e. Er dient geen voorafgaand bloedonderzoek voor Leucose te gebeuren.



Vergelijkbare documenten
AGRIBEX 2013 Conditions sanitaires Sanitaire voorwaarden Version/versie 25/09/2013

Sanitaire voorwaarden «Agriflanders»

AGRIBEX 2017 Conditions sanitaires

Inschrijvingsformulier B.D.A.V. prijskamp

Sanitaire voorwaarden Agriflanders 2015

LOIS, DECRETS, ORDONNANCES ET REGLEMENTS WETTEN, DECRETEN, ORDONNANTIES EN VERORDENINGEN

REGLEMENT CHAMPIONNATS DE BELGIQUE C 500 REGLEMENT BELGISCHE KAMPIOENSCHAPPEN

Omzendbrief met betrekking tot de grensbeweiding met Frankrijk.

38 heures pour les entreprises qui occupent moins que 50 travailleurs;

Wedstrijdreglement Hug the Trooper

ERRATUM ERRATUM. tijdelijk, hetzij na ontslag om andere. Commission paritaire de la transformation du papier et du carton n 136

FEDERALE OVERHEIDSDIENST MOBILITEIT EN VERVOER SERVICE PUBLIC FEDERAL MOBILITE ET TRANSPORTS

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1953 No. 14 Overgelegd aan de Staten-Generaal door de Minister van Buitenlandse Zaken

49862 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

Omzendbrief met betrekking tot de grensbeweiding met Frankrijk.

Caractéristiques de la voiture / Eigenschappen van de wagen :

FAVV -AFSCA AC- Kruidtuin - FSC Kruidtuinlaan Brussel / Bruxelles. Verslag van infosessie bestek FAVV_DGLABO_CPM_2016 (29/06/2015)

Barema's op 01/09/2008 Barèmes au 01/09/2008

Omzendbrief met betrekking tot de grensbeweiding met Nederland en met het Groothertogdom Luxemburg.

CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS BELGISCHE KAMER VAN

LA COLOMBE JOYEUSE REGLEMENTEN KAMPIOENSCHAPPEN

CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS BELGISCHE KAMER VAN. relative à l enregistrement abusif des noms de domaine

MESURES D APPLICATION DANS LA ZONE DE SURVEILLANCE RUMES - BRUNEHAUT MAATREGELEN VAN TOEPASSING IN HET TOEZICHTSGEBIED RUMES - BRUNEHAUT

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

Convention collective de travail du 3 mars Champ d'application CHAPITRE II. Avantages sociaux

BELGISCHE KAMER VAN CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS. over een betere tegemoetkoming voor de orthodontische zorg

Marokko, eendagskuikens van kippen/kalkoenen (PLUUV-24) 20 juni 2016 Versie: 1.0.4

Omzendbrief met betrekking tot de grensbeweiding met Frankrijk.

Collectieve arbeidsovereenkomst van 27 juni 2011 Convention collective de travail du 27 juin 2011

BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE

CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS BELGISCHE KAMER VAN. met betrekking tot het Belgische ontwikkelingsbeleid. relatif à la politique belge de développement

oktober 2013 Veterinair certificaat voor de uitvoer van fokrunderen afkomstig uit België naar Marokko

Document préparé par Marie Spaey, en collaboration avec Pauline de Wouters. Novembre 2009.

42250 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

Rashondenproblematiek

CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS BELGISCHE KAMER VAN

Actiereglement voor de OSRAM LEDspecial

MESURES A RESPECTER POUR LES EXPLOITATIONS SITUEES DANS UNE ZONE DE RESTRICTIONS POUR L ABATTAGE DE VOLAILLES

BELGISCHE REDDINGS FEDERATIE FÉDÉRATION BELGE DE SAUVETAGE AQUATIQUE

BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE

CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS BELGISCHE KAMER VAN

oktober 2013 Veterinair certificaat voor de uitvoer naar Marokko van runderen bestemd voor de vetmesting afkomstig uit België

22490 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

Wedstrijdreglement Kinepolis 02/11/ /01/2016

Provinciale dienst van:... Datum:... Verantwoordelijke Controleur:... Nr:... Operator :... N uniek... Adres :... C NC Punten NA. 1.

BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE

NAR Nationale Arbeidsraad

ERRATUM ERRATUM PARITAIR COMITE VOOR DE LANDBOUW COMMISSION PARITAIRE DE. CAO nr van CCT du

Koninklijke Kynologische Unie Sint-Hubertus Union Royale Cynologique Saint-Hubert Sectie 4D. / Section 4D.

