FOSAG Feitendossier 4 seizoenen onderhoud. november 2004. Inleiding



Vergelijkbare documenten
Feitendossier IPW donderdag 26 maart 2009

Evaluatie premiegroepen WW

Grafimedia in cijfers

Werkloosheid nauwelijks veranderd

Aantal werkzoekenden en aantal WWuitkeringen

Kengetallen Mobiliteitsbranche

Werkloosheid in oktober vrijwel onveranderd

Werkloosheid daalt verder in september

4 Enkele kanttekeningen bij het voornemen van de minister

ECONOMISCHE MONITOR EDE 2011 / 2

Vastgoedbericht juni 2008

Persbericht. Groei vacatures ten einde. Centraal Bureau voor de Statistiek

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Werkloosheid licht gedaald

Vastgoedbericht april 2009

Vastgoedbericht augustus 2009

Persbericht. Werkloosheid licht gedaald. Centraal Bureau voor de Statistiek

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Vastgoedbericht november 2008

Bijlage 1 Spreiding en fluctuaties leerplichtige asielzoekers

Aantal werklozen in december toegenomen

Vastgoedbericht juli 2009

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Werkloosheid verder toegenomen. Anderhalf jaar stijgende lijn werkloosheid

Vastgoedbericht juni 2009

Vastgoedbericht oktober 2009

Vastgoedbericht mei 2009

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Werkloosheid verder toegenomen

Vastgoedbericht november 2009

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Sterke stijging werkloosheid

Werkloosheid in juli verder gedaald

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Werkloosheid in augustus licht gestegen

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Werkloosheid niet verder gedaald

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. Januari 2008

Werkloosheid opnieuw gestegen

Vastgoedbericht december 2009

Aantal werkzoekenden en WW-uitkeringen opnieuw toegenomen

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Werkloosheid verder toegenomen. Stijging 9 duizend per maand in afgelopen halfjaar

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Vooral meer 45-plussers werkloos

Werkloosheid in augustus gedaald

Vastgoedbericht oktober 2008

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Opnieuw minder werklozen

KENGETALLEN MOBILITEITSBRANCHE

KWARTAALMONITOR APRIL Omzetontwikkeling van freelancers en flexwerkers in Nederland

Werkloosheid verder toegenomen

Grafimedia. in cijfers

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Opnieuw meer werklozen

pagina 1 18 aan Sectorcommissie Paddenstoelen onderwerp Factsheet Paddenstoelen 2010 Documentnummer N datum 21 februari 2012

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht

ECONOMISCHE MONITOR EDE 2011 / 1

- Achtergrond. Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid T.a.v. de heer H.G.J. Kamp Postbus LV DEN HAAG. Geachte heer Kamp,

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Werkloosheid licht gestegen

Aantal werkzoekenden, ontslagaanvragen, vacatures en WW-uitkeringen

Persbericht. Werkloosheid daalt

Kengetallen Mobiliteitsbranche

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Werkloosheid neemt verder toe. Stijging 10 duizend per maand in afgelopen halfjaar

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Werkloosheid verder opgelopen

Vastgoedbericht juni 2010

Vastgoedbericht december 2010

Bedrijfsprofiel. 1 & 2 sterrenhotels in beeld. Anders denken, anders doen. In dit profiel: Van Spronsen & Partners horeca-advies December 2006

Statistisch Bulletin. Jaargang

Allochtonen op de arbeidsmarkt

pagina 1 20 aan Sectorcommissie Bedrijfsverzorgingsdiensten onderwerp Factsheet Bedrijfsverzorgingsdiensten 2011 Documentnummer N

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1a 2513 AA DEN HAAG SV/F&W/2004/7660

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Werkloosheid gestegen naar 7 procent

Donderdag 28-jan 6:30 8:27 11:54 12:54 15:34 17:23 19:20

Aantal hypotheken 3e kw 08. Totale hypotheeksom 3e kw 08

KvK-Bedrijvendynamiek

Vastgoedbericht april 2010

Vastgoedbericht mei 2010

Innovatief doorwerken. Bouwlokaal, Nieuwegein 31 mei 2006

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. Maart 2018

Grafimedia. in cijfers

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Werkloosheid stijgt opnieuw sterk

