Verificatielijst specifieke eisen voor slachthuizen landbouwhuisdieren



Vergelijkbare documenten
Verificatielijst specifieke eisen voor slachthuis pluimvee en lagomorfen

Controlelijst: SI Erkenningverl. en -onderhoud Versie 1 januari 2019 Eigenaar: TO Slachtplaatsen

Verificatielijst specifieke eisen voor uitsnijderijen

Provinciale dienst van : Datum : Veranwoordelijke controleur : Nr : Operator : N uniek : Adres :

Verificatielijst gehakt, vleesbereidingen en separatorvlees

Gearchiveerd op 01/01/2017

Erkenningsvoorwaarden voor slachthuizen voor als landbouwhuisdier gehouden hoefdieren en voor tweehoevig gekweekt wild. 1

DPA 2291 INFRASTRUCTUUR, UITRUSTING EN HYGIENE IN SLACHTHUIS VOOR ALS HUISDIER GEHOUDEN HOEFDIEREN

Erkenningsvoorwaarden voor slachthuizen voor als landbouwhuisdier gehouden hoefdieren en voor tweehoevig gekweekt wild. 1

Erkenningsvoorwaarden voor slachthuizen voor als landbouwhuisdier gehouden hoefdieren en voor tweehoevig gekweekt wild. 1

Gearchiveerd op 01/01/2017

TRA 3255 Uitsnijderij van vlees van als landbouwhuisdier gehouden hoefdieren - INFRASTRUCTUUR, INRICHTING EN HYGIENE (VERHOOGDE FREQUENTIE) [3255] v1

TRA 3209 Uitsnijderij van vlees van als landbouwhuisdier gehouden hoefdieren - INFRASTRUCTUUR, INRICHTING EN HYGIENE [3209] v2

Gearchiveerd op 01/01/2017

PRI 3288 Slachten en uitslachten van als landbouwhuisdier gehouden hoefdieren (in het slachthuis) - INFRASTRUCTUUR, INRICHTING EN HYGIËNE [3288] v.

PRI 3288 Slachten en uitslachten van als landbouwhuisdier gehouden hoefdieren (in het slachthuis) - INFRASTRUCTUUR, INRICHTING EN HYGIËNE [3288] v1

PRI 3291 Slachten en uitslachten van pluimvee, lagomorfen en klein wild (in het slachthuis) - INFRASTRUCTUUR, INRICHTING EN HYGIËNE [3291] v.

Gearchiveerd op 02/02/2015

Gearchiveerd op 01/01/2017

PRI 3288 Slachten en uitslachten van als landbouwhuisdier gehouden hoefdieren (in het slachthuis) - INFRASTRUCTUUR, INRICHTING EN HYGIËNE [3288] v2

Omzendbrief met betrekking tot het hygiënisch slachten van als landbouwhuisdier gehouden hoefdieren.

Tabellenboek per grote roodvleesslachterij (Gemiddelde naleving per slachterij in de periode 1 juli december 2017)

Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen

Gearchiveerd op 01/01/2017

Tabellenboek per grote roodvleesslachterij (Gemiddelde naleving per slachterij in de periode 1 juli december 2017)

VISSERIJVAARTUIGEN. Plaatscode: PL61 Activiteitencode: AC57 Productcode: PR INFRASTRUCTUURVOORWAARDEN: verordening (EG) nr. 853/2004.

Tabellenboek Naleefmonitor grote roodvlees slachterijen

Tabellenboek Naleefmonitor kleine/middelgrote roodvlees slachterijen (Gemiddelde naleving in de periode 1 juli juni 2018)

3328 PRI-TRA-DIS Food - VERVOER [3328] v1

Omzendbrief met betrekking tot particuliere slachtingen

TRA 3469 Uitsnijderij wild - INFRASTRUCTUUR, INRICHTING EN HYGIENE (VERHOOGDE FREQUENTIE) [3469] v.1

Tabellenboek Naleefmonitor kleine/middelgrote roodvlees slachterijen. Datum: Versie: 4 (definitief)

Erkenningsvoorwaarden voor slachthuizen voor pluimvee, lagomorfen en loopvogels.

