Boekverslag Nederlands Parken en woestijnen door M. Vasalis Boekverslag door een scholier 2520 woorden 11 mei 2002 6,1 56 keer beoordeeld Auteur Genre M. Vasalis Poëzie Eerste uitgave 1940 Vak Nederlands De gedichten die ik uitgekozen heb zijn: - De dood - De idioot in het bad - Het ezeltje - Tijd - Angst Ik heb deze gedichten gekozen, omdat ik ze het mooiste vind en ik denk dat ik er het meest over kan vertellen. Ik vind het nogal moeilijk om mij te verplaatsen in waarom een ander een gedicht heeft geschreven en meestal als ik er één lees kan ik me er niet echt iets bij voorstellen. De dood Het gedicht vertelt over allemaal manieren om zelfmoord te plegen, maar niet zo negatief als je zou verwachten, misschien is het gedicht wel een beetje sarcastisch bedoelt, omdat Vasalis het niet zo wil doen. Vasalis laat je een andere kant zien, hoe je tegen zelfmoord aan kan kijken. Maar dit hoeft dan niet persé de goede kant te zijn. Je hebt in dit gedicht een personaal ik- perspectief, de ik- figuur is naar alle waarschijnlijkheid Vasalis. Er wordt bijvoorbeeld gezegd: ik zie hem aan, een kind. Waaruit je kan afleiden dat het een ik- perspectief is. De Dood, dat staat steeds op een nieuwe regel, en komt in elk stukje weer voor, zo legt Vasalis er de nadruk op, maar ook het woordje sterven, staat op een nieuwe regel, waardoor je een soort nadruk krijgt. Pagina 1 van 8
Titelverklaring : De dood, waar het om draait in dit gedicht, wijst de ik- persoon op allerlei verschillende manieren om zelfmoord te plegen. Daarom is het een hele logisch titel. Beeldspraak: Een klein portretje, zou wel eens een foto van een vriendin, of een andere belangrijk persoon in het leven van de ik- figuur kunnen zijn. De dood wordt afgebeeld als een persoon, maar eigenlijk is het gewoon een gedachtegang, die allemaal manieren geeft om te sterven. Het gedicht bestaat uit drie delen, maar er zit niet echt een volgorden in met hoe lang een deel is. Behalve dan dat het eerste en tweede beide vijf regels heeft, het derde heeft er zeven. Verder is de lengte van de regels steeds verschillend. Het rijm is bij elk stukje anders, in het eerste stukje rijmen alleen regel twee en vier, in het tweede, één en vier, twee en drie en in het laatste, regel één en zes, drie en vier. Dat is dus best wel verwarrend. Het gedicht is niet echt negatief, maar ook niet echt positief over de dood, het is gewoon een gedachtegang van iemand, die er niet echt heel serieus mee bezig is. De idioot in het bad Het gedicht was erg zielig, omdat het over een geestesziek persoon gaat, hij voelt zich heel veilig in het bad, als een klein kind. Hij is erg blij als hij er in mag, maar wil daar altijd blijven. Heeft er plezier, voelt zich anders dan normaal. Maar dan moet hij weer de werkelijkheid in en dat laat hem dan ook niet onbewogen. De gevoelens van de geestesziek zijn erg mooi weer gegeven en ik kan me erg in leven in diens gevoelens. Gewone mensen willen zich ook maar al te graag aan de werkelijkheid onttrekken, niet overal aan hoeven te denken. Daarom vind ik het een mooi gedicht. Wat er eigenlijk in het gedicht staat is dat de idioot elke week weer opnieuw wordt geboren, dan leeft hij heeft in een droom, de droom van het veilige leven. Maar wordt er weer aan onttrokken en moet de harde werkelijkheid weer in, waar hij zich niet veilig voelt. Het is een personaal hij- perspectief, je krijgt zonder dat je de gedachten van de geesteszieke weet toch inzicht in diens gevoelens, doordat zijn doen en laten wordt beschreven. Je kan zien dat het een hij- Pagina 2 van 8
