Stagegids. de Zevensprong. de Zevensprong School voor SO en VSO aan ZML Grote Houtweg 180 1944 HJ Beverwijk



Vergelijkbare documenten
Onze school De Zevensprong is een algemeen bijzondere school voor speciaal en voortgezet speciaal onderwijs aan zeer moeilijk lerenden (zmlk).

Samenstelling tekst Beppie Brood (teamleider ATC s Amstelduin) Monique van Kollenburg (trainer ATC Amstelduin)

Arbeidstoeleiding WLZ, WMO en Participatiewet

Informatieboekje Stage VSO

Stage en WLZ, WMO en Participatiewet

Ik wil weer aan het werk met een individuele re-integratieovereenkomst Als u zelf uw re-integratie wilt regelen

Ik wil weer aan het werk met een individuele re-integratieovereenkomst. Als u zelf uw re-integratie wilt regelen

Re-integratie-instrumenten en voorzieningen voor gedeeltelijk arbeidsgeschikten

Stage beleidsplan (traject)

Stichtse Vrije School Voortgezet onderwijs Socrateslaan GL Zeist Telefoon: mail:

Uitstroombrochure. Arbeidstoeleiding VSO. Uitstroombrochure Bernardusschool

Informatieboekje Stage VSO

WERK EN INKOMEN VOOR JONGGEHANDICAPTEN Signalen uit de praktijk in vraag en antwoord. Breed Platform Verzekerden en Werk NUMMER 1, november 2006

MEE. Ondersteuning bij leven met een beperking. Leren & Werken

Werk, inkomen. sociale zekerheid

Ik wil weer aan het werk met een individuele re-integratieovereenkomst Als u zelf uw re-integratie wilt regelen

Arbeidsongeschiktheid in het UMC. Wat nu?

maatschappij.nl

Ik wil weer aan het werk met een Individuele re-integratieovereenkomst. Als u zelf uw re-integratie wilt regelen

Stagefolder Laurentius Praktijkschool

Werk, inkomen. sociale zekerheid. versie

Stichtse Vrije School Voortgezet onderwijs Socrateslaan GL Zeist Telefoon: mail:

STAGE. Handig om te weten als je gaat stage lopen

LEREN MAAK ER WERK VAN LEREN

Als u arbeidsongeschikt bent

Wet en regelgeving WLZ, WMO en Participatiewet

Wijziging Nieuwe Rechtspositieregeling Gemeente Amsterdam (NRGA), hoofdstuk 25, Stagiairs, trainees en duale student

Wijziging hoofdstuk 25 Stagiairs, trainees en duale student van de Nieuwe Rechtspositieregeling Gemeente Amsterdam(3B, 2014, 166)

Op eigen kracht maar niet alleen

Model verzuimprotocol

Werkzoekend en de IRO

De 7 belangrijkste vragen:

Veranderingen rond werk en zorg. Informatie voor ouders van kinderen in het praktijkonderwijs en voortgezet speciaal onderwijs

Inleiding. Voor wie is deze brochure bedoeld?

Bureau voor Arbeid en Re-integratie

1. Ziekmelding. 2. Bereikbaarheid

Ondersteuning bij (het zoeken naar) werk

STAGEBOEKJE NEGENDAAGSE SNUFFELSTAGE

Informatie voor cliënten CLO. De weg naar werk. Centrum voor Loopbaanondersteuning

Signalen uit de praktijk in vraag en antwoord Nummer 2, december 2006

Wajong en veranderingen

Stagewijzer. Stagiairs

Hoe vraag ik een WIA-uitkering aan?

Financiële voordelen voor werkgevers. Ik neem een oudere werknemer, langdurig werkloze of werknemer met een beperking in dienst

Financiële voordelen voor werkgevers

Werken in de Sociale Werkvoorziening. Informatie voor mensen met een beperking

Stagebedrijf: Klik hier als u tekst wilt invoeren. Leerroute: Klik hier als u tekst wilt invoeren. Naam: Klik hier als u tekst wilt invoeren.

Bureau voor Arbeid en Re-integratie

STAGEBOEKJE DRIEDAAGSE SNUFFELSTAGE

Financiële voordelen werkgevers

Inleiding maatschappelijke stage

Ik ben ziek Wat nu? Informatiebrochure voor werknemers November 2007

VERZUIMREGLEMENT (VE R S I E 2. 2 )

Aanvraag Wajong. brochure. Regelingen en voorzieningen CODE

Op eigen kracht maar niet alleen. Wat u moet weten als u Wajong aanvraagt

Participatiewet vanaf 2015 Wat betekent dit voor u?

Maatschappelijke stage op het Trias 1. Verschil tussen maatschappelijke stage en beroepsoriënterende stage 2. Tips voor ouders 3

Bureau voor Arbeid en Re-integratie

Ik heb een gesprek met de arts of de arbeidsdeskundige

STAGEBOEKJE VIERDAAGSE SNUFFELSTAGE

STAGEPLAN. Datum inlevering /./ 20 Datum bespreking toetsingscie. /./ 20. Datum inleveren reflectieverslag Akkoord reflectieverslag ja nee

arbeid / dagbesteding Participatiewet

Financiële voordelen werkgevers. Ik neem een oudere werknemer, langdurig werkloze of werknemer met een beperking in dienst

Ondersteuning bij (het zoeken naar) werk

Stagehandleiding. Faculteit der Sociale Wetenschappen

STAGEBOEKJE ZEVENDAAGSE SNUFFELSTAGE In de periode van:

Bureau voor Arbeid en Re-integratie

Uitkeringswijzer. Aanvullende informatie Doelgroepenregister WSW

Ik ben langdurig ziek. Wat nu?

