Beleidsregel. Beleidsregels van de burgemeester van Simpelveld voor de toepassing van. artikel 13b Opiumwet en 174a Gemeentewet



Vergelijkbare documenten
Beleidsregels. Beleidsregels van de burgemeester van Landgraaf voor de toepassing van. artikel 13b Opiumwet en 174a Gemeentewet

Beleidsregel voor de toepassing van artikel 13b Opiumwet en 174a Gemeentewet vastgesteld

Beleidsregels van de burgemeester van Nuth voor toepassing van artikel 13b van de Opiumwet en artikel 174a van de Gemeentewet.

HANDHAVINGSBELEID TOEPASSING WET DAMOCLES EN WET VICTORIA VOERENDAAL 2018

GemeenteLandgraaf. Handhavingsbeleid toepassing wet Damogles en wet Victoria

gelet op artikel 13b van de Opiumwet en het Hennepconvenant Limburg 2012;

GEMEENTEBLAD. Nr

Vast te stellen hieronder opgenomen "Damoclesbeleid lokalen en woningen" op basis van artikel 13b Opiumwet

Damoclesbeleid Echt-Susteren

Handhavingsbeleid drugs en overige (woon)overlast

CVDR. Nr. CVDR459391_1. Damoclesbeleid Maasgouw 2012

roerdalen gemeente Damoclesbeleid Roerdalen 2014 Artikel 13b Opiumwet Damoclesbeleid Roerdalen

Beleidsregels ter voorkoming en bestrijding van drugsoverlast, -handel, en productie.

Besluit van de burgemeester

Beleidsregel handhaving wet Damocles gemeente Beverwijk 2018

vast te stellen de volgende beleidsregels voor het toepassen van artikel 13b, eerste lid van de Opiumwet, onder de naam

Damoclesbeleid Medemblik 2016

Handhavingsbeleid drugs en overige (woon)overlast

Vast te stellen de beleidsregel bestuurlijke handhaving van artikel 13b Opiumwet (Damoclesbeleid)

Bekendmaking beleidsregels artikel 13b Opiumwet gemeente Weststellingwerf 2016

Beleidsregel Victoriabeleid Valkenburg aan de Geul 2016

Bestuursrechtelijke sancties artikel 13B Opiumwet

Beleidsregel artikel 13B Opiumwet gemeente Mill en Sint Hubert

Beleidsregels Artikel 13b Opiumwet gemeenten basisteam Veluwe - Noord Elburg Epe Hattem Heerde Nunspeet Oldebroek

gelet op artikel 13b van de Opiumwet en titel 4.3 van de Algemene wet bestuursrecht;

Beleidsregels van de Burgemeester van Heerlen voor de toepassing van artikel 13B Opiumwet en artikel 174A Gemeentewet

Damoclesbeleid gemeente Heerhugowaard 2018

Sluitingsbeleid ex artikel 13b Opiumwet

Sluitingsbeleid ex artikel 13b Opiumwet

Beleidsregels Artikel 13b Opiumwet gemeenten basisteam Veluwe - Noord Elburg Epe Hattem Heerde Nunspeet Oldebroek

DAMOCLESBELEID Hof van Twente Artikel 13b Opiumwet

BELEIDSREGEL HANDHAVINGSPROTOCOL OPIUMWET 13b gemeente Deurne. vast te stellen de Beleidsregel handhavingsprotocol Opiumwet 13b gemeente Deurne

B&W 01 juli 2008 Gemeenteblad BELEIDSREGEL HANDHAVINGSPROTOCOL OPIUMWET M.B.T. WONINGEN HELMOND 2008

Beleidsregel bestuurlijke handhaving van artikel 13b Opiumwet GEMEENTE HEEZE-LEENDE

Artikel 13b Opiumwet (de wet Damocles) is het juridische instrument om bestuurlijk op te treden tegen illegale verkooppunten van verdovende middelen.

