buza020090 Aan de Voorzitter van de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken 1 maart 2002



Vergelijkbare documenten
Resolutie van het Europees Parlement over de start van de onderhandelingen met Turkije

De Voorzitter van de Adviesraad Internationale Vraagstukken De heer Mr. F. Korthals Altes Postbus EB Den Haag. Den Haag, november 2004

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 16 april 2004 (22.04) (OR. fr) 8439/04 ELARG 64 CY 10

Moeilijke besluiten voor de Europese Raad

PUBLIC GEMEENSCHAPPELIJK STANDPUNT VAN DE EUROPESE UNIE (vervangt doc /99 CONF-CY 48/99)

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 5 juni 2002 (07.06) (OR. en) 9487/02 LIMITE ELARG 193

NOTA "A"-PUNT het Comité van permanente vertegenwoordigers

Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law Postbus BA Amsterdam

DE UITBREIDING VAN DE UNIE

10- Een samenvatting van de conclusies van het voorzitterschap: De Europese Raad in Luxemburg, 12 en 13 December 1997

EUROPEES PARLEMENT FINANCIËLE VOORUITZICHTEN WERKDOCUMENT Nr. 19

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN MEDEDELING VAN DE COMMISSIE. Financieel pakket voor de toetredingsonderhandelingen met Bulgarije en Roemenië

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 11 juni 2003 (20.06) (OR. fr) 10414/03 CY 8 ELARG 73

Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1988 Nr. 94

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 26 november 2003 (27.11) (OR. fr) 15314/03 Interinstitutioneel dossier: 2003/0274 (COD) CULT 66 CODEC 1678

PUBLIC LIMITE L CO FERE TIE OVER DE TOETREDI G TOT DE EUROPESE U IE IJSLA D. Brussel, 13 oktober 2011 (17.10) (OR. en) AD 46/11 LIMITE CO F-IS 19

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 20 oktober 2000 (26.10) (OR. en) 12415/00 LIMITE ELARG 155

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

PUBLIC. Brussel, 12 juli 2006 (13.07) (OR. en) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE 11603/06 LIMITE YU 3 COWEB 159

Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD

EUROPEES PARLEMENT. Zittingsdocument ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van de verklaringen van de Raad en de Commissie

PUBLIC. Brussel, 10 december 2002 (12.12) (OR. en) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE 15171/02 LIMITE ELARG 405 CAB 22

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Rijksuniversiteit Groningen PARLEMENT EN EUROPESE INTEGRATIE

DE UITBREIDING VAN DE UNIE

CONCLUSIES VAN HET VOORZITTERSCHAP EUROPESE RAAD VAN BRUSSEL 24 EN 25 OKTOBER 2002

; ONDERHANDELINGEN OVER DE TOETREDING VAN BULGARIJE EN ROEMENIË TOT DE EUROPESE UNIE

Tweede Kamer der Staten-Generaal

ONDERHANDELINGEN OVER DE TOETREDING VAN BULGARIJE EN ROEMENIË TOT DE EUROPESE UNIE

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD. ter bepaling van de samenstelling van het Comité van de Regio's

1. Werkzaamheden van het Gerecht Aanhangig gemaakte, afgedane, aanhangige zaken ( ) 1

Tweede Kamer der Staten-Generaal

EUROPEES PARLEMENT. Commissie regionaal beleid, vervoer en toerisme. van de Commissie regionaal beleid, vervoer en toerisme

Tweede Kamer der Staten-Generaal

5805/19 1 LIFE. Raad van de Europese Unie. Brussel, 11 februari 2019 (OR. en) 5805/19 PV CONS 4 AGRI 38 PECHE 37

- de voorlopige agenda van de zitting in document EEE 1605/03 (zie bijlage I);

EUROPEES PARLEMENT. Commissie verzoekschriften MEDEDELING AAN DE LEDEN

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Datum 14 februari 2018 Betreft Beantwoording feitelijke vragen inzake de ontwikkelingen in de bilaterale relatie met Turkije

Cyprus: een modern Paard van Troje in de uitgebreide EU?

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Resolutie: Turkije en toetreding tot de Europese Unie Indiener: JOVD Rijk van Nijmegen c.a. JOVD Voorjaarscongres 20 en 21 april 2013 te Sint

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

EUROPEES PARLEMENT. Commissie verzoekschriften MEDEDELING AAN DE LEDEN

DE UITBREIDING VAN DE UNIE

BIJLAGE. bij. Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Aan: Voorzitter en leden CVIN. Ons nummer D1S

Verder klaagt verzoekster over de wijze waarop het UWV te Venlo haar klacht heeft behandeld.

