KUNSTEDUCATIE EN KUNSTBEOEFENING VOOR EEN STEVIGE BASIS WERKPLAN 2015. LOPCOS Nick Ervinck



Vergelijkbare documenten
Kunstgebouw Beleidsplan

Welkom bij De provinciale staat van cultuurbeleid! Tilburg, 4 maart 2015

Kunstgebouw Beleidsplan

Cultuureducatie in het PO en SO

Eerste tussentijdse effectevaluatie

Beweging die nu te zien is m.b.t. cultuureducatie binnen het primair onderwijs

Uitvoeringsprogramma Kunst en Cultuur Velsen

AB/ De I Cultuur. 3zos> 1. we 44 W. Loper. Betere cuüuureducatie voor Brabantse \eerhngen

De Cultuur Loper vier jaar in beweging Samenvatting eindevaluatie

Samen naar cultuur voor iedereen

RAADSINFORMATIEBRIEF. TITEL Implementatie Cultuureducatie met Kwaliteit (schooljaar )

EXPERTISECENTRUM CULTUURONDERWIJS. Ada Nieuwendijk RAPPORTAGE CULTUUREDUCATIE AMSTERDAM ZUIDOOST

Cultuurbeleid. Ontwikkelingen in onze samenleving en in de culturele. groei van het aantal inwoners in de stedelijke gebieden, hebben

Presentatie Regionale bijeenkomst Cultuureducatie met Kwaliteit (CMK) in Parkstad

Investeer in cultuur, juist nu!

CONCEPT-OPDRACHT STICHTING EINDHOVEN/BRABANT 2018

Afweging In de periode zijn tot op heden per basisschool de volgende resultaten behaald:

Cultuureducatie met Kwaliteit

CONCEPT-OPDRACHT STICHTING 2018EINDHOVEN BRABANT

Verduurzamen, verbinden, vertrouwen. Adviezen van het culturele werkveld aan nieuwe Gedeputeerde Staten

CKE koers van care naar share. Eindhoven, september 2011

Toekom(st)room LOB Een stroompunt loopbaangericht onderwijs

Brabantse aanpak Cultuureducatie met Kwaliteit

Visie muziekonderwijs en beeldende vorming Terneuzen

Effect indicator Aantal activiteiten totaal

Handreiking. Basis voor. Cultuureducatie

Over doorgaande leerlijnen en talentontwikkeling binnen kunst en cultuur Bureau BABEL, 's-hertogenbosch

Nieuwe ogen. kijken naar De Cultuur Loper. } auteur Ria Timmermans, KPC Groep

Cultuureducatie in het basisonderwijs

Onderzoek naar. cultuureducatie in het voortgezet onderwijs. Welke rol kan Mocca spelen bij cultuureducatie in het voortgezet onderwijs in Amsterdam?

Het kader voor de evaluatie van de regeling Cultuureducatie met Kwaliteit

De vier subsidieregelingen vallen onder de categorie systeemsubsidie.

Profielschets Voorzitter Raad van Toezicht Fonds voor Cultuurparticipatie. Cultuurliefhebber met brede kennis van politiek Den Haag

Alleen organisaties met een culturele doelstelling en zonder winstoogmerk kunnen een aanvraag indienen.

Kijk op actuele ontwikkelingen in beleid voor cultuureducatie en cultuurparticipatie

Concept Kader cultuur Gemeente Hoogeveen

CULTUUREDUCATIE BOVEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA..DEN HAAG..

KEK DE FRIESE MEREN: VINDBAARHEID EN VERBONDENHEID

VERGADERING GEMEENTERAAD d.d.. AGENDA NR. Vul agendanr in. VOORSTEL Kunst- en cultuurbeleid Gennep De Kunst van Samen. Aan de Gemeenteraad

KWALITEITSCRITERIA FONDS CULTUUREDUCATIE ZWOLLE

Cultuureducatie, geen vak apart

M CCA EXPERTISENETWERK CULTUUREDUCATIE

'Maak werk van Vrije tijd in Brabant'

Jaarplan Samen op weg naar een inclusieve arbeidsmarkt

Cursus Coördinator Cultuureducatie Onderbouw V.O

cultuuronderwijs: het onderwijs gericht op het bereiken van de kerndoelen in het leergebied Kunstzinnige oriëntatie van het primair onderwijs;

Digitale cultuur als continuüm

JAARVERSLAG In opdracht van:

Welkom bij Cultuureducatie en cultuurparticipatie in alle Staten! Utrecht, 2 maart 2015, TivoliVredenburg

1. Inleiding Kunstbalie Ontwikkelingen Projecten Organisatie 47. Bijlage

Bijlage Specifieke toetsingscriteria per doelstelling

Criteria voor Cultuur subsidie

Leergemeenschappen Cultuureducatie

AGENDA VOOR HET PROVINCIAAL CULTUURBELEID De provincie: belangrijk schakelpaneel in de culturele infrastructuur.

Budget Educatie en Participatie Projecten (BEPP)

De Blauwe Schuit Onderwijs, gemaakt als onderdeel van het project Cultuleren.

Regeling Professionalisering Cultuuronderwijs PO De Impuls muziekonderwijs Cultuureducatie met Kwaliteit (CMK)

De gereserveerde 15 miljoen euro voor Maastricht Culturele Hoofdstad wordt over de hele provincie ingezet voor culturele doeleinden.

De leden van de raad van de gemeente Groningen te GRONINGEN

NOTA VAN UITGANGSPUNTEN. Op weg naar nieuw beleid amateurkunsteducatie. voor de periode

Projectplan. Cultuur als middel om onderwijs en omgeving te verbinden Mw. N. Remerie, P. Holland, M. Jakubowski en dhr. C. van Herkhuizen(penvoerder)

Innovatiebudget Sociaal Domein regio Arnhem

Primair Onderwijs po Voorgezet onderwijs vo

Besluit college van Burgemeester en Wethouders

Toelichting criteria kleine projecten Brabant C versie

Leergemeenschappen Cultuureducatie

Hoofdlijnen van de landelijke monitoring en evaluatie van de matchingsregeling

Convenant Cultuur en Primair Onderwijs Haarlem

INZICHT IN DE SITUATIE VAN DE LOKALE BUITENSCHOOLSE CULTUUREDUCATIE

Veel gestelde vragen aanvragen Cultuureducatie met Kwaliteit

Stadsschouwburg Utrecht

Programma Kinderen Maken Muziek

De kunst van het ontwerpen 2018 Juryrapport

Startnotitie Digitaal Platform voor presentatie van het beste en mooiste van de Vlaams-Nederlandse culturele samenwerking

Met het nieuwe welzijnsbeleid werkt de gemeente Tiel vanuit de volgende uitgangspunten:

Strategisch Visie Stichting voor Christelijk Praktijkonderwijs voor Hardenberg & omgeving

De leden van de raad van de gemeente Groningen te GRONINGEN

Bezuinigingen muziekonderwijs

Beleidskaders regionaal CULTUUR beleid. Beleid, trends en toekomstverwachtingen

Innovatiebudget Sociaal Domein gemeente Arnhem

Vijfde monitor cultuureducatie Noord- Brabant

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Kwaliteitskader KunstKeur Individuele aanbieders Kunsteductie

Voorstel aan de raad. Aan de gemeenteraad Gemeente Steenwijkerland Vendelweg XE Steenwijk Steenwijk, Nummer voorstel:

Samen werkt het beter? De samenwerking tussen scholen en de culturele omgeving

Verbinding tussen talenten in het kunstvakonderwijs en het culturele veld vergroot de kans op het slagen van talent.

