ACCEPTATIE- EN VERWERKINGSBELEID Inleiding Het verwerkingsproces van gevaarlijke stoffen, zijnde autowrakken, binnen het autodemontagebedrijf gaat in één richting. In dit acceptatie- en verwerkingsbeleid is de acceptatie en verwerking van deze autowrakken beschreven. De reparatiewerkzaamheden en handel in vrachtauto s en vrachtauto-onderdelen alsmede de activiteiten betreffende overige rollend en rijdend materieel zijn hierbij niet betrokken. Onder autowrak wordt verstaan: Een voertuig dat valt onder het begrip afvalstof zoals bedoeld in artikel 1 van de Wet milieubeheer. De houder van een voertuig neemt de beslissing om zich van het voertuig te ontdoen wanneer het voertuig rijtechnisch in onvoldoende staat verkeerd en niet meer in Nederland op rendabele wijze tot die staat gebracht kan worden. Acceptatiebeleid 2.1 Acceptatieproces 2.1.1 Vooracceptatiefase Een autowrak is een afvalstof met een laag risico. Iedere willekeurige autowrak mag worden geaccepteerd en verwerkt. Autowrakken zijn ongeacht de ontdoener visueel goed te controleren en op een reguliere wijze te verwerken. Be- of verwerking gebeurt op eenzelfde wijze. Een autowrak heeft een positieve waarde. Er vindt daarom geen uitgebreide vooronderzoek plaats. Visueel wordt gecontroleerd of het voertuig geen andere afvalstoffen bevat dan de tot het voertuig behorende stoffen. Tevens wordt gecontroleerd of het voertuig over een geldig kentekenbewijs beschikt. Om de relatie tussen voertuig en kentekenbewijs vast te stellen wordt het chassisnummer gecontroleerd. De vooropslag van autowrakken beperkt de hoeveelheid te accepteren autowrakken. De vooracceptatie kan plaatsvinden binnen de inrichting maar ook op locatie bij ontdoener (garagebedrijf of particulier). 2.1.2 Acceptatiefase De acceptatiefase start op het moment waarop, een ontdoener een vrachtauto aanbiedt. Autodemontagebedrijf accepteert de afvalstoffen: Sloopvrachtauto s en Schade-vrachtauto s (demontagevoertuigen): Sloopvrachtauto s: worden om niet ingenomen en gerecycled (vloeistofvrij gemaakt, afvalstoffen gescheiden en apart afgevoerd). Schade-vrachtauto s: worden door het demontagebedrijf ingekocht, aangezien er onderdelen geschikt zijn voor verkoop M.b.t Eural: Hoofdstuk 16: Niet elders in de lijst genoemd afval: Subhoofdstuk 16 01*: Afgedankte voertuigen van verschillende soorten vervoer en afval van de sloop van afgedankte voertuigen o o Afvalcode 16 01 04: Afgedankte voertuigen (zgn. natte wrakken) Afvalcode 16 01 06: Afgedankte voertuigen die noch vloeistoffen noch andere gevaarlijke onderdelen bevatten (zgn. droge wrakken) Afhankelijk van de waarde van de occasion en de mogelijke opbrengst uit de onderdelen wordt bepaald of het voertuig als een sloopvrachtauto/autowrak moet worden aangemerkt. Een autowrak wordt bij acceptatie visueel gecontroleerd op niet bij de standaarduitrusting horende stoffen. Wrakken met andere (vloei-)stoffen worden geweigerd. Na acceptatie wordt een occasion geplaatst op de daarvoor aangewezen locatie. Een wrak wordt na acceptatie altijd geplaatst onder een overkapping op de daarvoor bedoelde vloeistofdichte vloer. 2.1.3 Het moment van feitelijke acceptatie Het moment van feitelijke acceptatie van het voertuig is het moment dat aan de ontdoener een vrijwaring wordt gegeven. De auto wordt in ORB of ORAD geregistreerd. Pagina 1 van 11
