Les 1 E De westerse samenleving Over oude en van ca. 1000 tot ca. 1250 nieuwe dingen Les 2 Les 12 Les 13 B De westerse samenleving Les 14

Vergelijkbare documenten
Examen Geschiedenis. Geef de 7 tijdsvakken: Mintiens Quintin

een zee Volksverhuizingen Het Romeinse Rijk is heel rijk. Veel volkeren willen een deel van die rijkdom.

Karel de Grote Koning van het Frankische Rijk

Tijd van monniken en ridders ( ) 3.1 Leenheren en leenmannen ( ) ( ) Plundering Rome door Alarik in 410, tekening uit de 20 e eeuw

Tijd van monniken en ridders ( ) 3.1 Leenheren en leenmannen ( ) ( ) Plundering Rome door Alarik in 410, tekening uit de 20 e eeuw

Toetsvragen Geschiedenis Toelatingstoets Pabo. Tijdvak 3 Toetsvragen

5,1. Samenvatting door Anoniem 686 woorden 2 maart keer beoordeeld. Geschiedenis. Hoofdstuk 3 De tijd van monniken en ridders.

Het Frankische rijk. Bedreigd door de islam. Monniken en Ridders

Verspreiding christendom vmbo12

TIJD VAN MONNIKEN EN RIDDERS. 732: Karel Martel verslaat de Arabieren bij Poitiers

Naam: VAN WILLIBRORD tot Statenbijbel

Verspreiding christendom vmbo12

Thors eik, die naam kennen we hier in de omgeving. Thors eik, dat werd zo n 1400 jaar geleden iets anders geschreven. Thornspiic oftewel Doornspijk

De klassieke tijdlijn

Tijd van monniken en ridders ( n. Chr.) 3.3 Christendom in Europa. De verspreiding van het christendom in geheel Europa.

Dagboek Sebastiaan Matte

Kaart op het einde van het Romeinse Rijk

Karel de Grote en het feodale stelsel. Rilana Kuiters. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Romeinen. Romeinen. Germanen

JEZUS DE GEWELDIGE LERAAR

Ontdekking. Dorestad teruggevonden

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 3

EEN PRINS WORDT EEN HERDER

Het Rijk wordt in tweeën gesplitst om de volgende reden, waardoor het verval intrad:

Info plus Het leenstelsel

1 Belangrijk in deze periode

Brandaan. Geschiedenis WERKBOEK

Limburg tussen staf en troon 1000 jaar graafschap Loon. les 1: Wie waren de graven van Loon

Landenspel. Duur: 30 minuten. Wat doet u?

1 Monnikenwerk KLOOSTER MONNIKEN. Jorik is bang dat hij straf krijgt van de broeder, omdat hij een appel van het klooster wilde stelen.

Onderzoeksvraag; welke motieven leidden in de middeleeuwen tot de kruistochten?

God verlost Israël van de Amalekieten.

Bijbel voor Kinderen presenteert DE WIJZE KONING SALOMO

De gelijkenis van de twee zonen. Eerst lezen Daarna volgen er vragen en opdrachten

DE STANDENMAATSCHAPPIJ

Het christendom. : *nog een hoofdstad *de christenen werden belangrijker in Europa *het kloosterleven *begrippen

Samenvatting geschiedenistoets hoofdstuk 6: Een tijd van revoluties

De Romeinen. Wie waren de Romeinen?

DE WIJZE KONING SALOMO

Jagers & boeren Waarvan leefden de jagers-verzamelaars? Jagers & boeren Waarvan leefden de boeren? Van de jacht en van vruchten en planten

Voorwoord. Rome en de Romeinen

Tijdwijzer. Het begin. Voor en na Christus

Filippenzen 1. Begin van de brief

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 5 De Romeinen

Naam: FLORIS DE VIJFDE

In het oude Rome De stad Rome

Maar hij ziet niemand. Ik zal het wel gedroomd hebben, denkt hij dan. Hij gaat weer liggen en slaapt verder.

Tijd van Grieken en Romeinen. 2.4 De late oudheid. Romeinen. Romeinen. 1. Invallen door Germaanse stammen

zondagmorgen 14 november 2010 Welkomkerk ds. W.H. Hendriks-Vogelaar

verzoeking = verleiden om verkeerde dingen te doen dewijl = omdat wederstand doen = tegenstand bieden de overhand behouden= de overwinning behalen

Feodalisme hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Een weg door de geestelijke stromingen vragenlijst voor het Christendom. Naam:

EEN PAAR BELANGRIJKE VRAGEN

> Kijk naar afbeelding 1.

TIJDLIJN VAN DE MIDDELEEUWEN TIJDLIJN

LES 2. De reus en de steen. Sabbat

Bijbel voor Kinderen. presenteert JONA EN DE GROTE VIS

Uiteenzetting Geschiedenis Aantekeningen Hoofdstuk 3

Iiturgie voor de -12 jeugddienst van zondagmorgen 28 Juni in de Westerkerk te Veenendaal

Een nieuwe manier van bouwen

Verhaal: Jozef en Maria

Vraag 96 : Wat eist God in het tweede gebod?

Mensen en Regels. Hoofdstuk 1B5

GODS GEZIN. Studielessen voor 4-7 jarigen

Zondag 12 april 2015 is er om 15 uur een aangepaste gezinsdienst in de Opstandingskerk te Terneuzen. Voorganger: de heer G.A. Slabbekoorn uit Goes

HC zd. 22 nr. 32. dia 1

Tijd van monniken en ridders ( ) 3.2 Hofstelsel en horigen. ( )

100 jaar geleden. t Is Oorlog! Een lesmap voor het vierde, vijfde en zesde leerjaar, door juffrouw Anita en de papa van Anna.

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 3, De Romeinse Erfenis

Gehele lied 2x zingen 1. We zijn hier bij elkaar om de Koning te ontmoeten. We zijn hier bij elkaar om te eren onze Heer.

