Jaarverslag 2008. www.pclede.be



Vergelijkbare documenten
De Sociale plattegrond

De Sociale plattegrond

Historiek en vermaatschappelijking van de geestelijke gezondheidszorg

DE VIJF FUNCTIES BINNEN HET VERNIEUWDE MODEL GEESTELIJKE GEZONDHEID

Jaarverslag

Jaarverslag

Voorstelling Ouderenzorg

Netwerk Geestelijke Gezondheid ADS. Situering Netwerkdag 25 januari 2019 Vanessa De Roo Netwerkcoördinator Netwerk GG ADS

Al gehoord van de 107? Mieke Craeymeersch, directeur Similes

Historiek Psychiatrisch Centrum Ariadne

ADVIES INZAKE HET ONTWERP VAN SAMENWERKINGSAKKOORD MET BETREKKING TOT JONGEREN MET EEN PSYCHIATRISCHE PROBLEMATIEK DIE EEN DELICT HEBBEN GEPLEEGD

Opvang van ouderen met een psychiatrische problematiek binnen de WZC.

Universitair Psychiatrisch Centrum Sint-Kamillus

Historiek Psychiatrisch Centrum Ariadne

Club 107. voor een vernieuwde GGZ in de regio Mechelen Rupelstreek. een initiatief van GGALIMERO

Onthaalbrochure. voor vrijwilligers. Psychiatrisch Ziekenhuis Zoete Nood Gods Lede.

Overleg rond de psychiatrische patiënt in de thuissituatie

OPDRACHTVERKLARING WZC Leiehome (Actualisering )

Grenzen en mogelijkheden van een samenwerkingsverband vanuit het perspectief van leidinggevenden

Jaarverslag ML 3 TK 3 LH 7 GV 5 VL 6 TH 6 EW 6 ZK 5 Individueel Beschut Wonen 7 Totaal 48

Opendeur bij SSeGA. opendeur bij SSeGA

Ouderen met een drugverleden. Residentiële zorgverlening en rehabilitatie

OUDERENZORG WAASLAND. Partner in ouderenzorg. OUDERENZORG WAASLAND vzw

PSYCHOSOCIALE REVALIDATIE

PopovGGZ vzw. PopovGGZ/2014/RVB/GN/067ter 26/2/2015

ADVIES VAN DE NRZV AANZET TOT EEN VERNIEUWDE MINIMALE REGISTRATIE IN DE GGZ-VOORZIENINGEN

Toekomst van de psychiatrie Waas en Dender in het kader van artikel 107

Jaarverslag

De Veste. Gerontopsychiatrische consultatiedienst. Joke Vanhauwere Klinisch psychologe 30/05/2017

Bijlage 11: Stellingen voor focusgroepen activering. Thema s voor de focusgroepen activering

FUNCTIEPROFIEL. Functie: Zorgcoördinator. A. Functiebeschrijving. 1. Doel van de functie

Zorgprogramma voor mensen met gerontopsychiatrische problematiek in het verpleeghuis

Visie pastoraal in Monsheide

Van twee naar één netwerk Een nieuw netwerk Een nieuwe naam

Revalidatieziekenhuis Hof ter Schelde is verhuisd naar zijn nieuw gebouw in de Drie Eikenstraat te Edegem. Het krijgt meteen ook een nieuwe naam.

(Net)werking van een PAAZ

Welkom Casemanagement Dementie 12 april 2016

VLAAMS MINISTERIE VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN

Woon- en zorgcentrum DE POTTELBERG vzw ONTHAALBROCHURE VRIJWILLIGERS. WZC De Pottelberg vzw. Pottelberg, KORTRIJK

INTER-PSY Vechtdal Kliniek

Jaarverslag PVT St.-Jozef Campus Tongeren en Munsterbilzen. Externe Ombudsfunctie Ingrid Meuwis

Handboek innovatieve praktijken

Infobrochure. Het Psychiatrische Aanbod in het Algemeen Ziekenhuis

MET LIEFDE, ZORG EN DESKUNDIGHEID EEN VISIE OP OUDERENZORG. OPDRACHTVERKLARING vzw Zorg-Saam Zusters Kindsheid Jesu

Openbaar. Solliciteren:

MULTIVERSUM een organisatie met een rijke geschiedenis!

InFoP 2. Informatie voor Familieleden omtrent Psychose. Inhoud. Behandeling van psychose De rol van andere interventies

Informatie voor Familieleden omtrent Psychose. InFoP 2. Inhoud

De sociowoningen : een module van onze resocialisatieafdeling

Sint-Norbertus. P s yc h i at r i s c h Ziekenhui s D u f f e l

Mobiele teams in Zuid-West- Vlaanderen stand van zaken

Welkom op onze afdeling!

Verdiepingsstage Dubbele diagnose. Loodds. informatie voor aios

vzw beschut wonen DE OVERWEG ONZEOPDRACHT

Ambulante begeleidingsdienst ZigZag

WERKGROEP GEZONDHEID REGIONAAL ZORGSTRATEGISCH PLAN

Opdrachtsverklaring Missie - Visie

2. Identificatiegegevens van de patiënt. Handtekening van de patiënt* De patiënt verklaart akkoord te zijn met de organisatie van dit overleg

Kortdurende Behandeling. Afdelingsbrochure

DE ONDERSCHATTE POSITIE VAN HET WOONZORGCENTRUM IN DE ZORG VOOR OUDEREN MET EEN PSYCHIATRISCHE PROBLEMATIEK

Vzw De Lork Vzw Beschut Wonen De Lariks. Lieve Dekempeneer STUDIEDAG GIBBIS

Met de zesde staatshervorming is de bevoegdheid voor de moeder-kindeenheden naar Vlaanderen overgeheveld.

Functieprofiel van de Verpleegkundig consulent

Zorgstrategisch plan

Behandeling bij angsten stemmingsstoornissen

Toegewezen functieclassificatie voor verpleegkundige geestelijke gezondheidzorg in een ziekenhuis

Behandeling van verslaving en comorbiditeit. de Noord Nederlandse ervaring

OMZENDBRIEF AAN ALLE PSYCHIATRISCHE EN ALGEMENE ZIEKENHUIZEN. T.a.v. de ALGEMEEN DIRECTEUR. Geachte,

Infobundel studenten verpleegkunde PAAZ (A-dienst)

bestuurlijke evaluatie wordt het netwerk bestuurd volgens de visie zoals uitgeschreven in de projectfiche van 2011?

Psychische problemen : waar kan ik terecht?

Actieplan 1 Informatie- en preventiebeleid naar de Zeelse bevolking toe op het vlak van o.m. (kinder)armoede, gezondheid, participatie

De beste zorg voor psychische en verslavingsproblemen

tractor 30 maart 2011 ACT Assertive Community Treatment

Sint-Andriesziekenhuis Bruggestraat Tielt Infobundel PAAZ afdeling Isabelle Dewaele

Stichting Geestelijke Verzorging binnen de Palliatieve Zorg thuis

Begeleidingsplan: in het kader van het Overleg rond een Patiënt met een Psychiatrische Problematiek SEL Zorgregio Gent vzw - RIZIV nr.

studenteninformatie Onthaalbrochure A-dienst GezondheidsZorg met een Ziel

identiteitsverklaringen

Naar een betere geestelijke gezondheidszorg. door de realisatie van zorgcircuits en netwerken

PAAZ. Psychiatrisch Aanbod van het Algemeen Ziekenhuis

Buitengewoon Delta. algemene informatie

Oncologisch Centrum Strategische doelstellingen ONCOLOGISCH CENTRUM ONCOLOGISCH HANDBOEK DEEL 1

BEVRAGING WERKVELD ERGOTHERAPIE IN DE PSYCHIATRIE

Tussen de partijen SEL Zorgregio Gent vzw, Baudelokaai 8 te 9000 Gent vertegenwoordigd door dr. P. Verdonck, voorzitter en ...