Gemeente Heerlen - beleidsregel Tenderregeling Community Arts

Inhoudsopgave. 1. Inleiding pag Ontwikkelingen pag Uitvoeringskader RICK pag Financieel kader pag 7

werkwijze PLG werkkaart

Doel resultaat - Opbrengsten passend bij landelijk gemiddelde en analyseren opbrengsten

Kadernota ter voorbereiding op de nieuwe Cultuurnota

Organisatiestructuur en functieprofielen Cultuur Eindhoven

Gesprekstechnieken voor cultuuraanbieders Dit instrument is onderdeel van de training gesprekstechnieken

Algemene voorwaarden cultuurcoördinator

Cultuur op school; een hele kunst

Transcriptie:

KUNSTEDUCATIE EN KUNSTBEOEFENING VOOR EEN STEVIGE BASIS WERKPLAN 2015 LOPCOS Nick Ervinck

KUNSTEDUCATIE EN KUNSTBEOEFENING VOOR EEN STEVIGE BASIS WERKPLAN 2015 Kunstbalie www.kunstbalie.nl 25 november 2015

INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding 4 1.1 leeswijzer 2. Ontwikkelingen en speerpunten 5 2.1 landelijke ontwikkelingen 5 2.2 provinciale ontwikkelingen 7 2.3 lokale ontwikkelingen 8 2.4 trends in de maatschappelijke omgeving 9 2.5 Kunstbalie vanaf 2016 10 3. Programma s en doelstellingen 11 3.1 projecten en dienstverlening 12 3.2 betrokkenheid partners 12 3.3 effecten en rendement 13 4. Samenwerkingspartners en doelgroepen 14 5. Programma s 15 1. Verbinden van kunst en onderwijs 15 2. Bevorderen van de vitaliteit van de kunstbeoefening 39 3. Bouwen aan een sterk Brabants cultuursysteem 55 6. Organisatie 66 3

1. INLEIDING De wereld om ons heen beweegt en Kunstbalie beweegt mee. In de maatschappelijke omgeving is sprake van veranderingen en trends die bepalend zijn voor de positie van kunst en cultuur. Die veranderende positie in de samenleving en het streven naar een heldere functionele relatie met de provincie en onze partners heeft bij Kunstbalie geleid tot bezinning op de eigen positie en herijking van organisatie en dienstverlening. Aansluitend aan de reorganisatie in 2013 en de onderzoeken naar nut-en-noodzaak van de steunfuncties zijn wij gestart met een organisatie-ontwikkelingsproces. Binnen dit proces doorlopen wij een aantal vernieuwings- en verbetertrajecten op het gebied van bedrijfsvoering en bedrijfscultuur. Wij richten ons nog steeds op de brede basis van de Brabantse cultuursector en onze doelen zijn onveranderd gebleven: de cultuurdeelname vergroten en de culturele levensloop van alle Brabanders ondersteunen. De diensten en projecten clustert Kunstbalie vanaf 2015 in drie meerjarige programma s: Verbinden van kunst en onderwijs; Bevorderen van de vitaliteit van de kunstbeoefening; Bouwen aan een sterk Brabants cultuursysteem. De dienstverlening aan het veld krijgt hierdoor meer samenhang, effect en zichtbaarheid. Leeswijzer De provincie gaat in de opdrachtverstrekking aan Kunstbalie voor 2015 uit van vijf aandachtsvelden: 1. kunsteducatie; 2. kunstbeoefening/amateurkunst; 3. inzet kunsten in het maatschappelijk domein; 4. uitvoering van subsidieregelingen kunsteducatie en kunstbeoefening in Noord- Brabant; 5. verbetering van de kwaliteit en effectiviteit van de dienstverlening door samenwerking met andere steunfunctie instellingen. Kunstbalie behandelt deze vijf aandachtsvelden in het Werkplan 2015 aan de hand van haar drie programma s. Aandachtsgebieden provincie Programma s Kunstbalie 1. Kunsteducatie 1. Verbinden van kunst en onderwijs 2. Kunstbeoefening / amateurkunst 2. Bevorderen van de vitaliteit van de kunstbeoefening 3. Maatschappelijk domein 2. Bevorderen van de vitaliteit van de kunstbeoefening 4. Subsidieregelingen kunsteducatie en kunstbeoefening 1. Verbinden van kunst en onderwijs 2. Bevorderen van de vitaliteit van de kunstbeoefening 3. Bouwen aan een sterk Brabants cultuursysteem 5. Samenwerking steunfunctie-instellingen 3. Bouwen aan een sterk Brabants cultuursysteem 4

2. ONTWIKKELINGEN EN SPEERPUNTEN 2.1 Landelijke ontwikkelingen De cultuursector staat meer dan ooit in de belangstelling. In maatschappelijk verband en binnen aan cultuur verwante sectoren als het onderwijs bestaat al lang het besef dat cultuureducatie en -participatie onmisbaar zijn voor de ontwikkeling van ieder mens. Maar pas onlangs is duidelijk geworden dat alle overheidslagen het belang van cultuur onderkennen. Weliswaar is er nog geen sprake van consistent beleid verdeeld over de drie overheidslagen door het ontbreken van (wettelijke) kaders en adequate afstemming. Maar het belangrijkste: er is hoop. Het belang van cultuur staat niet meer ter discussie. Dat wordt op rijksoverheidsniveau onderstreept door de huidige minister die in dat opzicht enkele malen een daad heeft gesteld. Met name de culturele ontwikkeling, in de zin van cultuureducatie en talentontwikkeling, worden door de rijksoverheid in woord en daad zodanig gepropageerd en ondersteund dat zich nieuw, fris en van visie getuigend beleid aftekent. Dat heeft uiteraard zijn uitwerking op de twee andere overheidslagen. Er zijn voorbeelden van zowel provincies als gemeenten waar cultuur als expliciet aandachtsveld en soms zelfs als kerntaak wordt gezien, waardoor een impuls van de rijksoverheid bestaande visie en beleid op een welkome manier aanvullen en versterken. En we zien ook nieuwe initiatieven tot ontwikkeling komen die zonder de acties van het rijk mogelijk nooit zouden zijn opgebloeid. We hebben het dan niet over de al langer bestaande mogelijkheden zoals de inzet van de aan het rijk gerelateerde fondsen of de landelijke kenniscentra, maar met name over de stappen die recentelijk zijn gezet. Te beginnen met de brieven van de minister van OCW Cultuur beweegt (juni 2013) waarmee zij de maatschappelijke betekenis van kunst en cultuur benadrukt, Cultuur verbindt: een ruime blik op cultuurbeleid (juli 2014) over de relatie tussen cultuur en andere domeinen en Ruimte voor talent in het cultuurbeleid (september 2014) over talentontwikkeling. De basis, de humuslaag van de cultuursector kunsteducatie - is met name gebaat bij het Bestuurlijk kader Cultuur en Onderwijs, een convenant tussen de drie overheidslagen. Recentelijk verscheen een surplus, een impuls cultuuronderwijs in de vorm van een campagne en regeling voor muziekonderwijs waarmee de minister goed muziekonderwijs in de basisschool bepleit, stimuleert en mede met een regeling mogelijk maakt. Rol Kunstbalie, speerpunten De rol van Kunstbalie in het verlengde van landelijke ontwikkelingen en landelijk beleid is meer op kunst- en cultuureducatie gericht dan op kunstbeoefening. Dat vindt voornamelijk zijn reden in het feit dat de rijksoverheid in beleidsmatige zin veel meer gericht is op educatie, zeker ook in relatie tot onderwijs, dan op kunstbeoefening of amateurkunst. 5