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Werkloosheid blijft afnemen. Opnieuw kleine daling werkloosheid

Werkloosheid daalt opnieuw

Vastgoedbericht juli 2010

Vastgoedbericht november 2010

Programma van eisen 4seizoenenonderhoud

Vastgoedbericht augustus 2010

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. Februari 2013

Vastgoedbericht oktober 2010

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. Januari 2015

Vastgoedbericht september 2010

Gemeenten en de spreiding van opdrachten voor schilderwerk

Noord-Holland heeft hoogste startersquote

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Werkloosheid in mei verder opgelopen

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Werkloosheid opnieuw toegenomen

pagina 1 18 onderwerp Factsheet Loonwerk 2010 aan Sectorcommissie Loonwerk Documentnummer N datum 29 november 2011 van Daniella van der Veen

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Forse toename werkloosheid in maart Lichte stijging aantal WW-uitkeringen

Werkloosheid gedaald

FORUM Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt: effecten van de economische crisis 2 e kwartaal 2009

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Werkloosheid verder toegenomen. Minder WW-uitkeringen aan jongeren, meer aan ouderen

pagina 1 25 aan Sectorcommissie Loonwerk onderwerp Factsheet Loonwerk 2011 Documentnummer Na datum 29 oktober 2012 van Judith Terwijn

Aantal werkzoekenden en aantal WWuitkeringen

Werkloosheid gedaald, maar minder mensen aan het werk

Werkloosheid gedaald

Aantal werkzoekenden en aantal WWuitkeringen

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. Zeeland, mei 2017

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Statistisch Bulletin. Jaargang

Statistisch Bulletin. Jaargang

Transcriptie:

FOSAG Feitendossier 4 seizoenen onderhoud november 2004 Inleiding Kenmerken van de schildersbedrijfstak - bedrijfsomvang - productie - regionale spreiding Arbeidsmarkt en werkloosheid - cijfers werkloosheid - regeling cyclische arbeidspatronen - premiedifferentiatie WW Drie hoofdstromen Integraal Plan wintergelegenheid - opdrachtspreiding - werkspreiding - professionalisering - maatregelen branche Vier vooroordelen over onderhoudsspreiding - klimaat - techniek - kwaliteit - prijs Over FOSAG Contactgegevens Geraadpleegde bronnen

1 A. Kenmerken van de schildersbedrijfstak Productiegroei voor afnemend aantal bedrijven Nederland telt ruim 3.400 bedrijven vallend onder de CAO-groep schilders, afwerking- en glaszetbedrijven en bijna 30.000 uitvoerende werknemers die onder die CAO 1 vallen. Qua bedrijfsomvang heeft - 2 % 51 of meer werknemers in dienst - 34 % meer dan 5 maar minder dan 51 werknemers in dienst - 64 % 5 of minder werknemers in dienst Schilderwerk kan vanuit het oogpunt van aanbod worden ingedeeld in drie categorieën: Metaalconservering (constructieschilderwerk en scheepsschilderwerk) 14% van de totale markt van schilderwerkzaamheden; Schilderen van gebouwen en woningen 84% van de totale markt en is onder te verdelen in onderhoudswerk (96%) en nieuwbouw (4%); Decoratieschilderwerk, belettering, en dergelijke 2% van de totale markt. De gezamenlijke omzet bedraagt ca. 2,5 miljard, excl. BTW, Tabel A.1 Bedrijven CAO-groep schilders, afwerkings en glaszetbedrijven per 01-10-2004 2 Aantal werkgevers naar grootte per provincie Aantal Aantal Aantal Aantal Aantal Aantal Aantal Aantal werknemers 000-005 006-010 011-020 021-050 051-100 101+ Som GRONINGEN 82 15 11 13 4 0 125 FRIESLAND 132 32 22 7 3 1 197 DRENTHE 49 13 6 11 1 1 81 OVERIJSSEL 149 53 34 29 5 3 273 GELDERLAND 317 78 72 37 8 0 512 ZUID-HOLLAND 384 83 70 60 15 2 614 LIMBURG 136 33 16 15 2 0 202 NOORD-HOLLAND 339 72 57 32 8 1 509 UTRECHT 159 31 25 22 3 1 241 NOORD-BRABANT 346 76 56 54 12 2 546 ZEELAND 48 11 7 6 4 0 76 FLEVOLAND 38 5 7 8 1 0 59 Totaal 2179 502 383 294 66 11 3435 1 Cijfers afkomstig van A&O-services 2 Cijfers afkomstig van A&O-services

