Rijksvastgoedbedrijf Product Informatieblad ; Klimvoorziening kooiladder los opgelegd versie 3.0

Vergelijkbare documenten
Rijksvastgoedbedrijf Product Informatieblad ; Klimvoorziening kooiladder vast verankerd versie 3.0

Rijksvastgoedbedrijf Product Informatieblad ; Klimvoorziening; vaste trap vast verankerd versie 3.0

Rijksvastgoedbedrijf Product Informatieblad ; Toegang; luik versie 3.0

Rijksvastgoedbedrijf Product Informatieblad ; Veiligheidsvoorziening; Rail- lijnbeveiliging op hout of lichtbeton versie 3.

Rijksvastgoedbedrijf Product Informatieblad ; Veiligheidsvoorziening; Rail- lijnbeveiliging op staal versie 3.0

Rijksvastgoedbedrijf Product Informatieblad ; Veiligheidsvoorziening; Rail- lijnbeveiliging op massief beton versie 3.0

Rijksvastgoedbedrijf Product Informatieblad ; Veiligheidsvoorziening; rail- lijnbeveiliging hellend dak versie 3.0

Rijksvastgoedbedrijf Product Informatieblad ; Toegang; lichtkoepel of -straat versie 3.0

Rijksvastgoedbedrijf Product Informatieblad ; Veiligheidsvoorziening; ankerinrichting op staal versie 3.0

Rijksvastgoedbedrijf Product Informatieblad ; Veiligheidsvoorziening; ankerinrichting op prefab beton versie 3.0

Rijksvastgoedbedrijf Product Informatieblad ; Veiligheidsvoorziening; ankerinrichting op massief beton versie 3.0

Rijksvastgoedbedrijf Product Informatieblad ; Veiligheidsvoorziening; ankerinrichting op hout of lichtbeton versie 3.0

Rijksvastgoedbedrijf Product Informatieblad ; Signaleringen; Dakplan versie 3.0

Rijksvastgoedbedrijf Product Informatieblad ; Algemeen; Logboek versie 3.0

Montage-instructie. Connecting kooiladder. volgens NEN-EN-ISO Versie 1.0 pagina 1

Bijlage: Vaste toegangsmiddelen

; Veiligheidsvoorziening; dak(ladder of klim)haak versie 3.0

Vouwladders. flex pag. 99. pag. 97. pag. 98. HOME & garden 101. pag pag. 102

RISICO INVENTARISATIE- EN EVALUATIE

Programma van Eisen en Wensen BBT Testbaan

Montagehandleiding. Voordat u start met het plaatsen van het Twist-Fix lijnsysteem, controleer of de volgende artikelen aanwezig zijn:

Ubbink indak bevestigingssysteem voor zonnepanelen

Herfstpromoties. geldig vanaf 15 /09 t.e.m. 15/11/2011. Consulteer uw Altrex specialist :

Handleiding EPDM dakbedekking. Kenmerken: * Synthetische EPDM rubber (ethyleenpropyleendieen-monomeer)

Inhoudsopgave: Bijlage 4: bouwbeleid bordessen, trappen en leuningen. Inleiding Algemeen Begrippenlijst Tekeningen

Lamellenroosters Ventilatiewand en esthetische gevelbekleding. Lamellenroosters

LET OP MONTAGE VOORSCHRIFT. StarMaster HR. Verpakking is tevens boormal. COLLECTOR met STRALINGSSENSOR AAN DE INSTALLATEUR

Overstapbordes. t.b.v. Sky-Light hangbruginstallatie. Gebruikershandleiding VEILIG WERKEN OP HOOG

AXES EUROPE KOOILADDER SYSTEEM

massief kunststof plaat

MONTAGEHANDLEIDING VECTALADDER KOOILADDER NORM EN ISO

DAKLUIKEN INSPECTIELUIKEN

Reglementsaanpassingen cq correcties op reeds gepubliceerd Veiligheids- en Technisch Reglement op 9 december 2013 Wijziging No.01

Systeemnummer : PD 1-1-2

ZWH Windhoektegel Vormvaste ballast zonder tegeldragers

Rijksvastgoedbedrijf Product Informatieblad ; Werkvoorbereiding Versie 3.2

ZONNEBOILER INSTALLATIE - INSTRUCTIE. voor een collector gemonteerd op panlatten.

Veilig werken op Hoogte

Klik op of om onze site te bezoeken.