15 * 7,5 * Multi. Remboursement Terugbetaling. Hapto. La Moulinette. Moulinette. Du/van au/tot

19612 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

De moderne stad. New York. Curitiba (Braz.) creëert ruimte voor de mens. Bologna. Toronto (Can.)

BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE

M. NR N. i Convention collective de travail du 13 juin Paritair Comité voor het vervoer. Commission paritaire du transport

TE VOLGEN WERKWIJZE VOOR DE AFVOER VAN BROEDEIEREN VANAF BEDRIJVEN GELEGEN IN EEN BEPERKINGSGEBIED NAAR DE BROEIERIJEN

57936 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

IZ -OS Bijlage Annexe. Commission paritaire pour les employés des métaux non ferreux

Versie Naviga Reglement Klasse. Règlement Naviga Classe

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

BELGISCHE KAMER VAN CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS

Ziekte van Newcastle Maatregelen van kracht in België (KB van 28 november 1994, MB van 1 augustus 2018 en MB van 29 augustus 2018)

1. Information demandée antérieure au 01/01/85 - Gevraagde inlichting daterend van vóór 01/01/85

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

39150 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE

MAATREGELEN TE VOLGEN DOOR DE BEDRIJVEN GELEGEN IN DE TOEZICHTSGEBIEDEN EN DE TIJDELIJKE BUFFERZONES VOOR HET SLACHTEN VAN PLUIMVEE

Wie zijn wij? Qui sommes-nous?

III. L adjectif. III. L adjectif. 1. Accord de l adjectif 1.1 L adjectif prend s 1.2 L adjectif + E 1.3 L adjectif substantivé

COMMISSION PARITAIRE POUR LES EMPLOYES DU COMMERCE DE DETAIL CONVENTION COLLECTIVE DE TRAVAIL DU RELATIVE A LA DUREE DU TRAVAIL

CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS BELGISCHE KAMER VAN

39370 MONITEUR BELGE Ed. 2 BELGISCH STAATSBLAD

0 ^t *1 D NR. Paritair Comité voor de bewakingsdiensten. Commission paritaire pour les services de garde

RÈGLEMENT. Challenge Trail de la Forêt de la Semois et de la Houille ARTICLE 1

Gearchiveerd op 01/01/2017

Installatie van versie 2.2 van Atoum

ROERENDE VOORHEFFING. geïnd bij wijze van afhouding op zekere inkomsten van roerende kapitalen. ATTEST

MONITEUR BELGE Ed. 2 BELGISCH STAATSBLAD. Par le Roi : Le Ministre des Affaires sociales et de la Santé publique, R.

komen uit een beslag dat (beslagen die) officieel brucellosevrij is (zijn), en [II [II Deze optie aanvinken. II [II

Paritair Comité voor de audiovisuele sector - Collectieve arbeidsovereenkomst van 15 december 2006 met betrekking tôt de eindejaarspremie.

e-procurement 04/02 (FR) 11/02 (NL) 18/03 (NL) FORMATION / OPLEIDING 9:00 à/tot 12:30 En collaboration avec / in samewerking met:

Over dit boek. Richtlijnen voor gebruik

CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS BELGISCHE KAMER VAN. relative à la médiation en matière de divorce. betreffende de echtscheidingsbemiddeling DE BELGIQUE

DEPLACEMENT DE PORCS PROVENANT D UNE ZONE INFECTEE A DESTINATION D UN ABATTOIR VERVOER VAN VARKENS VANUIT EEN BESMET GEBIED NAAR EEN SLACHTHUIS

WETTEN, DECRETEN, ORDONNANTIES EN VERORDENINGEN LOIS, DECRETS, ORDONNANCES ET REGLEMENTS

Beloften, Junioren en Senioren Nationale selectiecriteria Espoirs, Juniors et Seniors Critères de sélections nationaux 2016

62112 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

BELGISCHE KAMER VAN CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

Par "travailleurs", on entend : le personnel ouvrier et employé, masculin et féminin.

4742 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

cashback Du/Van 1/01/13 au/tot 28/02/13 Niet cumuleerbaar met andere acties / Offre non cumulable avec d autres actions.