Aanbod suïcidepreventiewerking voor scholen vanuit Cgg Largo

Symposium d.d Praten over incidenten, een noodzaak

Feedback op het bestpractice. Korte samenvatting per vraag

Internering. Analyse dossiers vanuit brugfunctie justitie zorgsector

Sonja Pauwels Psychiatrisch verpleegkundige Team psychisch zorgverlenen Witgele Kruis Oost-Vlaanderen

Mentrum SAMEN WERKEN AAN HERSTEL EN EEN WAARDEVOL LEVEN. Onderdeel van Arkin

Ambulante hulpverlening bij personen met een dubbel diagnose Het outreachproject Vlaams- Brabant: stand van zaken drie jaar na de opstart

Evaluatie Winterwerking

NETWERKPUNT. Voorstelling Art. 107 regio Mechelen 9 oktober 2015

Budget 2015 OCMW BEVEREN

Brussel, 5 februari _Advies_Huizen_van_het_Nederlands. Advies. over het voorontwerp van decreet betreffende de Huizen van het Nederlands

Transcriptie:

Jaarverslag 2008 www.pclede.be

Inhoudsopgave 1 Inleiding 1 2 Basisgegevens 2 2.1 Historiek 2 2.2 Missie en kritische doelstellingen 4 2.2.1 Missie en visie van het centrum 4 2.2.2 Kritische doelstellingen 4 2.3 Doelgroepen 5 2.3.1 Psychiatrisch ziekenhuis 5 2.3.2 Psychiatrisch Verzorgingstehuis 8 2.4 Officiële samenwerkingsverbanden 10 2.5 Partner in een aantal zorgvernieuwingsprojecten 10 2.6 Raad van bestuur 11 3 Beleidsdomeinen 12 3.1 Algemeen beleid: strategisch plan 12 3.2 Medisch en therapeutisch beleid 15 3.2.1 Medisch beleid 15 3.2.2 Therapeutisch beleid 16 3.2.3 Verpleegkundig en paramedisch beleid 17 3.3 Personeelsbeleid 18 3.4 Vormingsbeleid 19 3.5 Pastoraal en ethisch beleid 20 3.5.1 Pastoraal beleid: opening nieuwe stille ruimte 20 3.5.2 Ethisch beleid 22 3.5.2.1 Nieuw ethisch advies 22 2.5.2.2 Werking en structuur van de Commissie Ethiek GGZ Broeders van Liefde 25 4 Belangrijke gebeurtenissen 26 4.1 Anders Gewoon Event 26 4.2 Participatie aan Open Bedrijvendag 26 4.3 Kwaliteitsverbetering facilitaire dienstverlening: studie en doorlichting van de schoonmaak In samenwerking met Advibel 28 4.4 Optimalisatie uurroosterplanning 29 4.5 Uitkomstenmanagement in de GGZ in Vlaanderen 29 4.6 Start van de elektronische handtekening (Elodis) 30 5 Hoogtepunten 32 5.1 De afdelingsvisie als een noodzakelijk instrument in de uitbouw van goede zorg 32 5.2 Het pilootproject voeding: een stand van zaken 35 5.3 Patiëntveiligheid 37 5.4 Criminaliteitspreventie 40 5.5 QPR: een geïnformatiseerde tool waarmee indicatoren grafisch voorgesteld kunnen worden 42 6 Samenvatting van het jaarverslag van de vzw Provincialaat der Broeders van Liefde 44 6.1 Nieuws vanuit de sector geestelijke gezondheidszorg 44 6.2 Nieuws vanuit de ruimere organisatie van de Broeders van Liefde 46 6.2.1 Sector geestelijke gezondheidszorg 46 6.2.2 Algemeen 47 6.2.2.1 Visietekst Identiteit 47 6.2.2.2 Samenwerking sectoren welzijn en buitengewoon onderwijs 47 6.2.2.3 Conceptnota Leerzorg 47

1 Inleiding In 2008 werd binnen het Psychiatrisch Centrum Zoete Nood Gods heel wat tijd en energie geïnvesteerd in het uitwerken van een strategisch plan. Dit plan werd opgesteld met de actuele ontwikkelingen binnen de psychiatrische sector in het vizier. De belangrijkste ontwikkelingen zijn vermaatschappelijking van zorg, extramuralisatie, de verdere uitbouw van zorgcircuits en zorgnetwerken, differentiatie van zorg en evidence based medicine. De verdere uitbouw van het initiatief beschut wonen, activering en ontmoeting en psychiatrische thuiszorg, maar ook de ontwikkeling van woonomgevingen voor specifieke doelgroepen binnen het psychiatrisch verzorgingstehuis werden hierbij hoog op de agenda geplaatst. In dit jaarverslag kan u lezen welk beleid en welke nieuwe ontwikkelingen in 2008 werden aangewend om deze toekomstvisie met bijhorende doelstellingen te kunnen bewerkstelligen. In 2009 zullen heel wat van de in dit jaarverslag beschreven projecten verder gecontinueerd worden. Verder staan er een aantal grote nieuwe projecten op til, zoals de implementatie van het elektronisch patiëntendossier en de opstart van de volgende fase in de uitwerking van het masterplan van het centrum. Concreet houden wij ons hierbij de nieuwbouw PVT en de bouw van nieuwe studio s binnen Beschut Wonen voor ogen. Tot slot willen wij onze voorname dank en appreciatie uiten naar alle personeelsleden die zich dagelijks met hart en ziel inzetten voor het welbevinden van onze patiënten en bewoners op een directe of indirecte wijze. Ook een bijzonder woordje van dank aan alle personen die de totstandkoming van dit jaarverslag hebben ondersteund. Veel leesgenot. De directie 1

2 Basisgegevens 2.1 Historiek In de loop van de maand juni 2008 hebben de laatste twee zusters het klooster te Lede verlaten. Het kloostergebouw was veel te groot geworden voor de nog aanwezige zusters en niet meer aangepast aan de stijgende zorglast. De meeste zusters vonden intussen een nieuw onderkomen in het Woon- en Zorgcentrum Avondzon te Erpe-Mere. De Zusters Maricolen zijn de stichters van het Psychiatrisch Centrum Zoete Nood Gods en zijn bijgevolg een begrip in Lede. De stichting van de Zusters Maricolen in 1663 Een vrome begijn uit Dendermonde, Anna Puttemans, en de jonge prior van de karmelieten Pater Herman a Sancto Norberto stichtten op 19 maart 1663 in Dendermonde een familie van vrome jonge dochters die later zouden uitgroeien tot de Zusters Maricolen. Zij vonden hun inspiratie in het leven en het werk van Theresia van Avilla, de hervormster van de Karmelieten. Aanvankelijk richtten de Zusters Maricolen zich in Dendermonde vooral naar de opvang en zorg van oudere vrouwen. Later waren ze ook actief in de Burgerlijke Godshuizen. Tussen 1804 en 1856 waren ze ook actief betrokken in de krankzinnigenzorg van de Stedelijke Overheid te Dendermonde. Ook het huidige Woon- en Zorgcentrum Huize Mariatroon in de Brusselsestraat te Dendermonde werd opgericht door de Zusters Maricolen. De oprichting van het psychiatrisch ziekenhuis te Lede Op 26 juni 1845 kochten de Zusters Maricolen een kasteel van de familie Hellinkx (cfr. Hellinckxwegel) te Lede. De zusters openden hier in Lede op 28 december 1845 een gesticht waar zij zich inzetten voor de krankzinnigen. Men begon met 12 mannelijke patiënten die van Dendermonde naar Lede werden overgebracht. Lang zouden deze hier niet blijven want kort na hun aankomst werden ze overgebracht naar de Broeders van Liefde in Gent. Men opteerde ervoor om vanaf dan enkel nog vrouwelijke patiënten op te nemen. Op 19 mei 1848 werd de eerste vrouwelijke patiënt opgenomen. De officiële goedkeuring voor het gesticht dateert van 9 november 1856. Pas in 1989 werd beslist om opnieuw mannelijke patiënten op te nemen. Momenteel worden er ongeveer evenveel vrouwen als mannen opgenomen. Van krankzinnigengesticht naar ziekenhuis Met het verschijnen van de wet op de ziekteverzekering (1963), de wet op het beheer van de goederen van de patiënten (1964) en de ziekenhuiswet zou er heel wat veranderen. Algemeen kan men stellen dat de psychiatrische ziekenhuizen vanaf 1960 een ware metamorfose ondergingen. Het is in deze periode dat het ziekenhuis ook zijn huidige naam krijgt. Het ziekenhuis in Lede had in haar bestaan al verschillende namen gehad zoals Maison de santé à Lede, Gezondheidshuis en Krankzinnigengesticht. In 1966 koos men resoluut voor de naam Psychiatrisch Ziekenhuis Zoete Nood Gods. De naam verwijst naar de bijzondere verering sinds 1414 van Onze Lieve Vrouw te Lede als de Zoete Nood Gods. Voor een uitgebreide historiek verwijzen wij graag naar onze website www.pclede.be (Psychiatrisch Ziekenhuis/Algemeen/Historiek/ Historiek uitgebreid onderaan de webpagina).

