Fluchskrift Jeugdbescherming: minder als het kan, meer als het moet! 06 2016



Vergelijkbare documenten
Gebruik jeugdzorg in Zuidoost-Friesland, 1e half jaar Feitenblad

Gebruik jeugdzorg in Noord-Friesland, 1e half jaar Feitenblad

Gebruik jeugdzorg in Zuidwest-Friesland, 1e half jaar Feitenblad

Gebruik jeugdzorg in Littenseradiel, 1e half jaar Feitenblad

Gebruik jeugdzorg in Achtkarspelen, 1e half jaar Feitenblad

Alleen als het echt niet anders kan

Gebruik jeugdzorg in Tytsjerksteradiel, 1e half jaar Feitenblad

Zorglandschap jeugd Flevoland

Jeugdbescherming en jeugdreclassering 1e kwartaal 2015

Perceelbeschrijving 3 Pleegzorg

INHOUDSOPGAVE. Voorwoord / V. Afkortingenlijst / XIII. Deel I Inleiding op het nieuwe jeugdstelsel / 1

Jeugdbescherming in Nederland

Als uw kind onder toezicht gesteld wordt

Perceelbeschrijving 4 Crisishulp en opvang

Kennisateliers Jeugdbescherming Jeugdreclassering. Juni 2013 Anna van Beuningen

Als uw kind onder toezicht gesteld wordt

çjeugdbescherming jeugdreclassering 2017

Als uw kind onder toezicht gesteld wordt

çjeugdbescherming jeugdreclassering 2018

Jeugdhulp in Gelderland in 2015

Sociale omgeving. 1. Kindermishandeling

Thuis, ook in de cijfers

Als opvoeden een probleem is

Jeugdbescherming en jeugdreclassering 1e halfjaar 2015

Jeugdbescherming. jeugdreclassering 2015

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 18 juni 2018 Betreft Kamerbrief Beleidsinformatie Jeugd

Jeugdbescherming Informatie voor ouders/opvoeders

Alleen als het echt niet anders kan

Bureau Jeugdzorg Gelderland Bereikbaar en Beschikbaar

Jeugdbescherming Informatie voor jongeren

çjeugdbescherming jeugdreclassering 2016

Schuingedrukte woorden worden uitgelegd in een woordenlijst op pagina 4.

çjeugdbescherming jeugdreclassering 1e halfjaar 2017

Gebruik jeugdhulp in Drenthe: 2016 vergeleken met 2015

Ondertoezichtstelling (OTS) Wat betekent een ondertoezichtstelling voor u en uw kind? Wat kunt u verwachten?

JEUGDBESCHERMING NOORD. Voogdij

Jeugdbescherming Informatie voor ouders/opvoeders

Alleen als het echt niet anders kan

Voogdijmaatregel Informatie voor ouders over voogdij

Jeugdhulp 1e kwartaal 2015

Afkortingen 13 I PERSONEN- EN FAMILIERECHT 23

çjeugdbescherming jeugdreclassering 1e halfjaar 2018

Voor ouders over de voogdijmaatregel

Afkortingen 13 I PERSONEN- EN FAMILIERECHT 23

ONDERSTEUNING BESCHERMING TOEZICHT

Ondertoezichtstelling

Factsheet. Jeugdhulpbudget voogdij en 18+

Wat is OTS? (Onder ToezichtStelling)

Als opvoeden een probleem is

Factsheet cliëntprofielen Jeugd- en Gezinsbescherming 2014 en 2015

Als opvoeden een probleem is

ˆJeugdbescherming. jeugdreclassering 1e halfjaar 2016

Achtergrond bij eerste rapportage gemeentelijke monitor sociaal domein (september 2015)

Factsheet gemeente Westland

Als het mis dreigt te gaan met je opvoeding

Gebruik jeugdhulp in Groningen: 2016 vergeleken met 2015

Als opvoeden een probleem is

Alleen als het echt niet anders kan

De Jeugdwet en pleegzorg: transitie en transformatie?!

Veelgestelde vragen over de veranderingen in de jeugdzorg per

De inzet van familienetwerkberaden in de preventieve jeugdbescherming. Samenvatting

fluchskrift Vergrijzing in Fryslân neemt toe Aantal senioren sterk gestegen Aantal 65-plussers in Fryslân, /2012

Evoluties in het Nederlandse jeugdbeschermingsrecht

Verantwoording van de gegevens Gespecialiseerde Jeugdzorg in beeld. startfoto /2013

INFORMATIE VOOR OUDERS 4 UW KIND ONDER VOOGDIJ WAT BETEKENT DAT?