Nota van de Burgemeester

Beleidsregels van de burgemeester van Heerlen voor de toepassing van artikel 13B Opiumwet en artikel 174A Gemeentewet

dat door toepassing van artikel 174a Gemeentewet herhaling van overlast vanuit en rond woningen en lokalen kan worden voorkomen;

gelet op de artikelen 13b Opiumwet en artikel 8:41 Algemene wet bestuursrecht

Beleidsregel handhaving Opiumwet bij hennepplantages in woningen en lokalen gemeente Alkmaar

Beleidsregel handhaving Wet Damocles

Beleidsregels Wet Damocles (art. 13b Opiumwet)

Damoclesbeleid Gemeente Sluis

Beleidsregels artikel 13b Opiumwet Nissewaard gelet op artikel 13b van de Opiumwet en op artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht;

Damoclesbeleid gemeente Waalre (Handhavingsbeleid op artikel 13b Opiumwet)

G m entebeek. In districtsverband (Westelijke Mijnstreek) isafgesproken om Damoclesbeleid in te voeren en dit beleid op elkaar af te stemmen.

Beleidsregels van de burgemeester van Heerlen voor de toepassing van artikel 13b Opiumwet en artikel 174A Gemeentewet

Gelet op artikelen 13b Opiumwet jo. 4:81 Algemene wet bestuursrecht; Overwegende dat:

Overwegingen: een beleidsregel bij handhaven van artikel 13b Opiumwet bij een woning of een al dan niet voor publiek toegankelijk lokaal is wenselijk;

GEMEENTEBLAD Officiële publicatie van Gemeente Houten

Beleidsregel bestuurlijke sancties artikel 13b Opiumwet gemeente Overbetuwe 2015

Damoclesbeleid gemeente Eersel (Handhavingsbeleid op artikel 13b Opiumwet) Vastgesteld door de burgemeester van Gemeente Eersel d.d.

Beleid inzake bestuurlijke handhaving van artikel 13B Opiumwet

Beleidsregel handhavingprotocol coffeeshopbeleid en Opiumwet (Damoclesbeleid).

vast te stellen de volgende beleidsregels voor het toepassen van artikel 13b, eerste lid van de Opiumwet, onder de naam DAMOCLESBELEID

DAMOCLESBELEID GEMEENTE LEEK 2013 t.a.v. het sluiten van woningen en lokalen

STAPPENPLAN 13b OPIUMWET

Nulbeleid coffeeshops en bestuursrechtelijke handhavingsarrangement

GEMEENTEBLAD. Nr Damoclesbeleid 2013 HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN HOOFDSTUK 2 WONINGEN. 20 december 2013

Besluit van de burgemeester van de gemeente Sittard-Geleen houdende regels omtrent Damoclesbeleid Sittard-Geleen

gelet op artikel 13b lid 1 van de Opiumwet, artikel 4:81 en artikel 4:84 van de Algemene wet bestuursrecht; overwegende dat:

BELEIDSREGELS en HANDHAVINGSARRANGEMENT ARTIKEL 13B OPIUMWET Gemeente Vianen

JŴX tfruntpn ĩ 5 FEB 2016 REG.NR.

Vaststelling: 15 augustus 2012 Publicatie: 23 augustus 2012 Inwerkingtreding: 24 augustus Gemeente Medemblik, Damoclesbeleid 2012

Beleidsregels artikel 13b Opiumwet Twenterand 2012

TOELICHTING Tweede wijziging van de Algemene Plaatselijke Verordening Heusden 2016 (APV)

Handhavingsbeleid drugs en overige (woon)overlast

Toelichting op Beleidsregels voor de toepassing van een last onder. bestuursdwang en bestuurlijke waarschuwing ingevolge artikel 13b

Beleidsregel Bestuurlijke handhaving artikel 13b Opiumwet Gemeente Tiel

Damoclesbeleid, beleidsregels artikel 13b Opiumwet

Beleidsregels Artikel 13b Opiumwet in de B5-gemeenten. Vastgesteld gewijzigde versie door de burgemeester op 27 mei 2014

Beleidsregels van de burgemeester van Heerlen voor de toepassing van artikel 13B Opiumwet en artikel 174A Gemeentewet

BELEIDSREGEL EX. ARTIKEL 4:81 AWB: HANDHAVEN BIJ OVERTREDINGEN VAN DE OPI- UMWET. Korte samenvatting.

gelet op artikel 13b lid 1 van de Opiumwet en artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht;

