INHOUD 1. Creatips... 3 Ceramica bakken in een ton... 3 Doosje van pet fles... 7 Geluksflesjes... 10 Gelukspopjes... 11 Lama s schilderen... 12 Lijntekening Condor... 15 Manta's vouwen... 16 Mural maken... 17 Pancartes maken... 20 Panfluit maken... 22 Peruaanse muts... 23 Kero s maken... 26 Poncho s maken... 27 Puzzels creëren... 31 Retablo s maken... 31 Servettenhouders zoals in het klooster in Lima... 32 Sjablonen voor schilderijtjes... 33 Titels in uitgeknipte letters... 34 Versier de muts met kleurrijke plukjes wol... 35 Vriendschapsbandjes... 36 Weven... 37 2. Nog wat foto s ter inspiratie... 38 Fluitjes... 38 Peruaanse popjes in brooddeeg... 38 Gehaakte Perumuts... 39 Schilderijtjes... 40 1
3. Kleurplaten... 41 Alpacca... 41 Condor... 42 Jongen met poncho... 43 Vlag... 44 De grote inca en zijn vrouw... 45 Meisje met montera... 46 Machu Picchu... 47 2
1. CREATIPS CERAMICA BAKKEN IN EEN TON 3
4
5
Vevolg op de website 6
DOOSJE VAN PET FLES 7
8
9
GELUKSFLESJES Indianen in Peru en Bolivia gebruiken deze geluksflesjes om een ander of zichzelf geluk te wensen en voorspoed te brengen. Het geluksflesje bevat wortels van planten, zaden, andere natuurlijke materialen en amuletten. Traditioneel gezien heeft elk voorwerp en elke kleur een eigen betekenis en functie. Om een bepaalde wens kracht bij te zetten, branden zij naast het geluksflesje een kaars in de gewenste kleur. De flesjes zijn te verkrijgen in 3 maten. Hoe groter het flesje, hoe meer symbolen het kan bevatten. Symboliek van kleuren en voorwerpen: Rood: liefde en energie Roos: puurheid en energie Oranje: voorspoed en kracht Geel: neutraliseert lusteloosheid, bevordert zin in werk Groen: vriendschap en geld Blauw: gezondheid, verlicht pijn Paars: familie en vrienden Bruin: bescherming tegen natuurrampen Wit: vrede en harmonie Goud: rijkdom Plantenwortels: contact met moeder Aarde Steen: maakt je sterk Gearmde mensen: liefde/relatie Hoefijzer: geluk Schelp: overvloed Uil: wijsheid Kikker: rijkom/overvloed Hand: werk Boeddha: een gezond leven Sleutel en zeester: bescherming van je huis Autootje: bescherming van je auto Boekje: voorspoedige studie Wayruro (oranje/zwart zaad): vruchtbaarheid Cuti (lijkt op maïskorrels): weert negatieve energie (door de omgekeerde spiraal) De plantaardige olie verbindt de verschillende elementen vloeiend met elkaar Je kan deze flesjes kopen in Oxfam Wereldwinkels. 10
GELUKSPOPJES De Peruaanse cultuur kent haar eigen tradities en gelukssymbolen. Zo staat het gelukspoppetje voor welvaart, vruchtbaarheid en geluk. In de Peruaanse cultuur zijn miniatuurpopjes al populair sinds precolumbiaanse tijden. Ondanks de Spaanse overheersing hebben ze nooit aan populariteit moeten inleveren. Nog altijd staan ze symbool voor welvaart en geluk. 11
LAMA S SCHILDEREN In Peru is de lama een veel voorkomende diersoort. Wanneer elk kind een lama versierd heeft worden ze als kudde bij elkaar geplakt op een groot vel karton. Als extra versiering maken de leerlingen samen een rand met Peruaanse patronen als omlijsting van het grote vel. Materiaal: 1x foto van de lama op de Plaza de Armas van Ayacucho of een andere(zie hieronder) scharen 1x foto Peruaans patroon (zie hieronder) 1x groot vel papier om de lama s op te plakken Mal van lama (zie hieronder) Stof/wol/verf om de lama mee te versieren 1x omlijsting (die in stukjes verdeeld wordt) Lijm Wasco (om de lijst mee te versieren) Werkwijze: Alle leerlingen krijgen een lamamal. Ieder kind knipt een lama uit, verft en/of beplakt deze bijvoorbeeld met stof en wol. De omlijsting wordt in stukken verdeeld. Ieder kind krijgt dus een eigen stukje voor de lijst. Ieder kind versiert zijn eigen stukje met Peruaanse patronen. (bron: Lespakket Stichting Hope _ onderbouw) Peruaanse patronen 12
