Datum Uw kenmerk Ons kenmerk Bijlage(n) 18 september 2007 ET/EM /

Vergelijkbare documenten
Tweede Kamer der Staten-Generaal

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA s-gravenhage

Bijlage. Achtergronden inzet kabinet review richtlijn handel in broeikasgasemissierechten

wapenexportbeleid; vragen van de leden Algra en Schreijer-Pierik (CDA)

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Bezuidenhoutseweg 20, Den Haag

Tweede Kamer der Staten-Generaal

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

Het Europese Emissiehandel systeem ( ETS) Speerpunt van het Europese klimaatbeleid Impact op de Europese Staalsector

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

PUBLIC. Brussel, 8 november 2010 (12.11) (OR. en) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE /10 Interinstitutioneel dossier: 2007/0267 (CNS) LIMITE FISC 129

M A R K T M O N I T O R E N E R G I E - mei 2012

De Europese lidstaten in het kader van de Lissabon-afspraken de EU tot de meest innovatieve economie ter wereld willen maken;

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 29 januari 2019 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Datum Uw kenmerk Ons kenmerk Bijlage(n)

Geachte Voorzitter, Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer Interne postcode 650 der Staten Generaal Postbus EA DEN HAAG

DE PRIJS VAN ELEKTRICITEIT

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

Datum 26 oktober 2012 Betreft Beantwoording vragen Kamerlid Mulder (CDA) over capaciteitsheffing energieleveranciers

1 Bent op de hoogte van de demonstratie op 14 april jl. in Brussel tegen de verdere liberalisering van de postsector?

Koningskade 4 Postbus EC Den Haag. Veilingen emissierechten 2016

Datum 23 december 2016 Betreft Voortgangsrapportage Energieakkoord 2016 en uitvoering Urgendavonnis

Onder dankzegging van het door u toegestuurde Voorontwerp voor een Klimaatwet geven wij u graag het volgende ter overweging mee.

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Deze nota bevat ook een planning voor de verdere behandeling van dit dossier in de aanloop naar de zitting van de Raad TTE (8-9 juni 2006).

De voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Directie Europese en Internationale Zaken Bezoekadres Postadres Overheidsidentificatienr Ons kenmerk Bijlage(n)

Klimaatakkoord Rijk en UvW

M A R K T M O N I T O R E N E R G I E - juni 2015

Geachte heer De Maa, Nederlandse Mededingingsautoriteit T.a.v. de heer De Maa Postbus BH DEN HAAG. TenneT TSO B.V.

Effectiviteit van Europees klimaatbeleid: emissiehandel tussen nationale allocatie, Brusselse harmonisatie en mondiale lastenverdeling

Betreft Verslag van de Raad voor Concurrentievermogen van 10 december jl.

1 juli 2008 EP/AEP /

e) Nr. impact assessment Commissie en Opinie Impact-assessment Board SWD(2017) 30 (NL) SWD(2017) 31 (EN)

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag

Basisbeschikking Nederlands Bureau voor Toerisme en Congressen

Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Postbus EA 's-gravenhage

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Autoriteit Consument 2. Markt

EUROPESE COMMISSIE. Brussel, C(2016) 5566 final. Steunmaatregel SA (2016/N) Nederland SDE+ biomassa bijstook - NL.

Den Haag 26 februari 2007

M A R K T M O N I T O R E N E R G I E - februari 2012

Datum Uw kenmerk Ons kenmerk Bijlage(n)

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Binnenhof 4. Datum 2 december 2010

Uitdagingen van de energie transitie

Diensten van algemeen economisch belang: Commissie stelt nieuwe regels voor met het oog op meer rechtszekerheid

Ministerie van Financiën

EUROPESE COMMISSIE. Steunmaatregel SA (2013/N) Nederland Compensatie van indirecte EU-ETS-kosten

EUROPESE COMMISSIE. Staatssteun / Nederland SA (2016/N) Subsidieverordening Natuur- en Landschapsbeheer (SVNL)

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA s-gravenhage. Datum 21 april 2010

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten - Generaal Postbus EA 's-gravenhage

2013D15451 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Toelichting EU ETS herziening

EUROPESE COMMISSIE. Steunmaatregel SA (2017/N) Nederland Wijziging van de SDE+-regeling voor steun voor biogas

M A R K T M O N I T O R E N E R G I E - Maart 2016

Ministerie van Economische Zaken

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1A 2513 AA s-gravenhage AV/A&M/2001/60552

Tweede Kamer der Staten-Generaal

M A R K T M O N I T O R E N E R G I E - september 2013

Bij dit besluit heeft de Commissie zich gebaseerd op de onderstaande overwegingen.

