ONDER DE LOEP. Een heel andere filosofie. De mogelijke situaties. Strengere bewijzen



Vergelijkbare documenten
Wetboek van de Belgische nationaliteit

Aanvraag Belgische nationaliteit

Belg worden. Nieuw Wetboek van de Belgische Nationaliteit. Derde editie, januari 2013 ~ 1 ~

BELG WORDEN. Vierde editie april 2014

belg worden Nationaliteitsverklaring

Het wetboek van de Belgische nationaliteit.

nationaliteitsverklaring naturalisatie juridische begrippen een aanvraag doen Belg worden Procedures om de nationaliteit te verwerven

Belg worden. Derde editie, januari 2013 ~ 1 ~ Nieuwe wet UPDATE 14 MAART 2013

Huwelijksaangifte en samenlevingscontract vereenvoudigd

Rechtsbijstand bij bemiddeling

Carina VAN CAUTER volksvertegenwoordiger BELGISCHE NATIONALITEIT. Met de wet van 4 december migratieneutraal gemaakt.

Wegwijs in justitie. In de hoofdrol bij justitie. De instellingen. Meer informatie. Justitie in de praktijk. Veranderen van naam of voornaam

Datum : 21/10/2002 BS : 29/10/2002

Dienst uw brief van uw kenmerk Ons kenmerk datum Bijlage(n)

NIETIGHEID TERUGGAVE DUPLICAAT OMWISSELING VAN EEN OUD

OMZENDBRIEF AAN DE GEMEENTEBESTUREN HOOFDSTUK 28 HET INTERNATIONALE RIJBEWIJS

Wetboek van de Belgische nationaliteit

Afstamming. U hebt vragen over uw afstamming of over de afstamming van uw kind

TYPEFORMULIER Regularisatieaanvraag

Omzendbrief tot wijziging van de omzendbrief van 15 september 1998 betreffende het verblijf van vreemdelingen die in België wensen te komen studeren

Datum: 24/05/1994 B.S.: 21/07/1994

5.1. Impact van de wijzigingen van het nationaliteitswetboek

ECHTSCHEIDINGEN KENNEN GEEN GRENZEN (regels van internationaal privaat recht)

Wet van 10 mei 2007 betreffende de transseksualiteit

Infofiche huwelijk. In België worden huwelijken voltrokken op het gemeentehuis. Voor meer info neemt u best direct contact op met de gemeente.

Interlandelijke adoptie

De nieuwe wetgeving inzake de Belgische nationaliteit

HOOFDSTUK 23 HET INTERNATIONALE RIJBEWIJS

De nieuwe reglementering inzake schijnhuwelijken en schijn-wettelijke samenwoning

HOOFDSTUK 16 PRAKTISCH EXAMEN

FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID. Directie-generaal Sociaal Beleid. Domein Regelgeving Kinderbijslag. Ministeriële Omzendbrief nr.

HOOFDSTUK 1 Inleidende bepaling. Artikel 1. HOOFDSTUK 2 Wijzigingen van het Burgerlijk Wetboek. Artikel 2

CIRCULAIRE NOTA SPECIAAL STATUUT VAN DE GEZINSLEDEN VAN HET PERSONEEL VAN INTERNATIONATIONALE INSTELLINGEN. (10 januari 2013)

DE INHOUD, VOORWAARDEN EN DE PROCEDURE OM DE MEDISCHE KOSTEN VIA DE ZIEKTEVERZEKERING TE LATEN BETALEN

Gelet op het auditoraatsrapport van de Kruispuntbank ontvangen op 12 mei 2005; A. CONTEXT VAN DE AANVRAAG EN ONDERWERP ERVAN

Titel. Inhoudstafel Tekst Begin

Familierechtbank Brussel (Ned.), vonnis van 28 mei 2018

BERICHT AAN DE GEMEENTEN GEMEENTERAADSVERKIEZINGEN VAN 14 OKTOBER 2012

REGULARISATIE 7/2009 Samenvatting opgesteld door het advocatenkantoor

R.I.Z.I.V. Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering

REGELEN VOOR ALLE VOORLOPIGE RIJBE- WIJZEN M36, M18 EN M3

Instructie m.b.t. de toepassing van het oude artikel 9,3 en het artikel 9bis van de vreemdelingenwet.