INSTALLATIE-INSTRUCTIE HOLETHERM DUBBELWANDIGE ROESTVAST-STALEN ZELFBOUW SCHOORSTENEN

BiboBlock. Valbeveiliging voor platte daken

Algemene. Montagerichtlijnen. Elektrische Bediende. Beveiligingsrolluiken. NCP AMR augustus 2007 versie 1.0

NEN 6050 Brandveilig werken op het dak

MAATWERK D I R K S K L I M M A T E R I A L E N

Checklist toestellen Commissie Agility, Raad van Beheer 1

Icopal Universal Verwerkingsrichtlijnen

Lariks Douglas hout aanbouw met Polycarbonaatplaten dak

Checklist toestellen 2018

V A L B E V E I L I G I N G V O O R P L A T T E D A K E N. developed by

Gecombineerd toestel. Vragen over de huidige toestand OK Niet OK. FC* Beschrijving - Commentaar. 1. Conform de EN-norm Permanente markering

S XL. Verwerkingsvoorschriften dakrandopstand. IsoniQ MURA S XL i.c.m. gestucte buitengevel. Legenda

Installatie-instructies

Brandschot ; canalures staaldak profiel type 106.

GLASVEZELLADDERS KATALOOG. Vaste Ladders Veiligheidskooi Uitstapsysteem Opties Conform DIN 18799

Werkvoorbereiding 4.1

Systeemnummer : PD 1-2-1

Meerpuntsluitingen. Aantrekkende werking (M3) - Afstandsluiting Ø 5.4. Sluiting (getoond in gesloten positie) Pal. Pakking.

Nebiprofa B.V. TECHNISCHE BEPALINGEN EN WERKBESCHRIJVING

Dakkapellen Door H. Koelemij (TNO Bouw)

Bestektekst. Linea. Terrasscherm 2-buis cassette. 218 mm. 170 mm

TRAPPEN EN BORDESSEN PRODUCTIE INSTORTVOORZIENINGEN

Pagina 1 van 4 KNK CYNOPHILIA

LAYHER (TOPIC) LADDERS EN TRAPPEN VOOR DE BOUW EN DE INDUSTRIE KATALOGUS

Bestektekst. Oliva. Terrasscherm 2-buis cassette. 268 mm. 195 mm

Montage instructie Geluidwerend in de wand schuivend

Montage-instructie. Rolluik RV40 - RV41

MILEXX VOLSCHUIM PROFIELEN

RUBBERTEGELS. Telefoon: Mobiel: Website: www. nornet.nl

Bijlage 12. Format Risico Inventarisatie en Evaluatie Veilig Werken op Hoogte. Gebruiker Adres Plaats. Foto van object invoegen

Checklist toestellen 2016 Commissie Agility, Raad van Beheer 1

HET LANDLEVEN-KIPPENHOK

Bestektekst. Gota. Terrasscherm 2-buis cassette. 235 mm. 180,5 mm

Veiligheidsregio HAAGLANDEN. Handhaving van bestaande kooiladders

HANDLEIDING MONTAGE CUPLOK TRAPPENTOREN

Brandevacuatie Toegang op hoogte Gevelonderhoud ALUMINIUM MAATWERK VOOR UW VEILIGHEID

Rijksvastgoedbedrijf Product Informatieblad ; Format Risico Inventarisatie en Evaluatie versie 3.0

DUG-OUTS scoren met kwaliteit

fundamentele verbetering voor grondgebonden woningbouw

GEBRUIKERSHANDLEIDING RSS Dakrand valbeveiligingssysteem

fischer Solar-fix Montagehandleiding voor gebruik op plat dak

Tenzij anders vermeld dienen alle gewenste opties separaat gekozen te worden.

Gebruikershandleiding. kolom

RUBBERTEGELS. Nornet Rubber Dr. Schaepmanstraat CM Tubbergen Nederland

Rolsteigers. voor veiligheid, kwaliteit en duurzaamheid. Montagehandleiding Comform EN 1004 EU richtlijnen 2001/45/EG

Montage-instructie. Rolpoort. RV55 - RV77 - Vision Door

Glijbaan. FC* Beschrijving - Commentaar. Vragen over de huidige toestand OK Niet OK. 1. Conform de EN-norm Permanente markering

SERVICE HANDBOEK DUURZAME ENERGIE. Installatievoorschrift collectoren en terugloopvat

Besteksomschrijving;

Modul Huizen model zadeldak

4-16. Om esthetische redenen kan er voor worden gekozen om de waarschuwingsmarkering over de volle breedte van de trap aan te brengen.