Wat zijn mijn rechten en plichten bij een WAO/WIA/ WAZ/ Wajong-uitkering? Wat als u zich niet aan de regels houdt?

STAGEBOEKJE VIJFDAAGSE SNUFFELSTAGE

NB: Alleen voor de gekleurde doelen zijn taakkaarten voor Stage/WEP. In LVS2000 staat taakkaart getypt achter betreffende doelen.

It Twalûk School voor speciaal onderwijs aan zeer moeilijk lerenden (ZML)

Mijn werknemer is ziek of gehandicapt geworden. Subsidies en regelingen als uw werknemer beperkingen heeft

Op eigen kracht maar niet alleen. Wat u moet weten als u Wajong aanvraagt

Bureau voor Arbeid en Re-integratie

Een gedeeltelijk arbeidsgeschikte in dienst

Stageboek Ilex college

Stageboek Ilex college

Week 1 t/m % Week 27 t/m 52 90% Week 53 t/m 78 80% Week 79 t/m %

maandag 11 mei inleveren! STAGE BOEK 2015 VAN.AFDELING...

Verzuimverlof aanvragen

WIJ-Wet Investeren in Jongeren

DE route van Melvin naar Dagbesteding

Verzuimprotocol Adopsa Payroll

Mijn werknemer is ziek of gehandicapt geworden Subsidies en regelingen als uw werknemer beperkingen heeft

Leerlijn werken Pedologisch Instituut, CED-Groep

Probleemanalyse WIA. Meer informatie U vindt meer informatie op uwv.nl. U kunt ook bellen met UWV Telefoon Werkgevers via (lokaal tarief).

Verzuimprotocol Centrum Arbeid en Mobiliteit B.V.

Stappenplan om een stageplaats te vinden

Bureau voor Arbeid en Re-integratie

De indicatie voor de Sociale Werkvoorziening Informatie voor mensen met een arbeidshandicap

W etopdearbeidsongeschiktheidsverzekering. W etwerkeninkomennaararbeidsvermogen

Model voor verzuimprotocol

Anne: Onderwijsassistent (MBO niveau 4) Lisa: Onderwijsassistent (MBO niveau 4)

FINANCIËLE VOORDELEN Regelingen als u een werknemer met een uitkering in dienst heeft of neemt

VOOR RE-INTEGRATIE EN TIJDELIJK INKOMEN

Detacheren: werken bij een andere werkgever

Ik ben ziek. Wat nu? uwv.nl werk.nl. Wilt u meer weten? Heeft u een werkgever? Vraag dan bij hem of uw bedrijfsarts om meer informatie.

Verzuimprotocol: ziekteverlof aanvragen

Transcriptie:

Stagegids de Zevensprong de Zevensprong School voor SO en VSO aan ZML Grote Houtweg 180 1944 HJ Beverwijk

2

Inhoudsopgave -Inleiding -Waarom stage? -Voorbereiding op een arbeidsituatie -Vormen van stage -interne stage -maatschappijoriënterende stage -arbeidsgerichte stage -Voorwaarden om stage te kunnen lopen -Contact tussen school en bedrijf -stagedagen -duur van de stage -werktijden -verzuim -stageboekje -verzekering -begeleiding -stagevergoeding -Contact tussen school en ouders -eerste contact -vervoer -evaluatiegesprek -Arbeidsinteressetest -hoe werkt een test? -uit welk werksoorten kan een leerling kiezen? -altijd het werk van je keuze? -Op zoek naar werk in de IJmond -werken in een dagactiviteitencentrum -begeleid werken via het dagactiviteitencentrum -werken bij de sociale werkvoorziening -begeleid werken via de sociale werkvoorziening -werken met een job-coach -Consulenten arbeid bij MEE Noordwest-Holland -De WAJONG -De nwsw -De WIA -De IRO -Wanneer wat te regelen? -vanaf 16 jaar..., vanaf 17 jaar..., vanaf 18 jaar... -Informatiecentrum MEE -Adressen: -sociale werkvoorziening, begeleidende instanties, reïntegratiebedrijven 3

Inleiding: Onze school De Zevensprong is een algemeen bijzondere school voor speciaal en voortgezet speciaal onderwijs aan zeer moeilijk lerenden (zmlk). De leerlingen van het voortgezet speciaal onderwijs (VSO) zijn tussen de 12 en 20 jaar oud. De leerlingen die 17 jaar en ouder zijn volgen een stagetraject. Leerlingen die 20 jaar zijn gaan werken. Dit kan bij een werkvoorzieningschap of bij een dagbesteding. Ook is het soms mogelijk om bij een regulier bedrijf of een regulier instelling te gaan werken. Stage is een belangrijk ervaringsonderdeel voor onze leerlingen. Immers als een leerling zelf kan ontdekken wat hij leuk of moeilijk vindt, is het gemakkelijker voor hem om aan te geven wat hij later wil doen. De stage, zo is onze ervaring, geeft de leerling een kans op een nieuwe uitdaging en op het aanleren/ ontwikkelen van nieuwe kennis, inzichten, vaardigheden en houdingen. Daarom vinden wij een stage erg belangrijk voor de ontwikkeling van onze leerlingen en hopen wij ook u enthousiast te maken! Dit boekje geeft informatie over de manier waarop de stage voor onze leerlingen wordt georganiseerd. Voorts verstrekt het informatie over wet- en regelgeving en over het wanneer-en-hoe de zaken te regelen. Als afsluiting noemen we enkele organisaties die u kunnen helpen met het zoeken van werk dat het best bij uw zoon of dochter past. Ernée Everaars Stagebegeleider e.everaars@dezevensprongbeverwijk.nl 4

