting Blauwe Bessen. Bemesting Blauwe Bessen. Bemesting Blauwe Bessen. Bemesting Blauwe Bessen

Teelthandleiding. 4.7 magnesiumbemesting

Bodem en bodemverzorging

Naaldwijk, juni Intern rapport nr. 24.

Examenopgaven VMBO-BB 2003

FOSFAAT NATUURLIJK FOSFAAT NATUURLIJKE MAÏSMESTSTOF NATUURLIJK FOSFAAT

VERTEERB. KOOLHYDRATEN TRANSVETZUREN CHOLESTEROL LINOLZUUR ZETMEEL VEZELS SUIKERS

1 Gewassen en hun afwijkingen Kennismaking met de plant Afwijkingen in de teelt Afsluiting 24

WETTELIJK GEBRUIKSVOORSCHRIFT

Teelthandleiding wettelijke regels

Uitleg bij de Kosmoskalender

BLADMESTSTOFFEN. Biodiversiteit is een essentieel productiemiddel voor de land- en tuinbouw voor een natuurlijke bodemvruchtbaarheid.

2.2 Grasland met klaver

CSPE GL minitoets bij opdracht 15

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD VLAAMSE OVERHEID. Leefmilieu, Natuur en Energie

FEDERALE OVERHEIDSDIENST VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU

LIJST WAT KAN EN WAT TE VERMIJDEN

workshop klimaat &energie elektrische boiler

PROEFSTATION VOOR DE GROENTEN- EN FRUITTEELT ONDER GLAS, TE NAALDWIJK.

Module Plantenvoeding

3 november 2011 Ben Rooyackers

LANDBOUW EN NATUURLIJKE OMGEVING. Het examen landbouw en natuurlijke omgeving CSE KB bestaat uit twee deelexamens waarvan dit er één is.

Het Wortelrapport 2017 De effecten van de toepassing van mycorrhiza, schimmels en bacteriën op de groei van wortels

landbouw en natuurlijke omgeving plantenteelt gesloten teelten CSPE KB

MAISTEELT 2019: DE SUCCESFACTOREN!

Nieuwe communicatieve tools BDB-doos en BDB-net maken professionele grondontleding en bemesting op maat bereikbaar. Hilde Vandendriessche en Mia Tits

Examenopgaven VMBO-GL 2004

VERHOGING ZIEKTEWEERBAARHEID IN LAND- EN TUINBOUWGEWASSEN DOOR GEBRUIK VAN COMPOST. ir. Koen Willekens INHOUD

februari maart april mei

0.5 L PET. DowAgroSciences TRACER * UN 3082 DEZE VERPAKKING IS BEDRIJFSAFVAL MILIEUGEVAARLIJK

meststoffen vloeibare basismeststof groei door kennis


Tips voor in de moestuin en het gebruik van meststoffen.

Teelthandleiding. 4.7 magnesiumbemesting

Gearchiveerd op 01/01/2017

Vragen. Groeien en bloeien

landbouw en natuurlijke omgeving 2011 plantenteelt gesloten teelten CSPE BB minitoets bij opdracht 5

KALENDER VAN PLAATSELIJK GETEELDE SEIZOENSGROENTEN EN -FRUIT UIT VOLLE GROND

De omhulde meststoffen voor containerteelten

Fungicide. Belangrijke voordelen. Bemerkingen. WG 26.7 % boscalid % pyraclostrobin, erk nr 9429P/B

Examenopgaven VMBO-BB 2004

OPLOSBAAR IN WATER EN NEUTRAAL ORGANISCH GEBONDEN STIKSTOF FOSFORZUURANHYDRIDE OPLOSBAAR IN WATER FOSFORZUURANHYDRIDE (P 2 O 5 ORGANISCHE STIKSTOF

landbouw en natuurlijke omgeving plantenteelt gesloten teelten CSPE KB

Tuinadvies. De Ceuster Meststoffen Bannerlaan Grobbendonk Tel.: Fax: voor annemie so on. Moestuin Moestuin Algemeen