TRA 3195 Opslag van vlees en afgeleide producten - INFRASTRUCTUUR, INRICHTING EN HYGIENE [3195] v2

gearchiveerd op 15/12/2010

FEDERALE AGENTSCHAP VOOR DE VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN

Provinciale dienst van:... Datum:... Verantwoordelijke Controleur:... Nr:... Operator :... N uniek... Adres :... C NC Punten NA. 1.

gebruikers (verzamelaars) vervoerders

2. Vleeshandel, vleesvervoer, vleesbereiding en vishandel

titel BELEIDSREGEL AANLEVERINGSTERMIJN VOEDSELKETEN INFORMATIE code VKI-03 versie 5 ingangsdatum pag. 1 van 6

Hygiënisch werken Grote roodvleesslachthuizen

TRA 3266 Opslag van vlees en afgeleide producten - INFRASTRUCTUUR, INRICHTING EN HYGIENE (VERHOOGDE FREQUENTIE) [3266] v1

Algemene Informatie M-Controle Frequentie Reduced Checks (ALIM06) 29 December 2015 Versie: 1.1.1

Inhoudsopgave. Voorwoord / 5

Gearchiveerd op 01/01/2017

Titel Feedban Nummer DV-01 Datum januari 2017

Ik heb de Inspecteur Generaal van de NVWA opdracht gegeven om de hierbij horende maatregelen tussen nu en uiterlijk een halfjaar te implementeren.

INSPECTIELIJST. Scoreberekening Lijst verstuurd Openbaar maken

VERZAMELCENTRUM EN LEERLOOIERIJ

CORRIGENDUM. Aan: Uw brief van Uw kenmerk Ons Kenmerk Bijlagen Datum PCCB/GDS387969/B 23/12/2009

PRI 3238 Fabrieksvaartuig (garnalenkotters) - INFRASTRUCTUUR, INRICHTING EN HYGIËNE [3238] v1

BESLUIT VAN DE COMMISSIE. van 12 januari 2011.

TOELICHTING BIJ DE BEDRIJFSGEASSISTEERDE KEURING

WETENSCHAPPELIJK COMITÉ VAN HET FEDERAAL AGENTSCHAP VOOR DE VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN ADVIES

Titel Feedban Nummer DV-01 Datum juli 2016

Erkenningsvoorwaarden voor slachten door de producent op de plaats van productie van pluimvee en lagomorfen.

Toelatingsvoorwaarden voor opslagbedrijven voor producten afkomstig van categorie 2- en 3 materiaal

Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen

(VO 183/2005 Bijlage III) De productie-eenheid is zo ontworpen dat zij adequaat kan worden gereinigd.

Uw brief van Uw kenmerk Ons Kenmerk Bijlagen Datum PCCB/S2/GDS/ Toelichting bij de hygiëneverordeningen.

Verificatielijst Aanvraag nieuwe erkenning

Vertaling. Overwegende:

KONINKLIJK BESLUIT van 22 DECEMBER 2005 betreffende de hygiëne van levensmiddelen van dierlijke oorsprong (Stbl. 30.XII.2005, ed.

Omzendbrief betreffende de valorisatie van pluimveepoten in het slachthuis

Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen

Erkenningsvoorwaarden voor embryoteams en embryoproductieteams voor paarden VANAF 01/09/2010

Voorwaarden voor het niet splitsen van varkenskarkassen voor de postmortemkeuring. code RA-81 versie 04 ingangsdatum pag.