PERSONEN DIE NIET MEER

WEGWIJS VOOR studenten. Versie januari 2017 Studenten

Juridisch bulletin. Wetgeving

ONTWERP VAN DECREET TEKST AANGENOMEN DOOR DE PLENAIRE VERGADERING

OMZENDBRIEF AAN DE GEMEENTEBESTUREN TITEL

I.T. 123 WETTELIJKE SAMENWONING

VR 2016 DOC.0943/1BIS

Als uw aanvraag betrekking heeft op meerdere personen, betaalt u een bijdrage per persoon.

INFORMATIEBROCHURE VOOR DE GARANTEN

10 MEI Wet betreffende de transseksualiteit

FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN

6 MAART Koninklijk besluit tot instelling van een regeling van sociale voordelen voor sommige geneesheren

Geachte Dames, geachte Heren,

HOOFDSTUK 22 HERNIEUWING, NIETIGHEID-TERUGGAVE

De Europese Economische Ruimte

HOOFDSTUK 22 HERNIEUWING, NIETIGHEID-TERUGGAVE

IV.4 PA/E/S IBO MB Dit is een gecoördineerde versie. De datum van de laatste versie is steeds de datum van het laatste wijzigingsbesluit

HOOFDSTUK 23 HET INTERNATIONALE RIJBEWIJS

De toegang tot de genoemde opties wordt geregeld overeenkomstig de bepalingen van de hiernavolgende punten 4, 5 en 6.

Omzendbrief betreffende de nieuwe asielprocedure en zijn gevolgen voor de maatschappelijke dienstverlening.

HOOFDSTUK I.- Definities. Artikel 1.- Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder:

HOOFDSTUK 18 WIE KAN EEN BELGISCH RIJBEWIJS KRIJGEN

Gelet op de aanvraag van het Agentschap Hoger Onderwijs, Volwassenenonderwijs, Kwalificaties & Studietoelagen ontvangen op 14/03/2016;

Vermoeden meemoederschap De persoon die als moeder in de ten opzichte van. ten opzichte van geboorteakte is vermeld de echtgenoot van de moeder

INFORMATIEBROCHURE VOOR DE GARANTEN

Reglement goedgekeurd door de Gemeenteraad in openbare zitting van 27/06/2011.

I.T. 031 NATIONALITEIT EN RECHTVAARDIGING

Stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag (brugpensioen) gewijzigd vanaf 1 januari 2015

opgesteld en stelt hem in het bezit van een attest van immatriculatie model A, waarvan de geldigheid negen maanden na de datum van afgifte van het

Reglement tot het toekennen van een gemeentelijke aankoop- en vervolgpremie.

Materiële hulp voor kinderen die illegaal verblijven

Financiële steun equivalent aan het leefloon

Basisopleiding gezinshereniging

Socio-culturele sector van de Franstalige en Duitstalige Gemeenschap en het Waalse Gewest. Waalse Gewest

De artikelen 51 tot 53 van het koninklijk besluit van houdende de werkloosheidsreglementering (B.S )

gelet op artikel 63, eerste alinea punt 3 van het EG-Verdrag,

MEMORIE VAN TOELICHTING

Betreft: Ontwerp van koninklijk besluit betreffende de mededeling van informaties in het wachtregister. (A/2009/034)

RICHTLIJN 93/ 109/EG VAN DE RAAD. van 6 december 1993

Hof van Cassatie van België

4 de vermelding van de wil van beide partijen om wettelijk samen te wonen;

1. Outplacement, waarover gaat het?

De Belgische transgenderwet in een internationale context

HOOFDSTUK 5. Verwerving en toekenning van de Belgische nationaliteit aan vreemdelingen

De Dublin-criteria teneinde de verantwoordelijke staat te bepalen.

OMZENDBRIEF AAN DE GEMEENTEBESTUREN TITEL

berekening en tarieven

De administrateur-generaal

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid»

Bevoegdheid bij het verlaten van de opvangstructuur

In dit algemeen reglement hebben de onderstaande termen de ernaast vermelde betekenis.

