Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument SEC(2008) 1995.



Vergelijkbare documenten
Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument SEC(2008) 2167.

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 16 november 2007 (16.11) (OR. en) 15314/07 Interinstitutioneel dossier: 2007/0244 (CNS) LIMITE AGRILEG 171

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument D011014/02

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 4 september 2001 (06.09) (OR. fr) 11580/01 Interinstitutioneel dossier: 2001/0186 (COD)

(3) Het verslag bevat feedback over de ervaringen met de overgangsmaatregelen van Verordening (EG) nr. 2076/2005 van de Commissie (4). In het verslag

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 27 februari 2002 (28.02) (OR. fr) 6693/02 Interinstitutioneel dossier: 2000/0077 (COD) ECO 62 CODEC 257

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument SEC(2008) 2863

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 18 september 2008 (18.09) (OR. en) 13187/08 FSTR 20 FC 5 REGIO 25 SOC 516

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 15 mei 2008 (22.05) (OR. en) 9192/08 Interinstitutioneel dossier: 2008/0096 (CNB) UEM 110 ECOFIN 166

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 13 oktober 2009 (15.10) (OR. en) 14299/09 ADD 1 AGRILEG 182 DENLEG 93

VERORDENING (EG) VAN DE COMMISSIE van 30 november 2009 tot vaststelling van overgangsmaatregelen voor de uitvoering van de Verordening

Voorstel voor een. VERORDENING (EU) Nr. VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument SEC(2001) 1829 def.

(Voor de EER relevante tekst)

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument COM(2009) 283 definitief.

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 9 juni 2008 (12.06) (OR. fr) 10351/08 Interinstitutioneel dossier: 2008/0108 (CNS) AGRIORG 52

Raad van de Europese Unie Brussel, 7 november 2016 (OR. en)

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 31 januari 2006 (01.02) (OR. en) 5853/06 Interinstitutioneel dossier: 2006/0010 (CNS) SOC 42 ECOFIN 27

10729/4/16 REV 4 ADD 1 cle/mak/fb 1 DRI

Publicatieblad van de Europese Unie L 326/3

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument SEC(2007) 810.

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 1 september 2008 (02.09) (OR. en) 12583/08 ADD 2 FISC 109

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD. betreffende bepaalde handelsnormen voor eieren

10728/4/16 REV 4 ADD 1 cle/mak/ev 1 DRI

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 27 maart 2006 (29.03) (OR. en) 7813/06 Interinstitutioneel dossier: 2006/0037 (CNS)

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 20 mei 2014 (OR. en) 10071/14 Interinstitutioneel dossier: 2014/0134 (NLE) AVIATION 120 COEST 175 NIS 27 RELEX 437

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument COM(2005) 526 definitief.

PUBLIC. Brussel, 8 oktober 2009 (08.10) (OR. en) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE 14149/09 LIMITE ENV 649 ENT 183

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 31 augustus 2005 (02.09) (OR. fr) 11843/05 FISC 96

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Raad van de Europese Unie Brussel, 18 augustus 2016 (OR. en)

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Raad van de Europese Unie Brussel, 9 juni 2017 (OR. en)

Jaarverslag. Commissie dierlijke bijproducten (CoABP) 2009

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 2 september 2008 (10.09) (OR. en) 12600/08 Interinstitutioneel dossier: 2008/0030 (COD) LIMITE

Raad van de Europese Unie Brussel, 19 juli 2017 (OR. en)

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 20 januari 2009 (21.01) (OR. en) 5524/09 SOC 25 COMPET 25

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 9 februari 2010 (10.02) (OR. fr) 6290/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0011 (NLE) HR 8 CORDROGUE 25

Raad van de Europese Unie Brussel, 4 augustus 2017 (OR. en)

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 4 februari 2010 (OR. en) 6056/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0028 (NLE) ANTIDUMPING 8 COMER 16

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 27 januari 2012 (30.01) (OR. en) 5859/12 Interinstitutioneel dossier: 2012/0002 ( LE) FISC 15

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 20 maart 2009 (OR. en) 7850/09 Interinstitutioneel dossier: 2009/0041 (C S) PECHE 74

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 13 oktober 2008 (14.10) (OR. en) 14183/08 ADD 2. Interinstitutioneel dossier: 2008/0196 (COD)

14722/16 eer/rts/sl 1 DG G 2B

VERORDENINGEN. (Voor de EER relevante tekst)

ONTWERPADVIES. NL In verscheidenheid verenigd NL 2013/0433(COD) van de Commissie internationale handel

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 20 juni 2014 (OR. en) 11190/14 Interinstitutioneel dossier: 2014/0188 (NLE) AVIATION 137 ISR 2

