Nabestaan na zelfdoding



Vergelijkbare documenten
Rouwen. Praten en delen met lotgenoten

Slachtoffers van mensenhandel en geestelijke gezondheidszorg

3. Rouw en verliesverwerking

Boek en workshop over het verlies van een broer of zus. Een broertje dood. Door Corine van Zuthem

TOOLKIT ROUW EN VERDRIET

een dierbare verliezen

EEN DIERBARE VERLIEZEN

Verlies, verdriet en rouw

Een dierbare verliezen

Theorieboek. leeftijd, dezelfde hobby, of ze houden van hetzelfde. Een vriend heeft iets voor je over,

Wat er ook aan de hand is, de gevolgen zijn hetzelfde. Je bent een aantal lichamelijke functies, die je voorheen als vanzelfsprekend aannam, kwijt.

Verlies, verdriet en rouw

JEUGDIGEN. Hulp na seksueel misbruik. vooruitkomen +

Cambriana online hulpprogramma

Het verlies van een dierbare

Ben je slachtoffer? Folder voor jongeren

Of je hart nu breekt of scheurt, kapot is kapot.

Een dierbare verliezen. Informatie voor nabestaanden

Je eigen gevoelens. Schaamte

jongeren vanaf 12 jaar

Advies en steun voor uw kind en uzelf

De wereld viel stil. Training & Vorming KASTEEL DE ESSENBURGH. Ontmoetingsdagen. Achterblijven. na zelfdoding. van een dierbare

Ervaringen van deelnemers Individuele begeleiding

Geweld in huis raakt kinderen. Informatie en advies voor ouders. huiselijkgeweldwb.nl cent per minuut

Ben jij een kind van gescheiden ouders? Dit werkboekje is speciaal voor jou!

Een dierbare verliezen

Probleem? Geen probleem. Met de vaardigheden die Humanitas je aanreikt, verander je je leven. Helemaal zelf. En het mooie is: iedereen kan het.

Het is de familieblues. Je kent dat gevoel vast wel. Je zit aan je familie vast. Voor altijd ben je verbonden met je ouders, je broers, je zussen.

KOPPen bij elkaar en schouders eronder. Informatie voor kinderen van ouders met psychiatrische problemen

NA DE SCHOK INFORMATIE VOOR OUDERS

Activiteit 01: Je gedachten en gevoelens 7. Activiteit 02: De scheiding van je ouders overleven 11. Activiteit 03: Acting out 16

In de eeuwigheid van het leven waarin ik ben is alles volmaakt, heel en compleet en toch verandert het leven voortdurend. Er is geen begin en geen

Emoties, wat is het signaal?

Zaken voor mannen. Verhalen van mannen met epilepsie

Presentatie Tranzo Zorgsalon 29 november 2012 Christine Kliphuis

NA DE SCHOK INFORMATIE VOOR OUDERS

Relaties. HDYO heeft meer informatie beschikbaar over de Ziekte van Huntington voor jongeren, ouders en professionals op onze website:

Johannes 20, april Pasen 2014 Wehl. (ds. A. Oude Kotte-de Boon) Thema: 'Het verhaal van Maria van Magdala ' Gemeente,

Openingsgebeden INHOUD

Zingeving op MAAT. Wat zijn de effecten van aandacht voor levensvragen en hoe meet je dat?

[PILOT] Aan de slag met de Hoofdzaken Ster

KINDEREN LEKKER IN HUN VEL

WANNEER VERTEL JE HET AAN JE KINDEREN? Als de beslissing om te gaan scheiden eenmaal genomen is, dan kun je dit het beste zo snel mogelijk aan de

Is iemand in jouw omgeving verslaafd?


DEEL 1. WERKBOEK 5 Eigen keuze Monique van Dam YOU: De keuze is aan jou!

6.2.1 Dealen met afleiding onderweg

Na de schok... Informatie voor ouders

VERLIES VAN EEN DIERBARE INFORMATIE OVER ROUWVERWERKING FRANCISCUS VLIETLAND

Terrorisme en dan verder Wat te doen na een aanslag?

Spirituele zorg Wat kun je ermee? Carlo Leget

Zelfmoordgedachten. Praat over wat je denkt, voelt, ervaart. Praten lucht op.

Verlies & Rouw. HDYO heeft meer informatie beschikbaar over de Ziekte van Huntington voor jongeren, ouders en professionals op onze website:

Zelfbeschadiging; wat kun jij doen om te helpen?

Zelfdoding. en depressie Praat over wat je denkt, voelt, ervaart. Praten lucht op.

Patiënteninformatiedossier (PID) (Non) Hodgkin. onderdeel ZIEKTEBELEVING. (NON) HODGKIN Ziektebeleving

PATIËNTEN INFORMATIE. Rouwverwerking

WERNER VANDEN EYNDEN DE ROUWENDE SENIOR

Hoe je je voelt. hoofdstuk 10. Het zal je wel opgevallen zijn dat je op een dag een heleboel verschillende gevoelens hebt. Je kunt bijvoorbeeld:

Gezinsinterventie Gezinsgesprekken voor gezinnen waarbij de ouder psychische problemen heeft

Rouw en Verdriet bij Ouderen. Marie-Christine Adriaensen CGG Brussel - Elder

Werkboek Het is mijn leven

EIGEN BLOED Over moeders die hun kind afstaan ter adoptie

Hoe verwerk je een. schokkende gebeurtenis? Informatie voor ouders

Handvatten voor het omgaan met zelfbeschadiging

Debriefing. Opvang na een schokkende gebeurtenis. Geert Taghon 2013

Tijdschrift Kindermishandeling April 2013 Onderwijsspecial deel 2. 8 tips voor een goed gesprek met je leerling

Gevaarlijke liefde. Weet jij wie die jongen is? Zit hij ook bij ons op school? Mooi hè, Kim? Maar wel duur! Ik geloof dat hij Ramon heet!