2 Tabel A.2 Aantal werknemers CAO-groep schilders, afwerking- en glaszetbedrijven per 01-10-2004 3 Aantal per geslacht per provincie Aantal Aantal Aantal Man Vrouw Som GRONINGEN 1027 36 1063 FRIESLAND 1424 43 1467 DRENTHE 1038 27 1065 OVERIJSSEL 2538 98 2636 GELDERLAND 4044 187 4231 ZUID-HOLLAND 5050 231 5281 LIMBURG 1292 59 1351 NOORD-HOLLAND 3174 155 3329 UTRECHT 1492 86 1578 NOORD-BRABANT 4666 222 4888 ZEELAND 641 35 676 FLEVOLAND 496 21 517 Onbekend 101 10 111 Totaal 26983 1210 28193 Productie In de periode tot 2008 neemt de productie van schilderwerk toe met bijna 9% 4. Vergeleken met de ontwikkeling van de totale bouwproductie (in de periode 2005-2009), een groei van 2%, steekt deze ontwikkeling positief af 5. Achterliggende oorzaak is dat schilderwerk voornamelijk afhankelijk is van de onderhoudsmarkt, die in tegenstelling tot de nieuwbouw- en herstelmarkt een positieve ontwikkeling doormaakt. Tabel A.3 Onderhoudsprognoses per sector 2002 2004 2005 2006 2007 2008 onderhoud woningen 856 844 860 884 907 929 952 onderhoud u-bouw 640 644 658 668 683 705 728 investeringen woningen* 386 387 393 400 408 411 415 investeringen u-bouw* 285 256 247 256 268 272 276 Overige activiteiten** 420 407 406 417 430 436 443 totaal schildersproductie 2.587 2.538 2.564 2.625 2.696 2.753 2.814 index 2002=100 100,0 98,1 99,1 101,5 104,1 106,4 108,8 *nieuwbouw + herstel en verbouw **metaalschilderwerk etc. Bron: EIB Regionale spreiding activiteiten Onderscheid dient te worden gemaakt tussen de Randstad (Noord- en Zuid-Holland en Utrecht) en de rest van Nederland. De Randstad kent relatief veel hoogbouw (meergezinswoningen) en (sociale) huurwoningen. Dat is ook consistent met de aanwezigheid van relatief veel en grote woningbouwverenigingen. Buiten de Randstad loopt het woningaanbod van eengezinswoningen (afzonderlijke) woningen op tot boven de 80%. Gezien de opbouw van het woningbezit in Nederland zullen met name schilderbedrijven in de Randstad grote opdrachten krijgen, zowel in het onderhoud als de nieuwbouw. De kantorenmarkt vertoont een vergelijkbaar beeld. In de Randstedelijke provincies is de markt voor kantoren het grootst, in de noordelijke provincies, Zeeland en Limburg het laagst. 3 Cijfers afkomstig van A&O-services 4 EIB-onderzoek: De markt in de afbouwsector in de periode -2008 5 EIB-rapport: Verwachtingen bouwproductie en werkgelegenheid in 2004