(2) MB van 14 september 2011 (2) AM du 14 septembre 2011

7172 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

Comprendre et se faire comprendre commence par s exprimer en néerlandais

Art. 69bis. Carine Libert Hendrik Vanhees

46434 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

Sous-commission paritaire pour commerce de combustibles de la Flandre. Convention collective de travail du. Duree du travail et organisation.

21 AUGUSTUS AOUT 2008

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

Commission paritaire de l'agriculture. het Paritair Comité voor de landbouw. Convention collective de travail du 04 février 2016

ARBEIDSDUUR EN VERDELING ARBEIDSDUUR

Transcriptie:

1. Algemene voorwaarden a. Op de verzameling zijn alleen dieren toegelaten die in orde zijn met de huidige Europese en Belgische wetgeving. b. Transport: i. Elke vervoerder moet een toelating hebben om een transport van dieren uit te voeren; ii. Elk vervoermiddel moet een vergunning hebben om transporten uit te mogen voeren; iii. Uitgezonderd indien het vervoer van eigen dieren betreft, uitgevoerd met een eigen vervoermiddel: in dit geval is er geen toelating als vervoerder vereist; iv. Elk voertuig moet onmiddellijk na elk vervoer gereinigd en ontsmet worden. 2. Sanitaire voorwaarden voor deelname van runderen a. De runderen moeten correct geïdentificeerd zijn conform het KB van 23/03/2011 tot vaststelling van een identificatie- en registratie- regeling van runderen: i. drager zijn van beide oormerken; ii. vergezeld zijn van het volledige, niet- gevalideerde identificatiedocument (het sanitair vignet dus niet kleven). b. De runderen moeten afkomstig zijn van een beslag met de hoogste sanitaire status voor Brucellose, Leucose en Tuberculose (zijnde respectievelijk: B4; L3 en T3) en er mag geen verbod of beperking gelden voor het beslag of voor een zone waarin het beslag zich bevindt. c. De deelnemende runderen verblijven reeds tenminste 30 dagen, voorafgaand aan de datum van deelneming aan de verzameling, op het deelnemende beslag. d. Wanneer runderen uit derde landen op een bedrijf zijn binnengebracht, dan kan geen enkel dier van dit bedrijf gedurende dertig dagen volgend op deze introductie deelnemen aan de verzameling. e. Er dient geen voorafgaand bloedonderzoek voor Leucose te gebeuren. f. Het dier dient een tuberculinatie te ondergaan in de 30 dagen die voorafgaan aan de verzameling en negatief te reageren op deze test.

g. Er dient voorafgaand een bloedonderzoek voor brucellose te gebeuren van alle deelnemende dieren ouder dan 12 maand en dit tot maximum 5 weken voor de datum van het begin van de verzameling. h. Met betrekking tot het IBR-statuut mogen enkel runderen afkomstig van een beslag met een I3- of I4-statuut deelnemen aan de verzameling. i. I3- runderen: mogen op elk type verzameling van I3- en I4- runderen verzameld worden onder volgende voorwaarden: 1. De bedrijfsdierenarts dient een bloedstaal te nemen in de 60 dagen voor de verzameling; 2. De bloedstalen dienen binnen maximum 8 dagen volgend op de afname toe te komen in één van de erkende laboratoria; 3. Deze stalen dienen te worden bewaard in ideale omstandigheden zoals vastgelegd door het erkende laboratorium dat de analyse uitvoert; 4. Het erkende laboratorium voert op vraag van de bedrijfsdierenarts ofwel een ELISA uit voor de detectie van antilichamen gericht tegen het gp B ofwel een ELISA voor de detectie van antilichamen gericht tegen het gp E; 5. Alleen runderen met een negatieve reactie op een ELISA voor de detectie van antilichamen gericht tegen het glycoproteine E of op een ELISA voor de detectie van antilichamen gericht tegen het glycoproteine B mogen deelnemen aan de verzameling. ii. I4- runderen: mogen op elk type verzameling van I3- en I4- runderen verzameld worden onder volgende voorwaarden: 1. De bedrijfsdierenarts dient een bloedstaal te nemen in de 60 dagen voor de verzameling; 2. De bloedstalen dienen binnen maximum 8 dagen volgend op de afname toe te komen in één van de erkende laboratoria; 3. Deze stalen dienen te worden bewaard in ideale omstandigheden zoals vastgelegd door het erkende laboratorium dat de analyse uitvoert; 4. Het erkende laboratorium voert een ELISA uit voor de detectie van antilichamen gericht tegen het gp B; 5. Alleen runderen met een negatieve reactie op de test mogen deelnemen aan de verzameling.