3

2.2 Missie en kritische doelstellingen 2.2.1 Missie en visie van het centrum Vanuit de christelijke inspiratie van onze stichters vormen we een authentieke leef- en werkgemeenschap waar respect, dienstbaarheid, transparantie, innovatie, creativiteit en geborgenheid dragende krachten zijn en waar de kwaliteit van leven groeit dankzij deskundige en professionele begeleiding. Wij zorgen voor psychiatrische patiënten, volwassenen en ouderen, met zowel acute als langdurige en complexe problematiek, ongeacht hun oorsprong, geslacht, overtuiging of financiële draagkracht. Kansarmen en minderbedeelden, mensen met bedreigde ontwikkelingsmogelijkheden of beperkte functioneringskansen en personen die maatschappelijk uit de boot dreigen te vallen, verdienen onze bijzondere aandacht. Een mensgerichte organisatie, een holistische mensvisie, een aangepaste omgeving met aandacht voor ruime toegankelijkheid, vormen hiervoor het kader. We verstrekken zorg op maat met het oog op het herstel van het psychisch evenwicht of het dragelijk maken van psychische stoornissen voor patiënten, bewoners en hun leefomgeving opdat aldus patiënten competenties verwerven of ontwikkelen die de basis vormen voor hun emancipatie en hun maatschappelijk geïntegreerd functioneren. We doen maximaal beroep op de medeverantwoordelijkheid en de zelfredzaamheid van de patiënt en zijn omgeving om zo gebruik te maken van de minst ingrijpende behandeling om ten aanzien van de vastgestelde problematiek het gewenste effect zo maximaal mogelijk te bereiken. Onze zorg voldoet aan de vereisten van doelmatigheid, doeltreffendheid, continuïteit, maatschappelijke aanvaardbaarheid en is practice of evidence based. We dragen ook zorg voor elkaar en stimuleren onze medewerkers om zich professioneel continu verder te bekwamen. Wij werken actief samen met andere zorgactoren in de regio bij de uitbouw van instellingsoverschrijdende zorgprogramma s door het creëren van zorgcircuits en netwerken zonder hierbij onze eigen identiteit te verliezen. 2.2.2 Kritische doelstellingen 1. Centraal stellen van de patiënt of de bewoner en zijn omgeving, uitgaand van een maximale participatie, integratie en vermaatschappelijking. 2. Christelijk geïnspireerd volgens de waarden van de Stichter en de spiritualiteit van de congregatie. 3. Aanbieden van een optimale zorg binnen een goede personele en materiële omkadering en met oog voor de toegankelijkheid en de financiële leefbaarheid. 4. Bieden van zorg op maat met openheid voor nieuwe noden en actieve inzet naar de meest zwakke groepen. 6. Bouwen aan een goed gestructureerde en mensgerichte werk- en leefgemeenschap waarbij het welzijn van iedere medewerker, bewoner en patiënt belangrijk is. 7. Actief samenwerken met andere zorgactoren bij de uitbouw van zorgprogramma s en zorgnetwerken. 8. Positief beïnvloeden van het beleid inzake geestelijke gezondheidszorg. 9. Positief beïnvloeden van de beeldvorming rond de persoon met een geestesziekte en rond de geestelijke gezondheidszorg. 5. Aanbieden van een kwaliteitsvolle en vernieuwende zorg in een geest van dienstbaarheid.

2.3 Doelgroepen 2.3.1 Psychiatrisch ziekenhuis Het Psychiatrisch Ziekenhuis heeft de volgende afdelingen: Egidius Esperanza 0 Esperanza 1 Providentia Theresia Emmaüs (daghospitaal) Afdeling Egidius Deze afdeling beschikt over 39 bedden voor opname en behandeling van volwassenen met acute en chronische verslavingsproblemen (alcohol en medicatie) en het syndroom van Korsakov. Stuurgroepleden: Psychiater: Dr. Herman Van Wesemael Hoofdverpleegkundige: Mevr. Sigrid Van Lierde Maatschappelijk werker: Dhr. Dirk Van Herreweghe Psychologe: Mevr. Christine De Brouwer Ergotherapeut: Dhr. Lieven Van Lierde Afdeling Esperanza 0 Deze afdeling beschikt over 24 bedden voor crisisopvang en intensief kortdurende behandeling van volwassenen met acute en ernstige psychiatrische problemen in een gestructureerde omgeving. De meest voorkomende ziektebeelden zijn schizofrenie en andere psychotische stoornissen en stemmingsstoornissen. Deze zorgeenheid fungeert tevens als opnameafdeling voor het merendeel van de patiënten die gedwongen opgenomen worden Stuurgroepleden: Psychiater: Dr. Geert De Bruecker Hoofdverpleegkundige: Mevr. Sophie De Bruycker Maatschappelijk werkers: Mevr. Sofie Lalmant en Dhr. Stijn Claus Psychologe: Mevr. Barbara Vaneeckhout Ergotherapeut: Dhr. Bruno Schotsaert Afdeling Esperanza 1 Deze afdeling bestaat uit twee units, gespreid over twee verdiepingen, met elk hun specifieke doelgroepen. Unit 1 beschikt over 23 plaatsen voor opname en behandeling van volwassenen met diverse acute psychische en psychiatrische klachten die kunnen fungeren binnen een open context. In het bijzonder richt men zich naar de behandeling van stemmingsstoornissen en psychosenzorg. Stuurgroepleden: Psychiater: Dr. Elke Lievens Hoofdverpleegkundige: Mevr. Leen Ruyssinck Adjunct-hoofdverpleegkundige: Dhr. Jan Van Wijmeersch Maatschappelijk werkers: Mevr. Cedrine Frérart en Dhr. Stijn Claus Psychologe: Mevr. Greta Van Damme Ergotherapeut: Dhr. Peter Van den Berghe Unit 2 beschikt over 23 plaatsen waarvan 18 bedden voor de behandeling van gerontopsychiatrische patiënten. Daarnaast heeft de unit tevens 5 plaatsen voorbehouden voor een intensief voorbereidingsprogramma voor kandidaten Beschut Wonen. Ook nachthospitalisatie is mogelijk. Stuurgroepleden: Psychiaters: Dr. Luc Bollengier en Dr. Benedicte Monté Hoofdverpleegkundige: Mevr. Leen Ruyssinck Adjunct-hoofdverpleegkundige: Dhr. Jan Van Wijmeersch Maatschappelijk werker: Mevr. Cindy Renneboog Psychologe: Mevr. Christine De Brouwer Ergotherapeuten: Mevr. Lutgarde De Bruycker en Mevr. Sara Schockaert 5