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

Tweede Kamer der Staten-Generaal

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 29 januari 2019 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Eerste Kamer der Staten-Generaal

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

Aan Provinciale Staten van Overijssel

Emissiehandel: Commissie geeft groen licht voor nog eens 8 plannen zodat de handel zoals gepland van start kan gaan

Emissiehandel in Europa

2 augustus 2006 BEB/HP/

Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Tweede Kamer der Staten-Generaal

M A R K T M O N I T O R E N E R G I E - januari 2015

Drs. A. Reitsma T M E b.reitsma@vfn.nl

M A R K T M O N I T O R E N E R G I E - april 2015

Artikel Chemie Magazine VNCI BASF reductie lachgas emissies Cursief rode tekst maakt geen deel uit van het artikel Max 1200 woorden

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Stichting van de Arbeid

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Hilkens (PvdA) over maatregelen die moeten voorkomen dat mensen gaan roken (2012Z18816).

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Postbus LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4 Telefoon Telefax

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA s-gravenhage

ADVIES AR ALGEMENE RAAD COMMISSIE VOOR DE REGULERING VAN DE ELEKTRICITEIT EN HET GAS. over

Nieuwe kolencentrales en CCS antwoorden op vragen Natuur & Milieu. Ad Seebregts, ECN Beleidsstudies

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Datum 23 april 2014 Betreft reactie op analyse nut en noodzaak windenergie van de heer Lukkes

BESCHRIJVING VAN DE STEUNMAATREGEL

Eerste Kamer der Staten-Generaal

10 december 2007 ET/TM /

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE. van

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

'Voer belasting op CO₂-uitstoot stapsgewijs in'

Datum 13 november 2013 Betreft Motie Sjoerdsma (33625, nr. 8) inzet private sector bij klimaatfinanciering

Koningskade 4 Postbus EC Den Haag. Veilingen emissierechten 2014

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Transcriptie:

Aan Consortium Energie intensieve industrie T.a.v. de heer ir. J.G. Dopper Kunderkampstraat 15 6367 AN VOERENDAAL Datum Uw kenmerk Ons kenmerk Bijlage(n) 18 september 2007 ET/EM / 7102513 Onderwerp Overheidsinspanningen ten aanzien van Consortium energie intensieve industrie Geachte heer Dopper, In reactie op uw brief van 7 augustus jl. treft u hierbij de gezamenlijke overheidsinspanningen, inclusief het voorgestelde CO 2 -beleid, ten aanzien van de grootverbruikers aan. De brief zend ik u mede namens mijn ambtgenoten van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu en van Financiën. In zijn brief van 17 oktober 2006 (ET/EM 6086383) aan de heer J.F. van Duyne heeft minister Wijn toezeggingen aan het consortium van grootverbruikers gedaan. Ik heb er begrip voor dat uw consortium meer duidelijkheid zoekt omtrent de toedeling van CO 2 - emissierechten in de periode na 2012, zoals ook blijkt uit uw brief van 7 augustus jl. De beschikbare CO 2 -rechten bepalen immers mede de feitelijke kostprijs van elektriciteit van een nieuwe centrale. Mijnerzijds vraag ik uw begrip voor het feit dat het Europese beleid voor emissiehandel na 2012 nog in ontwikkeling is. Naar verwachting komt de Europese Commissie eind van dit jaar met voorstellen. Omdat het kabinet inzet op zoveel mogelijk Europese harmonisatie en zich straks ook zal moeten houden aan de nieuwe richtlijn, kan ik nog niet concreet zijn over het beleid voor de periode na 2012. Ik kan u wel mijn inzet en de beleidsuitgangspunten mededelen, ook op andere onderdelen. In dat verband is het belangrijk dat zowel de Europese Unie als het huidige kabinet inmiddels ambitieuze klimaatdoelen hebben geformuleerd die door zullen werken in de prestaties die binnen het Europese emissiehandelssysteem (het ETS) van deelnemende bedrijven na 2012 zullen worden gevraagd. U stelt in uw brief van 7 augustus jl. o.a. het ontbreken van een gelijk speelveld in Europa aan de orde, wat tot uiting komt in verschillende energieprijzen. Ik heb begrip voor dit Bezoekadres Doorkiesnummer Telefax Bezuidenhoutseweg 30 Hoofdkantoor Bezuidenhoutseweg 30 Postbus 20101 2500 EC 's-gravenhage Telefoon (070) 379 89 11 Telefax (070) 347 40 81 Email ezpost@minez.nl Website www.minez.nl Behandeld door D. Voskuil Verzoeke bij beantwoording van deze brief ons kenmerk te vermelden