Introductie. De val van het Romeinse Rijk 2.1

Tijd van Grieken en Romeinen. Romeinen. Romeinen. 1. Invallen door Germaanse stammen

Naam: DE BEELDENSTORM Ketters Luther en Calvijn

ONLINE BIJBELSTUDIE VOOR JONGEREN

1. Zet de onderstaande gebeurtenissen in de juiste chronologische volgorde. Noteer alleen de letters.

Op weg met Jezus. eerste communieproject. Hoofdstuk 5 Bidden. H. Theobaldusparochie, Overloon

Christendom in europa hv123

> Lees Volken op de vlucht!

Tijd van Grieken en Romeinen. Romeinen. Romeinen. 1. Invallen door Germaanse stammen

Middeleeuwen. door: Joshua Murray Vogelenzang groep

JOZUA WORDT DE NIEUWE LEIDER

germaans volk), een sterke Franse groepering. Ze verkochten haar aan de Engelsen die haar beschuldigden van ketterij (het niet-geloven van de kerk).

weetje weetje weetje weetje weetje weetje weetje

Verslag Geschiedenis Tijdvakkendossier tijdvak 2: tijd van Grieken en Romeinen

KONING DAVID (DEEL 1)

EEN PRINS WORDT EEN HERDER

DE WONDEREN VAN JEZUS

Paragraaf 1 t/m 13 6/7 en 11 minder belangrijk. Hoofdstuk 3: De Middeleeuwen

Waarom was het noodzakelijk dat Jezus stierf?

Werkstuk Geschiedenis Frankrijk in de tijd van het absolutisme

1. Zet de onderstaande gebeurtenissen in de juiste chronologische volgorde. Noteer alleen de letters.

Inhoud. Thema 5.1 Jagers en boeren 3. Thema 5.2 Grieken en Romeinen 6. Thema 5.3 Monniken en ridders 9. Thema 5.4 Steden en staten 12.

Geloven in Jezus Christus

DENDERMONDE IN DE MEROVINGISCHE LEERLINGENBUNDEL STEDELIJKE MUSEA DENDERMONDE PERIODE (5DE TOT EN MET DE 8STE EEUW)

Bijbelteksten Feest van Genade

GROTE-LIJN-OVERZICHT VAN TIJDVAKKEN BEHANDELD IN LEERJAAR 1

Geschiedenis kwartet Tijd van jagers en boeren

Datum: Ons koningshuis. 1. Hoe heet onze huidige koning? 3. Hij volgde zijn broer na diens dood op. Hoe heette hij?

Latijn en Grieks in de 21ste eeuw

Formulier om de christelijke doop te bedienen aan de kinderen van de gelovigen (1)

Transcriptie:

INHOUD Les 1 Inleiding 4 A Les 2 B Les 3 Les 4 Les 5 Les 6 Over oude en nieuwe dingen Even je geheugen opfrissen De westerse samenleving tot ca. 750 De val van het West-Romeinse Rijk Het begin van een nieuwe samenleving Het Romeinse Rijk houdt stand in het Oosten De Merovingers De Vikingen De samenleving van de Vikingen VERHAAL: Doopsel Dirk Bracke C Les 7 Les 8 Les 9 Overzicht C De westerse samenleving van ca. 750 tot ca. 1000 Het Karolingische Rijk Raadsels rond Karel de Grote Karel de Grote De standensamenleving E Les 12 Les 13 Les 14 De westerse samenleving van ca. 1000 tot ca. 1250 De feodaliteit De opkomst van de steden De kruistochten VERHAAL: De lans Dirk Bracke F Les 15 Les 16 Les 17 Les 18 De Albigenzen of de katharen De kathaarse burchten De westerse samenleving van ca. 1250 tot ca. 1450 De bloei van de steden Romaans en Gotisch Conques Vorsten en macht Het tapijt van Bayeux De Nederlanden VERHAAL: De lijkenrover Dirk Bracke Les 19 Overzicht E + F De Guldensporenslag Beroemde en beruchte middeleeuwers Herhalingsoefeningen en synthese D Les 10 Les 11 Niet-westerse samenlevingen De wereld van de islam De islam China en de Mongolen G Je weg vinden in het verleden Woordenlijst Mijn persoonlijk woordenboek Inhoud 3

6 Merovingers cultureel socio-economisch politiek Je weet uit les 3 dat Germaanse stammen steeds grotere stukken van het West-Romeinse Rijk bezetten. Van alle Germaanse stammen slagen vooral de Franken erin om een nieuw rijk te stichten. De leider van de Merovingers, een belangrijke Frankische familie, wordt koning van alle Franken. Wie zijn die Franken? Hoe verwerven de Merovingers de koningskroon? Wat zijn de belangrijkste kenmerken van het Merovingische Rijk? 1 Een eerste kennismaking met de Franken D E F R a n k e n - Op welke voorwaarde worden er vanaf de vierde eeuw Franken in het West- Romeinse Rijk toegelaten? 480 Merovingers 751 karo- Lingers Oorspronkelijk bestaan de Franken uit een verzameling Germaanse stammen die langs de Rijn wonen. Ze houden vanaf de derde eeuw plundertochten in het Romeinse Rijk. Sommige Franken worden daarbij gevangengenomen. Ze krijgen hun vrijheid terug als ze dienst nemen in het Romeinse leger of als zij in dunbevolkte gebieden de landbouwgronden bewerken. In de vierde eeuw mogen volledige Frankische stammen zich in de West-Romeinse provincie Belgica vestigen. Die Franken moeten een deel van de Romeinse grens helpen verdedigen tegen andere stammen. Al heel vlug breiden ze hun eigen grondgebied uit. In de vijfde eeuw controleren de Franken zowel Noord-Gallië als het Rijnland. Opdracht 1 - Vanaf welke eeuw bevinden er zich Franken in het West-Romeinse Rijk? 900 1000 - Onderstreep in de tekst de gebieden die de Franken in de vijfde eeuw controleren. B De westerse samenleving tot ca. 750 33