i. B.V.D. : VERPLICHT voor ELK rund! i. een resultaat voorleggen bij individueel serologisch onderzoek waaruit blijkt dat het rund negatief heeft gereageerd op de BVD-Ag ELISA, indien het dier op het moment van de bemonstering ouder was dan 6 maanden of een negatieve PCR ongeacht de leeftijd op het moment van de bemonstering. Dit onderzoek dient uitgevoerd te worden binnen de 30 dagen voor de verzameling indien er voorafgaandelijk geen dergelijk onderzoek werd uitgevoerd. Rund > 6 maand : test ELISA of PCR Rund 6 maand : test PCR

3. Sanitaire voorwaarden voor deelname van varkens a. Herkomstbeslag i. Het beslag moet beschikken over: 1. een toelating 9.1.; 2. een A4- statuut (Aujeszky); 3. een R00 statuut. ii. Er mag geen verbod of beperking gelden voor het beslag of voor een zone waarin het beslag zich bevindt; iii. Er moet voldaan zijn aan de 4-maandelijkse bedrijfsbezoeken (correct epidemiologisch onderzoek); iv. Geen aanvoer van varkens in de 4 weken voorafgaand aan de deelname aan de verzameling; v. De bedrijfsdierenarts dient een klinisch onderzoek uit te voeren ten hoogste 24u voor vertrek van de varkens naar de verzameling. Hij stelt daarbij een getuigschrift op waaruit moet blijken dat de varkens geen tekenen van een besmettelijke ziekte vertonen. b. Deelnemende varkens i. De deelnemende varkens moeten geïdentificeerd zijn conform het KB van 01/07/2014 betreffende de identificatie van varkens: drager zijn van een officieel oormerk; ii. Ze moeten ouder zijn dan 4 maanden maar niet ouder dan 30 maanden. Uitgezonderd indien het om tentoonstellingen gaat waar varkens van alle leeftijden mogen aan deelnemen maar die dan als eindbestemming het slachthuis hebben of er wordt één zeug toegelaten met biggen indien deze gescheiden zijn van de andere varkens en de biggen door de bezoekers niet aangeraakt kunnen worden. iii. De deelnemende varkens moeten binnen de 4 weken voorafgaand aan de verzameling serologisch getest worden op klassieke varkenspest, brucellose en Aujeszky en het resultaat moet negatief zijn; iv. De deelnemende varkens moeten tenminste dertig dagen op het beslag aanwezig zijn alvorens ze mogen deelnemen aan een verzameling; v. Wanneer varkens uit derde landen op een bedrijf zijn binnengebracht, dan kan geen enkel dier van dit bedrijf gedurende dertig dagen volgend op deze introductie deelnemen aan de verzameling.

vi. Er is één uitzondering: we aanvaarden de aanwezigheid van één zeug met haar biggen op voorwaarde dat de zeug en de biggen voldoende gescheiden worden van de andere varkens en dat ze allen voldoen aan bovenstaande en volgende voorwaarden c. Aankomst op herkomstbeslag of op nieuw beslag i. De deelnemende varkens moeten minstens 4 weken afgezonderd worden in een isolatiestal die goedgekeurd werd door de PCE; ii. Tijdens deze periode mogen er geen varkens uit de isolatiestal toegevoegd worden aan het beslag; iii. Beren mogen tijdens de isolatieperiode niet natuurlijk dekken en het sperma mag ook niet gebruikt worden voor inseminatie van zeugen. d. Extra voorwaarden wat betreft de organisatie van een verzameling van varkens i. De begeleiders van de dieren, de keurders en andere personen die in contact komen met de varkens mogen in de 48 uren voor de verzameling geen contact gehad hebben met wilde everzwijnen; ii. Direct contact tussen de toeschouwers en de verzamelde varkens is verboden. e. Extra voorwaarden wat betreft het transport van varkens i. Er wordt een laad- en losbon opgemaakt in drie delen: 1. 1 kopie voor de laadplaats (herkomstbeslag) 2. 1 kopie voor de vervoerder 3. 1 kopie voor de losplaats (verzameling); ii. Bij terugkeer naar het herkomstbeslag mag er een stempel van retour op de drie kopijen geplaatst worden. In alle andere gevallen dient er een nieuwe laad- en losbon opgemaakt te worden; iii. Elke partij houdt een kopie van de laad- en losbon bij in het register gedurende 5 jaar; iv. De vervoerder registreert elke laad- en losbon in Sanitel.

