HANDLEIDING MONTAGE CUPLOK TRAPPENTOREN

Maat: px

Weergave met pagina beginnen:

Download "HANDLEIDING MONTAGE CUPLOK TRAPPENTOREN"

Elke Verbeek
7 jaren geleden
Aantal bezoeken:

1 Pagina: 1 van 14 Inleiding Deze procedure dient door de leidinggevende monteur te worden opgevolgd, om zodoende zeker te stellen dat de uitvoering op een juiste en veilige wijze geschied.

2 Pagina: 2 van 14 Veiligheid Neem de volgende voorzorgsmaatregelen om een veilige montage en demontage van het Cuplok trappentoren systeem te garanderen. Draag uw persoonlijke beschermingsmiddelen, zoals harnasgordel, vallijn, helm, beschermende kleding, bril, handschoenen en veiligheidsschoenen tijdens montage en demontage van het systeem. En gebruik ze op de juiste wijze. Zorg er voor dat u aangezekerd bent bij het werken op hoogte of bij valgevaar. Werk altijd met minimaal twee personen. Controleer de Cuplok trappentoren onderdelen vóór de montage op slijtage, corrosie en beschadigingen. Gebruik geen onderdelen die zijn verbogen, ingedeukt of ernstig zijn gecorrodeerd. De draagkracht van de onderdelen kan ernstig zijn afgenomen. Controleer voordat u met de montage van het Cuplok trappentoren systeem begint, maar ook tijdens de montage, of andere werkzaamheden geen negatieve invloed hebben op de veilige voortgang van de montage. Zorg voor een schone en veilige werkomgeving. Gebruik een ladder om u in hoogte te verplaatsen. Gebruik de werktekening of situatieschets bij het opbouwen van het systeem. De montage van het Cuplok trappentoren systeem mag alleen worden uitgevoerd door personen die over voldoende vakkennis beschikken. Houd je aan veiligheidsregels van Harsco en opdrachtgevers. Neem bij vragen contact op met de voorman/uitvoerder.

3 Pagina: 3 van 14

4 Pagina: 4 van 14

5 Pagina: 5 van 14 Montage van een trappentoren Bepaal of de ondergrond voldoende draagkrachtig is. Als dit niet zo is, plaats dan belastingsverdelende onderslagen onder de voetspindels. Plaats zoveel voetspindel (en eventueel belastingsverdelende onderslagen) als er staanders worden geplaatst. 1. Start met het uitleggen van het materiaal voor de eerste slag, zodat het nagenoeg op de juiste plek ligt. Gebruik staanders met een lengte van 3 m. voor de eerste slag. 2. Plaats indien nodig de belastingsverdelende onderslagen. 3. Plaats de voetspindels en stel de hoogte globaal in. 4. Plaats de eerste staander op de voetspindel (zorg ervoor dat deze niet om kan vallen) 5. Bevestig in de onderste cup twee of meer systeem-schakels. 6. Plaats de volgende staander en monteer de systeem-schakels in de onderste cup. 7. Monteer de bovenste schakels van de eerste slag in de cups 2 meter hoger. (zie tekening)

6 Pagina: 6 van Monteer de schoren met draaibare lippen 9. Richt de eerste slag zowel aan het buitenvlak van de trappentoren, verticaal als horizontaal uit. waar nodig. 10. Monteer een bordes, bestaande Uit stalen delen, tussen de schakels aan de onderkant van de toren.

7 Pagina: 7 van Monteer de trap tussen de schakels. 12. Monteer een bordes tussen de schakels aan de bovenkant van de trap. Dit bordes bestaat uit stalen delen. Let op! Zet de stalen delen voor het bordes vast met spieën, om kantelen en uitwaaien van de delen te voorkomen. 13. Monteer een binnenschoor, diagonaal tussen de staanders van het bordes. 14. Monteer twee leuningposten ter plaatse van de onderkant en bovenkant van de trap (voor een 8- poots trappentoren). 15. Monteer aan beide zijden van de trap een dubbele trapleuning. 16. Monteer rondom het bovenste bordes een dubbele leuning. 17. Controleer of alle cups vast zitten. Montage van de volgende slagen Let erop dat de trappentoren wordt verankerd en geschoord zoals is vermeld op de werktekening c.q. de technische documentatie 18. Breng eerst een tijdelijke montagevloer aan voor het monteren van hogere slagen. 19. Bevestig de vanggordel aan de bovenste schakel en plaats de overige staanders. 20. Plaats de volgende staanders op de staanders van de eerste slag. 21. Monteer de schakels tussen de staanders. 22. Voer de stappen 11 t/m 17 van de procedure monteren van de eerste slag uit om de volgende slagen verder te monteren.