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Stuk 1583 ( ) Nr. 1. Zitting maart 2008 ONTWERP VAN DECREET

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD. ter bepaling van de samenstelling van het Economisch en Sociaal Comité

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag

NL In verscheidenheid verenigd NL B8-0442/8. Amendement. Mario Borghezio namens de ENF-Fractie

VR DOC.0098/1

Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Gewijzigd voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

NL In verscheidenheid verenigd NL B8-0455/31. Amendement

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 21 maart 2005 (24.03) 6238/05 JUSTCIV 22

GEMEENSCHAPPELIJKE VERKLARINGEN VAN DE HUIDIGE OVEREENKOMSTSLUITENDE PARTIJEN EN DE NIEUWE OVEREENKOMSTSLUITENDE PARTIJEN BIJ DE OVEREENKOMST

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Een nieuwe start voor sociale dialoog

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 21 november 2012 (27.11) (OR. en) 16320/12 ENFOCUSTOM 127 COSI 117

TRACTATENBLAD VAN HET. Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie; (met Bijlagen) Rome, 25 maart 1957

EURO-MEDITERRAAN PARLEMENTAIR FORUM

Spreekpunten van de minister voor Bestuurlijke Vernieuwing en Koninkrijksrelaties over staatkundige verhoudingen en democratisch deficit

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

Conclusies van de Coördinatie Commissie voor Europese. De Coördinatie Commissie h e e f t op 29 maart de v o l g e n de onderwerpen "behandeld:

vaste commissie voor Europese Zaken

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 2004 Nr. 180

Tweede Kamer der Staten-Generaal

NICOSIA 2 EN 3 DECEMBER 2012

Datum van inontvangstneming : 26/05/2014

Tweede Kamer der Staten-Generaal

EUROPESE RAAD 12 en 13 december 2002 KOPENHAGEN

9452/16 dau/roe/sv 1 DG G 2B

C Gerechtelijke statistieken van het Gerecht

Tweede Kamer der Staten-Generaal

5. Protocol tot vaststelling van het statuut van de. Europese Investeringsbank

vaste commissie voor Buitenlandse Zaken Procedurevergadering

Standaard Eurobarometer najaar 2018: Positief beeld van de EU overheerst in de aanloop naar de Europese verkiezingen

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 30 november 2010 (01.12) (OR. en) 17223/10 ASIM 120 NOTA

SLOTAKTE. AF/CE/EG/nl 1

9895/19 mak/van/hh 1 ECOMP.2B

BIJLAGEN. bij het. Gezamenlijk voorstel voor een Besluit van de Raad

Gevolgen van Brexit voor de besluitvorming in de EU

*** ONTWERPAANBEVELING

Cyprus. Inleiding. Nicosia (Lefkosia)

Eurogroep. 1. Economische situatie in de eurozone

Tweede Kamer der Staten-Generaal De heer J. Voordewind Binnenhof 4 Den Haag. Den Haag, 26 juni 2008

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Artikel Europakunde. Carla van der Poel 20 juni Susanne de Jong Communicatie 2A

EUROPEES PARLEMENT. Commissie industrie, externe handel, onderzoek en energie. van de Commissie industrie, externe handel, onderzoek en energie

Transcriptie:

buza020090 Aan de Voorzitter van de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken 1 maart 2002 Graag bied ik u naar aanleiding van het verzoek gedaan tijdens het Algemeen Overleg met de Vaste Commissies voor Europese Zaken, Buitenlandse Zaken alsmede Landbouw, Natuurbeheer en Visserij van de Tweede Kamer op 6 februari 2002 informatie aan over Cyprus. Ik zal daarbij ingaan op de zoektocht naar een politieke oplossing voor de kwestie Cyprus, de stand van zaken in de toetredingsonderhandelingen, de relatie tussen beide onderwerpen alsmede de Nederlandse betrokkenheid. De kwestie Cyprus De pogingen om een oplossing te vinden voor de situatie op Cyprus, zijn sinds 4 december 2001 een nieuwe fase ingegaan. Op die dag bereikten Glafcos Clerides en Rauf Denktash, onder begeleiding van speciaal VN-gezant Alvaro de Soto, overeenstemming dat in januari 2002 zou worden gestart met directe besprekingen tussen beide partijen. Deze besprekingen zouden plaatsvinden binnen de volgende kaders, geformuleerd in een verklaring van de Soto van die datum: geen voorwaarden vooraf; alle onderwerpen op tafel; doorgaan met te goeder trouw onderhandelen totdat een omvattende regeling is bereikt; niets is overeengekomen totdat alles is overeengekomen. Tevens werd bij het vaststellen van dit kader gesproken over de wenselijkheid een politieke oplossing uiterlijk juni 2002 te bereiken. De verklaring van 4 december 2001 vormde een belangrijke doorbraak in de zoektocht naar een politieke oplossing: zoals bekend was deze in een impasse terecht gekomen toen op 8 november 2000 de zogenoemde «proximity talks» door de heer Denktash werden afgebroken. Pogingen in de tussenliggende periode partijen weer met elkaar in gesprek te brengen waren op niets uitgelopen. Op de achtergrond hebben Turkije en Griekenland een nuttige ondersteunende en aanmoedigende rol gespeeld bij het weer op gang komen van de besprekingen. Nederlandse waardering voor hun opstelling in deze is zowel aan Athene als Ankara duidelijk gemaakt. En marge van de EU-OIC conferentie in Istanboel op 12 februari 2002 heb ik met mijn Turkse ambtgenoot Ismail Cem van gedachten gewisseld over onder meer Cyprus. Daarbij heb ik mijn waardering uitgesproken voor de Turkse opstelling in deze, die van groot belang is geweest bij de terugkeer van de heer Denktash aan de onderhandelingstafel. Minister Cem gaf aan dat het in Turkse ogen thans vooral van belang is een oplossing te vinden voor de relatief zwakke positie van de Turks-Cyprioten op het eiland (zowel in demografisch als economisch opzicht). Tevens sprak hij zijn waardering uit voor de opstelling van Griekenland ten opzichte van Turkije in het algemeen en ook in de kwestie Cyprus. Sinds 16 januari 2002 hebben inmiddels 14 rondes van directe gesprekken plaatsgevonden, waarbij Clerides en Denktash elk door drie delegatieleden werden vergezeld en VN-gezant de Soto in deze fase vooral vastlegt wat er in de gesprekken wordt gezegd. De gesprekken vinden plaats in een gebouw op het oude vliegveld van Nicosia dat zich in «no man s land» bevindt. In deze fase is er vooral sprake van uitwisseling en verheldering van standpunten, waarbij door partijen voorzichtige 1

indicaties worden gegeven waar zich de meest moeilijke punten in de onderhandelingen bevinden. De gesprekken hadden tot nu toe vooral betrekking op de volgende vier thema s die centraal staan in de Cyprus-kwestie: staatsstructuur en verdeling van bevoegdheden; veiligheid; verdeling van grondgebied; eigendomskwesties. Eind februari brengt VN-gezant de Soto in New York verslag uit aan SG VN, waarna de directe besprekingen vanaf 1 maart zullen worden voortgezet. Het is de bedoeling van gesprekspartners dat vanaf dat moment daadwerkelijk zal worden onderhandeld en wordt gezocht naar «bruggen» tussen de posities van beide partijen. Stand van zaken in de EU-toetredingsonderhandelingen In de toetredingsonderhandelingen van Cyprus met de EU wordt goede voortgang gemaakt; het is één van de kandidaat-lidstaten waarmee de onderhandelingen het verst zijn gevorderd. Er zijn op dit moment 24 onderhandelingshoofdstukken afgesloten. Over de volgende hoofdstukken wordt nog gesproken: gemeenschappelijk landbouw beleid, regionaal beleid, begroting, institutionalia, mededinging en fiscaal beleid. Met deze voortgang ligt Cyprus nagenoeg op het schema van de road map; alleen de hoofdstukken fiscaal beleid en mededinging hadden al gesloten moeten zijn. De lidmaatschapsaanvraag van Cyprus betreft de Republiek Cyprus als zodanig. In de toetredingsonderhandelingen wordt echter uitsluitend gesproken over het acquis communautaire in het zuidelijke deel, omdat de regering van de Republiek Cyprus in de praktijk geen gezag uitoefent over het noordelijke deel en de heer Denktash de uitnodiging van Grieks- Cypriotische zijde om deel te nemen aan de toetredingsonderhandelingen heeft afgewezen. Bij opening van de toetredingsonderhandelingen in maart 1998 heeft de EU er op gewezen dat helaas nog geen politieke oplossing was bereikt, maar dat een politieke regeling het mogelijk zal maken de bepalingen van het Toetredingsverdrag op het gehele eiland toe te passen. De AR van 5 oktober 1998 constateerde dat de acquis screening niet het hele grondgebied van Cyprus kan omvatten. Dat heeft ertoe geleid dat de EU bij de voorlopige afsluiting van ieder hoofdstuk met Cyprus: in de ontwerp-gemeenschappelijke positie herinnert aan beide genoemde verklaringen; constateert dat de Turks-Cypriotische gemeenschap de uitnodiging tot deelname nog niet heeft aangenomen, en vaststelt dat om die reden op een geschikt moment kan worden teruggekomen op het onderhavige hoofdstuk. Het maximale bedrag dat Cyprus in 2000 2004 aan pre-accessiesteun kan ontvangen is 57 miljoen. De middelen worden ingezet voor projecten en activiteiten die bijdragen aan de voorbereiding op toetreding. Een derde deel van de middelen dient te worden besteed aan bi-communale projecten, dat wil zeggen aan activiteiten die bijdragen aan de verzoening van de Grieks- en Turks-Cypriotische gemeenschappen. In 2002 is 11,5 miljoen beschikbaar. In dit jaar zal er bijzondere aandacht zijn voor institutionele ontwikkeling op het gebied van de interne markt, landbouw, milieu, regionaal beleid, transport, JBZ en economische en sociale cohesie. Per onderwerp zijn reeds specifieke activiteiten geïdentificeerd. 2