4. Sanitaire voorwaarden voor deelname van schapen, geiten en hertachtigen a. De deelnemende schapen, geiten en hertachtigen moeten geïdentificeerd zijn conform de Verordening 21/2004 en het KB van 03/06/2007 betreffende de identificatie en registratie van schapen, geiten en hertachtigen: i. De dieren moeten drager zijn van 2 officiële oormerken. b. Alle schapen moeten afkomstig zijn van beslagen met hetzelfde statuut voor zwoegerziekte. c. Alle geiten moeten afkomstig zijn van beslagen met hetzelfde statuut voor virale caprine artritits en encefalitis. d. Wat betreft klassieke Scrapie heeft de organisator de keuze: - Of hij aanvaardt enkel dieren afkomstig van beslagen die eenzelfde statuut hebben - Of hij aanvaardt dieren afkomstig van beslagen met een verschillende statuten maar dan dient hij te voldoen aan volgende voorwaarden: o de dieren uit beslagen met toegekend scrapiestatuut apart stallen op het terrein, o de dieren uit beslagen met toegekend scrapiestatuut apart showen, o apart voeder en water voorzien, o geen hoogdrachtige of pasgelammerde dieren laten deelnemen, o bovenvernoemde voorwaarden worden opgenomen in het huishoudelijk reglement van de niet-commerciële verzameling, o bij hun aanvraag voor een toelating moeten de organisatoren van nietcommerciële verzamelingen aangeven waar de verschillende groepen gestald zullen worden e. Er mag geen verbod of beperking gelden voor het beslag of voor een zone waarin het beslag zich bevindt. f. Extra voorwaarden met betrekking tot het transport van schapen, geiten en hertachtigen i. Er wordt een verplaatsingsdocument opgemaakt in drie delen: 1. 1 kopie voor de laadplaats (herkomstbeslag) 2. 1 kopie voor de vervoerder 3. 1 kopie voor de losplaats (verzameling); ii. Bij terugkeer naar het herkomstbeslag mag er een stempel van retour op de drie kopijen geplaatst worden. In alle andere gevallen dient er een nieuw verplaatsingsdocument opgemaakt te worden; iii. Elke partij houdt een kopie van het verplaatsingsdocument bij in het register gedurende 5 jaar; iv. De vervoerder registreert elk verplaatsingsdocument in Sanitel.

5. Sanitaire voorwaarden voor deelname van paarden (ook van toepassing voor de jumpings en andere wedstrijden) a. Alle paarden dienen geïdentificeerd te zijn conform de Verordening 504/2008 en het KB van 26/09/2013 betreffende de identificatie en de encodering van paarden in een centrale gegevensbank: i. De paarden moeten gechipt zijn; ii. Ze moeten in het bezit zijn van een conform paspoort; iii. Ze moeten geregistreerd zijn in de centrale databank (een kopie van het mutatiedocument kan dit bevestigen). b. Paarden uit lidstaten die wensen deel te nemen aan Belgische jumpings of andere wedstrijden dienen: i. geïdentificeerd te zijn met een microchip of een alternatieve identificatiemethode goedgekeurd door de lidstaat waar het paard geïdentificeerd werd; ii. in het bezit te zijn van een conform paspoort; iii. vergezeld te zijn van een gezondheidscertificaat uitgezonderd indien ze afkomstig zijn uit Nederland of Groothertogdom Luxemburg (conform het memorandum BENELUX). c. Paarden uit derde landen die wensen deel te nemen aan Belgische jumpings of andere wedstrijden dienen steeds vergezeld te zijn van een gezondheidscertificaat. Het aanwezig of afwezig zijn van een paspoort en/of een identificatiemiddel (zoals een tatoeage of een microchip) is verschillend van land tot land en valt buiten de scope van deze nota. Er moet echter wel een duidelijk verband zijn tussen het dier op het certificaat en het dier aanwezig op de jumping of andere wedstrijd. Indien het certificaat een microchip of een paspoort vermeldt dan dient de microchip of het paspoort aanwezig te zijn. d. Er mag geen verbod of beperking gelden voor het bedrijf of voor een zone waarin het bedrijf zich bevindt. e. Als advies (geen wettelijke bepaling) kan men stellen dat de deelnemende paarden binnen de 4 weken voorafgaand aan de verzameling getest worden op Equine Infectieuze Anemie, Kwade Droes en Dourine en dat de resultaten negatief dienen te zijn.

