- 7 bollen wol (ik gebruikte CASUAL breigaren van Zeeman, 100 gr - 200m) - 7 knopen - haaknaald 4,5. Gehaakte gilet met kap.

Transcriptie

1 Gehaakte gilet met kap Nodig: - 7 bollen wol (ik gebruikte CASUAL breigaren van Zeeman, 100 gr - 200m) - 7 knopen - haaknaald 4,5 De jas is aan middenrug 54 cm lang en van zijnaad tot zijnaad 38 cm breed. De mouwen zijn 56 cm lang gemeten vanaf de schouder. Het patroon is makkelijk aan te passen. Voor een kleiner of groter model haak je gewoon wat minder of meer rijen. Ook de lengte is makkelijk aanpasbaar door minder of meer steken op te zetten.

2 Gebruikte steken: - vasten - halve stokjes Werkbeschrijving: Achterpand Begin met een ketting van 80 steken (als je de jas wat langer wilt kun je dus best wat meer steken opzetten). Haak deze niet te vast. Toer 1: haak 2 losse. Haak een half stokje in de 3e steek vanaf de haaknaald en in alle 79 steken daarna. (totaal 80 steken) Toer 2: Haak vanaf hier enkel nog in de achterste lussen. Haak 2 lossen om te keren. Haak een half stokje in de eerste steek en alle steken daarna tot het einde van de rij. (totaal 80 steken) Herhaal dit t.e.m. toer 41. Hecht de draad af en stop de draadjes in. Voorpand (2x haken) Begin met een ketting van 80 steken (het aantal steken moet overeenkomen met het aantal steken dat je hebt opgezet voor het achterpand). Haak opnieuw niet te vast. Toer 1: haak 2 losse. Haak een half stokje in de 3e steek vanaf de haaknaald en in alle 79 steken daarna. (totaal 80 steken) Toer 2: Haak vanaf hier enkel nog in de achterste lussen. Haak 2 lossen. Haak een half stokje in de eerste steek en alle steken daarna tot het einde van de rij. (totaal 80 steken) Herhaal dit t.e.m. toer 19. Hecht de draad af en stop de draadjes in.

3 Mouwen (2x haken) Haak een ketting van 28 lossen. Toer 1: Haak 2 lossen. Haak een half stokje in de 3e steek vanaf de haaknaald en alle steken daarna tot het einde van de rij. In de laatste steek haak je nog een extra half stokje (= 1 meerderen). Je hebt nu in totaal 29 steken. Toer 2: Haak vanaf hier enkel nog in de achterste lussen. Haak 2 lossen om te keren en haak vervolgens een half stokje in de eerste steek en alle steken daarna tot het einde van de rij. In de laatste steek haak je 2 halve stokjes zodat je 1 steek meerdert en eindigt met 30 steken. Hieronder vind je het aantal steken per toer, indien je moet meerderen haak je dus 2 halve stokjes in de laatste steek van de rij. Denk er ook aan om steeds 2 lossen te haken om te keren. Toer 3 en 4: 30 steken Toer 5: 31 steken (= 1 meerderen) Toer 6: 32 steken (= 1 meerderen) Toer 7 en 8: 32 steken Toer 9: 33 steken (= 1 meerderen) Toer 10: 34 steken (= 1 meerderen) Toer 11 en 12: 34 steken Toer 13: 35 steken (= 1 meerderen) Toer 14: 36 steken (= 1 meerderen) Toer 15 en 16: 36 steken Toer 17: 37 steken (= 1 meerderen)

4 Toer 18: 38 steken (= 1 meerderen) Toer 19 en 20: 38 steken Toer 21: 39 steken (= 1 meerderen) Toer 22: 40 steken (= 1 meerderen) Toer 23 en 24: 40 steken Toer 25: 41 steken (= 1 meerderen) Toer 26: 42 steken (= 1 meerderen) Toer 27 en 28: 42 steken Toer 29: 43 steken (= 1 meerderen) Toer 30: 44 steken (= 1 meerderen) Toer 31 en 32: 44 steken Toer 33: 45 steken (= 1 meerderen) Toer 34: 46 steken (= 1 meerderen) Toer 35 en 36: 46 steken Toer 37: 47 steken (= 1 meerderen) Toer 38: 48 steken (= 1 meerderen) Toer 39 en 40: 48 steken Toer 41: 49 steken (= 1 meerderen) Toer 42: 50 steken (= 1 meerderen)

5 Toer 43 en 44: 50 steken Toer 45: 51 steken (= 1 meerderen) Toer 46: 52 steken (= 1 meerderen) Toer 47 en 48: 52 steken Toer 49: 53 steken (= 1 meerderen) Toer 50: 54 steken (= 1 meerderen) Toer 51, 52, 53 en 54: 54 steken Toer 55: 55 steken (= 1 meerderen) Toer 56: 56 steken (= 1 meerderen) Toer 57, 58, 59 en 60: 56 steken Hecht af en stop de draadjes in. Kap (2x haken) Haak een ketting van 40 lossen. Toer 1: Haak 2 lossen. Haak een half stokje in de 3e steek vanaf de haaknaald en alle steken daarna tot het einde van de rij. (totaal 40 steken) Toer 2: Haak vanaf hier enkel nog in de achterste lussen. Haak 2 lossen om te keren en haak vervolgens een half stokje in de eerste steek. Herhaal dit t.e.m. steek 38. In de voorlaatste steek (steek 39) haak je 2 halve stokjes zodat je 1 steek meerdert en ook in de laatste steek haak je 2 halve stokjes (opnieuw 1 meerderen dus). Je komt nu uit op een totaal van 42 steken. Toer 3: Haak 2 lossen om te keren. Haak 2 halve stokjes in de eerste steek en ook 2 halve stokjes in de 2e steek. Daarna haak je 1 half stokje in elke volgende steek. Totaal heb je 44 steken.

