POMPEI-ENQUÊTE BEKNOPTE ANALYSE



Vergelijkbare documenten
PRESENTATIE INFOAVOND ZAAL DE VERREKIJKER OP 5 MEI

Bestuurlijke Netwerkkaarten Crisisbeheersing. Netwerkkaart 24 Cultureel erfgoed

Bestuurlijke Netwerkkaarten Crisisbeheersing

Centrum voor Religieuze Kunst en Cultuur vzw - Kerkenbeleidsplannen - Werking

Openbare bibliotheken en de gereglementeerde boekenprijs

Veiligheidszorg religieus erfgoed. ADVIESFORUM Dinsdag 22 september 2015

WAT IS EEN CALAMITEITENPLAN?

Dienstverlening roerend religieus erfgoed

vergadering C99 zittingsjaar Woordelijk Verslag Commissievergadering Commissie voor Brussel en de Vlaamse Rand

DECEMBER 2006 INDEXATIES EN CONVENTIONELE VERHOGINGEN

Bijlagen bij het cultuurconvenant

4.2. Evaluatie van de respons op de postenquêtes. In dit deel gaan we in op de respons op instellingsniveau en op respondentenniveau.

ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid art. 29 ;

Reglement museumregistratie

Algemene voorwaarden voor de levering van reproducties van collectie-items van het KMMA Tervuren

De ZekerheidsCombinatie Vereniging van Eigenaren een drie-in-één verzekeringspakket

De vernieuwing van de Senaat bij de samenvallende verkiezingen van 25 mei 2014

Bestuurlijke Netwerkkaarten Crisisbeheersing. Bevoegdhedenschema 21 Cultureel erfgoed

Andere controleorganismes :

Schadebeelden. Schimmel, houtworm, vocht, hoe herken en voorkom ik schade in mijn collectie? Schadebeelden

Top Handel FORTISAC ALGEMENE VOORWAARDEN. Sol i d partners, flexible solulions

WATERSCHADE 00:00:00 00:01:00 00:02:00 00:03:00 00:04:00

Pendelarbeid tussen Gewesten en provincies

gegevens van TekenNet 2017 en resultaten van de studie op ziektekiemen in teken die werden verzameld op mensen [1]

KB van 28 maart 2014 Brandpreventie op de arbeidsplaatsen

Resultaten van een bevraging bij de apothekers afgestudeerd aan de K.U.Leuven in de periode

In artikel 23 van dezelfde wet, worden de onderdelen b), c), d) en f) opgeheven.

40 jaar Vlaams parlement

Erfgoedhuis Kortenberg. samen werk samen sterk

Directoraat generaal Gezondheidszorg. Dienst Legal Management

Directoraat generaal Organisatie van de Gezondheidszorgvoorzieningen. Dienst Legal Management

Evaluatie betaald parkeren Noorderplantsoenbuurt en Oranjebuurt

NRC Artikel van 19 september 2011

1392 S N. Pagina 1 van 7

Onderzoek draagvlak voor monumenten Nationaal Restauratiefonds 4 september 2014

Enquête Revitalisering Bedrijventerrein Overvecht. Rapportage. Uitgevoerd in opdracht van: Gemeente Utrecht

Waarderen en herbestemmen van roerend religieus erfgoed een stappenplan

Bepalingen voor de opslag van gevaarlijke producten

Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, gewijzigd bij de bijzondere wet van 8 augustus 1988;

1,9 miljoen Belgen hebben nog nooit een computer gebruikt; 2,6 miljoen Belgen hebben nog nooit op het internet gesurft.

Back to Basics Hoe begin ik aan een risicoanalyse omtrent brandveiligheid? Date 2017/10/05 vzw ANPI asbl

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

Vraag 1b. Wat was de oorzaak van deze ramp? Vraag 1a. In welke provincie was de Watersnoodramp van 1953? ...

Cultureel erfgoed = roerend en immaterieel erfgoed = Cultuur => Gemeenschapsmaterie

Fiche analyse statuut cultuurgoed in monumenten die beschermd werden voor 2013

VLAAMSERAAD ONTWERP VAN DECREET. houdende de middelenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar Stuk 71B (BZ 1988) - Nr.