3 B. Arbeidsmarkt en werkloosheid Als circa 15% van het werk van de zomer naar de winter verschuift is het totale vraagstuk van de winterwerkloosheid opgelost. Oplossing van de winterwerkloosheid betekent een omzetverschuiving van circa 73 miljoen euro. - Integraal Plan winterwerkgelegenheid 2004 Cijfers werkloosheid Het aantal werkloze schilders is de afgelopen winters gedaald van 9.940 winterwerklozen in februari 1998 tot 4.997 personen in februari 2004. De Afbouw- en Onderhoudbranche in het algemeen en de Schildersbranche in het bijzonder kennen een piek van de werkgelegenheid in de zomermaanden. Consequent ingezet beleid (onder andere in de vorm van opdrachtspreiding, premies/ subsidies voor winterwerk en technologische ontwikkelingen) heeft in voorgaande jaren gezorgd voor een aanzienlijke afvlakking van die seizoensschommelingen. Volledig verdwenen zijn ze zeker niet. Grafiek b.1 Aangenomen werk versus capaciteit Jaar CAO-soort Jan Feb Mrt Apr Mei Jun Jul Aug Sep Okt Nov Dec 2002 Schilders 3564 4977 4340 2400 1173 871 753 724 645 656 1165 2540 Schilders 3370 4648 4691 3051 2934 1386 1217 1161 1115 1286 1688 2834 2004 Schilders 3652 4997 5015 4085 2557 2074 1805 1674 Tabel b.2 Gegevens seizoenswerkloosheid schilders Er zijn drie oorzaken aan te geven voor gebrek aan werkgelegenheid gedurende het gehele jaar: Een onregelmatige opdrachtenstroom. Oorzaak is het vooroordeel bij opdrachtgevers dat technisch gezien alleen in de zomer kan worden geschilderd. Het informele circuit. De prijzen voor schilderwerk liggen aanzienlijk beneden de kostprijs van het professionele schildersbedrijf. De doe-het-zelf markt. De grote omvang van deze markt geeft aan dat de prijs voor professioneel schilderwerk door particulieren veelal als te hoog wordt ervaren.

4 De seizoenswerkloosheid heeft een omvang van gemiddeld 14 weken per jaar voor ca. eenderde van de in het hoogseizoen werkzame schilders. Regeling cyclische arbeidspatronen Cyclische werkloosheid ontstaat als een werknemer steeds bij dezelfde werkgever werkzaam is in een wisselend arbeidspatroon met een vaste cyclus. In de praktijk komt het voor dat werknemers jaar in jaar uit (bijvoorbeeld) negen maanden in dienst worden genomen bij dezelfde werkgever en de resterende drie maanden een werkloosheiduitkering ontvangen. Hiermee worden bedrijfsrisico s afgewenteld op de WW. Om dit tegen te gaan is in 1994 de regeling cyclische arbeidspatronen ingevoerd. Als gevolg van deze regeling hebben werknemers bij cyclische werkloosheid geen recht meer op een WW-uitkering. Dat is alleen anders indien het cyclische arbeidspatroon een klimatologische oorzaak heeft (seizoensarbeid). In maart 2001 is de uitzondering voor seizoensarbeid verduidelijkt en aangescherpt. Als gevolg hiervan valt bepaalde arbeid, die voorheen wel als seizoenmatig werd aangeduid, niet meer onder het begrip seizoenarbeid. Het gaat hierbij onder andere over arbeid van schilders. Hierdoor hebben werknemers bij cyclische werkloosheid geen recht meer op een werkloosheiduitkering. Ondanks deze regeling wordt 5,6% van alle WW-uitkeringen toegekend bij cyclische werkloosheid. Het gaat hierbij jaarlijks om ca. 14.000 uitkeringen met een gemiddelde duur van 15 weken. In was het instroomrisico WW in de schilderssector met 23% het hoogste van alle sectoren (uitgezonderd de uitzendbranche met 25%). Uitgaande van een jaarlijkse arbeidsproductiviteit van 76.840 euro in en 77.801 euro in 2004 is de ongebruikte productiviteit in miljoenen euro s als volgt. Tabel b.3 Ongebruikte productiviteit /2004 Jaar Jan Feb Mrt Apr Mei Jun Jul Aug Sep Okt Nov Dec Tot 21,6 29,8 30,0 19,5 18,8 8,9 7,8 7,4 7,1 8,2 10,8 18,1 188 2004 23,7 32,4 32,5 26,5 16,6 13,4 11,7 10,9 168 Tabel b.4 Discontinuïteit dienstverbanden uitgesplitst naar provincie Provincie 1 e kwartaal 2 e kwartaal 3 e kwartaal 4 e kwartaal Gemiddeld (Gm) Groningen 968 1.088 1.092 908 1.014 Friesland 1.505 1.623 1.623 1.455 1.552 Drenthe 1.034 1.169 1.177 987 1.092 Overijssel 2.814 3.305 3.004 2.682 2.951 Gelderland 4.392 4.684 4.720 4.369 4.541 Utrecht 1.760 1.817 1.794 1.738 1.777 Noord-Holland 3.640 3.706 3.672 3.550 3.642 Zuid-Holland 5.714 5.874 5.827 5.530 5.736 Zeeland 703 725 718 679 706 Noord-Brabant 5.078 5.446 5.455 4.870 5.212 Limburg 1.486 1.543 1.522 1.407 1.490 Flevoland 570 580 575 538 566 Buitenland/ 118 89 92 78 94 onbekend Totaal 29.782 31.379 31.271 28.791 30.305