Dat dit reglement op de bepalingen van de ordonnantie van 3 april 2014 door een beslissing van het College op 26 juni 2014 aangepast is;

Interlandelijke adoptie

Omzendbrief betreffende de verblijfsregularisatie om medische redenen en de invloed daarvan op het recht op maatschappelijke dienstverlening

Rechtbank van eerste aanleg Mechelen, vonnis van 16 maart 2010

Geachte heer Geachte mevrouw

REGLEMENT: HUISHOUDELIJK REGLEMENT BETREFFENDE DRINGENDE MEDISCHE KOSTEN VOOR PERSONEN DIE ILLEGAAL OP HET GRONDGEBIED VERBLIJVEN

Transcriptie:

WETBOEK VAN DE BELGISCHE NATIONALITEIT: INGEWIKKELDER EN STRENGER De wet van 4 december 2012 tot wijziging van het Wetboek van de Belgische nationaliteit teneinde het verkrijgen van de Belgische nationaliteit migratieneutraal te maken hervormt het Wetboek van de Belgische nationaliteit ingrijpend. Wij overlopen hier de belangrijkste wijzigingen naar aanleiding van het nieuwe systeem. 12 Dit is al de zevende hervorming van het wetboek sinds de publicatie in 1984, wat wel erg veel is voor een wetboek van nog geen dertig jaar oud. Het bevestigt dat nationaliteit een gevoelig politiek thema is, dat aanleiding geeft tot hevige en geanimeerde debatten. Een heel andere filosofie De eerste hervormingen van het Wetboek hadden als doel de voorwaarden voor de toekenning van de Belgische nationaliteit te versoepelen. Door voortaan van kandidaat-belgen te verlangen dat ze voldoen aan criteria op het gebied van economische, sociale en taalinburgering, herziet de wet van 4 december 2012 grondig de filosofie waarop het Wetboek gebaseerd is. Vroeger nam men aan dat een vreemdeling wilde integreren wanneer hij een aanvraag tot het verkrijgen van de Belgische nationaliteit indiende, en dat de integratie hieruit zou voortvloeien. Het verkrijgen van de nationaliteit werd niet beschouwd als het resultaat van een integratieproces, maar als een middel om vreemdelingen in te burgeren. Nu geldt het omgekeerde : het verkrijgen van de Belgische nationaliteit wordt voortaan beschouwd als het resultaat van een integratieproces. Een vreemdeling die de Belgische nationaliteit wenst, zal dus moeten bewijzen dat hij aan bepaalde integratiecriteria voldoet. Dit verklaart ook waarom het niet meer mogelijk is om een nationaliteitsverklaring in te dienen bij een Belgisch consulaat : kandidaat-belgen moeten hun inburgering in de Belgische samenleving aantonen, maar dat is niet mogelijk als zij in het buitenland verblijven en werken. De mogelijke situaties Artikel 12bis voorziet in 5 mogelijke situaties : 1. de gewone verklaring na 5 jaar ononderbroken wettelijk verblijf, voor zover aan de voorwaarden op het gebied van economische, sociale en taalinburgering voldaan werd ; 2. geboren zijn in België en er al sinds de geboorte wonen ; 3. gehuwd zijn met een Belg of ouder zijn van een minderjarig Belgisch kind : in dat geval moet enkel voldaan worden aan de criteria op het gebied van sociale en taalinburgering ; 4. de pensioenleeftijd bereikt hebben of erkend zijn als invalide of gehandicapte ; 5. al 10 jaar ononderbroken en wettelijk in België verblijven. De integratievoorwaarden waaraan voldaan moet worden, verschillen van geval tot geval. Zo zal iemand die in België geboren is of de pensioenleeftijd bereikt heeft, geen bewijs van integratie moeten aanleveren. De criteria op het gebied van sociale inburgering verschillen ook volgens de gekozen procedure. Strengere bewijzen De wet bepaalt dat iemand die gedurende de vijf jaar voorafgaand aan zijn nationaliteitsaanvraag ononderbroken gewerkt heeft, geacht wordt sociaal ingeburgerd te zijn en één van de landstalen voldoende te beheersen. Die persoon zal dan alleen een bewijs moeten leveren dat hij of zij tijdens de vereiste termijn ononderbroken gewerkt heeft.