2 De Merovingers stichten het Frankische koninkrijk De Franken vormen aanvankelijk geen echte eenheid. Het Frankische gebied bestaat uit verschillende koninkrijkjes, die elk bestuurd worden door een familie- of een stamhoofd. Chlodovech (ca. 481 - ca. 511), het hoofd van de familie van de Merovingers, verovert een steeds groter gebied en schakelt alle andere Frankische koningen uit. Zijn zonen zetten de veroveringen verder. De Merovingers controleren uiteindelijk heel Gallië en het Rijnland. Dat gebied wordt het Frankische koninkrijk. Vanaf de 6e eeuw beschouwt men alle inwoners van het Frankische Rijk, ongeacht hun taal of afkomst, als Franken. De koningstitel wordt via erfenis doorgegeven van vader op zoon. We noemen dat een erfelijk koningschap. Bij de Merovingers erven alle zonen van hun vader. Het koninkrijk wordt daardoor soms in stukken opgedeeld. Soms slaagt een Merovingische koning er via oorlog en erfenis in het volledige koninkrijk terug onder zijn gezag te krijgen. Opdracht 2 a Een tekening uit de 14e eeuw b De troepen van Chlodovech plunderen tijdens hun veldtochten ook kerken. Op een keer maken zij zo een mooie grote schaal buit. De bisschop van de beroofde kerk vraagt aan Chlodovech de schaal terug. Bij het verdelen van de buit verzoekt de Frankische aanvoerder zijn mannen om hem de schaal te geven bovenop zijn gewone aandeel in de krijgsbuit. De meesten gaan akkoord en juichen hem toe. Eén soldaat schiet echter naar voren en slaat de schaal stuk. Terwijl hij dat doet, roept hij: Gij zult niet meer dan je rechtmatig deel ontvangen! Chlodovech bewaart zijn kalmte en zendt de brokstukken naar de bisschop. Later op het jaar houdt hij een wapeninspectie. Hij keurt de bijl van de betrokken soldaat af en smijt het wapen op de grond. Terwijl de man het wapen opraapt, splijt Chlodovech diens schedel met een bijl onder de uitroep: Dat is wat jij met de schaal deed in Soissons. Bewerking van Gregorius Van Tours, Geschiedenis van de Franken Gregorius Florentius, bisschop van Tours (594), behoort tot een voorname Gallo-Romeinse familie en schrijft enkel over grote mannen. Gregorius baseert zich zowel op persoonlijke ervaringen en bronnen als op geruchten en roddels. - Vergelijk het verhaal met de miniatuur uit de 14e eeuw. Wat klopt er niet? TIP Let op de wapens. - Deze tekst van Gregorius van Tours is subjectief. Zoek daarvoor twee bewijzen. 34 LES 6 De Merovingers

3 De Franken bekeren zich tot het christendom De Germaanse stammen aanbidden aanvankelijk verschillende goden. De christelijke Kerk aanbidt slechts één God (monotheïsme). Zij stuurt geestelijken, missionarissen genoemd, naar de Germanen. Ze proberen de Germaanse stammen te christianiseren (tot het christendom te bekeren). Geleidelijk lukt dat. Ook koning Chlodovech bekeert zich. De christelijke Kerk behoudt veel van de Romeinse gebruiken: het Latijn blijft bijvoorbeeld in het Westen de taal van de Kerk. Ze gebruikt ook het schrift om belangrijke beslissingen, gebeurtenissen en ideeën op te schrijven. De Frankische koningen maken dankbaar gebruik van geestelijken om een deel van hun wetten te laten opschrijven. Bisschoppen en abten zijn ook belangrijke raadgevers. In de derde eeuw ontstaan in het Romeinse Rijk de eerste kloosters. Verschillende geestelijken leven er samen. Het aantal kloosters breidt zich verder uit. Het Frankische Rijk telt zo honderden abdijen, georganiseerd volgens bepaalde leefregels. In de achtste eeuw beslist de Frankische koning dat ze de regel van Benedictus moeten volgen. Opdracht 3 De kloosterregel van Benedictus De abt moet (...) beseffen welke een zware en moeilijke taak op hem rust om zielen te leiden (...) Hij moet zich zo aan iedereen aanpassen naargelang hun geaardheid en begrip (...) Niemand heeft iets in eigendom. Een broeder kan volstrekt niets als zijn eigendom beschouwen (...) Ledigheid is de vijand van de ziel: daarom moeten broeders op bepaalde uren bezig zijn met handenarbeid, op andere uren met gewijde lezing (...) Niet alleen moeten allen de abt gehoorzamen, maar ook luisteren naar elkaar. Fragmenten uit de kloosterregel van Benedictus Benedictus van Nursia (480-547) leeft oorspronkelijk als kluizenaar, maar leidt later een Italiaans klooster. Voor dat klooster schrijft hij een regel die uitblinkt in eenvoud en gematigdheid. - Onderstreep in de tekst twee taken die monniken moeten uitvoeren. - Onderstreep met rood een tekstfragment dat bewijst dat Benedictus geen strenge regel heeft opgesteld. Opdracht 4 Lees op blz. 40-41 het verhaal van Dirk Bracke over de doop van Chlodovech. Los daarna deze vragen op. - Tegen wie vechten de Franken? - Welk geloof heeft Clotilde? - Onderstreep met blauw in de tekst de redenen waarom Chlodovech de veldslag wil winnen. - Onderstreep met rood in de tekst twee voordelen die Chlodovech krijgt als hij christen wordt. - Men vecht tijdens een groot deel van de Middeleeuwen te voet. Paarden dienen om krijgers over het slagveld te verplaatsen. Welk historisch foutje staat dan in het verhaal? B De westerse samenleving tot ca. 750 35