BELEIDSREGEL HANDHAVINGSPROTOCOL OPIUMWET 13b Asten 2016

Beleidsregel ex artikel 4:81 Awb: Handhaven bij overtreding van de Opiumwet

GEMEENTE VALKENSWAARD

BELEIDSREGEL HANDHAVINGSPROTOCOL COFFEESHOPS HELMOND besluit vast te stellen de Beleidsregel handhavingsprotocol coffeeshops Helmond 2008

Sluiting drugspanden Hilversum, artikel 13B Opiumwet, Damoclesbeleid

Beleidsregels hennepplantages woningen en lokalen

murfsf GEMEENTE BOEKEL

BELEIDSREGEL HANDHAVINGSPROTOCOL COFFEESHOPS HELMOND Besluit: vast te stellen de Beleidsregel handhavingsprotocol coffeeshops Helmond 2009

Beleidsnota Bestuurlijke handhaving van artikel 13b Opiumwet

Beleidsregel artikel 13b Opiumwet inzake een woning of lokaal 2011

Beleidsregel Handhavingprotocol artikel 13b Opiumwet gemeente Gemert-Bakel

Beleidsnota artikel 13 b Opiumwet gemeente Drimmelen

Beleidsregels artikel 13b Opiumwet gemeente Midden-Delfland 2018

Naam Beleidsregel handhaving Horeca-inrichtingen, waarop de vergunningplicht van artikel 3 Dranken Horecawet van toepassing is (2007)

dat de navolgende criteria gelden bij de beoordeling van de vraag of tegen een coffeeshop wordt opgetreden:

BELEIDSREGELS VAN DE BURGEMEESTER VAN HEERLEN VOOR DE

Toelichting. Algemene toelichting

GEMEENTEBLAD. Nr

Wetstechnische informatie

gelet op artikel 13b van de Opiumwet en Titel 4.3 van de Algemene wet bestuursrecht;

Rectificatie: Besluit tot wijziging van het Damoclesbeleid 2018

Gewijzigd handhavingsbeleid artikel 13b Opiumwet

Damoclesbeleid gemeente Barneveld Sluitingsbevoegdheid op grond van artikel 13b Opiumwet

Versie april 2018 CONCEPT* Damoclesbeleid. Artikel 13b Opiumwet

Notitie Damoclesbeleid Lokalen en Woningen gemeente Drechterland

Beleid toepassing artikel 13b Opiumwet (Damoclesbeleid) gemeente Korendijk

Transcriptie:

Beleidsregel Beleidsregels van de burgemeester van Simpelveld voor de toepassing van artikel 13b Opiumwet en 174a Gemeentewet Vastgesteld 29 april 2014

Inhoudsopgave Begrippenlijst 1. Inleiding Aanpak drugscriminaliteit Beleidsregels voor de toepassing van artikel 13b Opiumwet en 174a Gemeentewet Relatie met strafrechtelijke aanpak 2. Handhavend optreden tegen drugscriminaliteit op grond van artikel 13b Opiumwet Werkingssfeer Toepassing bestuursdwang Intrekking vergunning Afwijken van beleid 3. Handhavend optreden tegen (drugs) overlast op grond van artikel 174a Gemeentewet Uitgangspunten Afwijken van beleidsregels 4. Kostenverhaal 5. Wet Kenbaarheid Publiekrechtelijke Beperkingen 2

Begrippenlijst Handel: Woning: Lokaal: Harddrugs: Softdrugs: het verkopen, afleveren van harddrugs of softdrugs, dan wel het daartoe aanwezig hebben in woning of lokaal; beroeps- of bedrijfsmatige hennepteelt. elk voor bewoning bestemd gebouw of bouwwerk (een voor mensen toegankelijke overdekte geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte); een woonkeet (een loods, keet of ander soortgelijk bouwwerk, bestemd om te voorzien in een tijdelijke behoefte aan woongelegenheid); een woonwagen (voor bewoning bestemd gebouw dat is geplaatst op een standplaats en dat in zijn geheel of in delen kan worden verplaatst); het bij een woning behorende erf. Hieronder worden ook begrepen woningen in eigendom van woningcorporaties. een pand, al dan niet toegankelijk voor publiek, zoals een winkel, café, loods, schuur of bedrijfsruimte en/of een daarbij behorende erf. Hieronder worden ook begrepen lokalen in eigendom van woningcorporaties middelen vermeld op lijst I en lijst II behorende bij de Opiumwet, met uitzondering van softdrugs. hennep (en elk deel van de plant, waaraan de hars niet is onttrokken, met uitzondering van de zaden) zoals omschreven in lijst II behorende bij de Opiumwet, ook wel aangeduid als hasj, marihuana, weed, wiet of stuff. 3