Voor alle duidelijkheid willen wij hier benadrukken dat de feitelijke verantwoordelijkheid voor (de kwaliteit van) het onderwijs uitsluitend gelegen is bij het onderwijs zelf, daarin gesteund maar ook gecontroleerd, door de rijksoverheid, niet door provincies of gemeenten. Dit neemt niet weg dat Kunstbalie overal waar mogelijk een verbindende en vaak initiërende rol speelt in het krachtenveld tussen de verschillende overheidslagen en zowel voorkomende ontwikkelingen en of kansen op landelijk niveau op Brabant projecteert als Brabantse initiatieven aandraagt voor de landelijke agenda. Niet voor niets wordt Brabant gezien als de provincie waar nog licht brandt ook in dit opzicht: wij werken eraan om Brabant de provincie te laten zijn waar nog wat gebeurt bijvoorbeeld op het gebied van amateurkunst, daar waar veel andere regio s achterblijven. Wij denken daarmee op de langere termijn ook weer andere provincies te kunnen inspireren om te werken aan een levendig cultureel klimaat, door in te zetten op de basis, de humuslaag en op het vergroten van de participatie. Dat zal mede onze inzet zijn in onze betrokkenheid bij activiteiten in het kader van het Cultureel verdrag tussen Nederland en Vlaanderen, waarmee wij ons alleen al vanuit onze geografische positie nauw verbonden voelen. In het kader van het beleid van de rijksoverheid zet Kunstbalie onder meer in op de verdere uitrol van het programma Cultuureducatie met Kwaliteit (CMK). De Brabantse vertaling daarvan heeft gestalte gekregen in De Cultuur Loper (DCL). De basis van het ronduit overweldigende succes van DCL wordt gevormd door initiatieven, de aanjagende en ontwikkelende rol en verantwoordelijkheid die wij in de eerste, nu lopende periode van CMK hebben genomen, en de materiële en immateriële inzet die, zowel door Kunstbalie als partners in het veld, is geleverd. In het verleden introduceerden wij het zogenoemde Kunstmenu in Brabant als een vraaggericht instrument om het onderwijs stelselmatig in contact te brengen met kunst-producties en projecten in allerlei verschijningsvormen. Een model wat in korte tijd landelijk waardering ondervond en wat in de jaren daarop tot in alle uithoeken van ons land navolging kreeg, vaak in regionale varianten. Ook nu weer zien we grote waardering en vragen naar samenwerking bij onze aanpak van CMK in de vorm van De Cultuur Loper. Het is dan ook mede om die reden dat wij met volle overtuiging inzetten op de verdere uitrol van CMK/DCL. Dankzij maatregelen van het ministerie en in het verlengde daarvan het Fonds voor Cultuurparticipatie zijn de mogelijkheden daartoe verruimd tot 2020. (Programma 1) Kunstbalie sorteert voor op de nieuwe regeling voor muziekonderwijs in 2015, door het vormgeven van een werkwijze die leidt tot verbetering en verankering van het muziekonderwijs op de basisschool. (Programma 1) We volgen de ontwikkeling en geven - zo nodig- ook advies aan FCP én maken formatie vrij om samen met partners (zoals centra voor de kunsten) direct op regeling in te kunnen spelen. Vanuit veel gezaghebbende partijen in het land, waaronder de Kunstconnectie en de KNM wordt zeer enthousiast gereageerd op de mogelijkheden die de minister van OCW met de regeling biedt. Daarin wordt tevens gewezen op het belang van goed muziekonderwijs in de basisschool en de positieve effecten daarvan op de algemene persoonlijkheidsontplooiing. Wij zien de mogelijkheid die het Fonds Cultuurparticipatie in het verlengde van OCW hier biedt vooral als een extra kans om, voorlopig op het deelterrein muziek, te komen tot kwalitatieve verbetering van het aanbod kunsteducatie en bij te dragen aan een doorlopende leerlijn, elementen die wij terugzien in de opdrachtverstrekking van de provincie aan Kunstbalie. 6

2.2 Provinciale ontwikkelingen In een recent onderzoek zegt het LKCA (Landelijk Kenniscentrum voor Cultuureducatie en Amateurkunst) over de provincies: In de meeste provincies wordt in de praktijk een deel van het cultuurbeleid uitgevoerd door provinciale (uitvoerings-)instellingen of steunfuncties. De meeste provinciale instellingen voor cultuureducatie en -participatie bieden ondersteuning aan gemeenten, culturele instellingen, scholen en amateurverenigingen. De instellingen en de sectoren waarvoor zij werken zijn in meer of mindere mate getroffen door bezuinigingen. Vooral participatie in de vrije tijd werd daardoor getroffen, cultuureducatie is de meeste gevallen in meer of mindere mate gespaard. In de onlangs verschenen brief van Kunsten92, de bovensectorale belangenvereniging voor kunst, cultuur en erfgoed, wordt gesteld dat provincies zich bezig houden met het inrichten van de omgeving, een goede infrastructuur en sterke regionale economie, waarmee zij de voorwaarden scheppen voor goede kwaliteit van werk- en vestigingsklimaat, wonen en recreëren. Cultuur is een van de voorwaarden. Cultuur draagt niet alleen bij aan positief imago van de provincie, maar is ook daadwerkelijk van belang voor de leefbaarheid, gezondheid, sociale samenhang, veiligheid en economie. De brief typeert de provincie onder meer als spil in bovenlokale samenwerking, partner in cultuureducatie en draaischijf voor maatschappelijke ambities. Provincie Noord-Brabant wordt prominent genoemd in de bij de brief geleverde voorbeelden. Onder meer wordt gerefereerd aan het Brabant C Fonds, de impulsgeldenregeling (bkkc), het aanjagen van toerisme (Visit Brabant), het convenant met het rijk over cultuureducatie (Kunstbalie) en de realisatie van de Deelregeling Cultuureducatie met Kwaliteit (Kunstbalie, Erfgoed Brabant). Noord-Brabant staat landelijk bekend als provincie waar cultuur een kerntaak is, waar men zich realiseert dat een vitale en ondernemende cultuursector voorwaarde is voor een bloeiende provincie. Al in 2010 spreekt deze overtuiging uit de Agenda van Brabant en vervolgens in 2013 nog sterker uit de Cultuuragenda van Brabant voor 2020. Het niet behalen van de titel Europese Culturele Hoofdstad 2018 doet niets af aan de genoemde overtuiging en aan het ambitieus cultuurbeleid. Het is voor provinciale cultuurinstellingen, met name voor Kunstbalie, een positief gegeven dat Noord-Brabant zich als opdrachtgever en partner met overtuiging richt op de inzet van cultuur ten behoeve van het vestigings- en leefklimaat, zonder daarbij de waarde van kunst en cultuur voor de persoonlijke ontplooiing van de Brabanders uit het oog te verliezen. Speerpunten en rol van Kunstbalie Op provinciaal niveau bestaat, anders dan landelijk, ook in beleidsmatig opzicht expliciet aandacht voor amateurkunst of kunstbeoefening in de vrije tijd. Dat is bepalend voor de insteek van Kunstbalie. Hierin is sprake van een meer proportionele verdeling van aandacht en middelen tussen de werkvelden educatie en kunstbeoefening en daar waar nodig of wenselijk de verbinding tussen die werkvelden. Om de vitaliteit en pluriformiteit van de 7

kunstbeoefening in Brabant te ondersteunen versterkt Kunstbalie met subsidies de provinciale partners, verbindt Kunstbalie diverse partijen met elkaar om zo een sterkere keten te realiseren binnen de kunstbeoefening maar ook met andere domeinen. Kunstbalie verstrekt expertise over onder andere het werkveld, bestuurlijke vernieuwing, financieringsmogelijkheden en bereik van nieuwe doelgroepen. Daarnaast jaagt Kunstbalie projecten en initiatieven aan die een bijdrage leveren aan de kunstbeoefening in Brabant. Kunstbalie werkt over de gehele breedte van haar dienstverlening mee aan het realiseren en ondersteunen van provinciaal beleid. Speerpunten in 2015 zijn onder meer: onze rol in het Brabant C Fonds (Programma 3); de ontwikkeling van een provinciaal platform voor community art (Programma 2); de ondersteuning van lokale/regionale cultuuraanjagers (Programma 2). Kunstbalie stelt geheel in lijn met het provinciaal beleid de Brabantse burger centraal en richt zich op het vergroten van de cultuurparticipatie van alle inwoners van Noord-brabant. Daarmee verstevigen wij het fundament voor de culturele levensloop in onze provincie. realiseren van een culturele loopbaan voor alle Brabanders is een van de belangrijkste ambities van Kunstbalie en vormt daarmee als het ware een permanent speerpunt 2.3 Lokale ontwikkelingen Op gemeentelijk niveau zien we weliswaar nog sporen van de eerdere kaalslag op het beleidsterrein cultuur, maar bezuiniging is niet meer de overheersende term. In een aantal gemeenten zijn eerder voorgenomen bezuinigingsplannen zelfs omgebogen of geschrapt. Helaas betekent dat niet dat daarmee in alle 67 Brabantse gemeenten sprake is van overtuigend cultuurbeleid. Veel cultuurinstellingen zoals kunstencentra verkeren nog in zwaar weer. Veel amateurclubs en verenigingen in kunstbeoefening zijn door de bezuinigingen hard geraakt waardoor toegankelijkheid, diversiteit en kwaliteit van het aanbod worden bedreigd. De meer traditioneel georganiseerde verenigingen kampten in een aantal gevallen al met problemen als vergrijzing en gebrek aan goede voorzieningen. Tegelijkertijd zien we nieuwe initiatieven en organisatievormen ontstaan die het verdienen serieus genomen te worden als partner van het Brabantse cultuursysteem. We signaleren onder meer coöperatieve verbanden van kunstenaars/ docenten, particuliere kleinschalige muziekscholen kunstaanbieders gericht op het onderwijs, nieuwe projectorganisaties voor (nieuwe vormen van) kunstbeoefening. Om de verschillende impulsen van de rijksoverheid en het beleid van de provinciale cultuurinstellingen tot daadwerkelijk effect te brengen, is het van belang dat gemeenten mede verantwoordelijkheid blijven dragen voor de culturele ontwikkeling van de eigen burgers. 8