4 Gewoonterecht en geschreven recht De rechtspraak gebeurt bij de Franken oorspronkelijk mondeling. Om iemand te veroordelen, baseert men zich op de gewoonten. De meeste gewoonten zijn voor iedereen bekend. Soms rijst er toch discussie over de straf, de overtreding of de bevoegdheid van de rechters. Die vragen dan dikwijls advies aan bejaarden, die zich misschien herinneren hoe dat probleem vroeger werd opgelost. Om meer duidelijkheid te scheppen, begint men de belangrijkste wetten en regelingen toch op te schrijven. Het gewoonterecht blijft echter bestaan. 5 Grootgrondbezit is belangrijk Grondbezit garandeert rijkdom en macht. In het gebied tussen de rivieren de Loire en de Rijn worden een klein aantal heren eigenaar van uitgestrekte domeinen. De domeinen breiden zich uit ten nadele van de kleine boerderijen. De kleine boeren staan hun grond af in ruil voor bescherming of omdat hun opbrengsten te laag zijn. Ze hopen een beter leven te hebben door te werken voor een machtige grondheer. De meeste boeren zijn horigen: in ruil voor een hoeve en de bescherming van de heer moeten ze diensten (o.a. het bewerken van de grond van de heer) en betalingen in natura* leveren. Op een domein wonen ook een aantal ambachtslui (een smid, een timmerman, een pottenbakker enz.). Men streeft naar een zelfvoorzienende of gesloten economie: de opbrengsten van het domein dienen vrijwel hoofdzakelijk voor de eigen behoeften van de bewoners. Uiteraard blijft men voor een aantal goederen (ijzer, zout, wapens enz.) afhankelijk van de buitenwereld. Opdracht 5 - Waar in het Frankische Rijk vind je grote domeinen? Onderstreep het antwoord in de tekst. - Wat garandeert rijkdom en macht? - Wat moet een horige doen in ruil voor een hoeve en bescherming? Onderstreep het antwoord met rood in de tekst. - Bij een gesloten economie haalt men veel goederen van buitenaf. Juist / onjuist? Opdracht 6 Schematische voorstelling van een domein Opmerking: In werkelijkheid liggen de drie delen door elkaar. - Uit welke drie delen bestaat een domein? - Wat is een mansus? - Waaruit bestaat een tenure? - Waar zou de heer van het domein wonen? - Welk van de drie delen wordt niet bewerkt en mag gebruikt worden om hout te sprokkelen en het vee te laten grazen? 36 LES 6 De Merovingers

Opdracht 7 Aangroei van de bevolking in Villance (Luxemburg) Op 22 hoeven elk 4 horige gezinnen = 88 Op 5 hoeven elk 3 horige gezinnen = 15 Op 4 hoeven elk 2 horige gezinnen = 8 Op 3 hoeven elk 1 horig gezin = 3 In totaal 34 hoeven met 114 gezinnen Uit: Slicher Van Bath, De agrarische geschiedenis van West-Europa - Wat besluit je in verband met het aantal bewoners van de meeste hoeven? Wat je na deze les moet kennen en kunnen: KEnnen KUnnen 1 de begrippen zelfvoorzienende economie, erfelijk koningschap, monotheïsme, gewoonterecht en christianiseren uitleggen 2 uitleggen wie de Franken en de Merovingers zijn en ze in de tijd situeren 3 de rol van de christelijke Kerk in het bestuur uitleggen 1 aantonen dat een maker van een document subjectief geweest is 2 een eenvoudig schema met de structuur van een domein tekenen 3 een tekening ontleden 4 vragen bij teksten oplossen 4 de onderdelen van een domein benoemen en uitleggen 5 twee kenmerken van horigheid geven 6 een politiek, socio-economisch en cultureel kenmerk van het Merovingische Rijk geven Al die onderdeeltjes van kennen en kunnen kun je via het onlinelesmateriaal verder inoefenen. Als je denkt dat je een onderdeeltje kent of kunt, dan zet je daar een kruisje voor. B De westerse samenleving tot ca. 750 37

bordschema LES 6: De Merovingers cultureel socio-economisch politiek 1 Een eerste kennismaking met de Franken Wie? verzameling stammen bij de Rijn Geschiedenis: Vanaf 3e eeuw: groepjes Franken als krijgsgevangenen in West-Romeinse Rijk. Vrijheid in ruil voor: dienst in Romeins leger grond bewerken in dunbevolkte gebieden 4e eeuw: volledige Frankische stammen als Romeinse bondgenoten in Belgica 5e eeuw: Franken controleren Noord-Gallië en Rijnland. Geen eenheid Verschillende koninkrijkjes o.l.v. verschillende families 2 De Merovingers stichten het Frankische koninkrijk Wie? Frankische familie Koningen: stamhoofd en krijgsheer Chlodovech: schakelt alle andere Frankische vorsten uit. controleren heel Gallië + Rijnland Gallo-Romeinen en Franken aanvaarden hen als koning. Erfelijk koningschap = de koningstitel via erfenis van vader op zoon. Alle zonen erven. 3 De Franken bekeren zich tot het christendom Germaanse stammen aanbidden verschillende goden. Christelijke Kerk: monotheïsme missionarissen om Germanen te christianiseren Germanen bekeren zich geleidelijk, ook Chlodovech behoudt van veel Romeinse gebruiken: Latijn, schrift 38 LES 6 De Merovingers

Frankische koningen gebruiken geestelijken om deel van hun wetten op te schrijven als raadgevers. Veel kloosters in Frankische Rijk volgen regel van Benedictus. 4 Gewoonterecht en geschreven recht Mondelinge rechtspraak gebaseerd op gewoonten. Discussies belangrijkste wetten en regelingen worden opgeschreven. 5 Grootgrondbezit is belangrijk Grondbezit = rijkdom en macht Uitgestrekte domeinen tussen Loire en Rijn Uitbreiding ten nadele van de kleine boerderijen Meeste boeren zijn horigen: krijgen hoeve + bescherming van de grondheer. leveren diensten en betalingen in natura. Een zelfvoorzienende of gesloten economie opbrengsten dienen grotendeels voor eigen behoeften. Drie delen van een domein: vroonhof, tenures (mansus + grond) en woeste gronden B De westerse samenleving tot ca. 750 39