1. Inleiding Aanpak drugscriminaliteit Drugscriminaliteit heeft in het Simpelveldse veiligheidsbeleid altijd aandacht gehad, maar de afgelopen jaren hebben we de aanpak versterkt. We zien een toename in het aantal hennepplantages en drugspanden, en overlast op straat. Een zelfde versterking in de aanpak zien we bij de ons omringende gemeenten. De gemeente wil in lijn met hen acteren, ook om eventuele uitwaaier-effecten van die gemeenten te voorkomen. Verder willen we de georganiseerde criminaliteit aanpakken, waarvan we weten dat de meest ernstige vormen zijn gerelateerd aan drugs. Bestuurlijke aanpak van de georganiseerde misdaad is een van de prioriteiten van veiligheidsbeleid. De aanpak van de problemen is effectiever wanneer alle betrokken partijen samenwerken. Ook kan met een integrale aanpak een breed scala aan sancties en maatregelen worden opgelegd. Verschillende partijen kunnen ieder vanuit hun eigen verantwoordelijkheid een bijdrage leveren: gemeente, politie en Openbaar Ministerie, belastingdienst, maar ook private partijen als woningcorporaties en energiebedrijven. Dat is de reden dat we al sinds 2009 deelnemen aan de werkzaamheden van het Regionaal Informatie en Expertise Centrum onder de vlag van het regionaal Convenant ten behoeve van Bestuurlijke en Geïntegreerde Aanpak Georganiseerde Criminaliteit, Bestrijding Handhavingknelpunten en Bevordering Integriteitbeoordelingen. In 2012 hebben we met genoemde partners een Hennepconvenant gesloten, om bedrijfsmatige teelt van hennepproducten in woningen en lokalen en de daarbij behorende opstallen en aanpalende erven dan wel gronden integraal te voorkomen en te bestrijden en gevaarlijke situaties onmiddellijk te beëindigen. Het handhavingsbeleid biedt de mogelijkheid om een gemeentelijk flexteam in te zetten om panden te onderzoeken waar drugsproblematiek wordt vermoed. Beleidsregels voor de toepassing van artikel 13b Opiumwet en 174a Gemeentewet De gemeente beschikt over diverse (bestuursrechtelijke) instrumenten om tegen drugscriminaliteit in zijn diverse verschijningsvormen op te treden. Zelfstandig of in aanvulling op of ter ondersteuning van de instrumenten van onze partners, worden deze ingezet. Na het aantreffen van hennepplantages in koopwoningen wordt gecontroleerd op naleving van de bouwregelgeving en zo mogelijk handhavend opgetreden. Dit gebeurt dan met name ook ter ondersteuning van de maatregelen die andere partijen treffen. Bij de aanwezigheid van hennepplantages of handel in drugs in panden (lokalen en woningen) bestaat echter ook de mogelijkheid voor toepassing van artikel 13b Opiumwet. Verder kan de burgemeester bij (ernstige vrees voor) verstoring van de openbare orde door drugsgebruikers en drugshandelaren op grond van artikel 174a Gemeentewet overgaan tot ontruiming en sluiting van een pand. Met het oog op een rechtmatige en transparante toepassing van beide wettelijke regelingen worden in deze nota nadere beleidsregels vastgesteld. Het gaat dan om: - handel in harddrugs en softdrugs, niet zijnde straathandel (artikel 13b Opiumwet, Wet Damocles) - (drugs)overlast vanuit woningen (artikel 174a gemeentewet, Wet Victoria). Doel hiervan is om alle betrokken partijen (gemeente, politie, bewoners, ondernemers en pandeigenaren) inzicht te geven in het gemeentelijk beleid ten aanzien van de toepassing van deze instrumenten. Praktisch voordeel is dat voor de motivering van concrete besluiten kortheidshalve naar dit beleid kan worden verwezen. Relatie met strafrechtelijke handhaving Het Openbaar Ministerie is en blijft in eerste instantie verantwoordelijk voor de handhaving van de bij wet strafbaar gestelde misdrijven en overtredingen. De bevoegdheid van het Openbaar Ministerie tot strafrechtelijk optreden blijft bestaan, ongeacht of er bestuursrechtelijk optreden door de burgemeester volgt. In overleg met politie en Openbaar Ministerie vindt afstemming plaats over de vraag in welke gevallen het strafrechtelijk en wanneer het bestuursrechtelijke instrumentarium wordt ingezet of beide. 4