Enquête Hengstdal: Lijsterbesstraat & Ahornstraat

3.3 Kennis m.b.t. klimaatverandering

DE VERZEKERING ALLE BOUWPLAATS RISICO S

16. Statistische analyse Meldpunt

Brandveiligheid voor rijksmonumenten: niet alleen voor mensen! Inhoud. VBE seminar 8 oktober 2014 Herbestemmen en brandveiligheid

Op grond van de heersende rechtspraak en rechtsleer kan het volgende onderscheid gemaakt worden.

Deze mededeling geeft een beknopt overzicht van de belangrijkste vaststellingen van dit onderzoek.

Beeld van het Europees Parlement in Nederland

Vergelijking dekking rubriek Wonen

EVALUATIE DAG VAN DE OPEN KERKEN 2012 :

FOD Binnenlandse Zaken A.D. Civiele Veiligheid

Directoraat generaal Gezondheidszorg. Dienst Legal Management

Wetenschap in het Paleis. Rapport

Actie ter ondersteuning van de federale beleidsnota drugs

Gesubsidieerd zaken doen in Duitsland. Effecten van NIOF subsidies en een nadere analyse van het vermarkten van producten binnen dat kader

1. De wetgever heeft reeds in uw plaats gedacht

Één-Gezins-Polis vs. Generali Inboedel- en Woonhuisverzekering

Coordinatie--Rechten--patient--Samenstelling-werking--KB doc

Overzicht I. KADER II. NORMEN III. VOORBEELD

NOTA AAN DE LEDEN VAN DE VLAAMSE REGERING

bron : Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen PB C381 van 16/12/97

De uitkeringsgerechtigden ten laste van de RVA sedert 5 jaar en meer

Zorg voor kloostererfgoed. Wat doet het CRKC voor de kloosters?

Aanvullende voorwaarden

Onderwaterarcheologie, onderwater cultureel erfgoed, beheer en het nut van een zoekwijzer voor wrakken. RCE

Splitsing kieskring Brussel-Halle-Vilvoorde in Vraag en Antwoord

VR DOC.1318/1BIS

Studies. De Plaatselijke werkgelegenheidsagentschappen. Beschrijvende analyse

Voorpublicatie Vertrouwen in de wetenschap

Het Mobiel Erfgoed Plein

Voorwaarden. Autoverzekering Ruit. Uw rechten & plichten. Nummer: PAV-RV Autoverzekering Ruit

Specifieke subsidieregels voor cultuur

Ontruimingsplan Voorbeeld

Wiskunde D Online uitwerking 4 VWO blok 5 les 3

Indexaties en conventionele verhogingen vanaf 1 december 2006

Informatie over uw Glasdekking. Bij uw woonhuis- of inboedelverzekering in het ZekerheidsPakket Particulieren

BIOVEILIGHEIDSDOSSIER PUBLIEK DOSSIER DEEL 2: INFO ACTIVITEIT. 1. Algemene info

Bedrijven krijgen op dit moment subsidies om in een opleiding voor hun werknemers te voorzien.

Duitstalige Gemeenschap. Vlaamse Gemeenschap. Franse Gemeenschap

Rapportage Ervaringsonderzoek WOT's

Tabel 4.1 geeft een overzicht van de verdeling van de deels werkloos, deels werkend (DWDW)-en naar leeftijdsniveau.