Verhaal Over Chlodovech, koning van de Franken tussen 481 en 511, en over zijn 5 10 15 20 25 30 35 40 Doopsel Dirk Bracke Het loopt verkeerd, voorspelde Alderik somber. Zijn ogen stonden zorgelijk terwijl ze over alle hoeken van het slagveld schoten. Nog even en de Visigoten lopen over ons heen. Hij trok de leidsels van zijn paard strak omdat het dier nerveus trappelde. Chlodovech streek zwijgend over zijn lange baard. Samen met zijn lange haar was zijn baard een symbool van zijn koningschap. Voor zijn ogen drong een lafbek zich brutaal door de rijen strijdmakkers naar achter. Zijn gezicht was verkrampt van angst. Zodra hij voorbij de achterhoede geraakt was, gooide hij zijn zwaard en schild weg en vluchtte terwijl hij voortdurend schichtig om zich heen keek. Er moet een ruiter achter hem aan om hem te doden! gromde Chlodovech woedend. Meteen stuurde Alderik iemand uit. Chlodovech volgde de ruiter met zijn ogen. De lafaard moest gedood worden. Hij wist dat de man een voorbeeld voor anderen kon zijn. Als hij hem liet lopen, zouden anderen ook hun leven willen redden door te vluchten. In een oogwenk had de ruiter hem ingehaald en hij dreef de lanspunt tussen de schouders van de deserteur. Daar! wees Alderik. Een ruiterafdeling van de Visigoten drong onweerstaanbaar diep door de linies van de Franken. Onafgebroken hakten en boorden zwaarden en lansen zich in schilden, in Frankische lichamen. De Franken werden langzaam achteruit gedrongen. Chlodovech wist dat het gevecht niet lang meer zou duren. Het stormde in zijn hoofd. Zijn vrouw Clotilde wilde al langer dat hij christen zou worden, net zoals zij. Het was een moeilijke keuze. Zijn mannen baden tot de oeroude goden van hun voorouders. Goden die ze meegebracht hadden toen ze over de Rijn trokken om voor de Hunnen te vluchten en in het Romeinse Rijk een beter leven op te bouwen. Het was niet gemakkelijk om die oude, vertrouwde goden op te geven. 45 50 55 60 65 70 75 80 85 bekering tot het christendom. Ook zijn vader had tot de oude goden gebeden. Kon een koning voor een andere god kiezen dan zijn volk? Maar als hij christen werd, zou hij de steun van de bisschoppen krijgen. Het zou het hem veel gemakkelijker maken om de Gallo- Romeinse bevolking achter zich te krijgen. En de steun van hun soldaten kon hij best gebruiken. Omdat zijn vrouw had aangedrongen, had hij twee kinderen laten dopen; een van hen was bijna meteen daarna gestorven. Het had hem sceptisch gemaakt tegenover de God van de christenen. Maar nu Chlodovech maakte zich meer zorgen dan hij liet blijken. Zijn mannen mochten niet zien dat hij nerveus was, dat hij niet meer in de overwinning geloofde. Hij had zoveel te verliezen. Wellicht zou de koning van de Visigoten zijn haar en baard laten afsnijden en hem daarna doden. Dat zou hij ook doen. En zijn Rijk zou door de Visigoten worden ingepalmd. Misschien werden zijn mannen slaaf of werden ze gedwongen om in het leger van Visigoten te vechten. Alles wat zijn vader en hij zo zorgvuldig hadden opgebouwd, zou in deze veldslag verloren gaan. Kijk! zei Alderik ongerust. Stap voor stap weken de Franken onder de zwaarden en de lansen. Terugtrekken vooraleer we allemaal sterven? Chlodovech klemde zijn tanden op elkaar, zodat zijn kaakspieren gespannen stonden. Hij moest iets doen! Zijn goden hielpen hem niet. Als nu God van Clotilde, dacht hij. Als je me de overwinning geeft, laat ik me dopen. Hij trok zijn zwaard. Vecht met me mee! Maak ze af! schreeuwde hij terwijl hij zijn paard vooruitdreef. Zijn mannen keken op. Er lag opluchting op hun gezicht toen ze hun koning naar de voorlinie zagen stormen. Chlodovech hakte op een Visigoot in, zodat die van zijn paard stortte. Onweerstaanbaar vocht hij zich in de richting van hun aanvoerder. Jullie laten jullie koning toch niet alleen vechten! riep Alderik, die hem gevolgd was. 40 Doopsel - Dirk Bracke