6. Sanitaire voorwaarden voor deelname van pluimvee afkomstig uit België a. Pluimvee en duiven moeten gevaccineerd zijn tegen Newcastle disease (ook wel pseudovogelpest genoemd); b. Legkippen en vermeerderingskippen moeten gevaccineerd zijn tegen Salmonella enteridis; c. Er mag geen verbod of beperking gelden voor het bedrijf of voor een zone waarin het bedrijf zich bevindt.

1. Conditions générales a. Seuls les animaux en règle avec la législation belge et européenne en vigueur sont autorisés au rassemblement. b. Transport i. Tout transporteur doit disposer d une autorisation pour réaliser un transport d animaux ; ii. Chaque moyen de transport doit posséder une licence pour réaliser des transports ; iii. Exception : si l on transporte soi-même ses propres animaux, avec son propre moyen de transport : dans ce cas, une autorisation en tant que transporteur n est pas requise ; iv. Chaque véhicule doit être nettoyé et désinfecté immédiatement après chaque transport. 2. Conditions sanitaires pour la participation de bovins a. Les bovins doivent être identifiés correctement conformément à l AR du 23/03/2011 établissant un système d identification et d enregistrement des bovins : i. être porteurs des deux marques auriculaires ; ii. être accompagnés du document d identification complet non validé (ne pas coller la vignette sanitaire). b. Les bovins doivent provenir d un troupeau possédant le statut sanitaire le plus élevé pour la brucellose, la leucose et la tuberculose ( c est-à-dire respectivement : B4, L3 et T3) et le troupeau ou toute zone dans laquelle il se situe ne peut faire l objet d aucune mesure d interdiction ou de restriction. c. Les bovins participants doivent séjourner dans le troupeau participant depuis au moins 30 jours avant la date de participation au rassemblement. d. Lorsque des bovins originaires de pays tiers sont introduits dans une exploitation, aucun animal de cette exploitation ne peut alors participer à un rassemblement durant les trente jours qui suivent cette introduction. e. Une analyse de sang pour la leucose ne doit pas être réalisée au préalable.

f. L animal devra avoir subi un test de tuberculination dans les 30 jours qui précèdent le concours et y avoir réagi négativement. g. Une analayse de sang pour la brucellose doit être réalisée au préalable pour tous les animaux particpants âgés de plus de 12 mois, et ce jusqu à maximum 5 semaines avant la date à laquelle débute le rassemblement. h. En ce qui concerne le statut IBR, uniquement des bovins issus de troupeaux ayant le statut I3 ou I4 peuvent participer au rassemblement. i. Bovins I3 : ils sont autorisés à participer à tout type de rassemblement de bovins I3 et I4, moyennant les conditions suivantes : 1. Le vétérinaire d exploitation doit prélever un échantillon sanguin dans les 60 jours qui précèdent le rassemblement ; 2. Les échantillons sanguins doivent parvenir à l un des laboratoires agréés au maximum dans les 8 jours qui suivent le prélèvement ; 3. Ces échantillons doivent être conservés dans des conditions idéales, telles que prévues par le laboratoire agréé en charge de l analyse ; 4. Le laboratoire agréé réalise, à la demande du vétérinaire d exploitation, soit un test ELISA pour la détection des anticorps dirigés contre la gp B, soit un test ELISA pour la détection des anticorps dirigés contre la gp E ; 5. Seuls les bovins présentant une réaction négative au test ELISA pour la détection des anticorps dirigés contre la gp E ou au test ELISA pour la détection des anticorps dirigés contre la gp B sont autorisés à participer au rassemblement. ii. Bovins I4 : ils peuvent participer à tout type de rassemblement de bovins I3 et I4, moyennant les conditions suivantes : 1. Le vétérinaire d exploitation doit prélever un échantillon sanguin dans les 60 jours qui précèdent le rassemblement ; 2. Les échantillons sanguins doivent parvenir à l un des laboratoires agréés au maximum dans les 8 jours qui suivent le prélèvement ; 3. Ces échantillons doivent être conservés dans des conditions idéales, telles que prévues par le laboratoire agréé en charge de l analyse ; 4. Le laboratoire agréé réalise un test ELISA pour la détection des anticorps dirigés contre la gp B ; 5. Seuls les bovins présentant une réaction négative au test sont autorisés à participer au rassemblement.