Veiligheid in uw bedrijf uw en onze zorg. Kapt.Bev. Serge Vander Ougstraete Versie oktober 2013

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid artikel 29;

Rgd. 8 Begripsbepalingen, vrijstellingen en slotbepalingen Bouwbesluit

Gemeenteraad van 21 november 2017 Toelichting bij de agenda

Evacuatierichtlijnen

van de crisis in de bedrijfsverzekeringen

Veiligheidszorg voor parochiekerken

Informatie over uw Glasdekking. Bij uw woonhuis- of inboedelverzekering in het ZekerheidsPakket Particulieren

nr. 558 van WILLY SEGERS datum: 15 juni 2017 aan HILDE CREVITS Onderwijs Brussel - Samenwerking met de Franse Gemeenschap

Klanttevredenheidsonderzoek. Dienstverlening team Werk en Inkomen, gemeente Olst-Wijhe

Lancering van de DERA

Transcriptie:

POMPEI-ENQUÊTE BEKNOPTE ANALYSE VOORWOORD Deze beknopte analyse heeft tot doel een globaal beeld te scheppen van de ervaringen met rampen van de actoren in de culturele sector en hun noden om erop voorbereid te zijn en eraan efficiënt het hoofd te bieden. Niet alle gegevens van de enquête werden hier geanalyseerd: er werden bijv. nog geen data met betrekking tot de geleden schade opgenomen. De analyse is uiteraard vatbaar voor nadere verfijning, zoals een verdere opsplitsing volgens de Nederlands- en de Franstalige antwoorden. Een verdere uitwerking zal in functie van de op te lossen vragen staan. RESPONS ANALYSE Tijdens juni en juli 2006, heeft het Secretariaat van het Blauwe Schild 3.016 enquêtes verstuurd, waarvan 32% naar archieven, bibliotheken en musea, m.a.w. naar beheerders van roerend erfgoed, en 68% naar eigenaars van geklasseerde monumenten, dus van onroerend erfgoed. De enquête werd midden september 2006 afgesloten. Er kwamen 301 antwoorden en 182 omslagen keerden onbesteld terug (8 van roerend en 174 van onroerend erfgoed), zodat men kan stellen dat de enquête 301 antwoorden op 2.834 of 10,6% leverde. Van die 301 antwoorden betroffen 198 of 65,8% het roerend en 103 of 34,2% het onroerend erfgoed. Van 978 aangeschreven roerende instellingen kregen wij 198 antwoorden of 20,25% en kwamen er 8 onbesteld terug; van de 2.038 eigenaars van onroerende goederen vulden 103 of 5% de enquête in en bezorgde de Post ons 174 omslagen terug wegens foutief adres. Opgesplitst per taal, gaat het om 177 Franstalige antwoorden (FR) of 59% en 124 Nederlandstalige (NL) of 41%, waarbij echter dient opgemerkt dat wij enkel van het Waalse Gewest een adressenlijst van eigenaars van geklasseerde monumenten ontvingen en er dus omzeggens geen gegevens voor het onroerend goed in de overige gewesten voorkomen. IDENTIFICATIE 1. IDENTIFICATIE 1.1 De musea leveren 51,2% van de antwoorden, gelijk verdeeld over de twee gemeenschappen, gevolgd door eigenaars van geklasseerde monumenten met 34,2% (90% FR en 10% NL, zie hierboven). Archieven vertegenwoordigen 10,3%, gevolgd door de bewaarbibliotheken 4%, telkens verdeeld over 90% NL en 10% FR, terwijl de

