RICHTLIJN (EU) 2016/1629 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Vergelijkbare documenten
INFORMATIEBLAD OVER DE ES TRIN PROCEDURE VOOR ONTHEFFINGEN EN GELIJKWAARDIGHEDEN VAN DE TECHNISCHE VOORSCHRIFTEN VAN VOOR SPECIFIEKE VAARTUIGEN

Richtlijn 2008/126/EG PB L32 gecertificeerd bij L 34 Richtlijn 2009/46/EG PB L 109 Richtlijn 2013/49/EU

Internationale technische regelgeving binnenvaart. Wie doet wat?

RICHTLIJNEN. (2) De technische voorschriften voor schepen die op de Rijn varen, worden vastgesteld door de Centrale Commissie voor de Rijnvaart (CCR).

VOORSTEL TOT STATUTENWIJZIGING UNIQURE NV. Voorgesteld wordt om de artikelen 7.7.1, 8.6.1, en te wijzigen als volgt: Toelichting:

Besluitenlijst CCvD HACCP/ List of decisions National Board of Experts HACCP

GOVERNMENT NOTICE. STAATSKOERANT, 18 AUGUSTUS 2017 No NATIONAL TREASURY. National Treasury/ Nasionale Tesourie NO AUGUST

Besluitenlijst CCvD HACCP/ List of decisions National Board of Experts HACCP

Raad van de Europese Unie Brussel, 1 juni 2016 (OR. en)


PRESTATIEVERKLARING. Nr NL. 5. Het systeem of de systemen voor de beoordeling en verificatie van de prestatiebestendigheid: 2+

Examenreglement Opleidingen/ Examination Regulations

PRESTATIEVERKLARING. Nr NL. 5. Het systeem of de systemen voor de beoordeling en verificatie van de prestatiebestendigheid: 2+

PRESTATIEVERKLARING. DoP: voor fischer RM II (Lijm anker voor gebruik in beton) NL

PRESTATIEVERKLARING. Nr NL. 5. Het systeem of de systemen voor de beoordeling en verificatie van de prestatiebestendigheid: 2+

PRESTATIEVERKLARING. Nr NL. 5. Het systeem of de systemen voor de beoordeling en verificatie van de prestatiebestendigheid: 2+

PRESTATIEVERKLARING. Nr NL. bijlages B 1 tot en met B 4

PRESTATIEVERKLARING. Nr NL

PRESTATIEVERKLARING. Nr NL. Bevestiging achteraf in gescheurd of ongescheurd beton, zie bijlage, in het bijzonder bijlages B 1 tot en met B 6

PRESTATIEVERKLARING. Nr NL. 5. Het systeem of de systemen voor de beoordeling en verificatie van de prestatiebestendigheid: 1

PRESTATIEVERKLARING. Nr NL

PRESTATIEVERKLARING. Nr NL. 5. Het systeem of de systemen voor de beoordeling en verificatie van de prestatiebestendigheid: 1

GEDELEGEERDE RICHTLIJN (EU) 2018/970 VAN DE COMMISSIE

PRESTATIEVERKLARING. Nr NL. Bevestiging achteraf in gescheurd of ongescheurd beton, zie bijlage, in het bijzonder bijlages B 1 tot en met B 4

Welke functies moeten ingevuld worden?

Opleiding PECB IT Governance.

PRESTATIEVERKLARING. Nr NL. Bevestiging achteraf in ongescheurd beton, zie bijlage, in het bijzonder bijlages B 1 tot en met B 3

9008/1/15 REV 1 ons/pau/sl 1 DGE 2 A

PRESTATIEVERKLARING. Nr NL. 5. Het systeem of de systemen voor de beoordeling en verificatie van de prestatiebestendigheid: 1

PRESTATIEVERKLARING. DoP: 0094 voor injectiesysteem fischer FIS V (Lijm anker voor gebruik in beton) NL

Herziene versie nr. 1 van de nota I/A-punt 7759/16:

PRESTATIEVERKLARING. Nr NL. 5. Het systeem of de systemen voor de beoordeling en verificatie van de prestatiebestendigheid: 1

PRESTATIEVERKLARING. Nr NL. 5. Het systeem of de systemen voor de beoordeling en verificatie van de prestatiebestendigheid: 1

PRESTATIEVERKLARING. Nr NL

PRESTATIEVERKLARING. Nr NL. 5. Het systeem of de systemen voor de beoordeling en verificatie van de prestatiebestendigheid: 2+

TRYPTICH PROPOSED AMENDMENT TO THE ARTICLES OF ASSOCIATION ("AMENDMENT 2") ALTICE N.V.