Afdeling Providentia Deze afdeling beschikt over 36 bedden en is onderverdeeld in twee units. Unit 1 beschikt over 23 bedden en richt zich naar volwassenen tussen 18 en 60 jaar die lijden aan een ernstige psychotische problematiek welke een meer langdurige en intensieve behandeling behoeft. In eerste instantie betreft het patiënten met een schizofrenie-spectrumstoornis. Andere psychotische aandoeningen worden individueel bekeken. Stuurgroepleden: Psychiater: Dr. Gerda Dewaelheyns Hoofdverpleegkundige: Dhr. Paul De Leeuw Maatschappelijk werker: Dhr. Stijn Claus Psychologisch assistente: Mevr. Debbie Sierens Psychologe: Mevr. Roos Crabbe Ergotherapeute: Mevr. Sabine De Schepper Unit 2 beschikt over 13 bedden voor voortgezette behandeling van volwassenen met eetstoornissen: anorexia, boulemia nervosa en binge eating disorder (BED). Stuurgroepleden: Psychiater: Dr. Fransiska Vermeersch Hoofdverpleegkundige: Dhr. Paul De Leeuw Maatschappelijk werkers: Mevr. Cedrine Frérart en Dhr. Stijn Claus Psycholoog: Mevr. Stefanie De Winter Ergotherapeute: Mevr. Carmen De Bundel Afdeling Theresia Deze gesloten afdeling beschikt over een specifieke erkenning als Sp-dienst psychogeriatrie met 22 bedden voor ouderen. De afdeling heeft 2 doelgroepen: Patiënten met een dementieel beeld ten gevolge van de ziekte van Alzheimer, vasculaire problemen, ethylisme of andere organische aandoeningen. Ouderen met chronische psycho-organische aandoeningen. Stuurgroepleden: Psychiaters: Dr. Luc Bollengier en Dr. Benedicte Monté Hoofdverpleegkundige: Dhr. Yves De Schynkel Maatschappelijk werker: Mevr. Cindy Renneboog Psychologe: Mevr. Greta Van Damme Ergotherapeute: Mevr. Marieken Eeckhout Afdeling Emmaüs De afdeling Emmaüs is een afdeling voor daghospitalisatie met een erkenning van 38 plaatsen. Via daghospitalisatie kan een volledige hospitalisatie (24-uurs hospitalisatie) worden voorkomen of ingekort. Het kan ook een tussenstap zijn tussen volledige hospitalisatie en de thuissituatie. Binnen deze afdeling wordt er binnen 5 afzonderlijke units gewerkt met 5 subdoelgroepen: 1. Intensieve behandeling van volwassenen met ernstige psychische moeilijkheden zoals stemmingsstoornissen, schizofrene stoornissen en persoonlijkheidsstoornissen. 2. Behandeling van volwassenen met een problematisch gebruik van alcohol, medicatie en andere verslavende genotsmiddelen met uitsluiting van drugsverslaving. Probleemgedrag tengevolge van gokverslaving kan eveneens behandeld worden. 3. Langdurige behandeling en begeleiding van volwassenen met chronische psychiatrische problemen, gecombineerd met sociaal maatschappelijke problemen. De zorgvrager vertoont een langdurige psychiatrische problematiek samenhangend met sociaal maatschappelijke problemen. De belangrijkste doelstelling is hier reïntegratie in het maatschappelijk leven. 4. Behandeling en rehabilitatie van volwassenen met chronische psychiatrische problemen. Het gaat hier om zorgvragers waarvoor de resocialisatiedoelstelling niet haalbaar is, omwille van de chronische psychiatrische problematiek en waarbij professionele zorg- en hulpverlening binnen een ziekenhuisomkadering nodig is. 5. Opname en behandeling van ouderen met psychische problemen, waarbij er nog een redelijke vorm van zelfredzaamheid aanwezig is. Wegloopgedrag door desoriëntatie wordt als een exclusiecriterium beschouwd. Stuurgroepleden: Psychiater: Dr. Fransiska Vermeersch Hoofdverpleegkundige Dhr. Gerit De Saedeleer Maatschappelijk werker: Mevr. Leen Van Langenhoven Psycholoog: Dhr. Ivan Klinckaert Ergotherapeut: Dhr. Guy Vermeulen

7

2.3.2 Psychiatrisch Verzorgingstehuis Het Psychiatrisch Verzorgingstehuis heeft de volgende afdelingen: Nieuwemeers A Nieuwemeers B Caritas Sancta-Maria Het PVT is een residentiële voorziening voor zowel mannen als vrouwen met gestabiliseerde psychiatrische problemen. Deze personen hebben vooral nood aan opvang, begeleiding en activering die hen moet toelaten hun autonomie te verruimen en sommigen moet toelaten in het normale maatschappelijke leven terug te keren. Voor de meeste van de huidige bewoners is het psychiatrisch verzorgingstehuis de enige woonomgeving waarbinnen ze zich kunnen handhaven. De klemtoon in de PVT-werking ligt op het aanbieden van een aangename en huiselijke woonomgeving, op het optimaal aanspreken van de resterende capaciteiten van de bewoners, op activering, vorming en begeleiding en het aanbieden van zinvolle dag- en ontspanningsactiviteiten. Psycho-sociale rehabilitatie wordt hierbij gehanteerd als begeleidingskader. Afdeling Nieuwemeers Hier verblijven 60 bewoners verdeeld over 2 afdelingen. NIEUWEMEERS A Een afdeling voor 28 mannen en vrouwen met gestabiliseerde chronisch psychiatrische aandoeningen. Twintig bewoners met bijkomende somatische problemen, verblijven in patio 1 (verzorgingsunit) en 8 bewoners verblijven in patio 2. Stuurgroepleden: Psychiater: Dr. Gerda Dewaelheyns Hoofdverpleegkundige: Mevr. Hilde Van Wesemael Maatschappelijk werkers: Mevr. Godelieve Coen en Mevr. Anne-Marie Perreman NIEUWEMEERS B Hier verblijven 32 volwassen bewoners (24 bewoners in socio-woningen, 8 bewoners in een patio) met een gestabiliseerde psychiatrische aandoening. Stuurgroepleden: Psychiater: Dr. Gerda Dewaelheyns Hoofdverpleegkundige: Dhr. Hubert De Sutter Maatschappelijk werkers: Mevr. Godelieve Coen en Mevr. Anne-Marie Perreman Afdeling Caritas Momenteel verblijven hier 32 chronisch psychiatrische patiënten. Het is de bedoeling om op korte termijn voor een aantal van deze bewoners een nieuwbouw te realiseren op de campus van Huize Mariatroon te Dendermonde. Stuurgroepleden: Psychiater: Dr. Elke Lievens Hoofdverpleegkundige: Mevr. Magda Borms Maatschappelijk werkers: Mevr. Anne-Marie Perreman en Dhr. Jeroen Haesebeyt Ergotherapeute: Mevr. Simonne Adam

Afdeling Sancta-Maria Hier verblijven 53 verstandelijk gehandicapten, voornamelijk vrouwen. Er worden geen nieuwe bewoners met een verstandelijke handicap opgenomen, zodat deze afdeling op termijn een uitdovend karakter heeft. Sinds begin 2008 is de opsplitsing in twee units opgeheven en dit vanuit de voortdurende afbouw. Stuurgroepleden: Psychiater: Dr. Gerda Dewaelheyns Hoofdverpleegkundige: Dhr. Marc Smekens Maatschappelijk werkers: Mevr. Godelieve Coen en Dhr. Jeroen Haesebeyt Orthopedagogen: Mevr. An Degreef en Mevr. Veerle De Vreeze Ergotherapeute: Mevr. Nicole De Smet Op de afdeling Sancta-Maria bevinden zich enerzijds bewoners met voornamelijk een licht en matig verstandelijke handicap waarvan sommigen met bijkomende psychische of gedragstoornissen of meervoudige handicaps: gehoorstoornissen, motorische problemen, enz. Anderzijds zijn er ook bewoners aanwezig met voornamelijk een matig tot ernstige verstandelijke handicap waarvan sommigen met bijkomende gedrags- en/ of psychische moeilijkheden en/of ook nog lichamelijke stoornissen hebben. 9

2.4 Officiële samenwerkingsverbanden Overlegplatform Popov GGZ, Drongen Centrum voor Geestelijke Gezondheidszorg Centrum voor Geestelijke Gezondheidszorg zuid Oost-Vlaanderen, Aalst Beschut wonen VZW Reymeers, Lede Dagactiveringscentrum SAVA, Lede Ouderenzorg Woon- en zorgcentrum Huize Mariatroon, Dendermonde Expertisecentrum dementie De Meander, Dendermonde VZW Residentie het Prieelshof, Oordegem VZW Huize Rozenwater, Wetteren Algemene ziekenhuizen Algemeen Stedelijk Ziekenhuis, Aalst Poliklinische diensten Medische Beeldvorming MCLL cvba, Sint-Martens-Latem VZW Medische Staf Stedelijk Ziekenhuis, Aalst 2.5 Partner in een aantal zorgvernieuwingsprojecten Het dagactiviteitencentrum Sava, VZW Reymeers, Dwarsstraat 1, 9340 Lede Project activering, FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu Project Psychiatrische zorg in de thuissituatie Lotus- De Monding, FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu Project Zorgtrajectbegeleiding voor ouderen met ernstige en complexe psychiatrische problemen Deelname Therapeutisch project nr. 9: Onderzoek naar de kritische succesfactoren en de mogelijke ICT-toepassingen bij de uitbouw van een zorgcircuit voor ouderen met ernstige en langdurige stemmingsstoornissen, FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu Partners: ŦŦ Centrum voor Geestelijke Gezondheidszorg zuid Oost-Vlaanderen, Langestraat 12, 9300 Aalst ŦŦ GDT Ovosit, Jubileumlaan 225, 9000 Gent ŦŦ Beschut Wonen, VZW Reymeers, Reymeersstraat 13a, 9340 Lede ŦŦ PVT Nieuwemeers, Reymeersstraat 13a, 9340 Lede ŦŦ VZW Rustoord Sint-Jozef, Bruulstraat 17, 9450 Haaltert ŦŦ WZC Denderrust, Alfons De Cockstraat 12a, 9310 Herdersem ŦŦ WZC St.-Vincentius, Aaigemdorp 68,9420 Aaigem ŦŦ WZC Huize Mariatroon, Brusselsestraat 90, 9200 Dendermonde ŦŦ WZC St.-Antonius, Rootjesweg 77, 9200 Grembergen ŦŦ PZT Lotus-De Monding, Reymeersstraat 13a, 9340 Lede Partner in het therapeutisch project nr. 78: Multizorgbenadering en -behandeling van alcoholmisbruik en -verslaving bij vrouwen, FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu Project Ontslagmanagement, FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu Voedingsproject: Pilootproject inzake het aanstellen van een voedingsverantwoordelijke en een voedingsteam in het kader van het nationaal Voedings- en Gezondheidsplan voor België