Waarom stage? De opvattingen over de maatschappelijke positie van mensen met een beperking en/of stoornis veranderen. Aan het verrichten van passende arbeid wordt een steeds grotere betekenis toegekend. Het is de taak van de school de leerlingen met behulp van stage voor te bereiden op een arbeidsplek waar zij naar hun mogelijkheden kunnen functioneren en waar zij zich op hun plaats voelen. De leerlingen van onze school kunnen vanwege hun beperkte leercapaciteiten, hun beperking en/of stoornis geen (aangepaste) beroepsopleiding volgen. Via stage worden zij rechtstreeks voorbereid op een werkplek of op een vorm van werkvoorziening of dagbesteding. Onderwijs en werk zijn activiteiten, die steeds meer in elkaar overlopen. Het uitgangspunt bij de stage is, dat de leerlingen stapsgewijs aan hun eigen toekomst werken en daarbij begeleid worden. Bij de stage staat centraal, dat leerlingen in staat worden gesteld zich te oriënteren en dat die oriëntatie kan resulteren in een keuze voor een beroepsrichting. Een stage helpt mee. o een keuze te bepalen voor de richting die de leerling in de toekomst uit wil; o de leerling een kans te geven om te ontdekken waar zijn mogelijkheden liggen; o de overgang van school naar werk- of dagbesteding te versoepelen; o de leerling te laten ervaren hoe het is om zich in een werksituatie te bevinden; o de leerling te leren omgaan met andere mensen, met taken, met apparaten, hulpmiddelen en regels. 5

Voorbereiding op een arbeidssituatie De leerlingen van het VSO worden op verschillende manieren voorbereid op hun toekomstige arbeidssituatie. Binnen het VSO worden naast de cognitieve en creatieve vakken ook veel praktijkvakken aangeboden. Dit zijn vakken die specifiek gericht zijn op de voorbereiding van een werk/ en of woonplek. Praktijkvakken zijn o.a.: o consumptieve technieken (koken, huishoudkunde, verzorging) o algemene technieken (fietsonderhoud, houtbewerking) o groenvoorziening (tuin- en parkonderhoud) De hoeveelheid tijd die aan de praktijkvakken besteed wordt, neemt toe naarmate de leerling ouder wordt. Daarnaast wordt er veel aandacht besteed aan die vaardigheden die nodig zijn voor een goede arbeidsinstelling, zoals sociale vaardigheden, concentratie, arbeidsbereidheid, zelfstandigheid, tempo en ordelijkheid. Deze vaardigheden worden overigens tijdens alle lessen op school getraind. Een andere vorm van voorbereiding op de arbeidssituatie is het lopen van diverse stages en het bezoeken van mogelijke werkplekken. In de eindgroep(en) staat het vak arbeids-toeleiding op het rooster. Hierin komen allerlei zaken aan bod die direct met het lopen van stage te maken hebben. Leerlingen kunnen informatie met elkaar en met de leerkracht uitwisselen, en relevante zaken bespreken. In het stageboekje wordt bijgehouden wat een leerling gedaan heeft en hoe hij het een en ander ervaren heeft. Als een leerling 16 jaar is wordt een beroepskeuze- en/of interessetest afgenomen. Wanneer de leerling 17 is zal, op basis van die gegevens en naar aanleiding van een gesprek tussen de leerling en de leerkracht, gekeken worden of er mogelijkheden zijn om stage te lopen. Vervolgens vindt er een gesprek plaats met de ouders/verzorgers. 6

Vormen van stage Wij kennen drie vormen van stage: o De interne stage: de leerlingen doet ervaringen op binnen de vertrouwde schoolsituatie. o De maatschappij-oriënterende stage: de leerling oriënteert zich op het werken in verschillende arbeidssituaties. o De arbeidsgerichte stage: de leerling wordt in bedrijven of instellingen geplaatst waar hij door middel van stage wordt voorbereid op zijn toekomstige werksituatie. interne stage In het jaar waarin een leerling 17 wordt kan er begonnen worden met een interne stage. Binnen de school is er een (beperkt) aantal mogelijkheden. We streven ernaar, om dit in de toekomst uit te breiden zodat meerdere leerlingen een interne stage kunnen gaan lopen. Er wordt nauwkeurig gekeken of een leerling voldoende is toegerust om intern stage te kunnen lopen. maatschappij-oriënterende stage Vanaf 17 jaar zal er worden gezocht naar een externe stageplek. Er zijn verschillende stagemogelijkheden, bijvoorbeeld in een verzorgingshuis, in de tuin, bij een schoonmaak- of een inpakbedrijf. In overleg met de leerling, de leerkracht en de ouders wordt naar een passende stageplek gezocht. Tijdens de maatschappij-oriënterende stage zullen kennis, sociale redzaamheid en sociale vaardigheden verder ontwikkeld worden Er wordt gewerkt aan het vergroten van het gevoel voor eigenwaarde en het zelfvertrouwen. Daarnaast worden er specifieke vaardigheden geleerd zoals: zelfstandig werken, doorzettingsvermogen, werktempo, initiatief nemen, etc. arbeidsgerichte stage In het jaar, waarin een leerling 19 wordt, wordt begonnen met een arbeidsgerichte stage, waarbij het de bedoeling is, dat een leerling drie dagen per week stage loopt. De leerling heeft tijdens de maatschappij-oriënterende stage geleerd welke werkzaamheden bij hem passen. Bij de arbeidsgerichte stage wordt gezocht naar een stageplek die het beste aansluit bij de wensen en mogelijkheden van de leerling. Het doel is de overgang van school naar arbeidssituatie zo soepel mogelijk te laten verlopen. 7