Voor dierlijke producten verwijst dat begrip naar het land waarin het product geheel is verkregen, hetgeen, toegepast op vlees, betekent: het land waa

Gearchiveerd op 02/02/2015

Titel. Inhoudstafel Tekst Begin

1 V: Zullen de nieuwe hygiëneverordeningen worden omgezet in de Belgische reglementering?

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

Gearchiveerd op 01/01/2017

China, Toelating en toezicht bedrijven betrokken bij de export van kalfsvlees (RE-42) 3 mei 2019 Versie: 1.0.0

Aan: Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit T.a.v. inspecteur-generaal

Omzendbrief met betrekking tot het gebruik van melkzuur in runderslachthuizen.

NL Publicatieblad van de Europese Unie L 338/83

Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen

Bericht aan de opdrachtgevers en aannemers Vleessector

titel Overdracht werkzaamheden pluimvee- en konijnenslachthuizen code PA-40 versie 9 ingangsdatum pag. 1 van 6

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het voorstel van het Vlaams Centrum voor Agro- en Visserijmarketing vzw, gedaan op 23 juni 2017;

Toelatingsvoorwaarden voor slachten door de producent op de plaats van productie van pluimvee en lagomorfen

Hoofdstuk II. Specifieke voorschriften voor bepaalde producten van dierlijke oorsprong Afdeling III. Vlees van vrij wild

Erkenningsvoorwaarden voor uitsnijderijen van vers vlees van als landbouwhuisdier gehouden hoefdieren en van tweehoevig gekweekt wild.

Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen

Omzendbrief met betrekking tot noodslachtingen van als landbouwhuisdier gehouden hoefdieren

Bijlage III Inrichtingen waarvan de activiteiten onderworpen zijn aan een toelating door het Agentschap

KOPERS VAN MELK AFKOMSTIG VAN MELKGEVENDE DIEREN ANDERE DAN KOEIEN

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Omzendbrief betreffende de hygiëne en de verplichtingen inzake de traceerbaarheid van vrij wild en verklaringen van wildbewerkingsinrichtingen

Februari ,

Food Safety and Inspection Service

KOPERS VAN MELK AFKOMSTIG VAN MELKGEVENDE DIEREN ANDERE DAN KOEIEN

Hygiënisch werken Grote pluimveeslachthuizen

Erkenningsvoorwaarden voor wildbewerkingsinrichtingen

PRI 2440 Vlees - Verpakking en etikettering (inclusief handelsnormen) [2440] v4

TRA 3432 Uitsnijderij loopvogels - INFRASTRUCTUUR, INRICHTING EN HYGIENE [3432] v.1

PRI 3039 Slachten en uitslachten van productiedieren in het slachthuis - Dierenwelzijn [3039] v2

Publicatieblad van de Europese Unie

VERORDENING (EG) Nr. 1662/2006 VAN DE COMMISSIE. van 6 november 2006

Transcriptie:

Verificatielijst specifieke eisen voor slachthuizen landbouwhuisdieren Divisie Veterinair & import Catharijnesingel 59 3511 GG Utrecht Postbus 43006 3540 AA Utrecht www.nvwa.nl Versie 1.0 Vraag Zijn er afsluitbare voorzieningen voor aangehouden / afgekeurd vlees? Voldoen de stallen gezien het aanbod van slachtdieren? Toelichting Er zijn afsluitbare voorzieningen nodig voor de gekoelde opslag van voor nadere keuring aangehouden vlees, en aparte afsluitbare voorzieningen voor de opslag van voor menselijke consumptie ongeschikt verklaard vlees. (Bijlage III, sectie I, hoofdstuk II, punt 5). Bij de beantwoording van deze vraag moet beoordeeld worden of de stal voldoet in relatie tot het aanbod van de verschillende slachtdieren bij het slachthuis. Zo kan een stal die wel geschikt is voor een paar schapen misschien niet voldoen voor het stallen van 5 paarden. Het bedrijf moet beschikken over adequate en hygiënische stallen of, voor zover het weer dat mogelijk maakt, over omheinde terreinen die gemakkelijk kunnen worden schoongemaakt en ontsmet. De afvoer van het afvalwater brengt de voedselveiligheid niet in het gedrang. (Bijlage III, sectie I, hoofdstuk II, punt 1 a). Voldoen de stallen aan de eisen voor welzijn en AM keuring? Zijn er afzonderlijke stallen voor zieke Dieren die niet onmiddellijk na hun aankomst naar de slachtplaats worden gebracht, moeten steeds via adequate voorzieningen over drinkwater kunnen beschikken.(dieren die twaalf uur na aankomst niet zijn geslacht, moeten op dat moment, en vervolgens matig en met passende tussenpozen, worden gevoederd) Punt 9 II, bijlage A, RL 93/119). De stallen zijn ruim genoeg om het welzijn van de dieren te kunnen garanderen. De stallen zijn zo ontworpen dat de antemortemkeuringen, inclusief de identificatie van de dieren of groepen dieren, gemakkelijk kunnen plaatsvinden. (Bijlage III, sectie I, hoofdstuk II, punt 1 c). De stallen zijn aangepast aan de grootte van de dieren in het geval gekweekt wild wordt geslacht. (Bijlage III, sectie III, punt 1 en 2). Het bedrijf beschikt over afzonderlijke afsluitbare stallen Pagina 1 van 6