perspectief is doordat er bijvoorbeeld zinnen in staan als: en elke week wordt hij opnieuw geboren. Dravend, lelijk, droom, ongeboren, stijve, harde kleren. Deze woorden geven aan hoe graag de idioot het bad in wil, dat hij niet in de harde werkelijkheid wil leven, maar in een droom. Dat hij bij wijze van spreke lelijker zou zijn, als hij buiten het bad is. Lelijk, omdat hij bezorgd is en dat hij onbezorgd is als hij zich in het water veilig voelt. En zijn kleren geven weer de stijve, harde werkelijkheid aan, die hij eigenlijk niet mee wil maken. Het gedicht gaat over een idioot in het bad, daarom heet het ook zo. Elke week opnieuw zal de idioot in bad gaan. Beeldspraak: Als de idioot in bad zit voelt hij zich als een baby in moeders buik, veilig en onttrokken aan de werkelijkheid. Dit wordt gezegd in: hij is in dit groen water nog als ongeboren, en in: en elke week wordt hij opnieuw geboren en wreed gescheiden van het veilig water- leven. Het lessen van zijn eerste dorst kan je opvatten als zijn verlangen tevreden stellen. De harde, stijve kleren, als de harde werkelijkheid, maar ook als dat de idioot nu niet meer zo bewegelijk is in het bad. De voeten worden vergeleken met bleke bloemen en de benen worden met berkenstammen vergeleken. Het bad is symbolisch voor de baarmoeder en het water voor het vruchtwater in de baarmoeder. Er zijn steeds vier zinnen, in totaal zeven stukjes van vier zinnen, steeds bijna van gelijke lengte. Maar verder is er niet een bepaalde vorm aan het gedicht gegeven om deze een speciale uitstraling te geven. Er is als volgt gerijmd: abab, abab, abba, abab, abab, abab, abab. Dus er is maar bij een keer een verschil in rijm. Het gedicht is heel mooi geschreven en ik kan me goed inleven in de gevoelens van de idioot, hij verlangt naar zijn bad, zoals ik soms naar het weekend verlang of naar iets anders ter ontspanning. Hij is bang om zichzelf te verliezen als hij niet in het bad blijft en stribbelt tegen, dat is gewoon heel begrijpelijk. De rijm is ook heel mooi, omdat het eenvoudig is gebleven, meestal abab en dat maakt het niet erg verwarrend. Het ezeltje Pagina 3 van 8
Het gaat over de vergelijking van de ik- figuur met een ezeltje, wat onbezorgd is. De ik- figuur wil ook weer onbezorgd zijn en kijkt dus vol bewondering naar de ezel. Die daar zomaar opeens is. Het gedicht heeft een personaal ik- perspectief, dit weet je doordat er zinnen in staan als: deed ik een kleine wandeling en o kon ik dat nog ééns herwinnen, kon ik nog ééns opnieuw beginnen. In het gedicht schrijft de ik- figuur zijn gedachten uit. Rood, gebarsten- droog, onpartijdig, verwondering, eerbied, herinnering, herwinnen, omdat dit de belangrijkste woorden zijn in het gedicht. Ze duiden de omgeving aan, de gevoelens van de ezel en vooral de gevoelens van de ik- figuur. Die persoon die weer zo wil zijn als vroeger. Die titel is eigenlijk heel simpel, de ik- figuur komt een ezeltje tegen, waarin diegene zichzelf herkent, de persoon schrijft zijn verlangen naar het verleden op. Dit kwam door het ezeltje. Daarom heet het gedicht zo. Beeldspraak: Wat misschien een beetje beeldspraak zou kunnen zijn is: ambren ogen blonken, dit duidt op de bruine kleur van de ogen van de ezel, maar verder zit er geen beeldspraak in. De ezel is eigenlijk het verleden van de ik- figuur, een herkenning van zichzelf. Het gedicht is niet onder verdeeld in coupletten, het is aan één stuk doorgeschreven. Ook is de lengte van de regels onregelmatig. Het rijm is als volgt: a a b b c c d e e d f f g g h i i h h i j j k k soms rijmen er drie zinnen op elkaar, maar meestal twee, die twee zinnen staan niet altijd gelijk achter elkaar, maar vaak wel. Ik vind het gedicht een mooi gedicht, omdat ik me er wel in kan vinden, ik zou ook wel weer onbezorgd willen zijn, zo af en toe. Verder is het mooi beschreven, de ezel, de omgeving en de gevoelens in het gedicht. Tijd Pagina 4 van 8