90 95 100 105 110 115 120 125 130 Schreeuwend van enthousiasme renden ze achter hem aan en sloegen als bezeten op de Visigoten in. Op deze dag had Clotilde lang gewacht. Ze rilde even. Het was fris in de kathedraal van Reims. Toch rilde ze niet enkel van de kilte, maar vooral van opwinding, omdat ze uiteindelijk haar man had kunnen overhalen om zich te laten dopen. Het leven van een Bourgondische prinses was moeilijk. Ze was nog bijna een kind toen ze werd uitgehuwelijkt aan een heiden. Niet dat ze veel liefde verwachtte, maar met haar man viel best te leven. Natuurlijk was hij veel op tocht om zijn gebied uit te breiden. En hij was ook vaak van huis weg om zijn koninkrijk te organiseren. Het was niet altijd eenvoudig om de Franken en de vroegere bewoners van Gallië samen te laten leven. Hoewel al heel wat generaties Franken in Gallië woonden, was er toch een verschil in cultuur, godsdienst, gewoonten En waren er soms wrijvingen. Veel Franken hadden met de Romeinen meegevochten, maar toch werd dikwijls op de Franken neergekeken. Bovendien woonden de Gallo- Romeinen vooral in de steden, de Germanen op het platteland. Veel Galliërs beschouwden de Franken nog als heidenen en barbaren. Maar met de doop van haar man zouden de twee groepen dichter bij elkaar komen. Het geloof in dezelfde God zou een bindmiddel zijn. Ze was verstandig genoeg om te weten dat hij zich vooral voor de steun van de bisschoppen liet dopen. Maar het was een eerste stap. Door zijn doopsel zal ik later samen met mijn man in het hiernamaals zijn, fluisterde ze tegen Adagonda. De vrouw die naast haar stond, was de vertrouwelinge van Clotilde. Ze wist hoeveel moeite haar meesteres had moeten doen om haar man naar de zachtaardige bisschop Remigius te laten luisteren, om hem in het nieuwe geloof in te laten wijden. Natuurlijk had Remigius hem ook al terloops verteld dat de bisschoppen ervoor 135 140 145 150 155 160 165 170 konden zorgen dat de Gallo-Romeinen hem zouden steunen in zijn oorlogen. Het moet voor hem niet gemakkelijk geweest zijn om zijn oude goden achter zich te laten, zei Adagonda. Nee. Vooral omdat hij bang was dat hij het vertrouwen van zijn soldaten zou verliezen. Ze keek over haar schouder. Niet alleen waren er veel Gallo-Romeinse bisschoppen naar de kathedraal gekomen, maar belangrijker was dat achter Chlodovech een hele rij halfnaakte mannen wachtte. Drieduizend van zijn soldaten droegen net als hij enkel een lendendoek, ook zij zouden zich laten dopen. Clotilde besefte dat het een begin was. Net zoals haar man een voorbeeld was, zouden die gedoopte soldaten ook weer een voorbeeld zijn. Anderen zouden zich gewillig in het heilige water laten onderdompelen. Uiteindelijk zou het hele Rijk voor Christus zijn. Ze voelde zich fier dat ze daar samen met bisschop Remigius voor had gezorgd. Met zijn staf in de hand liep bisschop Remigius langzaam naar de stenen kuip. Clotilde glimlachte toen ze aan de bisschop dacht. Er ging een verhaal dat hij ooit een blinde kluizenaar het zicht had teruggegeven. De kluizenaar was erbij toen de moeder van Remigius hem zoogde. Er kleefde wat moedermelk aan het vingertje van de boreling toen hij toevallig de ogen van de kluizenaar aanraakte. Een zuigeling die een mirakel verrichtte! Het was duidelijk dat Remigius een uitverkorene van God was. Hij zou vast een heilige worden. En een beetje van die glorie straalde af op haar. En nu verricht hij weer een mirakel, dacht Clotilde toen de bisschop met zijn ogen haar man wenkte. Chlodovech liet zich in de kuip zakken. Buig uw hoofd, fiere Sikamber, vereer vanaf nu wat je hebt verbrand en verbrandt wat je hebt vereerd. Met zijn hand duwde de bisschop zacht het hoofd van de koning onder het water. Ik doop je in de naam van Eindelijk, fluisterde Clotilde in zichzelf. Je kunt het verhaal ook beluisteren via het onlinelesmateriaal. B De westerse samenleving tot ca. 750 41

C 7 De westerse samenleving van ca. 750 tot ca. 1000 Het Karolingische Rijk cultureel socio-economisch politiek De Merovingers regeren meer dan 250 jaar over het Frankische Rijk. Ze verliezen echter de macht aan een andere familie: de Karolingers. Die maken van het Frankische koninkrijk de belangrijkste politieke macht in West-Europa. Hoe komen de Karolingers aan de macht? Op welke wijze besturen zij hun rijk? Wanneer verdwijnt het Karolingische Rijk? 1 De Karolingers komen aan de macht D E F R a n k e n 480 Merovingers 751 karo- Lingers 900 1000 De macht van de Merovingische koningen begint vanaf de 7e eeuw af te nemen: de koningen organiseren nog maar zelden veroveringstochten en verwerven geen prestige meer op het slagveld. Zij verarmen doordat ze medewerkers voor hun trouw belonen met landerijen en andere rijkdommen. Na verloop van tijd besturen rijke hofmeiers de vorstendommen in plaats van de koningen. Een hofmeier is oorspronkelijk een soort beheerder van de koninklijke bezittingen. In 751 verwerft een familie van hofmeiers, de Karolingers, de troon. De paus steunt hen in ruil voor hulp tegen de Langobarden, een Germaans volk dat Noord-Italië verovert. De Karolingers versterken het koninklijke gezag en breiden het Frankische Rijk verder uit. In 800 wordt de Karolinger Karel de Grote door de paus tot keizer gekroond. Het Frankische Rijk wordt daarmee de politieke erfgenaam van het West-Romeinse Rijk. Opdracht 1 - Omcirkel telkens het juiste antwoord. - De Merovingische macht begint in de 5e eeuw / 6e eeuw / 7e eeuw / 8e eeuw te verminderen. - Een hofmeier is oorspronkelijk een legeraanvoerder / een beheerder. - De Karolingers krijgen steun van de paus / de Langobarden. - Karel de Grote wordt in 800 koning / keizer. 42 LES 7 Het Karolingische Rijk