Voorwaarden om stage te kunnen lopen Het is aan de VSO leerkracht en de stagebegeleider om te beoordelen of een leerling de gewenste vaardigheden in voldoende mate beheerst. Voordat de maatschappij-oriënterende stage kan worden gestart zal door de stagebegeleider een arbeidsinteresse-test worden afgenomen. Dit zal in het schooljaar gebeuren waarin de leerling 16 jaar wordt. De stagebegeleider gaat in overleg met de leerling en de ouders op zoek naar een passende stageplaats. Het streven is om iedere VSO-leerling stage te laten lopen. Voordat een leerling aan een stage kan beginnen, dient de leerling een aantal dingen te kennen of te kunnen, te weten: Hij o kan zich aan gemaakte afspraken houden. o let op zijn persoonlijke verzorging. o kan omgaan met kritiek. o kan, indien nodig, om hulp of advies vragen. o kan redelijk zelfstandig werken. o accepteert leiding. o De leerling kan in principe zelfstandig reizen. 8

Contact tussen school en bedrijf Vanuit de school wordt het contact met het bedrijf gelegd en onderhouden door de stagebegeleider. Besluit het bedrijf tot het bieden van een stageplek, dan volgt een kennismaking met de leerling en daarna het ondertekenen van een stagecontract. Ook worden tijdens de eerste dag de leerdoelen besproken. De eerste stagedag gaat de stagebegeleider met de leerling mee. Na 3 weken neemt de stagebegeleider telefonisch contact op met de werkbegeleider over het verloop van de stage en worden er eventueel aanvullende leerdoelen afgesproken. Na 2½ maand wordt het verloop van de stage besproken. Na 6 maanden volgt een tussentijdse evaluatie. De leerdoelen kunnen dan, als dat nodig is worden bijgesteld. Aan het eind van de stageperiode volgt een eindevaluatie. Hierbij wordt een aantal vragen aan de leerling gesteld over zijn functioneren op de stageplek. De antwoorden worden door de stagebegeleider met de leerling en de werkbegeleider besproken. De stagebegeleider maakt een eindverslag van de stage dat getekend moet worden door de betrokkenen. Natuurlijk blijft er tijdens de stageperiode overleg met de ouders. 9

Hieronder wordt nog eens schematisch weergegeven hoe de contacten verlopen. Echter, er kunnen zich situaties voordoen waardoor meer contact tussen bedrijf/ instelling en stagebegeleider of tussen ouders en stagebegeleider nodig is. Contacten Oriëntatiegesprek Informatiegesprek Kennismaking Telefonisch contact na 3 weken Voortgangsgesprek na iedere 2½ maand Tussenevaluatie Na 6 maanden Stagebegeleider met de stageplek Stagebegeleider met ouders Stagebegeleider en leerling, met de begeleider op de stageplek Stagebegeleider met werkbegeleider Stagebegeleider met de leerling en de werkbegeleider Stagebegeleider met leerling en werkbegeleider Gevolgd door een (telefonisch) gesprek stagebegeleider met ouders Eindevaluatie Na 1 jaar Stagebegeleider met leerling en werkbegeleider Gevolgd door een (telefonisch) gesprek stagebegeleider met ouders 10

stagedagen Er wordt in onderling overleg bepaald, hoeveel dagen per week er stage wordt gelopen (maximaal 2 dagen voor 17 jarigen en maximaal 3 dagen per week bij 18- en 19-jarigen. Er wordt naar gestreefd dat leerlingen op maandag, dinsdag en donderdag stage gaan lopen zodat er op woensdag en vrijdag zoveel mogelijk leerlingen aanwezig zijn in de groep op school. Dit in verband met de begeleiding die vanuit school kan worden gegeven. Ook voor de leerlingen is het prettig om in een klas waarin alle leerlingen aanwezig zijn, met elkaar ervaringen uit te wisselen. Stagelessen kunnen optimaal benut worden. duur van de stage Onze voorkeur gaat uit naar een stageperiode van één jaar. Er kunnen zich uiteraard situaties voordoen waardoor hiervan in gezamenlijk overleg wordt afgeweken. werktijden De werktijden worden in overleg met het stagebedrijf vastgesteld. De leerling loopt geen stage tijdens de schoolvakanties. verzuim Bij verzuim dient de leerling zo spoedig mogelijk doch uiterlijk vóór 8.45 uur het bedrijf én de school op de hoogte te stellen. Wil een leerling verlof aanvragen voor een stagedag dan moet dat ruim van tevoren geregeld worden, zowel bij het stage-adres als bij de school. Wij gaan er vanuit dat doktersafspraken e.d. zoveel mogelijk buiten de stagedagen om worden geregeld. Indien de stagiair afwezig is zonder berichtgeving, geeft het stagebedrijf dit direct aan de school door. stageboekje Bij de stageovereenkomst hoort een stageboekje. Aan de werkbegeleider wordt gevraagd om aan het eind van de stagedag/-week aan te geven hoe de dag/week verlopen is. De werkbegeleider of de leerkracht die de stagelessen verzorgt, tekent het verslag steeds voor gezien. De notities uit het boekje worden namelijk tijdens de stagelessen gebruikt. verzekering Alle leerlingen die stage lopen, zijn vanuit de school verzekerd tegen ongevallen, waarbij de school pas een vergoedingsplicht heeft wanneer er sprake is van een verwijtbare fout. Leerlingen of ouders moeten een geldige WAverzekering hebben en de leerlingen moeten verzekerd zijn tegen ziektekosten. Kopieën van de betreffende verzekeringspapieren dienen op school aanwezig te 11

