Aan de leden en afnemers. Inhoudsopgave



Vergelijkbare documenten
Inhoudsopgave. 2/4 Aan de leden en afnemers. 5/6 Actueel: fosfor gehalten in rundveerantsoenen. 7/10 Hoger geboortegewicht door aangepast voer?

Op het diagram hieronder is schematisch weergegeven hoe de besmettingsroute van Neospora loopt. Bron: GD Diergezondheid

MaxXfan Hittestress bij melkkoeien Waardoor wordt het veroorzaakt en wat kunt u eraan doen?

Transitie transparant? management zoals rantsoen, huisvesting en comfort moet goed zijn, dat corrigeer je niet met een brok.

Geachte relatie, Onze rundveespecialist wil graag voor u het rantsoen bereken, voor een rantsoen op maat!

VOERADVIES VOOR EFFICIËNTE VLEESVARKENSPRODUCTIE VOER- ADVIES TN50. April

voeradvies voor efficiënte vleesvarkensproductie voeradvies tn50juni

Meten van voerefficiëntie voor betere benutting eigen ruwvoer. Meten van voerefficiëntie voor betere benutting eigen ruwvoer

Inhoudsopgave. Aan de leden en afnemers

Agenda. Aantal geboren biggen neemt toe terwijl aantal arbeidsuren per zeugenplaats af neemt

Aan de leden en afnemers. Inhoudsopgave. 2/3 Aan de leden en afnemers. 4/5 Voorkom hitte stress bij uw geiten

Neem voor vragen of orders contact op met onze rundveespecialisten,

Aan de leden en afnemers. Inhoudsopgave. 2/3 Aan leden en afnemers. 4/5 Jongvee opfok. 6 Broeiremmer Selko TMR

Juist voeren: basis voor succesvolle biggenproductie

Nieuwe elementen in voeding van zeug en foetus. ir. Lieven De Weder

Overtallige biggen Hoe alle biggen in de vleesvarkensstal krijgen?

BIEST: EEN CRUCIAAL SAMENSPEL TUSSEN ZEUG EN BIG

Help! Mijn zeugen in de kraamstal eten niet

Vertalen van kennis naar toepassing. Hoe? In 6 concrete stappen

TE VEEL DOODGEBOREN BIGGEN IS EEN PROBLEEM IS TE VEEL LEVEND GEBOREN BIGGEN DAT OOK

Houd SARA buiten de deur. Jan Veling, GD Gezonde Melkveehouderij, 15 januari 2015

100-dagenaanpak. 365 dagen resultaat

Biestvoorziening, waaróm is het zo belangrijk? Anja Smolenaars GD Dierenarts Herkauwersgezondheidszorg 15 januari 2015

Proefverslag 350 VERLAGING VAN HET RUW EIWITGEHALTE IN VOEDER VOOR LACTERENDE ZEUGEN. Inleiding. Proefopzet Proefdieren. Proefbehandelingen lactatie

Nieuwsbrief. Voorwoord. Demoproject Wekensystemen: keuze in functie van rendabiliteit en arbeid. In dit nummer: Voorwoord 1 Algemeen.

DeLaval waterdrinkbakken Meer water betekent meer melk

Introductie. Trends: Meer biggen per zeug geboren Afname geboortegewicht Toename biggensterfte Mindere opstart van biggen speendip

Uw doel bereiken met MelkNavigator

We gaan vooruit! Voeding en bigkwaliteit. Kennissessie biggenopfok maandag 7 december Albert Timmerman

Actief Melken Actieve koeien door passend voer en het beste advies

Voeding voor en na spenen , Carola van der Peet-Schwering

Redden van biggen via COUVEUSE systeem

Voeding van zeugen voor vitale biggen mogelijkheden en beperkingen

De vergrotingseffecten van een prestarter

Aan de leden en afnemers. Inhoudsopgave

Conditie, bevuiling, schurft..