Opleiding PECB ISO 9001 Quality Manager.

Voorbeeld. Preview ISO 5208 INTERNATIONAL STANDARD. Industrial valves - Pressure testing of valves

Cambridge Assessment International Education Cambridge International General Certificate of Secondary Education. Published

Met uitzondering van de Griekse delegatie, die zich tegen dit besluit heeft uitgesproken.

Het Europese kader: verordening, richtlijn, aanbeveling, communicatie

PRESTATIEVERKLARING. DoP: 0058 voor termoz SV II ecotwist (Kunststof verbindingen voor gebruik in beton en metselwerk ) NL

Engels op Niveau A2 Workshops Woordkennis 1

Besluit 87/373/EEG van de Raad tot vaststelling van de voorwaarden die gelden voor de uitoefening van uitvoeringsbevoegdheden (13 juli 1987)

SAMPLE 11 = + 11 = + + Exploring Combinations of Ten + + = = + + = + = = + = = 11. Step Up. Step Ahead

(1) De hoofdfunctie van ons gezelschap is het aanbieden van onderwijs. (2) Ons gezelschap is er om kunsteducatie te verbeteren

PRESTATIEVERKLARING. DoP: voor fischer Doorsteek anker FAZ II (Momentgecontroleerd spreidanker) NL

PRESTATIEVERKLARING. Nr NL. 5. Het systeem of de systemen voor de beoordeling en verificatie van de prestatiebestendigheid: 1

MyDHL+ Van Non-Corporate naar Corporate

PRESTATIEVERKLARING. Nr NL. 5. Het systeem of de systemen voor de beoordeling en verificatie van de prestatiebestendigheid: 1

Chapter 4 Understanding Families. In this chapter, you will learn

Process Mining and audit support within financial services. KPMG IT Advisory 18 June 2014

INFORMATIEBIJEENKOMST ESFRI ROADMAP 2016 HANS CHANG (KNAW) EN LEO LE DUC (OCW)

PRESTATIEVERKLARING. DoP: 0084 voor fischer Highbond-Anchor FHB II Inject (Lijm anker voor gebruik in beton) NL

Russische Federatie, huiden van pelsdieren (DPDL-84) 10 januari 2018 Versie: 1.0.6

FOD VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU 25/2/2016. Biocide CLOSED CIRCUIT

Lichamelijke factoren als voorspeller voor psychisch. en lichamelijk herstel bij anorexia nervosa. Physical factors as predictors of psychological and

VR DOC.0862/1BIS

THE LEGAL QUALIFICATION OF ARTICLE 4 WFD. Jasper van Kempen

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1992 Nr. 135

DEPARTMENT OF ENVIRONMENTAL AFFAIRS NOTICE 245 OF 2017

Voorbeeld. Preview ISO INTERNATIONAL STANDARD

INTERNATIONAL STANDARD. Machine bridge reamers. Alésoirs de chaudronnerie, à machine

Voorbeeld. Preview. Dit document is een voorbeeld van NEN / This document is a preview by NEN

3e Mirror meeting pren April :00 Session T, NVvA Symposium

Implementatiewet Europees kader voor herstel en afwikkeling van banken en beleggingsondernemingen (34 208) het "Wetsvoorstel"

THE WORK HET WERK HARALD BERKHOUT

Testplan Module 12: Bachelor assignment ( )

Toegang tot overheidsinformatie: de gevolgen van Europese ontwikkelingen voor Nederland

Kwade trouw mr. dr. A. Tsoutsanis. Seminar 'Trademark Package' 13 dec Benelux Bureau voor de Intellectuele Eigendom

L.Net s88sd16-n aansluitingen en programmering.

TRACTATENBLAD VAN HET

Integratie van Due Diligence in bestaande risicomanagementsystemen volgens NPR 9036

Annual event/meeting with key decision makers and GI-practitioners of Flanders (at different administrative levels)

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1983 Nr. 100

TRACTATENBLAD VAN HET

VOORGESTELDE WIJZIGING STATUTEN ALTICE N.V.