5 Tabel b.5 Discontinuïteit dienstverbanden uitgesplitst naar leeftijd Leeftijd 1 e kwartaal 2 e kwartaal 3 e kwartaal 4 e kwartaal Gemiddeld (Gm) < 23 3.774 4.004 3.923 3.535 3.809 23 < 30 4.246 4.470 4.461 4.079 4.314 30 < 40 7.416 7.778 7.706 6.945 7.461 40 < 50 7.313 7.615 7.581 7.036 7.386 50 < 57,5 5.545 5.895 5.908 5.469 5.704 57,5 < 65 1.488 1.617 1.692 1.727 1.631 Totaal 29.782 31.379 31.271 28.791 30.305 Premiedifferentiatie WW Het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) is voornemens premiedifferentiatie door te voeren in de WW met ingang van 1 januari 2006. Om een einde te maken aan de cyclische werkloosheid, zullen bedrijven die medewerkers korter dan een jaar in dienst nemen meteen een hoge WW-premie moeten gaan betalen. Over de precieze uitwerking vindt overleg plaats met de bedrijfstak. Werkgevers- en werknemersorganisaties onderschrijven het doel van de maatregel: het uitbannen of verkleinen van de winterwerkloosheid. De extra premie die door bedrijven moet worden betaald als werknemers (tijdelijk) in de WW komen, zal een stimulans zijn om te voorkómen dat er slappe tijden in de herfst en winter ontstaan en zal een beroep doen op de creativiteit van de bedrijven om meer werk te maken van opdrachtspreiding.