Maar personen die niet kunnen bewijzen dat ze vijf jaar lang gewerkt hebben, zullen andere bewijsmiddelen moeten aanvoeren om aan te tonen dat ze aan de vereiste integratiecriteria voldoen. De wetgever laat het aan de Koning over om te bepalen welke aktes en bewijsstukken aantonen dat aan de voorwaarden werd voldaan, ook die met betrekking tot de integratiecriteria. Meer dan de eigenlijke wet zijn het de bewijsmiddelen, zoals vastgelegd in het koninklijk besluit van 14 januari 2013, die de toekenningsvoorwaarden van de Belgische nationaliteit heel wat strenger maken. - Zo leveren de bewijsmiddelen met betrekking tot het beheersen van een landstaal het bewijs van een taalniveau dat hoger is dan wat door de wet geëist wordt, namelijk niveau A2 van het gemeenschappelijk Europees referentiekader voor talen. Dit niveau stemt overeen met een basiskennis. Wie een diploma van lager secundair onderwijs of zelfs van lager onderwijs behaald heeft, beantwoordt aan dit taalniveau. Hetzelfde geldt voor personen met certificaten en diploma's van onderwijsinstellingen in Franstalige landen die niet tot de Europese Unie behoren. Deze documenten zijn echter niet opgenomen in de lijst van het koninklijk besluit, die exhaustief is, terwijl buitenlandse diploma's door een Gemeenschap als evenwaardig beschouwd worden. Dergelijke kandidaat-belgen zullen ze dus niet kunnen gebruiken om hun kennis van een landstaal te bewijzen. - De bewijsmiddelen voor sociale inburgering zijn nog strenger : wie niet minstens één certificaat van hoger secundair onderwijs behaald heeft of niet geslaagd is voor een beroepsopleiding in België, zal zijn sociale inburgering enkel kunnen aantonen door een inburgeringstraject te volgen. Maar momenteel wordt dit traject uitsluitend in het Vlaams Gewest georganiseerd. Een kandidaat-belg die een aanvraag indient als echtgenoot van een Belg of als ouder van een Belgisch kind, moet alleen bewijzen dat hij voldoet aan de criteria op het vlak van sociale en taalinburgering. Maar als hij zijn sociale inburgering wil aantonen door middel van zijn diploma van een beroepsopleiding, zal hij daarnaast 234 arbeidsdagen gewerkt moeten hebben gedurende de vijf jaar vóór zijn aanvraag. De dubbelzinnigheid van de term arbeidsdag De term arbeidsdag wordt gedefinieerd in artikel 1 van het Wetboek van de Belgische nationaliteit. Het gaat namelijk om de arbeidsdag in de zin van artikel 37 en 38 van het KB van 25 november 1991 houdende de werkloosheidsreglementering. Artikel 37 van dit besluit bepaalt dat de arbeidsprestatie aan verschillende criteria dient te voldoen om in aanmerking genomen te worden : - de prestatie moet verricht zijn in een onder de sociale zekerheid, sector werkloosheid, vallend beroep of onderneming ; - het loon dat betaald werd, moest minstens gelijk zijn aan het minimumloon vastgesteld door een wets- of reglementsbepaling of een collectieve arbeidsovereenkomst die de onderneming bindt; - de voorgeschreven inhoudingen voor de sociale zekerheid, met inbegrip van de sector werkloosheid, moeten verricht zijn. Hieruit vloeit voort dat arbeid die in het buitenland verricht werd, en de hiermee gelijkgestelde dagen niet in aanmerking genomen worden. Hetzelfde geldt voor arbeid die in België verricht is maar die niet onderworpen werd aan de voorgeschreven inhoudingen voor de sociale zekerheid. Dit laatste punt lijkt bijgevolg de Europese en internationale ambtenaren uit te sluiten die geen belastingen betalen in België. De voorwaarde van een loon dat minstens gelijk is aan het minimumloon, doet tevens de vraag rijzen naar de eventuele impact van loopbaanonderbreking en ouderschapsverlof in de vijf jaar die onmiddellijk voorafgaan aan de nationaliteitsaanvraag. Verbondenheid met het land Het hoofddoel van deze hervorming is het verkrijgen van de Belgische nationaliteit migratieneutraal te maken. Voortaan moeten kandidaat-belgen in alle gevallen over een recht van verblijf van onbeperkte of lange duur beschikken wanneer zij hun aanvraag indienen. Het verkrijgen van de Belgische nationaliteit zal vanaf nu dus geen recht van verblijf in België meer bestendigen of geen recht van toegang tot het grondgebied meer toekennen. Vroeger vereisten alleen aanvragen die ingediend werden op basis van een 7-jarig verblijf in België (art. 12bis, 1.3) dat de aanvrager houder was van een onbeperkt recht van verblijf wanneer hij zijn aanvraag indiende. Andere bepalingen in het Wetboek stonden de toekenning van de Belgische nationaliteit toe aan houders van een beperkt recht van verblijf, en zelfs aan personen die niet in België verbleven. Zo was het mogelijk dat een meerderjarige vreemdeling met een beperkt recht van verblijf de Belgische nationaliteit kreeg op basis van artikel 12bis, 1.2 (een Belgische ouder hebben) en artikel 16 (met een Belg gehuwd zijn) of door naturalisatie. De aanvrager was ook niet verplicht om in België te wonen. Zo kon een meerderjarige vreemdeling met een Belgische ouder zijn nationaliteitsverklaring indienen bij het Belgische 13