Ministerie van Landbouw, Veeteelt en Visserij

Transcriptie:

CSPE GL 2010 landbouw-breed - afdelingsprogramma landbouw minitoets bij opdracht 9 variant a Naam kandidaat Kandidaatnummer Meerkeuzevragen Omcirkel het goede antwoord (voorbeeld 1). Geef verbeteringen aan volgens voorbeeld 2 of 3. (1) A A A B B B (2) X (3) B X C C X C D D D 1p 1 Potgrond kan met verschillende bestanddelen worden samengesteld. Goede potgrond is luchtig, bevat voedingsstoffen, houdt goed vocht vast en is vrij van ziekten. Welke grondstof van potgrond is het minst luchtig? A klei B tempexkorrel C veen D zand 1p 2 Goede potgrond is luchtig, bevat voedingsstoffen, houdt goed vocht vast en is vrij van ziekten. Welke grondstof van potgrond houdt goed vocht vast en geeft het vocht ook langzaam weer af aan de plant? A tempexkorrels B veen C zand 1p 3 Een bestanddeel van potgrond heeft een ph van 6,0. Hoe wordt een ph van 6,0 genoemd? A sterk basisch B zwak basisch C neutraal D zwak zuur E sterk zuur PG-5018-b-10-1-m1 1 lees verder

1p 4 Potgrond wordt gebroken en gezeefd. De zeven bepalen de fijnheid van de grond. Wat zijn kenmerken van fijne potgrond? A grote poriën en houdt veel water vast B grote poriën en houdt weinig water vast C kleine poriën en houdt veel water vast D kleine poriën en houdt weinig water vast 1p 5 In de tabel zie je de opbrengstvermindering van maïs geteeld op zand-, dal- en lössgrond bij verschillende ph-waarden. opbrengstvermindering maïs (%) ph zandgrond dalgrond lössgrond 4,0 25,0 15,0 18,0 4,4 8,0 4,0 2,0 4,8 2,0 0,5 0,0 5,2 0,0 0,0 1,0 5,6 1,0 3,5 7,0 6,0 7,0 12,0 18,0 Wat is de beste ph voor maïsteelt op dalgrond? A 4,0 B 4,4 C 4,8 D 5,2 E 5,6 F 6,0 PG-5018-b-10-1-m1 2 lees verder

1p 6 Voor een goede groei van het gewas moet er regelmatig bemest worden. Hiervoor wordt gebruikgemaakt van goed oplosbare meststoffen. Naast een aantal hoofdelementen bevatten deze meststoffen vaak ook sporenelementen. Een voorbeeld van zo n meststof is nutriflora t. nutriflora t samenstelling (%) 2 11 40 0,07 0,13 0,04 0,03 0,007 0,002 stikstof totaal 2,0% nitraatstikstof fosforzuuranhydride oplosbaar in water en neutraal ammoniumcitraat 11,0% fosforzuuranhydride kaliumoxyde oplosbaar in water ijzer in de vorm van ijzerchelaat Fe-DTPA oplosbaar in water mangaan oplosbaar in water borium oplosbaar in water zink oplosbaar in water molybdeen oplosbaar in water koper oplosbaar in water Welk van de volgende elementen is een hoofdelement in deze meststof? A ijzer B kalium C mangaan D zink PG-5018-b-10-1-m1 3 lees verder

1p 7 In de tabel staat de samenstelling van organische meststoffen. meststoffen gier droge stof hoeveelheden in kg per ton organische stof N- totaal P 2 O 5 K 2 O MgO rundvee 25 10 4,0 0,2 8,0 0,2 vleesvarkens 20 5 6,5 0,9 4,5 0,2 zeugen 10 10 2,0 0,9 2,5 0,2 dunne mest rundvee 90 66 4,9 1,8 6,8 1,3 vleesvarkens 90 60 7,2 4,2 7,2 1,8 zeugen 55 35 4,2 3,0 4,3 1,1 kippen 145 93 10,2 7,8 6,4 2,2 vaste mest rundvee 235 153 6,9 3,8 7,4 2,1 kippen (strooisel) 640 423 19,1 24,2 13,3 5,3 vleeskuikens 605 508 30,5 17,0 22,5 6,5 compost champignonmest 320 210 6,0 3,2 9,0 2,5 gft-compost 700 210 9,1 4,0 6,9 2,9 Wat is de hoeveelheid fosfaat in 2.000 kg vaste rundveemest?... kg PG-5018-b-10-1-m1 4 lees verder