Scheiden doe je samen. Ieder kind reageert anders

Een dierbare verliezen

Nummer 1 December Cursusaanbod 2012 Gedeeld verdriet Mindfulness Laat je zelf zien

Een dierbare verliezen en daarover verdriet hebben

Vragenlijst Eerstelijns Psychologische Zorg

Verlies en rouw Dominique Ebbeng - Martina Janssen TITEL / 1

Dokter, ik heb kanker..

Informatie en advies voor ouders

Een kind helpen. na een misdrijf of verkeersongeluk. Slachtofferhulp (lokaal tarief) na een misdrijf of een verkeersongeluk

Ervaringen Voorbeeld jouw ervaring delen? formulier

In de bijlage vind je de verhalen van Floris (16), Hiltje (13), Joshua (16) en Wietske (46). Ze komen uit het boekje Ik ben geliefd!

Oplossingsgerichte vragen (Het Spel van Oplossingen IKB & TS)

Echtscheiding en kinderen

Het huis van de angst en het huis van de liefde Preek van Jos Douma over Romeinen 8:15

Inhoudsopgave. Inleiding. Als je een peuter en tussen 3 en 5 jaar bent. Als je een kleuter en tussen 6 en 8 jaar bent

Kinderverhoor Je ouders gaan uit elkaar

Colofon. Dit e-book is een uitgave van Stichting Gezondheid. Teksten: Stichting Gezondheid

ik? Houd je spreekbeurt over GGNet

Kom erbij Tekst: Ron Schröder & Marianne Busser Muziek: Marcel & Lydia Zimmer 2013 Celmar Music / Schröder & Busser

Omgaan met de ziekte. Omgaan met de ziekte

goede redenen voor het bezoeken van een zelfhulpgroep

Gemeente van onze Heer Jezus Christus, lieve mensen, Het echte geluk is voor mensen die verdriet hebben. Want God zal hen troosten.

Verslaving. Deze folder is voor doven en slechthorenden die meer willen weten over verslaving. Als iemand niet meer zonder... kan

Lees Zoek op Om over na te denken

Hoe verwerk je een. schokkende gebeurtenis? Informatie voor leerkrachten

Depressie. Meer dan een somber gevoel. Deze folder is voor doven en slechthorenden die meer willen weten over depressie

De muur. Maar nu, ik wil uitbreken. Ik kom in het nauw en wil d r uit. Het lukt echter niet. De muur is te hoog. De muur is te dik.

Gedwongen opname met een IBS of RM *

Terrorisme en dan verder

Omgaan met kanker. Moeheid

Jezus vertelt, dat God onze Vader is

Transcriptie:

Nabestaan na zelfdoding over verliesverwerking en de waarde van lotgenotencontact Werkgroep Nabestaan na Zelfdoding Friesland 1

Leeuwarden, najaar 2001 eigen uitgave ter gelegenheid van het tienjarig bestaan van de Werkgroep Nabestaan na Zelfdoding Friesland te bestellen bij het secretariaat: Bleeklaan 38 8921 HC Leeuwarden illustraties: Helga Faber(1969-2000) 2

Inhoudsopgave Inleiding... 5 Rouwtaken... 7 Een kind verliezen... 10 Lotgenotencontact... 12 Deelnemen aan een groep... 14 Begeleiden van nabestaanden... 15 Onmacht... 18 Ervaringsdeskundigheid... 19 Literatuur... 21 Informatie en adressen... 23 3

4

Inleiding Iemand verliezen door zelfdoding geldt als één van de meest ingrijpende ervaringen die een mens kan meemaken. De verwerking kost veel pijn en moeite. Relaties komen onder druk te staan, nabestaanden lopen tegen muren van onbegrip op. En vaak snappen ze ook niets van zichzelf. Het is een lastig en bedreigend onderwerp om over te praten. Hulpverleners, begeleiders, omstanders en nabestaanden zelf, iedereen voelt dat aan. Oorzaken hiervoor zijn een gebrek aan kennis, een tekort aan vaardigheden en het ontbreken van een goede houding. Zowel bij de mensen in de omgeving als bij de nabestaande zelf. Onze Werkgroep bestond onlangs tien jaar. We zijn zelf nabestaande, ieder van ons heeft een dierbaar iemand verloren door zelfdoding. Wat we nu in deze vorm aanbieden is niet alleen het resultaat van lezen en studeren. Het gaat om kennis verkregen door persoonlijke ondervinding. We zijn er trots op dat we in tien jaar tijd door strijd en pijn heen veel ervaringsdeskundigheid hebben opgebouwd. Op basis hiervan vragen we in deze brochure aandacht voor de specifieke aspecten van rouw na zelfdoding. Verder reiken we een aantal aandachtspunten aan voor de begeleiding van nabestaanden. En omdat de confrontatie met zelfdoding veel onmacht oplevert, staan we ook daarbij stil. Van grote betekenis voor de verwerking is de steun die lotgenoten elkaar kunnen geven. Vandaar dat we willen laten zien welke vormen van lotgenotencontact wij organiseren. Een tweetal nabestaanden komt daarover zelf aan het woord. Hoe het zit met ervaringsdeskundigheid en hoe die zich verhoudt tot professionele hulpverlening, komt vervolgens aan de orde. Ten behoeve van mensen die zich er door middel van lezen verder in willen verdiepen, hebben we een lijst met boeken en uitgaven opgenomen. Tenslotte volgt informatie over onze Werkgroep. De illustraties in deze brochure zijn van Helga Faber die in 2000 door zelfdoding om het leven kwam. 5