Nieuwe droogzetrichtlijnen voor Bart Geurts Dierenarts

N o t i t i e. Lactosebepalingen MPR Datum: Arnhem, 29 augustus 2006 Onze referentie: R&D/ /MH/HWA Bijlage(n): -

Aan de leden en afnemers. Inhoudsopgave

Meer big met dezelfde kilo s voer! Rick Königkrämer 16 maart 2016 Varkens.nl

Voeding van zeugen in de kraamstal

Waarom? Vertering bij de koe. Missie 8/03/2012. Belangrijkste economische parameters. Efficiënt en effectief gebruik van MPR. via rantsoenwijzigingen

Gewenste ontwikkeling en na te streven gewicht bij de eerste kalving van Witblauwe dikbilvaarzen

Voeding van kraamzeugen in groepshuisvesting. Jorine Rommers, Carola van der Peet-Schwering, Nicoline Soede

Praktische kijk op droogstandsmanagement bij Vlaamse melkveebedrijven. Samenvattend rapport

Kengetallen. Kengetallen in de zeugenstal. Verband economie en technische kengetallen? Hoe meer hoe beter? Productieoptimum? Less is more? Welke?

EMBRYONALE ONTWIKKELING EN GEZONDHEID VAN HET KALF TIJDENS DE DRACHT

Aandacht voor moeder en kind

the total feed business Lammerenopfok ForFarmers Hans Kolk

Voeren als basis voor gezonde varkens

FASE 3: DE PASGEBORENE

Optimaal inzetten van ruwvoeders op een melkveebedrijf.

Huisvesting en klimaat: wat kan ik morgen doen?

DeLaval Focus. Deze Focus wordt u aangeboden door:

Inhoudsopgave. Aan de leden en afnemers

Het belang van een degelijk biestmanagement op moderne. rundveebedrijven

C. Management kraamstal

Inspiratie voor een bezoek aan Varkens Innovatie Centrum Sterksel

Meer melk uit uw ruwvoer. Conserveringsmiddelen en broeiremmers

Overzicht voor een geslaagde jongvee-opfok

INVLOED VAN PENSVERZURING OP DE VOEROPNAME EN MELKPRODUCTIE EN MAATREGELEN OM PENSVERZURING TE VERHELPEN

Afdeling Nutritie & Innovatie. Bewust natuurlijk luxe en goed afkalven Door Toon van der Heijden

Streven naar een goed producerende koe met lange levensduur

5 STEP PIG CONCEPT. Huidige situatie rond het werpen en tijdens de lactatieperiode in de commerciële bedrijven

van Dechra Ketose / Slepende melkziekte Hypocalciëmie/ Melkziekte Acidose / Pensverzuring

Voeding schapen algemeen. Voeding en vertering. Vertering schaap schematisch

DE BASIS VOOR EEN GEZONDE BIGGENOPFOK

Na volledig invullen van de enquête neemt een assistente of uw bedrijfseigen dierenarts contact met u op om een afspraak te maken voor het BGP 2017.

NIEUWSBRIEF. Nieuwsbrief Boerderij De Bonte Parels. De zomer van 2018

Praktijkproef Baby Big XL

Hittestress, hoe ventileren?

Voeding en gezondheid. Les 1. Water

Maximaal weidegras. Stripweiden A-B-A. Graslandkalender. Gras Arbeidsgemak Weidevakmanschap Melkproductie. Max. 2 koeien per ha

BVD, het aanpakken waard! Monique Driesse en Ruben Tolboom Januari 2015


Pensbestendig vet; een energiebron die melkproductie stimuleert en bijdraagt aan een betere vruchtbaarheid

Stap 3. Inventarisatieformulier

Gezonde biggen voor gezond vlees. Coppens Symposium Januari 2012

Praktische kalveropfoktips van 0 tot 3 maanden. Ger v. Wersch Rayonmanager Nutrifeed 2. Onderwerpen. Nutrifeed onderdeel van Royal FrieslandCampina

Focus op Neospora. Praktische handleiding

Er valt veel te winnen met een langere levensduur. Henk Hogeveen

Ervaringen van een salmonella expert

Lactatie op Maat. - lactatielengte afgestemd op de individuele koe -

Inhoudsopgave. Aan de leden en afnemers. 2/3/4 Aan leden en afnemers

Nieuwsbrief 2015/3. Winterkwaaltjes en wintervoer

RUWVOER + Inkuilmanagement. Assortiment inkuilmiddelen

Werkblad: Gezondheidskenmerken

landbouw en natuurlijke omgeving dierhouderij en -verzorging productiedieren CSPE KB

Fosfor op maat: wat is te bereiken via de voeding?