13
14
LIJNTEKENING CONDOR 15
MANTA'S VOUWEN 16
MURAL MAKEN Fase 1: Wat is een mural? (beschouwen) Organisatie Op het bord hangt een foto van een mural of wordt een mural geprojecteerd. Richtvragen 1 - Wat zie je? - Wat roept de prent bij jou op? - Waar denk je aan? - Welk gevoel krijg je bij de prent? Instructie De prent die jullie zien is een schilderij. In de schilderkunst bestaan er verschillende stromingen en verschillende types schilderijen. Denk maar aan pointillisme, abstract (Je kan hier enkele voorbeelden van tonen). De prent die jullie zien noemen we een mural. Een mural is een muurschildering. In Peru (het land van onze Zuidactie) zie je deze vorm van kunst overal in de straten. Een mural vertelt steeds een verhaal. Vaak zijn dit verhalen die gaan over godsdienst. Richtvragen 2 - Zie je een verhaal in de prent? - Kan je een link leggen tussen de gebruikte kleuren en het verhaal? Fase 2: Webschema rond thema van de mural Organisatie Afhankelijk van de werkvorm in fase 3 werken de leerlingen individueel, per 2 of in groep. Instructie We gaan straks een eigen mural maken. Zoals eerder gezegd, kunnen we bij de mural steeds eens verhaal vertellen. Ook onze mural moet dus zijn eigen verhaal vertellen. We hebben reeds kennisgemaakt met verschillende personen van de Zuidactie die elk hun eigen verhaal vertellen. Kies nu één van die personen waarrond jij zal werken. (Je kan er ook voor opteren om zelf één persoon uit te kiezen en daar de hele klas mee laten werken. Of je kan werken rond de Peruviaanse kruisweg. Je zal ook je instructie moeten aanpassen afhankelijk van de werkvorm die je opteert in fase 3.) 17
Stappenplan 1) Noteer de naam van de persoon rond wie jij zal werken. 2) Noteer woorden die belangrijk zijn voor het verhaal in het groen. 3) Noteer de kleuren die jij passend vindt bij het verhaal in het blauw + noteer ook met sleutelwoorden waarom je die kleuren kiest. Fase 3: Maken van de mural (creëren) Organisatie Afhankelijk van de werkvorm in deze fase werken de leerlingen individueel, per 2 of in groep. Instructie We gaan nu onze mural maken. Maak eerst een schets aan de hand van elementen in je webschema. Mogelijke werkvormen/technieken Er zijn verschillende manieren om een mural te maken. Hieronder worden de verschillende werkvormen en technieken beschreven. Technieken Werken met beamer o De leerlingen selecteren online enkele passende prenten en tekeningen. Deze prenten en tekeningen worden geprojecteerd op grote vellen papier of op een muur. De leerlingen tekenen de contouren van de tekeningen en gaan nadien aan de slag met verf. Werken met tijdschriften en kranten o De leerlingen maken een mural, maar maken gebruiken van prenten en tijdschriften. De mural wordt een soort van collage. Werken met graffiti o De leerlingen maken gebruik van graffitispuiten om hun mural te creëren. Werken rond verschillende schilderstijlen o De leerlingen werken een mural uit, maar moeten ook nog rekening houden met een bepaalde schilderstijl. Zo kan het zijn dat de mural in Picassostijl moet worden weergegeven. Werken met krijt o De leerlingen krijgen allemaal een deel op de speelplaats waar ze aan de slag gaan. 18