2. Handhavend optreden tegen drugscriminaliteit op grond van artikel 13b Opiumwet Artikel 13b Opiumwet: 1. De burgemeester is bevoegd tot het opleggen van een last onder bestuursdwang indien in woningen of lokalen dan wel in of op bij woningen of zodanige lokalen behorende erven een middel als bedoeld in lijst 1 of II wordt verkocht, afgeleverd of verstrekt dan wel daartoe aanwezig is. 2. Het eerste lid is niet van toepassing indien woningen, lokalen of erven als bedoeld in het eerste lid, gebruikt worden ter uitoefening van de artsenijbereidkunst, de geneeskunst, de tandheelkunst of de diergeneeskunde door onderscheidenlijk apothekers, artsen, tandartsen of dierenartsen. De Opiumwet is weliswaar een wet uit het strafrecht, toch kent de wet één bestuursrechtelijke component. Artikel 13b Opiumwet geeft de burgemeester de bevoegdheid om een last onder bestuursdwang op te leggen (waaronder het opleggen van een last onder dwangsom). Werkingssfeer De wet is van toepassing op woningen en alle al dan niet voor het publiek toegankelijke lokalen en daarbij behorende erven. Onder voor het publiek toegankelijke lokalen vallen onder meer winkels en horecabedrijven; onder niet voor het publiek toegankelijke lokalen vallen onder meer bedrijfsruimten, loodsen en containers. Met de wet kunnen illegale verkoop-, opslag- en afleverpunten van zowel harddrugs als softdrugs worden aangepakt. De wet is ook van toepassing op hennepplantages. Er hoeft niet daadwerkelijk sprake te zijn van verhandelen van drugs. De burgemeester is bevoegd om op te treden bij de enkele aanwezigheid van een handelshoeveelheid drugs bestemd voor verkoop, aflevering of verstrekking, of (bij hennepplanten) bij beroeps -of bedrijfsmatige hennepteelt. Bij het bepalen hiervan wordt aangesloten bij de Aanwijzing Opiumwet. - Harddrugs: meer dan 0,5 gram - Softdrugs: meer dan 5 gram - Hennepplanten: meer dan 5 planten Het enkele feit dat er aantoonbaar in drugs gehandeld wordt of drugs aanwezig zijn, is in beginsel voldoende om handhavend op te treden. Er hoeft niet per se sprake te zijn van overlast. Toepassing bestuursdwang Gezien de problematiek wordt gekozen voor een stringent handhavingsbeleid. Algemeen Als regel wordt gekozen voor het opleggen van een last onder bestuursdwang en niet voor het opleggen van een dwangsom. Bestuursdwang is een directer middel. Van een dwangsom mag in de meeste gevallen weinig effect worden verwacht, gelet op het feit dat het financiële gewin in het drugs-circuit zodanig groot is, dat met een dwangsom naar verwachting niet zal worden bereikt, dat een overtreding ophoudt of niet meer wordt herhaald. Bij het toepassen van bestuursdwang wordt in beginsel gekozen voor sluiting van woning of lokaal. Dit is de meest effectieve maatregel om de met de Opiumwet strijdige situatie te doen beëindigen en herhaling ervan te voorkomen. Als begunstigingstermijn wordt (behoudens spoedeisende gevallen en harddrugs) een periode van 3x24 uur aangehouden waarbinnen betrokkene zelf in de gelegenheid is om gevolg te geven aan de opgelegde last. Bij lokalen geldt dat binnen de eerste 3 uur van deze 24 uur eventuele klanten verwijderd dienen te zijn. Indien feitelijk tot sluiting wordt overgegaan dan moet woning of lokaal ontoegankelijk worden gemaakt (bijvoorbeeld door het dichttimmeren, het aanbrengen van sloten en/of verzegelen). Betreft het een omsloten erf/terrein dan kan dit worden afgesloten. Het onderliggende besluit wordt in verkorte vorm aan de voorgevel van het pand of hekwerk kenbaar gemaakt. Een wijziging in huursituatie wordt als niet ter zake doende beschouwd. Het is niet de bedoeling dat de verhuurder met het plaatsen van andere huurders onder toepassing van bestuursdwang kan uitkomen. Het is immers op dat moment nog steeds noodzakelijk om de bekendheid van een 5