Bij de bi-communale projecten zal de nadruk liggen op ondersteuning voor het MKB, alsmede inrichting van een klein projectenfonds voor activiteiten op het gebied van onder andere milieu, gezondheid en veiligheid op het werk, restauratie van het oude centrum van Nicosia en communicatiebeleid. Uitvoering van de bi-communale projecten stuit in de praktijk vaak op praktische problemen als gevolg van de gecompliceerde situatie op het eiland. Daarnaast is ook van belang dat de Europese Commissie inmiddels een verdere aanmoediging heeft gecreëerd (naast de «gewone» voordelen van lidmaatschap) om de Turks-Cypriotische leiders te bewegen een politieke oplossing te bereiken. In het Common Financial Framework 2004 2006 for the Accession Negotiations stelt de Commissie dat in de Financiële Perspectieven van Berlijn onvoldoende rekening is gehouden met het noordelijk deel van Cyprus. Zij stelt daarom voor een fonds ten behoeve van het noordelijke deel van het eiland te creëren. Implementatie van deze voorziening is afhankelijk van het bereiken van een politieke oplossing. De Commissie suggereert daartoe in totaal 206 mln. extra beschikbaar te stellen voor ondersteuning van het noordelijke gedeelte van Cyprus. Het betreft 39 mln. in 2004, 67 mln. in 2005 en 100 mln. in 2006. Ruim 70% van de middelen is bedoeld voor Regionaal beleid, ruim 20% voor GLB en ruim 7% voor activiteiten onder de rubriek Intern beleid. Relatie tussen politieke oplossing en EU-toetreding De relatie tussen toetreding en het vinden van een politieke oplossing staat zoals bekend als volgt omschreven in de Conclusies van de Europese Raad (ER) van Helsinki van december 1999: «De ER onderstreept dat een politieke regeling de toetreding van Cyprus tot de EU zal vergemakkelijken. Indien op het moment van afronding van de toetredingsonderhandelingen geen overeenstemming is bereikt, zal de Raad het besluit betreffende de toetreding nemen zonder dat het bovenstaande daarbij als voorwaarde vooraf geldt. In die zin zal de Raad rekening houden met alle relevante factoren.» De Nederlandse regering heeft bij aanbieding van de ER conclusies aan de Kamer op 14 december 1999 aangegeven dat het bereiken van een politieke oplossing zo n «relevante factor» is. Ook is door de regering benadrukt dat de opstelling van de betrokken partijen tot de «relevante factoren» behoort. Op basis van de conclusies van Helsinki behouden de EU-lidstaten vrijheid van oordeel op het moment van besluitvorming en bestaat er een aansporing voor beide partijen op het eiland mee te werken aan het bereiken van een politieke oplossing. Zoals hierboven aangegeven is aan Turks-Cypriotische zijde het besef gegroeid dat Turkije en de Turks-Cypriotische gemeenschap geen veto hebben op toetreding van Cyprus tot de Europese Unie. Dit besef heeft mede geleid tot de huidige opstelling van de heer Denktash m.b.t. directe gesprekken over een politieke oplossing. Overigens realiseren de Turks-Cypriotische gesprekspartners zich steeds meer welke voordelen er zullen zijn als gevolg van EU-toetreding van een herenigd eiland, met name ook voor de Turks-Cypriotische gemeenschap. In dit verband dient overigens wel te worden opgemerkt dat aan Turks-Cypriotische zijde een gebrek aan kennis bestaat over kenmerken, werkwijze en beleidsimplicaties van de EU. Dit gebrek aan kennis hindert de Turks-Cyprioten niet alleen in hun voorbereiding op toetreding tot de EU, maar vormt 3