PRESTATIEVERKLARING. DoP: 0054 voor fischer TERMOZ 8 U, TERMOZ 8 UZ en WS 8L (Kunststof verbindingen voor gebruik in beton en metselwerk ) NL

Introductie in flowcharts

TRACTATENBLAD VAN HET

Laboratory report. Independent testing of material surfaces. Analysis of leaching substances in treated wood samples conform guide line EU 10/2011

Understanding the role of health literacy in self-management and health behaviors among older adults Geboers, Bas

PERSOONLIJKHEID EN OUTPLACEMENT. Onderzoekspracticum scriptieplan Eerste begeleider: Mw. Dr. T. Bipp Tweede begeleider: Mw. Prof Dr. K.

PRESTATIEVERKLARING. Nr NL. 5. Het systeem of de systemen voor de beoordeling en verificatie van de prestatiebestendigheid: 1

ABLYNX NV. (de Vennootschap of Ablynx )

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1974 Nr. 59

EU Data Protection Wetgeving

Museums en CITES in Nederland

TRACTATENBLAD VAN HET

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 2018 Nr. 18

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 2008 Nr. 145

Verantwoord rapporteren. Karin Schut

Voorbeeld. Preview IS INTERNATIONAL STANDARD. Space data and information transfer systems - ASCII encoded English

Langszij meevoeren: Certificaatplicht. Langszij meevoeren door pleziervaartuigen. Langszij meevoeren algemeen:

U I T S P R A A K

Impact PSD2 op IT audit. Marcel van Beek 5 juli 2018

U I T S P R A A K

General info on using shopping carts with Ingenico epayments

UvA-DARE (Digital Academic Repository) Education in wrist arthroscopy Obdeijn, Miryam. Link to publication

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1990 Nr. 96

Transcriptie:

RICHTLIJN (EU) 2016/1629 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 14 september 2016 tot vaststelling van de technische voorschriften voor binnenschepen, tot wijziging van Richtlijn 2009/100/EG en tot intrekking van Richtlijn 2006/87/EG Artikel 23 Aangepaste technische voorschriften voor bepaalde zones 1. De lidstaten kunnen, indien van toepassing onder voorbehoud van de voorschriften van de Herziene Rijnvaartakte, in aanvulling op de technische voorschriften als bedoeld in de bijlagen II en V technische voorschriften vaststellen voor vaartuigen die op hun grondgebied waterwegen van de zones 1 en 2 bevaren. Die aanvullende voorschriften hebben alleen betrekking op de in bijlage III genoemde elementen. Dit is de basis voor de bijlage 3.1 bij de binnenvaartregeling, de extra eisen voor passagiersschepen op de zone 2. Hierin zit nog een fout: volgens de definities in het binnenvaartbesluit is een passagiersschip: een binnenschip niet zijnde een veerpont of een veerboot dat is bestemd of wordt gebruikt voor het bedrijfsmatig vervoer van meer dan twaalf personen buiten de bemanningsleden. De extra eisen zoals zwaardere ankers en grotere minimum huiddikte zijn dus formeel niet van toepassing op veerponten op de zone 2 en veerboten. 2. Voor passagiersschepen die niet met elkaar in verbinding staande binnenwateren van zone 3 bevaren, kan iedere lidstaat technische voorschriften in aanvulling op de technische voorschriften als bedoeld in de bijlagen II en V handhaven. Die aanvullende voorschriften hebben alleen betrekking op de in bijlage III genoemde onderwerpen. 3. Indien de toepassing van de in bijlage II bedoelde overgangsbepalingen zou leiden tot een verlaging van de bestaande nationale veiligheidsnormen, kan een lidstaat die overgangsbepalingen buiten toepassing stellen voor passagiersschepen die zijn niet met elkaar in verbinding staande binnenwateren bevaren. In dat geval kan de betrokken lidstaat verlangen dat de passagiersschepen die zijn niet met elkaar in verbinding staande binnenwateren bevaren, met ingang van 30 december 2008 volledig voldoen aan de technische voorschriften als bedoeld in de bijlagen II en V.