dergelijk pand in het criminele circuit weg te nemen; het enkel plaatsen van nieuwe huurders leidt niet tot het voorkomen van herhaling van een met de wet strijdige situatie. De duur van de sluiting is afhankelijk van: - de bestemming van het pand: woning of lokaal - zwaarte van de overtreding. Ten aanzien van harddrugs wordt een zwaardere sanctionering toegepast omdat tegen bezit en verkoop van harddrugs strafrechtelijk strenger wordt opgetreden, de openbare orde in ernstige mate wordt verstoord, maar ook omdat alle uitingen die te maken hebben met harddrugs maatschappelijk gezien grotere volksgezondheidsrisico s en ander negatieve verschijnselen met zich brengen - de vraag of de woning /het lokaal reeds eerder gesloten is geweest en de duur van de overtreding Belangrijke motieven zijn: - de noodzaak om de bekendheid van het pand als drugsadres teniet te doen, - het belang van het terugkeren van de rust in de directe omgeving, - het voorkomen van herhaling van verstoring van de openbare orde - het voorkomen van verdere aantasting van het woon- en leefklimaat en anderzijds: - het voorkomen van verloedering en overlast als een pand gedurende enige tijd leeg staat. In geval van handel in softdrugs wordt bij een eerste constatering in beginsel volstaan met een (schriftelijke) waarschuwing om de overtreding te staken, tenzij zich zodanige omstandigheden voordoen, dat sprake is van een ernstig geval. Bij de afweging in concreto wordt in ieder geval met de volgende indicatoren rekening gehouden: - meer dan een geringe overschrijding van de handelshoeveelheid van softdrugs of hennepplanten Bij het bepalen hiervan wordt aangesloten bij de Aanwijzing Opiumwet. o Harddrugs: meer dan 0,5 gram o Softdrugs: meer dan 5 gram o Hennepplanten: meer dan 5 planten - mate waarin sprake is van een negatieve invloed op het openbare leven en het woon- en leefklimaat, - mate van overlast en verloedering - contacten van dealers en klanten in/vanuit een woning/lokaal - verklaringen van klanten en/of drugskoeriers die met drugs zijn onderschept - aanwezigheid van handelsattributen - mate van gevaarzetting als gevolg van een verhoogd brandrisico (door overbelasting van het energienetwerk en illegale elektriciteitaansluitingen) of overtreding van de bouwregelgeving - mate van uitkeringsfraude, belastingontduiking en energiediefstal. Sluiting vindt plaats met toepassing van de Algemene wet bestuursrecht. Dit betekent dat, alvorens een definitief besluit over sluiting wordt genomen, de belanghebbende(n) mondeling of schriftelijk op de hoogte worden gebracht van het voornemen tot sluiting en dat zij in de gelegenheid worden gesteld hun zienswijze op het voornemen te geven. De sluiting van lokalen waarbij sprake is van handel in harddrugs vindt plaats met toepassing van spoedeisende bestuursdwang (artikel 5:31 eerste lid van de Algemene wet bestuursrecht) ex artikel 13b van de Opiumwet. In dergelijke gevallen wordt de openbare orde in zeer ernstige mate verstoord en is er sprake van een aantasting van de veiligheid die de gemeenschap mag verwachten. Specifieke regels 1. Handel in harddrugs in woningen: a. Bij de eerste overtreding van de Opiumwet wordt de woning gesloten voor een periode van 6 maanden. b. Bij een tweede overtreding binnen 5 jaar na de eerste overtreding wordt de woning gesloten voor een periode van 12 maanden. 2. Handel in softdrugs in woningen: a. Bij een eerste overtreding wordt een waarschuwing gegeven, tenzij sprake is van een zodanig ernstig geval, dat niet met een waarschuwing of soortgelijke maatregel kan worden volstaan. Sluiting vindt dan plaats voor de duur van 3 maanden. 6