Inhoudsopgave. 2/3/4 Leden en afnemers. 5/6 Actualiteiten rundvee. 7/8 Big die vroeg leert eten, bijt later minder.

Sanitaire risico s en aandachtspunten voor biggengezondheid.

We gaan Vooruit! De Heus Vooruitgang zit in onze genen!

landbouw en natuurlijke omgeving 2011 dierhouderij en -verzorging productiedieren CSPE KB minitoets bij opdracht 13

Voergang één zijde krachtvoerautomaten. veel weidegang, simpele huisvesting. Via selectiepoorten bijvoergedeelte

Besmet met IBR. Congres Gezonde melkveehouderij En hoe nu verder? copyright Gezondheidsdienst voor Dieren 1. Inhoud presentatie IBR

Najaarsexcursie LSN - Dennis Klein Koerkamp Donderdag 29 november Vleesveeteam ForFarmers

5 REDENEN OM UW KALVEREN KOEMELK TE VOEREN

Porcilis ColiClos. Samen de juiste E. coli / Clostridium vaccinatiestrategie bepalen

Ammoniakreductie, een zaak van het gehele bedrijf

Regelmatig ontwormen is belangrijk om uw gezin en uw hond te beschermen tegen wormen.

Transcriptie:

Inhoudsopgave 2/3 Aan de leden en afnemers 4/5/6 Hitte stress bij melk koeien 7/8 Geen hond in de wei 9/10/11 Voer van invloed op biggen sterfte 12 Open dag Fam Brandwagt 13 Open dag Fam Haarman 14 Te koop 15/16 Winkel nieuws Aan de leden en afnemers Elk voorjaar is het weer een verrassing welke weeromstandigheden we zullen meemaken. Eerst was het een koud en droog voorjaar, later kwam er wel voldoende neerslag. Het inkuilen van de eerste snede verliep moeizaam, maar wel met veel opbrengst. De maïs groeit matig. Al met al hebben we toch een aantal weken achterstand opgelopen. Dit laat weer zien, dat ook het weer zich niet laat voorspellen. Dit zie je ook in de opbrengstprijzen en voerprijzen. Leek dit een echt varkensjaar te worden, zo dramatisch als het nu is, is het in tijden niet geweest. Het blijft dan ook elke keer de vraag hoe is dit mogelijk. Velen hebben hun hoofd er over gebogen. Is het teveel een eenheidsproduct, moeten we meer differentiëren. Vergelijk je het met de eiermarkt, waar je uit vele soorten eieren (vrije uitloop bio, etc.) kunt kiezen, dan moet je concluderen, dat er niet veel onderscheid in het vlees is. Echter de eiermarkt is op dit moment ook zeer slecht, dus dat zal de hoofdoorzaak niet zijn. Persoonlijk denk ik meer, dat het zit in de ketengedachte. Als alle verschillende partijen goed met elkaar overlegden en de meerwaarde van elk inzien, moeten we het product beter moeten kunnen vermarkten. Als de coöperatie Vion de toeleveranciers niet als klanten maar als echte leveranciers ziet, dan is het moeilijk een eenheid te vormen tegen de grote supermarktketens. Zou dit dan de (mede) oorzaak kunnen zijn. Wie zal het zeggen. En als je de oorzaak hebt gevonden, moet je gaan kijken naar een oplossing. Ik moet iedereen helaas teleurstellen, want die zie ik ook niet zo. Kijk je vanuit dit perspectief naar de melkveesector, dan kun je constateren, dat de discussie tussen de verschillende partijen in deze sector uit de hand dreigt te lopen. En dan ben ik bang, dat we een zelfde situatie kunnen krijgen als in de varkenssector. Het blijft belangrijk om alle partijen in de keten te respecteren en op basis van goede en juiste argumenten een discussie te voeren. De aflatoxine kwestie heeft de gemoederen hoog doen oplopen. Laten we hopen, dat alle partijen binnenkort weer constructief aan tafel zitten en uiteindelijk weer goed door één deur kunnen. Grondstofprijzen De prijzen van de eiwitrijke voeders zijn al een stukje gedaald. De energie(graan)rijke voeders daarentegen zijn nog maar minimaal gezakt. De laatste weken zijn de eiwitrijke grondstoffen weer fors gestegen. Daarentegen laten de energie grondstoffen (granen) langzaam een daling zien. Op de korte termijn betekent dat de prijzen van de eiwitrijke voeders stabiel zullen blijven en de graanrijke voeders nog licht zullen dalen. 1 2