Speerpunten en rol Kunstbalie Overtuigd van de noodzaak tot krachtenbundeling, de behoefte aan gezamenlijke expertise en het aanboren van nieuwe financiële bronnen, biedt Kunstbalie partners als gemeenten, onderwijsinstellingen, kunstencentra en intermediairs cultuureducatie ondersteuning. In Programma 3 zijn deze partijen geen partners maar doelgroep. Kunstbalie zet daarbij in op het verankeren van kunstbeoefening en cultuureducatie in het gemeentelijk beleid. Kunstbalie werkt ook in dat opzicht nauw samen met centra voor de kunsten, culturele marktplaatsen en andere lokale partners. Ook op lokaal niveau werken wij mee aan het toekomstbestendig maken van onderdelen van het cultuursysteem zoals de amateurgezelschappen. 2.4 Trends in de maatschappelijke omgeving Voor de werkvelden cultuureducatie en actieve cultuurparticipatie, waaronder amateurkunst, zijn naar onderzoek van LKCA/Futureconsult de meest invloedrijke trends, waarmee we voor nu en in de nabije toekomst rekening moeten houden in ons beleid: individualisering, economisering, digitalisering en deïnstitutionalisering. Individualisering: individuele mensen verzelfstandigen zich ten opzichte van de groep. Zij zijn zich meer bewust van hun eigen identiteit en willen die ook uitdragen. Voor de cultuursector betekent individualisering dat cultuur voorziet in de behoefte tot identiteitsvorming van mensen en dat cultuur in mindere mate universele waarden symboliseert. Dat leidt tot democratisering van cultuur: het verschil tussen hoge en lage cultuur verdwijnt en het verschil tussen professional en amateur verdwijnt. Economisering: onderwijs en cultuur worden meer beoordeeld op hun economische waarde. In welke mate dragen ze bij aan het economisch leven in een stad regio of land? Criteria zijn dan bijvoorbeeld de bijdrage van de culturele sector aan het vestigingsklimaat, de mate waarin cultuuronderwijs bijdraagt aan talentontwikkeling of excellentie, of de mate waarin kunst en cultuur creativiteit bevorderen en daarmee het innovatievermogen van het bedrijfsleven. Digitalisering: de grote innovaties in de ICT van de afgelopen decennia hebben tot nieuwe distributiekanalen geleid en bestaande kanalen veranderd. Daardoor is kennis en informatie beter, sneller en goedkoper toegankelijk geworden en mondiaal beschikbaar. Dat geldt zeker voor de cultuur- en onderwijssector. Deïnstitutionalisering: mede als gevolg van individualisering en digitalisering zien we dat bestaande instituties eroderen of verdwijnen. Bestaande samenwerkingsverbanden verdwijnen ook omdat overheidssteun minder vanzelfsprekend is door een terugtrekkende overheid. Onder de noemer participatiesamenleving beperkt de overheid zijn bemoeienis met de samenleving. Subsidies aan instellingen worden gekort of stopgezet, waardoor deze niet overleven. De herkenbaarheid van sectoren als cultuureducatie en amateurkunst wordt daardoor in veel gevallen minder. 9

Kunstbalie herkent zich in de beschrijving van deze trends en de waarde die er, door partners op landelijke niveau, aan wordt toegekend. In ons werkplan sluiten wij met projecten en diensten aan op deze ontwikkelingen, bijvoorbeeld door in te zetten op kennisontwikkeling ten aanzien van co-creatie, het ontwikkelen van online platforms en nieuwe distributiekanalen voor partners en het veld, het definiëren van indicatoren die het maatschappelijke rendement beter zichtbaar maken en door in samenwerking met bkkc projecten op te pakken waar zowel de amateurkunstbeoefenaar als professional ondersteund wordt. 2.5 Kunstbalie vanaf 2016 Kunstbalie wil zich ook in de periode na 2016 verder ontwikkelen als provinciaal expertisecentrum op het gebied van kunsteducatie en kunstbeoefening, met een sterke en betekenisvolle schakelfunctie in het Brabants cultuursysteem. Inspireren, investeren en verbinden zijn voor ons waardevolle en waardevaste sleutelbegrippen die ook in de komende beleidsplanperiode ons handelsmerk vormen. Wat vaststaat is dat Kunstbalie met een tot 2,9 miljoen teruggebrachte bijdrage van de provincie uiteraard niet de ondersteuning kan bieden aan zowel de culturele sector, het onderwijs en de amateurkunstbeoefening zoals nu het geval is. Daarbij heeft de afgelopen twee jaar een verbreding van taken plaatsgevonden (community arts, BrabantC, verkeersplein, Mestmagazine, De Cultuur Loper). Deze uitbreiding van taken hebben wij binnen onze organisatie opgevangen en vormgegeven en voor zover wij het kunnen beoordelen naar tevredenheid van veld, partners en opdrachtgever. Wij constateren dat als de provincie via Kunstbalie een rol wil spelen blijven spelen in de humuslaag van de cultuursector (motie 23, nut-en-noodzaakdiscussie, cultuuragenda 2020) in het verbinden van kunst en onderwijs, de amateurkunstbeoefening wil blijven ondersteunen en daarbij ook nog een verbreding wil aanbrengen richting het maatschappelijk domein dat dit niet op te vangen is binnen een dusdanig verkleinde begroting. Te meer ook omdat het merendeel van onze dienstverlening een combinatie is van inzet van uren (expertise) gecombineerd met financiële impulsen. Het marktplaatsenmodel, KunstSelect, De Cultuur Loper, subsidies provinciale amateurkunstspelers oa Brabantkoor maakt dat duidelijk zichtbaar. Wij dringen dan ook aan op gezamenlijk overleg over het financiële volume versus de inhoudelijke wens ten aanzien van kunsteducatie en kunstbeoefening op provinciaal niveau. 10