wetenschappelijke instellingen amper 0,3% vertegenwoordigen (FR). 1.2 Bij de verdeling volgens eigenaar valt op dat een groot deel van het erfgoed in privé handen is, nl 46%. Op de tweede plaats komen steden en gemeenten met 37%, gevolgd door de gemeenschappen en gewesten die samen 6,5% vertegenwoordigen (8,5% FR en 4% NL), de federale overheid is goed voor 6% en de provincies voor 4,5%. 2. BEVEILIGINGSVEREISTEN 2.1 50,3% van de deelnemers beschikken over een ruimte tussen 500 en 5.000 m 2 (55,4% bij de NL en 46,7% bij de FR), 38,5% beschikken over een ruimte die kleiner is dan 500 m 2 (43,8 % van de FR en 31,1% van de NL antwoorden) en tenslotte zijn er 11,1% met meer dan 5.000 m 2 oppervlakte of 13,5% der NL en 9,5% der FR. 2.2 Wat de waarde van het erfgoed betreft, beheren 69,2% een erfgoed met een waarde van minder dan 10 miljoen ; 23,4% beheren een patrimonium tussen 10 en 100 miljoen en 7,4% heeft de hoede over meer dan 100 miljoen. 2.3 De meeste instellingen nl 58,3% hebben geen wetenschappelijk onderzoeker, 29,7% beschikken over een wetenschappelijk team van minder dan 5 personen en de overige 12% stellen elk meer dan 5 wetenschappers te werk. 2.4 Het overgrote deel van de antwoorden, 65,8%, verklaarde minder dan 10.000 bezoekers per jaar te ontvangen, 28,3% krijgen jaarlijks tussen 10.000 en 100.000 bezoekers over de vloer en de overige 5,9% zijn goed voor een jaarlijks bezoekcijfer van meer dan 100.000 bezoekers. 3. BEVEILIGINGSNIVEAU 3.1 Preventieadviseurs of veiligheidsverantwoordelijken zijn in 55% van de gevallen niet voorhanden. 27% beschikken daarentegen wel degelijk over een preventieadviseur. De overige 18% beschikken of over een voltijdse veiligheidschef (8,3%) of slechts over een deeltijdse veiligheidsverantwoordelijke (9,7%). 3.2 Qua compartimentering beschikt ook hier de grootste groep over de minste bescherming: 34,7% zonder compartimentering; daarentegen beschikken 22,8% over afzonderlijke gebouwen en 22,4% over gecompartimenteerde gebouwen; de overige 20,1% moeten het stellen met een gedeeltelijke compartimentering. 3.3 Ook wat de detectiemiddelen betreft, valt het op dat een vierde of 25,8% over geen detectie beschikt. Een gelijk percentage beschikt over plaatselijke opsporing (26,2%) en over opsporing op afstand (26,2%). De overige 21,8% beschikken over beperkte detectiemiddelen. 3.4 De grootste groep (33,3%) heeft niet-permanente bewaking. 27,9% hebben permanente mensen ter plaatse en 22,8% hebben permanente controle maar niet in situ. Er blijft echter een groep van 16% zonder enige bewaking. 3.5 69,1% beschikken niet over een interventieploeg, 18,2% moeten het stellen met een nietprofessionele interventieploeg. 8,2% beschikken over een eigen interventieploeg en 4,5% kunnen rekenen op een permanente interne overheidsploeg.

3.6 64,5% hebben geen (20,8%) of hoogst eenvoudig (43,7%) interventiemateriaal ter plekke. 32,8% werken met eerste interventiemateriaal en slechts 2,7% hebben materiaal van een overheidsploeg. 3.7 41% liggen op een afstand tussen 5 en 10 van hulpdiensten; 27,3% zijn bereikbaar binnen de 5 ; 25,3% moeten tussen 10 en 20 op hulpdiensten wachten en 6,5% liggen verder dan 20 verwijderd van een hulpdienst. RISICO S 1. SEDERT 1980 ERVAREN RISICO S Het is opmerkelijk dat langzaam ontwikkelende risico s vaker voorkomen dan plotse risico s. Uit de antwoorden blijkt dat vocht het grootste risico vormt: 62,2% (38,9% eenmaal en 23,3% meermaals) hadden te maken met insijpelend vocht en 49,3% (30,1% eenmaal en 19,2% meermaals) met opstijgend vocht. Ook zwammen zijn een vaak voorkomende oorzaak van schade: 34,2% (25,3% eenmaal en 8,9% meermaals), gevolgd door insecten 31,3% (20% eenmaal en 11,3% meermaals) en vogels 29,8% (16,6% eenmaal en 13,2% meermaals). Pas op de zesde plaats komt orkaan- en stormschade, het grootste plotse risico, dat 22,8% (16,2% eenmaal en 6,6% meermaals) heeft getroffen. Met waterleidingbreuk kregen 21,3% (14,7% eenmaal en 6,6% meermaals) te kampen. Het percentage van 17% (9,6% eenmaal en 7,4% meermaals) die leden onder overstroming ligt net hoger dan het laatste langzaam ontwikkelend risico, bezoedeling en ongezondheid, dat 14,3% (9,7% eenmaal en 4,6% meermaals) trof. Van de overige plotse risico s werden 10,5% (7,1% eenmaal en 3,4% meermaals) door vandalisme en plundering getroffen en 10% (8,9% eenmaal en 1,1% meermaals ) door aardbeving; kregen 9,8% (8,7% eenmaal en 1,1%) interne brand en 7,8% (6,3% eenmaal en 1,5% meermaals) externe brand te bestrijden. In 5,3% van de gevallen deden zich instortingen voor en in 6,9% (4,2% eenmaal en 2,7% meermaals) een ramp in de omgeving. 4,1% leden schade door een ontploffing, veroorzaakt door gas of bom. En ten slotte verklaarden 1,5% slachtoffer geweest te zijn van gewapend conflict. 2. GEVREESDE RISICO S Opmerkelijk genoeg komen de gevreesde risico s niet in dezelfde volgorde voor als de ervaren risico s, met uitzondering van de eerste en de laatste. Ook hier komt vocht op de eerste plaats (50,5%), gevolgd door interne brand (47,8%) en breuk van de waterleiding (37,5%). Voor storm en orkaan zijn 33,6% beducht, voor externe brand 27,6%, voor overstroming