Bevolking: gemeentelijke indeling in regio's

Factsheet Voor alle kinderen. Jeugdwet en minderjarige vreemdelingen

Kinderen beschermen we samen. Gemeente en Raad voor de Kinderbescherming in het nieuwe Stelsel voor de jeugd

Thuis, ook in de cijfers

Samenwerkingsprotocol Zuid-Limburg en de gecertificeerde instellingen Afspraken tussen gemeenten in Zuid-Limburg en de gecertificeerde instellingen

De Limburgse Jeugdmonitor

Perceelbeschrijving 1 Gespecialiseerde ambulante hulp

Alleen als het echt niet anders kan

Hoe beïnvloedt de scheiding de advisering rond strafrechtelijke of civielrechtelijke plaatsing?

Jeugdbescherming Informatie voor jongeren

INZICHT IN JEUGDRECHT

Alleen als het echt niet anders kan

Informatie 17 december 2015

Welkom bij de William Schrikker Groep

Hulp of begeleiding die thuis of bij de instelling plaatsvindt,

Presentatie Samen Veilig

Factsheet cliëntprofielen 2017

Datum 16 augustus 2016 Onderwerp Antwoorden Kamervragen Kooiman over het bericht dat de Raad voor de Kinderbescherming 130 tijdelijke mensen aanneemt.

Veranderingen in de Jeugdzorg Zeeland: Vraag- en antwoord

Als het mis dreigt te gaan met je opvoeding (voor kinderen en jongeren)

Wat is Voogdij? Deze folder is voor ouders van cliënten van de

Voor ouders over de ondertoezichtstelling

Richtlijn netwerkpleegzorg gemeente - pleegzorgaanbieders

Kengetallen gemeenten Friesland

Samen met de jeugd. Definitieboek. Beleidsmonitor Koers Samen met de jeugd

Richtlijn netwerkpleegzorg gemeente - pleegzorgaanbieders

Ontwikkeling banen in %

Veldnorm Netwerkpleegzorg Jeugdbescherming - Pleegzorgaanbieders

Versie april Cliëntroute Bureau Jeugdzorg Voorlopige Ondertoezichtstelling (VOTS)

De Wet op de Jeugdzorg in grote lijnen

Handreiking voor colleges B&W bij calamiteiten, incidenten en crisissituaties

ˆJeugdhulp 2018 Uitgave 2019

Centrum voor Beleidsstatistiek en Microdata Services. Documentatierapport Gebruik provinciale jeugdzorg naar vormen van jeugdzorg (PROVJZTAB)

Bureau Jeugdzorg afdeling Jeugdbescherming. Mathilde Roubos Anjo Mangelaars

Jeugdhulp ˆ2015 Uitgave 2016

Transcriptie:

Fluchskrift Jeugdbescherming: minder als het kan, meer als het moet! 06 2016 Aanleiding Eerder bracht het Fries Sociaal Planbureau (FSP) een rapport uit over het gebruik van jeugdhulp in Fryslân. Deze publicatie gaat over het gebruik van jeugdbescherming in Fryslân. Jeugdbescherming is een maatregel die de rechter dwingend oplegt. Dat gebeurt als een gezonde en veilige ontwikkeling van een kind of jeugdige wordt bedreigd en vrijwillige hulp niet of niet voldoende helpt. Een minderjarige wordt dan onder toezicht gesteld (OTS) of onder voogdij geplaatst. Een jeugdbeschermingsmaatregel grijpt diep in het persoonlijk leven van jeugdigen en hun ouders in, en de zorgkosten zijn hoog. De ambitie van het Rijk en gemeenten is het versterken van preventie zodat escalatie van problemen wordt voorkomen. Hierdoor kan het aantal jeugdigen met jeugdbescherming, de duur van deze maatregelen en het aantal uithuisplaatsingen verminderen. Sinds de invoering van de Jeugdwet op 1 januari 2015 zijn gemeenten verantwoordelijk voor de uitvoering van de jeugdzorg. Het idee is dat gemeenten hiermee beter in staat zijn om jeugdbescherming te voorkomen. In Fryslân vaker jeugdigen met jeugdbescherming In 2015 kregen 1935 Friese jeugdigen een jeugdbeschermingsmaatregel. Dat is 1,4% van de 0 tot 18 jarigen of één op de acht jeugdzorggebruikers (12,4%). Landelijk lag dit cijfer lager, namelijk 1,2% van de minderjarigen of één op de negen jeugdzorggebruikers (11,1%) Het percentage jeugdigen in de jeugdbescherming in Friese gemeenten varieert van de 0,8% in Menameradiel tot 2,2% in Leeuwarden. Het percentage jeugdigen met jeugdbescherming in de gemeente Leeuwarden ligt daarbij hoger dan in andere noordelijke gemeenten met 100.000 tot 150.000, zoals Emmen (1,3%) en Zwolle (1,4%). Jeugdigen met jeugdbescherming, in % van alle jeugdigen tot 18 jaar, 2015 Jeugdigen in de jeugdzorg 15.640 * Jeugdigen in de jeugdzorg = 11,5% Nederland 11,1% * In dit aantal zijn jeugdigen met een persoonsgebonden budget (pgb) meegerekend. Een klein deel van deze jeugdigen heeft alleen een pgb (5,1%). Bron: CSB, bewerking FSP Wat is het verschil tussen onder toezicht gesteld en onder voogdij geplaatst? Bij een onder toezicht stelling (OTS) wordt het gezag van de ouder door de kinderrechter beperkt. Een gezinsvoogd begeleidt het gezin, en ouders zijn verplicht de aanwijzingen van de gezinsvoogd op te volgen. De gezinsvoogd biedt zelf geen jeugdhulp, maar zorgt wel dat de juiste jeugdhulp wordt ingezet. Het kind blijft zoveel mogelijk thuis wonen, maar de kinderrechter kan ook besluiten om het kind uit huis te plaatsen. Bij onder voogdij geplaatst of kortweg voogdij besluit de rechter dat het gezag over een minderjarige (tijdelijk) helemaal door een ander wordt uitgevoerd dan de ouders. Dat kan een gecertificeerde instelling zijn, of een natuurlijk persoon, zoals een pleegouder. Het kind woont niet meer thuis.