6 C. Drie hoofdstromen Integraal plan winterwerkgelegenheid Opdrachtspreiding, werkspreiding en professionalisering om winterwerkloosheid in 2008 uit te bannen. Opdrachtspreiding Op dit moment zijn de opdrachten niet gelijkmatig over het jaar verdeeld. Vooral in de herfst- en winterperiode ontstaan daardoor slappe tijden. Dit wordt m.n. veroorzaakt door: - vooroordelen van opdrachtgevers (het schilderwerk in de winter zou kwalitatief minder zijn dan in de zomer); - praktische bezwaren bij opdrachtgevers (bij slecht weer stopt het schilderwerk, afscherming is lastig, het wordt koud als in de winter het raam open moet blijven); - diep ingesleten gewoonten in de bedrijfstak om de niet gelijkmatige opdrachtspreiding als normaal te beschouwen. Uiteindelijk beslissen bedrijven zèlf over de planning en uitvoering van hun opdrachten. De bedrijfstak zet zich in om een klimaat te scheppen waarin het gewoon is dat opdrachten zó gespreid zijn dat bedrijven gedurende vier seizoenen werk hebben en spreekt bedrijven er op aan in overleg met opdrachtgevers actief werk te maken van het verschuiven van werk van de zomer naar de winter. Daarnaast spant de bedrijfstak zich in om bedrijven te faciliteren in het zoeken naar andere oplossingen. Deze oplossingen kunnen bijvoorbeeld gevonden worden door werknemers tijdelijk ander werk te laten verrichten dat juist in de wintermaanden beschikbaar is 6. Werkspreiding Om werkspreiding mogelijk te maken is in de CAO een aantal stappen gezet. In de CAO is in 1995/1997 voor het eerst een Raamwerk Werkspreiding Schilders (RWS) opgenomen. Kern is dat werknemers in de zomer dagelijks tot maximaal een uur langer kunnen werken in ruil voor meer werk- en inkomenszekerheid in de winter. Daarnaast is er een jaarmodel afgesproken in de CAO. Dit houdt in dat werkgevers en werknemers op vrijwillige basis in een bedrijf tot afspraken kunnen komen over de planning van het werk gedurende een jaar. Het feitelijk gebruik van de instrumenten om de beschikbare arbeidstijd te verdelen over de seizoenen om winterwerkloosheid te vermijden is onvoldoende bekend 7. Aanvullend onderzoek is nodig om tot een betrouwbare nulmeting te komen. In het Integraal Plan Winterwerkgelegenheid nemen betrokken partijen zich voor om de bekendheid met de gemaakte CAO-afspraken te bevorderen. In concreto betekent dit dat binnen 4 jaar 80% van de bedrijven in de branche op de hoogte is van de beschikbare instrumenten en serieus de invoering van werkspreiding heeft overwogen of overweegt. Professionalisering De werkloosheid in de winter loopt terug. Veel bedrijven hebben vorderingen gemaakt in het realiseren van vier seizoenenwerk door professioneel om te gaan met opdrachtspreiding, acquisitie en werkspreiding. Toch is nog een te grote groep bedrijven 8 op dit moment onvoldoende in staat om de continuïteit van het bedrijf zo te organiseren dat 6 Bijv. winterpilot-project detachering bij Carglass. 7 A&O-services heeft 40 bedrijven geregistreerd die uren opgeven voor het RWS-model en 29 bedrijven die gebruik hebben gemaakt van de ATM-scan. Met behulp van deze scan kunnen bedrijven laten beoordelen hoe ze de arbeidsuren over het jaar kunnen spreiden op een manier die past bij hun bedrijf. 8 Uit UWV-onderzoek cyclisch beroep op de Werkloosheidswet 1999 t/m 2002 blijkt dat in die periode bij één op de vijf schilderswerkgevers cyclische uitkeringen ontstaan. Van de grote bedrijven ( meer dan 25 werknemers) ontslaat meer dan de helft personeel volgens een cyclisch patroon. Via A&O-services volgen nog nadere gegevens over het precieze aantal bedrijven, aard en omvang en geografische spreiding van de bedrijven.

7 winterwerkloosheid wordt uitgebannen. Dit wordt mede veroorzaakt door een te geringe professionaliteit. Professionele bedrijfsvoering betekent dat de ondernemer en de werknemers samen de continuïteit van de bedrijfsvoering en de kwaliteit van de dienstverlening borgen. Dat kan door opdrachtspreiding en werkspreiding, door professionele acquisitie maar ook door verbreding van de dienstverlening en samenwerking binnen de keten van onderhoud en afbouw. Deze professionaliteit is gedeeltelijk een kwestie van opleiding. De concrete doelstelling bij professionalisering in het kader van het Integraal Plan Winterwerkgelegenheid is tweeledig: - Binnen 2 jaar is het curriculum van de reguliere beroepsopleidingen (met name MBO/HBO) gericht op het adequaat inzetten van opdrachtspreiding, werkspreiding, acquisitiestrategieën en andere mogelijkheden als marktverbreding om de winterwerkloosheid uit te bannen. - Binnen de bedrijfstak wordt een integrale opleidingsmodule ontwikkeld en in de markt gezet om de winterwerkloosheid uit te bannen. Maatregelen branche Naar aanleiding van het Deltaplan heeft de schildersbranche inmiddels de volgende maatregelen genomen om de cyclische werkloosheid te beperken: - Differentiatie van de loonkosten over het jaar. Door de wachtgeldpremie alleen in de zomer te heffen en door differentiatie van de BER-regelingen zijn de loonkosten van de schilders in de winter 20% lager dan in de zomer - De korting op grond van de winterschilderregeling voor binnenschilderwerk in de winter - Premiëring van buitenschilderwerk in de winter - Cao-afspraken waarin werktijdverlenging in de zomer gecombineerd wordt met werktijdverkorting in de winter en waarin in de winterperiode een aantal vaste vrije dagen is aangewezen. De oudste, en wellicht bekendste maatregel, bedoeld om buitenschilderwerk te verschuiven van de zomer- naar de wintermaanden, is die van de Winterschilder. Deze premieregeling bestaat al 30 jaar en bedraagt 12,5 euro pp/pd voor zakelijke opdrachtgevers en 30 euro pp/pd voor particulieren (bij een werkomvang van tenminste 3 mandagen en maximaal 75 mandagen). De Rijksoverheid komt niet in aanmerking voor deze kortingen. Ruim 40% van alle schildersbedrijven in Nederland neemt deel aan de winterregelingen. Onder de CAO-bedrijven ligt het percentage deelnemers op 70%. Voor het seizoen - 2004 kent de winterregeling 3.230 deelnemers, waaronder 730 ozp-ers.