14 consulaat van het land waar hij zijn woonplaats had, als hij effectieve banden met zijn Belgische ouder kon behouden. Ook konden naturalisatieaanvragen ingediend worden vanuit het buitenland, als de aanvrager kon bewijzen dat hij werkelijke banden met België onderhouden had. Verblijven in het buitenland konden eveneens in aanmerking genomen worden in het kader van artikel 16 (met een Belg gehuwd zijn) als de aanvrager kon bewijzen dat hij werkelijke banden met België had tijdens de vereiste wettelijke periode. Allemaal wazige of moeilijk toepasbare begrippen waarvoor het Wetboek van de Belgische nationaliteit geen precieze definitie geeft. Behoud van het verschil tussen toekennen en verkrijgen De artikelen 8 tot 11 over de toekenning van de nationaliteit werden qua inhoud niet grondig gewijzigd. Artikel 11 en 11bis werden formeel herzien : artikel 11bis (dat voorziet in de toekenning aan kinderen van de tweede generatie immigranten) werd opgeheven en werd inhoudelijk opgenomen in artikel 11. Wijzen van verkrijging en verblijfsduur Artikel 12 werd daarentegen grondig herzien : op grond van de bepalingen van dit artikel kon de Belgische nationaliteit toegekend worden aan minderjarigen die in het buitenland verbleven, als de ouder het gezag over het kind uitoefende op de datum waarop het Belg werd. Bepalen of een persoon het ouderlijke gezag uitoefende over een kind dat in het buitenland verbleef op de datum dat het de Belgische nationaliteit kreeg, was vaak niet evident voor de ambtenaar van de burgerlijke stand, vooral wanneer het bestaan van het kind in kwestie pas jaren later gemeld werd. Voortaan schrijft artikel 12 voor dat het betrokken kind zijn hoofdverblijfplaats in België moet hebben wanneer zijn ouder de Belgische nationaliteit vrijwillig verkrijgt of herkrijgt. Deze hervorming moet benadrukt worden, want ze maakt de toekenning van de Belgische nationaliteit aan minderjarigen op collectieve wijze heel wat eenvoudiger. De bepalingen met betrekking tot de wijzen van verkrijging van de Belgische nationaliteit werden zowel qua vorm als qua inhoud gewijzigd. Qua vorm werden al deze wijzen van verkrijging samengevoegd in één artikel, nl. artikel 12bis. Enkele weinig gebruikte wijzen voor verkrijging van de nationaliteit werden opgeheven, bv. de nationaliteitskeuze (art. 13 en 14) en het bezit van de staat van Belg (art. 17). Artikel 16 (verklaring van verkrijging door huwelijk) werd eveneens opgeheven. Maar het is nog altijd mogelijk de Belgische nationaliteit te verkrijgen door te huwen. Qua inhoud zijn de voorwaarden om de Belgische nationaliteit te