6

Rouwtaken Het verwerken van een verlies gaat niet vanzelf. Gebruikten we vroeger vaak de term rouwfasen, tegenwoordig spreken we meer over rouwtaken. 1 Om daarmee te benadrukken dat je zelf actief moet zijn om verder te kunnen komen in het verwerkingsproces 2. In het reine komen met de realiteit Bijna iedere nabestaande heeft de drang om er achter te komen wat er precies gebeurd is. Op welke manier de zelfdoding plaats vond, wat er aan vooraf ging. Hoe degene die een eind aan zijn leven maakte op dat moment dacht, zich voelde, zich gedroeg. Je gaat naar de plek waar het gebeurde, zoekt mensen op die voor het laatst met hem of haar contact hebben gehad, gepraat. Op de een of andere manier wil je er grip op krijgen. Je wilt het beheersen zodat het jóu niet meer beheerst. Het is de behoefte aan controle die ons aanzet tot het zoeken van een verklaring. En dat is logisch, je moet uiteindelijk zelf verder kunnen leven. Het moet draaglijk voor jezelf worden Het ervaren en uiten van pijnlijke emoties Na de eerste verdoving komen allerlei verschillende gevoelens boven, vaak strijden ze om voorrang. Je bent zelden alleen maar verdrietig, maar ook boos bijvoorbeeld. Dat lijkt tegenstrijdig, maar menselijke gevoelens steken nu eenmaal niet logisch in elkaar. Bovendien is een zelfdoding een complex gebeuren, er zitten ook voor de nabestaande zoveel kanten aan. Verdriet komt meestal als eerste gevoel boven, je begint te huilen. De omgeving reageert dan vaak nog wel uitnodigend, iedereen vindt het belangrijk dat je er uiting aan geeft. Boosheid is een gevoel waar mensen vaak slecht bij kunnen komen en uiting aan kunnen geven. Vaak is het er maar even en geschrokken van je zelf, duw je het snel weer weg. Schaamte, ook zo n lastig te hanteren gevoel: dat je man, je kind, je moeder zoiets doet. Zouden de mensen denken dat ik geen gelukkig huwelijk had? Schuldgevoel is één van de meest sterke emoties. Veel nabestaande denken: Ik had het moeten zien aankomen..ik heb hem in de steek gelaten ik had er toch heen moeten gaan. Je kunt ook bang worden, ineens is zelfdoding een optie, een realiteit. Wie is de volgende, zit het in de familie? Je maakt je zorgen over mensen waar je nooit dergelijke vragen bij had. Opluchting is een gevoel waar nabestaanden zich vaak voor schamen. Maar aan een intens lijden toch een einde gekomen? En altijd met angst te moeten leven dat het een keer zal gebeuren Middelen vinden om met die gevoelens om te gaan De bewering dat het goed is om je gevoelens te uiten, gaat lang niet altijd op. Het hangt er vanaf of iemand zich ook vertrouwd voelt om zich te kunnen laten gaan. 7

Je karakter speelt een grote rol bij verliesverwerking. Als je nooit expressief en extravert bent geweest, zul je wat dat betreft niet zomaar veranderen. Dat schuldgevoelens bij voorbeeld sterker zijn dan die van boosheid is verklaarbaar. Iemand die zichzelf doodt, wordt gezien als patiënt. Dat maakt boos worden niet gemakkelijk. Het is heel pijnlijk om je te realiseren dat die ander ons niet de moeite waard vond om voor te blijven leven. Dat mijn vrouw, mijn moeder eenzijdig de relatie heeft beëindigd. Het is moeilijk om stil te staan bij gevoelens van afwijzing. De relatie met de overledene Door bezig te zijn met verklaren, begrijpen, invoelen, maken we een beweging in de richting van de ander. Terwijl we hem eigenlijk los moeten laten. In feite dus een tegengestelde beweging en daarom ook zo verwarrend. Want hoe meer je probeert om die ander te begrijpen, hoe moeilijker het is om hem te laten gaan. Wat is het bitter om je er bij neer te moeten leggen dat hij nog zelf wilde ook. En dat terwijl ik nog zoveel voor hem in petto had, zoveel met hem wilde doen. Je verliest niet alleen een persoon maar ook hoop, idealen, een toekomst met die ander. Reacties van de omgeving Iedereen verwerkt een zelfdoding op zijn eigen manier, dat kun je met je verstand wel beredeneren. Maar wat is het moeilijk om te accepteren dat je partner, degene die het dichtst bij je staat, het heel anders doet. Daarvoor ben je toch niet met hem of haar getrouwd? Je wilde toch lief en leed met elkaar delen? En dan zo verschillend bezig zijn, elkaar zo afvallen? Voordat je het weet ben je aan het veroordelen. Nabestaanden zijn heel gevoelig voor de manier waarop mensen reageren. Eén verkeerd woord en we kruipen in onze schulp. Wat we vaak niet beseffen is dat het de ander net zo vergaat. Hij probeert de juiste toon te treffen, merkt dat het niet lukt en trekt zich weer terug. En de cirkel sluit zich Identiteit en gevoel van eigenwaarde Veel nabestaanden twijfelen aan zichzelf na een zelfdoding. Ik ben geen goede moeder want ik heb de noodsignalen niet opgevangen Mensen gaan naar zichzelf kijken, raken in een identiteitscrisis. Ineens kloppen de ideeën niet meer die je hebt over jezelf, over de relatie met je vrouw, je kind. Posities veranderen ingrijpend, plotseling ben je niet alleen weduwnaar, maar ook alleenstaand vader. Ineens enig kind, of kun je geen kind meer zijn. Je moet nieuwe rollen aanleren en soms lukt je dat gewoon niet. Je kunt geen vader en moeder tegelijk zijn. Wat moet je zonder je partner. Je ontleende toch een stuk van je identiteit aan je huwelijk met hem, met haar. Wat ben je zonder je vader, je was toch het kind van die sterke man. Je visie op het bestaan verandert. Wat voor waarde heeft dit leven? Moet ik nog in God geloven? Ik heb geen stuur meer. Het lijkt of de wereld onbetrouwbaar is geworden. 8