i. B.V.D. : OBLIGATOIRE pour CHAQUE bovin! i. un bovin peut participer à ce rassemblement si le bovin concerné a été testé individuellement via le test ELISA pour la détection d anticorps de BVD et que ce dernier est négatif, si au moment de l échantillonnage l animal avait plus de 6 mois ; ou testé individuellement via le test du PCR, indépendamment de l'âge au moment de l'échantillonnage et que ce test est négatif (conforme). Ce test doit être fait dans les 30 jours avant le rassemblement si aucun test n a jamais été fait. Bovins > 6 mois : test ELISA ou PCR Bovins 6 mois : test PCR

3. Conditions sanitaires pour la participation de porcins a. Troupeau d origine i. Le troupeau doit être en possession : 1. d une autorisation 9.1. ; 2. d un statut A4 (Aujeszky) ; 3. du statut R00. ii. Le troupeau ou toute zone dans laquelle il se situe ne peut faire l objet d aucune mesure d interdiction ou de restriction ; iii. Il faut satisfaire aux visites d exploitation quadrimestrielles (examen épidémiologique correct) ; iv. Aucun porc ne peut être introduit dans le troupeau dans les 4 semaines qui précèdent la participation au rassemblement ; v. Le vétérinaire d exploitation doit réaliser un examen clinique au maximum dans les 24h avant le départ des porcs vers le lieu de rassemblement. Il rédige également un document attestant que les porcs ne présentent aucun signe d une maladie contagieuse. b. Porcs participants i. Les porcs qui participent au rassemblement doivent être identifiés conformément à l AR du 01/07/2014 établissant un système d identification et d enregistrement des porcs et relative aux conditions d autorisation pour les exploitations de porcs : ils doivent être porteurs d une marque auriculaire officielle ; ii. Ils doivent être âgés de plus de 4 mois et de moins de 30 mois. Exception : s il s agit d expositions où des porcs de tous âges peuvent participer mais dont la destination finale est l abattoir ; iii. Les porcs participants doivent, dans les 4 semaines qui précèdent le rassemblement, être soumis à un test sérologique du point de vue de la peste porcine classique, de la brucellose et de la maladie d Aujeszky, et le résultat de ces tests doit être négatif ; iv. Les porcs participants doivent être présents dans le troupeau au moins trente jours avant de pouvoir participer à un rassemblement ; v. Lorsque des porcs originaires de pays tiers sont introduits dans une exploitation, aucun animal de cette exploitation ne peut alors prendre part à un rassemblement durant les trente jours qui suivent cette introduction.

vi. Une seule dérogation : On accepte la présence d une truie avec ses porcelets en condition que la truie et les porcelets sont bien séparées des autres porcins et qu ils sont tous soumis aux conditions précédentes et suivantes. c. Arrivée dans le troupeau d origine ou dans un nouveau troupeau i. Les porcs participants doivent être isolés pendant au moins 4 semaines dans une étable d isolement agréée par l UPC ; ii. Durant cette période, aucun porc de l étable d isolement ne peut être ajouté au troupeau ; iii. La saillie naturelle des verrats n est pas autorisée durant la période d isolement et leur sperme ne peut pas non plus être utilisé pour l insémination des truies. d. Conditions supplémentaires concernant l organisation d un rassemblement de porcs i. Les accompagnateurs des animaux, les inspecteurs et autres personnes qui entrent en contact avec les porcs ne peuvent pas avoir eu de contact avec des sangliers sauvages dans les 48 heures avant le rassemblement ; ii. Tout contact direct entre les spectateurs et les porcs participant au rassemblement est interdit. e. Conditions supplémentaires concernant le transport des porcs i. Un bon de chargement et de déchargement est établi en trois exemplaires : 1. 1 copie pour le lieu de chargement (troupeau d origine) 2. 1 copie pour le transporteur 3. 1 copie pour le lieu de déchargement (rassemblement) ; ii. Lors du retour dans le troupeau d origine, un cachet de retour peut être apposé sur les trois copies. Dans tous les autres cas, un nouveau bon de chargement et de déchargement doit être établi : iii. Chaque partie conserve durant 5 ans une copie du bon de chargement et de déchargement dans son registre ; iv. Le transporteur enregistre chaque bon de chargement et de déchargement dans Sanitel.