2.2 Het afval dat het bedrijf accepteert. Binnen de demontagebranche is de registratie van voertuigen, vooraf én ook tijdens demontage, geregeld via het IVW/RDC. De verwerking van demontagevoertuigen, alsmede de registratie van deze voertuigen en de daaruit voortkomende afvalstromen is geregeld via het systeem van RDW. Dit systeem biedt o.a. de volgende mogelijkheden: Melding voor demontage of export, via RDC/IVW; Alle ingenomen wrakken worden geregistreerd; Onderdelenvoorraad en afvalstoffen zijn inzichtelijk; RDC-intranet aansluiting (verplicht); Alleen geautoriseerd personeel heeft toegang tot het administratieve systeem; Het demontagebedrijf maakt actief gebruik van bovengenoemd programma. 2.3 De acceptatie van afvalstoffen in relatie tot emissies naar de lucht Er is één mogelijke emissies naar de lucht te benoemen, te weten: - koudemiddel in de airco-installatie; Een airco-installatie wordt gecontroleerd op de aanwezigheid van koudemiddel en zonodig hiervan ontdaan. In voorkomende gevallen wordt hiervoor een STEK erkend bedrijf ingehuurd. 3 Verwerkingsbeleid De opslag, be-/verwerking en verwijdering vinden voor alle autowrakken op een gelijksoortige wijze plaats. 3.1 Verwerking Een autowrak mag uitsluitend voor bewerking worden overgedragen aan een inrichting voor het opslaan van 5 of meer autowrakken. Ook mag een autowrak aangeboden worden aan een inrichting voor het bewerken, verwerken, vernietigen of overslaan van autowrakken, niet zijnde een inrichting die uitsluitend vanwege de aanwezigheid van een shredderinstallatie als een zodanige inrichting is aan te merken. De autowrakken worden binnen 10 dagen na ontvangst ontdaan van de gevaarlijke afvalstoffen (de zogenaamde C1-stoffen uit de bijlage bij het Besluit Beheer Autowrakken). Het overblijvende (droge) wrak wordt behandeld als een niet gevaarlijke afvalstof. Een niet voor hergebruik geschikt wrak is maximaal één jaar binnen de inrichting aanwezig. Wél voor hergebruik geschikte wrakken worden maximaal drie jaar binnen de inrichting opgeslagen. In deze periode zullen zoveel mogelijk onderdelen voor producthergebruik worden gedemonteerd en verkocht. Na deze periode zullen de overblijvende C6-stoffen uit de bijlage bij het Besluit Beheer Autowrakken [= Nba], van het wrak zijn ontdaan. Daarna, na maximaal 3 jaar, dient het wrak te worden afgevoerd naar een inrichting waar zich een shredderinstallatie bevindt waarin autowrakken worden verwerkt of vernietigd in overeenstemming met voorschrift F uit de bijlage bij het Besluit Beheer Autowrakken. De verwerking van de autowrakken garandeert een zo groot mogelijk materiaal hergebruik. 3.2. Gehanteerde beheersingsmechanismen Binnen de inrichting worden de volgende beheersingsmechanismen gehanteerd: Bij binnenkomst wordt gecontroleerd of een wrak geen andere afvalstoffen bevat dan gangbaar is voor een autowrak. Indien dit wel het geval is dan wordt het wrak geweigerd. Bij het ontdoen van het wrak van de C1-stoffen wordt een vaste (milieuhygiënisch verantwoorde) werkwijze aangehouden. Als een wrak van C1-stoffen is ontdaan, dan wordt het wrak als zodanig gekenmerkt vloeistofvrij. Het resultaat van de controle wordt op het wrak vastgelegd. Aan de hand van de capaciteit van de demontage afdeling en de economische waarde van de onderdelen in het wrak wordt bepaald wanneer de C6-stoffen van het wrak worden gedemonteerd. Na afloop van de demontage van de C6-stoffen wordt gecontroleerd of de demontage van de genoemde stoffen zijn gedemonteerd. Resultaat van de controle wordt vastgelegd in het geleidedocument. Pagina 2 van 11