Gezondheid Wanneer je niet goed rouwt, kan dit tot psychische en lichamelijke problemen leiden. Vaak komen die in combinatie voor, hulpverleners spreken dan ook van psychosomatische klachten. Je kunt last krijgen van concentratieverlies en vergeetachtigheid. Dat is schrikken, maar je kunt ze beschouwen als beschermingsmechanismen. Nuttig om al te pijnlijke herinneringen even te kunnen opbergen. Nabestaanden dromen over de overledene. De inhoud van de droom kan heel typerend zijn voor het rouwproces. Daarin komt je moeder, je kind soms heel concreet voor. Het kan rust geven omdat je nog even kunt praten. Maar het je kan ook bang maken. Je het gevoel geven dat je nog niet los kunt laten. Wanneer heb je het verwerkt? Van den Bout en Kleber 3 noemen de volgende aanwijzingen voor een geslaagd verwerkingsproces: - de pijn en andere gevoelens kunnen hanteren - baas zijn in je eigen hoofd - het verhaal volledig kunnen vertellen in al zijn bijzonderheden - de contacten met andere mensen zijn hersteld - dagelijks weer actief zijn in werk en hobby s - de lichamelijke reacties zijn onder controle. Het duurt alleen vaak langer dan je denkt en dan je lief is. Maar voor de meeste nabestaanden komt er een dag waarop ze zeggen: ík heb het een plek kunnen geven. 1 Cleiren, M.P.H.D. aangehaald door Kayser, Denny in Herinneringen in de toekomst, een perspectief voor rouw na zelfdoding. Maarssen 2000 2 Dit hoofstuk is een bewerking van een lezing die door Harry Tijssen is gehouden op een themadag voor nabestaanden in Leeuwarden in het najaar van 2000 3 in aangehaald werk van Denny Kayser 9

Een kind verliezen Jan was ons derde kind, geboren in 1952. Hij zou ons zorgenkind worden. Rond z n vierde werd de ontwikkelingsachterstand echt duidelijk. Door het volgen van passend onderwijs kon hij zich in een veilige thuissituatie en dorpsgemeenschap staande houden. Later lukte dat door passende werkzaamheden te verrichten. Dit veranderde sterk door de grote klap, het onverwachte verlies van zijn vader door zelfdoding. Jan raakte erg van slag, psychisch in de war, waarvoor hij opgenomen moest worden. Hij was toen 26 jaar oud. We praatten vaak over heit, zoekend, denkend over het hoe en waarom. Toen het weer beter ging, verhuisde hij naar een gezinsvervangend tehuis (GVT) en vond z n bezigheden op een dagverblijf. Jan kwam regelmatig thuis voor een weekend. Hij reisde in de zomertijd op zijn bromfiets, bij slecht weer met het openbaar vervoer. Hij had veel goede vrienden in zijn nieuwe woonplaats en ook thuis. Hij hield van harde, vrolijke muziek en lekker eten. Op 25 augustus 1997 werd hij na een weekend thuis, op maandagochtend in het GVT vermist. Hiervan werd ik telefonisch op de hoogte gebracht. Ik werd, hoewel we samen een heel goed weekend hadden, meteen erg ongerust. Er werd gezocht en geïnformeerd, ik moest afwachten. Ik probeerde mijn dochter te bereiken en bleef bij de telefoon. Spoedig daarna kreeg ik het bericht dat er een treinongeluk was gebeurd. De leiding van het gezinsvervangend tehuis wilde mij ophalen om samen naar het politiebureau te gaan. Ondertussen was mijn dochter thuisgekomen en ging ook mee. Op het bureau werd ons verteld wat er s ochtends met Jan was gebeurd, die waarheid moest ik aanvaarden. Maar het advies van de ambtenaren van politie om niet naar het ziekenhuis te gaan waar Jan naar toe was gebracht, kon ik absoluut niet aanvaarden. Ik moest, hoe dan ook naar mijn kind. Zo kon ik hem niet laten gaan, hem niet loslaten. Ik wilde nog even bij hem zijn. Dat zou wel het allerzwaarste zijn, maar het is ook het allerlaatste. Je valt ook zelf als het ware van het leven in de dood. Ik was er van overtuigd dat ik zijn dood pas zou kunnen aanvaarden als ik hem eerst had gezien. Gelukkig is dit met hulp van het ziekenhuispersoneel wel gebeurd. Ondertussen gaat alles gewoon door, leef ik in twee werelden? Ik rijd weer naar huis, net alsof er niets gebeurd is. In het dorp zijn de voorbereidingen voor het Iepenloftspul in volle gang. Wat moet ik zeggen tegen de mensen met wie ik daar samen mee bezig was? Ga ik toneelspelers storen die zo vanuit hun gevoel bezig zijn met iets anders? Mag ik ze in een zelfde soort verwarring storten als waarin ik nu zit? Maar als we werkelijk zo n eenheid vormen, mag ik dit dan voor ze verzwijgen? Ze deze gevoelens onthouden of dit juist met hen delen. Toneel is toch een kwestie van emoties? Je moet jezelf toch juist geven, anderen je innerlijk laten zien laten en niet wegkruipen? Wat gebeurd is met Jan, dat gaat toch niet alleen mij aan? Het heeft toch invloed op iedereen? Nu heb ik hen nodig en zij mij, we moeten het samen verwerken. 10