zijn. Schade(s), na een opdracht in, of voortvloeiend uit, de arbeidssituatie, is/zijn voor risico van het bedrijf. De bedrijfs-wa-verzekering treedt in dat geval in werking. begeleiding Als school zien wij graag dat de leerling begeleid wordt door een vaste begeleider van het bedrijf. De leerling kan terugvallen op deze persoon. Met name in de beginperiode willen we dat de leerling geplaatst wordt naast een vaste begeleider. Dit biedt de leerling de mogelijkheid om te wennen aan het werken in het bedrijf. Het is de bedoeling dat de leerling tijdens de stage zoveel mogelijk ervaring opdoet; ervaring gericht op sociale, praktische en technische vaardigheden. stagevergoeding Een leerling ontvangt geen beloning voor de verrichte werkzaamheden. Het feit dat een leerling in de gelegenheid gesteld wordt bij een bedrijf stage te lopen is voldoende. Het is echter gebleken dat er begeleiders zijn die de leerling toch graag een persoonlijke blijk van waardering willen geven. Wij vragen dan of zij dit in de vorm van een aardigheidje willen doen. Ook vragen wij aan hen of zij het presentje op de werkvloer willen overhandigen. Dit om onbegrip bij de overige leerlingen te voorkomen. Een goede samenwerking met het bedrijf vinden wij niet alleen belangrijk maar ook noodzakelijk om de stageperiode een leerzame en betekenisvolle periode voor de leerling te laten zijn. Contact tussen school en ouders eerste contact Voordat een leerling begint aan een maatschappijoriënterende stage, zal de leerkracht en/of stagebegeleider contact opnemen met de ouders/verzorgers. Tijdens het gesprek zal er een voorstel gedaan worden ten aanzien van de eventueel te volgen stage. De stagebegeleider gaat op zoek naar een passende stageplek. Een enkele keer gebeurt het dat ouders ook zelf op zoek gaan naar een stageplek. In overleg wordt dan bekeken of deze passend is voor de leerling. Wanneer een juiste plek is gevonden kunnen de ouders de gegevens van het bedrijf en contactpersoon doorgeven aan de stagebegeleider. Deze zoekt vervolgens contact met het betreffende bedrijf. 12

vervoer Stageplekken zijn schaars. Een stageplek is daarom niet altijd in de woonomgeving van de leerling. Daarom is het van belang dat de leerling zich ook buiten zijn eigen buurt zelfstandig in het verkeer kan bewegen. Mocht een leerling niet zelfstandig kunnen reizen, dan zijn de ouder(s)/begeleiders verantwoordelijk voor het vervoer. evaluatiegesprek Aan het eind van een stageperiode vindt een evaluatiegesprek plaats tussen de leerling, de werkbegeleider en de stagebegeleider. De ouders worden op de hoogte gebracht van de bevindingen van het gesprek. Naast terugkijken op de afgelopen stageperiode wordt er ook vooruitgekeken. De mogelijkheid van een volgende stage wordt besproken. In het schooljaar dat de leerling 19 jaar oud wordt, bespreekt de stagebegeleider met de ouders welke stappen er moeten worden ondernomen om te zorgen dat de leerling in de toekomst een passende werkplek vindt. In principe blijven de leerlingen op school tot ze de leeftijd van 20 jaar hebben bereikt. Er kunnen zich uiteraard situaties voordoen waardoor hiervan in onderling overleg wordt afgeweken. We hopen dat de samenwerking met ouders en leerling zal leiden tot een goede aansluiting van de stage met de vervolgvoorziening. Arbeidsinteresse test Veel leerlingen vinden het moeilijk om te zeggen wat ze later willen worden. Ook weten ze vaak niet wat voor werk ze allemaal kunnen gaan doen. Om leerlingen te helpen met het maken van een keuze zijn er arbeids-interessetesten. Er zijn veel verschillende arbeids-interesse-testen. De ene is voor leerlingen van de HAVO, de andere voor leerlingen van een (V)MBO en de volgende is weer voor leerlingen van het Praktijk Onderwijs. Sinds een paar jaar bestaan er ook testen voor leerlingen van VSO-zmlk scholen. hoe werkt een test? 1. In een boek staan afbeeldingen of foto s van beroepen of werkzaamheden. 2. De stageleerkracht of een andere begeleider bekijkt samen met de leerling alle afbeeldingen. 3. De leerling kiest steeds uit twee (soms drie) afbeeldingen welk werk hij het leukst vindt. 4. De begeleider kruist de keuze van de leerling aan op een scoreformulier. 13