Constructieve analyse bestaande vloeren laag 1/2/3 (inclusief globale indicatie van benodigde voorzieningen)

Gebruikshandleiding Schuine dakrandbeveiliging

Detailboek Gevelisolatie

Verwerkings- en Montage voorschriften NONIGNIS / IGNIS

Glazen luifel niet betreden Reiniging en/of inspectie vanaf het naastgelegen dakvlak. Maaiveld DAKVLAK DETAIL B.

GROHE MINTA TOUCH. installatie instructie

DL 97 - Dakluik 900 x 700

MILEXX VOLSCHUIM PROFIELEN

Montagehandleiding voor vrijhangend ondermeubel Type: wandmontage voor een holle bouwstenenmuur

Gebruikershandleiding. kolom

Transcriptie:

1. Beschrijving: 1.1 Algemeen Onder een los opgelegde kooiladder wordt een toegangverschaffer verstaan tot een dak of een object. De los opgelegde kooiladder heeft geen vaste verbinding met het object. Een kooiladder is verplicht bij een verticaal hoogteverschil vanaf 6 meter en toegestaan om vanaf 2,5 tot 6 meter toe te passen. Toepassingsgebied klimvoorzieningen: Omschrijving Tot 1,5 m Op- afstap X Tot 2,5 m 2,5 3,0 m. 2,5 6,0 m Vaste trap vast verankerd X X X X X Gevelladder X X X Gevelladder los opgelegd X X X A A Gevelladder vast verankerd X X X A A Kooiladder los opgelegd X X Kooiladder vast verankerd X X X Vanaf 6,0 m Verplicht Toegestaan Niet toegestaan Blauwe kader: het onderdeel welke betrekking heeft op deze PIB. X: toegestaan. A: toegestaan onder voorwaarden, bijvoorbeeld met (midden-) geleider met loopwagen. Een kooiladder bestaat uit: 1. ladder 2. kooi 3. rustbordes (afhankelijk van klimhoogte) 4. opstap- en afstapplaats 5. opstapbordes 6. ballast 7. afsluiting toegang (optioneel) 8. aansluitpunt bliksembeveiliging Bevestigingsbouten moeten minimaal 2 en maximaal 5 gangen uit de moer steken. Draadeinden moeten worden afgebraamd. 1.1.1 Ladder De onderzijde van de ladder dient volledig af te worden gesteund op de onderste ballastblokken of -balken. Aan de bovenzijde moet de gevelladder direct of indirect verbonden zijn met de bovenste ballastblokken of -balken. Tussen dakbedekking en ballastblokken of -balken moeten rubber granulaat matten van minimaal 15 x 150 x 150 mm (dikte / lengte / breedte) aan worden gebracht. De afstand tussen onderste vertrekvlak en eerste sport ligt tussen de 250-300 mm. De sportafstanden dienen tussen de 250 300 mm te zijn. De sportafstanden dienen over de volle hoogte gelijkmatig verdeeld te zijn. De afstand tussen voorzijde sport tot de gevel dient minimaal 200 mm te bedragen. De ladder dient aan alle zijden verticaal op te worden gesteld. De bovenzijden van de sporten dienen na montage van de ladder horizontaal te liggen. De vereiste sportdiepte bedraagt 21-30 mm. De vrije inwendige breedte tussen de stijlen dient minimaal 500 mm te bedragen. Bijlage 11-33.20.56-62 Klimvoorziening kooiladder los opgelegd.docx Pagina 1 van 6