De crematie, Jan had dit als wij over de dood spraken duidelijk als wens aangegeven, heeft plaats gevonden samen met familie, veel vrienden van Jan en van ons, met persoonlijke woorden en muziek waar hij van hield De worsteling daarna: de rouwverwerking met de vragen naar het waarom, de oorzaak. Ik ging door een diep dal van verdriet. M n wereld stond op z n kop. Ik moest mijn eigen plek weer zoeken in een veranderde thuissituatie en omgeving. Voor een overweg stoppen en een trein voorbij zien denderen. De wond is en blijft diep. Soms dicht, maar op ieder moment kan hij weer open gaan. Om hiermee te leren leven, meedoen aan een gespreksgroep voor nabestaanden. Een warme plek, samen met lotgenoten, elkaar steun en kracht gevend onder goede begeleiding. Een week verblijven in een klooster onder leiding van een pater (samen met een lieve katholieke vriendin) rust zoeken en vinden. Ook put ik kracht uit literatuur, onder andere uit een boek van Henri Nouwen Binnen geroepen. Hij wijst een weg naar de bron van alle liefde, de God die in ons woont. Zijn dagboek is voor mij tot op heden, s avonds voor het slapen gaan, van grote betekenis. Gais 11

Lotgenotencontact Soms denk je als nabestaande dat je gek wordt en dat niemand je meer begrijpt. Tijdens gesprekken met andere nabestaanden ontdek je dat er ook mensen zijn die wel goed aanvoelen wat je doormaakt. Het vinden van begrip, herkenning en vooral erkenning zorgt er voor dat je sterker wordt, op een betere manier rouwt. Contact met andere nabestaanden is mogelijk op verschillende manieren. Gespreksgroepen In Nederland worden al meer dan 15 jaar goede ervaringen opgedaan met gespreksgroepen. Hetzij onder leiding van professionele werkers, hetzij geleid door lotgenoten als ervaringsdeskundigen of een combinatie van beide. In Friesland worden de gespreksgroepen begeleid door mensen die zelf ook nabestaande zijn. Gedurende 10 bijeenkomsten van 2 uur komen nabestaanden éénmaal per veertien dagen in Leeuwarden bijeen om met elkaar te kunnen praten. Het gaat niet om theoretische verhandelingen of om therapeutische processen maar om het kunnen delen van ervaringen. De groepsleden hebben verschillende soorten verliezen geleden. Zij zijn hun partner, één van beide ouders, een kind, een broer of een zus, een schoonzus/zwager kwijt geraakt. Maar ook mensen die een intieme vriend, vriendin verloren, zijn welkom. Het gaat er ook niet om hoe lang het geleden is. Rouwen om een zelfdoding neemt veel tijd in beslag. Het kan jaren duren voordat je weer een beetje grip op je leven hebt. Wanneer daarom gevraagd wordt, kunnen we ook mensen van een bepaalde leeftijd of met een bepaald soort verlieservaring bij elkaar brengen. Bijvoorbeeld een jongerengroep of een groep van ouders die een kind hebben verloren. Individueel- of echtparencontact In Friesland start één of twee keer per jaar een groep. Soms moeten mensen daarop langer wachten dan hun lief is. Er zijn ook nabestaanden die het niet aandurven om in een groep te stappen. Daarom brengen wij op hun verzoek ook individuele mensen of echtparen met andere nabestaanden in contact. Op die manier kunnen lotgenoten elkaar ook heel goed steunen. Opzet van een groepsbijeenkomst Iedere groepsbijeenkomst verloopt volgens een vast programma. Tijdens de eerste ontmoeting wordt aan het begin een ronde gehouden waarin iedereen zichzelf voorstelt. Wat niet betekent dat je dan meteen al je hele verhaal moet vertellen. Iedere volgende bijeenkomst begint met een ronde waarin je iets mag inbrengen over de afgelopen veertien dagen. Overeen bijzondere gebeurtenis, over een moeilijk of een fijn moment. De meeste tijd wordt besteed aan het bespreken van een speciaal onderwerp. 12