4. De lidstaten kunnen voor vaartuigen die uitsluitend waterwegen van de zones 3 en 4 op hun grondgebied bevaren, een gedeeltelijke toepassing van de technische voorschriften toestaan of technische voorschriften vaststellen die minder streng zijn dan de technische voorschriften bedoeld in de bijlagen II en V. De minder strenge technische voorschriften of de gedeeltelijke toepassing van de technische voorschriften heeft alleen betrekking op de in bijlage IV genoemde elementen. 5. Indien een lidstaat lid 1, 2, 3 of 4 toepast, stelt hij de Commissie daarvan ten minste zes maanden vóór de beoogde datum van toepassing in kennis. De Commissie stelt dienovereenkomstig de andere lidstaten daarvan in kennis. In de in de leden 1 en 2 van dit artikel bedoelde gevallen, stelt de Commissie uitvoeringshandelingen vast ter goedkeuring van de aanvullende technische voorschriften. Die uitvoeringshandelingen worden overeenkomstig de in artikel 33, lid 2, bedoelde raadplegingsprocedure vastgesteld. 6. In het Uniebinnenvaartcertificaat of in het aanvullende Uniebinnenvaartcertificaat wordt vermeld dat aan de overeenkomstig de leden 1, 2, 3 en 4 aangepaste technische voorschriften is voldaan. Artikel 24 Ontheffingen voor bepaalde categorieën vaartuigen 1. De lidstaten kunnen, mits een passend veiligheidsniveau wordt gehandhaafd, geheel of gedeeltelijk ontheffing van de toepassing van deze richtlijn verlenen voor: a) vaartuigen die niet met elkaar in verbinding staande binnenwateren bevaren; b) vaartuigen met een laadvermogen van niet meer dan 350 ton, of niet voor goederenvervoer bestemde vaartuigen met een waterverplaatsing van minder dan 100 kubieke meter, waarvan de kiel is gelegd vóór 1 januari 1950 en die uitsluitend op hun grondgebied varen. 2. Onverminderd de Herziene Rijnvaartakte kunnen de lidstaten met betrekking tot de scheepvaart op hun grondgebied ontheffingen van deze richtlijn toestaan voor vaartuigen die beperkte trajecten van plaatselijk belang of in havengebieden afleggen. De ontheffingen en de trajecten of de gebieden waarvoor zij gelden, worden op het certificaat van het vaartuig vermeld. Dit is de basis voor de overige bijlagen bij de binnenvaartregeling.

3. De lidstaten stellen de Commissie in kennis van de krachtens de leden 1 en 2 toegestane ontheffingen. De Commissie stelt dienovereenkomstig de andere lidstaten daarvan in kennis. Artikel 25 Gebruik van nieuwe technologieën en ontheffingen voor specifieke vaartuigen 1. Om innovatie en het gebruik van nieuwe technologieën in de binnenvaart aan te moedigen, is de Commissie bevoegd uitvoeringshandelingen vast te stellen waarbij ontheffingen worden toegestaan of de gelijkwaardigheid wordt erkend van technische specificaties voor een specifiek vaartuig met betrekking tot: a) de afgifte van een Uniebinnenvaartcertificaat waarbij het gebruik of de aanwezigheid aan boord van een vaartuig wordt erkend van andere materialen, inrichtingen of uitrusting, of de installatie van andere opstellingen of bouwkundige kenmerken dan die welke zijn opgenomen in de bijlagen II en V, mits een gelijkwaardig veiligheidsniveau wordt gegarandeerd; b) de afgifte van een Uniebinnenvaartcertificaat, bij wijze van proef en voor een beperkte tijdsduur, met nieuwe technische specificaties die afwijken van de voorschriften van de bijlagen II en V, mits een adequaat veiligheidsniveau wordt gegarandeerd. Die uitvoeringshandelingen worden overeenkomstig de in artikel 33, lid 2, bedoelde raadplegingsprocedure vastgesteld. 2. De bevoegde instanties van een lidstaat nemen de toepasselijke, in lid 1 bedoelde ontheffingen en erkenningen van gelijkwaardigheid op in het Uniebinnenvaartcertificaat. Artikel 26 Moeilijke omstandigheden 1. Na het verstrijken van overgangsbepalingen inzake de in bijlage II opgenomen technische voorschriften, kan de Commissie uitvoeringshandelingen vaststellen waarin ontheffingen worden toegestaan van de in die bijlage opgenomen technische voorschriften waarop die overgangsbepalingen van toepassing waren, indien deze voorschriften technisch moeilijk uitvoerbaar zijn of de toepassing ervan mogelijk onevenredige kosten vergt. Die uitvoeringshandelingen worden overeenkomstig de in artikel 33, lid 2, bedoelde raadplegingsprocedure vastgesteld. 2. De bevoegde instanties van een lidstaat nemen de toepasselijke, in lid 1 bedoelde ontheffingen op in het Uniebinnenvaartcertificaat.