Het blijft afwachten wat de huidige granen en soja gaan doen. Bij een goede oogst zal er een goede daling mogelijk zijn. Maar dat zal op zijn vroegst in augustus tot uiting komen. Vorig jaar rond deze tijd zaten de analisten met dezelfde gedachte. Maar de droogte heeft roet in het eten gegooid en vorig jaar is er dus niks van deze voorspelling uit gekomen. eerst zien en dan pas geloven. Open dagen rundvee en geitenbedrijf In de maand juni zijn er twee interessante open dagen. Op vrijdag 7 juni opent maatschap Brandwagt aan de Stationsweg 44 te Haarle de deuren van de nieuwe stal. U bent dan van harte welkom om van 10.00 tot 16.00 de nieuwe ligboxenstal en melkstal te komen bezichtigen. En op 28 juni opent maatschap Haarman aan de Iwlandsweg 3 te Schalkhaar haar deuren van de nieuwe geitenmelkstal. Deze carrousel melkstal is uniek in Nederland en van alle laatste noviteiten voorzien. Inname granen. Ook dit jaar neemt de CAVV weer eigen verbouwd graan (tarwe, triticale, gerst, rogge en maïs) in, via het z.g. poortwachtersysteem. Indien u hiervoor nog geen papieren van de CAVV heeft ontvangen, kunt u dit op ons kantoor melden. Deze papieren zijn noodzakelijk om een goede kwaliteit van ons product te kunnen waarborgen. Deze papieren moeten terug gestuurd worden voor de aanvang van de oogst en zullen steekproefsgewijs worden gecontroleerd door onze voorlichter. Daarnaast dienen wij eerst een monster van het graan te ontvangen voor een vochtbepaling, alvorens wij het graan in nemen. Bij vragen bel gerust uw voorlichter of naar ons kantoor. Vakantieperiode Ook al lijkt het nog ver weg, maar eind juni beginnen de vakanties weer. Zoals ieder jaar gaan de medewerkers, (in de fabriek, kantoor, voorlichters, winkel) om beurten op vakantie zodat wij u goed kunnen blijven bedienen. Wilt u uw bestelling tijdig doorgeven zodat wij alle werkzaamheden zo goed mogelijk kunnen blijven inplannen. Daarnaast willen wij u ook alvast een goede en zonnige vakantie toewensen. Hans Verheul Koe die lijdt aan hittestress Hittestress bij melkkoeien. Elke zomer is het een terugkomend fenomeen: hittestress bij melkkoeien. Een enkel jaar wil het wel eens mee vallen, maar meestal heb je in elke zomer wel met meerdere hete periodes te maken. Vooral als ze langer duren en/of later in de zomer plaats vinden, zijn de problemen des te groter. Vanaf ½ juli/augustus wordt het ook vaak vochtiger in de lucht, waardoor het probleem groter wordt. De eerste reactie van een koe is om de gehalten te laten zakken. Duurt het langer dan daalt ook de productie en krijg je een duidelijke verlaging van de weerstand. De energie opname van een koe kan dan wel dalen tot 75% van normaal. Koeien die lijden onder hittestress rusten twee tot drie uur per dag minder. Als de koeien rechtop staan, kunnen ze gemakkelijker ademen en hitte afvoeren. De verlaging van de weerstand brengt weer allerlei problemen met zich mee zoals een hoger celgetal, verminderde vruchtbaarheid en (sub)klinische pensverzuring. Deze laatste veroorzaakt vaak weer klauwproblemen, waarvan de gevolgen nog lang merkbaar zijn. Zaak dus om tijdig maatregelen te treffen om dit te voorkomen! Voor melkvee ligt de optimale buitentemperatuur tussen -5 C en 18 C. Bij een temperatuur van 20 C en een vochtigheid van 80% heeft een koe al last van hittestress. Hittestress wordt veroorzaakt door een combinatie van een hoge temperatuur en een hoge vochtigheidsgraad. Bij een temperatuur van 25 C en een vochtigheidsgraad van 60% is er sprake van milde stress. Een temperatuur van 30 C in combinatie met een vochtigheidsgraad van 80 % veroorzaakt al ernstige stress. 3 4