verkrijgen, strenger geworden : naast de integratiecriteria moet de betrokkene gedurende bepaalde tijd (vijf of tien jaar, afhankelijk van de procedure) in België gewoond hebben. De wet voert trouwens de voorwaarde in dat de persoon gedurende de hele vereiste tijd ononderbroken ingeschreven moet zijn in het bevolkingsregister, het vreemdelingenregister of het wachtregister. Dit verblijf moet ook gedekt zijn door een recht van verblijf zoals vermeld in de exhaustieve lijst in het KB van 14 januari 2013. We wijzen erop dat de attesten van immatriculatie en de speciale kaarten voor internationale ambtenaren niet in deze lijst opgenomen zijn. Europese ambtenaren stoten ook hier dus op een uitsluitingscriterium als ze de Belgische nationaliteit willen verkrijgen. Ten slotte moet iedere kandidaat-belg op het ogenblik van zijn aanvraag in het bezit zijn van een recht van verblijf van lange duur, wat eveneens vermeld staat in de exhaustieve lijst van het bovengenoemde KB. Taxatie van de aanvraag... alleen ten voordele van de federale Staat Het Wetboek van registratie-, hypotheek- en griffierechten werd gewijzigd om een recht te kunnen heffen op de procedures tot verkrijging van de Belgische nationaliteit. Dit recht, goed voor een bedrag van 150 euro, moet gekweten worden vóór de aflegging van de verklaring en heeft enkel betrekking op de procedures tot verkrijging van de Belgische nationaliteit, zoals bedoeld in artikel 12bis, en op de naturalisatieaanvragen. Deze bepaling heeft dus geen betrekking op de procedures tot toekenning en herkrijging van de Belgische nationaliteit. Het gaat om het enige element van het dossier dat niet het voorwerp mag uitmaken van een eventuele regularisering. Met andere woorden, als het bewijs van deze betaling niet geleverd wordt bij de indiening van het dossier, beschouwt de ambtenaar van de burgerlijke stand de aanvraag ambtshalve als niet-ontvankelijk. Ongeacht of het dossier leidt tot niet-ontvankelijkheid of weigering door de Procureur des Konings, het recht van 150 euro wordt niet terugbetaald. Het bedrag gaat geheel naar de federale Staat. Er wordt niet voorzien in een herverdeling onder de gemeenten, ondanks de aanzienlijke toename van de werklast en vooral van het risico op geschillen (en de daarmee gepaard gaande kosten) die deze hervorming voor hen meebrengt. Controle door de ambtenaar van de burgerlijke stand De rol van de ambtenaar van de burgerlijke stand werd herzien : hij heeft als taak een eerstelijnscontrole uit te voeren. Deze controle is weliswaar formeel : het is niet aan hem om een beslissing te nemen over de inhoud van het dossier.