2.6 Raad van bestuur Gedelegeerd bestuurder: Dhr. Raphaël De Rycke Voorzitter: Eerwaarde Broeder Veron Raes Secretaris: Eerwaarde Broeder Frits Swinnen Penningmeester: Eerwaarde Broeder Joris De Roeck Leden: Eerwaarde Broeder Luc Maes Eerwaarde Broeder Julius Cocquyt Eerwaarde Broeder Frans Van Hoorde Eerwaarde Broeder Victor Quets Eerwaarde Broeder Lucien De Priester Dhr. Michel Paquet Dhr. Hendrik Delaruelle Dhr. Koen Oosterlinck Dhr. Luk De Staercke 11

3 Beleidsdomeinen 3.1 Algemeen beleid: strategisch plan Vanuit de bekommernis van een betere zorg op maat en continuïteit van zorg wordt sedert het tweede deeladvies van de NRZV (1997) gepleit om de organisatie van de GGZ te ontwikkelen in de richting van zorgcircuits in netwerken. Door de gemeenschappelijke verklaringen van de bevoegde federale en gemeenschapsministers in 2004 werd bekrachtigd om zorgprogramma s te realiseren voor een leeftijdsgebonden doelgroep waarbij GGZ-actoren gemeenschappelijk de verantwoordelijkheid opnemen voor het totaalpakket aan zorg voor de patiënten van de doelgroep binnen een werkingsgebied. Deze onderlinge samenwerking van de GGZ-actoren dient te worden geformaliseerd in een functioneel samenwerkingsverband. Aan elke bevoegde minister werd bovendien de ruimte gelaten om, binnen de eigen bevoegdheid, experimenten op te zetten om het huidige, voorzieningsgerichte zorgaanbod om te zetten in nieuwe zorgvormen- en inhouden. Twee federale initiatieven werden in dit kader reeds opgezet om een bijdrage te leveren aan de exploratie hoe de toekomstige doelgroepgerichte zorgprogramma s er moeten uitzien. Zo zijn er de pilootprojecten van de FOD Volksgezondheid die focussen op het uittesten van nieuwe zorgvormen zoals PTZ, outreach kinderen of nieuwe zorginhouden zoals SGA en dubbeldiagnosen. Daarnaast zijn er de therapeutische projecten in de schoot van het RIZIV die experimenteren met het cliëntgebonden overleg tussen de ambulante en residentiële actoren en niet GGZ-actoren. Via deze projecten waarin het cliëntenoverleg rond patiënten met ernstige en langdurige psychiatrische stoornissen centraal staat, wil men de continuïteit en de zorg op maat voor deze individuele cliënten verbeteren. In bovenstaande types van experimenten maar ook in de dagelijkse praktijk in de ambulante en residentiële GGZ-voorzieningen, botst men meer en meer op de limieten van het huidige zorgaanbod. Men stelt vast dat een patiënt nood heeft aan een zorgvorm/inhoud die op heden niet bestaat omdat ze bijvoorbeeld niet past in de huidige regelgeving (PZ, PAAZ, PVT,BW,CGG) van zorgverlening of ze binnen de huidige structuren niet optimaal kunnen worden gerealiseerd t.g.v. een te lage intensiteit aan zorg door onvoldoende of onvoldoende gekwalificeerd personeel. Zorgcontinuïteit en zorg op maat kunnen maar verbeteren indien er naast overleg tussen de aanwezige zorg- en dienstverleners rond één patiënt ook alternatieve zorgvormen/ inhouden mogelijk worden gemaakt. Verder stelt Minister Laurette Onkelinx (2008) in haar beleidsnota dat het beleid in de geestelijke gezondheidszorg dient gebaseerd te zijn op de noden van de patiënt en zijn familie. Zij vormen immers de spil voor de verdere uitbouw van de geestelijke gezondheidszorg. In 2009 zullen bijkomende inspanningen geleverd worden om het aanbod van de GGZ beter te laten aansluiten bij de behoeften. Minister Onkelinx wil de klemtoon leggen op de verdere invulling van de hiaten in het zorgaanbod voor de bestaande doelgroepen van kinderen en jongeren, volwassenen en ouderen als voor nieuwe doelgroepen zoals volwassenen met een dubbele diagnostiek (meer bepaald personen met een mentale handicap en gedragsproblemen). Er zullen extra impulsen gegeven worden om te komen tot een reorganisatie van de residentiële geestelijke gezondheidszorg naar een meer gemeenschapsgerichte zorg. Via B4-overeenkomsten zullen de psychiatrische ziekenhuizen een deel van hun budget van financiële middelen flexibel kunnen inzetten ter realisatie van artikel 107 van de ziekenhuiswet en via de ZIV-wet (artsenhonoraria). Bovendien zal de herinvestering van de middelen van de uitdovende PVT-bedden een stimulans zijn in de organisatie van zorgvormen die de reïntegratie van de psychiatrische patiënt in de samenleving ondersteunt.

13

In het licht van bovenstaande evoluties werd in de tweede helft van 2008 binnen het directiecomité een strategische bezinning gehouden waarbij nagedacht werd over volgende vragen: Hoe kan de instelling mee een rol spelen in de uitvoering van artikel 107 van de ziekenhuiswet om mee gestalte te geven aan het ontwikkelen van zorgcircuits in netwerken? Hoe kunnen de beschikbare middelen nog meer effectief en doelmatig worden ingezet? Hoe bereiken we nog meer zorg op maat en kan een meer vraaggerichte werking ontplooid worden? Kunnen we ons inschrijven in (piloot)projecten die een verder doorgedreven differentiatie van (sub)- doelgroepen, zorgfuncties en zorgmodaliteiten mogelijk maken? Kan de geografische, psychologische en financiële toegankelijkheid door bijvoorbeeld delokalisatie verbeterd worden? Voor deze strategische bezinning werd het directiecomité uitgebreid met de middenkaders van het ziekenhuis. Er werd vertrokken vanuit de bestaande missie en kernopdrachten van de Broeders van Liefde en de instellingseigen visie. Tevens werd een swot-analyse van de huidige werking en zorgprogramma s gemaakt waarbij sterken en zwakten werden in kaart gebracht en bedreigingen en opportuniteiten werden geformuleerd. Hierbij werden een aantal indicatoren aan een diepgaander onderzoek onderworpen. Zo werd bijvoorbeeld op basis van MPG een studie gemaakt van het langverblijf binnen de T-diensten. De opnamedienst werd betrokken bij een analyse van de opnameaanvragen in de periode 2007-2008. Ook werd een regio-omschrijving gemaakt volgens de herkomst van de patiënten (cfr. kaart). Het aanbod van alle GGZ-actoren werd voor deze regio in kaart gebracht en vergeleken met de programmatie. Daarnaast werd bij deze uitgebreide omgevingsanalyse bijzondere aandacht besteed aan maatschappelijke tendensen en evoluties in het algemeen en de evoluties binnen de GGZ in het bijzonder. Heel wat adviezen van de NRZV werden bestudeerd en de beleidsnota s van de Ministers Aelvoet-Vandenbroucke (2001), Demotte (2005), Vanackere (2009) en Onkelinx (2009) werden geresumeerd. De heer Yves Wuyts van het VVI gaf ons een toelichting over de evoluties binnen de GGZ op internationaal, nationaal en regionaal niveau. Een aantal belangrijke GGZ-actoren uit de regio zoals het CCG zuid Oost-Vlaanderen, De Sleutel, PTZ Lotus, het initiatief Beschut Wonen Reymeers en het project activering (SAVA) werden bij dit overleg betrokken. Bij het formuleren van de strategische opties voor de toekomst werden volgende uitgangspunten weerhouden: Het afbakenen van een duidelijke zorgregio waarop we ons willen richten; Langlopende zorgprogramma s zoveel als mogelijk vervangen door kortdurende; Verder streven naar vermaatschappelijking van zorg; Verschuiving van grootschalige intramurale zorg naar zorg aan huis; Maximale reïntegratie van chronische patiënten; Inschrijving van de instelling in doelgroepgerichte voorzieningsoverschrijdende zorgcircuits in netwerken via functionele samenwerkingsverbanden; Wetenschappelijk onderbouwde zorg verstrekken evidence en/of practice based; Werken aan destigmatisering van de GGZ-cliënt via empowerment en recovery. Zowel voor de doelgroep ouderen als voor de doelgroep volwassenen werden een aantal strategische opties geformuleerd. We denken hier o.a. aan: De verdere uitbouw van het zorgcircuit ouderen; Optimalisatie van de samenwerking met het eigen Woon- en Zorgcentrum Huize Mariatroon; Verdere delokalisatie via creatie en op termijn uitbreiding en differentiatie van een PVT te Dendermonde; Verdere differentiatie en uitbreiding binnen beschut wonen zowel wat betreft doelgroepen als wat betreft woonformules; Uitbouw van zorgcircuits voor volwassenen met ernstige en chronische problematiek en voor patiënten met middelenafhankelijkheid; Optimalisatie van het zorgprogramma en inschrijving in zorgcircuit voor patiënten met eetstoornissen; Verdere uitbreiding en uitbouw van het netwerk activering voor patiënten met langdurige en complexe problematiek; Verdere uitbreiding en uitbouw van het project psychiatrische thuiszorg. Momenteel wordt verder onderzocht hoe en binnen welke tijdspanne deze opties kunnen gerealiseerd worden.