3. PROGRAMMA S EN DOELSTELLINGEN De dienstverlening van Kunstbalie komt tot stand op basis van ontwikkelingen op landelijk, provinciaal en lokaal niveau, de uitvraag van de provincie en de behoeften van het veld. Wij zetten onze deskundigheid en middelen in om projecten en diensten uit te voeren en doelen te bereiken. Onze dienstverlening krijgt meer samenhang, effect en zichtbaarheid door het voeren van drie programma s die gelijk lopen met provinciale en landelijke beleidsperiodes (4 jaar). Ook kunnen wij hierdoor de opdracht van de provincie beter verbinden met de inhoudelijke vragen van partners en veld. Vanaf 2015 werkt Kunstbalie met drie programma s: Programma s Behoeften partners en veld Doelstellingen 1. Verbinden van kunst en onderwijs 2. Bevorderen van de vitaliteit van de kunstbeoefening 3. Bouwen aan een sterk Brabants cultuursysteem - Kennis over hoe om te gaan met kunsteducatie binnen het curriculum op school - (Provinciaal en landelijk) kunsteducatief aanbod binnen alle kunstdisciplines, toegankelijk voor alle regio s - Expertise om leerlingen te volgen in hun culturele ontwikkeling - Kennis over en praktische handvatten om te komen tot samenwerking met lokale culturele instellingen - Kennis over hoe te komen tot beleid in school ten aanzien van cultuureducatie - Financiële middelen om provinciale rol te spelen of bijzondere projecten te kunnen opzetten - Kennis over onder andere community art aanpak, co-creatie, communicatie, bereik nieuwe doelgroepen en financiering. - Collectieve promotie (positief imago en gezicht geven aan) - Belangenbehartiging van amateurkunst naar andere domeinen, provinciale en landelijke partijen - verbinding van amateurkunst met andere domeinen om zo nieuwe kansen te krijgen - Kennis nodig om regierol ten aanzien van kennismaken, leren en doen op lokaal niveau op kunnen pakken - Provinciale netwerkvorming (aanjager nodig) - Financiële middelen om vernieuwing te realiseren - Financiële middelen voor kunstbeoefening voor kinderen met minder financiële ruimte - Extra financieringsmogelijkheden - Ontwikkelen van een gemeenschappelijke taal en referentiekader - Verbeteren van de kwaliteit en borgen van de continuïteit van cultuureducatie - Initiëren van vernieuwingen - Optimaal gebruik maken van onze bovenlokale schaal - Ondersteunen van provinciale partners bij de ontwikkeling naar slagvaardige en eigentijdse spelers in het amateur-kunstenveld - Aanjagen van nieuwe (gespreks-) partners op provinciaal niveau daar waar die ontbreken - Ruimte creëren voor nieuwe initiatieven - Streven naar een pluriform en levendig klimaat voor actieve kunstbeoefening - Leggen van verbindingen met andere domeinen - Vergroten van de deskundigheid van partners - Bevorderen van de lokale netwerkvorming - Creëren van sterke provinciale spelers en bevorderen van hun onderlinge samenhang in het Brabantse cultuursysteem 11

3.1 Projecten en dienstverlening Bij de inhoudelijke invulling van de programma s onderscheiden wij projecten en doorlopende dienstverlening. Een project is wezenlijk anders dan een continue dienstverlening namelijk een project heeft een beperkte looptijd met een duidelijk einddoel. Het is een eenmalige maximale prestatie binnen een bepaald budget en een bepaalde tijdspanne. Uitkomsten van een project kunnen op zichzelf staan bijvoorbeeld opleveren van een onderzoek, maar kunnen ook bedoeld zijn om daarna te implementeren in doorlopende dienstverlening. Voorbeeld het aanjagen van nieuwe gesprekspartners is een project, na afronding van dit project kunnen we een partnerschap aangaan met de partijen die deze rol op zich willen nemen in onze dienstverlening maatwerkondersteuning amateurkunst. Binnen doorlopende dienstverlening vervullen wij taken waarbij wij ook budgetten en doelen omschrijven maar na het realiseren van het einddoel (bijvoorbeeld verstrekken van subsidiemiddelen 2015) hoeft de dienstverlening niet klaar te zijn, deze taak kan elk jaar opnieuw op dezelfde wijze worden uitgevoerd. Belangrijk bij doorlopende dienstverlening is vanuit een meerjarenvisie continuïteit borgen. Wij werken binnen al onze activiteiten planmatig waarin we concrete resultaten, activiteiten, doelen, planning en budgetten benoemen. 3.2 Betrokkenheid partners en veld bij het opstellen van het werkplan In alle projecten en bij de dienstverlening werken wij nauw samen met partners voor het veld. Alle omschreven projecten en diensten komen dan ook voort uit praktijkvragen van onze partners. Voor programma 1 hebben wij de uitkomsten van de KPC monitor CmK, het klantentevredenheidsonderzoek Kunstmenu (2014), klantgesprekken met werkgroepen, de klankbordgroep De Cultuur Loper, klankbordgroep voortgezet onderwijs en reguliere overleggen met diverse partners zoals kunstencentra, lokale intermediairs meegenomen in het vormgegeven van de projecten en diensten. Voor programma 2 hebben wij in 2014 een uitgebreid onderzoek gehouden naar de provinciale infrastructuur amateurkunst. Uit dat onderzoek zijn concrete behoeften en aanbevelingen dienstverlening door het veld voor Kunstbalie benoemd die meegenomen zijn in het werkplan. Ook het klantentevredenheidsonderzoek muziekexamens is meegenomen in de vormgeving van de dienstverlening. Daarnaast hebben wij met provinciaal opererende amateurkunst partijen diverse gesprekken over ondersteuning, behoefte dienstverlening en is de dienstverlening maatwerkondersteuning amateurkunst zo ingericht dat ook toekomstige kansen en knelpunten samen opgepakt kunnen worden. 12

Voor programma 3 hebben wij afgelopen jaar met alle lokale kunstencentra een strategisch overleg gevoerd over samenwerking en ondersteuning vanuit Kunstbalie. De realisatie van deze afspraken is vormgegeven in maatwerkondersteuning en bijvoorbeeld het project collectieve promotie. Samen met DOKe is in 2013 het investeringsprogramma lokale partners vormgegeven en die is duidelijk herkenbaar overgenomen in de subsidieregeling 2014. Ook vindt er frequent overleg plaats met de agendacommissie lokale intermediairs, het bestuur van DOKe en het JCFB over ondersteuning vanuit Kunstbalie. 3.3 Effect en rendement Kunstbalie kent verschillende manieren om het effect en rendement van de dienstverlening te meten. Wij passen eigen onderzoek naar klanttevredenheid en getalsmatig onderzoek naar bijvoorbeeld deelnemersaantallen toe. En we zetten, afhankelijk van de omvang van de activiteit of activiteiten, onderzoeksopdrachten uit bij externe partijen als het LKCA en het onderwijsadviesbureau KPC Groep. De onderzoeken gaan uitgebreid worden met het meten van het effect op de persoonlijke ontplooiing van de inwoners van Noord-Brabant en daarmee op hun kwaliteit van leven. Op die manier willen we het maatschappelijk rendement van investeringen in kunsteducatie en kunstbeoefening aantoonbaar maken. In samenwerking met de provincie en collega steunfunctie-instellingen werken wij mee aan een benchmark en onderzoeken om indicatoren ten aanzien van maatschappelijk rendement vorm te geven. Kunstbalie werkt dit jaar voor het eerst met een beschrijving van prestatie-indicatoren conform uitvraag provincie. Voor alle projecten en diensten hanteren wij, indien van toepassing, de volgende indicatoren: - aantal activiteiten - bereik (aantallen partners en doelgroepen) - spreiding (geografische en inhoudelijk) - samenwerking (kwaliteit partnerschap, inzet middelen en uren van partners) - kwaliteit (innovatie, slagkracht organisatie, inhoud opgeleverde plannen/projecten) - duurzaamheid (effect op langere termijn) - klantentevredenheid 13