steeds meer ook een praktische belemmering in de vredesbesprekingen, zo wordt door zowel Turks-Cyprioten als de VN onderkend. Anderzijds realiseert de Grieks-Cypriotische zijde zich dat de Conclusies van de Europese Raad van Helsinki geen automatische toetreding van Cyprus tot de EU impliceren. Een belangrijk aspect bij de thans plaatsvindende besprekingen betreft de relatie tussen een eventuele politieke oplossing en het acquis communautaire. Uiteraard zou het de voorkeur verdienen wanneer een dergelijke oplossing volledig in overeenstemming zou zijn met het acquis. Maar zoals door Commissievoorzitter Prodi en Commissaris Verheugen is aangegeven, mag en zal het acquis geen belemmering vormen voor het vinden van een politieke oplossing. Via uitzonderingsbepalingen en overgangstermijnen moet het mogelijk zijn het resultaat van de gesprekken tussen de twee leiders te accomoderen. Het is op dit moment te vroeg een oordeel uit te spreken of inderdaad op het moment van besluitvorming over toetreding van Cyprus tot de Europese Unie een politieke oplossing is bereikt. Wel kan worden vastgesteld dat sinds de aanvang van directe besprekingen tussen beide partijen een einde is gekomen aan een situatie waarin door het ontbreken van contacten tussen de partijen op het eiland zo goed als geen uitzicht bestond op het vinden van een politieke oplossing. Tevens kan worden geconcludeerd dat alle partijen er op dit moment naar streven dat besluitvorming over toetreding tot de EU zal kunnen plaatsvinden op basis van een herenigd Cyprus. Betrokkenheid Nederland De Nederlandse regering verwelkomt de hervatting van directe besprekingen tussen de partijen op het eiland om een politieke oplossing te vinden. Zowel bilateraal als in EU-verband is deze opvatting uitgedragen. Het is thans aan de twee partijen op het eiland zelf een oplossing te bereiken, waarbij in eerste instantie de VN, met een centrale rol voor VN-gezant Alvaro de Soto, een ondersteunende rol speelt. Andere sleutelspelers, zoals het EU-Voorzitterschap, de Europese Commissie, de VS, alsmede de «garantiemachten» onder de Cypriotische grondwet (het VK, Griekenland en Turkije) spelen een rol op de achtergrond, met als uitgangspunt dat men de met elkaar sprekende partijen zoveel mogelijk met rust moet laten bij het onderhandelingsproces. Zoals hierboven aangegeven heeft Nederland zowel bilateraal als in EU-verband in de afgelopen jaren een ondersteunende rol gespeeld, met name door het geven van de juiste politieke signalen aan de politieke actoren die een sleutelrol spelen in de kwestie-cyprus. Het spreekt vanzelf dat ook in de komende tijd contact zal worden gehouden met beide partijen op het eiland ter ondersteuning en aanmoediging van het voor hen ongetwijfeld moeizame proces op weg naar een politieke oplossing. Dit geldt evenzo voor contacten met partijen buiten het eiland, waarbij contacten van de Regering met Turkije en Griekenland speciale vermelding verdienen. Daarnaast zullen in de komende periode actief mogelijkheden worden verkend om vanuit Nederland een bijdrage te leveren aan het vergroten van de kennis aan Turks-Cypriotische zijde over de EU. 4

Tenslotte wil ik niet onvermeld laten dat, zoals eerder aan de Kamer aangekondigd, voorbereidingen in gang zijn gezet om nog dit jaar een Nederlandse Ambassade op Cyprus te openen. De Minister van Buitenlandse Zaken, J. J. van Aartsen 5