De te nemen maatregelen zijn: Water: Bij hoge temperaturen en hittestress neemt de consumptie van water aanzienlijk toe. Hoogproductieve koeien kunnen wel tot 200 liter per dag drinken. Vuistregel: de waterbehoefte van een koe per dag is gelijk aan viermaal de dagelijkse melkproductie Bovendien moet minstens 10% van de kudde gelijktijdig kunnen drinken, bij voorkeur uit grote open waterbakken, die gemakkelijk toegankelijk zijn. Kwaliteit en zuiverheid van het water dienen dagelijks te worden gecontroleerd. De waterbakken dienen zodanig te worden geplaatst dat het koeverkeer niet door drinkende koeien wordt gehinderd. Houdt er ook rekening mee dat weidepompen lang niet voldoende water af geven om in die extra behoefte te voorzien. ook is het voeren van producten die relatief minder pensfermentatie geven gunstig. De pensfermentatie geeft veel warmteproductie. Dus veel bestendig zetmeel en bestendig eiwit voeren is dan gunstig. Overige: probeer de koeien niet in juli of augustus te laten afkalven. Deze hebben het vaak extra moeilijk tijdens hete dagen Huisvesting: plaats ventilatoren in de stal en eventueel in de melkstal. lichtplaten bekalken. Vooral de platen dicht bij de boxen zijn hierbij belangrijk. extra ventilatie ruimte in de zijmuren maken( zonder fijn gaas!) en isoleren van de stal zijn structurele maatregelen voor de langere termijn. zorg voor schone boxen. Bij hogere temperaturen ontwikkelen bacteriën zich veel sneller. Voeding: zorg voor smakelijk, fris ruwvoer! Voorkom broei, indien er kuilvoer wordt gevoerd is het een goede optie om hiervoor plastic balen beschikbaar te hebben. Haal voerresten tijdig weg en probeer vaker vers te voeren. Zorg ook voor ruim voldoende structuur in het rantsoen. bij weidegang kan ervoor worden gekozen om de koeien s nachts te gaan weiden en overdag binnen te houden. extra krachtvoer via de basis verstrekken en minder via de voercomputer of melkstal. Vaak nemen koeien wel het krachtvoer op, maar te weinig ruwvoer. Door krachtvoer aan het voerhek te voeren door het ruwvoer, nemen ze ook meer ruwvoer op. extra zout of natriumbicarbonaat verstrekken. Natriumbicarbonaat werkt snel. Op het moment dat de hitte begint kun je starten met het voeren van 125 gram natriumbicarbonaat per koe per dag. Na de hitte nog wel 5-7 dagen blijven doorvoeren. 5 6