4. SAMENWERKINGSPARTNERS EN DOELGROEPEN Partners en doelgroepen De uiteindelijke doelgroep van Kunstbalie wordt uiteraard gevormd door alle inwoners van Noord-Brabant. Dit is de groep die wij dusdanig willen ondersteunen dat zij zich optimaal kunstzinnig kan ontplooien, met als ideaal beeld een doorlopende ontwikkelingslijn. Dit doen wij niet rechtstreeks maar door het aangaan van diverse samenwerkingen en door ervoor te zorgen dat spelers in het Brabantse cultuursysteem hun taak nog beter op zich kunnen nemen. Deze spelers zijn afwisselend samenwerkingspartner en doelgroep (afnemer van onze dienstverlening). Op het moment dat wij deze partners ondersteunen, faciliteren, subsidiëren, scholen en adviseren streven wij in onze tweedelijnsrol doelen na die slechts kunnen worden behaald wanneer we deze partners als doelgroep benaderen. Onze belangrijkste partners zijn gemeenten, scholen in het primair en voortgezet onderwijs, kunstencentra, intermediairs (marktplaatsen cultuureducatie), kunstproducenten, cultuuraanbieders en provinciale projectorganisaties, koepels en bonden in de amateurkunst. Collega-steuninstellingen Op provinciaal niveau bestaan al geruime tijd samenwerkingsrelaties met bkkc, Erfgoed Brabant en Cubiss. Doelgericht samenwerken was daarbij steeds de inzet van Kunstbalie. Een aantal projecten is door deze samenwerkingen gerealiseerd. Voor 2015 zijn meer dan ooit samenhang en samenwerking aan de orde. Mede in het kader van de provinciale opdracht voor 2015 wordt gericht gewerkt aan de verbetering van de kwaliteit van onze dienstverlening door samenwerking met in eerste instantie bkkc, Erfgoed Brabant en Cubiss, zowel in strategische zin als op project- en productniveau. Op termijn streven wij naar een verregaande vorm van samenwerking met en samenhang tussen de kunst- en cultuur gerelateerde provinciale steuninstellingen. Van daaruit zal ook worden gewerkt aan onder meer resultaat gerichte verbindingen en samenwerkingsvormen met de steuninstellingen die gericht zijn op andere aandachtsgebieden binnen het sociaal maatschappelijk en economisch domein. Landelijke partners Kunstbalie is actief als samenwerkingspartner in het LKCA, Fonds voor Cultuurparticipatie, CALXL en de Raad van 12. 14

5. PROGRAMMA S 1. Verbinden van kunst en onderwijs Het onderwijs en de kunsten zijn niet van nature met elkaar verbonden. Door het verbinden van deze unieke werelden en de inhoudelijke kennis op elkaar af te stemmen wordt de kwaliteit van cultuureducatie binnen het onderwijs vergroot. Door het bevorderen van de deskundigheid in beide sectoren en het initiëren van projecten, programma's en instrumentaria worden verbindingen tussen kunst en onderwijs gelegd en wordt landelijk beleid verbonden met lokale realiteit. Kunstbalie werkt nauw samen met partners in zowel onderwijs als de kunstensector om wat lokaal aanwezig is optimaal te benutten en hetgeen bovenlokaal meerwaarde oplevert te organiseren. Doelstellingen: - het ontwikkelen van een gemeenschappelijke taal en referentiekader - verbeteren van de kwaliteit en borgen van de continuïteit van cultuureducatie - het initiëren van vernieuwingen en optimaal gebruikmaken van onze bovenlokale schaal De rol van Kunstbalie binnen het terrein van de kunsteducatie is die van expert, adviseur, initiator, coach, verbinder en investeerder. Projecten 1.1 Overdracht productontwikkeling extern 1.2 Kunstbende Scholenwedstrijd 1.3 Got2 Cultuurdagen 1.4 Netwerk Schoolbesturen (VO en PO) 1.5 Docenten platforms voortgezet onderwijs 1.6 Versterken regierol werkgroepen Dienstverlening 1.7 De Cultuur Loper 1.8 KunstSelect 1.9 Scholing voortgezet onderwijs 1.10 Subsidieverstrekking voortgezet onderwijs 1.11 Provinciale Uitrol De Cultuur Loper 1.12 Actuele ontwikkelingen en advisering 15

Periode (jaar) 2015 Programma 1: Verbinden van kunst en onderwijs Project 1.1 Overdracht productontwikkeling extern Samenvatting Nut en Noodzaak Het kunstenveld activeren zodat voor alle disciplines passend aanbod ontwikkeld wordt voor het onderwijs. De rol van Kunstbalie verandert van aanbieder & ontwikkelaar (het oorspronkelijke kunstmenu, aanbod gestuurd) naar verbinder & expert (kunsteducatie/ KunstSelect: vraaggericht). Kunstbalie wil expertise en kennis (praktisch en theoretisch) overdragen zodat aanbieders beter in staat zijn hun projecten geschikt te maken voor het onderwijs. Het onderwijs krijgt steeds meer handvatten (De Cultuur Loper; overheidsbeleid; domeinen; competenties voor cultuureducatie) om een gefundeerde keuze te maken voor het cultuuraanbod in de afzonderlijke scholen. Kunstbalie biedt met KunstSelect ruimte voor een deel van dat aanbod, maar wil ook dat de scholen (via intermediairs/marktplaatsen) en door scholen benaderde aanbieders elkaar verstaan in de vraag naar hoogwaardige projecten (praktisch inzetbaar, didactisch onderbouwd, school en aanbieder spreken dezelfde taal). Kunstbalie ondervindt bij het scouten van educatieve projecten voor het onderwijs een gebrek aan: kwalitatief hoogstaande, innovatieve projecten (met name educatief) die direct inzetbaar zijn in het onderwijs (praktische inzetbaarheid op grotere schaal). Daarbij komt, dat onderwijs en aanbieders vaak niet dezelfde taal spreken: de behoeften van het onderwijs zijn bij aanbieders vaak niet bekend. Doelstellingen - Kwalitatief hoogstaande, innovatieve projecten (met name educatief) die: - direct inzetbaar zijn in het onderwijs (praktische inzetbaarheid op grotere schaal). - Creëren van eenzelfde taal (vraag en aanbod). Activiteiten - Scholingsdagen voor kunstaanbieders; - ondersteuning op maat aan kunstaanbieders (kunstenaar en educator verbinden); - netwerk bijeenkomsten organiseren voor sectoren waar niet met impresariaten gewerkt wordt (sectoren: literatuur, mediakunst, beeldende kunst, fotografie en film;. - Nieuw ontwikkeld aanbod zichtbaar en beschikbaar maken voor het onderwijs via opname in KunstSelect, informeren van intermediairs, DepotC, nieuwsbrieven en social media.structurele samenwerking met de Master Kunsteducatie (Tilburg). - verankering van innovatieve en kwalitatieve projecten te waarborgen via de (grotere) kunstinstellingen in Brabant (zoals Artemis, Jeroen Bosch 500, SMs, philharmonie zuid nederland, Breda Photo, musea); Prestatie indicatoren Bereik - Kunstaanbieders: 4 Brabantse gezelschappen, 3 musea, 2 bestaande initiatieven en individuele kunstenaars. - Educatoren in de cultuursector. Samenwerking met: - Master Kunsteducatie, BKKC Divers - 2 Kwalitatief hoogwaardige projecten ontwikkeld voor het onderwijs. 16

Resultaten - onderzoek onder aanbieders kunsteducatie waarin de wensen en voorwaarden voor een netwerk worden opgehaald. - organisatie van een eerste netwerkbijeenkomst of online platform - een publicatie gekoppeld aan een scholingsactiviteit voor educatoren en aanbieders - 4 nieuwe samenwerkingsverbanden met musea/kunstproducenten die concreet resulteren in nieuw productaanbod voor het primair onderwijs - structurele samenwerking met Fontys master kunsteducatie Klanttevredenheid Het onderwijs kan via KunstSelect tonen of zij tevreden is over het geleverde aanbod. Dit onderzoek moet een ruim voldoende opleveren. Risico s en voorwaarden Voorwaarden: - partnerschap in samenwerking 17