Friese 0 tot 4 jarigen vaker jeugdbescherming dan landelijk 0 tot 4 jarigen: Fryslân 1,1%; Nederland 0,8% 4 tot 12 jarigen: Fryslân 1%; Nederland 1,2% 12 tot 18 jarigen: Fryslân 2%; Nederland 3% 500 voogdijtrajecten in Fryslân In Fryslân waren in 2015 55 beëindigde voogdijtrajecten. Ongeveer de helft hiervan (25; 45,5%) duurde vier jaar of langer. Twintig trajecten duurden van één tot drie jaar. Er zijn geen cijfers over de duur van de tien resterende trajecten beschikbaar. Veertig trajecten eindigden omdat de jeugdige meerderjarig werd. Tien door het overdragen van het gezag aan de pleegouders. Friese jeugdigen met jeugdbescherming vaker óók jeugdhulp dan landelijk Het perspectief van een jeugdbeschermingsmaatregel is dat, waar mogelijk, de ouders de opvoeding weer zelf op zich kunnen nemen, waardoor het gezag van de ouder kan worden hersteld. Het bieden van jeugdhulp naast jeugdbescherming kan hierbij helpen. In Fryslân ligt het percentage jeugdigen met jeugdbescherming dat óók jeugdhulp krijgt hoger (75,5%) dan het landelijk gemiddelde (70%). Vergeleken met Nederland krijgen Friese nul tot vier jarigen vaker te maken met jeugdbescherming. In de leeftijdsgroepen vier tot twaalf en twaalf tot achttien jaar krijgen jeugdigen relatief minder vaak te maken met jeugdbescherming dan in Nederland. Pubers hebben twee maal zoveel kans om in aanraking te komen met jeugdbescherming dan de jongere leeftijdsgenoten. Friese jeugdigen met jeugdbescherming, naar leeftijdsgroep, 2015 770; 40% 105; 22% 890; 46% 0 tot 4 jaar 4 tot 12 jaar 12 tot 18 jaar In Fryslân meer lange OTS trajecten In Fryslân is in 2015 een kwart van de trajecten jeugdbescherming beëindigd (540; 26%). Landelijk ligt dit cijfer hoger, namelijk op 31% (13.990). Vergeleken met landelijke cijfers komen in Fryslân OTS trajecten van vier jaar of langer, maar ook trajecten tot drie maanden, vaker voor. Een OTS duurt maximaal één jaar, maar kan worden verlengd. In Fryslân worden 29% (485) van de OTS trajecten binnen deze periode afgesloten; landelijk meer, namelijk 33%. Voor 160 trajecten (33%) is de reden van beëindiging gegeven. De meeste trajecten (75) werden beëindigd door meerderjarigheid van de jeugdige. Bij zestig trajecten werd de OTS omgezet in een gezagsbeëindigende maatregel. Daarmee gaat het gezag van de ouders helemaal naar een voogd of voogdij-instelling. 20,1 4 jaar en langer 3 tot 4 jaar 10,1 Duur trajecten OTS in Fryslân en Nederland, in percentages, 2015 10,3 20,1 4 jaar en langer 2 tot 3 jaar 14,6 25,8 3 tot 4 jaar 10,1 10,3 1 tot 2 jaar 2 21, 2 tot 3 jaar 14,6 6 tot 12 maanden 19,1 1 tot 2 jaar 22,2 21,6 3 3 tot 6 maanden 2,1 6 tot 12 maanden 19,1 10,9 0 tot 3 maanden 3 12,4 3 tot 6 maanden 2,1 10,9 0 10 20 0 tot 3 maanden 12,4 Nederland Fryslân 0 10 20 30 Bron: Nederland CBS, bewerking Fryslân FSP Een jeugdbeschermingstraject is een periode waarin een maatregel jeugdbescherming wordt uitgevoerd. Een jeugdige kan meerdere vormen van jeugdbescherming ontvangen, en dus meerdere trajecten hebben. Het totaal aantal trajecten is daarom hoger dan het aantal jeugdigen met jeugdbescherming. De meeste trajecten jeugdbescherming, 76%, zijn ondertoezichtstellingen (OTS). Een kwart van de trajecten zijn voogdijmaatregelen. In 2015 telde CBS in Fryslân 1575 OTS trajecten en 500 voogdijtrajecten.