Geen honden in de wei! Ieder voorjaar gaan de koeien de wei in. Maar ook de mensen trekken er weer op uit. Bij mooi weer zal er weer volop gewandeld en gefietst worden, al dan niet met de hond. Hondenpoep in uw weide brengt echter wel risico s met zich mee. Neospora caninum is een van de belangrijkste besmettelijke oorzaken van verwerpen bij koeien. Een infectie met Neospora leidt niet tot ziekteverschijnselen bij de koeien. Wel kan de parasiet door weefselbeschadiging de dood van de ongeboren vrucht veroorzaken. Verworpen vruchten worden zelden gegeten. Tevens doen deze honden vaker hun behoefte op de voergang of in het voer van de koeien. Niet op alle besmette bedrijven kon een verband worden gelegd tussen het aantal gevallen van Neospora-abortus en de hond. Wilt u mensen attenderen op de gevaren van honden in de weide? Dan kunt u een Neospora-waarschuwingsbordje bij de GD bestellen. Besmetting via de hond. Een rund kan op elke leeftijd worden besmet via een eindgastheer. Uit onderzoek is naar voren gekomen dat de hond als eindgastheer fungeert. De hond neemt besmet materiaal van het rund op, bijvoorbeeld een verworpen vrucht, nageboorte of vruchtwater. Een tijdje later scheidt de hond met de ontlasting besmettelijke oöcysten (eitjes) van de parasiet weer uit. Het rund kan deze oöcysten vervolgens via het voer of het drinkwater opnemen Risicofactoren Neospora : Om schade als gevolg van Neospora te beperken, bevelen we de volgende maatregelen aan: geen besmette dieren aankopen. Door aan te kopen dieren vooraf te onderzoeken voorkomt u aankoop van besmette dieren; voorkomen dat het voer en het drinkwater van de runderen wordt verontreinigd door honden-ontlasting; voorkomen dat de hond besmet materiaal kan eten (verworpen vruchten, nageboorte, vruchtwater, rauw vlees); de hond niet in de afkalfstal of op de roosters van de ligboxenstal toelaten. Invloed hond op probleembedrijf Onderzoek heeft uitgewezen dat de aanwezigheid van een hond een risicofactor is voor het optreden van Neospora-abortus op een bedrijf. Uit onderzoek is naar voren gekomen dat de abortusproblemen meestal beginnen binnen anderhalf jaar nadat er een nieuwe hond op het bedrijf is gekomen. Dit betrof niet alleen jonge honden of de geboorte van puppy s maar ook oudere honden. Ook is gebleken dat op bedrijven waar relatief veel gevallen van Neospora voorkomen, de honden vaker nageboorten opeten en vruchtwater oplikken. Bron GD 7 8