3.2 Medisch en therapeutisch beleid 3.2.1 Medisch beleid De geplande uitbreiding van de medische staf met collega Hans Christiaens, huisarts, werd in 2008 gerealiseerd. De collega zal onmisbaar zijn in de ondersteuning van de somatische zorg binnen de instelling. Op klinisch vlak worden de afdelingen voor psychosenzorg, stemmingsstoornissen, eetstoornissen en afhankelijkheidsproblematiek verder uitgebouwd. Bijzondere aandacht gaat ook naar de psychopathologie van de derde en vierde leeftijd, met verdere op punt stelling van de behandeling van psychiatrische problematiek gekoppeld aan dementiële stoornissen. In dit verband moeten ook de therapeutische projecten waaraan de medische staf actief deelneemt, worden vermeld. De informatisering van het medische dossier heeft dit jaar zijn beslag gekregen in de diverse pilootprojecten, en zal eerstdaags inderdaad kunnen worden geïmplementeerd in de instelling. Van de kant van de medici zijn de verwachtingen zeer hoog gespannen, en er wordt verwacht dat het gebruik van dit dossier, en de daaraan inherente creatie van structuren binnen de zorg, een belangrijke stap voorwaarts zullen betekenen in de kwaliteit van de zorg. In samenwerking met de onderzoekseenheid van het Aalsterse Onze-Lieve-Vrouw Ziekenhuis participeert de instelling nog steeds actief in medisch onderzoek, in het bijzonder in fase I onderzoek in de behandeling van schizofrenie. Ook op het terrein van de psychofysiologie blijft de instelling vertegenwoordigd. Op het psychofysiologie congres te Beaune was de instelling vertegenwoordigd met een presentatie over de responspredictie in de behandeling van depressie. Op het vierde Vlaams Geestelijk Gezondheidscongres te Antwerpen werden mee een poster presentatie en satelliet symposium verzorgd over de toepassingen van psychofysiologie in de psychiatrische kliniek. 15

3.2.2 Therapeutisch beleid In 2008 werd het gevoerde therapeutisch beleid verder gezet. Wat de doelgroepen betreft, zien we geen wijzigingen. Er werd verder werk gemaakt van de uitbouw van de specifieke unit voor de doelgroep eetstoornissen op de afdeling Providentia. Verder kregen alle stuurgroepen de opdracht na te denken over hun doelgroep en dit binnen het kader van het uitschrijven van hun afdelingsvisie. Vanuit deze oefening kwamen er een aantal vragen/voorstellen die mee opgenomen werden binnen de strategische bezinning. Een aantal elementen uit deze strategische bezinning kunt u lezen in hoofdstuk 2 van dit jaarverslag. Het aantal medische opnames ligt in de lijn van vorig jaar. Van de 612 opnames was 40 % (n = 246) een eerste opname binnen de voorziening. Dit is een 6 % minder (2007= 286) dan het vorige jaar. Wat de hoofddiagnoses bij de medische opname betreft, zien we een gelijkaardig patroon zoals in 2007. Een 29 % van de opnames betreft een opname omwille van een verslavingsproblematiek (medicatie en/of alcohol). In 2008 werd dan ook verder werk gemaakt van de uitbouw van het zorgcircuit alcoholverslaving en dit onder meer door een verdere participatie aan het therapeutisch project multizorgbenadering en behandeling van alcoholmisbruik en verslaving bij vrouwen. Dit therapeutisch project situeert zich o.a. in het arrondissement Aalst, Oudenaarde en is in nauwe samenwerking met o.a. de ontwenningskliniek De Pelgrim en het CGG zuid Oost-Vlaanderen. Wanneer we de andere diagnoses bekijken, zien we een zelfde beeld als 2007 waarbij 21 % van de opnames verband houden met een stemmingsstoornis in het bijzonder een depressieve stoornis (16 % van deze 21 %). Ondanks een beperkte profilering voor deze doelgroep en de aanwezigheid van verschillende PAAZ-diensten, merken we toch heel wat vragen tot opname. Waarschijnlijk heeft dit te maken met onze voortrekkersrol binnen het therapeutisch project uitbouw van een zorgcircuit voor ouderen met ernstige en langdurige stemmingsstoornissen waardoor er een meer gerichte doorverwijzing gekomen is. De uitdaging voor de komende jaren is dan ook om dit zorgcircuit binnen de eigen voorziening verder uit te bouwen en dit niet alleen voor de ouderen maar tevens voor de volwassenen. Wat verder opvalt, is dat het aantal opnames van patiënten met schizofrenie en aanverwante psychotische stoornissen status quo blijft en schommelt rond de 20 %. Binnen het psychiatrisch centrum wordt er dan ook heel wat inspanning ondernomen om de behandeling en begeleiding van deze doelgroep verder uit te bouwen. Zo wordt er verder werk gemaakt van de uitbouw van o.a. cognitieve therapie, de implementatie van psychoeducatie, het vormen van medewerkers in het motiveren van patiënten met deze diagnose, enz. Afsluitend wensen we nog te vermelden dat er dit jaar door de stuurgroepleden van de verschillende afdelingen hard werd gewerkt aan het verder uitschrijven van hun afdelingsvisie en daaraan gekoppeld o.a. hun therapeutisch beleid omtrent het omgaan met hun doelgroep. In 2009 zal dit verder gefinaliseerd worden en zal dit o.a. leiden tot het herwerken van hun afdelingsbrochures, hun aangeboden behandelprogramma en het werken met afdelingsbeleidsplannen.