aandachtspunt en zoals ik aangaf is het voor mij essentieel in het Europese energiebeleid. Onze gegevens laten zien dat het verschil in de officiële stroomtarieven de laatste paar jaar aanzienlijk is verkleind. U betoogt echter dat de werkelijke contractueel vastgelegde tarieven nog aanzienlijk verschillen. Gaarne ontvang ik nadere representatieve informatie waarmee u deze positie onderbouwt. Als blijkt dat de oneffenheden binnen het Europese speelveld groter blijken dan gedacht dan dient dit in Europees verband te worden aangekaart. De gekozen brandstofmix is in een land een cruciale variabele. Het is niet aan het kabinet deze te bepalen. Evenmin kan worden gesteld dat deze per definitie in Nederland tot hogere prijzen leidt. Gegeven het gasaandeel in de elektriciteitsvoorziening waren de prijzen lange tijd relatief laag en kunnen ze nu hoog zijn. De brandstofmix heeft mijn grote aandacht, vandaar dat ik de AER enige tijd geleden advies heb gevraagd op welke wijze het kabinet hierin verstandig kan opereren. Overigens ga ik er vanuit dat het begrip resultaatsverplichting in de eerste alinea van uw brief van 7 augustus jl. op een vergissing berust. Ik heb het immers altijd over een inspanningverplichting gehad. Wat is reeds bereikt? 1. Marktconvergentie door marktkoppeling en interconnectie capaciteit Op de lange termijn streef ik, evenals mijn voorgangers, naar de éénwording van de Europese energiemarkten. Alleen dan zullen de elektriciteitsprijzen tussen de lidstaten naar elkaar toe bewegen en zich op een door marktkrachten bepaald niveau stabiliseren. Dit doel is nog niet geheel bereikt, maar is mijn prioriteit in het Europese energiebeleid. De laatste jaren is er veel vooruitgang geboekt in de koppeling van de markten in Noord- West Europa, hetgeen tot een structurele convergentie van prijzen heeft geleid. Een marktkoppeling met Frankrijk en België is gerealiseerd en dit heeft ook geleid tot een afname van de prijsverschillen tussen Nederland en Duitsland. Duitsland zal zich naar verwachting in de komende 1 ½ jaar aansluiten bij deze marktkoppeling en ook dat zal leiden tot een verdere convergentie van de prijzen. Samenvattend is forse vooruitgang geboekt en voorzie ik dat deze convergentie ook de komende jaren zal voortgaan. Het doel is echter nu nog niet bereikt. 2. Werken aan een gelijk speelveld in Europa De inzet van de Europese Commissie om een gelijk speelveld te creëren, geeft een bemoedigend perspectief te zien. Gesteund door een aantal lidstaten, waaronder Nederland heeft de Commissie al te grote verstoringen van het speelveld afgewezen, zoals de Duitse Alleingang met een ruimhartige toezegging van CO 2 rechten; in andere gevallen zijn onderzoeken gestart. Deze Nederlandse inspanning richting de Commissie zal worden voortgezet, in het bijzonder in het kader van de review van het ETS, waarin het realiseren van een gelijk 2