22,9% en voor vandalisme en plundering 22,3%. Een ramp in de omgeving schrikt 15,6% af, aardbeving en rotsbreuk 14,3%, interne gasleidingbreuk 13%, instorting 12%, ongezondheid en verwaarlozing 11,6%. Worden in minder gevallen gevreesd: lagedruk gas: 10%, hogedruk gas 7%, externe bomontploffing 5,6%, interne bomontploffing 5,3%. En ten slotte lijkt gewapend conflict met 5% ook het minst geduchte gevaar. BESLUIT De enquête had tot doel een overzicht te bieden van de maatregelen en middelen van risicopreventie voor het erfgoed. Een aantal cijfers spreekt voor zich, bij voorbeeld 55% van de deelnemers hebben geen veiligheidsverantwoordelijke, 65% beschikken over beperkte of geen detectiemiddelen, 64,5% ontbreekt het aan interventiemateriaal en 16% ontberen elke bewaking. Een diepgaander studie van de resultaten moet toelaten om een verband te leggen tussen de beschikbare risicopreventie en het belang van de instelling (waarde van de collecties, afmetingen van het gebouw, openbare of privé eigenaar), om de werkelijke behoeften per geografische omschrijving te definiëren en om de noden in functie van de risico s uit te werken. Voor de verdere analyse van de gegevens moeten heel duidelijke vraagstellingen geformuleerd worden.. BIJLAGE 1. IDENTIFICATIE 1.1 Bestemming % NL FR Musea 51,2 50 50 Geklasseerde monumenten 34,2 10 90

Archieven 10,3 90 10 Bibliotheken 4 90 10 Wetenschappelijke onderzoek 0,3-0,3 1.2 Eigenaar % NL FR Privé 46 - - Gemeenten 37 - - Gemeenschappen en Gewesten 6,5 4 8,5 Federale Staat 6 - - Provincies 4,5 - - 2. BEVEILIGINGSVEREISTEN 2.1 Oppervlakte der gebouwen % NL FR 500-5.000 m2 50,3 55,4 46,7 Moins de 500 m2 38,5 31,1 43,8 Plus de 5.000 m2 11,1 13,5 9,5 2.2. Waarde van de voorwerpen % NL FR Minder dan 10.000.000 69,2 67,8 70,3 Van 10 tot 100.000.000 23,4 22,9 23,9 Meer dan 100.000.000 7,4 9,3 5,8 2.3. Onderzoek in situ % NL FR Geen onderzoek 58,3 47,7 70,2 Minder dan 5 personen 29,7 37,4 24,2 Meer dan 5 personen 12 20,9 5,6 2.4. Bezoekersaantal % NL FR Minder dan 10.000 65,8 59,7 70,6 Van 10 tot 100.000 28,3 31,9 25,5 Meer dan 100.000 5,9 8,4 3,9 3. BEVEILIGINGSGRAAD 3.1. Preventiegraad % NL FR Geen veiligheidsverantwoordelijke 55 43,8 63.,1 Preventieadviseur 27 40,5 17,3 Partim veiligheidsverantwoordelijke 9,7 5,8 12,5 Voltijdse veiligheidschef 8,3 5,8 7,1