6 Toer 4: Haak 2 lossen om te keren. Haak in elke steek een half stokje, behalve in de 2 laatste steken, daar haak je telkens 2 halve stokjes. (=meerderen zoals bij toer 2) Je hebt nu in totaal 46 steken. Toer 5: Haak 2 lossen om te keren. Haak 2 halve stokjes in de eerste steek en ook 2 halve stokjes in de 2e steek. Daarna haak je 1 half stokje in elke volgende steek. Totaal 48 steken. Toer 6: Haak 2 lossen om te keren. Haak in elke steek een half stokje, behalve in de 2 laatste steken, daar haak je telkens 2 halve stokjes. Je hebt nu in totaal 50 steken. Toer 7: Haak 2 lossen om te keren. Haak 2 halve stokjes in de eerste steek en ook 2 halve stokjes in de 2e steek. Daarna haak je 1 half stokje in elke volgende steek. Totaal 52 steken. Toer 8 t.e.m. 19: 52 halve stokjes Haak dit deel van de kap nog een keer. Leg daarna beide delen met de rechterkant op elkaar en haak ze samen. Aan elkaar zetten Leg voorpand en achterpand met de rechterkant op elkaar. Haak de schoudernaden aan elkaar vast en stop de draden in. Vouw het voor- en achterpand nu weer open en leg plat op tafel met de rechterkant naar boven. Markeer het midden van de mouw. Leg deze met de rechterkant naar beneden op het voor- en achterpand en zorg ervoor dat het gemarkeerde punt overeenkomt met de schoudernaad. Haak beide delen aan elkaar vast. Gebruik dezelfde werkwijze voor de andere mouw. Leg nu je mouw, met het pand eraan vast, dubbel met de goede kanten op elkaar. Spelt mouw en zijnaden aan elkaar vast en haak aan elkaar. Afhechten en draden instoppen.

7 Nu rest ons enkel nog de kap. Tel aan beide voorpanden 60 steken, te beginnen van vanonder. Markeer deze punten. Leg het midden van de kap aan middenrug. (zorg ervoor dat de goede kanten op elkaar liggen) De hoekpunten van de kap leg je samen met de punten die je zonet gemarkeerd hebt. Haak beide delen aan elkaar. Boord onderaan De boord onderaan is gewoon gehaakt met vasten. Start in de eerste steek en haak tot het einde. TIP: Als je wilt dat de boord onderaan goed aansluitend is dan kun je in deze eerste rij vasten hier en daar een paar steken minderen (= 2 steken samen haken) Aan het eind van de rij haak je 1 losse om te keren en vervolgens weer 1 vaste in elke steek. In totaal haak je 5 rijen. Boord aan middenvoor en kap Aan middenvoor heb ik gewerkt met een dubbel beleg omdat ik persoonlijk vind dat dit mooier valt. Toer 1: begin links onderaan aan middenvoor (gezien vanuit het punt als je de jas aan zou hebben) en haak in elke steek 1 vaste. Haak helemaal door langs de kap tot aan het einde. Toer 2 en 3: haak 1 losse om te keren en haak vervolgens 1 vaste in elke steek. Toer 4: in deze toer maak ik de knoopsgaten. Haak 1 keerlosse, 1 vaste in de eerste steek, 1 vaste in de 2e steek. *Haak nu 2 lossen, 2 steken overslaan en dan een vaste in elk van de volgende 7 steken.* De opening die je nu gemaakt hebt wordt het knoopsgat. Herhaal van * tot * nog 5 keer. Haak daarna telkens 1 vaste in alle volgende steken. Toer 5, 6 en 7 haak 1 losse om te keren en haak vervolgens 1 vaste in elke steek. Toer 8: haak 1 losse om te keren en daarna in de eerste 60 steken telkens 1 vaste.

8 Toer 9 en 10: haak 1 losse om te keren en haak 60 vasten. Toer 11: Haak 1 keerlosse, 1 vaste in de eerste steek, 1 vaste in de 2e steek. *Haak nu 2 lossen, 2 steken overslaan en dan een vaste in elk van de volgende 7 steken.* Herhaal van * tot * nog 5 keer. Haak 2 lossen, 2 steken overslaan en 1 vaste in elk van de volgende 2 vasten. Toer 12, 13 en 14: haak 1 losse om te keren en haak vervolgens 1 vaste in elke steek. Hecht af. Begin nu opnieuw aan middenvoor, links onderaan (gezien vanuit het punt als je de jas aan zou hebben). Hecht een nieuwe draad aan en haak 1 vaste in de eerste 60 steken. *Haak 1 keerlosse en opnieuw 1 vaste in elke vaste*. Herhaal van * tot * nog 5 keer. Nu moet je enkel nog een beide kanten van middenvoor het beleg naar binnen naaien. Let erop bij het vouwen dat de gaten van de knoopsgaten precies overeenkomen. Knopen aanzetten Leg de jas plat op tafel. Doe hem dicht zodat middenvoor netjes op elkaar ligt. Markeer nu de punten waar de knopen moeten komen en naai deze vervolgens aan op de juiste plaats.