Werkvormen De leerlingen werken allemaal op een A3 of A4 hun eigen verhaal uit. Nadien kleven we alle kleine bladen naast elkaar zodat we één grote mural krijgen die meerdere verhalen vertelt. De leerlingen werken met de hele klas aan één grote mural en elke leerling is verantwoordelijk voor een onderdeel van het verhaal. Iedereen werkt op hetzelfde stuk papier of op dezelfde muur. De leerlingen werken per 2 aan een mural. Dit kan zowel over het hele verhaal gaan als over een onderdeel van het verhaal. Wanneer je ervoor kiest dat alle leerlingen een onderdeel van het verhaal vertellen, kan je ze nadien in de juiste volgorde naast elkaar hangen. Fase 4: Tentoonstelling (nabeschouwing) Organisatie De kunstwerken van de leerlingen worden opgehangen. Verloop De leerlingen krijgen de kans om in de tentoonstelling van murals rond te wandelen. Eventueel wordt er op de achtergrond Peruviaanse muziek opgezet. Reflectie (Persoonlijk) - Heb je kunnen genieten van het creëren? - Ben je tevreden over je kunstwerk? Wat vind je goed aan jouw kunstwerk? - Wat zou je anders aanpakken? Reflectie (Over tentoonstelling) - Wat is jou bijgebleven? - Welke gevoelens riepen de murals op? - Kan je in elke mural een verhaal herkennen? 19
PANCARTES MAKEN Pancartes maken Tijdens de parades dragen Peruanen hun boodschappen en persoonlijke bekommernissen mee op pancartes die ze zelf maken. En vaak heel mooi versieren. In bijlage enkele foto s. Ter inspiratie. 20
21
PANFLUIT MAKEN Wat heb je nodig: Een zaagje Ongeveer 1 meter elektriciteitsbuis Een plankje of stevig karton van 9 bij 3 cm. Kauwgom, boetseer klei of stopjes. Vier elastiekjes. Zaag de buis in vier stukken van verschillende lengte: 26 cm 20 1/2 cm 17 cm 14 1/2 cm. Het is belangrijk dat je die afmetingen precies nameet. Anders klinkt je fluit niet mooi zuiver. Maak één kant van ieder buisjes dicht met kauwgom of boetseerklei. Maak nu de buisjes met elastiekjes vast aan het plankje en doe dat zo dat de dichte kant onderaan komt en aan de bovenkant moeten de buisjes op dezelfde hoogte zitten. Hou de open kant van de panfluit schuin tegen je onderlip en blaas. Bron: http://www.knutselidee.nl/ideeen/panfluit.htm Een filmpje dat klaar en duidelijk maakt hoe je een panfluit kan maken: http://www.youtube.com/watch?v=3d9ih6tvqgc Met volgende maten: hoge do: 90 mm, si: 95 mm, la:105 mm, sol: 120 mm, fa: 125 mm, mi: 130 mm, re: 150 mm, lage do: 165 mm, si: 175 mm, la : 200 mm, sol : 230 mm 22
PERUAANSE MUTS BREIPATROON PERUAANSE MUTS Stekenverhouding: tricotsteek ( één naald rechts, één naald averechts) naalden nr. 3,5 10 x 10 cm = 21 steken en 26 naalden. Uitvoering: LET WEL: de oorkleppen tegelijkertijd breinen. - Met naalden nr. 3,5 met 1 bol garen 6 steken opzetten en op dezelfde naald met een andere bol garen 6 steken opzetten. - Brei tricotsteek en meerder aan beide kanten van elke oorklep bij het begin van elke naald: 1 maal 3 steken, 4 maal 1 steek = 20 steken. - Brei beide oorkleppen verder in tricotsteek tot 10 cm. - Bij 10 cm totale lengte oorklep, één oorklep laten wachten en bij de andere oorklep op het einde van de volgende naald, aan de verkeerde kant van het werk, 10 steken toevoegen, op het einde van de volgende naald, aan de goede kant van het werk, 46 steken toevoegen. Brei nu de steken van de andere oorklep en voeg op het einde 10 steken bij. - Brei verder in tricotsteek over de 106 steken. - Bij 12 cm totale lengte, minderen aan de goede kant van het werk, verdeeld over éénzelfde naald: 8 maal 1 steek op de volgende manier: 7 steken rechts, *2 steken samenbreien, 11 steken rechts*, herhaal van * tot * en eindigen met 6 steken rechts = 98 steken. - Brei tricotsteek over 3 naalden = één naald averechts, één naald