speelveld, door in te zetten op geharmoniseerde doelstellingen en allocatieregels, voor de overheid een speerpunt is. Op dit terrein heeft het kabinet al concrete voorstellen richting de Europese Commissie en overige lidstaten naar voren gebracht. Pas op het moment dat het reviewproces is afgerond en de herziene richtlijn is vastgesteld weten we definitief of deze inzet effect heeft gehad. Met de keuze voor kolencontracten heeft u gekozen voor een stabiele lage stroomprijs vergelijkbaar met soortgelijke contracten in het buitenland. Recent heeft het kabinet geconcludeerd dat de bouw van nieuwe kolencentrales onder voorwaarden verenigbaar is met het te voeren klimaatbeleid. Deze opstelling maakt het mogelijk de door u gewenste contracten te sluiten. Ook hiermee wordt door het kabinet een bijdrage geleverd aan verbetering van het gelijke speelveld. 3. Garantiefonds In de brief van 17 oktober 2006 heeft de toenmalige minister van Economische Zaken toegezegd voor de overbruggingsperiode van 5 jaar te faciliteren bij de totstandkoming van een garantiefonds. Ter ondersteuning van de eerste jaren van het contract heeft het consortium een garantiefonds opgezet in samenwerking met de bankwereld. De basisgedachte van het garantiefonds is een lening te verstrekken die het hoge stroomtarief tijdens de bouw van kolencentrales overbrugt voor de consortiumleden (5 jaar lenen uit garantiefonds). Als de nieuwe centrale gereed is dan wordt bij een laag stroomtarief - op basis van kolen - stroom de lening terugbetaald aan het garantiefonds (in maximaal 15 jaar terugbetalen). De overheid geeft een garantie aan het garantiefonds, die in het kader van staatssteuneisen van de EC hoogstens 80% van het te lopen risico mag bedragen. Voorts moet er sprake zijn van marktconforme opzet. De rechtszekerheid vergt voorafgaande toets op staatssteun bij de Europese Commissie. De opzet van het garantiefonds bevindt zich in de eindfase en zal kunnen worden afgerond in Brussel zodra u de stroomcontracten met uw leveranciers tekent. CO 2 beleid 1. Wijzigingen van de Richtlijn Emissiehandel Voor industrieën die op de wereldmarkt concurreren en voor wie de kostprijs van de productie in sterke mate wordt beïnvloed door de CO 2 -prijs is aanvullend beleid wellicht nodig zolang er na 2012 geen mondiaal klimaatbeleid tot stand komt. Dit is ook door de High Level Group onder leiding van EU-Commissaris Verheugen vastgesteld. Hiervoor zie ik in Europees verband een tweetal opties. Daaraan voorafgaand wil ik voor alle duidelijkheid, mede naar aanleiding van uw opmerkingen in uw brief van 7 augustus jl., aangeven hoe de toezegging van Minister Wijn gelezen dient te worden. In zijn brief staat de zinsnede: verstrekken van een 3