Voorafgaande aan de afvoer van de gedemonteerde wrakken wordt ieder wrak gecontroleerd op volledige demontage (C1- en C6-stoffen). Indien de demontage niet volledig was dan wordt dit gecorrigeerd. 3.3 Verwerkingsstraten 1. Na acceptatie wordt een autowrak in de demontagewerkplaats direct ontdaan van de C1 stoffen of op de vloeistofdichte locatie voor vooropslag geplaatst. 2. Binnen 10 dagen na ontvangst worden autowrakken van de zogenaamde C1-stoffen ontdaan. 3. De deels gedemonteerde droge autowrakken worden op het buitenterrein opgeslagen. a. Vloeistofvrije autowrakken worden op een niet-vloeistofdichte vloer opgeslagen. b. Van deze wrakken worden op klantvraag onderdelen voor producthergebruik gedemonteerd. c. De vloeistofvrije autowrakken worden tenslotte in de demontagewerkplaats ontdaan van de overige materialen (de zogenaamde C6-stoffen). 4. Het gedemonteerde wrak wordt vervolgens klaar gezet voor afvoer naar de shredder. Bij de demontage dan wel verwijdering kunnen de volgende afvalstoffen vrijkomen: AFVALSTOF: EURAL CODE: VERWERKINGSROUTE: Olie: 13 02 04*,13 02 05*, 13 02 06*,13 02 07*, 13 02 08*, 16 01 21*c Hydraulische olie: 13 01 01*,13 01 04*, 13 01 05*,13 01 09*, 13 01 10*,13 01 11*, 13 01 12*,13 01 13*, 16 01 21*c Remvloeistof: 16 01 13* Opslag: In emballage van 4 ltr. Afvoer naar firma: Dusseldorp. Koelvloeistof: 16 01 14* c, 16 01 15 c, Ruitensproeiervloeistof: 16 01 14* c, 16 01 15 c, Airconditionings- vloeistof: 16 02 11*, 14 06 01*, 14 06 02*, 14 06 03* Diesel: 13 07 01*, 16 01 21*c Accu, incl. accuzuren: 16 06 01*, 16 06 05, 16 06 06* Opslag: In emballage van 200 ltr. Afvoer naar firma: Dusseldorp. Criteria acceptatie afvoer: Geen water, zand of andere grovere delen. Opslag: In emballage van 4 ltr. Afvoer naar firma: Dusseldorp. Criteria acceptatie afvoer: Geen water, zand of andere grovere delen. Criteria acceptatie afvoer: Geen water, zand of andere grovere delen. Opslag: In emballage van 60 ltr. Afvoer naar firma: Dusseldorp. Criteria acceptatie afvoer: Geen water, zand of andere grovere delen, soortelijk gewicht. Opslag: In emballage van 5 ltr. Afvoer naar firma: N.V.T. Criteria acceptatie afvoer: N.V.T. Wordt door een STEK erkend bedrijf gedemonteerd en afgevoerd. Firma: N.V.T Opslag: In tanks van 1000 ltr Afvoer naar firma: N.V.T (eigen gebruik). Criteria acceptatie afvoer: N.V.T. Opslag: In accubak. Afvoer naar firma: Centurion. Criteria acceptatie afvoer: Geen. Oliefilter: 16 01 07* Opslag: In emballage van 200 l, boven lekbak in overdekte ruimte. Afvoer naar firma: Dusseldorp. Criteria acceptatie afvoer: Geen. AFVALSTOF: EURALCODE: VERWERKING: Banden (Incl. bindenbanden): 16 01 03 Opslag in bandenrekken Afvoer naar firma: N.V.T. Criteria acceptatie afvoer: Schoon en droog. GROTERE KUNSTSTOFONDERDELEN DIE ALS MATERIAAL HERGEBRUIKT KUNNEN WORDEN: Zoals grilles: 16 01 19 Opslag in magazijnstelling. Afvoer naar firma: N.V.T. Criteria acceptatie afvoer: Schoon en droog. Zoals wieldoppen: 16 01 19 Opslag in magazijnstelling. Afvoer naar firma: N.V.T. Criteria acceptatie afvoer: Schoon en droog. Zoals achter- en knipperlichten: 16 01 19 Opslag in magazijnstelling. Afvoer naar de schredder Criteria acceptatie afvoer: Schoon en droog. Pagina 3 van 11