5. Aan het eind van de test bepaalt de begeleider de score. 6. Bij de uitslag horen verschillende soorten werk. Elke werksoort krijgt een aantal punten. 7. De werkzaamheden die het meest door de leerling zijn gekozen, scoren het hoogst. Op deze manier wordt de interesse van de leerling in beeld gebracht. 8. De uitslag wordt door de begeleider met de leerling besproken. uit welke werksoorten kan de leerling (meestal) kiezen? 1. Werken met voedsel. 2. Werken met textiel. 3. Werken in de bouw. 4. Werken met dieren. 5. Werken in de huishouding. 6. Werken in de groenvoorziening. 7. Werken in een winkel of magazijn. 8. Administratief werk. 9. Technisch werk. 10. Productie-werk (productie-industrie). Ik heb gekozen voor werken met dieren. Krijg ik nu een baan in een kinderboerderij? Nee, de test is om te kijken welk werk de leerling leuk of juist niet leuk vindt. De stagebegeleider houdt bij het zoeken van stage of werk natuurlijk rekening met de wensen van de leerling. Deze wensen kunnen niet altijd in vervulling gaan. Er wordt gekeken of de leerling voldoende kennis, inzicht, vaardigheden en de juiste instelling in huis heeft om het gekozen werk te doen. Ook moet er rekening gehouden worden met het aantal plaatsen dat beschikbaar is voor een stage of voor een baan. 14

Op zoek naar werk in de IJmond Er zijn verschillende organisaties (mensen) die kunnen helpen bij het zoeken naar passend werk. Hieronder volgt een lijstje met mogelijkheden: werken in een dagactiviteitencentrum: In een dagactiviteitencentrum kan de leerling verschillende soorten werk doen bijvoorbeeld, werken in de keuken, werken met hout, kaarsen maken en in de tuin werken. Er zijn nog veel meer soorten werk op een dagactiviteitencentrum. Er is altijd begeleiding op het werk. Het gaat om onbetaald werk, met behoud van uitkering. Voor meer informatie: Liesbeth Woudstra, De Hartekampgroep, afdeling dagbesteding, tel. 023-583 33 33 Annemarie Plinta, Wisselwerk, tel. 0251-279 020 Brenda Verkruissen Ook voor jou, tel. 0251-208 238 Marlies Arends, Aquilae Volatus, tel. 0251-224 636 begeleid werken via het dagactiviteitencentrum: Als de leerling deelnemer is van het dagactiviteitencentrum is, kan hij soms gaan werken in het vrije bedrijf. Een begeleider van het dagactiviteitencentrum helpt hem bij het zoeken naar werk. Er wordt gekeken naar wat hij leuk vindt en wat het kan. Stap voor stap leert hij hoe hij moet werken buiten het dagactiviteitencentrum. Ook hier gaat het meestal om onbetaald werk. Voor meer informatie: Peter Stoelman, De Hartekampgroep, ondersteuningcentrum begeleid werk, tel: 023-532 87 25 werken bij de sociale werkvoorziening: Sociale werkvoorzienings bedrijven (SW-bedrijven) helpen mensen die door een beperking moeilijk aan een baan kunnen komen. SW-bedrijven zijn vaak grote bedrijven. Zij bieden veel verschillende soorten werk, zoals bijvoorbeeld: groenvoorziening, inpakwerk, montage en grafisch werk. De leerling werkt in een rustig tempo en wordt begeleid door iemand van het SW-bedrijf. Het gaat hier om betaald werk. 15

Voor meer informatie: De Meergroep, tel. 0251-27 90 00 begeleid werken via de sociale werkvoorziening: Bij begeleid werken via de sociale werkvoorziening werkt de leerling in een gewoon bedrijf. Dat kan bijvoorbeeld een kantoor, een winkel of een fabriek zijn. Een begeleider helpt hem net zo lang tot hij het werk onder de knie heeft. De begeleider houdt ook contact met zijn werkgever. Voor meer informatie: De Meergroep, Meerwerk Integratie Diensten, tel. 0251-27 90 00 werken met een job-coach: Een job-coach-organisatie helpt mensen, met een verstandelijke of lichamelijke beperking bij het zoeken van betaald werk. Een job-coach kijkt samen met de werknemer wat deze leuk vindt en kan. Hierna gaat de job-coach op zoek naar passend werk. Als het werk is gevonden, helpt de job-coach de werknemer op de werkplek. De job-coach geeft training op het werk, net zo lang tot de werknemer zelfstandig kan werken. Voor meer informatie: Voor dit jaar zijn er twee organisaties aangewezen die de schoolverlaters van de ZMLK scholen mogen begeleiden. Dat zijn: Kliq (voor informatie bellen, tel. 020-606 38 00), en de Werkmeester (voor informatie bellen, tel. 06-523 11 641). Voorzet Nederland biedt jobcoaching aan mensen die intensief begeleid moeten worden: voor informatie tel. 023-750 52 41 Consulenten arbeid bij MEE Noordwest-Holland: Bij MEE zijn arbeidsconsulenten in dienst. Zij helpen mensen bij het maken van een plan: o Ga je betaald of onbetaald werken? o Heb je nog scholing of een stage nodig? o Welk werk vind je leuk om te doen? o Welk werk vind je niet leuk om te doen? o Bij welke organisatie kan je het beste aankloppen voor begeleiding? De consulent arbeid helpt de leerling met het zoeken naar antwoorden op dit soort vragen. 16