8 D. Vier vooroordelen ten aanzien van onderhoudspreiding Klimaat Doorwerken in kou en vorst? De Nederlandse winters zijn een stuk minder ijzig dan gedacht wordt. In de regel kan er in herfst en winter gewoon worden doorgewerkt aan onderhoudsprojecten. Dit is zelfs goed mogelijk met de juiste voorzieningen in de vorm van afscherming en klimaatbeheersing en door gebruik van moderne doorwerkverven, die speciaal zijn ontwikkeld om bij lagere temperaturen te gebruiken. Verder maken slimme afwisseling van binnen- en buitenwerk onderhoud in de winter een reële optie. In de winter (half oktober tot begin april) heerst er een hogere luchtvochtigheid en een lage temperatuur. Als de ondergrond kouder is dan de omgevingstemperatuur, slaat het vocht in de lucht neer op de ondergrond. Dit wordt ook wel het dauwpunt genoemd. In Nederland gelden voor het uitvoeren van buitenschilderwerk met de gebruikelijke bouwverven op basis van alkydharsen de volgende condities: - Een omgevingstemperatuur boven de 5 C - Een relatieve luchtvochtigheid lager dan 85% - Geen neerslag (regen, hagel, sneeuw) - Een oppervlaktetemperatuur die 3 C boven het dauwpunt ligt. Volgens de branchedefinitie is er sprake van een werkbare dag als het aantal werkbare uren groter is dan 5 uur. Volgens onderstaand schema leverde de winter /2004 aldus 80% werkbare dagen op. Grafiek D.1 Werkbare dagen /2004 Technologie en innovatie Zijn we qua techniek wel zover? Effectieve onderhoudspreiding vereist inzicht in welk werk zich technologisch gezien laat spreiden over het jaar en welke (toepassingsgerichte) technologie in de komende 4 jaar kan worden ontwikkeld met het oog op werkgelegenheid door het jaar heen. In de schilderssector zijn de afgelopen jaren veel mogelijkheden ontwikkeld die doorwerken in de winter mogelijk maken. Het gaat dan niet alleen over puur technologische mogelijkheden, maar ook om de mogelijkheden om dat te doen op een wijze die voor wat betreft de arbeidsomstandigheden verantwoord is.