In Fryslân meer pleegzorg Op 31 december 2015 liepen in Fryslân 1460 trajecten jeugdhulp met verblijf. Dat betekent dat de jeugdigen ook in de voorziening van de zorgaanbieder overnachten. De meeste trajecten zijn pleegzorg. Bij pleegzorg bestaat een pleegcontract tussen de pleegouder(s) en een pleegzorgaanbieder, die de pleegouders, jeugdige en ouders begeleidt. Als kinderen (tijdelijk) uit huis worden geplaatst kan pleegzorg worden ingezet. De voogdij over het kind kan bij de gecertificeerde instelling liggen, maar kan ook worden overgedragen aan de pleegouder. Het percentage pleegzorg in de Friese trajecten jeugdhulp met verblijf ligt hoger (63%) dan het landelijke percentage (56%). Het totaal aantal trajecten jeugdhulp met verblijf en voogdijtrajecten is in 2015 heel licht gestegen (1%). Het aantal ondertoezichtstellingen nam op 31 december 2015 ten opzichte van 30 juni 2015 met 6% af. Onderzoeken bescherming en straf De Raad voor de Kinderbescherming adviseert de kinderrechter of een jeugdbeschermingsmaatregel nodig is. Voor deze taak onderzoekt de Raad de (gezins) situatie van de jeugdigen. In 2015 voerde de Raad in totaal 645 beschermingsonderzoeken voor kinderen in Friese gemeenten uit. In dat jaar begonnen 440 trajecten jeugdbescherming. Zoals uit deze cijfers blijkt resulteren niet alle Raadsonderzoeken (direct) in een traject jeugdbescherming. De Raad voerde iets meer bescherming gerelateerde activiteiten uit (52%), dan straf gerelateerde activiteiten (48%). Onder straf gerelateerde activiteiten horen schoolverzuim, strafonderzoek en coördinatie taakstraffen. Aantal Friese trajecten jeugdbescherming en jeugdhulp, op peildatum, 2015 Activiteiten van de Raad voor de Kinderbescherming Fryslân, 2015 Totaal voogdij Totaal ondertoezichtstelling 450 445 1090 1160 246; 14% 614; 35% Beschermingsonderzoek opvoedingsproblemen Beschermingsonderzoek overig Gezag en Omgangsonderzoek Pleegzorg 915 915 487; 27% Adoptie gerelateerde activiteiten Totaal jeugdhulp met verblijf 1460 1450 0 500 1000 1500 2000 126; 7% 183; 10% 31; 2% Onderzoek schoolverzuim Strafonderzoek 31 december 2015 30 juni 2015 91; 5% Coördinatie taakstraffen Bron: Raad voor de Kinderbescherming, bewerking FSP