3.2.3 Verpleegkundig en paramedisch beleid Dit jaar werden binnen het verpleegkundig-paramedisch beleid een aantal klemtonen gelegd. In opvolging van de uitwerking van een strategisch beleid voor het verpleegkundig en paramedisch beleid, werd er in 2008 eveneens een beleidsplan uitgeschreven voor zowel het ziekenhuis als het PVT waarin een aantal doelstellingen vooropgesteld werden. Onderstaand geven we een kort overzicht van de belangrijkste realisaties. Verdere implementatie van het informatiseren van het medicatiegebeuren (infomedic) op alle afdelingen Sinds 2007 draaien alle afdelingen op modus 2. In 2008 werd er dan ook verder werk gemaakt van de verdere implementatie en borging van dit veranderingsproces. Zo werd er aandacht besteed aan de opleiding van de zorgkundigen en de nieuwe medewerkers in het omgaan met infomedic, werden een aantal procedures herschreven en werd er systematisch aandacht besteed aan het doorgeven van vragen tot verandering aan het programma en dit via de gebruikersgroep infomedic. In het tweede semester van 2008 werd eveneens gestart met de voorbereiding van het invoeren van de elektronische handtekening binnen infomedic (Elodis of Electronic or Digital Signature Implementation System). Voor meer info omtrent dit project verwijzen we tevens naar hoofdstuk 5. Optimalisatie van de overlegstructuren binnen de afdelingswerking/uitschrijven van de afdelingsvisie Naast de systematische opvolging van de stuurgroepwerking werd er eveneens aandacht gegeven aan de frequentie van de teamvergaderingen, het aantal interdisciplinaire patiëntenbesprekingen, de overdrachtmomenten of briefings en de vooropgestelde patiënten-stafvergaderingen. De werking van de stuurgroep werd ondersteund door aan de stuurgroepleden meerdere vormingen te geven omtrent het opmaken en uitschrijven van hun afdelingsvisie. Eind 2008 heeft dan ook iedere afdeling zijn afdelingsvisie opnieuw bekeken en uitgeschreven. Deze afdelingsvisie zal in 2009 verder gebruikt worden bij zowel de uitbouw van het interne zorgcircuit (samenwerking en afstemming tussen de afdelingen onderling) als bij de afstemming met diverse externe partners i.h.k.v. de netwerkvorming. Daarnaast zal vanuit deze afdelingsvisie eveneens werk gemaakt worden van het jaarlijks opmaken van een afdelingsbeleidsplan en vormingsbeleidsplan. Voor een uitgebreidere toelichting verwijzen we tevens naar hoofdstuk 4. Verdere integratie van zorgkundigen binnen het multidisciplinaire team In opvolging van het KB van 16.02.06 werd er verder werk gemaakt van de inschakeling van deze zorgverleners binnen het departement. In het bijzonder werd er aandacht gegeven aan de invulling van het begrip gestructureerde equipe en het toezicht. Optimaliseren van het begeleidingsplan binnen PVT In 2008 werden de opgemaakte begeleidingsplannen van de bewoners, verblijvend binnen PVT, van naderbij bekeken. Zo werd nagegaan in hoeverre er voor iedere bewoner een begeleidingsplan aanwezig was en dit ook geactualiseerd was. Binnen deze beweging werd ook (het gebruik van) het bewonersdossier opnieuw bekeken. 17

Analyse van de opname-aanvragen In het kader van de strategische bezinning werd er dit jaar aandacht besteed aan de registratie en analyse van alle opname-aanvragen. Gedurende een bepaalde periode (1 maand) werden alle opname-aanvragen geregistreerd en werden alle aanvragen opgevolgd tot de afhandeling ervan. De resultaten ervan werden getoetst aan een vorig onderzoek, werden besproken op de verschillende overlegorganen en werden eveneens gebruikt bij het uittekenen van het strategisch beleid van de voorziening. Herziening van de week en weekend bestaffing Bij de uittekening van de afdelingsvisie met daarbij de bespreking van het behandelprogramma werd het vraagstuk van de optimale bestaffing besproken. Immers een behandelaanbod valt en staat met de aanwezigheid van voldoende deskundig en gekwalificeerd personeel. Doorheen de besprekingen werd er dan ook werk gemaakt omtrent het bepalen van minimum en maximale bestaffing. Opzet is om dit bestaffingsgetal jaarlijks te herbekijken waarbij er rekening wordt gehouden met het wettelijk kader, het gewenste kader vanuit behandelperspectief bekeken, het aangeboden behandelprogramma, enz. Naast bovengenoemde actiepunten werd er eveneens ingestapt in een aantal nieuwe of lopende projecten. We verwijzen hiervoor naar hoofdstuk 4 en 5 van dit jaarverslag. 3.3 Personeelsbeleid In 2008 werden gemiddeld 267,56 fulltime-equivalent (FTE) personeelsleden tewerkgesteld. In koppen bedraagt dit 382 personeelsleden. 188,28 FTE werden ingezet binnen het verpleegkundig en paramedisch departement (ziekenhuis en PVT). 149,80 FTE werden tewerkgesteld als verpleegkundige, zorgkundige of logistiek assistent. 54,08 FTE werden ingezet binnen de facilitaire diensten, 13,93 FTE binnen de voedingsdienst, 23,82 FTE binnen de huishoudelijke dienst, 11,58 FTE binnen de technische dienst en 4,75 FTE binnen de wasserij. Het centrum telde 38,48 FTE paramedici, waarvan: 4,60 FTE als psychologen 0,92 FTE als psychologisch assistenten 15,19 FTE als ergotherapeuten 1,2 FTE als bewegingstherapeuten 1,65 FTE als kinesisten 8,22FTE als medewerkers sociale dienst 1,46FTE als pastorale medewerkers 2,5 FTE als diëtisten 1,74 FTE als orthopedagogen 1 FTE als muziektherapeute Binnen de administratie werden 20,19 FTE ingezet. Andere zijn 5 FTE (stafmedewerkers, ).

3.4 Vormingsbeleid Het centrum streeft naar een optimale behandeling en begeleiding van de opgenomen psychiatrische patiënten en bewoners. Om de deskundigheid van de medewerkers continu op peil te houden, meer nog, verder te verhogen, voorziet de organisatie in heel wat vormingsinitiatieven welke zijn samengebundeld binnen een vormingsbeleid. Sinds 2004 is hiervoor een raamkader uitgeschreven dat ook als basis diende voor het leerbeleid in 2008. In totaal werd er in 2008 een vormingsbudget voorzien en uitgegeven van circa 15 000. Dit vormingsbudget werd voor ongeveer 2/3 aangewend om medewerkers te ondersteunen bij het volgen van externe vormingen. Dit omvatte zowel langdurige opleidingen van enkele medewerkers (bijvoorbeeld het volgen van een managementopleiding of een intensieve opleiding leiding geven ) als het ondersteunen van heel wat medewerkers bij het volgen van kortdurende opleidingen. Het overige budget werd gebruikt om de interne vormingen te financieren, het aanschaffen van educatief materiaal, Verder werden er ook heel wat kosteloze vormingen aangeboden voornamelijk door de eigen referentiepersonen binnen de voorziening. Wat de inhoud van de externe vormingen betreft, zien we dat de verschillende behandelteams ook dit jaar gekozen hebben voor themata die aansloten bij de behandeling/begeleiding van hun doelgroep. Thema s als behandeling van depressie, diagnostische scenario s bij intake, dialectische gedragstherapie, zorg voor de geriatrische patiënt, scoorden dan ook hoog. Wat de interne aangeboden vormingen betreft, werd een groot deel van de opleidingstijd gespendeerd aan de volgende opleidingen: het werken vanuit een afdelingsvisie en dit t.b.v. het uitschrijven van deze visie, opvang en begeleiding van medewerkers en dit na een traumatische gebeurtenis, HACCP-normering en de toepassing ervan op de afdelingen, motiverende gespreksvoering, malnutritie, Wat de eigen kosteloze vormingen betreft, werden er heel wat medewerkers verder opgeleid door de eigen referentiepersonen. Zo werden zowel de lesgevers als de nieuwe medewerkers verder geschoold in infomedic, werd de interventieploeg van het cluster Esperanza 0, Esperanza 1 en Providentia opgeleid om te interveniëren bij dreigend destructief gedrag, kregen de medewerkers de kans zich in te schrijven op cursussen brandpreventie en infomedic en werden er vele vormingsuren geïnvesteerd in hefen tiltechnieken. Bij de evaluatie van het vormingsgebeuren blijkt dan ook dat de aangeboden vormingen als positief beoordeeld werden en is er de vraag naar verdere opvolging van het geleerde. We stellen wel vast dat verhoudingsgewijs en dit vooral binnen de eigen interne vormingen er nog iets teveel vormingsuren gaan naar de verplichte vormingen zoals hef- en tiltechnieken, omgaan met agressie, brandpreventie, en dit ten nadele van bijvoorbeeld een aanbod omtrent begeleidingsvaardigheden in het omgaan met bepaalde psychopathologieën. Ondanks ons streven om in 2008 dit enigszins te veranderen, zijn we hier nog onvoldoende in geslaagd. In 2009 wensen we dan ook hier een verdere bijsturing rond te doen. Vanuit het beleid werd daarom binnen het strategisch beleidsplan al een aantal doelstellingen/streefwaarden ingeschreven binnen de Balanced Score Card. Tevens werd begin 2008 een dossier ingediend en goedgekeurd door het Sociaal Fonds voor de Privéziekenhuizen om aan een grote groep medewerkers vorming/coaching te voorzien in het begeleiden van de hun toegewezen doelgroep. In het naja ar 2008 werden dan ook de nodige afspraken gemaakt omtrent de uitvoering van deze vorming. Zo zullen de psychologen vooral deze vorming coördineren. In 2009 verwachten we dan ook dat op de verschillende ziekenhuis- en PVT-afdelingen deze vorming wordt uitgevoerd en de medewerkers niet alleen meer kennis hebben van bepaalde psychopathologie die zich op hun afdeling voordoet maar ook specifieke begeleidingsvaardigheden kunnen verwerven in het omgaan met deze doelgroep. We kijken alvast hoopvol uit naar dit intense coachingsproces. 19