De ik- figuur droomde dat ze langzamer leefde dan een steen, ze ziet dan alles bewegen, ook dingen die je normaal niet zou zien bewegen, zoals bomen die groeien. Het gedicht brengt je goed in de werkelijkheid, want je ziet meestal niet hoe mooi de dingen om je heen zijn en hoe alles verandert. Daar wil ze je op wijzen. Het gedicht heeft een personaal ik- perspectief. Dat zie je aan: ik droomde, dat ik langzaam leefde... Je komt de gevoelens en gedachten van de ik- figuur te weten. Langzaam leefde, vlogen, haastig, wanhoop, welsprekendheid en ademloze. Omdat de ik- figuur het eerst over langzaam leven heeft, dan zie je, als je langzaam leeft, dat alles om je heen heel snel gaat. Maar mensen nemen als die dingen maar voor lief, het is dus een ademloze strijd voor die dingen. De titel van het gedicht is tijd, omdat de tijd om je heen heel snel gaat, maar de meeste mensen hebben dat niet door, als je heel langzaam leeft dan zie je pas hoe snel alles gaat. Beeldspaak: Wat beeldspraak zou kunnen zijn is de zin: vlammen en doven: flakkrend vuur, wat dan staat voor dat er steeds weer een nieuwe dag komt. Ademloze is eigenlijk levenloze, maar dat is niet zo n heel groot verschil. Het gedicht staat eigenlijk symbolisch voor dat niemand eigenlijk door heeft hoe snel je leven wel niet gaat. De ik- figuur wil je daaraan herinneren. Het gedicht is aan één stuk door geschreven en de lengte van de regels is ook steeds anders. Het rijm gaat als volgt: a b b a c d d e e c f f g g h i i h j h j, het is dus heel onregelmatig en het is maar één keer zo dat er drie zinnen op elkaar rijmen. Het is wel een mooi gedicht, omdat er een boodschap in zit, geniet van je leven, want het is maar kort. Verder denk ik dat er best wel lang over het gedicht nagedacht is, omdat het best wel moeilijk is om je in die situatie in te leven. Angst Pagina 5 van 8
Het gaat over allerlei angsten die je kan hebben, maar het ergste wordt gevonden, dat je alleen achter blijft, dat je niets meer voor iemand anders betekent. Niemand die meer aan je denkt, maar ik denk dat, dat voor heel veel mensen een hele grote angst is. Het gedicht heeft een personaal ik- perspectief, dit kan je zien aan zinnen als: ik ben voor bijna alles bang geweest en er is één ding gekomen, dat ik boven alles vrees, je leest de gedachtes van de ik- figuur. Vertrouw, vrees, nuchtere, ontluisterd, omdat dit gevoelens zijn waar bij angst vaak sprake van is en dan worden deze ontbroken door het dienstmeisje en het licht waarmee ze de kamer in komt. Dit is heel erg duidelijk, het gaat over angsten die nog wel te overwinnen zijn, maar wat ze het meeste vreest is dat ze door niemand herinnerd wordt. Beeldspaak: Ze bedoelt met haar mevrouw eigenlijk haar dienstmeisje. De brief staat symbolisch voor het alleen zijn van de ik- figuur, de herinnering aan het alleen zijn. Het stuk is in één keer achterelkaar door geschreven, met zinnen van verschillende lengtes. Het rijm is regel 1 met 4, 2 met 3, 11 en 12, 6 met 10 en 13, maar verder zit er niet erg veel regelmaat in het rijm. Ik vind het wel een mooi gedicht, omdat het wel waar is dat mensen bang zijn, dat ze er voor niemand meer toe doen. Het onderwerp: De onderwerp van de gedichten zijn allemaal verschillend, namelijk: - De dood - De idioot in het bad - Het ezeltje - Tijd - Angst Pagina 6 van 8