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Hierbij gaat voor de delegaties document C(2015) 4394 final. Bijlage: C(2015) 4394 final /15 hh DGG 3A. Raad van de Europese Unie

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

WERKDOCUMENT VAN DE DIENSTEN VAN DE COMMISSIE SAMENVATTING VAN DE EFFECTBEOORDELING. bij

Raad van de Europese Unie Brussel, 9 januari 2017 (OR. en)

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 24 maart 2010 (OR. en) 7934/10 ECOFIN 182 UEM 86

15537/02 jg 1 DG B I

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Raad van de Europese Unie Brussel, 7 juli 2016 (OR. en)

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Raad van de Europese Unie Brussel, 20 oktober 2014 (OR. en)

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 12 maart 2002 (13.03) (OR. fr) 7122/02 Interinstitutioneel dossier: 2002/0056 (ACC) PECOS 68 PECHE 61

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 17 mei 2010 (18.05) (OR. en) 9846/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0123 (NLE) EEE 18 BUDGET 30 MI 149

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 24 juni 2011 (29.06) (OR. en) 12099/11 ADD 2 DENLEG 98 AGRI 480 SAN 137 CODEC 1108

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 19 november 2012 (21.11) (OR. en) 16449/12 AGRILEG 170

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 11 juni 2012 (12.06) (OR. en) 11197/12 Interinstitutioneel dossier: 2012/0145 (COD)

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 6 april 2005 (07.04) (OR. fr) 7843/05 FISC 38

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument SEC(2009) 918 definitief.

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument SEC(2008) 2170

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 27 maart 2012 (28.03) (OR. en) 8173/12 Interinstitutioneel dossier: 2012/0056 ( LE)

Raad van de Europese Unie Brussel, 2 maart 2015 (OR. en)

VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Brussel, 1 augustus 2012 (OR. en) RAAD VA DE EUROPESE U IE /12 Interinstitutioneel dossier: 2011/0297 (COD)

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

PUBLIC RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 5 juni 2008 (23.06) (OR. fr) 10285/08 ADD 2 LIMITE JURI FO 45 JAI 305 JUSTCIV 119 COPE 118 CRIMORG 87

Raad van de Europese Unie Brussel, 20 februari 2018 (OR. en)

Publicatieblad van de Europese Unie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 23 februari 2009 (24.02) (OR. en) 6700/09 ADD 2. Interinstitutioneel dossier: 2009/0027 (COD) ASILE 5 CODEC 212

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 13 september 2007 (17.09) (OR. en) 12907/07 Interinstitutioneel dossier: 2007/0181 (CNS)

VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 23 september 2009 (24.09) (OR. en) 13632/09 PECHE 231

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN WERKDOCUMENT VAN DE DIENSTEN VAN DE COMMISSIE. Begeleidend Document. bij het Voorstel voor een

Transcriptie:

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 12 juni 2008 (13.06) (OR. fr) Interinstitutioneel dossier: 2008/0110 (COD) 10637/08 ADD 2 AGRILEG 104 CODEC 769 INGEKOMEN DOCUMENT van: de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie ingekomen: 11 juni 2008 aan: de heer Javier SOLANA, secretaris-generaal/hoge vertegenwoordiger Betreft: WERKDOCUMENT VAN DE DIENSTEN VAN DE COMMISSIE Begeleidend document bij het ontwerpvoorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van gezondheidsvoorschriften inzake niet voor menselijke consumptie bestemde dierlijke bijproducten (Verordening dierlijke bijproducten) SAMENVATTING VAN DE EFFECTBEOORDELING Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument SEC(2008) 1995. Bijlage: SEC(2008) 1995 10637/08 ADD 2 lv DG B I NL

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 10.6.2008 SEC(2008) 1995 WERKDOCUMENT VAN DE DIENSTEN VAN DE COMMISSIE Begeleidend document bij het ontwerpvoorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van gezondheidsvoorschriften inzake niet voor menselijke consumptie bestemde dierlijke bijproducten (Verordening dierlijke bijproducten) SAMENVATTING VAN DE EFFECTBEOORDELING {COM(2008) 345 definitief} {SEC(2008) 1994} NL NL