dieren aanwezig? Zijn er voldoende geschikte lokalen aanwezig? of, voorzover het weer dat mogelijk maakt, over omheinde terreinen voor zieke of verdachte dieren, met een afzonderlijk waterafvoersysteem en zo gelegen dat verontreiniging van andere dieren wordt vermeden, tenzij de bevoegde autoriteit zulke faciliteiten niet nodig acht. (Bijlage III, sectie I, hoofdstuk II, punt 1 b). Het bedrijf beschikt over een voldoende aantal lokalen die geschikt zijn om er de nodige bewerkingen uit te voeren. (Bijlage III, Sectie I, Hoofdstuk II, punt 2 a). De voorzieningen zijn aangepast aan de grootte van de dieren in het geval er gekweekt wild wordt geslacht. (Bijlage III, sectie III, punt 1 en 2). Zijn er afzonderlijke lokalen voor het verwijderen van ingewanden en verdere bewerkingen? Voldoet de wasplaats veetransportmiddelen aan de eisen? Voldoen de voorzieningen voor het slachten van zieke dieren? Voldoet de opslag voor mest en maagdarminhoud? Voldoen de voorzieningen voor de veterinaire dienst aan de eisen? Worden er geen andere dieren aangevoerd dan is toegestaan? Er zijn aparte voorzieningen voor de ontvangst en de opslag van niet gevilde karkassen van op het bedrijf geslacht gekweekt wild en voor vrij wild. (Bijlage III, sectie I, hoofdstuk IV, punt 19). Indien in het slachthuis mest en de inhoud van het spijsverteringskanaal worden opgeslagen, is er een speciaal daarvoor bestemde plaats of lokaal beschikbaar. (Bijlage III, sectie I, hoofdstuk II, punt 8). De wasplaats kan slechts met 'voldoet' worden beoordeeld indien deze ook getoetst is, en voldoet aan de Regeling preventie. Om dit naar behoren te kunnen beoordelen dient eerst de ISI-lijst LVNT1271 Audit erkende R&O-plaats of ISI-lijst LVNT1275 Audit eenvoudige R&O-plaats te worden ingevuld. Er zijn afsluitbare voorzieningen voor het slachten van zieke en verdachte dieren. Een dergelijke afsluitbare voorziening is niet absoluut noodzakelijk indien de betrokken dieren worden geslacht in andere daartoe door de bevoegde autoriteit erkende inrichtingen, of na beëindiging van de normale slachtwerkzaamheden. (Bijlage III, sectie I, hoofdstuk II, punt 7). Indien in het slachthuis mest en de inhoud van het spijsverteringskanaal worden opgeslagen, is er een speciaal daarvoor bestemde plaats of lokaal beschikbaar. (Bijlage III, sectie I, hoofdstuk II, punt 8). Er is een afsluitbare voorziening of, waar nodig, een apart lokaal met een adequate uitrusting die uitsluitend door de veterinaire dienst gebruikt mag worden. (Bijlage III, sectie I, hoofdstuk II, punt 9). Vlees van andere dan de in het volgende blokje vermelde dieren wordt niet voor menselijke consumptie gebruikt indien zij op een andere manier sterven dan door slachting in het slachthuis. (Bijlage III, sectie I, hoofdstuk IV, punt 2 a). Pagina 2 van 6