Opdracht 2 De Karolingers worden koningen (De laatste Merovingische koning) werd afgezet op last van Stephanus, paus in Rome. Zijn haar werd kort geschoren en hij werd in een klooster opgesloten (in 751). De Merovingers bezaten geen enkel machtsmiddel meer (...). Het enige wat de koning nog overbleef, was dat hij (...) op zijn troon zat om de rol van regeerder te spelen (...) zoals men hem had voorgedaan of zelfs had opgedragen. Behalve die loze koningstitel en de krappe vergoeding (...) die de hofmeier hem verleende, had de vorst geen enkel bezit, afgezien van een enkel landgoed met een zeer kleine jaarlijkse opbrengst. Bewerking van Einhart, Het leven van Karel de Grote, inleiding De geleerde Einhart (770-840) werkt voor de Karolingers, de familie die de laatste Merovingische koning heeft laten afzetten. - Op wiens bevel wordt de Merovingische koning afgezet? - Wat gebeurt er met de afgezette koning? - Lees de informatie over de auteur van deze bron intensief. Waarom moet je niet alles geloven wat hij in de tekst vertelt? 2 Het bestuur van het Karolingische Rijk De Frankische koning (of keizer) heeft alle macht en beschouwt het rijk als zijn persoonlijk bezit. Bij zijn dood wordt het rijk verdeeld over al zijn mannelijke erfgenamen. De koning is de hoogste bestuurder, wetgever en rechter. Hij regeert niet vanuit een vaste hoofdstad. Het koninklijk hof verbruikt meer voorraden dan één landgoed kan voortbrengen. De hele hofhouding reist daarom van het ene landgoed naar het andere. Dat is gemakkelijker dan de voorraden te verplaatsen. Het rijk wordt grotendeels ingedeeld in gouwen (provincies), waar gouwgraven of hertogen de bevelen van de koning uitvoeren. De Karolingers richten in grensgebieden marken op. Een mark wordt bestuurd door een markgraaf. Hertogen en markgraven hebben dezelfde taken als een gouwgraaf, maar commanderen ook nog een Frankisch leger. Onder Karel de Grote (768-814) controleren zendgraven of de plaatselijke bestuurders de bevelen van de koning opvolgen. Opdracht 3 - Verklaar waarom het Frankische Rijk soms in stukken wordt verdeeld. C De westerse samenleving van ca. 750 tot ca. 1000 43

- Welke drie machten heeft de koning? - Onderstreep in de tekst waarom de hofhouding van het ene naar het andere landgoed reist. - Zet bij elk onderdeel van het Rijk wie het bestuurt. gouw mark - Hoe heten de inspecteurs die de plaatselijke bestuurders controleren? Opdracht 4 Het Frankische Rijk van de 5e tot de 9e eeuw - Onze gewesten horen al lang bij het Frankische Rijk. Juist of onjuist? Motiveer je antwoord. - Geef drie gebieden of volkeren die door de Karolingers zijn onderworpen. - Omcirkel die hedendaagse landen die (gedeeltelijk) in het Karolingische Rijk liggen. België Duitsland Engeland Frankrijk Ierland Italië Nederland Luxemburg Polen Spanje 44 LES 7 Het Karolingische Rijk

3 De Friezen zijn belangrijke handelaars De meeste handelaars en ambachtslui werken ook op de velden of hebben een eigen veestapel. De producten die de ambachtslui voortbrengen (gereedschap, textiel, wapens enz.) worden samen met eventuele landbouwoverschotten (van de domeinen) verhandeld. In het noorden van het Frankische Rijk spelen de Friezen een zeer actieve handelsrol. Zij zijn zowel boer of visser als handelaar. De Friezen stichten in onze gewesten bij de monding van Schelde, Maas en Rijn handelsnederzettingen, zoals Dorestad en Tiel. Zij verwerven, met Vikingen als tussenpersonen, allerlei luxegoederen (zijde, peper, ivoor enz.) uit het Oost-Romeinse Rijk en het Midden-Oosten. De Friezen drijven handel met de Vikingen en nemen zelfs enthousiast deel aan de plundertochten. De Vikingen vernietigen en plunderen echter in de 9e eeuw enkele Friese handelsnederzettingen (o.a. Dorestad). In het zuiden van het Frankische Rijk blijven oude steden zoals Marseille en Genua een belangrijke rol in de handel spelen. Opdracht 5 Het Frankische Rijk van de 5e tot de 9e eeuw De Rijn spreekt tot de Elzas: Het was een nuttig besluit uw wijn aan de Friezen en andere schippers te verkopen. (...) Friesland spreekt tot de Elzas: Ik kleed mijn bewoners met bontgekleurde klederen die U nooit bekend geweest zouden zijn (zonder de Rijn). (...) In ruil voor uw goud brengen wij schitterende edelstenen. Bewerking van de dichter Ermoldus Nigellus, Carmina, 8e eeuw - Welke rivier speelt een belangrijke rol als verkeersweg bij de handel? - In welk hedendaags land ligt de Elzas, denk je? - Geef twee producten die door de Friezen verhandeld worden. - Geef twee producten uit de Elzas. Opdracht 6 Een zilveren munt uit Dorestad (9e eeuw) - Op de munt staat een Fries schip. Beschrijf dat schip met je eigen woorden. C De westerse samenleving van ca. 750 tot ca. 1000 45

4 Een heropleving van de cultuur Het Karolingische Rijk telt honderden abdijen. Enkele grote abdijen en het koninklijk hof spelen een belangrijke rol in de heropleving van de cultuur vanaf de achtste eeuw. Geleerden schrijven er boeken en verzamelen zo veel mogelijk klassieke literatuur. Abdij- en kathedraalscholen onderwijzen de zeven vrije kunsten (filosofie, redenaarskunde, literatuur, meetkunde, rekenkunde, muziek en astronomie). Kunstenaars en bouwmeesters vervaardigen op basis van Romeinse voorbeelden nieuwe beeldhouwwerken en gebouwen. In de gebouwen gebruikt men dikwijls fragmenten van oude Romeinse gebouwen. De heropleving heeft echter haar beperkingen: buiten het hof en de abdijen zijn weinig geleerden en kunstenaars actief. De zeven vrije kunsten worden slechts gedeeltelijk aangeleerd: i.p.v. muziek geeft men bijvoorbeeld zangles, i.p.v. astronomie doet men aan kalenderberekeningen enz. Opdracht 7 De paltskapel in Aken (Duitsland) - Bewijs met twee elementen van het gebouw dat men zich baseert op de Romeinse kunst. 5 Het Karolingische Rijk valt uiteen Karel de Grote is net zoals zijn voorgangers een vorst die regelmatig op veroveringstocht vertrekt. Dat zorgt ervoor dat zeer veel krijgers en bestuurders hem trouw blijven. Ze willen immers de kans op een rijke oorlogsbuit niet laten schieten. Lodewijk de Vrome (814-840), zoon en opvolger van Karel de Grote, heeft meer interesse voor godsdienstige zaken en verwaarloost het bestuur van zijn rijk. Hij voert zelden oorlog en controleert de plaatselijke bestuurders minder. De slechte staat van het wegennet en de uitgestrektheid van het rijk bemoeilijken de contacten. De plaatselijke bestuurders doen meer en meer hun zin. De zonen van Lodewijk maken nog tijdens zijn leven openlijk ruzie over de verdeling van het rijk. Drie jaar na zijn dood komen ze tot een vergelijk. In het Verdrag van Verdun (843) verdelen zij het Frankische Rijk in drie delen. Het middelste stuk valt later verder uiteen in kleinere vorstendommen. 46 LES 7 Het Karolingische Rijk