Periode (jaar) 2015 Programma 1: Verbinden van kunst en onderwijs Project 1.2 Samenvatting Kunstbende Scholenwedstrijd voortgezet onderwijs De Kunstbende scholenwedstrijd is een pitch waarbij scholen succesvolle culturele activiteiten presenteren en zo kennis en ervaringen met elkaar uitwisselen. Doelstellingen - Verbinden binnen- en buitenschoolse activiteiten door samenwerking onderwijs met Kunstbende (wedstrijd voor individuele kunstbeoefening jongeren) - Uitwisselen succesvolle culturele activiteiten - Kennisdeling en ervaringen uitwisselen tussen scholen onderling - Inspireren van andere scholen door goede voorbeelden - Talentontwikkeling van jongeren door middel van cultuur Activiteiten - Intake gesprekken met school - Coachingsavonden voor scholen (pitch-vaardigheden) - Generale repetitie (presentatie coach) - De wedstrijd - Voorbereiding vakjury - Nazorg aan de winnaars in 2 a 3 bijeenkomsten (coaching en evaluatie) Prestatie indicatoren Bereik - alle scholen in Noord-Brabant worden aangeschreven mee te doen - 7 tot 14 deelnemende instellingen uit het voortgezet onderwijs - docenten en leerlingen van deze scholen - publiek van de Kunstbende wedstrijd Spreiding - Hele provincie Resultaten - 7 tot 14 succesvolle cultuureducatieve activiteiten - Provinciale en landelijke zichtbaarheid van succesvolle cultuureducatieve projecten binnen het voortgezet onderwijs - Talentontwikkeling van jongeren - Talentontwikkeling van scholen door het deelnemen aan een pitch - Kennisdeling tussen scholen onderling en met experts Klanttevredenheid Risico s en voorwaarden Alle deelnemers ontvangen een evaluatieformulier. Verder zijn er evaluatiegesprekken met de winnaars van de wedstrijd. De resultaten worden verwerkt in de wedstrijd 2016. Risico s: - onvoldoende aanmeldingen; - onvoldoende aansluiting van de projecten bij de aandachtsgebieden; - tijdsinvestering van leerlingen en docenten. Voorwaarden: - succesvolle samenwerking met Kunstbende; - financiële ondersteuning Kunstbende voor partnerschap in de scholenwedstrijd. 18

Periode (jaar) 2015 Programma 1: Verbinden van kunst en onderwijs Project 1.3 Samenvatting Got2 cultuurdagen voortgezet onderwijs De Got2 cultuurdagen verbinden scholen duurzaam aan lokale en professionele culturele instellingen om nieuwe activiteiten te organiseren of bestaande te verbeteren. Doelstellingen - Ondersteunen van scholen bij het vormgeven van een kunstdiscipline binnen het curriculum of activiteitenplan. Activiteiten - Adviesgesprekken om concrete vraag van de school helder te krijgen - Adviesgesprekken waarin de school wordt verbonden aan culturele aanbieders - Inhoudelijke ondersteuning van de culturele instelling bij de organisatie en uitvoer van een activiteit - Evaluaties van de samenwerking tussen school en cultuuraanbieder Prestatie indicatoren Bereik - 5 scholen, 200 leerlingen per school - 4 tot 8 cultuuraanbieders - 4 lokale intermediairs Blijvend effect (duurzaamheid) - structurele samenwerking tussen school en culturele instellingen - kennis van organisatie en uitvoer nieuwe kunstprojecten Resultaten - Duurzame samenwerking tussen de school en lokale of provinciale cultuuraanbieders - Kwalitatieve nieuwe kunstprojecten in het curriculum of activiteitenplan van de school - Structurele ruimte binnen het activiteitenplan voor nieuwe kunst-educatieve projecten - Versterkte positie van de intermediair (oa marktplaatshouder) door informeren over welke culturele instellingen er zijn voor het onderwijs en wat deze bij kunnen dragen aan de invulling van de vraag van de school, ondersteunen van de school bij het leggen van de verbinding met de culturele instelling, optreden als organisator van de activiteit. Klanttevredenheid Bij elk project vindt een eindevaluatie plaats over tevredenheid samenwerking en ondersteuning door Kunstbalie. De klanttevredenheid wordt niet in een cijfer uitgedrukt. De ambitie is dat scholen zich committeren aan een meerjarige, duurzame samenwerking met een of meerdere lokale partners. Risico s en voorwaarden Risico s: - de vraag van de school is onvoldoende concreet, waardoor men de samenwerking met een culturele instelling niet vorm kan geven; - de vraag van de school sluit niet aan op de expertise van de culturele partijen - de school zoekt een eenmalig project; - de school zoekt een organisator van een project. 19

Periode (jaar) 2015 Programma Verbinden van kunst en onderwijs Project 1.4 Netwerken besturen voortgezet- en primair onderwijs Samenvatting Hoe Het opzetten van provinciale netwerken voortgezet- en primair onderwijsbesturen om het belang van kunsteducatie op de beleidsagenda s te zetten en zo kunsteducatie te verankeren in het lokale onderwijsbeleid. De huidige dienstverlening t.a.v. het onderwijs is vooral gericht op leerkrachten en cultuurcoördinatoren (bottom-up). Dat heeft gezorgd voor veel draagvlak op de werkvloer. Op bestuurlijk niveau echter heeft beleid t.a.v. kunsteducatie weinig prioriteit. Dit blijkt uit onder andere: het advies van de Raad voor Cultuur en onderwijsraad (2012), en uit de eerste tussentijdse effectmonitor CmK Brabant (2014) en uit het feit dat in het bestuursakkoord primair onderwijs benoemd staat dat de betrokkenheid van het bovenschoolsbestuur een extra impuls behoeft. Door de beperkte betrokkenheid wordt de ontwikkeling van het kunstonderwijs geremd. Om weer een nieuwe stap te zetten richting duurzame verankering van het kunstonderwijs, willen we de besturen gericht benaderen om de aandacht voor kunstonderwijs te vergroten. Dit doen wij door - Inventariseren van de schoolbesturen in Brabant en maken van korte analyse van hun beleid, gericht op het vinden van aanknopingspunten voor kunsteducatie. - Kennismaken met 5 besturen die in hun beleid laten zien dat kunsteducatie voor hen belangrijk is. - Afspraken maken over samenwerking (bijvoorbeeld op het gebied van scholing, of het gezamenlijk optrekken om middelen binnen te halen bij bijvoorbeeld het FCP, bij de regeling Muziekonderwijs). - Oprichten van een klankbordgroep van bestuurders die meedenken over het vergroten van het draagvlak voor kunsteducatie. Doelstellingen - Het vergroten van het draagvlak voor het kunstonderwijs op scholen in Brabant. - Kennismaken met de schoolbesturen van Brabant - Kennis hebben van hun visie ten aanzien van kunsteducatie - Zicht hebben op het gemeenschappelijk belang, met als doel kunsteducatie beter verankerd te krijgen in het onderwijs. - Samenwerken met maximaal 5 besturen bij het ontwikkelen van beleid, activiteiten en financiering ten aanzien van kunsteducatie. Activiteiten - Inventarisatie opstellen - Verkennende en verdiepende gesprekken voeren met schoolbesturen - Samenwerken met schoolbesturen bij het opstellen van beleid, subsidieaanvragen en activiteiten. De selectie tav samenwerking vindt plaats op basis van kennis over de meest concrete en kansrijkste samenwerking dit is bijvoorbeeld door aandacht hiervoor in het beleidsplan (formulering kwaliteitskader) - Oprichten klankbordgroep (3 bestuurders) Prestatie indicatoren Bereik (aantal scholen, gemeenten, partners en eindgebruikers) 5 schoolbesturen Samenwerking met partijen Blijvend effect (duurzaamheid) Schoolbesturen, koepels, culturele veld, lokale intermediairs (die wellicht al afspraken hebben met schoolbesturen) en mogelijk gemeenten, provincie (als vindplaats voor informatie ten aanzien van schoolbesturen). Schoolbesturen bepalen het beleid van scholen. Een succesvolle samenwerking met schoolbesturen kan ruimte creëren voor kunsteducatie in de komende jaren. Brabantbreed Spreiding Resultaten Meer draagvlak bij besturen voor beleid en activiteiten op het gebied van de kunsteducatie. Klanttevredenheid Via de klankbordgroep. Streefcijfer 7,5 Risico s en Voorwaarde: voorwaarden - De mate waarin schoolbesturen willen meebewegen is ons niet bekend. 20