1p 8 Hieronder staat een verpakking van de meststof kristalon 19+6+20+3. Hoeveel zuivere stikstof zit er in een verpakking van 25 kg kristalon? Noteer je antwoord in twee decimalen nauwkeurig.... kg 1p 9 Een soort mest bevat 25% stikstof. Hoeveel kg van deze mest moet per hectare toegediend worden om aan de gewenste gift van 130 kg stikstof/ha te voldoen?... kg PG-5018-b-10-1-m1 5 lees verder

1p 10 Meststoffen die op het juiste moment beschikbaar zijn voor het gewas, zijn belangrijk voor de plant, de teler en het milieu. In een proef is gekeken naar een aantal nieuwe meststoffen. kwaliteit proefgewas na de groeiperiode lengte (per plant in cm) wortel kwaliteit* versgewicht (per plant in g) drooggewicht (per plant in g) Osmocote concept 5 65 4,3 261 90 Osmocote concept 23 64 3,9 248 88 DCM LLP proefformule 65 3,9 239 82 Multicote concept B 63 4,2 252 88 * De wortelkwaliteit is uitgedrukt in cijfers: 1 = zeer slecht, 2 = slecht, 3 = matig, 4 = goed en 5 = zeer goed Welke meststof geeft het beste resultaat? A Osmocote concept 5 B Osmocote concept 23 C DCM LLP proefformule D Multicote concept B 1p 11 Om meeldauw te bestrijden zet men chemische middelen in. Maar een blad dat door meeldauw is aangetast, zal zeker afsterven. Een bespuiting kan het gewas niet herstellen maar er hooguit voor zorgen dat de aantasting zich niet verder over het gewas uitbreidt. Welk type gewasbeschermingsmiddel gebruikt men tegen schimmels? A acaride B fungicide C herbicide D insecticide 1p 12 Bij bepaalde weersomstandigheden kan de meeldauwschimmel hard toeslaan en binnen enkele dagen een hele teelt aantasten. Bij welk weertype is de kans op aantasting door meeldauw het grootst? A koud en droog B koud en nat C warm en droog D warm en nat PG-5018-b-10-1-m1 6 lees verder

1p 13 Voordat er meeldauwaantasting is, worden gewassen al vaak bespoten met een middel tegen meeldauw. Hoe noemt men een bestrijding die moet voorkomen dat een gewas wordt aangetast? A curatief B geïntegreerd C preventief D selectief 1p 14 In 2002 zijn gebruiksnormen voor stikstof (N) in de glastuinbouw ingevoerd. Deze gebruiksnormen geven aan hoeveel stikstof je maximaal aan gewassen mag geven. Bij rozen ligt de norm rond 1300 kg per ha, bij chrysanten rond de 900 kg per ha en bij potplanten rond de 800 kg per ha. De figuur geeft voor enkele jaren aan hoeveel stikstof meer of minder werd gegeven dan de genoemde norm aan elk van deze gewassen. kg 300 per ha 200 100 Legenda: chrysanten rozen potplanten 0-100 -200-300 -400 2002 2003 2004 2005 Hoeveel kg stikstof per ha gebruikte de gemiddelde rozenteler in 2004? A ongeveer 100 kg B ongeveer 1200 kg C ongeveer 1300 kg D ongeveer 1600 kg PG-5018-b-10-1-m1 7 lees verder