rechts, één naald averechts. - In de 4 de naald minderen aan de goede kant van het werk, verdeeld over éénzelfde naald, 8 maal 1 steek op de volgende manier: 6 steken rechts, * 2 steken rechts samenbreien, 10 steken rechts*, herhaal van * tot * en eindigen met 6 steken rechts = 90 steken. - Brei tricotsteek over 3 naalden = één naald averechts, één naald rechts, één naald averechts. - In de 4 de naald minderen aan de goede kant van het werk, verdeeld over éénzelfde naald, 8 maal 1 steek op de volgende manier: 6 steken rechts, * 2 steken rechts samenbreien, 9 steken rechts*, herhaal van * tot * en eindigen met 5 steken rechts = 82 steken. - Brei tricotsteek over 3 naalden = één naald averechts, één naald rechts, één naald averechts. - In de 4 de naald minderen aan de goede kant van het werk, verdeeld over éénzelfde naald, 8 maal 1 steek op de volgende manier: 5 steken rechts, * 2 steken rechts samenbreien, 8 steken rechts*, herhaal van * tot * en eindigen met 5 steken rechts = 74 steken - Brei tricotsteek over 3 naalden = één naald averechts, één naald rechts, één naald averechts. - In de 4 de naald minderen aan de goede kant van het werk, verdeeld over éénzelfde naald, 8 maal 1 steek op de volgende manier: 5 steken rechts, * 2 steken rechts samenbreien, 7 steken rechts*, herhaal van * tot * en eindigen met 4 steken rechts = 66 steken; - Brei één naald averechts. - In de 2 de naald minderen aan de goede kant van het werk, verdeeld over éénzelfde naald, 8 maal 1 steek op de volgende manier: 4 steken rechts, * 2 steken rechts samenbreien, 6 steken rechts*, herhaal van * tot * en eindigen met 4 steken rechts = 58 steken. - Brei één naald averechts. 23
- In de 2 de naald minderen aan de goede kant van het werk, verdeeld over éénzelfde naald, 8 maal 1 steek op de volgende manier: 4 steken rechts, * 2 steken rechts samenbreien, 5 steken rechts*, herhaal van * tot * en eindigen met 4 steken rechts = 50 steken. - Brei één naald averechts. - In de 2 de naald minderen aan de goede kant van het werk, verdeeld over éénzelfde naald, 16 maal 1 steek op de volgende manier: 1 steek rechts, * 2 steken rechts samenbreien, 1 steek rechts*, herhaal van * tot * en eindig de naald met 1 steek rechts = 34 steken. - Brei één naald averechts. - In de 2 de naald minderen aan de goede kant van het werk, verdeeld over éénzelfde naald, 19 maal 1 steek op de volgende manier: 2 steken rechts, * 2 steken rechts samenbreien, 3 steken rechts samenbreien*, herhaal van * tot * en eindig de naald met 2 steken rechts samenbreien = 15 steken. In elkaar zetten: - Met een woldraad, de draad die over is van de laatste naald, door de resterende 15 steken halen, de breinaald eruit trekken, de draad strak aanspannen, knopen en vastnaaien met enkele steken. - Met naalden nr. 3 rondom de buitenkant van de muts 184 steken opnemen en 3 rijen ribbels breien = één steek rechts, één steek averechts. In de vierde rij, de steken afkanten. - Sluit de naad van de muts. - Vlecht twee koorden met de resterende wol en hecht die vast aan de onderkant van de oorkleppen. - maak een pompoen of flos en hecht die vast aan de bovenkant van de muts. 1 ste motief: X: beige * rood X * * * * * X * * * * * X * * * * * X X X * * * X X X * * * X X X * * * X X X X X * X X X X X * X X X X X * X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X * X X X X X * X X X X X * X X X X X * * * X X X * * * X X X * * * X X X * * * * * X * * * * * X * * * * * X 24