Artikel 33 Comitéprocedure 1. De Commissie wordt bijgestaan door het bij artikel 7 van Richtlijn 91/672/EEG van de Raad ( 13 ) ingestelde comité (hierna het comité genoemd). Het comité is een comité in de zin van Verordening (EU) nr. 182/2011. 2. Wanneer naar dit lid wordt verwezen, is artikel 4 van Verordening (EU) nr. 182/2011 van toepassing. Wanneer het advies van het comité via de schriftelijke procedure moet worden verkregen, wordt die procedure zonder gevolg beëindigd indien, binnen de termijn voor het uitbrengen van het advies, de voorzitter van het comité hiertoe besluit. Verordening (EU) nr. 182/2011, Artikel 4 Raadplegingsprocedure 1. Wanneer de raadplegingsprocedure van toepassing is, brengt het comité advies uit, zo nodig door middel van een stemming. Indien het comité zich door middel van een stemming uitspreekt, wordt het advies uitgebracht bij gewone meerderheid van stemmen van de leden. 2. De Commissie neemt een besluit over de aan te nemen ontwerpuitvoeringshandeling, waarbij zij zoveel mogelijk rekening houdt met de besprekingen binnen het comité en met het uitgebrachte advies.

Artikel 9 Voorlopige Uniebinnenvaartcertificaten 1. De bevoegde instanties van de lidstaten kunnen een voorlopig Uniebinnenvaartcertificaat afgeven aan: a) vaartuigen die met toestemming van de bevoegde instantie naar een bepaalde plaats willen varen om een Uniebinnenvaartcertificaat te verkrijgen; b) vaartuigen waarvan het Uniebinnenvaartcertificaat verloren, beschadigd of tijdelijk ingetrokken is, zoals bedoeld in de artikelen 13 en 15 of in de bijlagen II en V; c) vaartuigen waarvan het Uniebinnenvaartcertificaat na een inspectie met positief resultaat wordt voorbereid; d) vaartuigen die niet aan alle voorwaarden voor het verkrijgen van een Uniebinnenvaartcertificaat in overeenstemming met de bijlagen II en V hebben voldaan; e) vaartuigen die zodanige schade hebben geleden dat zij niet meer voldoen aan hun Uniebinnenvaartcertificaat; f) drijvende inrichtingen en drijvende voorwerpen, indien de voor bijzonder transport bevoegde instanties de vergunning voor een bijzonder transport hebben afhankelijk gesteld van het verkrijgen van een voorlopig Uniebinnenvaartcertificaat, zulks overeenkomstig de toepasselijke scheepvaartpolitiereglementen van de lidstaten;

g) vaartuigen die een ontheffing genieten van de bijlagen II en V, overeenkomstig de artikelen 25 en 26 van deze richtlijn, in afwachting van de vaststelling van de toepasselijke uitvoeringshandelingen. 2. Het voorlopig Uniebinnenvaartcertificaat wordt alleen afgegeven indien de deugdelijkheid van het vaartuig, de drijvende inrichting of het drijvende voorwerp voor de vaart voldoende gewaarborgd blijkt. Het wordt opgesteld overeenkomstig het model in bijlage II. 3. Het voorlopige Uniebinnenvaartcertificaat bevat de voorwaarden die door de bevoegde instantie noodzakelijk worden geacht en is geldig: a) in de in lid 1, onder a),d), e) en f), bedoelde gevallen voor één bepaalde reis, te maken binnen een passende termijn die ten hoogste één maand bedraagt; b) in de in lid 1, onder b) en c), bedoelde gevallen voor een passende duur; c) in de in lid 1, onder g), genoemde gevallen gedurende zes maanden; het voorlopige Uniebinnenvaartcertificaat mag om de zes maanden worden verlengd, tot de desbetreffende uitvoeringshandeling is vastgesteld.