equivalent van 80% van emissierechten voor de nieuw te bouwen kolencentrale voor een periode van 10 jaar. De interpretatie hiervan is als volgt. Als gevolg van het klimaatbeleid zullen de aantallen emissierechten die aan elektriciteitscentrales via een benchmark methode en/of via veilen worden toegekend, aanzienlijk lager zijn dan de feitelijke emissies van de centrale. Dit is eigen aan het systeem van emissiehandel maar wordt versterkt door de Europese en nationale klimaatambities in de periode naar 2020. Zoals de brief van Minister Wijn al aangeeft heeft de inspanningsverplichting van 80% dan ook betrekking op de emissierechten die via veiling en toepassing van een benchmark gezamenlijk voor een centrale op basis van het voorgestelde klimaatbeleid beschikbaar komen. De toezegging richt zich dus niet op 80% van de emissie van een kolencentrale. De eerste optie behelst dat Nederland er zich voor zal inspannen dat de herziene ETSrichtlijn de mogelijkheid biedt om (in plaats van aan de stroomproducerende kolencentrale) direct emissierechten toe te kennen aan de netto elektriciteits grootverbruikende industrieën die op de wereldmarkt concurreren en voor wie de kostprijs van de productie in sterke mate wordt beïnvloed door de stroomprijs. Op dit moment is dat niet toegestaan. Om dit binnen de richtlijn mogelijk te maken, is een gezamenlijke inzet van de Nederlandse overheid en de Nederlandse industrie noodzakelijk. Mijn verzoek aan u is om dit in Europa ook daadwerkelijk te bevorderen. Ook andere lidstaten waar de problemen met de energie -intensieve industrie zich doen voelen, wordt met deze optie een aantrekkelijke oplossing geboden. Tot nu toe is er echter nog te weinig steun voor ons pleidooi. Als tweede optie zal het kabinet zich ervoor inzetten dat er binnen de herziene Richtlijn een mogelijkheid komt om een deel van de met het veilen van emissierechten te genereren inkomsten op EU- of nationaal niveau aan te wenden voor een tijdelijke terugsluis ten behoeve van elektriciteitsgrootverbruikers die op de wereldmarkt concurreren en voor wie de kostprijs van de productie in sterke mate wordt beïnvloed door de stroomprijs. Deze mogelijkheid is dus ook afhankelijk van Europese besluitvorming. Indien deze mogelijkheid geboden wordt, neem ik mij voor daar gebruik van te maken binnen het kader van de hier boven genoemde 80% van de emissierechten. In het kader van de EU onderhandelingen zal ik me, onafhankelijk van de gekozen optie, inzetten de 80% inspanningsverplichting, zoals hier boven gedefinieerd, binnen te halen. Nederland bepleit verdergaande Europese harmonisatie binnen het ETS en zal zich vervolgens bij de allocatie aan nieuwe regels op dit punt moeten houden. Ook is het van belang dat ETS-bedrijven hun bijdrage leveren aan het nationale klimaatdoel van de huidige regering (30% reductie in 2020 ten opzichte van 1990). Indien u dat wenst, ben ik bereid om in plaats van een vast percentage van 80% een gemiddeld percentage te bepleiten dat flexibel kan worden ingezet; dus bijvoorbeeld te beginnen met een hoog percentage, aflopend naar een lager percentage; er van uitgaande 4

dat u steeds efficiënter wordt en het klimaatbeleid mondiaal steeds breder wordt toegepast. Duidelijk is wel dat deze flexibiliteit pas plaats kan vinden als in de EU één van de bovengenoemde opties is geaccepteerd. 2. Het nationale terugvalbeleid Mochten de beoogde wijzigingen in de ETS-richtlijn, noch internationale klimaatafspraken tot stand komen, dan zal de Nederlandse overheid bezien of er via nationaal beleid op andere terreinen mogelijkheden zijn om er voor te zorgen dat de kostenverschillen, ten gevolge van klimaatbeleid, voor grootverbruikers van elektriciteit met concurrerende bedrijven buiten Europa niet te groot worden. Over dit nationale beleid kan pas na vaststelling van de ETS-richtlijn besloten worden. U zult begrijpen dat de marges om specifiek beleid op dit punt te voeren uiterst beperkt zijn. Ik ben echter bereid om, mocht de situatie zich voordoen dat dat wenselijk is, met u te zoeken naar mogelijkheden. Tegen bovenstaande achtergrond stel ik voor om over twee jaar, wanneer de Europese besluitvorming over het ETS zal zijn afgerond, te bezien wat de situatie dan is en welke beleidsmogelijkheden er op dat moment zijn. Conclusie Het in standhouden van een moderne en internationaal concurrerende energie -intensieve industrie is ook voor mij van groot belang. Ik wil mij zeer inspannen om het door mijn voorgangers ingezette beleid in Europa en Nederland verder te concretiseren. Ik besef dat u in deze brief meer concreetheid zou willen vinden dan ik u nu kan bieden. Mijn intenties zijn hopelijk wel duidelijk: vooral in Brussel en voor zover mogelijk in Den Haag zal ik mij inspannen om de toezeggingen gestand te doen. Het door ons allen gewenste level playing field is nog niet gerealiseerd. Voor het proces in Brussel is een eensgezinde en op hetzelfde doel gerichte opstelling van het bedrijfsleven onmisbaar. Hoewel er dus nog onzekerheid is, hoop ik dat deze brief u en de leden van uw consortium voldoende steun geven om van uw zijde door te gaan met het zoeken naar een goed contract voor de levering van elektriciteit, zodat de betrokken bedrijven weer een meerjarig perspectief kunnen ontwikkelen. Hoogachtend, De minister van Economische Zaken M.J.A. van der Hoeven 5