METALEN ONDERDELEN INDIEN DEZE METALEN NIET IN DE SHREDDERINSTALLATIE WORDEN GESCHEIDEN: Glas, incl. koplampenglas: 16 01 20 Opslag in magazijnstelling. Afvoer naar firma: N.v.t. Criteria acceptatie afvoer: Schoon en droog. MATERIALEN DIE (NOG) NIET WORDEN AFGEVOERD: Koper, Aluminium en 16 01 18 Afvoer in autowrakken naar de shredder Magnesium bevattend: Katalysatoren: 16 08 01, 16 08 02*, 16 08 03 16 08 07* Producthergebruik door demontage en onderdelen ONTPLOFBARE ONDERDELEN: Zoals airbags en gordelspanners, voorzover deze niet onschadelijk zijn gemaakt: Onderdelen die lood, kwik, cadmium of zeswaardig chroom bevatten en als zodanig zijn gecodeerd: 16 01 10* verkoop of onschadelijk gemaakt en afvoer in autowrak naar de shredder 16 01 08*, 16 01 21*c * Gevaarlijke afvalstof *c concentratie afhankelijk Afvoer in autowrakken naar de shredder 3.3.2 De minimaal aanwezige controlepunten: Een autowrak wordt bij de acceptatie visueel gecontroleerd op niet bij de standaarduitrusting horende stoffen. Na demontage van zowel C1- als de C6-stoffen wordt ieder wrak gecontroleerd op de aard en wijze van de demontage. Voor afvoer van een gedemonteerd wrak wordt per vrachtwagen één wrak gecontroleerd op volledigheid van de demontage. De gedemonteerde afvalstoffen worden, voordat deze bij de opslag worden gevoegd, gecontroleerd. De af te voeren afvalstoffen worden ook tijdens de acceptatiefase van de ontvanger/verwerker gecontroleerd. Voor de controle van de volledigheid van de demontage zijn de volgende documenten beschikbaar: afvalstoffenregister; De controles worden onder directe verantwoordelijkheid van de Directeur/Eigenaar uitgevoerd. Hij draagt er zorg voor dat bij onvolledige demontage alsnog de demontage wordt afgerond. Mocht bij controle van de reststoffen blijken dat deze niet voor afvoer in aanmerking komt, dan neemt hij zonodig in overleg met het bevoegd gezag maatregelen om afvoer mogelijk te maken. Als onregelmatigheden leiden tot grotere milieurisico's, wordt dit gemeld aan het bevoegd gezag. 3.3.3 Relatie met andere verwerkingsroutes: Er zijn geen andere verwerkingsroutes aanwezig. 3.4 De afvoer van reststoffen: De acceptatiecriteria van de externe vergunninghouders zijn maatgevend voor de samenstelling van de afvalstoffen die worden afgegeven. Monstername en analyse De reststoffen worden samengevoegd met reststoffen met dezelfde samenstelling. Hierop kan niet gestuurd worden. Afzonderlijke analyse binnen de inrichting geeft geen aanvullende informatie. Uit de activiteiten is voldoende bekend welke kwaliteit de afvalstoffen hebben. De analyse van de af te voeren afvalstoffen beperkt zich tot een visuele controle. De monstername en analyse van de afvalstoffen vindt plaats tijdens de vooracceptatie en acceptatie van de erkende verwerkers. 4. Algemene eisen: Definities: Pagina 4 van 11
Een lijst met definities is als bijlage bijgevoegd. Controle opslagvoorzieningen: Aan de hand van pijlstokken wordt periodiek gecontroleerd hoe vol de aanwezige tanks zijn. Dit gebeurd i.v.m. het geringe aantal voertuigen dat jaarlijks verwerkt wordt na ieder gedemonteerde voertuig. Als de opslag van vloeistoffen en materialen meer dan 75% gevuld zijn, wordt contact opgenomen met de afnemer van de afvalstoffen voor afvoer. Onterechte acceptatie: Vanwege de duidelijk visueel controleerbare acceptatie is een onterechte acceptatie niet denkbaar. Evaluatie acceptatie en verwerkingsbeleid: In het eerste kwartaal van een kalenderjaar (gelijk met de afsluiting boekjaar afvalstoffenregistratie) wordt het acceptatie- en verwerkingsbeleid geëvalueerd. Omschrijving 'raamprocedure' voor onvoorziene situaties (afwijkingen A&V en AO/IC) met de verantwoordelijke personen: Onvoorziene situaties worden gelijk doorgegeven aan Directeur/Eigenaar. Indien Directeur/Eigenaar niet aanwezig is dan worden zijn werkzaamheden door diens vervanger waargenomen of er wordt telefonisch kontact met hem gezocht. Directeur/Eigenaar geeft nadere instructies. Directeur/Eigenaar beoordeeld ook of het bevoegd gezag moet worden geïnformeerd. Onvoorziene situaties worden (met de corrigerende handeling) altijd in het logboek vastgelegd. II. ADMINISTRATIEVE ORGANISATIE EN INTERNE CONTROLE [AO/IC]: A. Algemeen Voor een beschrijving van de organisatie verwijzen wij naar onderstaande: Administratie/ P&O/ KAM 0,6 fte Directie 0,2 fte Verkoop/ Inkoop 1fte Demontage/ magazijn 1 fte Werkplaats 1 fte B. Bedrijfsprocessen en risico s De bedrijfsprocessen zijn visueel weergegeven en de risico s zijn middels een Risico Inventarisatie & Evaluatie in beeld gebracht. Pagina 5 van 11