CESNI/PT (17) 52 20 July 2017 Or. de fr/de/nl/en WORKING GROUP TECHNICAL REQUIREMENTS Derogations for specific craft (recommendations) in accordance with Articles 25 and 26 of Directive (EU) 2016/1629 Communication from the European Commission In February 2017 (CESNI/PT (17)m 16, item 6.1), the European Commission undertook to provide legal clarifications to allow recommendations (individual derogations for specific craft) to be issued under directive (EU) 2016/1629, as well as to draw up a proposed operational procedure for issuing such recommendations. In July 2017, CESNI highlighted the real need to clarify and streamline the procedures according to Directive (EU) 2016/1629, which are expected to lead to faster decision making than those in Directive 2006/87/EC. 1. Reminder of the legal framework Articles 25 and 26 of Directive (EU) 2016/1629 allow derogations for specific craft by the means of implementing acts (use of new technologies as well as hardship). In accordance with Article 33 (2) of this Directive, the adoption of such implementing acts is submitted to the advisory procedure referred to in Regulation (EU) No 182/2011. In other words, for the adoption of implementing acts, the European Commission shall be assisted by the Committee established by Article 7 of Directive 91/672/EEC.

Such procedures are similar to those developed in Article 2.19 of the RVIR 1. 2. Objectives The deliberation on derogations and equivalences of technical standards for specific craft is included in the work programme (item CESNI-2016-22) as well as in CESNI s missions (Article 1 of the Internal rules). In practice, these individual derogations or exemptions are called recommendations. This communication aims to provide proposals for an operational procedure for issuing such recommendations, meaning from technical examination in the CESNI/PT Working Group to the publication of the implementing act. Specific attention would be paid to the role dedicated to CESNI. 1 The summary of CCNR recommendations is available at http://ccr-zkr.org/files/documents/reglementrv/rv3f_rec_032017.pdf

3. Proposals 3.1 Linear process Months Step N+0 Submission to CESNI/PT by one EU Member State (the request submitted to the inspection body beforehand as well as files prepared) N+7 Examination by CESNI/PT (at least two meetings) and agreement on alternative technical provisions N+13 Adoption and publication of individual standards by CESNI N+16 Draft implementing act, referring to CESNI standards, is examined by the Committee established by Article 7 of Directive 91/672/EEC Forum National inspection body CESNI/PT CESNI EC + Member States N+18 Adoption of the implementing act EC N+21 Scrutiny period for Council and Parliament + publication of the implementing act EU N+22 Issuance of the Union certificate National inspection body This first proposal is based on the linear succession of the various steps from the examination of the files by CESNI/PT Working Group to the issuance of the permanent certificate to the vessel. This proposal is definitely not optimal with some duplication within administrative steps and with a duration of almost 22 months.

Technical part Administrative part 3.2 Simplified process Months Step Forum Part A+0 Submission to CESNI/PT by one EU Member State (the request submitted to the inspection body beforehand as well as files prepared) A+7 Examination by CESNI/PT (at least two meetings) and agreement on alternative technical provisions. The result is distributed as a working document. A+8 After technical validation by CESNI/PT, the relevant inspection body can issue a provisional Union certificate in accordance with Article 9 (1)(g) of the directive. The provisional certificate is valid pending the adoption of the implementing act. National inspection body CESNI/PT National inspection body At the end of each year B+0 Preparation of draft implementing act (one act for many vessels), including the content of the various CESNI/PT working documents in an annex. The draft is submitted to the Committee established by Article 7 of Directive 91/672/EEC. Examination by written procedure in accordance with Article 3 (5) of Regulation (EU) No 182/2011. EC + Member States B+2 Adoption of the implementing act EC

B+5 Scrutiny period for Council and Parliament + publication of the implementing act EU B+6 Issuance of the Union certificates National inspection body In order to speed up the process, the second proposal splits the procedure into two parts. The technical part is addressed by CESNI/PT and ends with the issuance of the provisional certificate. It gives up the formal adoption of individual standards by CESNI (as well as the possible coordination procedure between two CESNI meetings). The administrative part groups together the various recommendations examined during the year in the CESNI/PT Working Group and ends with the issuance of the permanent certificates. It also relies on written procedures for the advisory procedure referred to in Regulation (EU) No 182/2011. 3.3 Critical influence of the preparation of the files The experience gained by the RV/G Working Group within the CCNR shows that well-prepared files ease the examination and speed up the adoption of the recommendations. In the two proposals above, the time required for preparation or translation of technical documentation was voluntarily not included. 4. Next steps The CESNI/PT Working Group could examine the proposals above and provide advice for possible improvements of the implementation of the procedure for issuance of recommendations in accordance with Articles 25 and 26 of Directive (EU) 2016/1629. ***