b. Bij een tweede overtreding binnen 5 jaar na de eerste overtreding wordt de woning gesloten voor een periode van 3 maanden. c. Indien bij een eerste overtreding meteen tot sluiting wordt overgegaan wordt bij een tweede overtreding binnen 5 jaar na de eerste overtreding de woning gesloten voor een periode van 6 maanden. d. Bij een derde en volgende overtreding binnen 5 jaar na de tweede overtreding wordt de woning gesloten voor een periode van 6 maanden. 3. Handel in harddrugs in lokalen: a. Bij de eerste overtreding van de Opiumwet wordt het lokaal gesloten voor een periode van 12 maanden. b. Bij de tweede overtreding van de Opiumwet wordt het lokaal gesloten voor een periode van 24 maanden. 4. Handel in softdrugs in lokalen a. Bij een eerste overtreding van de Opiumwet wordt een waarschuwing gegeven, tenzij sprake is van een zodanig ernstig geval, dat niet met een waarschuwing of soortgelijke maatregel kan worden volstaan. Indien overgegaan wordt tot sluiting dan is dat voor een periode van 6 maanden. b. Bij een tweede overtreding binnen 5 jaar na de eerste overtreding wordt het lokaal gesloten voor een periode van 12 maanden. Na sluiting is het op basis van artikel 2:41 van de APV verboden de woning of het lokaal te betreden Intrekking vergunning Als een lokaal dat gesloten wordt, beschikt over een vergunning op grond van de Drank- en Horecawet (artikel 3) of APV (artikel 2:28a), dan kunnen de vergunningen worden ingetrokken. Als zo n lokaal vergunningen heeft aangevraagd, dan kunnen deze worden geweigerd. Intrekking of weigering is voor de betrokken ondernemer een ingrijpender maatregel dan sluiting, omdat dit een tijdelijke situatie is. Intrekking is een definitieve maatregel. Betrokkene kan na intrekking weliswaar een nieuwe vergunning aanvragen, maar de kans dat deze wordt verleend is klein, gelet op de omstandigheden die tot sluiting en intrekking hebben geleid. Een vergunning wordt in beginsel alleen ingetrokken als de ondernemer mede schuldig is aan de drugshandel. Afwijken van beleid De burgemeester kan van de beleidsregels afwijken als bijzondere omstandigheden daartoe aanleiding geven. 7