Tijdens de eerste groepsbijeenkomst wordt met het oog daarop een inventarisatie gehouden. Thema s die iedere groep aan de orde komen: - waarom gebeurde het, wat ging er in die ander om - had ik het kunnen voorkomen, schuldgevoelens - reacties van de omgeving - tekortschieten van professionele hulp - zingeving, wat heb ik aan mijn geloof - is boosheid een terecht gevoel - ik kan er niet over praten met mijn partner, mijn kinderen - hoe kan ik verder, wanneer heb je zoiets verwerkt Voorwaarden We stellen nauwelijks voorwaarden aan deelname aan een gespreksgroep of voor het op andere wijze in contact brengen met nabestaanden. In een gespreksgroep gaat het er om dat je woorden kunt geven aan gevoelens en gedachten. En dat je ook open kunt staan voor die van 8 tot 10 andere mensen. Wanneer je nog maar net iemand hebt verloren en de chaos binnenin jezelf erg groot is, kun je maar beter nog niet aan een groep deelnemen. Dan is individueel contact een beter middel of een goede voorbereiding op deelname aan een groep later. De winst Het helpt om van anderen te horen hoe zij proberen het te verwerken. Het doorgeven van je eigen ervaringen aan anderen is omgekeerd ook helpend voor jezelf. Van de deelnemers horen we aan het eind vaak de volgende evaluerende opmerkingen: - ik heb wat meer rust, ik kan alles meer op een rijtje zetten - er is orde in mijn chaos gekomen - ik ben opener geworden en tegelijkertijd sterker - nu kan ik weer vooruit kijken i.p.v. alleen achterom - ik kan er weer beter met andere mensen over praten In het algemeen kun je zeggen dat de deelnemers het gebeurde een betere plek hebben leren te geven. Aanmelding Op ieder moment kan iemand zich opgeven bij ons secretariaat voor deelname aan een groep of voor een andere vorm van lotgenotencontact. Helaas kan het zijn dat een tijdje gewacht moet worden op de start van een groep. In ieder geval wordt na de aanmelding een afspraak gemaakt voor een kennismakingsgesprek met iemand van de Werkgroep. Daarin wordt over en weer gepeild wat de behoeften en de mogelijkheden zijn. Ook kan dan afgesproken worden welke andere vorm van steun gezocht wordt zolang er geen groep is. 13

Deelnemen aan een groep In 1997 is mijn vrouw door zelfdoding overleden. Het gaat zo abrupt. Je staat van het ene moment op het andere direct alleen. Je belt je familie en vrienden. Je wilt je omringd voelen door mensen waarvan je denkt dat ze je kunnen steunen en begrijpen. Tot de begrafenis of crematie leef je in een roes. Je regelt alles als in een droom. Daarna is het belangrijk dat je mensen hebt waarmee je kunt praten en waarvan je voelt dat ze je nabij zijn. Na een half jaar kreeg ik van een kennis het adres van de Werkgroep Nabestaan na Zelfdoding Friesland. Zij werkte voor Humanitas als rouwbegeleider. Van haar hoorde ik dat de Werkgroep ieder jaar een ontmoetingsdag organiseert voor lotgenoten. Ik dacht eerst: wat heb ik daar te zoeken, ik red me toch wel. Na verloop van tijd dacht ik: zal ik wel of zal ik niet contact opnemen. Uiteindelijk heb ik toch gebeld naar het adres in Leeuwarden. Daar hoorde ik: we zouden het op prijs stellen als u kwam. Ik dacht: baat het niet, het schaadt ook niet. In de herfst van 1998 reisde ik naar Leeuwarden naar de Kurioskerk. Ik werd daar ontvangen met koffie en luisterde vervolgens naar een inleiding. Voor de bespreking werd ik ingedeeld in een groep van mensen die hun partner hebben verloren. Er waren verschillende groepen, behalve partners werden ook ouders, kinderen, broers en zussen etc. bij elkaar gezet. Op deze manier kom je direct met lotgenoten in contact die een zelfde verlies hebben geleden. Ik dacht eerst: moet ik dat allemaal aanhoren? Maar er zijn zoveel herkenbare dingen die iedereen in die groep heeft doorgemaakt. Van deze dag heb ik een warm gevoel over gehouden. Na enkele maanden kreeg ik een telefoontje van Joke Roorda, een van de werkgroepleden. Ze vroeg me of ik er voor voelde om aan een gespreksgroep deel te nemen. Dat hield ik eerst af, ik dacht: dat is niets voor mij. Maar Joke die ook de gespreksgroep zou leiden, belde me later nog eens om me uit te nodigen. Ze vroeg me ook of ik eventueel iemand mee wilde nemen die bij mij in de buurt woonde. Ik heb contact met die persoon opgenomen en in januari 1999 zijn we samen naar de eerste bijeenkomst in Leeuwarden gegaan. De groep bleek met ons erbij te bestaan uit 12 personen. We voelden ons er direct thuis. We luisterden naar elkaar, huilden met elkaar en we konden later niet meer zonder elkaar. Iedere keer keken we na afloop al weer uit naar de volgende bijeenkomst van 14 dagen later. Er werden in totaal 10 bijeenkomsten gehouden in het voorjaar van 99. Een half jaar na de afsluiting wilden we elkaar graag eens terugzien. In het voorjaar van 2000 kwamen we opnieuw bijeen in Leeuwarden. Maar wat een verschil, de gelaatsuitdrukkingen van toen of van een jaar eerder. Dit waren nu weer gezichten waar spirit en kracht uit sprak. Bedankt mensen van de gespreksgroep van 1999 voor de steun en het gewillige oor en voor het schouderklopje dat ik soms kreeg. Jan 14