WERKDOCUMENT VAN DE DIENSTEN VAN DE COMMISSIE Begeleidend document bij het ontwerpvoorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van gezondheidsvoorschriften inzake niet voor menselijke consumptie bestemde dierlijke bijproducten (Verordening dierlijke bijproducten) SAMENVATTING VAN DE EFFECTBEOORDELING 1. BELEIDSCONTEXT EN RAADPLEGING VAN BELANGHEBBENDE PARTIJEN Dit voorstel maakt deel uit van de agendaplanning en het werkprogramma van de Commissie (referentie 2005/SANCO/058). Naar aanleiding van een aantal crises (TSE, dioxine, klassieke varkenspest en monden-klauwzeer) in verband met producten van dierlijke oorsprong die een gevaar voor de volksgezondheid en de diergezondheid vormden, heeft de Gemeenschap een reeks maatregelen vastgesteld om de volksgezondheid en de diergezondheid "van boer tot bord" te beschermen. Een van deze wetsbesluiten inzake diergezondheid en volksgezondheid is Verordening (EG) nr. 1774/2002 tot vaststelling van gezondheidsvoorschriften inzake niet voor menselijke consumptie bestemde dierlijke bijproducten 1, waarbij 19 bestaande besluiten geconsolideerd, vereenvoudigd en vervangen zijn. Voorts zijn bij die verordening strengere voorschriften ingevoerd voor de erkenning van bepaalde bedrijven, de kanalisatie en traceerbaarheid van bepaalde producten en de toepassing van een reeks verwerkingsparameters voor strikt op risico gebaseerde categorieën dierlijke bijproducten, teneinde te garanderen dat eindproducten voor vervoedering of technische doeleinden veilig zijn. Sinds de inwerkingtreding van de verordening heeft de Commissie doorlopend met de stakeholders gecommuniceerd en overlegd om na te gaan of er zich op bepaalde punten of gebieden problemen voordoen (zie bijlagen I en II). Voorts heeft het Voedsel- en Veterinair Bureau inspecties verricht om toezicht te houden op de tenuitvoerlegging van de voorschriften inzake dierlijke bijproducten door de bevoegde autoriteiten van de lidstaten. Op basis van de door de lidstaten verstrekte informatie en de resultaten van de inspecties van het VVB heeft de Commissie op 24 oktober bij het Europees Parlement en de Raad een verslag (COM(2005) 521) ingediend over de ervaring die de 25 lidstaten hebben opgedaan met de uitvoering van de verordening. Om gegevens te verzamelen over de mogelijke effecten van dit initiatief op de administratieve lasten, is voorts een algemene raadpleging via internet gehouden en is een vragenlijst over de administratieve kosten gestuurd aan de bevoegde autoriteiten, de betrokken bedrijven en de stakeholders, waaronder derde landen. Om de werkzaamheden te stroomlijnen en een gespecialiseerde bijdrage aan de effectbeoordeling te kunnen leveren, is een interdepartementale stuurgroep met 1 PB L 273 van 10.10.2002, blz. 1. NL 2 NL

vertegenwoordigers van verscheidene directoraten-generaal opgericht. De stuurgroep is tijdens de opstelling van de effectbeoordeling driemaal bijeengekomen. De wetgeving functioneert goed en beantwoordt over het algemeen aan de doelstellingen. Bij de raadplegingen is echter gewezen op gebieden waarop wijzigingen moeten worden overwogen om de huidige wetgeving te actualiseren, meer rechtszekerheid te bieden, de wetgeving te vereenvoudigen en de administratieve lasten te verminderen. Met name is gebleken dat bepaalde kwesties moeten worden verduidelijkt en dat enige flexibiliteit nodig is om rekening te houden met nieuwe wetenschappelijke kennis over de risico's die met de mogelijke toepassingen van dierlijke bijproducten samenhangen. Daarom wordt een herziening overwogen. Deze brengt echter geen veranderingen met zich in de basisbeginselen en de structuur van de voorschriften voor het gebruik, de verwerking, de verwijdering, de traceerbaarheid en de kanalisatie van dierlijke bijproducten in de EU. Er moeten verscheidene kwesties worden aangepakt, maar deze effectbeoordeling is vooral gericht op de volgende gebieden, die belangrijke effecten met zich kunnen brengen: het toepassingsgebied van de verordening is onvoldoende duidelijk. Met name is het niet duidelijk wanneer producten niet langer als dierlijke bijproducten worden beschouwd en dus niet langer onder de verordening vallen, en of dierlijke bijproducten van vrij wild onder de verordening vallen; de indeling van dierlijke bijproducten in categorieën staat niet altijd in verhouding tot het risico dat zij inhouden; sommige bedrijven die onder deze verordening vallen, moeten tweemaal erkend worden (overeenkomstig de wetgeving inzake dierlijke bijproducten en overeenkomstig wetgeving inzake andere sectoren); in de huidige verordening komen een aantal belangrijke kwesties in verband met afwijkingen niet aan bod (bv. het belang van dierlijke bijproducten voor onderzoek, natuurrampen). 2. ALGEMENE DOELSTELLINGEN De algemene doelstellingen van dit initiatief zijn dezelfde als die van de huidige wetgeving, namelijk de gezondheid van mens en dier beschermen, de voedselveiligheid garanderen, het vertrouwen van de consument in de veiligheid van de voedsel- en voederketen versterken, de interne markt goed helpen functioneren en het concurrentievermogen van de betrokken sectoren in de EU versterken. 3. OPERATIONELE DOELSTELLINGEN De specifieke doelstellingen zijn: de verordening inzake dierlijke bijproducten herzien om het regelgevingskader aan te passen aan de risico's die dierlijke bijproducten met zich brengen, meer juridische duidelijkheid scheppen en de voorschriften aanpassen aan de wetenschappelijke en technische vooruitgang. NL 3 NL