3. Handhavend optreden tegen (drugs) overlast op grond van artikel 174a Gemeentewet Artikel 174a Gemeentewet: 1. De burgemeester kan besluiten een woning, een niet voor het publiek toegankelijk lokaal of een bij die woning of dat lokaal behorend erf te sluiten, indien door gedragingen in de woning of het lokaal of op het erf de openbare orde rond de woning, het lokaal of het erf wordt verstoord. 2. De in het eerste lid genoemde bevoegdheid komt de burgemeester eveneens toe in geval van ernstige vrees voor verstoring van de openbare orde op de grond dat de rechthebbende op de woning, het lokaal of het erf eerder een woning, een niet voor het publiek toegankelijk lokaal of een bij die woning of dat lokaal behorend erf op een zodanige wijze heeft gebruikt of doen gebruiken dat die woning, dat lokaal of dat erf op grond van het eerste lid is gesloten, en er aanwijzingen zijn dat betrokkene de woning, het lokaal of het erf ten aanzien waarvan hij rechthebbende is eveneens op een zodanige wijze zal gebruiken of doen gebruiken. 3. De burgemeester bepaalt in het besluit de duur van de sluiting. In geval van ernstige vrees voor herhaling van de verstoring van de openbare orde kan hij besluiten de duur van de sluiting tot een door hem te bepalen tijdstip te verlengen. 4. Bij de bekendmaking van het besluit worden belanghebbenden in de gelegenheid gesteld binnen een te stellen termijn maatregelen te treffen waardoor de verstoring van de openbare orde wordt beëindigd. De eerste volzin is niet van toepassing, indien voorafgaande bekendmaking in spoedeisende gevallen niet mogelijk is. 5. De artikelen 5:25 tot en met 5:28 van de Algemene wet bestuursrecht zijn van overeenkomstige toepassing. De burgemeester kan de overtreder ingevolge artikel 5:25 van de Algemene Wet bestuursrecht verschuldigde kosten invorderen bij dwangbevel. Artikel 174a Gemeentewet geeft de burgemeester de bevoegdheid om een woning of lokaal of een daarbij behorend erf te sluiten wegens verstoring van de openbare orde of ernstige vrees daarvoor zonder dat dit gekoppeld hoeft te zijn aan bepaalde strafbare feiten. Voorwaarde voor de toepassing van deze sluitingsbevoegdheid is dat door de gedragingen in de woning of lokaal de openbare orde rond de woning/lokaal wordt verstoord. Dit betekent dat er een dossier met daarin de feiten over een langere periode moet worden gevormd, waaruit de verstoring van de openbare orde blijkt. In bijzondere situaties kan ook zonder dossiervorming over een langere periode worden besloten tot sluiting. Uitgangspunten Bij toepassing van artikel 174a Gemeentewet worden de volgende uitgangspunten in acht genomen: 1. De bevoegdheid tot toepassing van artikel 174a Gemeentewet wordt in beginsel toegepast als een waarschuwing vooraf niet het vereiste effect heeft opgeleverd. 2. Voor toepassing van de sluitingsbevoegdheid dient uit schriftelijke bewijsstukken te blijken dat er overlast in de woonomgeving aanwezig is, al dan niet gepaard gaande met gevoelens van onbehagen en onveiligheid bij omwonenden, spoedeisende gevallen uitgezonderd. 3. Tot aan het moment dat de burgemeester besluit tot sluiting hebben belanghebbenden de gelegenheid gehad de verstoring van de openbare orde uit eigen beweging te beëindigen, spoedeisende gevallen uitgezonderd. 4. Na bekendmaking van het besluit tot sluiting van de woning of het lokaal aan belanghebbenden, wordt hen een begunstigingstermijn gegund waarbinnen zij de woning of het lokaal moeten verlaten en/of moeten zorgen voor een adequate sluiting voor de termijn genoemd in het besluit van de burgemeester. Deze handeling heeft geen opschortende werking. De begunstigingstermijn behelst maximaal 48 uur. 5. Uitvoering van het besluit tot sluiten vindt plaats door fysieke afsluiting van de woning of het lokaal, door middel van dichttimmeren en/of aanbrengen van nieuwe sloten en/of verzegelen en/of het plaatsen van een hek, en het ophangen van het (verkort) sluitingsbevel aan de voorgevel van de woning of het lokaal. 6. De duur van de sluiting bedraagt: - bij een woning 3 maanden; - bij een lokaal 6 maanden. Bij herhaling van de feiten die geleid hebben tot een eerdere sluiting binnen een periode van 1 jaar na die sluiting wordt de termijn van de hernieuwde sluiting verdubbeld ten opzichte van de daaraan voorafgegane sluiting. 8

7. De burgemeester kan in bijzondere omstandigheden afwijken van de bepalingen en de termijnen hierboven genoemd dan wel besluiten tot onmiddellijke sluiting Afwijken van beleid De burgemeester kan van de beleidsregels afwijken als bijzondere omstandigheden daartoe aanleiding geven. 4. Kostenverhaal De kosten van bestuursdwang kunnen op de overtreder(s) worden verhaald overeenkomstig het bepaalde in artikel 5:25 en titel 4.4 van de Algemene wet bestuursrecht. Dit is een bevoegdheid en geen verplichting. Wordt tot kostenverhaal besloten dan wordt dit in de mededeling van het voornemen tot een besluit en in het definitieve besluit meegedeeld. 5. Wet kenbaarheid Publiekrechtelijke Beperkingen Deze wet bepaalt dat iedere overheidsinstantie die publiekrechtelijke beperkingen oplegt hier een administratie van moet bijhouden. Daarnaast is het verplicht de gegevens van kadastrale objecten waarop een beperking rust te melden aan de zogenaamde Landelijke Voorziening. Dit betekent dat elk besluit tot sluiting op basis van artikel 13b Opiumwet en 174a Gemeentewet wordt genomen, centraal binnen de gemeente Simpelveld wordt geregistreerd waarna de melding aan de Landelijke Voorziening wordt verzorgd. Aldus besloten door de burgemeester van Simpelveld op 29 april 2014 De Burgemeester van Simpelveld, Mr R. de Boer Bekend gemaakt: 13 mei 2014 Inwerkingtreding: 14 mei 2014 9