Het begeleiden van nabestaanden De meeste mensen krijgen in hun leven maar weinig te maken met zelfdoding en met nabestaanden. Dit hoofdstuk is geschreven voor hen die vanuit een bepaalde functie of als vrijwilliger een nabestaande gaan begeleiden. Bijvoorbeeld als huisarts, maatschappelijk werker, kerkelijk ambtsdrager, medewerker van het bureau slachtofferhulp. Specifiek proces van verwerken Het rouwproces na zelfdoding onderscheidt zich op een aantal punten van andere manieren van verliesverwerking: het zoeken naar verklaringen en het hebben van sterke schuldgevoelens (soms vermengd met opluchting); verstoorde contacten met de omgeving en een verhoogde kans op sociaal isolement. Dit wordt veroorzaakt door gevoelens van schaamte, door negatieve reacties vanuit de omgeving (bijv. nieuwsgierigheid) of juist door het uitblijven van reacties; in sommige situaties verstoorde of gespannen relaties binnen huwelijk of gezin en familie; het kan voorkomen dat de nabestaande zich identificeert met degene die zelfdoding gepleegd heeft en zelf ook denkt aan suïcide; de angst dat het voorbeeld van zelfdoding gevolgd wordt door een ander gezinslid; gevoelens van boosheid, deze richten zich nogal eens op de hulpverlener of op de dominee als vertegenwoordiger van God. Kinderen Kinderen rouwen ook, maar vaak voor omstanders niet zo herkenbaar. Ga er vanuit dat zeker grotere kinderen dezelfde gevoelens en gedachten hebben als hun ouders. Kinderen uiten zich eerder lichamelijk, vinden een uitlaatklep in sporten maar soms in klachten als buikpijn, hoofdpijn. Ze uiten hun gevoelens, zeker die van boosheid vaak erg direct. Kinderen hebben gevoelige antennes, ze voelen de stemming van hun ouders aan en richten zich daarop. De huisarts en andere (semi-)professionele hulpverleners De huisarts is de hulpverlener die door nabestaanden het meest wordt ingeschakeld. Zij verwachten een actieve houding inzake: huisbezoek initiatief tot een gesprek over rouwverwerking informatie over andere hulpverleningsmogelijkheden De huisarts kan mensen doorverwijzen naar het maatschappelijk werk of naar de geestelijke gezondheidszorg. In toenemende mate worden medewerkers van het bureau slachtofferhulp ingeschakeld door de politie. Zij zijn na de huisarts vaak de eersten die ondersteuning verrichten. 15

Aandachtspunten voor hulpverlening: Enkele aandachtspunten voor een huisbezoek/consult: bespreken van schuldgevoelens. Deze dienen niet ontkend, gebagatelliseerd of weggepraat te worden; taxeren van de onderlinge verhoudingen binnen het gezin: wordt er genoeg gepraat, is er aandacht voor de kinderen informeren naar relatie met de omgeving: beschikt men over voldoende ondersteunende contacten; tegengaan van vooroordelen of ongegronde ideeën zoals: suïcide is erfelijk; verkennen van mogelijke suïcidale gedachten; peilen van de behoefte aan verdere hulp besteed aandacht aan gedenkdagen zoals de verjaardag en de sterfdag van de suïcidant. Gerichte aandacht voor het rouwproces bij het kind is belangrijk. Veel verschijnselen die bij volwassenen voorkomen, zie je ook terug bij kinderen: herbelevingen, overmatige waakzaamheid, angsten, concentratie-problemen, slaapproblemen en ontkenning. Kinderen worden het beste geholpen via de ouders. Die zijn echter vaak geneigd om het kind af te schermen op basis van de verkeerde veronderstelling dat het te kwetsbaar is. Dan moet je de ouders dus helpen om de kinderen te helpen. Taken van de kerkelijke werker Na een zelfdoding kan op verschillende manieren vanuit de kerk hulp geboden worden, zoals door: het verzorgen van de rouwdienst; de pastorale begeleiding van de nabestaanden; het coachen van mensen in de omgeving. Aandachtpunten voor de rouwdienst Bij de voorbereiding van de rouwdienst is het volgende aan te raden: bespreek met de nabestaanden het belang van openheid over wat er gebeurd is; denk aan de ethische kant van zelfdoding. Hoewel ze dat meestal niet uitspreken, zijn er nog veel gelovigen die denken dat suïcideplegers niet in de hemel mogen komen; besteed aandacht aan de vraag waar was God toen de zelfdoding werd gepleegd. Aandachtspunten voor pastorale zorg Bij de pastorale begeleiding is het volgende van belang: schuldgevoelens zijn niet alleen reëel, maar soms ook terecht. Geef ze de ruimte; 16

op veel vragen is niet altijd een concreet antwoord nodig. Het zijn vaak vragen om zingeving die kunnen inspireren tot heroriëntatie; denk niet te snel dat het rouwproces gestoord verloopt en consulteer eventueel een deskundige; sociale steun vanuit de omgeving is minstens zo belangrijk als professionele begeleiding. Aandachtspunten voor sociale steun Bij het mobiliseren en begeleiden van mensen uit de omgeving is het goed om aandacht te besteden aan het volgende: in de eerste plaats hebben nabestaanden behoefte aan een luisterend oor of aan hele praktische steun in of om het huis; alleen al de aanwezigheid al van familie en vrienden, zonder dat er iets gebeurt of besproken wordt, is troostend; durf te vragen naar wat de nabestaande nodig denkt te hebben. In plaats van af te wachten of zelf in te vullen zonder te checken. 17