Voor meer informatie: Frank Schneider MEE Noordwest-Holland T: 0251-26 16 60 De Wajong (Wet Arbeidsongeschiktheidsvoorziening Jonggehandicapten) Jongeren met een beperking hebben vaak niet of nauwelijks aan het arbeidsproces kunnen deelnemen. Daarom kunnen zij meestal ook geen beroep doen op de WAO. Speciaal voor hen is er de Wajong. Voor wie? De jonggehandicapte die: 1. op de dag dat hij 17 jaar wordt, arbeidsongeschikt is, of 2. na zijn 17 de verjaardag arbeidsongeschikt wordt en in het jaar daaraan voorafgaand tenminste zes maanden als studerend is aangemerkt; 3. leerling of stagiair is. Hoeveel geld ontvangt iemand? De Wajong-uitkering is een minimumuitkering. Hoeveel geld iemand krijgt is afhankelijk van leeftijd en de mate van arbeidsgeschiktheid. En als iemand (weer) gaat werken? Als de leerling betaald gaat werken, wordt de Wajong-uitkering aangepast aan de inkomsten. Stop hij met werken dan heeft hij automatisch weer recht op een volledige Wajong-uitkering. Waar aanvragen? Meestal krijgen de ouders van school een aanvraagformulier. Ook kan er een formulier aangevraagd worden bij het UWV-kantoor. Dit formulier moet opgestuurd worden als de leerling 17 jaar en 9 maanden is! Er vindt een keuring plaats door een arts. De Wajong-uitkering gaat in op de 18 e verjaardag. De consulent arbeid van MEE kan als dat nodig is ondersteuning bieden en zorgen dat de aanvraag op de juiste plaats komt. Alle leerlingen van scholen voor zmlk kunnen een Wajong-uitkering aanvragen als zij 17 jaar en 9 maanden oud zijn! 17

En: het scheelt heel veel papierwerk als een leerling al een wajong-uitkering heeft als hij van school gaat en werk zoekt. De nwsw (De Nieuwe Wet Sociale Werkvoorziening) De nwsw is er voor mensen die wel betaald kunnen werken, maar die het beste functioneren in een beschermde omgeving. Met de nwsw kan er begeleid gewerkt worden in het vrije bedrijf, of kan er gewerkt worden op een plek bij een SW-bedrijf (sociale werkvoorzienings bedrijf). voor wie? De nwsw is er voor de arbeidsgehandicapte: 1. die een minimumprestatie van 10 % kan leveren; 2. die minimaal één uur aaneengesloten kan werken; 3. bij wie de begeleidingstijd vrij groot is; 4. die meer dan één functie kunnen uitvoeren. Een indicatiecommissie beoordeelt of iemand voldoet aan de eisen. Sinds 1 januari 2005 krijgt iedereen die zich aanmeldt een indicatie voor begeleid werken, behalve als duidelijk is dat de persoon in kwestie aangewezen is op een werkplek binnen het SW-bedrijf. verdiensten Werknemers krijgen betaald volgens de CAO voor nwsw-werknemers. De hoogte van het salaris is o.a. afhankelijk van leeftijd en aantal gewerkte uren. aanvragen Mensen die willen gaan werken in een SW-bedrijf dienen zich aan te melden bij het Centrum voor Werk en Inkomen voor een indicatie. Als de indicatie is afgegeven dient men zich daarmee te melden bij het SWbedrijf. Als het nodig is kan de consulent arbeid van MEE ondersteuning bieden. De WIA: (De Wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen) De WIA is op 29 december 2005 in werking getreden. De WIA vervangt de WAO (Wet op de Arbeidsongeschiktheids verzekering), en delen van de wet REA (Reïntegratie van mensen met een arbeidshandicap) die niet meer bestaat. Uitgangspunt is dat mensen zoveel werken als ze kunnen: het gaat niet om wat 18

je niet meer kan, maar het gaat om wat je nog wél kan. voor wie? De WIA is bedoeld voor mensen die in hun betaalde baan ziek worden en niet binnen twee jaar herstellen. Er is een aparte regeling voor mensen die langdurig volledig arbeidsongeschikt zijn: de IVA (Inkomensregeling Volledig Arbeidsongeschikten). Het doel van de wet is om mensen die dat nog kunnen terug te laten keren in een betaalde baan met de WGA (Werkhervatting Gedeeltelijk Arbeidsgeschikten). Daarvoor zijn een aantal voorzieningen beschikbaar, zoals jobcoaching en aanpassingen op de werkplek. Deze voorzieningen zijn ook voor mensen met een wajong uitkering en mensen met een structurele functionele beperking (voorheen noemde men dat een arbeidshandicap). Mensen met een wajong uitkering en mensen met een structurele functionele beperking kunnen gebruik maken van verschillende voorzieningen die aangevraagd kunnen worden bij het UWV. Als het nodig is kan de consulent van MEE daarbij ondersteuning bieden. De IRO (de Individuele Reïntegratie Overeenkomst) Sinds 1 januari 2004 is er de mogelijkheid om gebruik te maken van de Individuele Reïntegratie Overeenkomst (IRO). voor wie? Voor iedereen met een arbeidshandicap die hulp wenst op weg naar een betaalde baan. hoe werkt het? Een IRO kan worden aangevraagd samen met het reïntegratiebedrijf dat de leerling gaat begeleiden. Het reïntegratiebedrijf maakt een plan en stuurt deze met uw goedkeuring naar het UWV. De arbeidsdeskundige moet het plan goedkeuren. Als de leerling in aanmerking wil komen voor een IRO, kan de consulent arbeid van MEE ondersteunen bij het vinden van het juiste reïntegratiebedrijf en de aanvraag. 19