In de slachtinrichting mogen alleen voor de slacht bestemde levende dieren worden binnengebracht, met uitzondering van: i) dieren waarbij overeenkomstig VO 853 Bijlage III, sectie I, hoofdstuk VI een noodslachting is uitgevoerd buiten het slachthuis, ii) dieren die overeenkomstig VO 853 Bijlage III, sectie III op de productieplaats zijn geslacht,en iii) vrij wild, als bedoeld in VO 853 Bijlage III, sectie IV, hoofdstuk II. (Bijlage III, sectie I, hoofdstuk IV, punt 2 b). Is de identificatie van de dieren correct? Zijn de dieren schoon? Voldoet de medewerking bij de AM keuring? Worden de dieren na binnenbrengen in het slachtlokaal direct geslacht? Worden de dieren hygiënisch geslacht? Vlees van dieren die worden geslacht na een ongeval in een slachthuis mag voor menselijke consumptie worden gebruikt als bij inspectie geen andere ernstige laesies zijn gevonden dan die welke bij het ongeval opgelopen zijn. (Bijlage III, sectie I, hoofdstuk IV, punt 2 c). Naar het slachthuis verzonden dieren of partijen dieren, zijn zo geïdentificeerd dat hun oorsprong kan worden getraceerd. (Bijlage III, sectie I, hoofdstuk IV, punt 3). De dieren moeten schoon zijn. (Bijlage III, sectie I, hoofdstuk IV, punt 4). De exploitant van het slachthuis volgt de instructies van de officiële dierenarts op om te garanderen dat de AM keuring van ieder te slachten dier onder adequate omstandigheden wordt uitgevoerd. (Bijlage III, sectie I, hoofdstuk IV, punt 5). Dieren die in het slachtlokaal zijn binnengebracht, worden onverwijld geslacht. (Bijlage III, sectie I, hoofdstuk IV, punt 6). Het bedwelmen, het verbloeden, het villen of plukken, het verwijderen van de ingewanden en andere vormen van uitslachten vindt zo spoedig mogelijk plaats en op zodanige wijze dat verontreiniging van het vlees wordt voorkomen.in het bijzonder geldt het volgende: a) de luchtpijp en de slokdarm blijven tijdens het verbloeden intact, behalve bij rituele slachtingen. b) tijdens het verwijderen van huiden en vachten: i) komt de buitenkant daarvan niet in aanraking met het karkas,en ii) komen personeelsleden en apparatuur die met de buitenkant van huiden en vachten in contact zijn geweest, niet meer in aanraking met het vlees. c) worden er maatregelen genomen om te voorkomen dat bij en na het verwijderen van de ingewanden de inhoud van maag en darmen wordt gemorst en om het verwijderen van de ingewanden zo snel mogelijk na het bedwelmen te voltooien. Pagina 3 van 6