3.2. Compartimentering % NL FR Zonder compartimentering 34,7 28,7 39 Onafhankelijke gebouwen 22,8 23 22,7 Gecompartimenteerde gebouwen 22,4 18,9 25 Gedeeltelijke Compartimentering 20,1 29,5 13,4 3.3. Detectiemiddelen % NL FR Detectie ter plaatse 26,2 33,6 29 Zonder detectie 25,8 19,7 32 Detectie van op afstand 22,4 18,9 25 Beperkte detectie 20,1 29,5 13,4 3.4. Bewaking % NL FR Niet permanent 33,3 25,2 39,2 Personeel permanent ter plaatse 27,9 28,5 27,5 Permanente controle niet in situ 22,8 35 14 Zonder bewaking 16 11,4 19,3 3.5. Interne interventiemiddelen % NL FR Geen interventieploeg 69,1 63,1 73,4 Niet professionele interventieploeg 18,2 17,2 18,9 Professionnelle interventieploeg 8,2 13,9 4,1 Permanente door overheid gedetacheerde interventieploeg 4,5 5,7 3,6 3.6. Interventiemateriaal in situ % NL FR Rudimentair 43,7 46 42 Eerste interventiemateriaal 32,8 41,1 26,6 Zonder 20,8 10,5 28,4 Materiaal van overheidsploeg ter plaatse 2,7 2,4 3 3.7. Bereikbaarheid door hulpdiensten % NL FR Tussen 5 en 10 41 45,1 38 Minder dan 5 27,3 31,1 24,6 Tussen 10 en 20 25,3 29,7 29,2 Meer dan 20 6,5 4,1 8,2

RISICO S 1. ERVAREN RISICO S SINDS 1980 1.1. PLOTSE RISICO S Eenmaal(%) Meermaals (%) Schade minder dan 1% van het erfgoed Schade voor meer dan 1% van het erfgoed (%) Orkaan, 16,2 6,6 5,5 1,8 stormschade Warerleidingbreuk 14,7 6,6 1,8 - Aardbeving 8,9 1,1 1,5 1,5 Interne brand 8,7 1,1 0,4 0,4 Massaal vandalisme en plundering 7,1 3,4 1,9 1,5 Externe brand 6,3 1,5 0,7 - Instortingt 5,3 1 0,4 1,1 overstroming 6,6 7,4 4 2,2 Ramp in de omgeving Ontploffing (gas, bom) Gewapend conflict 4,2 2,7 0.4 0,8 4,1 0,4 0,4 1,5 - - - 1.2. LANGZAAM ONTWIKKELENDE RISICO4S Eenmaal(%) Meermaals (%) Schade minder dan 1% van het erfgoed Schade voor meer dan 1% van het erfgoed (%) Insijpelend vocht 38,9 23,3 12 9,1 Opstijgend vocht 30,1 12,9 8,3 7,5 Huiszwam en 25,3 8.9 5.2 5.9 schimmels Insekten, 20 11,3 4,9 2,6 knaagdieren Vogels, andere 16,6 13,2 4,9 1,9 dieren Luchtbezoedeling 9,7 4,6 1,9 1,9 2. GEVREESDE RISICO S

% % Vocht 50,5 Intern gas 13 I terne brand 47,8 Instorting 12 Waterleidingbreuk 37,5 Ongezondheid 11,6 Storm en orkaan 33,6 Lage druk gas 10 Externe brand 27,6 Hoge druk gas 7 Overstroming 22,9 Externe bom 5,6 Massaal vandalisme en 22,3 Interne bom e 5,3 plundering Ramp in omgeving 15,6 Gewapend conflict 5 Aardbeving en rotsbreuk 14,3