Toch is zijn taak niet duidelijk afgebakend. Enerzijds is hij er wettelijk toe verplicht om de volledigheid van het dossier te verifiëren, maar anderzijds schreef de wetgever in de voorbereidende werkzaamheden dat het niet de taak van de ambtenaar van de burgerlijke stand is om de geldigheid van de documenten na te gaan. Hij kan evenwel onmogelijk de volledigheid van een dossier controleren zonder de inhoud van bepaalde documenten minimaal te controleren. Verklaring van verkrijging De procedure tot verklaring van verkrijging van de Belgische nationaliteit werd ook enigszins aangepast. De ambtenaar van de burgerlijke stand staat voortaan in voor de volledigheid van het dossier voordat het overgedragen wordt aan de Procureur des Konings. Hij beschikt hiervoor over een wettelijke controletermijn van dertig werkdagen. In dat geval bezorgt de ambtenaar de aanvrager een ontvangstbewijs en stuurt hij het dossier naar de Procureur des Konings. Deze laatste beschikt altijd over een termijn van vier maanden om zijn advies over de aanvraag te geven. Deze termijn gaat in vanaf de afgiftedatum van het ontvangstbewijs. Men mag dus niet het ontvangstbewijs dat de volledigheid van een dossier bewijst, verwarren met het document dat de indiening van een aanvraag bewijst en dat mogelijk vooraf bezorgd werd aan de aanvrager. Indien blijkt dat het dossier onvolledig is, moet de ambtenaar van de burgerlijke stand de aanvrager hiervan per aangetekend schrijven op de hoogte stellen via het formulier van kennisgeving van de ontbrekende stukken uiterlijk binnen vijfendertig werkdagen volgend op de indiening van het dossier. De aanvrager beschikt dan over een termijn van twee maanden om zijn aanvraag te vervolledigen. Als op het einde van deze termijn het dossier niet vervolledigd werd, brengt de ambtenaar van de burgerlijke stand de betrokkene op de hoogte van de nietontvankelijkheid van zijn aanvraag. Het logische gevolg van deze nieuwe bevoegdheid is dat de aanvrager in beroep kan gaan tegen deze beslissing bij de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Dit zou heel wat geschillen en dus ook aanzienlijke verdedigingskosten voor de gemeenten kunnen teweegbrengen. Opschorting van het dossier Een andere nieuwigheid is dat het dossier opgeschort kan worden tussen het ogenblik dat het ingediend wordt bij de burgerlijke stand en het moment dat het als volledig beschouwd wordt, en dat in de volgende gevallen : - als er verschillen zijn in de voornamen of namen van de aanvrager - als de aanvrager geen voornaam of familienaam heeft Deze nieuwigheid is in de praktijk vrij ingewikkeld om uit te voeren. Hoewel niet ontkend kan worden dat het interessant is om de voornamen en namen van de aanvrager in alle documenten eenvormig te maken voordat hij Belg wordt, ligt dat anders als we het hebben over de toekenning van een naam of voornaam vóór het verkrijgen van de Belgische nationaliteit. Vroeger konden nieuwe Belgen een verzoekschrift indienen bij de FOD Justitie om een voornaam of familienaam toegekend te krijgen. Voortaan bepaalt de wet dat kandidaat-belgen deze procedure gratis kunnen opstarten in het kader van een nationaliteitsaanvraag. Het Wetboek van internationaal privaatrecht werd in dat opzicht trouwens aangepast. Deze bepaling zou echter problemen kunnen meebrengen, vooral indien de nationaliteitsaanvraag geweigerd wordt. Dit zou als gevolg kunnen hebben dat de betrokkene in België een andere identiteit heeft dan die waaronder hij bekend staat bij zijn nationale autoriteiten en die op zijn geboorteakte. Als de namen en voornamen niet overeenkomen, moet het dossier opgeschort worden totdat de betrokkene bewijst dat hij zijn gegevens eenvormig gemaakt heeft. Maar als de kandidaat-belg geen voornaam of familienaam heeft, heeft hij de keuze om al dan niet stappen te ondernemen bij de FOD Justitie. Het dossier zal enkel opgeschort worden als er een verzoekschrift tot toekenning van een naam of voornaam ingediend werd. Dit verzoekschrift moet onmiddellijk ingediend worden, voordat de ambtenaar van de burgerlijke stand het ontvangstbewijs aflevert dat de volledigheid van het dossier bewijst. Anders kan de verklaring niet meer opgeschort worden. Enkele andere wijzigingen De verschillende verwerkingstermijnen worden nu eens in werkdagen (controle van de volledigheid), dan weer in kalenderdagen (termijn om een dossier te vervolledigen,...) uitgedrukt, wat de procedure ingewikkelder maakt. De gemeentediensten zullen verschillende tijdschema's moeten bijhouden om een efficiënte follow-up van de dossiers in de verschillende stadia van de procedure te kunnen garanderen. De principes inzake administratieve vereenvoudiging, die op het gebied van het huwelijk al van kracht waren, worden voortaan ook toegepast op het gebied van nationaliteit. De aanvrager moet dus geen documenten meer bezorgen die bepaalde gegevens bewijzen, wanneer de ambtenaar van de burgerlijke stand over deze gegevens beschikt in het rijksregister van natuurlijke personen of in zijn eigen registers van de burgerlijke stand. Dat is het geval voor de bewijzen met betrekking tot de verblijfplaats en de historiek 15