1p 15 In het diagram staat de hoeveelheid ingezameld afval over een aantal jaren. 1400 miljoen kg 1300 1200 1100 1000 900 800 700 600 500 400 300 200 100 0 1994 2001 2002 2003 2004 2005 2006 Legenda: gft glas papier, karton grof tuinafval Een deel van het gescheiden opgehaald afval is geschikt voor compostering, een ander deel voor hergebruik. Bij hergebruik wordt de grondstof van het afval opnieuw gebruikt om nieuwe producten te maken. Welke soorten afval zijn geschikt voor hergebruik? A alleen gft en grof tuinafval B alleen gft en glas C alleen gft en papier en karton D alleen glas en papier en karton E alleen glas en grof tuinafval F alleen papier en karton en grof tuinafval PG-5018-b-10-1-m1 8 lees verder

1p 16 In het diagram staat de hoeveelheid ingezameld afval over een aantal jaren. 1400 miljoen kg 1300 1200 1100 1000 900 800 700 600 500 400 300 200 100 0 1994 2001 2002 2003 2004 2005 2006 Legenda: gft glas papier, karton grof tuinafval Hoeveel miljoen kg gft is in 2006 meer gescheiden ingezameld dan in 1994? A ongeveer 30 miljoen kg B ongeveer 70 miljoen kg C ongeveer 250 miljoen kg D ongeveer 360 miljoen kg 1p 17 Om het onkruid tussen leylandcipressen tegen te gaan, maakt Jan gebruik van een schoffelmachine. Hoe heet deze manier van onkruidbestrijding? A biologische onkruidbestrijding B chemische onkruidbestrijding C mechanische onkruidbestrijding D thermische onkruidbestrijding PG-5018-b-10-1-m1 9 lees verder

1p 18 Etiketten van ontsmettingsmiddelen waarschuwen voor gevaren bij gebruik. Op een etiket staat het volgende gevarensymbool. Wat betekent dit symbool? A bijtend B milieugevaarlijk C oxiderend D schadelijk 1p 19 De opkomst van witlofzaden verschilt per jaar. Daarbij spelen de veldcondities een belangrijke rol. De opkomst van witlof varieert tussen de 50% en 90%. Kees heeft een veldopkomst van 65%. In het voorjaar heeft Kees 900.000 zaden/ha gezaaid. Hoeveel witlofplanten heeft Kees per hectare?... planten per hectare PG-5018-b-10-1-m1 10 lees verder

1p 20 Veel mensen kweken in hun moestuin hun eigen groenten. In de kalender staan gegevens van verschillende gewassen. Zaaikalender Aardbeien Andijvie Artisjokken Aubergine Augurken Bieten/kroten Brussels witlof Groenlof Kervel Komkommers Bloemkool Broccoli Boerenkool Chinese kool Rodekool Savooiekool Wittekool Spruitkool Koolrabi Koolrapen J F M A M J J A S O N D Meloenen Paprika Peper Peterselie Pompoenen Postelein Prei Legenda: Zaaien onder glas Zaaien in de volle grond Welk gewas kan in maart al buiten in de volle grond gezaaid worden? A andijvie B bloemkool C kervel D prei E spruitkool PG-5018-b-10-1-m1 11 lees verder

1p 21 Veel mensen kweken in hun moestuin hun eigen groenten. In de kalender staan gegevens van verschillende gewassen. Zaaikalender Aardbeien Andijvie Artisjokken Aubergine Augurken Bieten/kroten Brussels witlof Groenlof Kervel Komkommers Bloemkool Broccoli Boerenkool Chinese kool Rodekool Savooiekool Wittekool Spruitkool Koolrabi Koolrapen J F M A M J J A S O N D Meloenen Paprika Peper Peterselie Pompoenen Postelein Prei Legenda: Zaaien onder glas Zaaien in de volle grond Sommige gewassen zijn gevoelig voor kou en kunnen in ons klimaat alleen onder glas geteeld worden. Voor welk van onderstaande gewassen geldt dit? A voor broccoli B voor Chinese kool C voor koolrabi D voor paprika PG-5018-b-10-1-m1 12 lees verder

1p 22 Op de foto zie je stekken van verschillende planten. Hoe heten dergelijke stekken? A bladstekken B topstekken C tussenstekken D winterstekken PG-5018-b-10-1-m1* 13 lees verder einde