Opdracht 8 Het verdrag van Verdun (843) Noordzee - Wie krijgt wat? Vul de tabel aan. Karel de Kale Lotharius Lodewijk de Duitser - In welk gebied ligt het grootste deel van onze gewesten? WEST-FRANCIË Karel de Kale OOST-FRANCIË Lodewijk de Duitser MIDDEN-FRANCIË Keizer Lotharius - Geef de naam van drie buitenlandse groepen die het Frankische Rijk in de 9e eeuw aanvallen. - Met welk hedendaags land komt West-Francië grotendeels overeen? Omcirkel het juiste antwoord. België China Duitsland Frankrijk Italië Zweden - Wie van de zonen krijgt de keizerstitel? grenzen Karolingische rijk in 840 verdrag van Verdun (843) Kerkelijke Staat invallen Vikingen invallen Hongaren invallen islamieten Rome 0 250 km Wat je na deze les moet kennen en kunnen: KEnnen 1 de opkomst van de Karolingers schetsen 2 de wijze waarop het rijk bestuurd wordt, uitleggen 3 de rol van de Friezen in de handel uitleggen 4 de dubbelzinnige relatie tussen Friezen en Vikingen uitleggen 5 drie voorbeelden van de culturele heropleving onder de Karolingers geven 6 aantonen dat de culturele heropleving haar beperkingen heeft 7 vier oorzaken van de verbrokkeling van het Karolingische Rijk opnoemen 8 de verdeling van het Karolingische Rijk schetsen 9 het ontstaan van Frankrijk en Duitsland verklaren 10 verklaren waarom de plaatselijke bestuurders onafhankelijker worden KUnnen 1 met behulp van een kaart de groei van het Frankische Rijk en de verbrokkeling van het Karolingische Rijk schetsen 2 informatie uit een tekst, een voorwerp of een gebouw halen 3 een historische bron kritisch ontleden - Al die onderdeeltjes van kennen en kunnen kun je via het onlinelesmateriaal verder inoefenen. Als je denkt dat je een onderdeeltje kent of kunt, dan zet je daar een kruisje voor. - Wil je meer weten over de Vikingen? Surf dan naar het onlinelesmateriaal. Je vindt er twee sen over hen. C De westerse samenleving van ca. 750 tot ca. 1000 47

bordschema LES 7: Het Karolingische Rijk 1 De Karolingers komen aan de macht Afname macht Merovingische koningen (vanaf 7e eeuw) weinig veroveringstochten, geen prestige verarmen Gevolg: bestuur in handen van rijke hofmeiers 751 Karolingers, familie van hofmeiers, op de troon steun van de Paus in ruil voor hulp tegen de Langobarden 800 Karel de Grote door de paus tot keizer gekroond Frankische Rijk = politieke erfgenaam van het West-Romeinse Rijk 2 Het bestuur van het Karolingische Rijk Frankische koning of keizer: alle macht rijk = persoonlijk bezit opperste bestuurder, rechter en wetgever geen vaste hoofdstad moet verschillende delen van rijk in het oog houden. Rijk ingedeeld in gouwen en marken gouwgraaf markgraaf = plaatselijke bestuurders hertog Hertog en markgraaf commanderen een Frankisch leger. Zendgraven controleren plaatselijke bestuurders. 3 De Friezen zijn belangrijke handelaars Rol Friezen in handel: verkopen producten ambachtslieden + landbouwoverschotten. stichten in onze streken handelsnederzettingen bij monding grote rivieren. verwerven via Vikingen als tussenpersoon luxegoederen uit Midden-Oosten en Oost-Romeinse Rijk. Friezen en Vikingen: dubbelzinnige relatie Drijven handel met elkaar. Friezen nemen deel aan plundertochten van Vikingen. Vikingen plunderen enkele Friese handelsnederzettingen. 48 LES 7 Het Karolingische Rijk

4 Een heropleving van de cultuur Abdijen en koninklijk hof culturele heropleving Geleerden schrijven er boeken; Verzamelen klassieke literatuur. Onderwijzen zeven vrije kunsten. Kunstenaars en bouwmeesters: nieuwe gebouwen (naar Romeins voorbeeld) Beperkingen: buiten hof en abdijen weinig geleerden en kunstenaars zeven vrije kunsten: slechts gedeeltelijk aangeleerd 5 Het Karolingische Rijk valt uiteen Lodewijk de Vrome (814-840) Zoon en opvolger van Karel de Grote Meer interesse voor godsdienstige zaken Verwaarloost het bestuur o weinig oorlog o weinig controle van plaatselijke bestuurders Contacten moeilijk o slechte staat van het wegennet o Rijk is uitgestrekt. Gevolg: de plaatselijke bestuurders doen meer en meer hun zin. Zonen van Lodewijk: ruzie over de verdeling van het rijk Verdrag van Verdun (843): verdeling van het Frankische Rijk in drie delen. West-Francië = Frankrijk Midden-Francië Oost-Francië = Duitsland C De westerse samenleving van ca. 750 tot ca. 1000 49