van de verblijfstitels en adressen, maar ook voor de geboorte- of trouwakte als deze aktes in een van zijn registers van de burgerlijke stand terug te vinden zijn. De verklaring tot herkrijgen van de Belgische nationaliteit (art. 24) is ook een procedure tot de verkrijging van de Belgische nationaliteit, maar is opgenomen in een ander hoofdstuk van het Wetboek. Deze procedure is dus niet onderworpen aan de betaling van het recht van 150 euro en gebeurt ook door een verklaring in te dienen bij de ambtenaar van de burgerlijke stand. Deze aanvraag (en elke andere aanvraag trouwens) kan voortaan niet meer ingediend worden bij de Belgische consulaten in het buitenland. De naturalisatie werd grondig herzien en wordt weer een uitzonderingsprocedure, voornamelijk een gunst die verleend wordt aan personen die getuigd hebben of kunnen getuigen van uitzonderlijke verdiensten op wetenschappelijk, sportief of sociocultureel gebied en die bijgevolg een bijzondere bijdrage kunnen leveren tot de internationale uitstraling van België. Daartoe heeft de wet een lijst met criteria opgesteld, respectievelijk op wetenschappelijk, sportief en cultureel vlak. Maar die criteria zijn niet allemaal even duidelijk. Zo definieert de wet niet wat we moeten verstaan onder internationale cultuurwedstrijd of internationaal geprezen worden met betrekking tot culturele verdiensten of sociale en maatschappelijke inzet. Het is dus aan de Kamer van Volksvertegenwoordigers om zich uit te spreken over het buitengewone karakter van de door de aanvrager aangehaalde verdiensten en om te beslissen of de betrokkene genaturaliseerd wordt. Personen die door de Belgische gerechtelijke autoriteiten als staatloze erkend zijn, na twee jaar lang hun hoofdverblijfplaats in België gehad te hebben, kunnen nog steeds een naturalisatieprocedure opstarten. Personen die als vluchteling erkend zijn, komen daarentegen niet meer in aanmerking voor deze procedure en zullen gebruik moeten maken van de wijzen van verkrijging uit artikel 12bis. In tegenstelling tot de aanvragen tot verkrijging van de Belgische nationaliteit moet ten slotte geen bewijs van economische, sociale en taalinburgering gevoegd worden bij de naturalisatieaanvraag. De Kamer van Volksvertegenwoordigers beslist over de toekenning van de naturalisatie volgens de modaliteiten die vastgelegd zijn in haar eigen reglement. Het is dus de taak van de commissie voor de Naturalisaties om die regels vast te leggen. Besluit De nieuwe bepalingen van het Wetboek van de Belgische nationaliteit hebben de materie ingewikkelder gemaakt. De grote waaier aan bewijzen met betrekking tot de integratiecriteria en de verschillende manieren waarop een kandidaat-belg gebruik kan maken van sommige bewijzen, maken de toepassing van dit wetboek bijzonder moeilijk. In de praktijk moeten het gemeentepersoneel een minimale dialoog met de aanvrager aangaan om te bepalen welke bewijzen hij kan aanvoeren op basis van zijn eigen situatie. Ieder geval is anders en de tijd dat het volstond om een standaard inlichtingenfiche in te dienen, is voorbij! Wij vinden het ook jammer dat er geen maatregel voorzien is om de gemeenten te steunen, gezien de verhoogde werklast die de toepassing van het Wetboek van de Belgische nationaliteit met zich meebrengt en vooral de kosten die gepaard gaan met eventuele beroepen bij nietontvankelijkheid. Het nieuwe Wetboek van de Belgische nationaliteit staat nog maar in zijn kinderschoenen. Er bestaat nog geen rechtspraak, maar dat zal ongetwijfeld gauw veranderen... Doltza Sanchez Pardo Adjunct-adviseur bij de dienst Burgerlijke Stand van de gemeente Sint-Gillis Wettelijke basis Wet van 4 december 2012 tot wijziging van het Wetboek van de Belgische nationaliteit teneinde het verkrijgen van de Belgische nationaliteit migratieneutraal te maken (B.S. 14 december 2012, Inforum 270083) Deze wet wijzigt ook artikel 237, 238 en 249 van het Wetboek van registratie-, hypotheek- en griffierechten, art. 569, E 22, 604 en 628, 9 van het Gerechtelijk Wetboek en art. 36, 2 lid en 38 van het Wetboek van internationaal privaatrecht. Er werden 2 uitvoeringsbesluiten goedgekeurd : - KB van 14 januari 2013 tot uitvoering van de wet van 4 december 2012 tot wijziging van het Wetboek van de Belgische nationaliteit teneinde het verkrijgen van de Belgische nationaliteit migratieneutraal te maken (B.S. 21 januari 2013, 2 e ed.) - KB van 17 januari 2013 tot vaststelling van de lijst van de landen waar het verkrijgen van akten van geboorte onmogelijk is of op zware moeilijkheden botst (B.S. 30 januari 2013) 16