De hoofdgedachte: Bij het gedicht over de dood is de hoofdgedachte dat er wordt gewezen op allerlei verschillende manieren om dood te gaan. Bij de idioot in het bad gaat het over een geesteszieke die steeds weer wordt onttrokken aan het veilig- water- leven. Bij het ezeltje gaat het over het herkennen van hoe de ik- figuur vroeger was in een ezel. In tijd gaat het over dat mensen de kleine dingen, die je niet snel opmerkt niet waardeert en bij angst gaat het over een persoon die bang is om vergeten te worden. Het woordgebruik: Het woordgebruik is in alle gedichten wel normaal, begrijpelijk voor iedereen. Er staan geen moeilijke woorden in de gedichten Beeldspraak: Soms is er heel veel beeldspraak gebruik, bij de idioot in het bad, maar het is altijd wel duidelijk waar het eigenlijk op slaat. Soms is het alleen wat moeilijk te achterhalen of het echt beeldspraak is of niet. Stijlfiguren: Tegenstelling: bij de dood is er een tegenstelling in het laatste couplet, tegenover de twee voorgaande, omdat de dood de ik- figuur eerst wees op allerlei manieren om zelfmoord te plegen, maar daarna geeft de dood hem een portretje, en zegt: Voor als je eens niet meer zou willen. Bij de idioot in het bad is er een tegenstelling in dat de idioot eerst zorgelijk was en daarna leeg en mooi. Als de idioot dan weer uit het bad wordt gehaald is hij verdrietig. Het ezeltje heeft als tegenstelling dat eerst het ezeltje helemaal wordt beschreven en daarna wordt deze beschrijving naar de ik- figuur getrokken. In tijd is de tegenstelling dat de tijd eerst langzaam gaat en dat je dan allemaal nieuwe dingen ontdekt, maar als de tijd dan weer gewoon loopt zal je meer op de kleine dingen gaan letten. Bij angst worden er eerst een paar angsten genoemd die de ik- figuur wel vertrouwt, maar daarna wordt er één genoemd die niet wordt vertrouwd. Herhaling: bij de dood wordt er drie keer de dood genoemd Bij de idioot in het bad wordt twee keer de idioot genoemd In het ezeltje, tijd en angst is er geen herhaling. Overdrijving: er is in geen van de gedichten echt sprake van overdrijving. Climax: de climax van alle gedichten zit aan het einde. Opsomming: alleen bij de dood is er sprake van een opsomming. De gedichten die ik heb uitgekozen vind ik heel mooi en diepgaand, maar ook weer niet te. Er wordt over begrijpelijke dingen geschreven. De andere gedichten vond ik minder mooi en saai. De gedichten die ik Pagina 7 van 8
heb uitgekozen bevatten onderwerpen waar je niet snel aan denkt om over te schrijven. Je kijkt dan door de ogen van iemand anders naar iets en ziet zo een hele andere kant dan je gewend bent, je kan er dus veel van leren. Bijvoorbeeld bij het gedicht over de tijd kan je anders tegen de dingen aan gaan kijken die je normaal gesproken heel normaal vindt. Verder vond ik het gedicht over de drank erg moeilijk, ik kon er niet echt uit opmaken hoe ik dat gedicht moest interpreteren. Ik denk dat de gedichtenbundel parken & woestijnen heet, omdat er een grote verscheidenheid in onderwerpen in staat, net als tussen parken en woestijnen. Parken zijn geschapen door de mens en woestijnen ontstaan in de natuur. Informatie over de dichteres: M. Vasalis heet eigenlijk Margaretha Droogleever Fortuyn- Leenmans, Vasalis heeft medicijnen gestudeerd en werd uiteindelijk psychiater. In haar gedichten zijn de natuur en gevoelens vaak nauw betrokken met elkaar. Ze heeft onder andere geschreven: De vogel Phoenix (poëzie), Vergezichten en gezichten (poëzie), De muze en de dieren (bloemlezing), De dichter en de zee (bloemlezing) en Kunstenaar en verzet(essay). Pagina 8 van 8