2 de motief: X: beige * rood X X X * * * X X X * * * X X X * X * X * * X X * X * * X X * X * X * * * X X X * * * X X X * * * X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X * * * X X X * * * X X X * * * X * X * * X X * X * * X X * X * X X X * * * X X X * * * X X X * 25
KERO S MAKEN Op het platteland worden nog regelmatig restanten uit de Inca-tijd gevonden, bijvoorbeeld keramiek. De Inca's maakten van aardewerk bekers en potten. Deze drinkbekers noemden zij 'kero's'. Tegenwoordig gebruiken ze dit niet meer. Ze drinken hun maïspap nu uit een plastic beker (Quinberlin bvb.). Hieronder zie je hoe je een echte Inca beker van klei kan maken met Peruaanse patronen. Materiaal: 1x afbeelding Peruaans beker en patronen (bijlage 9) klei (het liefst rood/bruinachtig van kleur) kraspennetje (om in de klei de patronen aan te brengen) klei/deegroller (voor elke leerling) spateltje verf Stappenplan: onderlegger (placemat) 1. Ieder krijgt een bol klei, een roller, een onderlegger, een mesje of kraspen. 2. Ieder maakt de bol klei plat en egaal met behulp van de roller. 3. Met behulp van bijvoorbeeld een glas wordt een ronde vorm uit het platte stuk klei gedrukt. Dit wordt de onderkant van de beker. 4. Hierna wordt met behulp van een spateltje of mesje een rechthoek uit het overige deel van het platte stuk klei gesneden. 5. De rechthoek wordt op de onderkant van de beker geplaatst. 6. Om ervoor te zorgen dat onderkant en romp van de beker goed aan elkaar blijven zitten, kunnen de leerlingen wat water en/of het overige deel van de klei gebruiken. De vorm van de beker is nu klaar. 7. Met behulp van een spatel of mesje maken de leerlingen figuurtjes/ patronen in de beker. Leerlingen kunnen patronen extra zichtbaar maken door ze te kleuren met (zwarte) verf. (Bron: Lespakket Stichting Hope _ Onderbouw) 26
PONCHO S MAKEN PONCHO S HAKEN Dit is ongeveer maat 74. Hier is het patroon: Denk eraan als je de poncho groter wil maken, dat er een vermeerdering van 8 lossen moet zijn (2 groepjes van 3st) Dit moeten 2 groepjes zijn omdat je de poncho in het midden opgesplitst word en het symmetrisch moet zijn. 1. 73 l, keren. 2. 1 st in de 2e l, 2st in de volgende 2 l, *1 l, 1l overslaan, 3st in de volgende 3 l*, herhaal tussen** tot het eind, keren.(19 groepjes) 3. 3 l, 2st in het eerste stokje, * 1 l, 3st in de volgende l*, herhaal tussen ** tot en met de laatste losse, 3st in de derde losse van toer 2, keren. (20 groepjes) 4. 3 l, 2st in het eerste stokje, * 1 l, 3st in de volgende l*, herhaal tussen ** tot en met de laatste losse, 3st in de derde losse van toer 3, keren. (21 groepjes) 5. 3 l, 2st in het eerste stokje, * 1 l, 3st in de volgende l*, herhaal tussen ** tot en met de laatste losse, 3st in de derde losse van toer 4, vastzetten met een hv aan de 1e l van de 3 l aan het begin van toer 5. (22 groepjes) Als je van kleur verandert doe je eerst 3 l en dan 2 st om de losse. Als je met dezelfde kleur blijf werken kom je anders uit, nu maak je 4 lossen en vervolg je met 3 stokjes om de volgende losse. 6. 3 l, 2st om de l, *1 l, 3st om de l* herhaal van ** tot het midden (in dit geval 12 groepjes), hier maak je in hetzelfde losse gedeelte nog een stokjes groep, herhaal van ** tot het einde en maak ook aan de voorkant een dubbel groepje. (zo krijg je de puntvorming) 27
7 t/m 24 op dezelfde manier als toer 6. De frutseltjes zijn 6 draadjes dik, ongeveer 10cm. Het koordje bovenin heb ik van een dubbele draad en naald 4 ongeveer 90 lossen gehaakt. 28