9 Volgens het Integraal Plan Winterwerkgelegenheid zal specifiek worden ingezet op de volgende zaken: - Bestaande technologische doorwerkmogelijkheden zijn niet altijd bereikbaar voor afzonderlijke bedrijven of werknemers. De meerkosten kunnen daarvoor te hoog zijn. Samenwerking tussen bedrijven, gezamenlijk optrekken naar de leverancier met de branche of de werkgeversorganisatie als intermediair kan in dit geval uitkomst bieden; - Ook als doorwerktechnologie wél bereikbaar is voor een individueel bedrijf, wordt deze nog niet altijd door de bedrijven benut. Een campagne, gericht op een bredere toepassing kan hierbij ondersteunend werken; - Het stimuleren van de ontwikkeling van meer toepassingsgerichte technologie die doorwerken in de winter mogelijk maakt. Het gaat hierbij bv. om het ontwikkelen van meer flexibel afscherm- of steigermateriaal dat het ook voor de opdrachtgevers aantrekkelijker of minder hinderlijk maakt werk in de winter aan te besteden; - In combinatie met het toepassen van nieuwe technologie is het ook mogelijk om organisatorische innovaties toe te passen om winterwerkloosheid uit te bannen. Te denken valt aan detacheringconstructies, aan samenwerking met andere bedrijven of aan het (tijdelijk) aanbieden van andere diensten en producten; - technologische en marktoplossingen stimuleren binnen een aantal deelsectoren (bijvoorbeeld de metaalconservering) waar buiten doorschilderen technisch (nog) niet tot de mogelijkheden behoort. Opdrachtgevers Na oktober kan er toch geen onderhoud worden uitgevoerd? Opdrachtgevers zijn een belangrijke spil in de opdrachtspreiding. Het gaat in de richting van de opdrachtgevers vooral om het bestrijden van vooroordelen tegen schilderwerk in de winter (de kwaliteit zou niet goed zijn) en het wegnemen van praktische bezwaren. In het Integraal Plan Winterwerkloosheid wordt een aantal projecten voorgesteld richting opdrachtgevers en schildersbedrijven: - Een landelijke actie gericht op belangrijke publieke en private opdrachtgevers. Met speciale aandacht voor de overheid als voorbeeldige opdrachtgever, mede in relatie tot de premiedifferentiatie WW. Een gerichte inzet van FOSAG, FNV-Bouw, Hout- en Bouwbond CNV en wellicht hun centrale organisaties (MKB-Nederland, FNV, CNV) naar de Rijksoverheid en de rijksgebouwendienst moet ertoe bijdragen dat de overheid niet alleen haar rol als wetgever maar tegelijkertijd haar maatschappelijke verantwoordelijkheid neemt als opdrachtgever om de winterwerkloosheid terug te dringen. Met deze partijen zullen zo concreet mogelijke afspraken worden gemaakt, waaraan schildersbedrijven kunnen refereren bij acquisitie van opdrachten van deze opdrachtgevers. Onderdeel van deze afspraken kan zijn dat het binnenschilderwerk niet in de zomer plaatsvindt. - Daarnaast ligt het voor de hand om opdrachtgevers aan te spreken die met de schildersbranche of de achterliggende partijen zijn verbonden zoals pensioenfondsen, scholingsinstellingen, etc. om bij onderhoud van hun gebouwen het schilderwerk in de winter te laten uitvoeren. Hierin zullen ook innovatieve oplossingen een plaats krijgen. Bijvoorbeeld de ontwikkeling van raamcontracten met opdrachtgevers, waarbij schildersbedrijven zelf kunnen plannen wanneer zij onderhoudswerkzaamheden komen verrichten, de mogelijkheden van een totaalonderhoudscontract door samenwerking met andere partijen in de onderhoudsketen, een schilders-leasecontract, detacheringmogelijkheden.

10 Over FOSAG FOSAG heet voluit de Koninklijke Vereniging Federatie van Ondernemers in het Schilders-, Afwerkings- en Glaszetbedrijf. Bij het 100-jarig bestaan is het predikaat Koninklijk aan de vereniging FOSAG toegekend, die intussen al meer dan 120 jaar bestaat. Tegenwoordig staat FOSAG voor Ondernemersvereniging schilders-, onderhouds-, metaalconserveringsen glasbranche. Een aantal grotere lidbedrijven legt zich meer en meer toe op het aanbieden van uitgebreide onderhoudspakketten aan opdrachtgevers, zoals woningcorporaties en vastgoedbeheerders. Zij voeren naast het gebruikelijke schilder- en glaszetwerk ook bouwkundige werkzaamheden uit (al dan niet met inschakeling van onderaannemers) en nemen tevens een deel van de inrichting voor hun rekening. Een goed ondernemersklimaat en goed ondernemerschap zijn in deze branche slechts de helft van het verhaal. De andere helft is goed vakmanschap. Daarom besteedt FOSAG veel aandacht aan de instroom van jongeren en het behoud van een brede vakopleiding. Via de Federatie SPOS Nederland steunt FOSAG het werkend leren via de Praktijk Leer Werkplaatsen, verspreid in Nederland.

11 Contactgegevens Contactgegevens: FOSAG o.v.v. 4 seizoenen onderhoud Postbus 651 2800 AR Gouda Telefoon : 0182 571444 Fax : 0182 572083 E-mail : info@4seizoenenonderhoud.nl