Opslag op vloeistofdichte vloer Opslag C1-materialen Inkoop voertuigen Vloeistofvrij maken Zogenoemde C1-materialen: Oliën Remvloeistof Koelvloeistof Ruitensproeiervloeistof Koudemiddelen airco Benzine/diesel LPG-tank, incl. LPG Accu s Oliefilter Batterijen Airbags en gordelspanners Opslag C6-materialen Opslag wrakken Demontage Zogenoemde C6-materialen: Banden en binnenbanden Bumpers Grilles Wieldoppen Achter en knipperlichten Glas, incl. koplampglas Katalysatoren Afvoer wrakken, C1- en C6-materialen Afvalstoffen administratie C. Administratieve Organisatie: De administratie (afvalstoffen) wordt door Mark Boerekamp Auto s bijgehouden in een ordner op kantoor. D. Controle: Bij een Mark Boerekamp Auto s vinden diverse controles plaats. In de eerste plaats is de Directeur/Eigenaar verantwoordelijke voor het doen uitvoeren van controles op de interne processen. Pagina 6 van 11
BIJLAGE 1: AFKORTINGEN: ABM AMvB A&V-beleid A&V-procedure AO/IC AVI Baga CIW EVOA GS IPO Ivb kga LAP LMA MKZS NEN NVN ONO ORB ORAD (o/c)/w/s PCB s PMV RDW RIZA Rsgh RWS RWZI V&W VNA VROM Vvgb Wm Wms Wvo LIJST MET DEFINITIES EN AFKORTINGEN: Algemene BoordelingsMethodiek stoffen. Algemene Maatregel van Bestuur. Acceptatie - en verwerkingsbeleid. Acceptatie - en verwerkingsprocedure. Administratieve organisatie en interne controle. Afvalverbrandingsinstallatie. Besluit aanwijzing gevaarlijke afvalstoffen. Commissie Integraal Waterbeheer. Europese Verordening betreffende toezicht en controle op de Overbrenging van Afvalstoffen binnen, naar en uit de Europese gemeenschap. Gedeputeerde Staten. Inter Provinciaal Overlegorgaan. Inrichtingen- en vergunningenbesluit milieubeheer. Klein gevaarlijk afval. Landelijk Afvalbeheerplan. Landelijk Meldpunt Afvalstoffen. Milieu- en kwaliteitszorgsysteem. Nederlandse Normen. Nederlandse voornorm. Ontgiften, Neutraliseren, Ontwateren. Online Registratie Bedrijfsvoorraad Online Registratie Auto Demontage Een mengsel van olie/chemicaliën, water en/of slib. Polychloorbifenylen. Provinciale milieuverordening. Rijksdienst voor het Wegverkeer Rijksinstituut voor Integraal Zoetwaterbeheer en Afvalwaterbehandeling. Regeling scheiden en gescheiden houden van gevaarlijke afvalstoffen. Rijkswaterstaat. Rioolwaterzuiveringsinstallatie. Verkeer en Waterstaat. Vereniging van Nederlandse Afvalondernemingen. Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer. Verklaring van geen bedenkingen. Wet milieubeheer. Wet milieugevaarlijke stoffen. Wet verontreiniging oppervlaktewateren. - - - Pagina 7 van 11