Periode (jaar) 2015 Programma 1: Verbinden van kunst en onderwijs Project 1.5 Docentenplatform voortgezet onderwijs Samenvatting Het verbinden van lokale kunstvakdocentnetwerken om kennis, vragen en actuele zaken rondom kunsteducatie bovenlokaal uit te wisselen. Doelstellingen - Delen van kennis, informatie en contacten - Inventarisatie van bestaande netwerken en daarbij horende sleutelfiguren - Gemeenschappelijke vragen en behoeften oplossen - Formuleren van een gemeenschappelijk doel van het netwerk Activiteiten - Testgroep organiseren (25 personen) - Netwerkbijeenkomsten (4) - Online platform realiseren met 1.800 potentiële gebruikers on andere door het koppelen van de bestaande facebook-groepen van vakdocenten, met een online portal - Database up to date maken - 10 keer een digitale nieuwsbrief en andere communicatiemomenten en -middelen Prestatie indicatoren Bereik - 180 scholen uit het voortgezet onderwijs, met 1.800 docenten - 14 contactmomenten per jaar (nieuwsbrief/bijeenkomsten) - lokale intermediairs - collega steunfunctie-instellingen m.b.t. cultuureducatie vo Blijvend effect (duurzaamheid) - een bovenlokaal netwerk van kunstvakdocenten in het vo dat jaarlijks groeit. - Docenten die ambassadeur zijn van het netwerk Spreiding - provinciaal (180 instellingen vo) Resultaten - 25 deelnemende docenten in 2015 aan de testgroep - Up-to-date bestand met netwerken, docenten en stakeholders - actief en vitaal netwerk (platform) - platform is bekend bij het onderwijs (1.800 docenten) - Informatievoorziening via een nieuwsbrief Klanttevredenheid In 2015 vindt een evaluatie plaats met de testgroep leden over werkwijze en ondersteuning van Kunstbalie en over realisatie platform. Dit doen wij middels individuele uitvraag en een online enquête. Streefwaarde 7,5. Risico s en voorwaarden Risico s - te weinig deelnemers door onvoldoende tijd en geld in het onderwijs 21

Periode (jaar) 2015 Programma Verbinden kunst en onderwijs Project 1.6 Versterking regierol werkgroepen Samenvatting Nut en Noodzaak Het stimuleren van de ontwikkeling van de lokale werkgroepen die samen onder andere KunstSelect-producten afnemen. Kunstbalie heeft het kunstmenu omgevormd tot KunstSelect. Werkgroepen hebben nu de mogelijkheid onderdelen lokaal in te vullen en te combineren met door Kunstbalie geselecteerd en bemiddeld aanbod. Hiermee voorziet Kunstbalie in een groeiende vraag. Een werkgroep is de vertegenwoordiging van samenwerkende scholen (minimaal 1.000 leerlingen) met in de werkgroep een voorzitter (veelal directeur), de lokale intermediair en de interne cultuur coördinatoren van de deelnemende scholen. Kunstbalie constateert dat werkgroepen moeite hebben zelf daadwerkelijk vorm te geven aan een cultuureducatief programma waarin zowel lokale activiteiten als KunstSelect aanbod in. Daarom wil Kunstbalie samen met intermediairs en de lokale culturele omgeving een traject opstarten waarin werkgroepen worden ondersteund bij de invulling van KunstSelect. Daarbij maakt men gebruik van het theoretisch kader dat is ontwikkeld in De Cultuur Loper. Door het uitzetten van een traject waarbij stapsgewijs wordt gewerkt aan: - het helder krijgen van de ambitie van de werkgroep; - verkenning van de lokale culturele omgeving; - scholing gericht op culturele bagage en de drie domeinen van de kunsteducatie ; - concreet opzetten van het menu in een beknopt plan. Uitvoering van dit traject vindt idealiter plaats door de lokale intermediair, met ondersteuning van Kunstbalie. Wanneer er geen intermediair beschikbaar is, neemt Kunstbalie het voortouw. Doelstellingen - Werkgroepen zodanig toerusten en ondersteunen dat zij in staat zijn om hun lokale kunstprogramma weloverwogen in te vullen met een combinatie van lokaal en provinciaal aanbod. - Lokale intermediairs ondersteunen bij het uitvoeren van bovenstaand traject. Activiteiten Maximaal 10 trajecten van ongeveer 4 dagdelen (zie Hoe ) Prestatie indicatoren Resultaten Klanttevredenheid Risico s en voorwaarden Bereik (aantal scholen, gemeenten, partners en eindgebruikers) Samenwerking met (aantal partijen) Blijvend effect (duurzaamheid) Maximaal 10 werkgroepen (minimaal 1.000 leerlingen per werkgroep en hun culturele omgeving) - Werkgroepen - Intermediairs - Lokale culturele veld (kunstencentra, musea, podia) Kunsteducatie wordt beter verankerd in het onderwijs doordat scholen steeds beter in staat zijn om weloverwogen keuzes te maken m.b.t. hun kunstonderwijs. Brabantbreed Spreiding De werkgroepen die dit traject doorlopen maken samen met hun lokale culturele omgeving weloverwogen keuzes ten aanzien van de invulling van hun lokale kunstprogramma. Evaluatie door de deelnemers tijdens reguliere bijeenkomsten met adviseurs kunsteducatie Risico: - Op het platteland kan het lokale culturele aanbod minder groot zijn dan in stedelijke gebieden. Dit kan leiden tot problemen bij het invullen van de lokale component. Voorwaarde: - er moet op voorhand wel een wens tot verandering bij een werkgroep zijn. In onze klantgesprekken (oa najaar 2014) blijkt dat bij een groot deel van de werkgroepen de wens aanwezig is lokaal en bovenlokaal aanbod te combineren. Daarnaast is deze ontwikkeling ook in gang gezet door de regeling CmK (zie De Cultuur Loper) waarin scholen meer zelf de regie moeten nemen op cultuureducatie. 22

Periode (jaar) 2015 Programma 1: Verbinden van kunst en onderwijs Dienstverlening 1.7 De Cultuur Loper Samenvatting Achtergrond Hoe De uitvoering van Cultuureducatie met Kwaliteit (CmK) in Brabant vormt een bijdrage aan de verbetering van de kwaliteit en de borging van cultuureducatie in het onderwijs. Kunstbalie ontwikkelt hiertoe De Cultuur Loper als Brabants model voor CmK. Daarnaast is Kunstbalie penvoerder voor de regeling en wordt bijgedragen aan de uitvoering ervan als aanjager, coach, expert en ontwikkelaar van scholing en activiteiten. In lijn met het landelijke programma Cultuureducatie met Kwaliteit (CmK) werken scholen en hun culturele partners met behulp van het speciaal daartoe ontwikkelde instrument De Cultuur Loper aan de kwaliteit en de borging van cultuureducatie. De Cultuur Loper (DCL) is de Brabantse vertaling van het beleid van het ministerie van OCW om cultuureducatie meer in het onderwijscurriculum te verankeren. Hierbij staan vier doelen centraal: ontwikkeling, verdieping en vernieuwing van het curriculum; vakinhoudelijke deskundigheid; relatie van scholen met hun culturele omgeving; beoordelen van de culturele ontwikkeling van leerlingen. Kunstbalie werkt hierbij nauw samen met het Fonds voor Cultuurparticipatie en vervult met DCL een landelijke voortrekkersrol. Het Landelijk Kennisinstituut Cultuureducatie en Amateurkunst (LKCA) volgt om die reden de Brabantse vertaling van CmK in een casestudy op de voet. De betrokken lokale partners onderschrijven het belang van cultuureducatie in het onderwijs en verbinden zich aan de uitgangspunten van de regeling CmK en de in dat kader geformuleerde doelstellingen. Door de inhoudelijke en financiële samenwerking tussen het Fonds voor Cultuurparticipatie, Erfgoed Brabant, Kunstbalie en gemeenten worden scholen en hun lokale culturele partners (professionele kunstaanbieders, centra voor de kunsten, overige cultuuraanbieders en erfgoedpartners) geholpen de genoemde vier doelen te realiseren. De 23