Worden de karkassen en delen bestemd voor consumptie volledig gevild? Worden de haren van de varkens onmiddellijk verwijderd? Zijn de karkassen niet zichtbaar verontreinigd met uitwerpselen? Is de handelwijze na de PM keuring correct? Voldoet de opslag en vervoer van het vlees aan de eisen? d) het verwijderen van de uier leidt niet tot verontreiniging van het karkas met melk of colostrum. (Bijlage III, sectie I, hoofdstuk IV, punt 7). Het karkas van de dieren en de andere, voor menselijke consumptie bestemde delen wordt volledig gevild, behalve wat betreft varkens, de koppen en poten van schapen en geiten en kalveren. Koppen en poten worden zo gehanteerd dat elke verontreiniging van vlees wordt voorkomen. (Bijlage III, sectie I, hoofdstuk IV, punt 8). Wanneer varkens niet worden gevild, worden de haren onmiddellijk verwijderd. Het risico van verontreiniging van het vlees met broeiwater moet zo klein mogelijk zijn. Hierbij mogen alleen erkende additieven worden gebruikt. Nadien moeten de varkens grondig met drinkwater worden afgespoeld. (Bijlage III, sectie I, hoofdstuk IV, punt 9). Karkassen zijn niet zichtbaar met uitwerpselen verontreinigd zijn. Elke zichtbare verontreiniging wordt onmiddellijk verwijderd door bijsnijden of door een andere behandeling met een gelijkwaardig effect. (Bijlage III, sectie I, hoofdstuk IV, punt 10). Na de postmortemkeuring: a) worden bij runderen en eenhoevigen de tonsillen op hygiënische wijze worden verwijderd. b) moeten de niet voor menselijke consumptie geschikte delen zo spoedig mogelijk uit de schone afdeling van de inrichting verwijderd. c) mogen voor nadere keuring aangehouden vlees, vlees dat ongeschikt voor menselijke consumptie is verklaard en niet voor consumptie geschikte bijproducten niet in contact komen met vlees dat geschikt is verklaard voor menselijke consumptie. d) moeten ingewanden of delen van ingewanden die in het karkas blijven, met uitzondering van nieren, in hun geheel en zo spoedig mogelijk worden verwijderd, tenzij de bevoegde autoriteit iets anders toestaat. (Bijlage III, sectie I, hoofdstuk IV, punt 16). Exploitanten van levensmiddelenbedrijven moeten ervoor zorgen dat de opslag en het vervoer van vlees van als landbouwhuisdier gehouden hoefdieren geschiedt volgens de volgende eisen: 1.a) Tenzij andere specifieke bepalingen in een andere regeling voorzien, moet de postmortemkeuring onmiddellijk worden gevolgd door koeling in het slachthuis om via een continue daling van de temperatuur overal in het vlees een temperatuur van niet meer dan 3 C voor slachtafvallen en 7 C voor ander vlees te verzekeren. Vlees mag evenwel Pagina 4 van 6

Worden de magen, darmen, koppen en poten verder correct verwerkt? Worden de karkassen in het slachthuis niet verder opgedeeld dan toegestaan? Worden de voorzieningen na het slachten van zieke dieren gereinigd en ontsmet? overeenkomstig het bepaalde in VO 853, Bijlage III, hoofdstuk V, punt 4, tijdens het koelen worden versneden en uitgebeend. b) Tijdens het koelen dient voldoende ventilatie aanwezig te zijn om condensvorming aan de oppervlakte van het vlees te voorkomen. 2. Vlees moet de in punt 1 bedoelde temperatuur hebben bereikt en moet die temperatuur behouden tijdens de opslag. 3. Vlees moet de in punt 1 bedoelde temperatuur hebben bereikt alvorens het kan worden vervoerd, en moet die temperatuur tijdens het vervoer behouden. Vlees mag evenwel ook worden vervoerd indien de bevoegde autoriteit zulks toestaat om de bereiding van specifieke producten mogelijk te maken, op voorwaarde dat: a) een dergelijk transport verloopt in overeenstemming met de voorwaarden die de bevoegde autoriteiten vaststelt met betrekking tot het vervoer tussen bepaalde inrichtingen,en b) het vlees onmiddellijk het slachthuis of een zich aldaar bevindende uitsnijderij verlaat en het vervoer niet meer dan twee uur duurt. 4. Vlees dat bestemd is om te worden ingevroren, moet onverwijld worden ingevroren, zo nodig na een stabilisatieperiode. 5. Onverpakt vlees mag niet samen met verpakt vlees worden opgeslagen en vervoerd, tenzij de opslag of het vervoer in verschillende periodes plaatsvindt of op een dergelijke wijze dat het verpakkingsmateriaal en de wijze van opslag of vervoer geen bron van verontreiniging van het vlees kunnen zijn. (Bijlage III, sectie I, hoofdstuk VII, punt 1 t/m 5). Wanneer zij bestemd zijn voor verdere verwerking worden: a) magen gebroeid of schoongemaakt b) darmen geledigd en schoongemaakt c) koppen en poten gevild of gebroeid en onthaard. (Bijlage III, sectie I, hoofdstuk IV, punt 18). Karkassen van als huisdier gehouden hoefdieren, gekweekt wild en grof vrij wild mogen in de slachthuizen worden verdeeld in ten hoogste halve karkassen of in kwartieren, en halve karkassen in ten hoogste drie voor de groothandel bestemde deelstukken. Ver. 853/2004 Bijlage III, sectie I, hoofdstuk V, punt 1 resp. Bijlage III, sectie III onder 1 resp. Bijlage III, sectie IV, hfd. II onder 9. Indien het slachthuis niet over afsluitbare voorzieningen voor het slachten van zieke of verdachte dieren beschikt, dienen de voorzieningen voor het slachten van Pagina 5 van 6