BIJLAGE 2: DEFINITIES: Acceptatiebeleid: Beleid vanaf het eerste contact met een klant tot en met de feitelijke acceptatie van een partij afval waarbij voor de aangeboden partij afval wordt beoordeeld of het financieel, procestechnisch en logistiek mogelijk is deze partij afval conform de geldende wet- en regelgeving te ontvangen om te worden opgeslagen en/of be- /verwerkt. Acceptatiecriteria: Criteria omtrent bepaalde eigenschappen en samenstelling van afvalstoffen die bekend moeten zijn om te besluiten of de afvalstoffen mogen worden geaccepteerd door vergunninghouder. Acceptatieprocedure: Procedure waarin het acceptatie - en verwerkingsbeleid wordt gecombineerd met de procedures voor administratieve organisatie en interne controle van het bedrijf tot een integrale procedure. Administratieve organisatie: Het complex van organisatorische maatregelen gericht op de informatieverzorging ten behoeve van het besturen en doen functioneren van een organisatie alsmede voor het afleggen van verantwoordingen. Administratief onderzoek: Een onderzoek op basis van: Beschikbare analysegegevens voor de betreffende componenten of Administratieve gegevens waaruit blijkt dat de betreffende componenten op grond van de herkomst van de afvalstof en de wijze van ontstaan al dan niet aanwezig kunnen zijn in de afvalstof. Afgewerkte olie: Afgewerkte smeer- en systeemolie als bedoeld in artikel 1. eerste lid, sub b van het Besluit inzamelen afvalstoffen (Stb. 2004, nr 127). Afgifte: Een per vervoersbeweging aangeboden (deel van een) partij. Afval met een laag risico: De zogenaamde reguliere partijen afval die het bedrijf met grote regelmaat verwerkt en waaraan in de regel geen aanvullende procestechnische voorwaarden worden gesteld. Afval met een matig risico: Afval dat door reeds opgedane ervaring bij eerdere acceptatie van vergelijkbare partijen afval bekend is bij het bedrijf en waarvan is gebleken dat in de regel acceptatie alleen onder bepaalde procestechnische voorwaarden mogelijk is. Hieronder vallen in ieder geval de afvalstoffen die alleen mogen worden geaccepteerd om gescheiden van niet vergelijkbare afvalstoffen te worden opgeslagen en afgevoerd naar een daarvoor erkende verwerker en de afvalstoffen die het bedrijf niet zelf kan verwerken. Afval met een verhoogd risico: Afval dat onbekend is voor het bedrijf of waarvan door ervaring uit het verleden bekend is dat het niet altijd mogelijk is dit afval in overeenstemming met het geformuleerde acceptatiebeleid te accepteren en te been/of verwerken. Toelichting: Onbekend kan twee dingen betekenen. Ten eerste kan het een partij afval zijn die het bedrijf nog niet eerder heeft geaccepteerd, maar waarvan alle gegevens bekend zijn. Ten tweede kan het een partij afval zijn waarvan de herkomst en/of het proces onbekend zijn (bijvoorbeeld partijen afval die via een inzamelaar worden aangeboden). Afvalstof: Afvalstroom, afvalwaterstroom, afval. Audit trail: Het administratief kunnen volgen en controleren van transacties aan de hand van (basis)documenten (bijvoorbeeld bestellingen, vrachtbrieven, facturen, etc.) Pagina 8 van 11
Bewerken: Het veranderen van de aard of hoedanigheid van de afvalstof door het behandelen met fysische methoden ten behoeve van verdere verwijdering. In het algemeen zal bij het bewerken de afvalstof chemisch gezien niet veranderen (zeven, filtreren, gravitatiescheiding, destilleren, etc.). Feitelijke acceptatie: Het moment waarop de gehele acceptatieprocedure is doorlopen en waarop de verantwoordelijkheid voor een partij afval is geaccepteerd door de vergunninghouder. Tot het moment van feitelijke acceptatie moet de afvalstof kunnen worden teruggeleverd aan de klant. Interne controle: Het toetsen van resultaten aan normen door of namens de leiding ten behoeve van de leiding. Karakteristieke parameter: Een parameter die karakteristiek is voor een afvalstroom en die tijdens de vooracceptatie wordt gekozen uit de op een afvalstroom van toepassing zijnde aanvullende parameters. De karakteristieke parameter speelt een rol bij het uit te voeren