Om deze specifieke doelstellingen te verwezenlijken, zijn voor de volgende problemen de volgende operationele doelstellingen vastgesteld: wat het toepassingsgebied betreft: het regelgevingskader aanpassen aan de risico's van dierlijke bijproducten door vast te stellen op welke verwerkte producten de voorschriften van toepassing zijn, teneinde lacunes of overlapping in de wetgeving te voorkomen en het vertrouwen van de consument te versterken; wat de indeling van nieuwe producten betreft: het regelgevingskader aanpassen aan de risico's van nieuwe dierlijke bijproducten en meer juridische duidelijkheid scheppen; wat meer duidelijkheid over erkenning, registratie en controles betreft: meer juridische duidelijkheid scheppen en onnodige lasten voorkomen; wat meer duidelijkheid over afwijkingen betreft: het regelgevingskader aanpassen aan de risico's van dierlijke bijproducten en bijdragen aan de wetenschappelijke vooruitgang inzake de invoer van dierlijke bijproducten. Het doel van dit initiatief sluit aan bij de strategische doelstellingen van de Commissie en de beginselen van betere regelgeving, namelijk de maatregelen beter, doelmatiger en doeltreffender maken en onnodige lasten voor het bedrijfsleven voorkomen voor zover dit de bescherming van de volksgezondheid en de diergezondheid en de voedselveiligheid niet in het gedrang brengt. 4. OVERWOGEN MOGELIJKHEDEN Om de problemen aan te pakken die tijdens het proces naar voren zijn gekomen, zijn diverse opties overwogen, met uitzondering van deregulering, aangezien de huidige wetgeving een doeltreffend instrument is gebleken om een hoog niveau van bescherming tegen risico's voor de volksgezondheid en de diergezondheid te bieden. Bij de effectbeoordeling zijn de sociale, economische en milieueffecten van alle opties onderzocht. Aangezien de vragenlijst slechts weinig gegevens heeft opgeleverd (zie punt 6), ging het vooral om een kwalitatieve analyse. Hoewel het niet mogelijk was het standaardkostenmodel te gebruiken, zijn voor sommige beleidsopties de administratieve kosten geraamd voor zover de beschikbare gegevens daarvoor konden worden gebruikt. De verrichte analyses kunnen als volgt worden samengevat: de optie "niets veranderen", dat wil zeggen de huidige situatie behouden wat alle kwestie betreft, werd niet passend geacht omdat dit geen oplossing zou bieden voor de huidige problemen met het niveau van bescherming van de volksgezondheid en de diergezondheid, concurrentieverstoring en het functioneren van de interne markt; voor de verduidelijking van het toepassingsgebied van de verordening werden ook niet-regelgevende of "zachte" regelgevende instrumenten overwogen; voor de overige kwesties werden deze instrumenten niet passend geacht. Uit de NL 4 NL

resultaten van de effectbeoordeling werd geconcludeerd dat niet-regelgevende instrumenten geen oplossing zouden bieden voor het probleem van de rechtsonzekerheid over het toepassingsgebied van de verordening; uiteindelijk werd een herziening van de bestaande verordening overwogen. 5. CONCLUSIE De algemene conclusie van de effectbeoordeling was dat de beste optie om de bij de evaluatie vastgestelde problemen aan te pakken, een herziening van de bestaande verordening is. Deze herziening zou een oplossing bieden voor de problemen met de interpretatie van het toepassingsgebied van de verordening en daarmee samenhangende problemen zoals concurrentieverstoring en ongelijke niveaus van bescherming tegen risico's voor de volksgezondheid en de diergezondheid. Voorts wordt voorzien in een meer op risico's gebaseerde indeling van dierlijke bijproducten, worden de afwijkingen verduidelijkt en worden de administratieve lasten verlaagd doordat bepaalde soorten bedrijven niet langer tweemaal erkend hoeven te worden. NL 5 NL