Wordt kruisverontreiniging voorkomen wanneer verschillende diersoorten geslacht worden? Zijn de cat. en gewichtsklas. van dieren voor de fixatie- of bedwelm. app. bekend bij de NVWA? Is het maximum aantal dieren per uur voor elke slachtlijn aan de NVWA bekend gemaakt? Is de benodigde maximale capaciteit van de stallen aan de NVWA bekend gemaakt? deze dieren onder officieel toezicht te worden gereinigd, gewassen en ontsmet, vóórdat het slachten van andere dieren wordt hervat. (Bijlage III, sectie I, hoofdstuk IV, punt 20). Als inrichtingen zijn erkend voor het slachten van verschillende diersoorten of voor het hanteren van karkassen van gekweekt wild en vrij wild, zijn er voorzorgsmaatregelen nodig om kruisverontreiniging te voorkomen; de werkzaamheden bij de verschillende diersoorten worden ook op verschillende tijdstippen of plaatsen verricht. Er moeten aparte voorzieningen zijn voor de ontvangst en de opslag van niet gevilde karkassen van op het bedrijf geslacht gekweekt wild en voor vrij wild. (Bijlage III, sectie I, hoofdstuk IV, punt 19). Voor de toepassing van deze verordening leggen de bedrijfsexploitanten op verzoek aan de bevoegde autoriteit bedoeld in artikel 4 van Verordening (EG) nr. 853/2004, voor elk slachthuis ten minste de volgende gegevens voor: b) de categorieën en gewichtsklassen van dieren waarvoor de beschikbare fixatie- of bedwelmingsapparatuur gebruikt mag worden. Ver. (EG) 1099/2009, art. 14 lid 2 onder b. Voor de toepassing van deze verordening leggen de bedrijfsexploitanten op verzoek aan de bevoegde autoriteit bedoeld in artikel 4 van Verordening (EG) nr. 853/2004, voor elk slachthuis ten minste de volgende gegevens voor c) de maximale capaciteit voor elke onderbrengvoorziening. De capaciteit van de stal moet voldoende groot zijn zodat gedurende de slachtdag deze capaciteit geen negatief effect heeft op het welzijn van de dieren. Ver. (EG) 1099/2009, art. 14 lid 2 onder c. Voor de toepassing van deze verordening leggen de bedrijfsexploitanten op verzoek aan de bevoegde autoriteit bedoeld in artikel 4 van Verordening (EG) nr. 853/2004, voor elk slachthuis ten minste de volgende gegevens voor c) de maximale capaciteit voor elke onderbrengvoorziening. De capaciteit van de stal moet voldoende groot zijn zodat gedurende de slachtdag deze capaciteit geen negatief effect heeft op het welzijn van de dieren. Ver. (EG) 1099/2009, art. 14 lid 2 onder c. Pagina 6 van 6