acceptatieonderzoek. Klein gevaarlijk afval: Gevaarlijke afvalstoffen die vrijkomen bij bedrijven in hoeveelheden kleiner dan 200 kg per afvalstof per afgifte (zie art.1 eerste lid, sub c van het Besluit inzamelen afvalstoffen, Stb. 2004, nr. 127). Nuttig toepassen: Handelingen als omschreven in Richtlijn 75/442/EEG, artikel 1, onder f, bedoeld (bijlage IIB). Hieronder vallen onder meer producthergebruik, materiaalhergebruik en verbranding met energieterugwinning. Ontvangsttanks: Opslagtanks waarin slechts afvalstoffen mogen worden gebracht die feitelijk zijn geaccepteerd. Opslaan/bewaren: Alle handelingen waarbij een afvalstof in een zekere ruimte min of meer statisch wordt gehouden. Met opslaan wordt tevens bedoeld het bundelen, samenpakken, overpakken, ompakken, en samenvoegen van vergelijkbare afvalstoffen. Overslaan: Alle handelingen op een locatie, waarbij afvalstoffen vanuit een opbergmiddel respectievelijk een transportmiddel in een ander opbergmiddel respectievelijk transportmiddel worden overgebracht. Hieronder vallen bijvoorbeeld: (be)laden, lossen, overladen, hevelen e.d. al dan niet op pneumatische of mechanische wijze. Ows-mengsel: Een mengsel van olie/chemicaliën, water en/of slib. Partij: Een hoeveelheid afval afkomstig van één ontdoener die uit het oogpunt van haar (deel-)proces van oorsprong, aard, eigenschappen en samenstelling èn uit het oogpunt van haar wijze van opslag bij de ontdoener als eenheid wordt beschouwd. Toelichting: Door de eis dat de afvalstof uit het oogpunt van haar wijze van opslag bij de ontdoener als eenheid moet worden beschouwd, wordt de afvalstof die bij de ontdoener in twee grote tanks is opgeslagen beschouwd als twee partijen. In één tank zullen de aard en samenstelling van de afvalstof immers hetzelfde zijn, tussen de twee tanks kunnen de aard en samenstelling van de afvalstof verschillen. Indien de afvalstof bij de ontdoener in vaten wordt opgeslagen, hoeft niet elk vat als een partij te worden beschouwd. Alle vaten waarin dezelfde afvalstof voorkomt, mogen als één partij worden beschouwd. Indien afvalstoffen worden ingezameld met een tankauto worden deze afvalstoffen door de vergunninghouder in de inrichting van de ontdoener samengevoegd, nadat deze afvalstoffen door de vergunninghouder zijn geaccepteerd. Indien deze afvalstoffen een verschillend (deel-)proces van oorsprong hebben, verschillend van aard en samenstelling zijn èn indien sprake is van verschillende wijze van opslag bij de ontdoener dan moeten deze afvalstoffen toch als verschillende partijen worden beschouwd. Indien de ontdoener deze afvalstoffen zelf samenvoegt en brengt naar de Pagina 9 van 11
inrichting van de vergunninghouder waar acceptatie plaatsvindt, dan wordt door de ontdoener één partij aangeboden. Een partij kan uit verschillende lossingen bestaan. De fysische samenstelling van een afvalstof bestaande uit een drijflaag, water en sediment kan tussen de verschillende lossingen verschillen. PCB-houdende olie: Olie met een PCB-gehalte groter dan 0,5 mg/kg per congeneer 28, 52, 101, 118, 138, 153 of 180 (zie de Regeling afgewerkte olie, Stcrt.62, 27 maart 2002). Reststoffen: Afvalstoffen die vrijkomen bij de be-/verwerking of verwijdering. Sediment: Het niet geconsolideerde deel van de vaste fase van de waterbodem (opm. het geconsolideerde deel van de waterbodem wordt bodem genoemd). Slib, sludge of slurry: Een mengsel van water en niet of nauwelijks daarin opgeloste vaste stoffen, zonder dat een vloeistoffase en een vaste fase visueel onderscheidbaar zijn. Slobs: Een mengsel met