Eén op de acht Friese kinderen heeft kans op armoede Armoede is een belangrijke risicofactor voor kindermishandeling en de behoefte aan jeugdzorg. Hoe langer armoede duurt, hoe groter het risico is op negatieve gevolgen voor de ontwikkeling van het kind. Veel gemeenten rekenen huishoudens met een inkomen tot 120% van het sociaal minimum tot de doelgroep van hun armoedebeleid (SCP, 2016). In 2013 groeide in Fryslân één op de acht kinderen tenminste een jaar op met kans op armoede (12,3%). Landelijk lag het percentage iets hoger, namelijk 12,9%. Een op de 21 kinderen bevond zich in een situatie van langdurige armoede (4,7%); landelijk geldt dit voor één op de zeventien (5,8%). In de gemeenten Leeuwarden, Harlingen, Franekeradeel en Smallingerland hadden kinderen de grootste kans om (langdurig) in armoede op te groeien. In de gemeenten Schiermonnikoog, Littenseradiel, Terschelling en Ameland de laagste kans. Minderjarige kinderen uit huishoudens met inkomen tot 120% sociaal minimum Beschikbare percentages jeugdigen met jeugdbescherming naar gemeentegrootte, hoogste en laagste percentages: Nederland 1,2% minder dan 20.000 Laagste Menameradiel 0,8% Hoogste Het Bildt 1,7% 20.000 tot 50.000 Laagste Achtkarspelen 1,1% Hoogste Opsterland 1,7% 50.000 tot 100.000 Laagste De Fryske Marren 0,9% Hoogste Smallingerland 1,8%

Betrouwbaarheid cijfers en vergelijkbaarheid De CBS cijfers bieden sturingsinformatie voor het beleid in het kader van de uitvoering van de Jeugdwet (2015). De cijfers stellen overeenkomstige gemeenten en regio s in staat om gebruiksgegevens en ontwikkelingen daarin met elkaar te vergelijken (monitoring en benchmarking). Voor het leveren van deze beleidsinformatie is een nieuwe statistiek ontwikkeld. Voor het eerst publiceerde het CBS voor deze statistiek ook jaarcijfers over 2015. De cijfers jeugdzorg over 2015 zijn daardoor lastig te vergelijken met CBS cijfers over eerdere jaren. Ook zijn deze cijfers niet zonder meer te vergelijken met de verantwoordingscijfers die de zorgaanbieders aan de Friese gemeenten leveren. De betrouwbaarheid van de cijfers is afhankelijk van de mate waarin jeugdhulpaanbieders bekend zijn bij het CBS, de mate waarin de gegevens volledig en juist door de professionals zijn geregistreerd, en de mate waarin deze gegevens adequaat zijn aangeleverd bij het CBS. Onderzoek door het bureau JB Lorenz (2016) wees uit dat er geen aanwijzingen zijn gevonden dat de betrouwbaarheid en volledigheid van de jeugdzorg gegevens onvoldoende is geborgd. Samenvattend Doordat de CBS cijfers over 2015 niet goed vergelijkbaar zijn met cijfers uit eerdere jaren is het lastig om op basis van deze cijfers uitspraken te doen over effecten van de decentralisatie op de inzet van jeugdbeschermingsmaatregelen. In 2015 is op 31 december ten opzichte van 30 juni wel een afname te zien van het aantal OTS trajecten, maar de voogdij maatregelen namen iets toe. Om te kunnen concluderen of er sprake is van een daling van jeugdbeschermingsmaatregelen moeten de gebruikscijfers over meerdere jaren gevolgd worden. Wel valt op dat in Fryslân meer kinderen een maatregel jeugdbescherming kregen. Friese jeugdigen hebben vaker OTS trajecten die langer duren. Armoede is een belangrijke risicofactor voor opgroei- en opvoedingsproblemen. In Fryslân groeide 12 procent van de jeugdigen op met kans op armoede. Het valt op dat de gemeenten Leeuwarden, Harlingen, en Smallingerland een hoog percentage jeugdigen hebben die opgroeien met kans op armoede én ook te vinden zijn onder de gemeenten met een hoog percentage gebruik jeugdzorg. Littenseradiel en de Waddeneilanden Ameland en Schiermonnikoog hebben een laag percentage jeugdigen met kans op armoede én tevens een laag percentage jeugdigen met jeugdzorg. Colofon Bronnen: Bureau JB Lorenz (2016). Onderzoek betrouwbaarheid en volledigheid beleidsinformatie jeugdhulp CBS (2016). Jeugdmonitor, beleidsinformatie Jeugdhulp CBS (2016). Jeugdbescherming en jeugdreclassering, 2015 Databank Fries Sociaal Planbureau Ministeries VWS en VenJ (2015) Beleidsinformatie Jeugd Raad voor de Kinderbescherming (2016). Maatregelen van kinderbescherming. Den Haag: Ministerie van Veiligheid en Justitie Wildeboer-Schut, J.M., Hoff, S. (2016) Een lang tekort. Den Haag: SCP Auteur: Bianca Bijlsma Contact: bbijlsma@friessociaalplanbureau.nl 06 21896878/(058) 2348500 Opmaak: Jongens van de Jong Westersingel 4 8913 CK Leeuwarden T (058) 234 85 00