4. Conditions sanitaires pour la participation d ovins, de caprins et de cervidés a. Les ovins, caprins et cervidés participants doivent être identifiés conformément au Règlement 21/2004 et à l AR du 03/06/2007 relatif à l identification et à l enregistrement des ovins, des caprins et des cervidés : i. Les animaux doivent être porteurs des deux marques auriculaires officielles. b. Tous les ovins doivent provenir de troupeaux de même statut en matière de maladie de Maedi-Visna. c. Tous les caprins doivent provenir de troupeaux de même statut en matière d arthriteencéphalite virale caprine. d. Ce qui concerne le statut de risque de la tremblante classique, l organisateur a le choix : - Soit il n accepte que des animaux qui proviennent des troupeaux avec le même statut ; - Soit il accepte des animaux qui proviennent des troupeaux avec un statut différent mais il doit suivre alors les conditions suivantes : o les animaux des troupeaux avec un statut reconnu de tremblante sont hébergés séparément sur le terrain, o les animaux des troupeaux avec un statut reconnu de tremblante sont présentés séparément, o la nourriture et l eau sont fournies à part, o les animaux à terme ou qui viennent d accoucher ne sont pas autorisés, o les conditions mentionnées ci-dessus sont reprises dans le règlement interne des rassemblements non-commerciaux, o dans la demande d autorisation, les organisateurs des rassemblements noncommerciaux indiquent où les différents groupes seront hébergés. e. Le troupeau ou toute zone dans laquelle il se situe ne peut faire l objet d aucune mesure d interdiction ou de restriction. f. Conditions supplémentaires concernant le transport d ovins, de caprins et de cervidés : i. Un document de circulation est établi en trois parties : 1. 1 copie pour le lieu de chargement (troupeau d origine) 2. 1 copie pour le transporteur 3. 1 copie pour le lieu de déchargement (rassemblement) ; ii. Lors du retour dans le troupeau d origine, un cachet de retour peut être apposé sur les trois copies. Dans tous les autres cas, un nouveau document de circulation doit être établi ; iii. Chaque partie conserve durant 5 ans une copie du document de circulation dans son registre ; iv. Le transporteur enregistre chaque document de circulation dans Sanitel.

5. Conditions sanitaires pour la participation de chevaux (s applique aussi aux jumpings et aux autres concours ) a. Tous les chevaux doivent être identifiés conformément au Règlement 504/2008 et à l AR du 26/09/2013 relatif à l identification et à l encodage des chevaux dans une banque de données centrale : i. Les chevaux doivent être porteurs d une puce ; ii. Ils doivent être en possession d un passeport conforme ; iii. Ils doivent être enregistrés dans la banque de données centrale (une copie du document de mutation peut servir de preuve). b. Les chevaux provenant des états-membres qui veulent participer aux jumpings et autres concours belges doivent être : i. identifiés par transpondeur ou une méthode d identification alternative approuvée par l Etat membre où l identification a été réalisée ; ii. en possession d un passeport conforme ; iii. accompagnés par un certificat sanitaire sauf s ils proviennent des Pays-Bas ou du Grand-duché de Luxembourg (conformément du mémorandum BENELUX). c. Les chevaux provenant des pays tiers qui veulent participer aux jumpings et autres concours belges doivent être toujours accompagnés par un certificat sanitaire. La présence ou l absence d un passeport et/ou d une méthode d identification (comme un tatouage ou transpondeur) varie de pays à pays et est en dehors du scope de cette note. Un lien clair entre l animal noté dans le certificat et l animal présent au jumping ou autre concours doit exister. Si le certificat mentionne un transpondeur ou un passeport, le transpondeur ou le passeport doit être présent. d. L exploitation ou toute zone dans laquelle elle se situe ne peut faire l objet d aucune mesure d interdiction ou de restriction. e. On peut donner comme avis (il ne s agit pas d une disposition légale), que les chevaux participants doivent, dans les 4 semaines qui précèdent le rassemblement, être soumis à un test pour l anémie infectieuse équine, la morve et la dourine, et que les résultats de ces tests doivent être négatifs.

6. Conditions sanitaires pour la participation de volailles originaires de Belgique a. Les volailles et pigeons doivent être vaccinés contre la maladie de Newcastle (aussi appelée pseudo-peste aviaire) ; b. Les poules pondeuses doivent être vaccinés contre le Salmonella enteridis ; c. L exploitation ou toute zone dans laquelle elle se situe ne peut faire l objet d aucune mesure d interdiction ou de restriction.