8 Pagina: 8 van 14 Voor trappentorens hoger dan 14 m kan bij de montage en demontage gebruik worden gemaakt van verticale transportmiddelen. Dit kunnen naast geavanceerde apparaten ook handbediende katrollen of touw en wiel zijn. Montage van de laatste slag Montage van de laatste slag is gelijk aan die van de vorige slagen. Gebruik alleen staanders met een lengte van 2.30m zonder pen. Verankeren Om de stabiliteit van de trappentoren te garanderen moet de trappentoren verankerd worden aan de constructie waar hij tegenaan wordt gemonteerd. Algemene eisen aan verankeringen: De verankeringen moeten krachten op kunnen nemen in twee loodrecht op elkaar staande richtingen. De afstand van de verankering tot het dichtst bijzijnde knooppunt mag maximaal 30 cm bedragen. De trappentoren mag tijdens gebruik niet meer dan 4 meter boven de laatste verankering uit steken. Schoren Om de stabiliteit van de trappentoren te garanderen moeten staanders en de schakels rondom worden geschoord. De trappen zelf doen ook dienst als schoor. Schoor de trappentoren horizontaal onder de bordessen. Demontage De tappentoren wordt in omgekeerde volgorde gedemonteerd. Houd hierbij altijd de veiligheid van uzelf en uw collega s in het oog. Houd ook rekening met de volgende aspecten: Informeer waar het materiaal de volgende keer moet worden gebruikt. Misschien is het mogelijk dat sommige delen niet gedemonteerd hoeven te worden, omdat ze op hetzelfde project gebruikt kunnen worden. Verwijder de verankering niet voordat de trappentoren tot dat niveau is gedemonteerd. Reinig de onderdelen na het demonteren en maak ze klaar voor transport. Sla de onderdelen zodanig op dat de onderdelen die de volgende keer het eerste nodig zijn ook als eerste beschikbaar zijn.

9 Pagina: 9 van 14 VERANKERINGSPATRONEN In deze paragraaf zijn twee verankeringspatronen voor de Cuplok trappentoren opgenomen. Hiernaast ziet u een verankeringspatroon met verankeringen om de 8 meter. Dit patroon wordt toegepast op een trappentoren zonder netbekleding. Wanneer de steiger wel wordt afgedicht, dan zijn er meer verankeringen nodig om de steiger stabiel te houden. Zie het verankeringspatroon daaronder met verankeringen om de 4 meter. De verankeringen moeten krachten kunnen opnemen in beide richtingen van de toren. Op ieder verankerd niveau worden horizontaalschoren aangebracht. De trappen doen eveneens dienst als horizontaalschoor. De voor- en achterkant van de trappentoren worden geschoord. Dit gebeurd gedeeltelijk door trappen en leuningen. De maximaal toelaatbare hoogte is berekend voor de volgende gevallen: Een gelijkmatige verdeelde belasting op trappen en bordessen: Q = 0,75 kn/m2. Dit houdt in : ongeveer 1,5 personen per slag. Q = 1,5 kn/m2. Dit houdt in : ongeveer 3 personen per slag. Een belasting van de trap P = 1,0 kn per trap. Dit houdt in : ongeveer 1 persoon plus gereedschap per meter hoogte. Raadpleeg Harsco Infrastructure B.V. voor de maximaal toelaatbare hoogte bij afwijkende constructies

10 Pagina: 10 van 14 TOELAATBARE HOOGTEN EN BELASTINGEN De toelaatbare hoogte is afhankelijk van de verwachte belastingen (Q) op trappen en bordessen. Daarnaast is het ook van belang of het 8-poots type of het 10-poots type wordt toegepast. Zie voor de maximaal toelaatbare hoogte de volgende tabel: Q = 0,75 kn/m2 Q = 1,5 kn/m2 P = 1,0 knm per trap Type Afmetingen L x B Ankerpatroon 8,0 m Ankerpatroon 8,0 m Ankerpatroon 8,0 m 8-poots 4,40 x 1,80 m 33 m 23 m 38 m 8-poots 4,40 x 2,50 m 33 m 23 m 38 m 10-poots 4,40 x 1,80 m 45 m 32 m 53 m 10-poots 4,40 x 2,50m 45 m 32 m 53 m

11 Pagina: 11 van 14 Samenstelling 8-poots Trappentoren

12 Pagina: 12 van 14 Samenstelling 10-poots Trappentoren

13 Pagina: 13 van 14 STANDAARD 4.0M ANKERPATROON

14 Pagina: 14 van 14 STANDAARD 8.0M ANKERPATROON

Vergelijkbare documenten

MONTAGE EN GEBRUIKSHANDLEIDING TRALIELIGGER

MONTAGE EN GEBRUIKSHANDLEIDING TRALIELIGGER Pagina: 1 van 14 Inleiding Deze procedure dient door de leidinggevende monteur te worden opgevolgd, om zodoende zeker te stellen dat de uitvoering op een juiste en veilige wijze geschiedt. Pagina: 2 van