Wanneer wat te regelen? vanaf 16 jaar: o Tegemoetkoming in Studiekosten 17- (TS 17-) aanvragen. o WA-verzekering afsluiten, een leerling is zelf wettelijk aansprakelijk. o Zodra bekend is dat een leerling na school in een dagactiviteitencentrum of bij de sociale werkvoorziening gaat werken: indicatie aanvragen. vanaf 17 jaar: o Een Wajong uitkering aanvragen als de leerling 17 jaar en 9 maanden oud is. o Zodra bekend is dat een leerling na school in een dagactiviteitencentrum of bij de sociale werkvoorziening gaat werken: indicatie aanvragen. vanaf 18 jaar: o Tegemoetkoming in de Studiekosten 18+ (TS 18+) aanvragen. o Einde leerplicht: op school blijven mag tot 20 ste verjaardag. o Zodra bekend is dat een leerling na school in een dagactiviteitencentrum of bij de sociale werkvoorziening gaat werken: indicatie aanvragen. (vanaf 20 jaar: o Een leerling wordt door de school uitgeschreven op de dag dat hij 20 jaar oud wordt.) Voor meer informatie: de consulent arbeid van MEE. N.B. De school adviseert ouders hun kind op tijd (een jaar voordat het kind de school zal verlaten) aan te melden bij het CWI (Centrum voor Werk en Inkomen) of het CIZ (Centrum Indicatiestelling Zorg), afhankelijk van waar het kind uiteindelijk heen gaat. 20

Informatiecentrum MEE Het Informatiecentrum is onderdeel van MEE Noordwest-Holland en heeft een schat aan informatie. Iedereen met vragen over handicaps kan terecht bij het informatiecentrum. Het heeft ook informatie voor mensen die moeilijk leren en voor mensen die (Z)MLK-onderwijs hebben gevolgd. Het informatiecentrum heeft informatie over: vrije tijd, arbeid, relaties, vakantie en nog veel meer. Vragen over: Het informatiecentrum is elke dag geopend van 09.00 tot 13.00 uur. Bezoeken: MEE Noordwest-Holland MEE Noordwest-Holland Duitslandlaan 3 Richard Holkade 2 Heemskerk Haarlem of bellen: 0251-261 630 023-535 88 77 21

Adressen sociale werkvoorziening: o De Meergroep Parallelweg 29 Postbus 282 1940AG Beverwijk T: 0251-279 000 W: www.demeergroep.nl o De Meergroep Meerwerk Integratie Diensten Parallelweg 29 Postbus 282 1940AG Beverwijk T: 0251-279 000 W: www.demeergroep.nl o Paswerk Bedrijven Spieringweg 835 Cruquius Postbus 297 2130 AG Hoofddorp T: 023-543 47 67 W: www.paswerk.nl o WNK-bedrijven Hertog Aalbrechtweg 32 Alkmaar Postbus 9150 1800 GD Alkmaar T: 072-567 88 90 W: www.wnk.nl o Baanstede Einsteinstraat 103 1446VE Purmerend T: 0229-469 369 E: info@baanstede.nl W: www.baanstede.nl 22

begeleidende instanties: o CWI Kennemerhof 1 1942 AJ Beverwijk T: 0251-783 000 W: www.werk.nl o CIZ (indicatieaanvraag) Postadres: Parallelweg 29b 1948 NK Beverwijk T: 0900-24 92 499 F: 0251-257 454 E: info@cizbeverwijk.nl o CIZ (zorgkantoor) Zorgkantoor Kennemerland Postadres: Postbus 9950 1006 AR Amsterdam T: 020-591 44 44 W: http://www.achmeazorgkantoor.nl o Hartekampgroep Secretariaat dagbesteding Claus Slüterweg 125 2012 WS Haarlem W: www.dehartekampgroep.nl o Hartekampgroep Ondersteuningcentrum begeleid werk Frankestraat 47 2011 HV Haarlem T: 023 532 87 25 W: www.dehartekampgroep.nl o Aquilae Volatus, dagbesteding Meerstraat 110 1941 JE Beverwijk T: 0251-224 636 W: www.aquilae.nl o Wisselwerk Parallelweg 29 23

Postbus 282 1940 AG Beverwijk T: 0251-279 020 W: www.demeergroep.nl o Dagbesteding, Ook voor jou Diezestraat 18 1946 AJ Beverwijk T: 0251-208 238 W: www.ookvoorjou.com o Bureau Jeugdzorg Kenaupark 30 Postbus 5247 2000 CE Haarlem T: 023-518 51 65 W: www.bjznh.nl o ATC Amstel en Duin Bronsstraat 9 1976 BC IJmuiden T: 0255-541 124 W: www.ozc.nl o UWV Surinameweg 11 Postbus 4600 2003 EP Haarlem T: 023-543 74 37 W: www.uwv.nl o UWV Wognumsebuurt 2 Postbus 71 1800 BD Alkmaar T: 072-549 33 22 W: www.uwv.nl reïntegratiebedrijven: o Kliq Einsteingebouw 24