een hoge concentratie aan vloeibare lading- of brandstofbestanddelen, water, oplosmiddelen en eventueel bestanddelen zoals zand, roest etc. Steekvast: Toestand van een vloeistofhoudende vaste stof die door het zonodig verhogen van het drogestofgehalte vormvast en daardoor niet (meer) verpompbaar is. Vergelijkbaar afval: Afval, dat als afzonderlijke partijen is aangeboden, doch waarvan op grond van analysegegevens of andere administratieve gegevens, overeenkomst van proces van oorsprong en/of wijze van opslag bij de ontdoener, dan wel op grond van organoleptisch onderzoek aannemelijk kan worden gemaakt dat dit afval een vergelijkbare aard en samenstelling heeft voor een bepaalde route van bewerking, verwerking of verwijdering. Toelichting: Anderzijds zijn afvalstoffen die eenzelfde route van bewerking, verwerking of verwijdering ondergaan. Maar waarvan op grond van analysegegevens/andere administratieve gegevens, verschillen in proces van oorsprong en/of verschillen in wijze van opslag bij de ontdoener, dan wel op grond van organoleptisch onderzoek duidelijk is dat deze afvalstoffen een andere aard en samenstelling hebben geen vergelijkbare afvalstoffen. Vervolgafgifte: Een nieuwe afgifte of een nieuwe aanlevering. Verwerken: Het behandelen van de afvalstoffen op een zodanige wijze dat de chemische samenstelling en de eigenschappen van de oorspronkelijke afvalstof worden gewijzigd, doordat een chemische reactie plaatsvindt (verbranden, ONO, pyrolyse, chemisch omzetten). Verwerkende HOI: Een gevaarlijk afvalverwerkend bedrijf dat tevens een havenontvangstinstallatie exploiteert Verwerkingsbeleid: Het beleid, vanaf het lossen van een afvalstof tot en met het afvoeren van de diverse reststoffen, gericht op een procestechnisch verantwoorde be-/verwerking van afvalstoffen die in overeenstemming is met de weten regelgeving. Verwerkingscriteria: Criteria van afvalstoffen die bekend moeten zijn voor een goede sturing van het be-/verwerkings-proces passend binnen de wet- en regelgeving. Pagina 10 van 11
Verwerkingsroute: Route van opslag als zelfstandige activiteit, bewerking, verwerking en/of verwijdering. Verwijderen: Handelingen als omschreven in Richtlijn 75/442/EEG, artikel 1, onder e (onder meer verbranden zonder energieterugwinning, storten, immobilisatie ten behoeve van storten, ONO zonder materiaalterugwinning). Verzamelmonster: De hoeveelheid materie, gevormd door het bijeenvoegen van de afzonderlijke grepen van één partij of bemonsteringspartij. Bij het samenvoegen moeten de verhoudingen worden toegepast uit de NVN 5860. Volledig acceptatieonderzoek: Een acceptatieonderzoek dat bestaat uit: Een administratieve controle; Een visuele controle; Een controle van de standaardparameters èn Een controle van de karakteristieke parameter(s). Vooracceptatiefase: Stadium van de acceptatieprocedure vanaf het moment dat de ontdoener contact heeft gezocht met de vergunninghouder om afvalstoffen te kunnen aanbieden, tot het moment van de fysieke aanlevering. In de vooracceptatiefase wordt voor de aangeboden partij afval beoordeeld of deze conform het acceptatiebeleid kan worden geaccepteerd. Voorraadverschil: Het verschil tussen de werkelijke voorraad goederen en de voorraad goederen die volgens de boekhouding aanwezig zou moeten zijn. Wm: De Wet milieubeheer zoals gepubliceerd in 1994, in Staatsblad nr. 80, inclusief daarna aangebrachte wijzigingen. Wvo: De Wet verontreiniging oppervlaktewateren zoals gepubliceerd in 1994, in Staatsblad 192, inclusief daarna aangebrachte wijzigingen. - - - Pagina 11 van 11