Voer van invloed op biggensterfte De voeding van de zeug heeft veel invloed op de productie en gezondheid van zeug en biggen. Bij ongeveer de helft van de tweedeworpszeugen vallen de productieresultaten tegen. Dit hangt samen met een overmatig conditieverlies tijdens de eerste lactatie. Zeugen die in de tweede worp minder dan tien biggen produceren, hebben in de latere pariteiten ook een lagere worpgrootte. Alle reden dus om aandacht te besteden aan de tweedeworpszeug. Lia Hoving promoveerde vorig jaar op onderzoek naar het metabolisme van de zeug. Zij ontdekte dat het gewichtsverlies van zeugen in de lactatie voor een groot deel bestaat uit spierverlies. Al rond de implantatie van de embryo s zijn de verschillen die tot uiting komen na de geboorte van de biggen zichtbaar. Ook de foetale sterfte is hoger bij zeugen die in de komende lactatie veel gewicht verliezen. Al in de (zeer) vroege dracht moeten dus maatregelen worden genomen om excessief conditieverlies tijdens de erop volgende lactatie te voorkomen. Voeropname Een hoog voerniveau in de vroege dracht verhoogt de toomgrootte. Om tijdens de lactatie het conditieverlies van zeugen te beperken, is het belangrijk om de voeropname van de zeug te stimuleren. Dit kan door de temperatuur in de kraamstal te verlagen en voldoende (koud) water en smakelijk voer te verstrekken. De conditie van de zeugen bij werpen mag niet te rijk zijn. Om de lacterende zeug te ontlasten, kan de toom worden verkleind door de biggen gedurende een paar uur per dag bij de zeug weg te halen. Bijvoeren van biggen tijdens de zoogperiode vermindert ook de druk op de zeug. Hoving beveelt aan om al tijdens de opfok van de gelten te sturen op een goede ontwikkeling. Bij de steeds verder toenemende toomgroottes neemt het gemiddelde biggewicht en de uniformiteit van de tomen af. Dit leidt tot meer biggensterfte in de zoogperiode. De uniformiteit wordt deels al bepaald in de periode voor inseminatie. In het interval spenen-bronst zien we namelijk al verschillen in follikelontwikkeling. Goed ontwikkelde follikels resulteren na ovulatie in goed ontwikkelde corpora lutea, die een belangrijke rol spelen bij het in stand houden van de dracht en de overleving en ontwikkeling van de embryo s en foetussen. Een verlengd interval spenen-dracht geeft de zeug meer tijd voor een goede 9 follikelontwikkeling, waardoor de toomgrootte bij de volgende worp toeneemt en de variatie in biggewichten kleiner is. Insuline stimulerend Men bestudeerde de invloed van insuline-stimulerende voeders in het interval spenen-bronst op de resultaten in de dracht en na werpen. In eerder onderzoek met jonge zeugen was gevonden dat voeders met extra dextrose en lactose tijdens het interval spenen- dekken het gemiddelde geboortegewicht van de biggen verhogen en de spreiding in geboortegewicht verminderen. In dit onderzoek met oudere zeugen werden deze resultaten niet bevestigd: de insuline-stimulerende voeders verbeterden de follikelontwikkeling en de uniformiteit van embryo s en foetussen niet. Uit resultaten concludeert men dat insuline-stimulerende voeders alleen een positief effect hebben als de IGF-1-gehaltes in het bloed na spenen voldoende hoog zijn en als de follikelontwikkeling bij spenen onvoldoende is. Het effect van een insuline-stimulerend voer hangt dus af van de pariteit van de zeug en van de mate van conditieverlies in de voorgaande lactatie. Tijdens de laatste fase van de lactatie kan het IGF-1- gehalte in het bloed worden verhoogd door beperking van het gewichtsverlies van de zeug tijdens lactatie en door verstrekking van insuline-stimulerende voeders in de lactatieperiode. Men vermoedt dat het interval spenen-bronst te kort is om via de voeding invloed uit te oefenen op de ontwikkeling van de follikels. Men adviseert dan ook proeven te doen om de effecten van verstrekking van dergelijke voeders al tijdens de (late) lactatie vast te stellen. Toch kan worden geconcludeerd dat marginale verschillen in voeding en metabolisme voor inseminatie kunnen leiden tot grote verschillen in prenatale en postnatale biggensterfte. Biest Biest is van belang voor de energievoorziening van de jonge biggen die geboren worden met weinig energiereserves. Daarnaast bevat biest belangrijke antistoffen voor de pasgeboren biggen. Ook de groeifactoren in biest zijn noodzakelijk voor een goede ontwikkeling van de biggen. Als biggen de eerste 24 uur na geboorte minder dan 200 á 300 gram biest opnemen, is de biggensterfte tot spenen significant verhoogd. Ook de groei en het IgG-gehalte in het bloed van biggen zijn sterk afhankelijk van de biestopname. De biesopname van de biggen is hoger als de biggen bij geboorte vitaler zijn en als er weinig spreiding is in geboortegewicht binnen de toom. Bij een toomgrootte van dertien biggen moet de zeug 3,3 kg biest 10

produceren. Een derde van de zeugen produceert onvoldoende biest om te voldoen aan de behoeften van hun biggen. De biestproductie door de zeug hangt af van diverse factoren, zoals de endocriene en metabole status van de zeug bij werpen en de ontwikkeling van het uier tijdens de dracht. Meer onderzoek is nodig om te achterhalen hoe de colostrumproductie door de zeug kan worden bevorderd. Het toevoegen van extra geconjugeerd linolzuur aan het zeugenvoer in de laatste week van de dracht lijkt de colostrumproductie en de groei van de biggen te stimuleren. Ook de verzurensamenstelling van het zeugenvoer rond werpen zou invloed kunnen hebben op de biestproductie. Vooral een mengsel van 4 procent visolie en 4 procent octaanzuur lijkt veelbelovend. Bron: De Molenaar v 11 12

13 14

15 16