Onmacht Na een zelfdoding kom je er uiteindelijk niet onderuit om onder ogen te zien hoe begrensd, hoe beperkt je ten diepste bent als mens. Wat je ook gedaan hebt, geweest bent voor die ander, het was niet genoeg om hem of haar in leven te kunnen houden. Je zult dat moeten aanvaarden en dat is heel pijnlijk. Niemand wil zich machteloos voelen en het duurt vaak lang voordat je er aan toe bent om die gevoelens toe te laten bij jezelf. Al jaren ben ik bezig met het thema zelfdoding. Ik heb met veel nabestaanden gepraat, verschrikkelijke situaties onder ogen gezien, pijnlijke gevoelens gedeeld. Maar ik kom er nu achter dat ik mijn schoonzus vooral zag als iemand om intens medelijden mee te hebben. Ik wilde haar dood begrijpen, haar gedachten en gevoelens peilen. Nu zie ik in dat ik er op die manier ook grip op probeerde te krijgen. Het beeld dat ik had van mijn schoonzus is veranderd. Al die jaren had ik haar op mijn netvlies als een tragisch iemand. En hoe erg het ook was dat ze het deed, ik kon het verklaren. Ik had het graag willen voorkomen, er iets aan willen doen. Of het willen accepteren als iets onvermijdelijks. Net of het ook een soort ongeluk was dat ze daar te hangen kwam. Na 16 jaar zie ik haar ineens voor me in haar machteloosheid, verschrikkelijk eenzaam en helemaal aan zichzelf overgeleverd. En ik ben dat ook, ik sta erbij en ik kijk er naar. Ik ben niet bij machte iets te doen. Die machteloosheid voelen, dat durfde ik blijkbaar tot nu toe niet. Nu denk ik: het is misschien wel helemaal niet te verklaren, ik heb het misschien wel helemaal niet kunnen voorkomen. Het is misschien wel geen ongeluk geweest. Er geen verklaring voor te hebben, er geen grip op te hebben, dat is voor mij het moeilijkste wat er is. Ik dacht dat ik alles onder ogen had gezien, alle wegen had bewandeld, alle diepten was doorgegaan. Maar dat je zo machteloos kunt zijn als mens, daar wilde ik niet aan. Ik moest er blijkbaar 16 jaar over doen, 50 jaar voor worden om het te kunnen. Om er níet meer voor weg te lopen. En nog heb ik regelmatig de neiging om het wél te doen. Harry 18

Ervaringsdeskundigheid Als nabestaanden hebben we in 1990 de Werkgroep Nabestaan na Zelfdoding Friesland opgericht. Wij hadden toen goede ervaringen opgedaan met lotgenotencontact in een gespreksgroep van de afdeling Preventie van de toenmalige RIAGG Friesland. De eerste jaren steunde een preventiefunctionaris ons, verleende ons allerlei diensten en vormde de verbinding met deze instelling voor professionele hulpverlening. Sinds medio 1994 draaien we als Werkgroep op eigen kracht als organisatie van ervaringsdeskundigen. Van ervaringskennis naar ervaringsdeskundigheid Iemand verliezen door zelfdoding geldt als één van de meest ingrijpende levenservaringen. Dat betekent echter niet dat nabestaanden van zelfdoding alleen met behulp van professionals hun verlies goed kunnen verwerken. Integendeel, samen met lotgenoten kom je een heel eind. Het met elkaar doorpraten van wat je tegenkomt, de herkenning, de persoonlijke bewustwording, onderlinge steun en bemoediging werken helend. Terwijl we op zoek waren naar steun ontdekten we dat we zelf ook wat te bieden hebben. Door bewust te kijken naar wat je meemaakt, doe je namelijk een dosis ervaringskennis op. Het is kennis die je niet haalt uit de boeken maar die je krijgt door persoonlijke ondervinding. Het is concrete, specifieke en door het gezond verstand ingegeven kennis. Door anderen te dienen met jouw ervaringskennis kun je groeien in deskundigheid als helper of als voorlichter. Je wordt een zogenaamde ervaringsdeskundige Doelstellingen van de Werkgroep Door mee te doen aan een gespreksgroep waren we overtuigd geraakt van het belang van steun van lotgenoten voor de rouwverwerking. Als eerste doel kozen we daarom het organiseren van diverse vormen van lotgenotencontact. We willen het isolement en de eenzaamheid van nabestaanden doorbreken. Daarnaast onderkenden we de noodzaak van een betere opvang van nabestaanden door professioneel betrokkenen zoals politie, huisarts en andere hulpverleners. Als tweede doel kozen we dan ook de voorlichting aan professionele en andere begeleiders. In onze westerse samenleving kunnen we nog steeds niet goed omgaan met het verschijnsel zelfdoding. Vaak doen mensen er daarom het zwijgen toe en verdiepen ze er zich verder niet in. Als Werkgroep willen we het taboe doorbreken en het thema aan de orde stellen in de samenleving. Dat is onze derde doelstelling en we zoeken dan ook regelmatig de publiciteit en geven voorlichting aan belangstellenden. Professionele hulp Het is niet onze bedoeling dat contacten met andere nabestaanden als een vorm van therapie gaan fungeren. Lotgenotencontact werkt isolement doorbrekend, draagt bij aan bewustwording en persoonlijke groei. 19

Maar soms is dat niet voldoende om verder te komen in de verliesverwerking. Je kunt bijvoorbeeld al psychische verwondingen hebben opgelopen voordat je nabestaande werd. Verkeerde gewoonten hebben ontwikkeld in de hantering van problemen. Dat kan vertragend en soms blokkerend zijn voor de verwerking van het nieuwe verlies. Dan is professionele hulp aan te raden. De vraag of hulp zoeken bij een hulpverlening instelling verstandig is, komt ook regelmatig ter sprake in de gespreksgroepen. De deelnemers blijken heel goed in staat te zijn om te onderkennen dat professionele hulp nodig is. Vaak durven ze dat dan ook wel tegen elkaar te zeggen. Gebruik maken van lotgenotencontact kan overigens tevens heilzaam zijn als aanvulling op professionele hulpverlening. Naast de therapie of als afsluiting van een periode van hulpverlening. Netwerk Als Werkgroep onderhouden we contacten met een scala aan organisaties en functionarissen. We werken bijvoorbeeld samen met zusterwerkgroepen in Groningen en Drenthe. We zijn lid van het Provinciaal Patiënten en Consumenten Platform Friesland. 20