1.1.2 Kooi De kooi dient een inwendige diameter te hebben tussen de 650 800 mm. De kooiconstructie moet tussen 2,2 3,0 meter, gemeten vanaf het vertrekvlak, aanvangen. De bovenzijde kooi dient horizontaal aan te sluiten op de bovenzijde van het hekwerk of borstwering op het bovenste niveau. 1.1.3 Rustbordes De door de norm vereiste rustbordessen mogen niet uitgevoerd worden als kleppen in de kooi. 1.1.4 Opstap- en afstapplaats Zowel bij de vertrekvlak (onderzijde kooiladder) als de aankomstvlak (bovenzijde kooiladder) dienen zwarte rubbergranulaat tegels (zie betreffende Product Informatie Blad) aan te worden gebracht met een minimale oppervlakte van 600 x 600 mm. Indien ter plaatse grind aanwezig is, dient men bij het aanbrengen van de rubbergranulaat tegels als volgt te handelen; 1. Gewenst oppervlak grindvrij en schoon maken, vuil verwijderen en afvoeren. 2. Plaatsen van rubbergranulaat tegels. 3. Grind tegen de tegels aanschuiven. 4. Overtollige grind gelijkmatig verspreiden over het dakvlak. 5. Of eventueel overtollige grind afvoeren. Het grind mag nooit boven de onderzijde van loodslabbe uitkomen. 1.1.5 Opstapbordes Aan de bovenzijde van de ladder dient een opstapbordes te worden aangebracht, waarbij een zijde is bevestigd aan de kooiladder en de andere zijde is afgesteund op het dakvlak. Het bordes mag niet rusten op de dakrand zelf. Het bordes moet direct verbonden zijn met de bovenste ballastblokken of -balken. Aan weerszijden van het bordes dienen hekwerken aan te worden gebracht met een minimale hoogte, gemeten vanaf bovenzijde bordes, van 110 cm. Het hekwerk en bordes dienen dusdanig te zijn gemonteerd dat het een constructief geheel vormt. Aan de bovenzijde van de kooiladder dient het vallen aan de zijkanten te worden voorkomen. Hiervoor dienen vanaf beide zijden van de kooiladder over een lengte van in totaal 2 meter, in het verlengde van de looprichting, hekwerken aan te worden gebracht. Het hekwerk dient te voldoen aan de eisen zoals beschreven in betreffende Product Informatieblad. 1.1.6 Ballast Aan de onderzijde van de ladder en ter ondersteuning van het opstapbordes dienen ballastblokken of -balken van voldoende gewicht toe worden gepast. De ballast mag geen scherpe randen hebben. Tussen ballast en dakbedekking dient rubbergranulaat matten aan te worden gebracht met een minimale dikte van 15 mm. De waterhuishouding mag door de opstelling van de ballastblokken niet verstoord worden. Onderdeel van de levering is een constructieve berekening per opstelling welke aantoont dat deze opstelling geschikt is voor het type dak-gevel en doelstelling. 1.1.7 Afsluiting toegang Voor die gevallen waar in het advies staat aangegeven dat de kooiladder afsluitbaar dient te zijn of voor die gevallen dat misbruik van de toegang naar het dak kan worden verwacht, dient de kooiladder aan de onderzijde afsluitbaar te worden gemaakt. Uitzondering op deze voorwaarde is indien de kooiladder onderdeel uitmaakt van een vluchtroute, dan mag de kooiladder nooit afsluitbaar worden gemaakt. Bijlage 11-33.20.56-62 Klimvoorziening kooiladder los opgelegd.docx Pagina 2 van 6

De scharnieren en de sluitplaats van het hangslot dienen zich aan de buitenzijde van de kooi te bevinden. De afsluiting dient voorzien te zijn van verstijvingribben. De te leveren (hang-) sloten en/of cilinders dienen afgestemd te zijn op het bestaande sloten- of sleutelplan van de gebruiker. Indien en dergelijk sleutelplan niet bestaat mogen uitsluitend (hang-) sloten met Euro cilinders toe worden gepast. Per object dienen de te leveren Euro cilinder(-s) met 1 moedersleutel bedienbaar te zijn. Er dienen minimaal 3 sleutels per locatie aan te worden geleverd. 1.1.8 Aansluitpunt bliksembeveiliging De gehele kooiladder en aansluitende onderdelen dient voorzien te zijn van voldoende aansluitpunten voor de bliksembeveiliging. 1.1.9 Elektrolytische bescherming Alle elementen dienen te worden beschermd tegen elektrolytische corrosie. In voorkomende gevallen moeten passende maatregelen worden genomen, bijvoorbeeld kathodische bescherming aanbrengen. 1.2 Dakbedekking De weerstand van de totale dakbedekking tegen gebruiksbelasting (o.a indruksterkte door de granulaat tegeldragers) moet voldoen aan klasse R2 (incidenteel lopen), en R3 (intensief belopen). De weerstand van de isolatie ter plaatse van de opstap- en afstapvoorziening moet voldoen aan klasse C (incidenteel lopen), en D (intensief belopen). Het aan te brengen dakbedekkingmateriaal dient verspringend, in dezelfde richtingspatroon als het bestaande dakbedekking te zijn. De aangebrachte dakbedekking dient minimaal 150 mm rondom zichtbaar buiten de tegelvlak uit te steken. 2. Voorwaarden 2.1 Constructieve eisen 2.1.1 Constructieve berekening Voor aanvang van de werkzaamheden dient een constructieve berekening aan te worden geleverd. Deze berekening dient te voldoen aan de eisen zoals gesteld in de PIB 33.00.60-02 Constructie berekening & uitvoeringstekening. 2.1.2 Keuringseisen Na montage en tijdens de periodieke keuring dient de kooiladders te worden getest conform de op dat moment geldende norm. Een afschrift van alle keuringsgegevens dient in het logboek te worden verwerkt. 2.1.3 Certificaat Na elke keuring dient een certificaat aan te worden geleverd van het betreffende onderdeel. Een afschrift van elk certificaat dient in het logboek te worden verwerkt. 2.2 Kwaliteit De aan te brengen delen zijn vrij op de markt verkrijgbare producten van hoogwaardige kwaliteit. Alle componenten dienen gecertificeerd te zijn. Indien certificaten niet voorhanden zijn dienen constructieve berekeningen aan te worden geleverd waaruit eenduidig af valt te leiden dat de constructie(-s) voldoen aan de wetgeving. Bijlage 11-33.20.56-62 Klimvoorziening kooiladder los opgelegd.docx Pagina 3 van 6