Daarnaast zullen er ook initiatieven genomen worden om de transfer van het geleerde naar de praktijk te bevorderen. Hiertoe zal het leerbeleid binnen het departement patiëntenzorg verder bijgestuurd en uitgewerkt worden. Waar in 2008 de verschillende stuurgroepleden gevormd werden in het neerschrijven van hun afdelingsvisie en afdelingsbeleidsplan, zal er in 2009 ook aanvang genomen worden met het uitschrijven van en werken met vormingsbeleidsplannen per afdeling. Opzet is om het vormingsbeleidsplan heel sterk te laten aansluiten bij het vooropgestelde afdelingsbeleidsplan. Evaluatie hiervan voorzien we tijdens de jaarlijkse ontmoeting tussen de directie en de stuurgroepleden en dit in het najaar 2009, begin 2010. 3.5 Pastoraal en ethisch beleid 3.5.1 Pastoraal beleid: opening nieuwe stille ruimte Sinds 12 oktober 2008 is de kloosterkapel niet meer in gebruik. Na het vertrek van de zusters Maricolen en het sluiten van het klooster, is met de sluiting van de kloosterkapel opnieuw een hoofdstuk omgeslagen in het rijke geschiedenisboek van ons psychiatrisch centrum. De kloosterkapel stond zeker al in 1885 op de huidige plaats en werd in 1913 grondig verbouwd, met als resultaat de bestaande kapel. Nu de kloosterkapel definitief werd gesloten, werd een nieuwe kapel/stille ruimte ingericht op de benedenverdieping van de afdeling Providentia. Het is een stemmige, intieme ruimte met plaats voor maximum 40 personen. De ruimte is ingericht met een altaar, tabernakel, lezenaar, kruisbeeld en twee bijbelse schilderijen over de verzoening. De zachte kant van het professionele zorgbedrijf In een tijd waarin de zorg steeds meer vermarkt wordt, is stevig management - de zakelijke, harde kant van de organisatie hoogst noodzakelijk om de missie van het psychiatrisch centrum waar te kunnen maken. Het succes van ons centrum wordt evenzeer bepaald door de zachte kant, namelijk door de motivatie van de zorgverleners om op betrokken en professionele wijze zorg te dragen voor de kwetsbare medemens. Dit heeft te maken met bezieling, met spirit, met spiritualiteit. In de context van geprofessionaliseerde zorg behoren een traditioneel element als roeping of een oud begrip als caritas niet meer tot het moderne zorgdiscours. Toch is de intrinsieke betrokkenheid essentieel voor de diverse zorgverleners, al wordt in de dagelijkse arbeid die spirit in het werk nauwelijks nog gethematiseerd. Ook de erkenning van die betrokkenheid is essentieel: de passie voor het zorgberoep dreigt te verdorren en te verzakelijken wanneer er geen ruimte, geen taal, geen gelegenheid meer is om de compassie te thematiseren. Het is binnen dit discours dat reflectie over de betekenis van de kapel voor het centrum plaats vindt. Wat de harde kant van de zorgorganisatie betreft, valt er immers totaal geen economisch voordeel te behalen uit de bekostiging van een kapel. Een kapel of stille ruimte is niet nuttig en dient tot niks. Maar dat het centrum er toch voor kiest om hiervoor kostbare ruimte en middelen te investeren, is een belangrijk statement. Het is een aanbod, een initiatief van een organisatie die met volle kracht optimale zorg wil verlenen en daarbij ook de zogenaamde zachte kant van zorg essentieel vindt. De kapel als verwijzing en vrijplaats De kapel is als het ware de ruimtelijke verwijzing naar en woordenloze taal voor datgene waar het dit centrum en al haar medewerkers uiteindelijk om begonnen is en nog steeds om gaat: vanuit innerlijke bewogenheid zorg bieden aan de kwetsbare medemens. Dit vormt de grondslag van het centrum, dit is het gemeenschappelijk project, hoe divers ieders taken en verantwoordelijkheden ook zijn om deze missie concreet te maken. Binnen het psychiatrisch centrum is de kapel dan een

bijzondere ruimte die te denken geeft, die herinnert aan en verwijst naar het gezamenlijke ideaal. Door de aanwezigheid van de kapel geeft het centrum een belangrijk signaal aan patiënten, bewoners en hun naasten, aan bezoekers en aan haar medewerkers: betrokkenheid, beleving en zingeving van zowel zorgvragers als zorgverleners hebben een eigen onvervangbare waarde naast verpleging, verzorging, begeleiding, facilitaire dienstverlening, Het is voor patiënten, bewoners, familieleden en bezoekers goed te weten dat er ook letterlijk ruimte is voor geestelijk welzijn en spirituele beleving. Theologisch gezien is een kapel voor de gelovigen een bijzonder teken, een blijvende verwijzing naar God die wel onzichtbaar blijft voor hun ogen, maar die zij in geloof midden onder hen aanwezig weten. Het is Gods huis te midden van de mensen. Naast materiële verwijzing naar immateriële waarden is de kapel ook een vrijplaats, een ruimte om te zijn. Patiënten en bewoners lopen er binnen als zij in het hoofdgebouw zijn, of zij zoeken expliciet de stilte en de geborgenheid van deze ruimte op. Ze bidden er om kracht en troost, ze vinden er ruimte om te wachten, te denken, te hopen. Naast gebedsdiensten en bezinningen vindt er bovendien elke dag een eucharistieviering plaats waaraan de patiënten en bewoners kunnen deelnemen. De medewerker vindt er een toevlucht voor een moment van reflectie en rust. Beleidsplan pastorale dienst De bovenstaande thema s van verwijzing en vrijplaats sluiten nauw aan bij de thema s van het nieuwe pastorale beleidsplan, vorig jaar opgesteld door de pastores, in overleg met de pastorale werk- en stuurgroep. Het uitgangspunt van dit beleidsplan is de bevestiging van het huidige profiel van de pastorale dienst gekoppeld aan een sterke christelijke identiteit, een uitgesproken vrijplaatspositie en een selectieve structurele niet inhoudelijke integratie. Patiëntgericht pastoraat blijft een prioriteit van het pastorale zorgaanbod. Hiertoe zal het huidige aanbod op individueel en op groepsniveau gehandhaafd en eventueel waar dit kan uitgebreid worden. Er zal maximaal geïnvesteerd worden in de aanwezigheid van de pastores zowel formeel als informeel op de afdelingen. Het plan gaat ook dieper in op het pastoraat van de ontmoeting, waarin het gesprek fungeert als vrije ruimte waarbinnen de pastor een spiegel vormt waartegenover de patiënt zich bewust kan worden van zijn/haar persoonlijke overtuiging en/of geloofsbeleving. Vanuit het perspectief van de pastorale dienst is deze vrije ruimte bovendien een plaats van Godsontmoeting, een plaats waar God de mens in al zijn kwetsbaarheid barmhartig tegemoet treedt. Dit wordt meer en meer de core-business van de pastorale dienst. De kunstwerken De in de nieuwe kapel geïntegreerde kunstwerken kunnen helpen om rust te vinden en tot contemplatie te komen. De twee bijbelse schilderijen zijn al een tijdje in het bezit van het centrum, maar hebben nu hun definitieve plaats gevonden. Ze werden geschilderd door Armand Demeulemeester ( Ronse 2002), één van de belangrijkste Vlaamse religieuze kunstenaars van de laatste decennia. Ze heten beiden de Verzoening en illustreren twee verhalen uit het Oude Testament. Het tabernakel en de kruisgroep zijn kunstwerken van de Leuvense beeldhouwer Willy Peeters. Op de drie zichtbare delen van het tabernakel staan verschillende bronzen afbeeldingen. Het bronzen kruisbeeld met een compositie van drie neerzakkende figuren onder de gekruisigde Christus is gebaseerd op een tekening uit het recente boek Kleine Kruisweg met Thérèse (Iny Driessen en Willy Peeters, uitgeverij Carmelitana, 2008). Een nieuw altaar en een lezenaar met bijhorende sokkels voor de beelden zijn in hetzelfde materiaal uitgevoerd als de bestaande vaste kastenwand. De nieuwe ruimte is elke dag open voor iedereen die rust en stilte zoekt, die wil bidden of mediteren. Ook wordt er elke dag eucharistie gevierd om 9.30 uur. 21