PONCHO S SCHILDEREN OP PAPIER, GEKLEURDE LAPPEN STOF, WITTE LAKENS Werkwijze 1: papieren poncho 1) Maak een poncho van papier. 2) Beschilder hem kleurrijk 3) Door het gat kan de poncho echt aangetrokken worden. Werkwijze 2: poncho van lappen effen gekleurde stof 1) Neem lappen effen gekleurde stof 2) Laat deze beschilderen met felle strepenpatronen 3) Plooi een vierkanten lap stof dwars en knip er bovenaan een stukje uit 4) Trek over het hoofd en de poncho is klaar. 29
Werkwijze 3: poncho van een wit laken Maak een poncho van een laken (zie stappenplan) 30
PUZZELS CREËREN Kies één van de foto s van Peru uit (vb. Zuidactie-Website). En maak er een puzzel van: http://www.jigsawplanet.com/?rc=createpuzzle&ret=%2fjacknowee%2falbum-1 RETABLO S MAKEN Typisch voor Ayacucho zijn retablo s. Oorspronkelijk zijn retablo s altaarstukken, door de Spaanse missionarissen in Zuid-Amerika gebruikt om het geloof dichterbij te brengen. De retablo s die nu in Peru/Ayacucho gemaakt worden, beelden vaak gewoon taferelen uit het dagelijks leven uit (feesten bvb.). Een therapeut van het PC in Lede maakte retablo s waarin de cliënten hun ups en downs, krachtbronnen en toekomstdromen kwijt konden. Misschien een idee? 31
SERVETTENHOUDERS ZOALS IN HET KLOOSTER IN LIMA Ideaal om de tafels te decoreren tijdens vastenmaaltijden Gebruik triplex- of ander dun hout en een kleine wip- of figuurzaag. De mal vind je hieronder. Het schilderen Benodigdheden Plakkaatverf Alcoholstift Werkwijze Breng een onderlaag aan op het triplexplaatje (met beige plakkaatverf bvb.) Breng met behulp van een potlood en het sjabloon de figuren (mamitas) aan op de triplexplaat Kleur de figuurtjes in met plakkaatverf Voor het haar gebruik je best (gemakkelijkst) alcoholstift Om de servettenhouder helemaal af te werken kan je de achterkant koningsblauw schilderen en met rode plakletters de campagneslogan van dit jaar erop aanbrengen: VIVA CASA COSMA. 32
SJABLONEN VOOR SCHILDERIJTJES 33
TITELS IN UITGEKNIPTE LETTERS Overal in Peru zie je ze en dus ook in COSMA: panelen met titels in uitgeknipte en opgespelde letters. Ter inspiratie 34
VERSIER DE MUTS MET KLEURRIJKE PLUKJES WOL 35
VRIENDSCHAPSBANDJES 36
WEVEN Verzamel wol met hevige kleuren, typisch voor Peru. Minimum twee kleuren. Mogelijkheid 1 Laat iedereen een schoendoos meebrengen. Laat de draden iets langer dan de langste zijde van de doos afknippen en kleef ze in de lengte over de doos vast. Je hebt nu een eenvoudig weefgetouw. Laat nu weven. Als naald gebruik je ijsco-stokjes (of een naald of je vinger) waaraan je de draad met kleefband vastkleeft. Dan kan men weven - op en af (boven onder). Je kan ook laten weven met repen stof, dat gaat vlugger. Mogelijkheid 2 Voorzie voor iedereen een stuk karton. Zet aan beide zijden, op gelijke afstand (elke halve cm. bvb.), een potloodstreepje. Maak telkens een klein inkerving (zie ook foto). Neem de eerste kleur wol en wikkel de draad om het deksel. Zorg vervoor dat de draad telkens in de volgende inkerving ligt. Als het deksel bespannen is, leg je een knoop in de scheringdraad. Je kan weven met je vingers of een naald. Steek de ene kleur wol telkens de ene keer boven en de volgende keer onder de scheringdraad. Wissel elke rij af, zodat je een stevig weefsel krijgt. Je kan eventueel met verschillende mensen samen van alle geweven lapjes een bonte lappendeken maken. (Bron: Stichting Hope lespakket ideeën voor een Peru-week) 37
2. NOG WAT FOTO S TER INSPIRATIE FLUITJES PERUAANSE POPJES IN BROODDEEG 38
GEHAAKTE PERUMUTS Voor een patroon: zie website Veritas www.veritas.be 39
SCHILDERIJTJES 40
3. KLEURPLATEN ALPACA 41
CONDOR 42
JONGEN MET PONCHO 43
VLAG 44
DE GROTE INCA EN ZIJN VROUW 45
MEISJE MET MONTERA 46
MACHU PICCHU 47