Van de Euro cilinders dient vooraf middels certificaten aan te worden getoond dat deze voldoen aan de SKG 2. Na goedkeuring door de opdrachtgever mogen deze aan worden geschaft. Verwerkings- en uitvoeringsvoorschriften van leverancier zijn van toepassing en dienen voor aanvang van de werkzaamheden aan te worden geleverd. Bij afwijkend dakbedekkingmateriaal dient vooraf aan te worden getoond dat de kwaliteit en esthetische waarden overeenkomstig zijn aan het bestaande materiaal. Bijlage 11-33.20.56-62 Klimvoorziening kooiladder los opgelegd.docx Pagina 4 van 6

2.3 Weersinvloeden De voorzieningen dienen (doorgaans) probleemloos te kunnen functioneren bij: - een omgevingstemperatuur van minimaal -10 C en maximaal +40 C - luchtvochtigheid van 80% - een gestage neerslag van 1 mm/uur - windsnelheden tot 6 Beaufort (13 m/s). 2.4 Corrosie Onderdelen dienen doelmatig tegen (galvanische) corrosie beschermd te zijn. Indien onderdelen toch corrosie vertonen dient deze kosteloos te worden behandeld c.q. te worden vervangen. 2.5 Identificatie onderdelen Elke keuringsplichtige voorziening die wordt aangebracht dient van een uniek identificatie kenmerk te worden voorzien met keuringssticker, serienummer, leverancier en plaatsingsdatum. In het logboek dienen de verschillende onderdelen en de identificatie kenmerken opgenomen te zijn. Dit identificatie kenmerk dient altijd leesbaar te zijn. 3. Normering: Uitgangspunt bij de beoordeling van de voorzieningen zal zijn: Code norm Officiële omschrijving Norm NEN EN ISO 14122-4 Veiligheid van machines Permanente toegangsmiddelen tot machines - Deel 4: Vaste ladders NEN-EN 50164-1 Onderdelen voor bliksembeveiligingsinstallaties - Deel 1: Eisen voor verbindingsmiddelen Arbo informatieblad 15 Veilig werken op daken Arbo catalogi NEN 6050 4. Levenscyclus kosten 4.1 Stichtingskosten Vigerende catalogi Eisen aan ontwerp en detaillering voor brandveilig werken aan daken Onderdeel Eenheid Kosten / Eenheid ladder kooi rustbordes opstap- en afstapplaats opstapbordes ballast afsluiting toegang aansluitpunt bliksembeveiliging Bijlage 11-33.20.56-62 Klimvoorziening kooiladder los opgelegd.docx Pagina 5 van 6

4.2 Preventief / curatief onderhoud Onderdeel Eenheid Keuren en Curatief onderhoud Kosten / Jaar certificeren frequentie frequentie ladder kooi rustbordes opstap- en afstapplaats opstapbordes ballast afsluiting toegang 4.3 Correctief onderhoud Onderdeel Eenheid Vervanging- Cyclus ladder kooi rustbordes opstap- en afstapplaats opstapbordes ballast afsluiting toegang Kosten / Eenheid frequentie Kosten / Jaar (kosten / frequentie) Bijlage 11-33.20.56-62 Klimvoorziening kooiladder los opgelegd.docx Pagina 6 van 6